BE1021884B1 - Zonnescherm of insectenscherm - Google Patents

Abstract

Zonne- en/of insectenscherm (1) met een hoofdzakelijk verticaal afrolbaar doek (4), waarbij het doek (4) aan zijn onderste uiteinde voorzien is van een onderlijst (6) die voorzien is van een holte (8) waarin een ballast (13) is aangebracht, waarbij de holte (8) voorzien is van een spleetvormige uitgang (9) die zich in de lengterichting (L) van de onderlijst (6) uitstrekt, waarbij de onderlijst (6) bevestigd is aan het doek (4) doordat het onderste uiteinde van het doek (4) rond de ballast (13) aangebracht is, waarbij het doek door de spleetvormige uitgang (9) loopt.

Description

Zonnescherm of insectenscherm.

De huidige uitvinding heeft betrekking op een afrolbaar zonnescherm of insectenscherm.

Meer speciaal, is de uitvinding bedoeld voor schermen voor ramen of deuren die, in uitgerolde toestand, hoofdzakelijk verticaal zijn, waarbij een doek gebruikt wordt om een gedeeltelijke of volledige barrière te vormen voor zonlicht en/of voor insecten.

Hierbij wordt de term doek breed beschouwd. Dit kan een geweven of gebreid textiel zijn, maar ook een kunststofvel of een metaalweefsel. Ook wordt onder de term doek zowel een relatief dicht doek verstaan, dat het zonlicht volledig of grotendeels blokkeert alsook een gaasdoek dat een significante doorlaatbaarheid heeft voor zonlicht maar niet voor insecten.

Het onderste uiteinde van een dergelijk doek is normaal gesproken voorzien van een onderlijst om deze recht te houden en om een spanning op het doek te zetten zodat het afgerold kan worden.

In de lijst is hiertoe een ballast ingebracht, dat wil zeggen een gewicht dat voldoende is om het doek neerwaarts af te rollen. Meestal wordt een ijzeren stang hiervoor gebruikt.

Een dergelijke onderlijst is meestal gemaakt als aluminiumprofiel.

Traditioneel wordt een dergelijke onderlijst als volgt aan het doek bevestigd.

Het doek wordt aan zijn uiteinde dubbelgeslagen en er wordt, op enige afstand van de onderrand, een naad aangebracht, zodat een schede ontstaat.

In deze schede wordt een pees aangebracht, zodat het doek een verdikte onderrand krijgt.

In de onderlijst is een holte aangebracht die een spieetvormige opening naar boven heeft. De verdikte onderrand van het doek wordt dan in de holte geschoven, zodat de onderlijst bevestigd is aan het doek.

Een dergelijke onderlijst heeft een bepaalde hoogte. Het is in het algemeen wenselijk om deze hoogte te reduceren, omdat deze in open toestand van het scherm een zichtbelemmering blijft vormen, die vanzelfsprekend zo klein mogelijk dient te zijn.

Een nadeel van de traditionele onderlijsten is dat er een onderlimiet is aan de hoogte, omdat er immers plaats voor de ballast en voor de van een pees voorziene onderrand van het doek benodigd is in de onderlijst.

Een verder nadeel is dat de grootte van de schede aanmerkelijk groter moet zijn dan de dikte van de pees. Dit is zo omdat anders de pees niet of slechts moeilijk in de schede geschoven kan worden, en omdat rekening gehouden moet worden met vervaardigingstoleranties die procentueel relatief belangrijk zijn. Dit heeft tot gevolg dat na het aanbrengen van de onderlijst de naad relatief hoog boven de holte uitsteekt.

Dit is visueel onaantrekkelijk, om welke reden een onderlijst vaak met extra hoogte wordt uitgevoerd om de naad aan het zicht te onttrekken.

Een gerelateerd nadeel is dat een dergelijke relatief grote lijst veel aluminium vergt, en dus duur is.

Ook kan bij wind de onderlijst bewegen, waardoor de ballast en de onderlijst tegen elkaar botsen, wat een storend geluid produceert.

Verder hebben de traditionele onderlijsten als nadeel dat het inschuiven van de verdikte onderrand van het doek in de holte in de onderlijst relatief moeilijk is.

Ook het in de onderlijsten inschuiven van de ballast geeft een grote wrijving tussen het ijzer en het aluminium, zodat dit ook niet gemakkelijk is.

Een verder nadeel is het risico op contactcorrosie door elektrisch geleidend contact tussen het aluminium en het ijzer, waarbij het aluminium elektrochemisch preferentieel corrodeert.

De huidige uitvinding heeft tot doel aan de voornoemde en andere nadelen een oplossing te bieden, doordat zij voorziet in een zonnescherm of insectenscherm met een hoofdzakelijk verticaal afrolbaar doek, Waarbij het doek aan zijn onderste uiteinde voorzien is van een onderlijst die voorzien is van een holte waarin een ballast is aangebracht, welke holte een gesloten holte is voor de ballast, waarbij de holte voorzien is van een spieetvormige uitgang die zich in de lengterichting van de onderlijst uitstrekt, waarbij de onderlijst bevestigd is aan het doek doordat het onderste uiteinde van het doek rond de ballast aangebracht is, waarbij het doek door de spieetvormige uitgang loopt.

Dit heeft de volgende voordelen: • Er is geen pees meer nodig, waardoor kosten bespaard worden; • Er is in de onderlijst geen afzonderlijke holte meer nodig voor de pees en de schede, waardoor de daarvoor benodigde hoogte niet langer nodig is, waardoor meer vrij zichtruimte beschikbaar is; • Doordat de schede veel groter is, deze moet immers de ballast kunnen bevatten, zal de naad in het doek, bij dezelfde vrije ruimte en toleranties, minder ver naar boven uitsteken, zodat extra hoogte om de naad af te dekken niet nodig is of kleiner uitgevoerd kan worden; • De verkleining van de onderlijst levert een vermindering van het aluminiumverbruik op; • Het inschuiven van de relatief dikke ballast in de schede en in de daarvoor voorziene holte in de onderlijst gaat veel gemakkijker dan het inschuiven van een dunne pees in een kleine schede en dan het inschuiven van een niet door doek omringde ballast; • Het doek, dat de ballast omringt, zorgt voor een afscherming tussen het aluminium van de onderlijst en de ballast zodat contacterosie niet meer kan voorkomen en botsingen bij bewegingen gedempt worden.

Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, is hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een voorkeurdragende uitvoeringsvorm beschreven van een scherm volgens de uitvinding, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin: figuur 1 schematisch en in perspectief een zonnescherm volgens de uitvinding weergeeft; figuur 2 een doorsnede in perspectief volgens II-II en op grotere schaal weergeeft van een deel van het zonnescherm van figuur 1; en figuur 3 een deel van een traditioneel zonnescherm weergeeft dat met het in figuur 2 weergegeven deel overeenkomt.

Het in figuur 1 weergegeven zonnescherm 1 is gemonteerd voor een raam 2 in een muur 3. Het zonnescherm 1 omvat een doek 4, dat verticaal afrolbaar is en een oprolmechanisme voor het doek 4, dat in een omkasting 5 is aangebracht.

Aan het onderste uiteinde van het doek 4 is een onderlijst bevestigd.

Zoals vooral te zien is in figuur 2 is de onderlijst uitgevoerd als profiel 6, in dit voorbeeld gemaakt uit aluminium.

Het profiel 6 bestaat uit een rondlopende wand 7 waarin zich een holte 8 bevindt. De holte 8 is voorzien van een spieetvormige uitgang 9 aan de bovenzijde, die over de volledige lengte L van het profiel 6 loopt. De spieetvormige uitgang 9 wordt gevormd doordat de wand 7 aan de bovenzijde niet volledig rond loopt, maar onderbroken is.

Aan de onderzijde van de onderlijst is een groef 10 voor de montage van een afdichtingsstrook voorzien.

Het onderste uiteinde van het doek 4 is dubbelgeslagen en op enige afstand van de onderrand voorzien van een lasnaad 11, zodat een schede 12 gevormd wordt aan het onderste uiteinde van het doek 4.

In deze schede 12 is een ronde ijzeren staaf 13 geschoven, waarna de staaf 13 met het daarrond aanwezige doek 4 in de holte 8 geschoven is. Hierbij loopt het doek 4 door de spieetvormige uitgang 9.

Op deze manier is het profiel 6 aan het doek 4 bevestigd.

Dankzij het gewicht van de ijzeren staaf 13 wordt het doek 4 naar beneden getrokken zodat het onderste uiteinde ervan bij het afrollen naar beneden beweegt. De ijzeren staaf 13 dient dus zowel als ballast en als bevestigingsmiddel voor het doek 4 ten opzichte van de onderlijst.

Het profiel 6 is aan beide uiteinden afgesloten door afsluitdoppen 14.

De spieetvormige uitgang 9 is zodanig smal dat de ijzeren staaf 13 er niet door kan. De holte 8 in het profiel 6 kan dus, voor wat betreft de ijzeren staaf 13, als gesloten holte worden beschouwd.

De lasnaad 11 komt nu slechts een kleine afstand boven de onderlijst.

Ter vergelijking is in figuur 3 de onderlijst van een traditioneel zonnescherm 1 weergegeven.

Deze verschilt van het bovenbeschreven zonnescherm 1 volgens de uitvinding doordat het profiel 6 waaruit de onderlijst gevormd is voorzien is van een volledig gesloten holte 8 voor de ballast 13, waarbij de ballast 13 niet rond is maar vierkant, en van een afzonderlijke, daarboven gelegen, ondersneden groef 15.

Het doek 4 is voorzien van een veel dunnere schede 12 dan bij het bovenstaande zonnescherm 1 volgens de uitvinding.

Het profiel 6 is hierbij aan het doek 4 verbonden doordat een dunne pees 16 in deze schede 12 is geschoven, waarna de pees 16 met het zich erom bevindende doek 4 in de ondersneden groef 15 is geschoven.

Het is duidelijk dat de lasnaad 11 hierbij een significante afstand boven de ondersneden groef 15 uitsteekt, om welke reden het profiel 6 is voorzien van twee opstaande randen 17 die hoger reiken dan de ondersneden groef 15 en die de lasnaad 11 grotendeels aan het zicht onttrekken.

Opgemerkt wordt dat hoewel in dit voorbeeld een zonnescherm 1 beschreven is, het doek 4 alternatief kan worden uitgevoerd als een gaasachtig doek dat een relatief grote hoeveelheid zonlicht doorlaat maar wel insecten tegenhoudt, zodat door verandering van de aard van het doek een insectenscherm gevormd wordt.

De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvorm, doch een scherm volgens de uitvinding kan in allerlei vormen en afmetingen worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (7)

1. Conclusies .

   1. - Zonne- en/of insectenscherm (1) met een hoofdzakelijk verticaal afrolbaar doek (4), waarbij het doek (4) aan zijn onderste uiteinde voorzien is van een onderlijst (6) die voorzien is van een holte (8) waarin een ballast (13) is aangebracht, waarbij de holte (8) voorzien is van een spieetvormige uitgang (9) die zich in de lengterichting (L) van de onderlijst (6) uitstrekt, waarbij de onderlijst (6) bevestigd is aan het doek (4) doordat het onderste uiteinde van het doek (4) rond de ballast (13) aangebracht is, waarbij het doek door de spieetvormige uitgang (9) loopt.
2. 2. - Zonne- en/of insectenscherm volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de ballast (13) zich in de lengterichting (L) van de onderlijst (6) uitstrekt, waarbij de ballast (13), gezien in doorsnede dwars op de genoemde lengterichting (L), geen hoeken heeft of slechts afgeronde hoeken heeft.
3. 3. Zonne- en/of insectenscherm volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de onderlijst (6) gemaakt is van aluminium.
4. 4. - Zonne- en/of insectenscherm volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de onderlijst gevormd wordt door een profiel (6).
5. 5. - Zonne- en/of insectenscherm volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de holte (8) gedefinieerd wordt door een wand (7) waarbij de spleetvormige uitgang (9) gevormd wordt door een onderbreking in de wand (7), waarbij de bovenkant van de onderlijst (6) overeenkomt met de bovenkant van de wand (7) ter plaatse van de onderbreking.
6. 6. - Zonne- en/of insectenscherm volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de ballast (13) hoofdzakelijk of geheel uit metaal gemaakt is.
7. 7. - Zonne- en/of insectenscherm volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de ballast gevormd wordt door een ijzeren stang (13).