BE1020149A3 - Lat voor rolluik en rolluik daarmee uitgerust. - Google Patents

Lat voor rolluik en rolluik daarmee uitgerust. Download PDF

Info

Publication number
BE1020149A3
BE1020149A3 BE2012/0017A BE201200017A BE1020149A3 BE 1020149 A3 BE1020149 A3 BE 1020149A3 BE 2012/0017 A BE2012/0017 A BE 2012/0017A BE 201200017 A BE201200017 A BE 201200017A BE 1020149 A3 BE1020149 A3 BE 1020149A3
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
roller shutter
slat
wall
window
slats
Prior art date
Application number
BE2012/0017A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Timmerman Productie Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Timmerman Productie Nv filed Critical Timmerman Productie Nv
Priority to BE2012/0017A priority Critical patent/BE1020149A3/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1020149A3 publication Critical patent/BE1020149A3/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06BFIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
    • E06B9/00Screening or protective devices for wall or similar openings, with or without operating or securing mechanisms; Closures of similar construction
    • E06B9/02Shutters, movable grilles, or other safety closing devices, e.g. against burglary
    • E06B9/08Roll-type closures
    • E06B9/11Roller shutters
    • E06B9/17Parts or details of roller shutters, e.g. suspension devices, shutter boxes, wicket doors, ventilation openings
    • E06B9/17046Bottom bars
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06BFIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
    • E06B7/00Special arrangements or measures in connection with doors or windows
    • E06B7/02Special arrangements or measures in connection with doors or windows for providing ventilation, e.g. through double windows; Arrangement of ventilation roses
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06BFIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
    • E06B9/00Screening or protective devices for wall or similar openings, with or without operating or securing mechanisms; Closures of similar construction
    • E06B9/02Shutters, movable grilles, or other safety closing devices, e.g. against burglary
    • E06B9/08Roll-type closures
    • E06B9/11Roller shutters
    • E06B9/17Parts or details of roller shutters, e.g. suspension devices, shutter boxes, wicket doors, ventilation openings
    • E06B9/17007Shutter boxes; Details or component parts thereof

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Operating, Guiding And Securing Of Roll- Type Closing Members (AREA)

Abstract

Lat voor een rolluikblad (7) van een raam (1) of deur dat is samengesteld uit latten (11-11') die langs een langsgerichte rand scharnierbaar met elkaar zijn verbonden ter vorming van een oprolbaar rolluikblad (7) ter afscherming van het raam (1) of van de deur ten opzichte van de buitenomgeving (8), waarbij minstens één lat (11-11') is voorzien van ventilatiedoorgangen (17) die, wanneer het rolluikblad (7) volledig is afgerold, een verbinding vormen tussen de binnenzijde (18) en de buitenzijde (19) van de lat (11-11'), met andere woorden tussen de zijde die bedoeld is om naar het raam (1) gericht te worden en de zijde die bedoeld is om naar de buitenomgeving (8) gericht te worden.

Description

Lat voor een rolluik en rolluik daarmee uitgerust.
De huidige uitvinding heeft betrekking op een lat voor een rolluik en op een rolluik en een raam met rolluik daarmee uitgerust.
Het is bekend dat rolluiken zijn samengesteld uit horizontale latten of lamellen die langs hun langsgerichte randen scharnierbaar met elkaar zijn verbonden ter vorming van een rolluikblad dat op een as kan worden opgerold en opnieuw kan worden af gerold.
De as bevindt zich in een rolluikkast die voorzien is van een gleuf aan de .buitenkant van het gebouw waarlangs het scherm van de as kan worden afgerold en opnieuw kan worden opgerold, waarbij de latten met hun uiteinden gevat zitten in een geleiding aan de zijkanten van de raam- of deuropening.
Deze geleidingen bevinden zich . aan de buitenkant van het gebouw en strekken zich doorgaans verticaal uit, zodat, wanneer het scherm volledig is afgerold, een verticaal rolluikblad het raam of deur afschermt tegen externe weersinvloeden of dienst doet voor het verduisteren van de ruimte achter het raam.
Bouwnormen leggen een zekere graad van ventilatie op, wat betekent dat de lucht in het gebouw een aantal maal per dag ververst moet worden met verse lucht van buiten het gebouw.
Hiertoe zijn moderne raamconstructies uitgerust met een ventilatierooster dat samen met het raam in de raam- of deuropening is gemonteerd en een verbinding vormt tussen binnen en buiten en dat voorzien is van een regelbare ventilatieklep waarmee het vereiste ventilatiedebiet geregeld kan worden en/of waarmee de ventilatieopening geopend of gesloten kan worden volgens noodzaak.
Een probleem dat zich hierbij voordoet is dat, wanneer het rolluik volledig is neergelaten, het raam met het ventilatierooster volledig wordt afgedekt door het rolluikblad en er bijgevolg geen ventilatie meer mogelijk is langs het ventilatierooster.
Men kent reeds een systeem waarbij in een opening in de binnenplaat van de rolluikast een ventilatierooster wordt gemonteerd, zodat verse ventilatielucht aangevoerd kan worden langs de voornoemde gleuf, waarbij de lucht via de ventilatiekast en het betreffend ventilatierooster irt de rolluikkast naar binnen kan stromen.
Een nadeel van zulk bekend systeem is dat het relatief duur is en zich hoog tegen het plafond bevindt waar het moeilijk bereikbaar is zonder extra hulpmiddelen voor het openen en sluiten van de ventilatiedoorgang of voor het regelen van het ventilatiedebiet.
Een ander mogelijk nadeel is dat dit ventilatierooster in de rolluikkast geheel of gedeeltelijk afgedekt kan worden door gordijnen, waardoor de ventilatiewerking wordt gestoord.
Nog een nadeel is dat de ventilatielucht via de rolluikkast langsheen het scherm stroomt, waarbij vuil dat in de aangevoerde lucht aanwezig is zich op de latten van het scherm afzetten waar de luchtstroom langs passeert.
Hierdoor ontstaan er plaatselijk vuilere stroken op die plaatsen waar de lucht het meest frequent over de latten van het rolluikblad stroomt, namelijk op die plaatsen waar de latten zich in de rolluikkast bevinden wanneer het scherm volledig is opgerold of afgerold.
De huidige uitvinding heeft tot doel aan minstens één of meer van de voornoemde en andere nadelen een oplossing te bieden.
Hiertoe betreft de uitvinding een lat voor een rolluikblad, waarbij deze lat is voorzien van één of meer ventilatiedoorgangen die, wanneer het lattenscherm volledig is afgerold, een verbinding vormen tussen de binnenzijde en de buitenzijde van de lat, met andere woorden tussen de zijde die bedoeld is om naar het raam gericht te worden en de zijde die bedoeld is om naar de omgeving gericht te worden.
Een voordeel van zulke lat is dat, wanneer zij in een rolluikblad is gemonteerd, zij zorgt voor een permanente ventilatiedoorgang doorheen het rolluikblad, zelfs wanneer het rolluikblad volledig is neergelaten tot op de dorpel met tegen elkaar aansluitende latten.
Lucht vindt dan een ventilatieweg van buiten naar binnen via de ventilatiedoorgangen in deze lat en doorheen de afgesloten ruimte tussen het rolluikblad en het raam en zo verder via het ventilatierooster van het raam.
Dergelijke oplossing om een gegarandeerde permanente ventilatie mogelijk te maken wanneer het rolluikblad volledig is neergelaten, is zeer eenvoudig en goedkoop te realiseren.
Bovendien is er geen ventilatierooster nodig in de rolluikkast en is er ook geen luchtstroming doorheen de rolluikkast, waardoor er ook geen vuilere stroken kunnen ontstaan die het rolluikblad ontsieren.
Bij voorkeur wordt deze speciale ventilatielat gemonteerd als de onderste lat van het rolluikblad, zodat deze onderste lat langs de binnenzijde van het raam verscholen zit achter het onderste raamprofiel, waardoor eventueel lichtschijnsel dat via de ventilatieopeningen zijn weg zou vinden, wordt tegengehouden door het onderste raamprofiel, waardoor het binnen donker blijft, zelfs wanneer het buiten licht is.
Bovendien moet deze onderste lat dan ook enkel aan haar bovenste rand voorzien worden van scharnierdelen voor een scharnierbare koppeling met een bovenliggende lat.
Bij voorkeur is de lat uitgevoerd als een profiel dat is samengesteld uit twee profieldelen, namelijk een binnenste profieldeel dat voorzien is van minstens één scharnierdeel voor de scharnierbare koppeling met een andere lat van het rolluikblad en een buitenste profieldeel, waarbij de beide profieldelen voorzien zijn van een klipskoppeling die toelaat beide profieldelen op elkaar vast te klipsen.
Bij deze uitvoeringsvorm wordt bij de montage van het rolluikblad in de geleiders, het binnenste profieldeel, samen met de rest van de latten van het rolluikblad in de geleiders geschoven, waarna, wanneer het rolluikblad op deze manier is gemonteerd, het buitenste profieldeel langs buiten wordt vastgeklipst op het reeds in de geleiders gemonteerde binnenste profieldeel.
Dit vergemakkelijkt de montage en laat ook toe dat de onderste lat dikker wordt gemaakt dan de overige latten waarvan de dikte beperkt is tot de breedte van de opening van de geleiders.
Dankzij deze grotere dikte kunnen de ventilatieopeningen groter worden uitgevoerd, waardoor de luchtweerstand doorheen de ventilatieopening kan worden beperkt en waardoor het verlies aan ventilatiedebiet bij een volledig neergelaten rolluik beperkt kan worden tot 20% van het ventilatiedebiet in dezelfde omstandigheden maar bij een volledig opgetrokken rolluik.
De uitvinding heeft ook betrekking op een rolluik en op een raam voorzien van zulk rolluik, waarbij minstens één lat, bij voorkeur de onderste lat, is uitgevoerd met ventilatiedoorgangen zoals hierboven beschreven.
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, is hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een voorkeurdragende uitvoeringsvorm beschreven van lat volgens de uitvinding voor een rolluik en van een rolluik uitgerust met zulke lat, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin:
Figuur 1 schematisch en in doorsnede een raam met een rolluik weergeeft dat is uitgerust met een lat volgens de uitvinding; figuur 2 in perspectief het gedeelte weergeeft dat in figuur 1 door F2 is aangeduid; figuur 3 een doorsnede weergeeft volgens lijn III-III in figuur 2.
In figuur 1 is een raam 1 weergegeven dat op bekende wijze is ingebouwd in een muuropening 2.
Het raam 1 is voorzien van een ventilatierooster 3 dat bovenop het raam 1 is geïnstalleerd en van een rolluik 4.
Het rolluik 4 bevat een rolluikkast 5 die boven het ventilatierooster 3 in de muuropening .2 is gemonteerd en die voorzien is van een as 6 die verdraaibaar gelagerd is in de rolluikkast 5 en die voorzien is van middelen die niet in de figuren zijn weergegeven om de as 6 in ene of andere zin aan te drijven.
Het rolluik 4 is verder voorzien van een rolluikblad 7 dat in figuur 1 is getoond in neergelaten toestand en dat in deze toestand als het ware een scherm vormt tussen het raam I en de buitenomgeving 8 aan de buitenkant van de muur 9.
Het rolluikblad 7 is via een sleuf 10 in de rolluikkast 5 aan de buitenkant 8 van het raam 1 op- en afrolbaar op de voornoemde as 6.
Hiertoe is het rolluikblad 7 samengesteld uit horizontale latten of lamellen die langs hun langsgerichte bovenrand 12 en onderrand 13 scharnierbaar met elkaar zijn verbonden en die daartoe op bekende wijze zijn uitgerust met haakvormige of andere scharnierdelen 14 en 15 die in elkaar grijpen en die tevens een kleine onderlinge beweging in de hoogterichting van het rolluikblad 7 toelaten.
De bovenste lat 11 van het rolluikblad 7 is bevestigd aan de as 6 zodanig dat, wanneer de as 6 wordt aangedreven in de oprolrichting, de bovenste lat 11 de daarmee verbonden onderliggende latten 11 en onderlat 11' omhoog worden getrokken.
De uiteinden van de latten 11 worden daarbij geleid in verticale geleiders 16 die aan weerskanten van het rolluikblad 7 tegen de dagkant van de muuropening 2 zijn gemonteerd en die bijvoorbeeld worden gevormd door U-vormige geleiders 16 waarin de voornoemde uiteinden verschuifbaar gevat zitten.
De onderste lat 11' is verschillend van alle andere latten II doordat deze slechts langs de bovenste langsgerichte rand 12 is voorzien van scharnierdelen 14 voor een scharnierbare koppeling met de aangrenzende bovenliggende lat 11, terwijl alle andere latten 11, zowel langs hun bovenste rand 12, als langs hun onderste rand 13 zijn voorzien van scharnierdelen 14 en 15.
Deze onderste lat 11' is verder verschillend van de andere latten 11 doordat zij volgens de uitvinding is voorzien van één of meer ventilatiedoorgangen 17 die, wanneer het rolluikblad 7 volledig is neergelaten, een verbinding vormen tussen de binnenzijde 18 en de buitenzijde 19 van de lat 11' .
Binnen- en buitenzijde worden ten opzichte van een gemonteerd rolluikblad 7 gedefinieerd, waarbij de binnenzijde 18 van het rolluikblad 7 die zijde is die naar het raam 1 gericht is en de buitenzijde 19 de van het raam 1 afgekeerde zijde is die naar de buitenomgeving 8 gericht is.
De onderste lat 11' wordt gevormd door een hol profiel met een binnenwand 20 en een buitenwand 21, waarbij de voornoemde ventilatiedoorgangen 17 worden gevormd, enerzijds, door sleuven 22 die zijn voorzien in de binnenwand 20 en die over de lengte van de lat 11' zijn verdeeld, en, anderzijds, door een onderbreking 23 in de hoogte in de buitenwand 21.
In het weergegeven voorbeeld is de lat 11' samengesteld uit twee profieldelen, namelijk een binnenste profieldeel 11'A dat de binnenwand 20 bevat en dat bovenaan voorzien is van een scharnierdeel 14 voor de scharnierbare koppeling met de bovenliggende lat 11 en een buitenste profieldeel 11'B dat de buitenwand 21 bevat.
Beide profieldelen 11'A en 11'B zijn op de naar elkaar gerichte wanden voorzien van een klipskoppeling 24 die toelaat beide profieldelen 11'A en 11'B op elkaar vast te klipsen.
Het binnenste profieldeel 11'A wordt gevormd door de voornoemde binnenwand 20 die langs zijn bovenste rand aansluit op een schuin wandgedeelte dat aan de bovenzijde is voorzien van een voornoemd scharnierdeel 14 dat in dit geval is uitgevoerd als een omgekeerde haak en dat verder is voorzien van een gootvormig aanhangsel 26.
Aan de onderzijde is het binnenste profiel ll'A op de naar buiten gekeerde zijde van de binnenwand 20 voorzien van een naar buiten toe schuin afhellend wandgedeelte dat naar beneden toe verlengd is door een neerwaarts gericht wandgedeelte 28.
De binnenste wand 20 en het neerwaarts gericht wandgedeelte 28 zijn aan hun onderste rand 29 naar elkaar toe omgeplooid en zijn met elkaar verbonden door een ribbe 30 die samen met de omgeplooide randen 2 9 een gleuf 31 vormen die bijvoorbeeld dienstig kan zijn voor de bevestiging van een tochtstrip of dergelijke.
De buitenste wand 21 wordt gevormd door het neerwaarts gericht wandgedeelte 28 van het binnenste profieldeel ll'A en door een opwaarts gericht wandgedeelte 32 van het buitenste profieldeel 11'B waarvan de bovenste rand 33 haakvormig naar binnen is omgeplooid op zodanige wijze dat deze kan inhaken in het gootvormig aanhangsel 26 van het binnenste profieldeel ll'A.
Het voornoemd opwaarts gericht wandgedeelte 32 van het buitenste profieldeel 11'B strekt zich met zijn onderste rand uit tot op een zekere hoogte boven het neerwaarts gericht wandgedeelte 28, zodat de buitenste wand 21 als het ware in de hoogte gezien een onderbreking 23 met hoogte A vertoont.
Deze onderbreking 23 in de buitenste wand 21 en de gleuven 22 zijn als het ware voorzien van een overkapping 24 die gevormd wordt door een op de onderste rand van het wandgedeelte 32 aansluitend schuin naar buiten toe afhellend wandgedeelte 35 dat verder naar beneden toe doorloopt in een neerwaarts gericht wandgedeelte 36 dat zich uitstrekt tot op een zekere hoogte B boven de onderste rand van de onderlat 11'.
De dikte C van het binnenste profieldeel ll'A komt hoofdzakelijk overeen met de dikte van de overige latten 11 of lamellen zodat dit deel ll'A verschuifbaar aangebracht kan worden in de geleiders 16.
Bij montage van het rolluikblad 7, worden, zoals gebruikelijk, de latten 11 in de geleiders 16 geschoven, evenals het binnenste profieldeel ll'A van de onderste lat 11' .
Eenmaal dit is gemonteerd, wordt het buitenste profieldeel 11'B vastgeklipst op het binnenste profieldeel 11'A om het rolluikblad 7 af te werken.
Wanneer het rolluikblad 7 volledig is neergelaten zoals in figuur 1, dan rusten de latten 11 op elkaar en dan vormt het rolluikblad 7 een gesloten scherm, behalve ter plaatse van de onderlat 11' die volgens de uitvinding voorzien is van ventilatiedoorgangen 17.
Dit laat een ventilatiedebiet toe van ventilatielucht die via de ventilatiedoorgangen 17 in de onderlat 11' en via de afgesloten ruimte 37 tussen het rolluikblad 7 en via het ventilatierooster 3 boven het raam 1 naar de binnenruimte 38 achter het raam 1 kan stromen zoals aangegeven met pijl D in figuur 1.
Door de constructie van de ventilatiedoorgangen 17 is een relatief groot ventilatiedebiet mogelijk zonder grote stromingsweerstand.
Dit maakt het mogelijk dat, in neergelaten toestand van het rolluik 4, het ventilatiedebiet tot 80% kan bedragen van het ventilatiedebiet dat in dezelfde omstandigheden mogelijk is wanneer het rolluik 4 volledig is opgetrokken.
Het is duidelijk dat in dit geval de rolluikkast 4 niet dient voorzien te zijn van een ventilatierooster.
Het spreekt voor zich dat de ventilatiedoorgangen 17 niet noodzakelijk in de onderste lat 11' moeten worden voorzien, maar dat ook in hoger gelegen latten 11 ventilatiedoorgangen kunnen worden voorzien, al of niet in combinatie met doorgangen in de onderste lat 11'.
De vorm van de ventilatieopeningen in de onderste lat en/of in de lamellen kunnen ook op andere manieren worden gerealiseerd, bijvoorbeeld in de vorm van gleuven die zijn aangebracht, zowel in de binnenwand, als in de buitenwand en die bijvoorbeeld in de lengterichting van de latten over een afstand ten opzichte van elkaar zijn verschoven zodat de ventilatieopeningen in de binnenwand en in de buitenland in de lengterichting van de latten geschrankt zijn ten opzichte van elkaar liggen om een rechtstreekse doorgang van licht van buiten naar binnen te vermijden.
De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvorm, doch een lat volgens de uitvinding voor een rolluik en een rolluik uitgerust met zulke lat kunnen in allerlei vormen en afmetingen worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (16)

1. Lat voor een rolluikblad (7) van een raam (1) of deur dat is samengesteld uit latten (11-11') die langs een langsgerichte rand scharnierbaar met elkaar zijn verbonden ter vorming van een oprolbaar rolluikblad (7) ter afscherming van het raam (1) of van de deur ten opzichte van de buitenomgeving (8), daardoor gekenmerkt dat minstens één lat (11-11') is voorzien van één of meer ventilatiedoorgangen (17) die, wanneer het rolluikblad (7) volledig is afgerold, een verbinding vormen tussen de binnenzijde (18) en de buitenzijde (19) van de lat (11 — 11'), met andere woorden tussen de zijde die bedoeld is om naar het raam (1) gericht te worden en de zijde die bedoeld is om naar de buitenomgeving (8) gericht te worden.
2. Lat volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de lat (11-11') gevormd wordt door een hol profiel met een binnenwand (20) en een buitenwand (21), waarbij de voornoemde ventilatiedoorgangen (17) worden gevormd, enerzijds, door sleuven (22) die zijn voorzien in de binnenwand (20) en die over de lengte van de lat ( 11—11 ' ) zijn verdeeld, en, anderzijds, door een onderbreking (23) in de hoogte in de buitenwand (21).
3. Lat volgens conclusie 2, daardoor gekenmerkt dat de binnenwand (20) van de lat (11-11') aan zijn naar buiten gekeerde zijde, onder het niveau van de sleuven (22), is voorzien van een naar buiten toe schuin afhellend wandgedeelte (35) .
4. Lat volgens conclusie 2 of 3, daardoor gekenmerkt dat de buitenwand (21) van de lat (11-11') aan zijn naar buiten gekeerde zijde, boven het niveau van de onderbreking (23) is voorzien van een overkapping (34).
5. Lat volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat de overkapping (34) een schuin naar buiten toe afhellend wandgedeelte (35) bevat.
6. Lat volgens conclusie 5, daardoor gekenmerkt dat de overkapping (34) een neerwaarts gericht wandgedeelte (36) bezit dat de voornoemde onderbreking (23) in het buitenste wandgedeelte (21) in de hoogte gezien gedeeltelijk bedekt.
7. Lat volgens één van de conclusies 4 tot 6, daardoor gekenmerkt dat er een hoogteverschil (B) is tussen de onderste rand van de overkapping (34) en de onderste rand van de lat (11-11').
8. Lat volgens één van de conclusies 2 tot 7, daardoor gekenmerkt dat de lat (11-11') is samengesteld uit twee profieldelen, namelijk een binnenste profieldeel (11Ά) dat de binnenwand (20) bevat en dat voorzien is van minstens één scharnierdeel (14) voor de scharnierbare koppeling met een andere lat (11) van het rolluikblad (7) en een buitenste profieldeel (11'B) dat de buitenwand (21) bevat, waarbij de beide profieldelen (11'A en 11'B) voorzien zijn van een klipskoppeling (24) die toelaat beide profieldelen (11'A en 11'B) op elkaar vast te klipsen.
9. Lat volgens conclusie 8, daardoor gekenmerkt dat het binnenste profieldeel (11Ά) in hoofdzaak eenzelfde dikte © vertoont als de andere latten (11) of lamellen van het rolluikblad (7).
10. Lat volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de lat (11-11') enkel aan zijn bovenste langse rand (12) is voorzien van één of meer scharnierdelen (14) voor de scharnierbare koppeling met een bovenliggende lat (11).
11. Rolluikblad dat is samengesteld uit latten (11) of lamellen die langs een langsgerichte rand (12-13) scharnierbaar met elkaar zijn verbonden ter vorming van een oprolbaar rolluikblad (7), daardoor gekenmerkt dat minstens één lat (11-11') van het rolluikblad (7) een lat is volgens één van de voorgaande conclusies.
12. Rolluikblad volgens conclusie 11, daardoor gekenmerkt dat de onderste lat (11' ) van het rolluikblad een lat is volgens één van de voorgaande conclusies.
13. Rolluikblad volgens conclusie 11, daardoor gekenmerkt dat enkel de onderste lat (11') van het rolluikblad een lat is volgens één van de voorgaande conclusies.
14. Rolluik bestaande uit een rolluikblad volgens één van de conclusies 11 tot 13, welk rolluikblad (7) oprolbaar op een as (6) is aangebracht die verdraaibaar is in een rolluikkast (5) , waarbij de uiteinden van de latten (11 — 11') verschuifbaar geleid zitten in geleiders (16), daardoor gekenmerkt dat de lat (11-11') met de ventilatiedoorgangen (17) tweedelig is uitgevoerd met een binnenste deel (ll'A) en een buitenste deel (ll'B), waarbij deze lat (11-11') met de uiteinden van het binnenste deel (ll'A) gevat zit in de voornoemde geleiders (16).
15. Raam met rolluik volgens conclusie 14, daardoor gekenmerkt dat tussen het raam (1) en de rolluikkast (5) een ventilatierooster (3) is voorzien.
16. Raam met rolluik volgens conclusie 15, daardoor, gekenmerkt dat de rolluikkast (5) geen ventilatierooster bevat.
BE2012/0017A 2012-01-10 2012-01-10 Lat voor rolluik en rolluik daarmee uitgerust. BE1020149A3 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2012/0017A BE1020149A3 (nl) 2012-01-10 2012-01-10 Lat voor rolluik en rolluik daarmee uitgerust.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2012/0017A BE1020149A3 (nl) 2012-01-10 2012-01-10 Lat voor rolluik en rolluik daarmee uitgerust.
BE201200017 2012-01-10

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1020149A3 true BE1020149A3 (nl) 2013-05-07

Family

ID=45581680

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2012/0017A BE1020149A3 (nl) 2012-01-10 2012-01-10 Lat voor rolluik en rolluik daarmee uitgerust.

Country Status (1)

Country Link
BE (1) BE1020149A3 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP2905413A1 (fr) * 2014-02-10 2015-08-12 Zurfluh, Feller Installation de volet roulant et methodes d'ouverture et de fermeture selective d'un clapet d'une telle installation

Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE20301691U1 (de) * 2003-01-30 2004-06-09 Lutz, Manfred Einrichtung zum wärmeverlustarmen Belüften von Räumen über eine oder mehrere Fenster/Tür-Rolladen-Anordnung

Patent Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE20301691U1 (de) * 2003-01-30 2004-06-09 Lutz, Manfred Einrichtung zum wärmeverlustarmen Belüften von Räumen über eine oder mehrere Fenster/Tür-Rolladen-Anordnung

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP2905413A1 (fr) * 2014-02-10 2015-08-12 Zurfluh, Feller Installation de volet roulant et methodes d'ouverture et de fermeture selective d'un clapet d'une telle installation
FR3017409A1 (fr) * 2014-02-10 2015-08-14 Zurfluh Feller Installation de volet roulant et methodes d'ouverture et de fermeture selective d'un clapet d'une telle installation

Similar Documents

Publication Publication Date Title
JP4673891B2 (ja) 日除け巻取りブラインド用板
US6470947B1 (en) Hidden window screen for sash window
CA2780995A1 (en) Watertight patio door assembly
US20070084138A1 (en) Sliding storm shutters
BE1020149A3 (nl) Lat voor rolluik en rolluik daarmee uitgerust.
BE1026796B1 (nl) Zonwering
US20170226796A1 (en) Light shielding structure for vertical blind
US2182576A (en) Casement window ventilator
BE1017809A5 (nl) Ventilatie-inrichting.
BE1015475A5 (nl) Inrichting voor zonnewering en ventilatie.
JP7085939B2 (ja) 隠し框外動片引き窓の排水構造
AU2016208367A1 (en) Light Shielding Structure for Vertical Blind
GB2074716A (en) Sliding doors or windows adapted for ventilation
EP2725180A1 (en) Mounting accessory
JP4459760B2 (ja) サッシ
US1659786A (en) Ventilator
KR100773432B1 (ko) 출입문용 롤권취식 방충망의 설치구조
JP3124226B2 (ja) 吊扉式引戸構造
NL1020323C1 (nl) Ventilatie-inrichting om tezamen met een ruit of paneel te worden ingebouwd in een raamconstructie.
JP6474254B2 (ja) 浸水防止構造
BE1028495B1 (nl) Profielsamenstel voor een gecombineerde scherm- en roosterinrichting
JP3947696B2 (ja) 開閉装置
JPH057428Y2 (nl)
US201478A (en) Improvement in window-screens
AU2009284682B2 (en) Sliding blind system