BE1018719A3 - Etiketteermachine en behuizing voor aanzuigmiddelen en blaasmiddelen van zulke etiketteermachine. - Google Patents

Etiketteermachine en behuizing voor aanzuigmiddelen en blaasmiddelen van zulke etiketteermachine. Download PDF

Info

Publication number
BE1018719A3
BE1018719A3 BE2009/0236A BE200900236A BE1018719A3 BE 1018719 A3 BE1018719 A3 BE 1018719A3 BE 2009/0236 A BE2009/0236 A BE 2009/0236A BE 200900236 A BE200900236 A BE 200900236A BE 1018719 A3 BE1018719 A3 BE 1018719A3
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
grid
labeling machine
tube
label
suction means
Prior art date
Application number
BE2009/0236A
Other languages
English (en)
Inventor
Geert Schoensetters
Original Assignee
Zetes Ind Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Zetes Ind Nv filed Critical Zetes Ind Nv
Priority to BE2009/0236A priority Critical patent/BE1018719A3/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1018719A3 publication Critical patent/BE1018719A3/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65CLABELLING OR TAGGING MACHINES, APPARATUS, OR PROCESSES
    • B65C9/00Details of labelling machines or apparatus
    • B65C9/26Devices for applying labels
    • B65C9/28Air-blast devices

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Labeling Devices (AREA)

Abstract

Etiketteermachine die voorzien is van een aanvoermachine voor het aanvoeren van etiketten; van aanzuigmiddelen voor het tijdelijk vasthouden van een aangevoerd etiket; en, van blaasmiddelen die alternerend samenwerken met de aanzuigmiddelen en die een etiket tegen een product blazen, met een behuizing gevormd door een hoofdzakelijk lege koker met open uiteinde waarvan ‚‚n uiteinde is voorzien van een rooster voor het teijdelijk vasthouden van etiketten met hun rugzijde tegen het rooster, waarbij de aanzuigmiddelen lucht in de koker blazen in de richting weg van het rooster en waarbij de blaasmiddelen lucht in de koker blazen in de omgekeerde richting.

Description

Etiketteermachine en behuizing voor aanzuigmiddelen en blaasmiddelen van zulke etiketteermachine.
De huidige uitvinding heeft betrekking op een etiketteermachine.
Zonder de uitvinding hiertoe te beperken, heeft de uitvinding meer bepaald betrekking op een etiketteermachine die bedoeld is voor het kleven van bij voorkeur zelfklevende etiketten op producten die gebruikelijk tot bij de etiketteermachine worden gevoerd, bijvoorbeeld door middel van een transportband.
Het kleven van de etiketten op de producten gebeurt door het etiket met zijn kleefzijde tot kort bij het product te positioneren, bijvoorbeeld door middel van een pneumatische zuiger, en eenmaal het etiket zich op korte afstand van het product bevindt, het etiket tegen het product te drukken door toedoen van een luchtstroom.
Zulke etiketteermachines zijn bekend en deze zijn doorgaans voorzien van een voorraad zelfklevende etiketten die zijn aangebracht op een drager, bijvoorbeeld een strook of band van papier of een andere folie waarop etiketten op een regelmatige afstand van elkaar zijn gekleefd.
Hierbij worden de etiketten op de drager door middel van een aanvoermechanisme tot bij de producten .. .op:... de transportband gevoerd, waar de etiketten van hun drager worden gescheiden. °r
Vele van deze bekende etiketteermachines zijn hierbij tevens voorzien van aanzuigmiddelen waarmee een etiket, nadat het is gescheiden van zijn drager, tijdelijk kan worden vastgehouden alvorens het tegen een product: wordt gekleefd.
Deze aanzuigmidd.elen worden doorgaans gevormd door één of meerdere openingen in een behuizing vdn de etiketteermachine die via kanaaltjes aan een onderdruk of vacuüm zijn blootgesteld teneinde het etiket met zijn rugzijde tegen de behuizing aan te zuigen.
Voor het eigenlijke kleven van de etiketten is de voornoemde behuizing bij deze bekende etiketteermachines tevens voorzien van blaasmiddelen die alternerend samenwerken met de aanzuigmiddelen.
Hierbij wordt door het desactiveren van de aanzuigmiddelen een aangezogen etiket terug losgelaten van de voornoemde behuizing en wordt door het gelijktijdig activeren van de blaasmiddelen lucht via kanaaltjes vanuit openingen in de behuizing naar de rugzijde van het etiket geblazen teneinde het etiket tegen een product te blazen en aldus met behulp van de veroorzaakte luchtstroom op het product te drukken.
Bij deze bekende etiketteermachines zijn de openingen in de behuizing voor de aanzuigmiddelen en de blaasmiddelen, evenals de doormeters van de kanaaltjes van deze aanzuigmiddelen en de blaasmiddelen zeer klein.
Een eerste nadelig gevolg hiervan is dat het luchtstroomdebiet doorheen de openingen en kanaaltjes klein is en/of hoge drukken moeten worden toegepast.
Nog een nadeel van deze techniek toegepast bij de bekende etiketteermachines is dat gebruik wordt gemaakt van een configuratie waarbij in de behuizing vele kanaaltjes dienen te worden voorzien en waarbij de aanzuigkanaaltjes en de blaaskanaaltjes elkaar bovendien afwisselen. Zulke configuratie is uiteraard moeilijk te vervaardigen en is daardoor kostelijk.
De kanaaltjes raken ook gemakkelijk verstopt en de bekende systemen vragen veel onderhoud.
Een ander nadeel van de bekende etiketteermachines is dat de onderdruk of het vacuüm dat dient te worden gecreëerd voor het aanzuigen van de etiketten, doorgaans wordt gerealiseerd door een ventilator of een vacuümpomp, wat de kost en de duurzaamheid van deze inrichtingen nadelig beïnvloedt.
Nog een belangrijk nadeel van de bekende etiketteermachines, waarbij een luchtstroom wordt gebruikt voor het kleven, is dat ze moeilijk afstelbaar zijn en dat de precisie waarmee een etiket op een product kan worden gepositioneerd vaak te wensen overlaat.
Bovendien vereisen de bekende inrichtingen dat het etiket op een kleine afstand van het product wordt gepositioneerd, alvorens het tegen het product te drukken door een luchtstroom.
Dit nadeel komt des te meer tot uiting bij producten die qua vorm en/of afmetingen sterk kunnen verschillen, zoals bijvoorbeeld bij verpakkingen van fruit en groenten of vleeswaren en dergelijke.
Kortom de bekende techniek is gecompliceerd en brengt veel moeilijkheden met zich mee.
De huidige uitvinding heeft dan ook tot doel aan één of meerdere van de voornoemde en andere nadelen een oplossing te bieden.
Hiertoe betreft de huidige uitvinding een etiketteermachine voor het kleven van etiketten op producten die naar de etiketteermachine worden gevoerd, bijvoorbeeld door middel van een transportband, welke etiketteermachine voorzien is van een aanvoermechanisme voor het aanvoeren van etiketten; van aanzuigmiddelen voor het tijdelijk vasthouden van een aangevoerd etiket, die worden gevormd door één of meerdere openingen in een behuizing die aan een onderdruk of vacuüm zijn blootgesteld teneinde het etiket met zijn rugzijde tegen de behuizing aan te zuigen; en, van blaasmiddelen die alternerend samenwerken met de aanzuigmiddelen, waarbij een aangezogen etiket terug wordt losgelaten van de voornoemde behuizing en met zijn kleefzijde tegen een product wordt geblazen, waarbij de behuizing van de aanzuigmiddelen en de blaasmiddelen wordt gevormd door een hoofdzakelijk lege koker met open uiteinden, waarbij evenwel één uiteinde van de koker is voorzien van een rooster voor het tijdelijk vasthouden van etiketten met hun rugzijde tegen het rooster, waarbij de aanzuigmiddelen een aanzuiging veroorzaken aan het rooster door lucht in de koker te blazen in de richting weg van het rooster en waarbij de blaasmiddelen alternerend met de aanzuigmiddelen lucht in de koker blazen in de omgekeerde richting.
Een eerste belangrijk voordeel van zulke etiketteermachine overeenkomstig de uitvinding is dat ze heel eenvoudig van opbouw is, waardoor ze op meer economische wijze kan worden vervaardigd dan de bekende etiketteermachines.
Nog een belangrijk voordeel van zulke etiketteermachine overeenkomstig de uitvinding is dat relatief lage drukken reeds volstaan om een voldoende hoog debiet doorheen de koker te verkrijgen, aangezien geen gebruik gemaakt wordt van vele kleine kanaaltjes, doch slechts van één grote open koker.
Het rooster bij een etiketteermachine volgens de uitvinding heeft bovendien een meer open structuur, waardoor bijvoorbeeld de fractie van het oppervlak van de rugzijde van een etiket die bij het blazen aan de blazende luchtstroom wordt blootgesteld veel groter is dan bij de bekende systemen.
Hierdoor kan een veel preciezere postionering van een etiket op een product worden bekomen tijdens het kleven dan bij de bekende systemen.
Nog een belangrijk voordeel van een etiketteermachine overeenkomstig de uitvinding is dat de afstand van waaruit een etiket op een product kan wordt gekleefd aanzienlijk toeneemt en gemakkelijk 30 cm kan bedragen, daar waar de bekende systemen doorgaans slechts werken tot op 1 à 2 cm.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een etiketteermachine overeenkomstig de uitvinding worden de aanzuigmiddelen gevormd door een luchtleiding met één of meerdere openingen of blaasmonden die gericht zijn naar het open uiteinde van de koker tegenover het rooster, waarbij liefst nog deze aanzuigmiddelen zich in de koker bevinden op een zekere hoogte boven het rooster.
Bijkomend worden de blaasmiddelen van een etiketteermachine overeenkomstig de uitvinding ook liefst gevormd door een luchtleiding met één of meerdere openingen of blaasmonden die evenwel gericht zijn naar het uiteinde van de koker met het rooster, waarbij liefst nog de blaasmiddelen zijn aangebracht aan het open uiteinde van de koker tegenover het rooster, i.e. de open zijde verwijderd van de open zijde voorzien van het rooster..
Het is duidelijk dat zulke uitvoeringsvormen van een etiketteermachine overeenkomstig de uitvinding zeer eenvoudig van opbouw zijn, aangezien het volstaat eenvoudige luchtleidingen in de koker te monteren, waarbij perslucht die in de meeste bedrijven voor handen is, op eenvoudige wijze naar deze leidingen kan worden gevoerd.
Zulke uitvoeringsvormen kunnen dan ook op meer economische wijze worden vervaardigd dan de bekende etiketteermachines met ventilator of vacuümpomp.
De uitvinding heeft eveneens betrekking op een behuizing voor aanzuigmiddelen en blaasmiddelen van een etiketteermachine volgens de uitvinding zoals hiervoor beschreven, waarbij deze behuizing een hoofdzakelijk lege koker vormt met open uiteinden waarvan één uiteinde evenwel is voorzien van een rooster voor het tijdelijk vasthouden van etiketten met hun rugzijde tegen het rooster, waarbij de behuizing is voorzien van aanzuigmiddelen die een aanzuiging veroorzaken aan het rooster door lucht in de koker te blazen in de richting weg van het rooster en van blaasmiddelen die alternerend met de aanzuigmiddelen lucht in de koker blazen in de omgekeerde richting.
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, is hierna als voorbeeld zonder enig beperkend karakter een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een etiketteermachine overeenkomstig de uitvinding beschreven, met verwijzing naar bijgaande figuren, waarin: figuur 1 schematisch een etiketteermachine overeenkomstig de uitvinding weergeeft; figuur 2 op grotere schaal en in perspectief het gedeelte van de etiketteermachine uit figuur 1 weergeeft dat is aangeduid met F2; figuur 3 een zijaanzicht weergeeft volgens de pijl F3 van het gedeelte uit figuur 2; figuren 4 en 5 in doorsnede het gedeelte van de etiketteermachine uit figuur 2 weergeven, respectievelijk volgens de snedes IV-IV en V-V, waarbij ter illustratie van de werking van de etiketteermachine de richting van de luchtstroming werd aangeduid, respectievelijk wanneer de aanzuigmiddelen zijn geactiveerd en wanneer de blaasmiddelen zijn geactiveerd.
De in figuur 1 weergegeven etiketteermachine 1 volgens de uitvinding is bedoeld voor het kleven van zelfklevende etiketten 2 op producten 3, gewoonlijk meer bepaald op de verpakking van deze producten 3.
Om de producten 3 naar de etiketteermachine 1 te brengen wordt hierbij typisch gebruik gemaakt van een transportband 4.
De producten 3 kunnen bijvoorbeeld verpakt zitten in dozen. De uitvinding is echter tevens uitermate geschikt voor losse producten, al dan niet verpakt, die zeer uiteenlopende vormen en afmetingen kunnen aannemen.
In de etikeetteermachine 1 van figuur 1 is een voorraad etiketten 2 voorzien die op een regelmatige afstand van elkaar op een drager 5 in de vorm van een opgerolde band zijn aangebracht.
De etiketteermachine 1 is tevens voorzien van een aanvoermechanisme 6 dat de etiketten 2 op de drager 5 naar de producten 3 op de transportband 4 voert.
Dit aanvoermechanisme 6 wordt in dit geval gevormd door de drager 5 zelf die aan beide uiteinden 7 en 8 telkens is opgerold rondom een rondraaiende as, respectievelijk as 9 en as 10.
Het opgerolde gedeelte aan het ene uiteinde 7 van de drager 5 is nog voorzien van etikketen 2 en wordt daar met behulp van de as 9 afgewikkeld.
Het opgerolde gedeelte aan het andere uiteinde 8 van de drager 5 bevat het resterende gedeelte van de drager 5, waarvan de etiketten 2 reeds zijn verwijderd.
Dit gedeelte van de drager 5 wordt met behulp van de as 10 terug opgerold.
Tussen beide opgerolde gedeelten is tevens een afpelmechanisme 11 voorzien dat bedoeld is om de etiketten 2 van de drager 5 te scheiden.
Het afpelmechanisme 11 is, zoals tevens gebruikelijk is bij de bekende etiketteermachines, voorzien van een mes 12 waarover de drager 5 met de etiketten 2 wordt bewogen, waarbij de drager 5 ter plaatse van het mes 12 een scherpe richtingsverandering ondergaat, zodat de etiketten 2 door hun stijfheid de neiging hebben los te komen van de drager 5, waarbij de kleefzijde 13 van de etiketten 2 minstens gedeeltelijk vrij komt.
De etiketteermachine 1 is voorts voorzien van een gedeelte in de vorm van een behuizing 14 waarin aanzuigmiddelen 15 zijn aangebracht, waarmee een aangevoerd etiket 2 met zijn rugzijde 16 tegen de behuizing 14 kan worden aangezogen teneinde het aangevoerde etiket 2 tijdelijk vast te kunnen houden.
Bovendien is de etiketteermachine 1 voorzien van blaasmiddelen 17, die alternerend samenwerken met de aanzuigmiddelen 15 en waarmee het voordien aangezogen etiket 2 tegen een product 3 kan worden geblazen en erop kan worden gekleefd.
De behuizing 14, de aanzuigmiddelen 15 en de blaasmiddelen 17 volgens de uitvinding onderscheiden zich van de stand van de techniek door hun vorm en/of afmetingen, wat de voornoemde voordelen oplevert.
De behuizing 14 van de etiketteermachine 1 is meer in detail weergegeven in de figuren 2 tot 5.
De behuizing 14 voor de aanzuigmiddelen 15 en de blaasmiddelen 17 is hier gevormd door een hoofdzakelijk lege koker 18 waarvan de uiteinden 19 en 20 open zijn.
Dankzij de open uiteinden 19 en 20 wordt bekomen dat de lucht doorheen de uiteinden 19 en 20 in en uit de koker 18 kan stromen.
Eén uiteinde 19 van de koker 18 is evenwel voorzien van een rooster of raamwerk 21 dat bedoeld is om er etiketten 2 met hun rugzijde 16 tijdelijk tegen te kunnen vasthouden.
In dit geval heeft de koker 18 een vierkante dwarsdoorsnede, maar de koker 18 kan even goed een cirkelvormige, ovale of rechthoekige dwarsdoorsnede hebben of een dwarsdoorsnede van welke vorm dan ook.
Bovendien kan de koker 18 een variërende sectie vertonen langsheen zijn lengterichting en/of kan de koker 18 een gebogen lengteas vertonen. De open uiteinden waarvan sprake kunnen ook openingen in de mantel betreffen.
De koker 18 kan overigens uit verschillende materialen zijn vervaardigd, en/of kan vervangen worden door een veelvoud van kokers 18.
De totale sectie van de koker 18 of kokers 18 waar doorheen de lucht of een gas wordt geleid, is minstens zo groot als de helft van de oppervlakte van het etiket 2, en is liever nog minstens zo groot als de oppervlakte van het etiket 2.
Zulke afmetingen van een koker 18 laten namelijk een groot debiet toe bij een redelijk lage druk, cruciaal voor de stabiliteit van de luchtstroom, i.e. het beperken van de turbulenties.
Een ruim bemeten koker °18 kan overigens ook aangewend worden voor kleinere etiketten 2, doch wanneer de sectie van de koker 18 bijvoorbeeld meer dan vier maal de oppervlakte van een etiket 2 is, kunnen opvul- of invoegmiddelen in de koker 18 en/of ter plaatse van het rooster 21 voorzien worden.
Het is duidelijk dat hoe langer de koker 18 is, en hoe naakter de inwendige ruimte in de koker 18, hoe stabieler de luchtstroom ter plaatse van het etiket 2.
Zoals tevens het geval is in het voorbeeld weergegeven in de figuren, in het bijzonder verduidelijkt in figuur 4, worden de aanzuigmiddelen 15 bij voorkeur gevormd door een luchtleiding 22 met één of meerdere openingen of blaasmonden 23 die gericht zijn naar het open uiteinde 20 van de koker 18 tegenover het rooster 21.
Deze luchtleiding 22 bevindt zich hierbij liefst in de koker 18 op een zekere hoogte H boven het rooster 21.
De luchtleiding 22 in de koker 18 is hier bedoeld om te worden aangesloten op een persluchtleiding of dergelijke teneinde ze te doen doorstromen met lucht.
Zoals is weergegeven in figuur 4, veroorzaken de aanzuigmiddelen 15 bij doorstroming van de luchtleiding 22 met lucht een aanzuiging aan het rooster 21, aangezien lucht in de koker 18 wordt geblazen in de richting weg van het rooster 21 naar het open uiteinde 20 toe.
Aldus wordt bekomen dat een etiket 2 dat wordt aangeboden door het aanvoermechanisme 6 en van zijn drager 5 wordt gescheiden aan het mes 12, kan worden aangezogen tegen het rooster 21.
De blaasmiddelen 17 worden eveneens gevormd door een luchtleiding 24 met één of meerdere openingen of blaasmonden 25 die gericht zijn naar het uiteinde 19 van de koker 18 waarin het rooster 21 is aangebracht.
Deze blaasmiddelen 17 worden volgens de uitvinding liefst aangebracht aan het open uiteinde 20 van de koker 18 tegenover het rooster 21.
De luchtleiding 24 is opnieuw bedoeld om te worden aangesloten op een persluchtleiding of dergelijke teneinde ze te doen doorstromen met lucht.
In het getoonde voorbeeld is de luchtleiding 24 uitgevoerd als een luchtversneller 24, waarbij lucht onder druk aangevoerd vanuit de persluchtleiding via de opening 25 in de koker 18 stroomt en er een luchtstroming teweegbrengt van het open uiteinde 20 naar het rooster 21 aan het andere uiteinde 19 toe.
Zoals is weergegeven in figuur 5, zorgt een bijkomende opening 26 van de luchtversneller 24 hierbij voor een bijkomende aanzuiging van lucht aan het open uiteinde 20, zodat op eenvoudige wijze snel een groot debiet doorheen de koker 18 kan worden verwezenlijkt.
Het is duidelijk dat op deze wijze een etiket 2, dat aan het rooster 21 werd aangezogen met de aanzuigmiddelen 15, door desactivering van de aanzuigmiddelen 15 en activering van de blaasmiddelen 17 van het rooster 21 wordt weggeblazen.
Van belang voor de uitvinding is dat de lengte L van de koker 18 voldoende groot is en dat de aanzuigmiddelen 15 en de blaasmiddelen 17 op een voldoende grote afstand H en L van het rooster 18 zijn opgesteld, zodat de luchtstromen veroorzaakt door de aanzuigmiddelen 15 en de blaasmiddelen 17 in de koker 18 op zijn minst ter hoogte van het rooster 21 stabiel, gelijkmatig en/of laminair zijn en weinig of geen turbulentie vertonen.
Voor dezelfde reden is de koker 18 tevens compleet leeg uitgevoerd, afgezien van de aanzuigmiddelen 15 en de blaasmiddelen 17.
Op deze wijze wordt de doorstroming van de koker 18 met lucht zo weinig mogelijk gehinderd.
Tevens is het voordelig de koker 18 met een redelijk grote dwarsdoorsnede uit te voeren, wat opnieuw bijdraagt aan een stabiele luchtstroming in de koker 18.
In het getoonde voorbeeld strekt een gedeelte 27 van het rooster 21 zich tevens uit over een zijwand 28 van de koker 18, meer bepaald over het onderste gedeelte van de zijwand 28 aan het uiteinde 19.
De zijwand 28 van de koker 18 is hierbij bedoeld om naar het aanvoermechanisme 6 van etiketten 2 te zijn gericht.
Door het rooster 21 tot in deze zijwand 28 uit te breiden, kan op deze manier een grotere aanzuiging worden verkregen voor het aanzuigen van een aangevoerd etiket 2, dan wanneer zulk gedeelte van het rooster 21 niet in de zijwand 28 zou zijn voorzien.
In de uitvoeringsvorm getoond in de figuren is de koker 18 tevens voorzien van een kantelmechanisme 29 dat de koker 18 alternerend kan doen kantelen tussen een eerste stand, in dit geval een schuine stand, zoals is weergegeven in figuur 1, waarbij de koker 18 is gericht naar het aanvoermechanisme 6 van etiketten 2 teneinde een etiket 2 aan te zuigen en een tweede stand, in dit geval een verticale stand, zoals is weergegeven in de overige figuren, waarbij de koker 18 is gericht naar een product 3 teneinde een etiket 2 tegen het product 3 te kunnen blazen.
Hierbij is de koker 18 ter hoogte van zijn open uiteinde 20 zonder rooster 21 scharnierend opgesteld ten opzichte van een ondersteunende structuur 30 van de etiketteermachine, bijvoorbeeld rondom een as 31 waarmee de koker 18 aan de ondersteunende structuur 30 van de etiketteermachine 1 is opgehangen.
Het kantelmechanisme 29 is voorts voorzien van een zuigermechanisme 32 waarmee de eigenlijke kantelbeweging van de koker 18 rondom de voornoemde as 31 wordt verwezenlijkt en waarmee de koker 18 ter hoogte van zijn uiteinde 19 met rooster 21 heen en weer wordt bewogen.
Het is uiteraard de bedoeling dat het kantelmechanisme 29 samenwerkt met de aanzuigmiddelen 15 en de blaasmiddelen 17.
De werking van een etiketteermachine 1 volgens de uitvinding is eenvoudig en als volgt.
Met de transportband 4 worden producten 3 achtereenvolgens aan de etiketteermachine 1 gepresenteerd.
Het aanvoermechanisme 6 van etiketten 2 is hierbij zodanig afgesteld dat telkens wanneer een product 3 passeert een etiket 2 minstens gedeeltelijk van zijn drager 5 wordt gescheiden over het mes 12.
Hierbij is het noodzakelijk dat de snelheid van de transportband 4 en de afwikkelsnelheid van de band 5 met etiketten 2 op elkaar zijn afgestemd.
Wanneer een etiket 2 wordt aangevoerd door het aanvoermechanisme 6 wordt de koker 18 door de zuiger 32 van het kantelmechanisme 29 gericht naar het aangevoerd etiket 2, terwijl op dat moment tevens de aanzuigmiddelen 15 worden geactiveerd door de luchtleiding 22 te doen doorstromen met lucht.
Hierbij treedt een luchtstroming op in de koker 18, waarbij lucht doorheen het rooster 21 wordt aangezogen en aan het uiteinde 20 wordt uitgeblazen.
Op deze wijze wordt een onderdruk of vacuüm verkregen aan het rooster 21 en wordt het aangevoerd etiket 2 met zijn rugzijde 16 onder invloed van deze onderdruk tegen het rooster 21 gehouden.
Nadat het etiket 2 werd aangezogen tegen het rooster 21 brengt het zuigermechanisme 32 de koker 18 in de vertikale stand, waarbij het uiteinde 19 van de koker 18 is gericht naar een product 3 op de transportband 4.
Dit is het moment waarop de aanzuigmiddelen 15 worden gedesactiveerd door de luchtstroom in de luchtleiding 22 te stoppen en de blaasmiddelen 17 worden geactiveerd door lucht doorheen de luchtversneller 24 te sturen.
Hierbij wordt de luchtstroming doorheen de koker 18 omgekeerd, dus gericht van het open uiteinde 20 naar het rooster 21 toe, waarbij het etiket 2 op een product 3 wordt geblazen en er met zijn kleefzijde 13 tegen het product 3 wordt gekleefd.
Deze ganse cyclus wordt herhaald telkens wanneer een nieuw product 3 aan de etiketeermachine 1 wordt aangeboden.
Het is duidelijk dat zulke etiketteermachine 1 tal van voordelen heeft ten opzichte van de bekende etiketteermachines.
Eén van de grote voordelen is dat de luchtstromen die worden verwezenlijkt in de koker 18 stabiel zijn en geen of nauwelijks turbulentie vertonen.
Het is tevens duidelijk dat de etiketteermachine 1 volgens de uitvinding zeer eenvoudig is van opbouw en daardoor ook op zeer economische wijze kan vervaardigd worden.
Nog een voordeel van een etiketteermachine 1 volgens de uitvinding is dat met eenvoudige middelen een groot luchtdebiet doorheen de koker 18 kan worden verwezenlijkt en op eenvoudige wijze een vacuüm of onderdruk aan het rooster 21 kan worden opgebouwd, dit in tegenstelling tot de bekende etiketteermachines die hiervoor doorgaans dienen te worden uitgerust met een vacuümpomp of ventilator of dergelijke.
Het is echter duidelijk dat het voorzien van een vacuümpomp of ventilator of dergelijke in een etiketteermachine volgens de uitvinding niet is uitgesloten.
Door het grote debiet en de grote snelheid waarmee de lucht doorheen de koker 18 kan stromen, kunnen etiketten 2 met grote kracht naar een product 3 worden gestuwd.
Een etiketteermachine 1 volgens de uitvinding laat dan ook toe om etiketten 2 te kleven op producten 3 vanaf een beduidend grotere afstand in vergelijking met de bekende etiketteermachines en dit met overeenstemmende precisie.
Met etiketteermachines 1 volgens de uitvinding kunnen etiketten 2 worden aangebracht op producten 3 die zich op een afstanden van 5 cm, 10 cm en zelfs meer dan 25 cm bevinden van het rooster 21. Bij de bekende etiketteermachines hanteert men daarentegen afstanden in de grootteorde van millimeters tot maximaal één of enkele centimeters, waar bij deze laatste afstanden sterk wordt ingeboet op de precisie van de positionering van het etiket 2.
Bovendien is een etiketteermachine volgens de uitvinding geschikt voor het kleven van etiketten 2 volgens allerlei mogelijke configuraties.
Zo kan de koker 18 zowel vertikaal, horizontaal als schuin hellend worden opgesteld.
De producten 3 kunnen zowel van links naar rechts als van rechts naar links worden aangevoerd, bijvoorbeeld met behulp van een transportband 4.
Onder andere bij een horizontale of schuin hellende opstelling van de koker 18 kunnen de etiketten 2 door de etiketteermachine 1 op producten 3 worden gekleefd die van boven naar onder, of van onder naar boven worden aangevoerd.
Het is duidelijk dat vele variante uitvoeringsvormen voor een etiketteermachine 1 volgens de uitvinding kunnen worden uitgewerkt, zonder buiten het kader van de uitvinding te vallen.
Bijvoorbeeld hoeft de etiketteermachine 1 niet noodzakelijk te zijn voorzien van het voornoemde kantelmechanisme 29.
Ook kunnen andersoortige positioneringsmiddelen worden voorzien teneinde de koker 18 te richten tijdens het kleven.
De aanzuigmiddelen 15 en de blaasmiddelen 17 kunnen tevens allerlei vormen aannemen, met meer of minder openingen 23, 25 of 26.
In nog een andere uitvoeringsvorm zou de etiketteermachine 1 volgens de uitvinding tevens kunnen gebruikt worden voor het kleven van etiketten 2 die niet zelfklevend zijn.
Hierbij zou, na het aanzuigen van een etiket 2 tegen het rooster 21, bijvoorbeeld een lijm of kleefmiddel op de kleefzijde 13 van het etiket 2 kunnen worden aangebracht, bijvoorbeeld met behulp één of andere bijkomende spuit- of sproei-installatie, waarna dit etiket 2 zoals in de vorige gevallen op een product 3 zou kunnen worden gekleefd door activering van de blaasmiddelen 17.
Een voordeel van zulke uitvoeringsvorm is dat het aanvoermechanisme 6 zeer eenvoudig kan worden gemaakt, aangezien etiketten 2 niet meer van een drager 5 dienen te worden gescheiden, maar bijvoorbeeld gewoonweg ter plaatse van een doorlopende band zouden kunnen worden gesneden, of in gesneden toestand in stapeltjes in de etiketteermachine 1 kunnen worden opgeslagen.
De uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvorm, doch een etiketteermachine 1 en een behuizing 14 volgens de uitvinding kunnen op allerlei andere manieren worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (12)

1. Etiketteermachine (1) voor het kleven van etiketten (2) op producten (3) die naar de etiketteermachine (1) worden gevoerd, bijvoorbeeld door middel van een transportband (4), welke etiketteermachine (1) voorzien is van een aanvoermechanisme (6) voor het aanvoeren van etiketten (2); van aanzuigmiddelen (15) voor het tijdelijk vasthouden van een aangevoerd etiket (2), die worden gevormd door één of meerdere openingen in een behuizing die aan een onderdruk of vacuüm zijn blootgesteld teneinde het etiket (2) met zijn rugzijde (16) tegen de behuizing aan te zuigen; en, van blaasmiddelen (17) die alternerend samenwerken met de aanzuigmiddelen (15), waarbij een aangezogen etiket (2) terug wordt losgelaten van de voornoemde behuizing en met zijn kleefzijde tegen een product (3) wordt geblazen, daardoor gekenmerkt dat de behuizing (14) van de aanzuigmiddelen (15) en de blaasmiddelen (17) wordt gevormd door een hoofdzakelijk lege koker (18) met open uiteinden (19,20) waarbij evenwel één uiteinde (19) van de koker (18) is voorzien van een rooster (21) voor het tijdelijk vasthouden van etiketten (2) met hun rugzijde (16) tegen het rooster (21), waarbij de aanzuigmiddelen (15) een aanzuiging veroorzaken aan het rooster (21) door lucht in de koker (18) te blazen in de richting weg van het rooster (21) en waarbij de blaasmiddelen (17) alternerend met de aanzuigmiddelen (15) lucht in de koker (18) blazen in de omgekeerde richting.
2. Etiketteermachine (1) volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de aanzuigmiddelen (15) worden gevormd door een luchtleiding (22) met één of meerdere openingen of blaasmonden (23) die gericht zijn naar het open uiteinde (20) van de koker (18) tegenover het rooster (21).
3. Etiketteermachine (1) volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de aanzuigmiddelen (15) zich in de koker (18) bevinden op een zekere hoogte (H) boven het rooster (21).
4. Etiketteermachine (1) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de blaasmiddelen (17) worden gevormd door een luchtleiding (24) met één of meerdere openingen of blaasmonden (25) die gericht zijn naar het uiteinde (19) van de koker (18) met het rooster (21).
5. Etiketteermachine (1) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de blaasmiddelen (17) zijn aangebracht aan het open uiteinde (20) van de koker (18) tegenover het rooster (21).
6. Etiketteermachine (1) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de blaasmiddelen (17) en/of de aanzuigmiddelen (15) worden gevormd door een persluchtleiding.
7. Etiketteermachine (1) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de blaasmiddelen (17) voorzien zijn van een luchtversneller (24).
8. Etiketteermachine (1) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het rooster (21) zich tevens gedeeltelijk uitstrekt over een zijwand (28) van de koker (18).
9. Etiketteermachine (1) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de koker (18) voorzien is van een kantelmechanisme (29) dat de koker (18) alternerend doet kantelen tussen een stand gericht naar het aanvoermechanisme (6) van etiketten (2) teneinde een etiket (2) aan te zuigen en een stand gericht naar een product (3) teneinde een etiket (2) tegen het product (3) te blazen.
10. Etiketteermachine (1) volgens conclusie 9, daardoor gekenmerkt dat de koker (18) ter hoogte van zijn open uiteinde (20) zonder rooster (21) scharnierend is opgesteld ten opzichte van een ondersteunende structuur (30) en ter hoogte van zijn andere uiteinde (19) met rooster (21) heen en weer wordt bewogen door een zuigermechanisme (32).
11. Behuizing (14) voor aanzuigmiddelen (15) en blaasmiddelen (17) van een etiketteermachine (1) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de behuizing (14) wordt gevormd door een hoofdzakelijk lege koker (18) met open uiteinden (19,20) waarbij één uiteinde (19) evenwel is voorzien van een rooster (21) voor het tijdelijk vasthouden van etiketten (2) met hun rugzijde (16) tegen het rooster (21), waarbij de behuizing (14) is voorzien van aanzuigmiddelen (15) die een aanzuiging veroorzaken aan het rooster (21) door lucht in de koker (18) te blazen in de richting weg van het rooster (21) en van blaasmiddelen (17) die alternerend met de aanzuigmiddelen (15) lucht in de koker (18) blazen in de omgekeerde richting.
12. Werkwijze voor het aanbrengen van etiketten (2) op producten (3), welke werkwijze minstens de stappen omvat van het tijdelijk vasthouden van een etiket (2) en het aanbrengen van een etiket (2) op een product (3) door minstens gebruik te maken van een lucht- of gasstroom, daardoor gekenmerkt dat de lucht- of gasstroom minstens gedeeltelijk door een koker (18) of een combinatie van kokers (18) of dergelijke wordt geleid waarvan de totale sectie minstens zo groot is als de helft van de oppervlakte van een etiket (2), en bij voorkeur minstens zo groot als de oppervlakte van een etiket (2) dat dient te worden aangebracht.
BE2009/0236A 2009-04-15 2009-04-15 Etiketteermachine en behuizing voor aanzuigmiddelen en blaasmiddelen van zulke etiketteermachine. BE1018719A3 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2009/0236A BE1018719A3 (nl) 2009-04-15 2009-04-15 Etiketteermachine en behuizing voor aanzuigmiddelen en blaasmiddelen van zulke etiketteermachine.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE200900236 2009-04-15
BE2009/0236A BE1018719A3 (nl) 2009-04-15 2009-04-15 Etiketteermachine en behuizing voor aanzuigmiddelen en blaasmiddelen van zulke etiketteermachine.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1018719A3 true BE1018719A3 (nl) 2011-07-05

Family

ID=41343140

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2009/0236A BE1018719A3 (nl) 2009-04-15 2009-04-15 Etiketteermachine en behuizing voor aanzuigmiddelen en blaasmiddelen van zulke etiketteermachine.

Country Status (1)

Country Link
BE (1) BE1018719A3 (nl)

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3483059A (en) * 1965-12-17 1969-12-09 Avery Products Corp Applicator for pressure-sensitive adhesive labels
EP0663342A1 (fr) * 1994-01-18 1995-07-19 Lutrana Dispositif de transfert d'objets peu pesants par impulsions pneumatiques
WO2003080449A1 (en) * 2002-03-22 2003-10-02 Ica Spa Device for applying adhesive labels
US20040159402A1 (en) * 2003-02-12 2004-08-19 Convergent Label Technology Label application apparatus and method of operation thereof
US20050236112A1 (en) * 2000-03-10 2005-10-27 Barvit Industrial, Llc. Label application unit

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3483059A (en) * 1965-12-17 1969-12-09 Avery Products Corp Applicator for pressure-sensitive adhesive labels
EP0663342A1 (fr) * 1994-01-18 1995-07-19 Lutrana Dispositif de transfert d'objets peu pesants par impulsions pneumatiques
US20050236112A1 (en) * 2000-03-10 2005-10-27 Barvit Industrial, Llc. Label application unit
WO2003080449A1 (en) * 2002-03-22 2003-10-02 Ica Spa Device for applying adhesive labels
US20040159402A1 (en) * 2003-02-12 2004-08-19 Convergent Label Technology Label application apparatus and method of operation thereof

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US20200307839A1 (en) Unit or an apparatus for controlling or managing products or rolls
KR940006880A (ko) 라벨제거장치 및 라벨제거방법
MX2007003645A (es) Union directa de una maquina engrapadora de embutidos y un aparato transportador de embutidos.
WO2012088609A1 (en) Apparatus and method for cutting a material web
SE503050C2 (sv) Skäranordning för kapning av fibertrådformigt armeringsmaterial
AU2012201494B2 (en) A packaging machine former
CN109606872A (zh) 开箱装置
BE1018719A3 (nl) Etiketteermachine en behuizing voor aanzuigmiddelen en blaasmiddelen van zulke etiketteermachine.
RU2452671C2 (ru) Установка для упаковки продукта
US3328939A (en) Bag dispensing apparatus
AU2001100627B4 (en) Apparatus for loading objects into bags
US10492502B2 (en) Paper interleaver
JP3999933B2 (ja) 集積製品の塵埃除去装置
US20220332454A1 (en) Packaging machine for making filter bags with infusion productions
CN213439948U (zh) 一种具有清理功能的纸盒切割工作台
NL1015409C2 (nl) Inrichting voor het in hoezen verpakken van voorwerpen, zoals potplanten.
WO2020140528A1 (zh) 标签贴附装置
US11260999B2 (en) Thermoforming packaging machine with film deflection
US8567031B1 (en) Method and apparatus for removing a tubular flexible bag from a stack of articles
JPH01213111A (ja) 青果物の自動箱詰め装置
US1734318A (en) Apparatus for handling merchandise
CN112722426B (zh) 一种小包装湿巾包包装及其全自动包装机
CN217555793U (zh) 一种香精生产用分料装置
ES2965364T3 (es) Aparato para el suministro individual de material en lámina para capa base
JP6375162B2 (ja) 連結包装品の製造方法、及び、連結包装品の製造装置