BE1007289A3 - Werkwijze voor het regelen van een transmissie-eenheid bij motorvoertuigen en transmissie-eenheid die deze werkwijze toepast. - Google Patents
Werkwijze voor het regelen van een transmissie-eenheid bij motorvoertuigen en transmissie-eenheid die deze werkwijze toepast. Download PDFInfo
- Publication number
- BE1007289A3 BE1007289A3 BE9300728A BE9300728A BE1007289A3 BE 1007289 A3 BE1007289 A3 BE 1007289A3 BE 9300728 A BE9300728 A BE 9300728A BE 9300728 A BE9300728 A BE 9300728A BE 1007289 A3 BE1007289 A3 BE 1007289A3
- Authority
- BE
- Belgium
- Prior art keywords
- pressure
- force
- control
- transmission
- printing cylinder
- Prior art date
Links
Classifications
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F16—ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
- F16H—GEARING
- F16H61/00—Control functions within control units of change-speed- or reversing-gearings for conveying rotary motion ; Control of exclusively fluid gearing, friction gearing, gearings with endless flexible members or other particular types of gearing
- F16H61/66—Control functions within control units of change-speed- or reversing-gearings for conveying rotary motion ; Control of exclusively fluid gearing, friction gearing, gearings with endless flexible members or other particular types of gearing specially adapted for continuously variable gearings
- F16H61/662—Control functions within control units of change-speed- or reversing-gearings for conveying rotary motion ; Control of exclusively fluid gearing, friction gearing, gearings with endless flexible members or other particular types of gearing specially adapted for continuously variable gearings with endless flexible members
- F16H61/66254—Control functions within control units of change-speed- or reversing-gearings for conveying rotary motion ; Control of exclusively fluid gearing, friction gearing, gearings with endless flexible members or other particular types of gearing specially adapted for continuously variable gearings with endless flexible members controlling of shifting being influenced by a signal derived from the engine and the main coupling
- F16H61/66259—Control functions within control units of change-speed- or reversing-gearings for conveying rotary motion ; Control of exclusively fluid gearing, friction gearing, gearings with endless flexible members or other particular types of gearing specially adapted for continuously variable gearings with endless flexible members controlling of shifting being influenced by a signal derived from the engine and the main coupling using electrical or electronical sensing or control means
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F16—ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
- F16H—GEARING
- F16H61/00—Control functions within control units of change-speed- or reversing-gearings for conveying rotary motion ; Control of exclusively fluid gearing, friction gearing, gearings with endless flexible members or other particular types of gearing
- F16H61/12—Detecting malfunction or potential malfunction, e.g. fail safe; Circumventing or fixing failures
Abstract
Werkwijze voor het regelen van een transmissie-eenheid voor motorvoertuigen, meer special van een transmissie-eenheid van het type dat gebruik maakt van een continu variabele transmissie (2) en dat minstens bestaat uit een primaie poelie (3) op een ingaande as (4), een secundaire poelie (5) op een uitgaande as (6), een eindloos overbrengingselement (7) tussen de beide poelies (3,5) een eerste drukcilinder (8) die met de primaire poelie (3) samenwerkt, en een tweede drukcilinder (9) die met de secundaire poelie (5) samenwerkt, waarbij de poelies (3,5) en de drukcilinders (8,9) toelaten dat de loopstralen (R1,R2) van het eindloos overbrengingselement (7) op de poelies (3,5), en bijgevolg de overbrengingsverhouding, kunnen worden gewijzigd, daardoor gekenmerkt dat zowel de primaire als de secundaire druk, met andere woorden zowel de druk in de voornoemde eerste drukcilinder (8), als de druk in de voornoemde tweede drukcilinder (9) door middel van een sturing wordt geregeld.
Description
<Desc/Clms Page number 1> Werkwijze voor het regelen van een transmissie-eenheid bij motorvoertuigen en transmissie-eenheid die deze werkwijze toepast. Deze uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het regelen van een transmissie-eenheid bij motorvoertuigen, alsook op een transmissie-eenheid die deze werkwijze toepast. Meer speciaal houdt zij verband met transmissie-eenheden van het type dat gebruik maakt van een continu variabele transmissie en dat minstens bestaat uit een primaire poelie op een ingaande as, een secundaire poelie op een uitgaande as, een eindloos overbrengingselement tussen de beide poelies, een eerste drukcilinder die met de primaire poelie samenwerkt, en een tweede drukcilinder die met de secundaire poelie samenwerkt, waarbij de poelies en de drukcilinders toelaten dat de loopstralen van het eindloos overbrengingselement op de poelies, en bijgevolg de overbrengingsverhouding, kunnen worden gewijzigd. Het is bekend dat bij de tot op heden bestaande transmissie-eenheden van het voornoemde type uitsluitend de druk in slechts een van de voornoemde twee drukcilinders, meer speciaal de drukcilinder die bij de secundaire poelie behoort, op een bepaalde waarde wordt gehouden zodanig dat een welbepaalde knijpkracht wordt uitgeoefend, terwijl de primaire poelie uitsluitend door middel van een volumestroom wordt geregeld, welke regeling flowregeling wordt genoemd, dit teneinde de overbrengingsverhouding in te stellen. Een nadeel van deze bekende transmissie-eenheden bestaat erin dat zij onder bepaalde dynamische situaties beperkingen vertonen, met andere woorden niet meer aan de gestelde vereisten voldoen. <Desc/Clms Page number 2> De bekende transmissie-eenheden van het voornoemde type vertonen onder andere de eigenschap dat de primaire druk, met andere woorden de druk die in de voornoemde eerste cilinder heerst, zeer sterk kan variëren en zelfs onder de slipgrens kan komen. Deze druk is zo bijvoorbeeld bij stilstand gelijk aan nul. Tot nu toe werd aangenomen dat de knijpkracht aan de secundaire poelie tot een evenwichtskracht aan de primaire poelie zal leiden. Dit blijkt echter slechts beperkt mogelijk te zijn, wat er bijgevolg in resulteert dat bij extreme omstandigheden slip aan het overbrengingselement ontstaat. Zo moet de transmissie ook bij zeer krachtig remmen terug in haar beginstand geraken, alvorens terug kan vertrokken worden, omdat anders ook weer slip ontstaat. Dit kan bereikt worden door hogere regeltoerentallen aan te wenden, bijvoorbeeld 1700 tr/min, wat echter voor een optimaal brandstofverbruik niet wenselijk is. Deze uitvinding heeft een werkwijze voor het regelen van een transmissie-eenheid bij motorvoertuigen tot doel, alsook een transmissie-eenheid, waarbij de voornoemde nadelen worden uitgesloten, meer speciaal waarbij het dynamisch gedrag niet onderhevig is aan de voornoemde beperkingen. Hiertoe betreft de uitvinding een werkwijze voor het regelen van een transmissie-eenheid voor motorvoertuigen, meer speciaal van een transmissie-eenheid van het hogergenoemde type, daardoor gekenmerkt dat zowel de primaire als de secundaire druk, met andere woorden de druk in de voornoemde eerste en tweede drukcilinder door middel van een sturing wordt geregeld. Doordat hierdoor een dubbele drukregeling wordt gekreëerd, kan op elk dynamisch gedrag worden ingespeeld, en kunnen de voornoemde nadelen worden uitgesloten. <Desc/Clms Page number 3> Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt gebruik gemaakt van een sturing die voorziet in een gestuurde basisknijpkracht en een gestuurde schakelkracht, welke zowel aan respektievelijk de primaire als secundaire zijde van de transmissie gesuperponeerd kunnen worden. Volgens nog een bijzondere uitvoeringsvorm vertoont de werkwijze het kenmerk dat voor de basisknijpkracht een waarde wordt genomen die net iets hoger ligt dan de waarde waarbij slip tussen het eindloos overbrengingselement en de poelies optreedt. De basisknijpkrachten die aan de drukcilinders worden aangelegd, worden hierbij afgeleid uit het motorkoppel en de overbrengingsverhouding van de transmissie. Teneinde de overbrenging optimaal te laten verlopen, worden de voornoemde schakelkrachten, respektievelijk aan de primaire en secundaire zijde, bij voorkeur bepaald uit minstens het verschil tussen het gevraagd en het gemeten toerental, waarbij voor het gevraagd toerental hoofdzakelijk kan worden uitgegaan van de positie van het gaspedaal. In het bijzonder geniet het de voorkeur dat in een sturing wordt voorzien die ervoor zorgt dat in het geval dat de gevraagde schakelkracht kleiner is dan nul aan de primaire zijde zowel in een basisknijpkracht als een schakelkracht wordt voorzien, terwijl aan de secundaire zijde uitsluitend in een basisknijpkracht wordt voorzien, en dat in het geval dat de gevraagde schakelkracht groter is dan nul aan de primaire zijde uitsluitend in een basisknijpkracht wordt voorzien, terwijl dan aan de secundaire zijde zowel in een basisknijpkracht als een schakelkracht wordt voorzien. De uitvinding heeft eveneens betrekking op een transmissie-eenheid om de voornoemde werkwijze te <Desc/Clms Page number 4> realiseren, meer speciaal een transmissie-eenheid van het hogergenoemde type, met als kenmerk dat zij een sturing bevat die er voor zorgt dat de druk zowel in de eerste drukcilinder als in de tweede drukcilinder wordt aangestuurd en die voorziet in een gestuurde basisknijpkracht alsook een gestuurde schakelkracht, welke zowel aan respektievelijk de primaire als de secundaire zijde van de transmissie gesuperponeerd kunnen worden. Met het inzicht de kenmerken volgens de uitvinding beter aan te tonen, is hierna als voorbeeld zonder enig beperkend karakter een transmissie-eenheid volgens de uitvinding beschreven met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin : figuur 1 schematisch een transmissie-eenheid volgens de uitvinding weergeeft ; figuur 2 meer in detail het gedeelte weergeeft dat in figuur 1 met F2 is aangeduid. Zoals weergegeven in figuur 1 heeft de uitvinding betrekking op een transmissie-eenheid 1 van het type dat gebruik maakt van een continu variabele transmissie 2 en dat minstens bestaat uit een primaire poelie 3 op een ingaande as 4i een secundaire poelie 5 op een uitgaande as 6i een eindloos overbrengingselement 7 tussen de beide poelies 3 en 5, zoals een riem ; een eerste drukcilinder 8 die met de primaire poelie 3 samenwerkt ; en een tweede drukcilinder 9 die met de secundaire poelie 5 samenwerkt, waarbij de poelies 3 en 5 en de drukcilinders 8 en 9 toelaten dat de loopstralen R1 en R2 van het eindloos overbrengingselement 7 op de poelies 3 en 5, en bijgevolg de overbrengingsverhouding, kunnen worden gewijzigd. <Desc/Clms Page number 5> Elk der beide poelies 3 en 5 zijn zoals gekend V-vormig en vertonen elk een door middel van de voornoemde drukcilinders 8 en 9 verplaatsbare schijfhelft, respektievelijk 10 en 11. Zoals nog is weergegeven in figuur 1 wordt de ingaande as 4 rechtstreeks of onrechtstreeks aangedreven door de motor 12 van het voertuig. De uitgaande as 6 voorziet in de aandrijving van de wielen 13 via een aantal niet weergegeven overbrengingen en een differentieel 14. Het bijzondere van de huidige uitvinding bestaat erin dat zij een sturing 15 bevat die er voor zorgt dat zowel de druk in de eerste drukcilinder 8 als de druk in de tweede drukcilinder 9 wordt aangestuurd en die voorziet in een gestuurde basisknijpkracht alsook een gestuurde schakelkracht zowel aan de primaire als aan de secundaire zijde van de transmissie 2. Deze sturing 15 bestaat bij voorkeur minstens uit een regelaar 16, een rekeneenheid 17 voor het bepalen van de minimale knijpkracht, signaalverwerkingsmiddelen 18 en een hydraulisch drukregelcircuit 19. De regelaar 16 levert een signaal 20 af in funktie van verschillende parameters welke hoofdzakelijk in funktie zijn van de besturing van het voertuig. Een belangrijk gegeven hierbij is het verschil tussen het gevraagd en het gemeten toerental. De toegevoerde parameters bevatten dan ook minstens een signaal 81 dat representatief is voor het gevraagd toerental en een signaal S2 dat representatief is voor het gemeten toerental. Het signaal 81 kan uit de gaspedaalstand worden afgeleid. <Desc/Clms Page number 6> Andere parameters die van belang zijn, zijn onder andere de overbrengingsverhouding van de transmissie en het over te brengen koppel, voorgesteld door signalen S3 en S4. In wezen houdt de regelaar 16 rekening met zowel dynamische als statische karakteristieken. Het signaal 20 is dan ook de resultante van een statische schakelkracht en dynamische schakelkracht. De rekeneenheid 17 levert een signaal 21 af dat wordt afgeleid uit het motorkoppel en de overbrengingsverhouding van de transmissie 2, waartoe wordt uitgegaan van hiervoor representatieve signalen S5 en S6. Het signaal S5 kan bekomen worden door koppelafschatting of door de koppelingsdruk te meten. Het signaal S6 kan door de meting van de toerentallen en de deling van deze waarden worden bepaald. Het koppel bepaalt samen met de overbrengingsverhouding de minimaal benodigde knijpkracht om slip te vermijden. De signaalverwerkingsmiddelen 18 bepalen twee stuurwaarden 22 en 23 en leveren overeenstemmende stuursignalen 24 en 25 af. Hierbij is de eerste stuurwaarde 22 in funktie van het signaal 21 van de rekeneenheid 17, zulks om in een basisknijpkracht te voorzien om slip te voorkomen en is, in het geval dat de gevraagde schakelkracht kleiner is dan nul, ook in funktie van het voornoemde signaal 20, zulks om in een overeenstemmende bijkomende schakelkracht aan de primaire poelie 3 te voorzien. De tweede stuurwaarde 23 is eveneens in funktie van het signaal 21 van de rekeneenheid 17, ook om in een basisknijpkracht te voorzien, en is, in het geval dat de gevraagde schakelkracht groter is dan nul, ook in funktie van het voornoemde signaal 20, zulks om in een overeenstemmende bijkomende schakelkracht aan de secundaire poelie 5 te voorzien. <Desc/Clms Page number 7> De signaalverwerkingsmiddelen 18 zijn opgebouwd uit een selektie-eenheid 26, optelmiddelen 27 en 28, omvormers 29 en 30 en regelaars 31 en 32. De selektie-eenheid 26 zorgt ervoor dat het signaal 20 in het geval dat de gevraagde schakelkracht kleiner is dan nul aan de primaire zijde wordt doorgegeven, en in het geval dat de gevraagde schakelkracht groter is dan nul aan de secundaire zijde wordt doorgegeven, wat respektievelijk in signalen 33 en 34 resulteert. De optelmiddelen 27 voorzien in de optelling van de signalen 21 en 33 en de optelmiddelen 28 voorzien in de optelling van de signalen 21 en 34. Zij leveren signalen 35 en 36 af die representatief zijn voor de aan de primaire en secundaire poelies 3 en 5 uit te oefenen krachten. In de omvormers 29 en 30 worden, rekening houdende met het oppervlak van de drukcilinders 8 en 9, de signalen 35 en 36 die representatief zijn voor krachten omgezet in signalen die representatief zijn voor de te leveren drukken, namelijk de voornoemde stuurwaarden 22 en 23. Rekening houdende met de reeds heersende drukken aan de primaire en secundaire zijde, zulks door middel van terugkoppelingen 37 en 38, zorgen de regelaars 31 en 32 ervoor dat passende stuursignalen 24 en 25 worden afgeleverd. Het voornoemde drukregelcircuit 19 zet het voornoemde eerste stuursignaal 24 om in een druk aan de eerste drukcilinder 8 en zet het voornoemde tweede stuursignaal 25 om in een druk aan de tweede drukcilinder 9. De regelaar 16, de rekeneenheid 17 en de signaalverwerkingsmiddelen 18 bestaan bij voorkeur uit elektronische schakelingen. Uitgaande van de hiervoor uiteengezette <Desc/Clms Page number 8> opbouw ligt de vervaardiging van zulke schakelingen binnen het bereik van elke vakman. Het drukregelcircuit 19 is in figuur 2 meer in detail weergegeven. Zoals hierin is weergegeven, is het bij voorkeur van elektro-hydraulische aard en maakt het gebruik van elektromagnetische pulsgestuurde ventielen 39 en 40, die op hun beurt een primair en secundair drukregelventiel, respektievelijk 41 en 42, aansturen. De regelinrichting 19 wordt hierbij gevoed, door middel van een pomp 43, met een hydraulisch medium afkomstig uit een reservoir 44. De pulsgestuurde ventielen 39 en 40 worden aangestuurd door middel van de elektrische stuursignalen 24 en 25 en zorgen ervoor dat in leidingen 45 en 46 die in verbinding staan met de drukregelventielen 41 en 42 stuurdrukken heersen die nodig zijn om in leidingen 56 en 57 de drukken te realiseren overeenstemmend met de stuurwaarden 22 en 23. Hiertoe vertoont ieder ventiel, respektievelijk 39 en 40, een veerbelast kleplichaam 47, dat door middel van een elektromagneet 48 tegen de kracht van een veer 49 kan worden geopend, zodat het medium, dat via een leiding 50 wordt toegevoerd in de leiding 45 of 46 kan stromen. De druk in de leiding 50 wordt hierbij konstant gehouden door middel van een drukregelventiel 51, dat gevoed wordt door middel van de pomp 43,'via een leiding 52. Door gebruik te maken van elektrische stuursignalen 26 en 27 waarvan de pulslengte varieert in funktie van de gewenste drukwaarden, laten de kleplichamen 30 meer of minder hydraulisch medium door. Doordat het medium in de leidingen 45 en 46 slechts langzaam toe kan vloeien en langs kleine afvoeropeningen 53 kan wegvloeien, kan op deze wijze de druk in de leidingen 45 en 46 worden gewijzigd. <Desc/Clms Page number 9> De drukregelventielen 41 en 42 zijn bij voorkeur ventielen met veerbelaste kleplichamen, respektievelijk 54 en 55, waarvan de positie en dus de doorlaat bepaald wordt door de druk in de leidingen 45 en 46. In de weergegeven uitvoeringsvorm staan de drukregelventielen 41 en 42 in serie geschakeld. Hierbij wordt opgepompt medium via een leiding 56 aan het drukregelventiel 42 toegevoerd. Afhankelijk van de plaats van het kleplichaam 55 wordt een gedeelte van dit medium in mindere of meerdere mate via een leiding 57 afgevoerd en aan het drukregelventiel 41 toegevoerd. Het hieraan toegevoerde medium wordt dan weer, afhankelijk van de stand van het kleplichaam 54, naar de aanzuigzijde van de pomp 43 geleid, via een leiding 58. De leidingen 56 en 57 staan in verbinding met de drukcilinders 9 en 8. Om te bekomen dat zowel de kracht uitgeoefend door de eerste drukcilinder 8 als de kracht uitgeoefend door de tweede drukcilinder 9 optimaal kunnen worden ingesteld, vertoont de eerste drukcilinder 8 een groter drukoppervlak dan de tweede drukcilinder 9. Hierdoor kan op ieder ogenblik in de leiding 57 een kleinere druk gehandhaafd worden dan in de leiding 56, wat noodzakelijk is om de voornoemde serieschakeling van de drukregelventielen 41 en 42 te kunnen realiseren, en om te bekomen dat aan de eerste drukcilinder 8 indien nodig toch een grotere kracht kan worden gerealiseerd dan aan de tweede drukcilinder 9, onafhankelijk van het feit dat de druk in de leiding 57 steeds lager is dan in de leiding 56. Opgemerkt wordt dat de sturing zodanig is opgevat dat bij het niet aansturen van de pulsgestuurde ventielen 39 en 40, het ventiel 39 zieh zodanig instelt dat een minimale primaire druk wordt bekomen, en het ventiel 40 zieh zodanig instelt dat een maximale secundaire druk wordt bekomen. <Desc/Clms Page number 10> Eveneens wordt opgemerkt dat het bepalen van het doorgeleid koppel uit de koppelingsdruk, en het bepalen van de knijpkrachten aan de hand hiervan, zodanig gebeurt dat het eindloos overbrengingselement 7 altijd meer koppel kan doorleiden dan de koppeling. De werking van de transmissie-eenheid 1 kan eenvoudig uit de figuren en de voorafgaande beschrijving worden afgeleid en bestaat er hoofdzakelijk in dat in funktie van de signalen 20 en 21 zowel aan de primaire als de secundaire zijde in gestuurde drukken wordt voorzien, zodanig dat de transmissie-eenheid ook onder dynamische omstandigheden niet kan slippen. In elk van beide drukcilinders 8 en 9 wordt steeds een gestuurde knijpkracht gehandhaafd. Daarnaast wordt in een gestuurde schakelkracht voorzien, die afhankelijk van het feit of deze kleiner of groter is dan nul aan de drukcilinder 8 of 9 wordt aangelegd. De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvorm, doch dergelijke werkwijze voor het regelen van een transmissie-eenheid, alsmede de hiertoe aangewende transmissie-eenheid kunnen in verschillende varianten worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding, zoals gedefinieerd in de bijgaande konklusies, te treden.
Claims (1)
- Konklusies.1. - Werkwijze voor het regelen van een transmissie-eenheid voor motorvoertuigen, meer speciaal van een transmissie-eenheid van het type dat gebruik maakt van een continu variabele transmissie (2) en dat minstens bestaat uit een primaire poelie (3) op een ingaande as (4), een secundaire poelie (5) op een uitgaande as (6), een eindloos overbrengingselement (7) tussen de beide poelies (3,5), een eerste drukcilinder (8) die met de primaire poelie (3) samenwerkt, en een tweede drukcilinder (9) die met de secundaire poelie (5) samenwerkt, waarbij de poelies (3,5) en de drukcilinders (8,9) toelaten dat de loopstralen (R1, R2) van het eindloos overbrengingselement (7) op de poelies (3,5), en bijgevolg de overbrengingsverhouding, kunnen worden gewijzigd, daardoor gekenmerkt dat zowel de primaire als de secundaire druk,met andere woorden zowel de druk in de voornoemde eerste drukcilinder (8), als de druk in de voornoemde tweede drukcilinder (9) door middel van een sturing wordt geregeld.2.-Werkwijze volgens konklusie 1, daardoor gekenmerkt dat een sturing wordt gerealiseerd die voorziet in een gestuurde basisknijpkracht en een gestuurde schakelkracht, welke zowel aan respektievelijk de primaire als secundaire zijde van de transmissie gesuperponeerd kunnen worden.3.-Werkwijze volgens konklusie 2, daardoor gekenmerkt dat voor de basisknijpkracht een waarde wordt genomen die net iets hoger ligt dan de waarde waarbij slip tussen het eindloos overbrengingselement (7) en de poelies (3,5) optreedt. <Desc/Clms Page number 12> 4.- Werkwijze volgens konklusie 2 of 3, daardoor gekenmerkt dat de basisknijpkrachten die aan de drukcilinders (8,9) worden aangelegd, worden afgeleid uit het motorkoppel en de overbrengingsverhouding van de transmissie (2).5.-Werkwijze volgens een der konklusies 2,3 of 4, daardoor gekenmerkt dat bij het bepalen van de voornoemde schakelkrachten, respektievelijk aan de primaire en secundaire zijde, minstens rekening gehouden wordt met het verschil tussen het gevraagd en het gemeten toerental.6.-Werkwijze volgens konklusie 5, daardoor gekenmerkt dat in het geval dat de gevraagde schakelkracht kleiner is dan nul aan de primaire zijde zowel in een basisknijpkracht als een schakelkracht wordt voorzien, terwijl aan de secundaire zijde uitsluitend in een basisknijpkracht wordt voorzien, en dat in het geval dat de gevraagde schakelkracht groter is dan nul aan de primaire zijde uitsluitend in een basisknijpkracht wordt voorzien, terwijl aan de secundaire zijde zowel in een basisknijpkracht als een schakelkracht wordt voorzien.7.-Werkwijze volgens één der voorgaande konklusies, daardoor gekenmerkt dat het bepalen van het doorgeleid koppel uit de koppelingsdruk, en het bepalen van de knijpkrachten aan de hand hiervan, zodanig gebeurt dat het eindloos overbrengingselement (7) altijd meer koppel kan doorleiden dan de koppeling.8.-Transmissie-eenheid die de werkwijze van konklusie 1 toepast, en van het in konklusie 1 genoemde type, daardoor gekenmerkt dat zij een sturing (15) bevat die er voor zorgt dat zowel de druk in de eerste drukcilinder (8) als de druk in de tweede drukcilinder (9) worden aangestuurd en die voorziet in een gestuurde basisknijpkracht als ook een <Desc/Clms Page number 13> gestuurde schakelkracht zowel aan de primaire als aan de secundaire zijde van de transmissie (2).9.-Transmissie-eenheid volgens konklusie 8, daardoor gekenmerkt dat de sturing (15) minstens bestaat uit een regelaar (16) die een signaal (20) aflevert dat de gevraagde schakelkracht representeert, welk minstens rekening houdt met het verschil tussen het gevraagd en het gemeten toerental ; een rekeneenheid (17) die een signaal (21) aflevert dat bepalend is voor de basisknijpkracht en dat wordt afgeleid uit het motorkoppel en de overbrengingsverhouding van de transmissie (2) ;signaalverwerkingsmiddelen (18) die twee stuurwaarden (22, 23) bepalen en overeenstemmende stuursignalen (24,25) afleveren, waarbij de eerste stuurwaarde (22) in funktie is van het signaal (21) van de rekeneenheid (17), zulks om in een basisknijpkracht te voorzien om slip te voorkomen en, in het geval dat de gevraagde schakelkracht kleiner is dan nul, ook in funktie is van het voornoemde signaal (20), zulks om in een overeenstemmende bijkomende schakelkracht aan de primaire poelie (3) te voorzien, en waarbij de tweede stuurwaarde (23) eveneens in funktie is van het signaal (21) van de rekeneenheid (17), ook om in een basisknijpkracht te voorzien, en, in het geval dat de gevraagde schakelkracht groter is dan nul, ook in funktie is van het signaal (20) van de voornoemde regelaar (16), zulks om in een overeenstemmende bijkomende schakelkracht aan de secundaire poelie (5)te voorzien ; en een hydraulisch drukregelcircuit (19) dat het voornoemde eerste stuursignaal (24) omzet in een druk aan de eerste drukcilinder (8) en dat het voornoemde tweede stuursignaal (25) omzet in een druk aan de tweede drukcilinder (9).10.-Transmissie-eenheid volgens konklusie 9, daardoor gekenmerkt dat het drukregelcircuit (19) van elektro-hy- <Desc/Clms Page number 14> draulische aard is en hoofdzakelijk bestaat uit, enerzijds, elektromagnetische pulsgestuurde ventielen (39,40) die in stuurdrukken voorzien, en anderzijds, een primair drukregelventiel (41) en secundair drukregelventiel (42) die door de voornoemde stuurdrukken worden aangestuurd en die de drukken in de eerste drukcilinder (8) en de tweede drukcilinder (9) regelen.11.-Transmissie-eenheid volgens konklusie 10, daardoor gekenmerkt dat de drukregelventielen (41,42) in serie zijn geschakeld, waarbij het hydraulisch medium eerst wordt toegevoerd aan het drukregelventiel (42) dat bij de secundaire zijde van de transmissie (2) behoort ; en dat de eerste drukcilinder (8) een groter drukoppervlak vertoont dan de tweede drukcilinder (9).
Priority Applications (3)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE9300728A BE1007289A3 (nl) | 1993-07-14 | 1993-07-14 | Werkwijze voor het regelen van een transmissie-eenheid bij motorvoertuigen en transmissie-eenheid die deze werkwijze toepast. |
EP94201819A EP0634590A1 (en) | 1993-07-14 | 1994-06-24 | Method for regulating a transmission unit in motor vehicles, and a transmission unit using this method |
JP16103594A JPH0771549A (ja) | 1993-07-14 | 1994-07-13 | 自動車変速装置の調整方法及び変速装置 |
Applications Claiming Priority (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE9300728A BE1007289A3 (nl) | 1993-07-14 | 1993-07-14 | Werkwijze voor het regelen van een transmissie-eenheid bij motorvoertuigen en transmissie-eenheid die deze werkwijze toepast. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
BE1007289A3 true BE1007289A3 (nl) | 1995-05-09 |
Family
ID=3887183
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
BE9300728A BE1007289A3 (nl) | 1993-07-14 | 1993-07-14 | Werkwijze voor het regelen van een transmissie-eenheid bij motorvoertuigen en transmissie-eenheid die deze werkwijze toepast. |
Country Status (3)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP0634590A1 (nl) |
JP (1) | JPH0771549A (nl) |
BE (1) | BE1007289A3 (nl) |
Families Citing this family (9)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE4417346A1 (de) * | 1994-05-18 | 1995-11-30 | Telefunken Microelectron | Verfahren zur Einstellung der Vorspannkraft für das Transmissionselement eines stufenlosen Getriebes |
DE19533976A1 (de) * | 1995-09-14 | 1997-03-20 | Zahnradfabrik Friedrichshafen | Hydraulisches System für ein CVT |
JP3640477B2 (ja) * | 1996-10-11 | 2005-04-20 | 本田技研工業株式会社 | 無段変速機における油圧制御装置 |
DE19851110A1 (de) * | 1998-11-06 | 2000-05-11 | Zahnradfabrik Friedrichshafen | Verfahren zur Einstellung des Übersetzungswertes für ein stufenloses Umschlingungsgetriebe |
DE19902615A1 (de) * | 1999-01-23 | 2000-07-27 | Zahnradfabrik Friedrichshafen | Hydraulisches System |
DE19914931B4 (de) * | 1999-04-01 | 2007-12-13 | Zf Friedrichshafen Ag | Vorrichtung zum Steuern eines CVT |
GB0016182D0 (en) | 2000-06-30 | 2000-08-23 | Lucas Industries Ltd | Controller for a continuously variable transmission |
DE10033201A1 (de) | 2000-07-07 | 2002-01-17 | Zf Batavia Llc | Hydraulisches System |
DE10101356A1 (de) * | 2001-01-13 | 2002-07-25 | Bosch Gmbh Robert | System zur Einstellung der Anpresskräfte eines stufenlos verstellbaren Getriebes |
Citations (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB2058256A (en) * | 1979-09-12 | 1981-04-08 | Bosch Gmbh Robert | Control apparatus for a stepless transmission |
EP0061733A2 (en) * | 1981-03-28 | 1982-10-06 | Nissan Motor Co., Ltd. | A shift control valve means for controlling continuously variable V-belt transmission |
DE3310786A1 (de) * | 1983-03-24 | 1984-09-27 | Mannesmann Rexroth GmbH, 8770 Lohr | Stufenlos verstellbares kegelscheibenumschlingungsgetriebe |
EP0194821A1 (en) * | 1985-03-12 | 1986-09-17 | Honda Giken Kogyo Kabushiki Kaisha | Infinitely variable transmission |
EP0235712A2 (en) * | 1986-02-22 | 1987-09-09 | Toyota Jidosha Kabushiki Kaisha | Hydraulic control system for continuously variable transmission for automotive vehicle |
JPH01116365A (ja) * | 1987-10-28 | 1989-05-09 | Daihatsu Motor Co Ltd | Vベルト式無段変速機の変速制御装置 |
DE3914792A1 (de) * | 1989-05-05 | 1990-11-08 | Piv Antrieb Reimers Kg Werner | Kraftfahrzeugantrieb |
-
1993
- 1993-07-14 BE BE9300728A patent/BE1007289A3/nl not_active IP Right Cessation
-
1994
- 1994-06-24 EP EP94201819A patent/EP0634590A1/en not_active Withdrawn
- 1994-07-13 JP JP16103594A patent/JPH0771549A/ja active Pending
Patent Citations (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB2058256A (en) * | 1979-09-12 | 1981-04-08 | Bosch Gmbh Robert | Control apparatus for a stepless transmission |
EP0061733A2 (en) * | 1981-03-28 | 1982-10-06 | Nissan Motor Co., Ltd. | A shift control valve means for controlling continuously variable V-belt transmission |
DE3310786A1 (de) * | 1983-03-24 | 1984-09-27 | Mannesmann Rexroth GmbH, 8770 Lohr | Stufenlos verstellbares kegelscheibenumschlingungsgetriebe |
EP0194821A1 (en) * | 1985-03-12 | 1986-09-17 | Honda Giken Kogyo Kabushiki Kaisha | Infinitely variable transmission |
EP0235712A2 (en) * | 1986-02-22 | 1987-09-09 | Toyota Jidosha Kabushiki Kaisha | Hydraulic control system for continuously variable transmission for automotive vehicle |
JPH01116365A (ja) * | 1987-10-28 | 1989-05-09 | Daihatsu Motor Co Ltd | Vベルト式無段変速機の変速制御装置 |
DE3914792A1 (de) * | 1989-05-05 | 1990-11-08 | Piv Antrieb Reimers Kg Werner | Kraftfahrzeugantrieb |
Non-Patent Citations (1)
Title |
---|
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 13, no. 130 (M - 857) 31 July 1989 (1989-07-31) * |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
JPH0771549A (ja) | 1995-03-17 |
EP0634590A1 (en) | 1995-01-18 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US6824483B1 (en) | Control system for continuously variable transmission and continuously variable transmission wherein such is utilized | |
EP0140355B1 (en) | Method and apparatus for controlling hydraulically-operated continuously variable transmission of belt-and-pulley type | |
EP0063787A1 (en) | Control system for continuously variable transmission | |
BE1007289A3 (nl) | Werkwijze voor het regelen van een transmissie-eenheid bij motorvoertuigen en transmissie-eenheid die deze werkwijze toepast. | |
EP0440422A2 (en) | Hydraulic control apparatus for belt-and-pulley type continuously variable transmission, incorporating means for optimizing belt tensioning pressure | |
US4674363A (en) | System for controlling the pressure of oil in a system for a continuously variable transmission | |
US4759236A (en) | System for controlling the pressure of oil in a system for a continuously variable transmission | |
EP0213948B1 (en) | Oil pressure control system for continuously variable transmission | |
US5020392A (en) | Transmission ratio control system for a continuously variable transmission | |
BE1004805A3 (nl) | Inrichting voor het regelen van een automatische transmissie-eenheid. | |
EP0207227B1 (en) | Control system for an infinitely variable transmission | |
EP0233781B1 (en) | Transmission ratio control system for a continuously variable transmission | |
US4642069A (en) | Hydraulic control system for continuously variable transmission | |
US4794819A (en) | Control system for a continuously variable transmission | |
US4721019A (en) | Control system for an infinitely variable transmission | |
EP0257958B1 (en) | Transmission ratio control system for a continuously variable transmission | |
US5788599A (en) | Continuously variable transmission system for vehicle | |
US4444297A (en) | Control system for a fluid pressure engaged clutch | |
EP0205257B1 (en) | Infinitely variable transmission oil pressure control | |
US4840263A (en) | Hydraulic control device for 4WD torque distribution clutch providing stabilized pressure characteristics | |
US4841814A (en) | System for controlling the pressure of oil in a system for a continuously variable transmission | |
US4761153A (en) | Transmission ratio control system for a continuously variable transmission | |
US6623388B1 (en) | System for adjusting the voltage of a wrapped component of an infinitely variable speed transmission | |
EP0240285A2 (en) | Transmission ratio control system for a continuously variable transmission | |
JP2899655B2 (ja) | 無段変速機の油圧制御装置 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
RE | Patent lapsed |
Owner name: VCST N.V. Effective date: 19980731 |