NL9201351A - Uit twee lagen bestaand papiermachinedoek. - Google Patents

Uit twee lagen bestaand papiermachinedoek. Download PDF

Info

Publication number
NL9201351A
NL9201351A NL9201351A NL9201351A NL9201351A NL 9201351 A NL9201351 A NL 9201351A NL 9201351 A NL9201351 A NL 9201351A NL 9201351 A NL9201351 A NL 9201351A NL 9201351 A NL9201351 A NL 9201351A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
yarns
transverse
yarn
wear
longitudinal
Prior art date
Application number
NL9201351A
Other languages
English (en)
Other versions
NL193409B (nl
NL193409C (nl
Original Assignee
Tamfelt Oy Ab
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Tamfelt Oy Ab filed Critical Tamfelt Oy Ab
Publication of NL9201351A publication Critical patent/NL9201351A/nl
Publication of NL193409B publication Critical patent/NL193409B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL193409C publication Critical patent/NL193409C/nl

Links

Classifications

    • DTEXTILES; PAPER
    • D21PAPER-MAKING; PRODUCTION OF CELLULOSE
    • D21FPAPER-MAKING MACHINES; METHODS OF PRODUCING PAPER THEREON
    • D21F1/00Wet end of machines for making continuous webs of paper
    • D21F1/0027Screen-cloths
    • D21F1/0036Multi-layer screen-cloths
    • DTEXTILES; PAPER
    • D03WEAVING
    • D03DWOVEN FABRICS; METHODS OF WEAVING; LOOMS
    • D03D15/00Woven fabrics characterised by the material, structure or properties of the fibres, filaments, yarns, threads or other warp or weft elements used
    • DTEXTILES; PAPER
    • D03WEAVING
    • D03DWOVEN FABRICS; METHODS OF WEAVING; LOOMS
    • D03D15/00Woven fabrics characterised by the material, structure or properties of the fibres, filaments, yarns, threads or other warp or weft elements used
    • D03D15/20Woven fabrics characterised by the material, structure or properties of the fibres, filaments, yarns, threads or other warp or weft elements used characterised by the material of the fibres or filaments constituting the yarns or threads
    • D03D15/283Woven fabrics characterised by the material, structure or properties of the fibres, filaments, yarns, threads or other warp or weft elements used characterised by the material of the fibres or filaments constituting the yarns or threads synthetic polymer-based, e.g. polyamide or polyester fibres
    • DTEXTILES; PAPER
    • D10INDEXING SCHEME ASSOCIATED WITH SUBLASSES OF SECTION D, RELATING TO TEXTILES
    • D10BINDEXING SCHEME ASSOCIATED WITH SUBLASSES OF SECTION D, RELATING TO TEXTILES
    • D10B2331/00Fibres made from polymers obtained otherwise than by reactions only involving carbon-to-carbon unsaturated bonds, e.g. polycondensation products
    • D10B2331/02Fibres made from polymers obtained otherwise than by reactions only involving carbon-to-carbon unsaturated bonds, e.g. polycondensation products polyamides
    • DTEXTILES; PAPER
    • D10INDEXING SCHEME ASSOCIATED WITH SUBLASSES OF SECTION D, RELATING TO TEXTILES
    • D10BINDEXING SCHEME ASSOCIATED WITH SUBLASSES OF SECTION D, RELATING TO TEXTILES
    • D10B2331/00Fibres made from polymers obtained otherwise than by reactions only involving carbon-to-carbon unsaturated bonds, e.g. polycondensation products
    • D10B2331/04Fibres made from polymers obtained otherwise than by reactions only involving carbon-to-carbon unsaturated bonds, e.g. polycondensation products polyesters, e.g. polyethylene terephthalate [PET]

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Textile Engineering (AREA)
  • Paper (AREA)
  • Woven Fabrics (AREA)

Description

Korte aanduiding: Uit twee lagen bestaand papiermachinedoek.
De uitvinding heeft betrekking op een papiermachinedoek, omvatttende in langsrichting verlopende scheringdraden en in dwarsrichting verlopende inslagdraden, aangebracht ter vorming van een struktuur van ten minste twee lagen.
Doeken van dit type, zogenoemde zeefdoeken, zijn in de techniek bekend. Veel typen zeefdoek zijn vervaardigd, bijv. uit één laag bestaande of uit veel lagen bestaande zeefdoeken. Van de uit veel lagen bestaande zeefdoeken zijn de uit twee lagen bestaande zeefdoeken waarschijnlijk de meest bekende, en deze zijn gedurende lange tijd toegepast in de papiervervaardigingsindustrie.
Uit dubbele lagen bestaande zeefdoeken bezitten veel voordelen ten opzichte van uit een enkele laag bestaande weefsels, omdat de papierzijde en de slijtagezijde van een weefsel kunnen worden gevormd zodat zij verschillende eigenschappen bezitten. Normale constructies van uit dubbele lagen gevormde zeefdoeken bezitten een gladde papierzijde en een grove slijtagezijde. Het nadeel van uit twee lagen bestaande zeefdoeken is dat zij slechte ontwateringseigenschappen bezitten wanneer de schering en inslagdraden met hoge dichtheid zijn geweven. Dit veroorzaakt problemen met papiermachines die leiden tot hoge sleepbelastingen.
Het oogmerk van de uitvinding is het verminderen van markeren van papier en sleepbelastingen veroorzaakt door het zeefdoek. Dit wordt verkregen door middel van een papiermachinedoek volgens de uitvinding dat wordt gekenmerkt doordat het weefsel twee in langsrichting verlopende garensystemen en ten minste drie in dwarsrichting verlopende garensystemen omvat, waarbij het eerste in dwarsrichting verlopende garensysteem wordt gevormd uit garens met een eerste diameter en die zijn aangebracht op de papierzijde van het zeefdoek, waarbij het tweede in dwarsrichting verlopende garensysteem wordt gevormd uit garens met een tweede diameter, en het derde in dwars-richting verlopende garensysteem wordt gevormd uit garens met een derde diameter, die in hoofdzaak kleiner is dan de tweede diameter, waarbij het eerste in langsrichting verlopende garensysteem ineengevlochten is met de garens van de eerste en tweede in dwarsrichting verlopende garensystemen en het tweede in langsrichting verlopende garensysteem is ineengevlochten met de garens van de eerste en derde in dwarsrichting verlopende garensystemen, waarbij het tweede in langsrichting verlopende garensysteem wordt beschermd tegen slijtage door het derde in dwarsrichting verlopende garensysteem in hoofdzaak binnen het weefsel aan te brengen om de onderste lussen van het tweede in langsrichting verlopende garensysteem eveneens binnen het weefsel te houden.
Het voordeel van het papiermachineweefsel is dat het een hogere doordringbaarheid bezit en lagere sleepbelas-tingen dan conventionele uit dubbele lagen gevormde zeefdoeken, doch het bezit eveneens een goede slijtageweerstand en een niet-markerend papierzijdeoppervlak en een stabiele struktuur.
Zeefdoeken met gebruikelijke constructie bezitten in langsrichting verlopende garens die weven met elk in dwarsrichting verlopend garensysteem zowel op de papierzijde als de slijtagezijde. Hoge garendichtheid in deze bekende weefsels leidt gewoonlijk tot drainageproblemen en lage garendichtheid leidt tot grotere dunheid. Verschillende pogingen zijn verricht om drainage, slijtageweerstand en markeringseigenschappen te verbeteren, bijv. door middel van het gebruik van meer dan één in langsrichting verlopend garensysteem of door gebruik van in dwarsrichting verlopend garens met afwisselende diameter op de slijtagezijde van het weefsel, doch tot nu toe hebben verbeteringen in enkele eigenschappen geleid tot een verslechtering van andere eigenschappen. De onderhavige uitvinding verbetert zowel ontwateringseigenschappen als stabiliteit in vergelijking met bekende zeefdoeken.
Een octrooiaanvrage, US 4.499.927, bezit twee afzonderlijke in langsrichting verlopende garensystemen, waarvan een dooreengevlochten is met in dwarsrichting verlopende garensystemen van zowel de papierzijde als de slijtagezijde, en één alleen met de in dwarsrichting verlopende garensystemen van de papierzijde. Deze octrooiaanvrage beoogt enkele van de in langsrichting verlopende garens te beschermen tegen afschuringsslijtage doch leidt tegelijkertijd tot grotere dunheid door een minder stabiele weefconstructie in vergelijking met conventionele uit twee lagen bestaande zeefdoeken.
Een andere bekende constructie met in langsrichting verlopende garens die ineengevlochten zijn met alleen één zijde van het weefsel wordt aangeboden in het Amerikaanse octrooischrift 4.314.589, waarbij in één uitvoeringsvorm enkele van de in langsrichting verlopende garens zijn ineengevlochten met alleen de onderste laag van in dwarsrichting verlopende garens, en in een andere uitvoeringsvorm enkele van de in langsrichting verlopende garens zijn ineengevlochten met alleen de bovenste laag van in dwarsrichting verlopende garens en enkele in langsrichting verlopende garens zijn ineengevlochten met alleen de onderste laag van in dwarsrichting verlopende garens. Een ander kenmerk van deze uitvinding is een lager aantal in dwarsrichting verlopende garens van de slijtagezijde in vergelijking met het aantal van de in dwarsrichting verlopende garens van de papierzijde. Medegedeeld wordt dat dit de drainage verbetert, doch tezamen met de in langsrichting verlopende garens die niet ineengevlochten zijn met beide lagen van in dwarsrichting verlopende garens leidt het eveneens tot dunheid.
In dwarsrichting verlopende garens met afwisselende diameters zijn eveneens eerder toegepast. Een voorbeeld daarvan is de uitvinding van het Amerikaanse octrooischrift 3.851.681, waarbij afwisselende diameters zijn toegepast om een ongelijk oppervlak te ontwikkelen voor de slijtagezijde om de levensduur van een enkele laagvormend weefsel te ver groten. Een bepaalde reden voor de grotere levensduur is niet gegeven, alleen een vermoeden dat het kan worden verkregen door water dat stroomt langs het ongelijke slijtage-oppervlak en een film vormt die het slijtage-oppervlak bevochtigt en aldus de afschurende slijtage vermindert, of dat het kan zijn dat het aanbrengen van grotere inslaggarens grotere slijtage-oppervlakte gebieden vormt die de levensduur van het weefsel verlengen. In deze aanvrage schijnt de centrale gedachte te bestaan uit in dwarsrichting verlopende garens die groter zijn dan gebruikelijk in tegenstelling tot de onderhavige uitvinding.
Een andere toepassing van afwisselende garendiameters wordt aangeboden in het Amerikaanse octrooischrift 3.603.354. Dit octrooischrift heeft betrekking op een vilt voor de papierfabrikant dat enigszins grotere garens gevormd uit onsamendrukbaar materiaal bezit. De gedachte van deze uitvinding is het ongewijzigd houden van de vorm van het weefsel wanneer het weefsel gaat door drukwalsen en derhalve om het lege volume te verhogen in vergelijking met weefsels zonder onsamendrukbare garens. Ook in deze uitvinding wordt het voordeel verkregen door middel van grotere garens van het weefsel en niet door middel van kleinere garens zoals in de onderhavige uitvinding.
Een uit twee lagen bestaand zeefdoek met een open slijtagezijde en een dichte papierzijde wordt aangeboden in het Amerikaanse octrooischrift 4.985.084. In dit geval wordt de open struktuur verkregen door elk tweede in dwarsrichting verlopend bodemgaren weg te laten en de weefstruktuur zodanig aan te passen dat elk in langsrichting verlopend garen wordt geweven met zowel papier- als slijtagezijdegarens. Deze oplossing maakt het mogelijk om een papierfabricageweefsel te verschaffen met alle noodzakelijke eigenschappen, zoals niet-markerend oppervlak, goede drainage, retentie, loopvermogen en slijtageweerstand. De onderhavige uitvinding verbetert de slijtageweerstand opmerkelijk in vergelijking met dit zeefdoek omdat de ongeweven delen (floats) van de in dwarsrichting verlopende garens van de slijtagezijde langer gemaakt kunnen worden. De onderhavige uitvinding vermindert eveneens de dunheid in vergelijking met dit zeefdoek, omdat de in dwars-richting verlopende garens van de slijtagezijde met een kleinere diameter de weefstruktuur stabiliseren.
De bekende weefseldoeken met een open slijtagezijde bezitten gewoonlijk een dunne struktuur, ofwel omdat ze lussen van in langsrichting verlopende garens op de slijtage-zijde missen ofwel vanwege extra in dwarsrichting verlopende garens op de papierzijde die ruimte vereisen op de papier-zijde en het aldus noodzakelijk maken om de dichtheid van de in dwarsrichting verlopende garens die de basisstruktuur van het zeefdoek vormen te verhogen. Een voorbeeld van extra, in dwarsrichting verlopende garens op de papierzijde wordt aangeboden in het Amerikaanse octrooischrift 4.423.755. Deze zogenoemde extra inslaggarens versterkende struktuur van het zeefdoek niet, omdat zij niet ineengevlochten zijn met de garens van de basisstruktuur, doch alleen gaan onder de ongeweven delen (floats) van de in langsrichting verlopende garens tussen twee in dwarsrichting verlopende garens van de basisstruktuur. Deze extra inslaggarens liggen tamelijk los op de papierzijde van het zeefdoek en er wordt vrijwel geen druk op ze gericht.
Het zeefdoek volgens de uitvinding is in de eerste plaats voordelig doordat het goede afwateringseigenschappen bezit ondanks de hoge dichtheid van schering- en inslag-draden. Een ander voordeel is dat de sleepbelasting, veroorzaakt door dit type zeefdoek kleiner is dan de sleepbelas-tingen die worden veroorzaakt door bekende zeefdoeken.
Andere voordelen zijn een glad en niet-markerend oppervlak van de papierzijde en goede slijtageweerstandseigenschappen.
De hierboven genoemde voordelen worden verkregen door toepassing van twee in dwarsrichting verlopende garens met verschillende diameters op de onderzijde van het zeefdoek en door toepassing van twee systemen van in langsrichting verlopende garens. Beide in langsrichting verlopende garen systemen zijn gevlochten met in dwarsrichting verlopende garens op zowel papierzijde als slijtagezijde, met het enige verschil dat het eerste in langsrichting verlopende garensysteem ineengevlochten is met de in dwarsrichting verlopende garens van de slijtagezijde met de grotere diameter en het tweede in langsrichting verlopende garensysteem ineengevlochten is met de in dwarsrichting verlopende garens van de slijtagezijde met de kleinere diameter. Dit maakt het mogelijk om de slijtage van de in langsrichting verlopende garens van het tweede systeem te voorkomen, omdat de in dwarsrichting verlopende garens met de kleinere diameter zijn aangebracht in het weefsel. Het tweede in langsrichting verlopende garensysteem functioneert als een belasting dragend systeem, terwijl het eerste in langsrichting verlopende systeem het verlies aan oppervlak dat moet worden gedragen om de levensduur van het zeefdoek te verlengen, opheft. Deze plaatsing maakt het eveneens mogelijk om de best mogelijke treksterkte tijdens de gehele levensduur van het zeefdoek te handhaven, omdat de sterkte van het tweede in langsrichting verlopende garensysteem ongewijzigd blijft. Doordat eveneens beide in langsrichting verlopende garensystemen ineengevlochten zijn met zowel de papier als de slijtagezijde geeft dit het zeefdoek een hogere stijfheid, wat het loopvermogen verbetert doordat de vorming van in langsrichting verlopende vouwen of ribbels die gebruikelijk zijn met dunne zeefdoeken wordt voorkomen.
Een andere manier om de garens van het eerste in langsrichting verlopende garensysteem te weven volgens de uitvinding is ze ineen te vlechten met in dwarsrichting verlopende garens van de slijtagezijde met zowel de grotere als de kleinere diameter. De in langsrichting verlopende garens van het eerste systeem zijn aangebracht om ineen te vlechten met een in dwarsrichting verlopende garen met de kleinere diameter op elke zijde van een in dwarsrichting verlopend garen met de grotere diameter. In deze toepassing zijn de in dwarsrichting verlopende garens van de slijtage- zijde met de kleinere diameter voorts geplaatst binnen het zeefdoek. Deze plaatsing verschaft meer bedekking voor de tweede groep van in langsrichting verlopende garens en geeft meer materiaal om te worden gedragen op de slijtagezijde vanwege betrekkelijk lange ongeweven delen (floats) op de slijtagezijde van de in langsrichting verlopende garens van het eerste systeem.
Fig. 1 toont een dwarsdoorsnede van een in langsrichting verlopende garen van het eerste systeem volgens een eerste uitvoeringsvorm van de uitvinding.
Fig. 2 toont een dwarsdoorsnede van een in langsrichting verlopende garen van het tweede systeem volgens de eerste uitvoeringsvorm van de uitvinding.
Fig. 3 toont een dwarsdoorsnede van de eerste uitvoeringsvorm van de uitvinding.
Fig. 4 toont een dwarsdoorsnede van een in langsrichting verlopende garen van het eerste systeem volgens een tweede uitvoeringsvorm van de uitvinding.
Fig. 5 toont een dwarsdoorsnede van een in langsrichting verlopende garen van het tweede systeem volgens de tweede uitvoeringsvorm van de uitvinding.
Fig. 6 toont een dwarsdoorsnede van de tweede uitvoeringsvorm van de uitvinding.
De figuren 1 tot 3 tonen een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding. Zoals men ziet in de figuren 1 tot 3 omvat een papiermachinedoek volgens de uitvinding een eerste en een tweede in langsrichting verlopend garensysteem en ten minste drie in dwarsrichting verlopende garensystemen. Garen van het eerste in langsrichting verlopende garensysteem is in fig. 1 weergegeven met referentiecijfer 1. Garen van het tweede in langsrichting verlopende garensysteem is in fig. 2 weergegeven met referentiecijfer 2.
Garens van de in dwarsrichting verlopende garensystemen zijn weergegeven in de figuren met referentiecijfers 3, 4 en 5.
Een dwarsdoorsnede van het papiermachinedoek volgens de uitvinding is weergegeven in fig. 1 met het garen 1 van het eerste in langsrichting verlopende garensysteem en een dwarsdoorsnede van het papiermachinedoek volgens de uitvinding is weergegeven in fig. 2 met het garen 2 van het tweede in langsrichting verlopende garensysteem. Een dwarsdoorsnede van het papiermachinedoek volgens de uitvinding is weergegeven in fig. 3 zodanig dat de ongeweven delen (floats) van de twee naburige in langsrichting verlopende garens 1 en 2 zichtbaar zijn.
Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding is ten minste één in dwarsrichting verlopend garensysteem voornamelijk aanwezig op de papiervormende zijde van het doek. Garens van dit in dwarsrichting verlopende garensysteem zijn in de tekeningen weergegeven met referentiecijfer 3. Voorts is het essentieel dat ten minste twee in dwarsrichting verlopende garensystemen voornamelijk aanwezig zijn op de slijtagezijde van het doek tegen de papiermachine. Garens van deze twee in dwarsrichting verlopende garensystemen zijn in de tekeningen weergegeven met referentiecijfers 4 en 5.
Volgens de uitvinding bestaat één der garensystemen op de slijtagezijde van het doek uit garens 5 met een kleinere diameter dan de garens 3, 4 van de andere in dwarsrichting verlopende garensystemen.
Beide in langsrichting verlopende garens 1 en 2 zijn in elkaar gevlochten met in dwarsrichting verlopende garens, zowel op de papierzijde als de sli jtagezi jde van het doek.
Het wezenlijke kenmerk van het papiermachinedoek volgens de figuren 1 tot 3 is echter dat de garens 1 van het eerste in langsrichting verlopende garensysteem alleen op de slijtagezi jde ineengevlochten zijn met de in dwarsrichting verlopende garens 4 met grotere diameter op de slijtagezijde en de garens 2 van het tweede in langsrichting verlopende garensysteem alleen op de slijtagezijde zijn ineengevlochten met de in dwarsrichting verlopende garens 5 met kleinere diameter van de slijtagezijde.
Voorts wordt opgemerkt dat het de voorkeur verdient dat de garens 5 van één in dwarsrichting verlopend garensysteem van de slijtagezijde aanzienlijk kleinere diameters bezitten dan de andere in dwarsrichting verlopende garens 4 van de slijtagezijde. De diameters van de garens 5 kunnen bijvoorbeeld ongeveer 25% kleiner zijn dan de diameters van de andere garens van de slijtagezijde.
Elk geschikt materiaal kan worden toegepast voor de vervaardiging van de garens. Ten minste één in dwarsrichting verlopend garensysteem van de slijtagezijde kan bijv. bestaan uit garens die zijn gevormd uit polyester en één in dwarsrichting verlopend garensysteem van de slijtagezijde met grotere diameter bestaat uit garens die zijn gevormd uit polyamide.
Een tweede voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding is weergegeven in de figuren 4 tot 6. Deze uitvoeringsvorm omvat eveneens twee in langsrichting verlopende garensystemen en ten minste drie in dwarsrichting verlopende garensystemen. Garens van het eerste in langsrichting verlopende garensysteem zijn weergegeven in fig. 4 met referentiecijfer 11. Garens van het tweede in langsrichting verlopende garensysteem zijn weergegeven in fig. 5 met referentiecijfer 12.
Garens van de in langsrichting verlopende garensystemen zijn in de tekeningen weergegeven met referentie-cijfers 13, 14 en 15.
De tweede voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding is weergegeven in de figuren 4 tot 6 op dezelfde wijze als de eerste uitvoeringsvorm in de figuren 1 tot 3.
Ook in deze uitvoeringsvorm is ten minste één in dwarsrichting verlopend garensysteem voornamelijk aangebracht op de papiervormende zijde van het doek. Garens van dit garensysteem zijn in de tekeningen weergegeven met referentiecijfer 13. Het is bovendien belangrijk dat ten minste twee in dwarsrichting verlopende garensystemen voornamelijk aanwezig zijn op de slijtagezijde van het doek tegen de papiermachine. Garens van deze garensystemen zijn in de tekeningen weergegeven met referentiecijfers 14 en 15.
Volgens de uitvinding bestaat één der garensystemen die zijn aangebracht tegen de papiermachine uit garens 15 met een kleinere diameter dan de garens 14 van de andere in dwarsrichting verlopende garensystemen tegen de papiermachine .
De garens 11 en 12 van beide in langsrichting verlopende garensystemen zijn ineengevlochten met in dwarsrichting verlopende garens op zowel de papiervormende zijde als de slijtagezijde van het doek. Het wezenlijke kenmerk van de uitvoeringsvorm volgens de figuren 4 tot 6 is echter dat de garens 11 van één in langsrichting verlopend garensysteem zijn ineengevlochten op de slijtagezijde zowel met de in dwarsrichting verlopende garens van de slijtagezijde met grotere diameter als met de in dwarsrichting verlopende garens 15 van de slijtagezijde met kleinere diameter en de garens 12 van het andere in langsrichting verlopende garensysteem zijn ineengevlochten op de slijtagezijde met alleen de in dwarsrichting verlopende garens 15 van de slijtagezijde met kleinere diameter.
Eveneens in verband met deze uitvoeringvorm wordt opgemerkt dat de diameters van de garens 15 van één in dwarsrichting verlopend garensysteem van de slijtagezijde aanzienlijk kleiner zijn dan de diameters van de andere in dwarsrichting verlopende garens 14 van de slijtagezijde. De diameters van de garens 15 kan bijv. ongeveer 25% kleiner zijn dan de diameters van de garens 14.
Ook in de uitvoeringsvorm van de figuren 4 tot 6 kan het vervaardigingsmateriaal van de garens vrij worden gekozen afhankelijk van elke bijzondere situatie. Ten minste één in dwarsrichting verlopend garensysteem van de slijtagezijde kan bijv. bestaan uit garens die zijn gevormd uit polyester, en een in dwarsrichting verlopend garensysteem van de slijtagezi jde met grotere diameter kan bestaan uit garens die zijn gevormd uit polyamide.
Het gebruik van in dwarsrichting verlopende garens 5, 15 met kleine diameter maakt een papiermachinedoek mogelijk dat tegelijkertijd een open struktuur van de slijtagezijde, een goede afwateringseigenschap, een niet-markerende papier-vormende zijde, uitstekende slijtageweerstandseigenschappen en een stabiele weefstruktuur bezit. Een dergelijke combinatie was niet mogelijk op basis van de stand der techniek. Het zeefdoek volgens de uitvinding bezit een dikte van een normaal uit twee lagen bestaand zeefdoek.
De garens 1, 2 en 11, 12 van de in langsrichting verlopende garensystemen zijn afwisselend naast elkaar aangebracht zodanig dat elk garen naast een ander garen steeds een garen van een ander garensysteem is, dat wil zeggen bij een garen 1 is steeds een garen 2, enz. Door de garens op deze wijze aan te brengen kan de belasting over de gehele breedte van het doek gelijk worden gemaakt. In verband met de uitvinding is het mogelijk om een vormend oppervlak te verschaffen dat even goed is als in de bekende oplossingen door weefdichtheden van de in langsrichting verlopende garensystemen zodanig aan te passen dat de bovenste lussen van de in langsrichting verlopende garens zich bevinden op dezelfde hoogte.
De retentie van vezels kan worden verbeterd door de dichtheid van de in dwarsrichting verlopende garens te verhogen. Een dergelijke procedure is niet altijd mogelijk in verband met de stand der techniek, 'dat wil zeggen in oplossingen met een gebruikelijke struktuur van de slijtagezijde, omdat deze verandering de ontwateringseigenschappen slechter maakt. De open bodemstruktuur volgens de uitvinding maakt het mogelijk om de dichtheid van het in dwarsrichting verlopende garen te verhogen, omdat hetzelfde aantal garens een 10 tot ,15% betere doorlaatbaarheid verschaft in vergelijking met een bekend zeefdoek. De verhoogde garendichtheid op de papier-zijde ondersteunt de vezels beter dan tot nu toe, wat leidt tot een verbeterde retentie.
Grotere sleepbelastingen zijn kenmerkend voor bekende juit twee lagen bestaande zeefdoeken met een grotere garendichtheid op de slijtagezijde. Wanneer de sleepbelasting afneemt, gelijk met het kleiner worden van het aantal in dwarsrichting verlopende garens op de slijtagezijde, wordt aangenomen dat het vermogen waarmee het doek weerstand biedt aan de beweging afhangt van het aantal garens dat aankomt tegen papiermachine-ontwateringsmiddelen. Volgens deze theorie is het mogelijk om sleepbelastingen te verminderen zonder papiervormingseigenschappen te verslechteren door de helft van de in dwarsrichting verlopende garens van de slijtagezijde in hoofdzaak in het zeefdoek aan te brengen.
De hierboven weergegeven uitvoeringsvormen zijn niet bedoeld ter beperking van de uitvinding, doch de uitvinding kan binnen het kader van de conclusies tamelijk vrij worden gevarieerd. Het is aldus duidelijk dat het papiermachinedoek volgens de uitvinding niet volledig behoeft te zijn zoals is weergegeven in de figuren, doch oplossingen van een ander type zijn eveneens mogelijk.

Claims (6)

1. Uit twee lagen bestaand papiermachinedoek omvattende een eerste en een tweede in langsrichting verlopend garensysteem en ten minste drie in dwarsrichting verlopende garensystemen, met het kenmerk, dat ten minste één in dwarsrichting verlopend garensysteem (3) voornamelijk is aangebracht op de papiervormende zijde van het doek en ten minste twee in dwarsrichting verlopende garensystemen (4, 5) voornamelijk zijn aangebracht op de slijtagezijde van het doek tegen de papiermachine en dat één der garensystemen op de slijtagezijde bestaat uit garens (5) met een kleinere diameter dan de garens (4) van de andere in dwarsrichting verlopende garensystemen van de slijtagezijde en dat het eerste in langsrichting verlopende garensysteem (1) alleen ineengevlochten is met de in dwarsrichting verlopende garens (4) van de slijtagezijde met grotere diameter en het tweede in langsrichting verlopende garensysteem (2) alleen ineengevlochten is met de in dwarsrichting verlopende garens (5) van de slijtagezijde met de kleinere diameter.
2. Papiermachinedoek volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de diameters van de garens (5) van één in dwarsrichting verlopend garensysteem van de slijtagezijde aanzienlijk kleiner zijn dan de diameters van de andere in dwarsrichting verlopende garens (4) van de slijtagezijde.
3. Papiermachinedoek volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat ten minste één in dwarsrichting verlopend garensysteem van de slijtagezijde bestaat uit garens die zijn gevormd uit polyester en één in dwarsrichting verlopend garensysteem (5) van de slijtagezijde met grotere diameter bestaat uit garens die zijn gevormd uit polyamide.
4. Uit twee lagen bestaand papiermachinedoek omvattende twee in langsrichting verlopende garensystemen en ten minste drie in dwarsrichting verlopende garensystemen, met het kenmerk, dat ten minste één in dwarsrichting verlopend garensysteem (13) voornamelijk is aangebracht op de papiervormende zijde van het doek en ten minste twee in dwarsrichting verlopende garensystemen (14, 15) voornamelijk zijn aangebracht op de slijtagezijde van het doek tegen de papiermachine en dat één der garensystemen tegen de papiermachine bestaat uit garens (15) met een kleinere diameter dan de garens (14) van de andere in dwarsrichting verlopende garensystemen tegen de papiermachine en dat één in langsrich-ting verlopend garensysteem (11) zowel ineengevlochten is met de in dwarsrichting verlopende garens (14) van de slijtage-zijde met grotere diameter als met de in dwarsrichting verlopende garens (15) van de slijtagezijde met kleinere diameter en het andere in langsrichting verlopende garensysteem (12) alleen ineengevlochten is met de in dwarsrichting verlopende garens (15) van de slijtagezijde met kleinere diameter.
5. Papiermachinedoek volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de diameters van de garens (15) van één in dwarsrichting verlopend garensysteem van de slijtagezijde aanzienlijk kleiner zijn dan de diameters van de andere in dwarsrichting verlopende garens (14) van de slijtagezijde.
6. Papiermachinedoek volgens conclusie 4 of 5, met het kenmerk, dat ten minste één in dwarsrichting verlopend garensysteem van de slijtagezijde bestaat uit garens die zijn gevormd uit polyester en één in dwarsrichting verlopend garensysteem van de slijtagezijde met grotere diameter bestaat uit garens (14) die zijn gevormd uit polyamide.
NL9201351A 1991-07-30 1992-07-27 Uit twee lagen bestaand papiermachinedoek. NL193409C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US73787391 1991-07-30
US07/737,873 US5158117A (en) 1991-07-30 1991-07-30 Two-layer paper machine cloth

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL9201351A true NL9201351A (nl) 1993-02-16
NL193409B NL193409B (nl) 1999-05-03
NL193409C NL193409C (nl) 1999-09-06

Family

ID=24965650

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9201351A NL193409C (nl) 1991-07-30 1992-07-27 Uit twee lagen bestaand papiermachinedoek.

Country Status (11)

Country Link
US (1) US5158117A (nl)
AT (1) AT400156B (nl)
BE (1) BE1005863A3 (nl)
CA (1) CA2071226C (nl)
DE (1) DE4222052C2 (nl)
FI (1) FI96330C (nl)
FR (1) FR2680378A1 (nl)
GB (2) GB9212209D0 (nl)
NL (1) NL193409C (nl)
NO (1) NO922931L (nl)
SE (1) SE509469C2 (nl)

Families Citing this family (11)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5713396A (en) * 1990-06-06 1998-02-03 Asten, Inc. Papermakers fabric with stacked machine and cross machine direction yarns
GB2292755A (en) * 1994-09-03 1996-03-06 Scapa Group Plc Papermaker's fabric
US5555917A (en) * 1995-08-11 1996-09-17 Wangner Systems Corporation Sixteen harness multi-layer forming fabric
US5887630A (en) * 1996-10-23 1999-03-30 Asten, Inc. Papermakers fabric with enhanced cmd support and stacking
GB9811089D0 (en) 1998-05-23 1998-07-22 Jwi Ltd Warp-tied composite forming fabric
GB2351505A (en) 1999-06-29 2001-01-03 Jwi Ltd Two-layer woven fabric for papermaking machines
US6769535B2 (en) * 2002-11-07 2004-08-03 Albany International Corp. High drainage dimensionallally stable brownstock washer belt design
US6902652B2 (en) * 2003-05-09 2005-06-07 Albany International Corp. Multi-layer papermaker's fabrics with packing yarns
JP2006322109A (ja) * 2005-05-19 2006-11-30 Nippon Filcon Co Ltd 工業用二層織物
CN101970736B (zh) * 2008-02-27 2012-07-18 阿斯顿约翰逊公司 包括含聚酯混合物的单纤丝的造纸机成形织物
JP5280160B2 (ja) * 2008-11-12 2013-09-04 日本フイルコン株式会社 絞り緯糸を配置した工業用多層織物

Family Cites Families (16)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3603354A (en) * 1968-04-10 1971-09-07 Huyck Corp Apparatus for use on papermaking machines
US3851681A (en) * 1973-04-18 1974-12-03 Albany Int Corp Woven papermaking drainage fabric having four shed weave pattern and weft threads of alternating diameter
GB1572905A (en) * 1976-08-10 1980-08-06 Scapa Porritt Ltd Papermakers fabrics
US4314589A (en) * 1978-10-23 1982-02-09 Jwi Ltd. Duplex forming fabric
DE3036409C2 (de) * 1980-09-26 1983-01-20 Hermann Wangner Gmbh & Co Kg, 7410 Reutlingen Doppellagiges Sieb für den Siebteil einer Papiermaschine
US4423755A (en) * 1982-01-22 1984-01-03 Huyck Corporation Papermakers' fabric
DE3329739C1 (de) * 1983-08-17 1985-01-10 Hermann Wangner Gmbh & Co Kg, 7410 Reutlingen Mehrlagige Bespannung fuer Papiermaschinen
DE3634134A1 (de) * 1986-10-07 1988-04-21 Wangner Gmbh Co Kg Hermann Bespannung fuer den blattbildungsteil einer papiermaschine
FI78329B (fi) * 1987-02-10 1989-03-31 Tamfelt Oy Ab Pappersmaskinduk.
US4989647A (en) * 1988-04-08 1991-02-05 Huyck Corporaiton Dual warp forming fabric with a diagonal knuckle pattern
CA1320410C (en) * 1988-06-27 1993-07-20 Takuo Tate Papermakers' double layer type fabrics
US4909284A (en) * 1988-09-23 1990-03-20 Albany International Corp. Double layered papermaker's fabric
US4987929A (en) * 1989-08-25 1991-01-29 Huyck Corporation Forming fabric with interposing cross machine direction yarns
US5013330A (en) * 1989-12-04 1991-05-07 Asten Group, Inc. Multi-layered papermakers fabric for thru-dryer application
FI85605C (fi) * 1990-06-15 1994-06-28 Tamfelt Oy Ab Tvaoskiktad pappersmaskinsduk
US5101866A (en) * 1991-01-15 1992-04-07 Niagara Lockport Industries Inc. Double layer papermakers fabric having extra support yarns

Also Published As

Publication number Publication date
NL193409B (nl) 1999-05-03
GB9212209D0 (en) 1992-07-22
SE509469C2 (sv) 1999-02-01
ATA153692A (de) 1995-02-15
CA2071226C (en) 1998-10-20
BE1005863A3 (fr) 1994-02-22
DE4222052C2 (de) 1998-12-10
SE9201791L (sv) 1993-01-31
GB2258249B (en) 1995-03-29
GB9214411D0 (en) 1992-08-19
FI922175A (fi) 1993-01-31
FI96330B (fi) 1996-02-29
AT400156B (de) 1995-10-25
FR2680378B1 (nl) 1994-04-22
NO922931L (no) 1993-02-01
US5158117A (en) 1992-10-27
FR2680378A1 (fr) 1993-02-19
SE9201791D0 (sv) 1992-06-11
NO922931D0 (no) 1992-07-23
NL193409C (nl) 1999-09-06
FI922175A0 (fi) 1992-05-13
CA2071226A1 (en) 1993-01-31
FI96330C (fi) 1996-06-10
DE4222052A1 (de) 1993-02-04
GB2258249A (en) 1993-02-03

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CA1226462A (en) Fabric for use as a cloth in the sheet forming section of a papermaking machine
EP0144592B1 (en) A forming fabric for use in a papermaking machine
EP0702108B1 (en) Papermaker's forming fabric
US4515853A (en) Composite fabric for use as clothing for the sheet forming section of a papermaking machine
JP3672319B2 (ja) 紙製造業者の形成される布及びこの布を使用して紙を製造するためのプロセス
JP2896805B2 (ja) 介在クロスマシン方向糸を有するフォーミングファブリック
CA1115177A (en) Forming fabric for paper making and similar machines
US7001489B2 (en) Paper machine fabric
CA2229613C (en) Papermaker's fabric with additional cross machine direction yarns positioned in saddles
CA1225570A (en) Fabric for use as cloth for papermaking machines
RU2354764C2 (ru) Двухслойная формирующая сетка с высоким сопротивлением в центральной плоскости
US5983953A (en) Paper forming progess
US20040154683A1 (en) Multi-layer fabric
JP2004518833A (ja) 抄紙装置用織物
JPS63145496A (ja) 製紙用多層織物
KR20060113395A (ko) 고섬유 지지구조를 갖는 안정한 성형용 직물
NL9201351A (nl) Uit twee lagen bestaand papiermachinedoek.
FI87667C (fi) Beklaednad foer en arkformningsdel vid en pappersmaskin
JP3517008B2 (ja) 製紙用一重織物
CA1262329A (en) Forming fabric
FI92080C (fi) Paperikoneen märkäpään viirakudoksena käytettävä kaksoiskudos
MXPA00000825A (en) Warp-tied composite forming fabric

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20020201

Effective date: 20020201