NL9002432A - Patroonstelsel voor doordringen van oorlellen. - Google Patents

Patroonstelsel voor doordringen van oorlellen. Download PDF

Info

Publication number
NL9002432A
NL9002432A NL9002432A NL9002432A NL9002432A NL 9002432 A NL9002432 A NL 9002432A NL 9002432 A NL9002432 A NL 9002432A NL 9002432 A NL9002432 A NL 9002432A NL 9002432 A NL9002432 A NL 9002432A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
cartridge
coupling
piercing
earlobe
push rod
Prior art date
Application number
NL9002432A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Inverness Corp
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Inverness Corp filed Critical Inverness Corp
Publication of NL9002432A publication Critical patent/NL9002432A/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A44HABERDASHERY; JEWELLERY
    • A44CPERSONAL ADORNMENTS, e.g. JEWELLERY; COINS
    • A44C7/00Ear-rings; Devices for piercing the ear-lobes
    • A44C7/001Devices for piercing the ear-lobes

Landscapes

  • Adornments (AREA)
  • Medicinal Preparation (AREA)

Description

Patroonstelsel voor doordringen van oorlellen.
De uitvinding heeft in het algemeen betrekking op een steriel doordringingssysteem voor oorlellen en in het bijzonder op een oorleldoor-dringend systeem bij gebruik van een nieuwe combinatie van een oorleldoor-dringende revolver, oorringstukken en oorringklemmen om steriel doordringen van oorlellen te vergemakkelijken.
Oorleldoordringingssystemen waarbij gebruik wordt gemaakt van een oorleldoordringingsrevolver zijn bekend in de stand van de techniek. Huidige oorleldoordringingssystemen zijn in het bijzonder gekenmerkt door een oorleldoordringingsstuk met een scherpe punt welke wordt gestoken door de oorlel door een veerbelast instrument of revolver. Het aanvankelijke oorleldoordringingssysteem voor het verminderen van het verspreiden van infecties was een systeem vervaardigd en verkocht door Inverness Corporation, de aanvrager van deze uitvinding. Het Inverness-systeem is beschreven en opgeëist in Amerikaans octrooischrift 4.030.507 verleend aan Samuel J. Mann.
Het Inverness-oorleldoordringingssysteem is effectief gebleken bij het vermijden van overdragen van infecties. Echter vereist het Inverness-systeem overmatig hanteren van de oorlelpatroon na doordringen van de eerste oorlel voltooid is. Ook is Inverness-systeem ingewikkeld en vereist verscheidene onderdelen met inbegrip van een patroon en een patroonhuis welke de kosten daarvan verhogen. Daarom is een minder ingewikkeld oorleldoordringingssysteem waarbij het hanteren van de oorleldoordringings-elementen en in het bijzonder de wegwerpbare oorring en klempatroon gedurende de operatie wordt verminderd, gewenst.
In het algemeen gesproken volgens de onderhavige uitvinding is een paar oorleldoordringende stukken en een paar klemmen respectievelijk opgesloten in wegwerpbare patronen om een steriel oorleldoordringingssysteem te leveren. Deze patronen zijn gestoken in een oorleldoordringend instrument uitgevoerd voor het ontvangen en vasthouden van de patronen in tegenover elkaar gelegen opstelling. Een duwstang is aanwezig voor het verplaatsen van een oorringstuk vanaf de patroon door het oor en in de klem.
Bij een voorbeeld van een uitvoeringsvorm is elke patroon voorzien van een achterwand met tegenover elkaar gelegen flenzen welke hiervandaan uitsteken. Elke flens is voorzien van een gecentreerde groef daarin om samen te werken met een uitsteeksel uitstekend uit het instrument. Elke flens reikt naar een zijwand. De patronen zijn geschoven in banen gevormd op het instrument en zijn automatisch in het verlengde met de duwstang door de zijwanden.
Daarom is het een doel van de onderhavige uitvinding om te voorzien in een verbeterd oorleldoordringend systeem.
Een verder doel van de uitvinding is te voorzien in een oorleldoordringend systeem welke het hanteren van de patroon gedurende het doordringen van een oorlel vermindert.
Weer een ander doel van de onderhavige uitvinding is te voorzien in een oorleldoordringend systeem waarin het stuk en de koppeling gemakkelijk en nauwkeurig in eikaars verlengde zijn te brengen voorafgaand aan het doordringen van de oorlel.
Weer andere doelen en voordelen van de uitvinding zullen gedeeltelijk vanzelfsprekend zijn en gedeeltelijk blijken uit deze beschrijving.
De uitvinding omvat daarom de kenmerken van de constructie, combinatie van elementen en opstelling van delen welke bij wijze van voorbeeld zullen aangegeven zijn in de hierna te beschrijven constructie en het gebied van de uitvinding zal worden aangegeven in de conclusies.
Voor beter begrip van de uitvinding wordt verwezen naar de volgende beschrijving in verband met de bijgaande tekening waarin: figuur 1 is een geëxplodeerd aanzicht van een oorleldoordringende patroonstelsel gebouwd volgens de uitvinding; figuur 2 is een bovenaanzicht van het zwaluwstaartvormige oordoordringende patroonstelsel aangegeven in figuur 1; figuur 3 is een doorsnede langs de lijn 3-3 van figuur 2 en toont de uitvinding voorafgaand aan het doordringen van een oorlel: figuur 4 is een doorsnede langs de lijn 4-4 van figuur 2; figuur 5 is een doorsnede langs de lijn 5-5 van figuur 4; figuur 6 is een doorsnede langs de lijn 6-6 van figuur 4; figuur 7 is een doorsnede langs de lijn 7-7 van figuur 2; figuur 8 is een doorsnede langs de lijn 8-8 van figuur 7; figuur 9 is een doorsnede langs de lijn 9-9 van figuur 7; figuur 10 is een doorsnede langs de lijn 10-10 van figuur 3; figuur 12 is een doorsnede langs de lijn 11-11 van figuur 3; figuur 12 is een doorsnede van het oorleldoordringende instrument en toont het stuk en de koppeling nadat het instrument is af geschoten.
Eerst wordt verwezen naar figuur 1 waarin een oorleldoordringend patroonstelsel gebouwd volgens de voorkeursuitvoering van de onderhavige uitvinding en in het algemeen aangeduid als 10, is aangegeven. Het oorleldoordringende patroonstelsel omvat een stukpatroon, algemeen aangeduid als 20, een koppelpatroon, algemeen aangeduid als 50 en een veerrevolver algemeen aangeduid als 75.
Verwijzend naar figuur 1 en 7-10 omvat het stukpatroon 20 een draagwand 22 en een kast 44 uitstekend van de draagwand 22. Tegenover elkaar gelegen inkepingen 25 zijn gevormd in de overlangse randen van de draagwand 22 en vormen uitstekende flenzen 26 aan weerszijden van de inkeping 25. Stopwanden 28 reiken elk in hoofdzaak loodrecht van de draagwand 22. Twee boringen 38 reiken axiaal door de lengte van de kast 24 en de draagwand 22. De boring 38 omvat een stuk 39 met een kop 39a en een doordringingspen 39b die evenwijdig zijn. De diameter van de boring 38 is gekozen met betrekking tot de afmeting van elk stuk om de stukken in lichte mate vast te houden hierin door een ingrijpende passing. Bij een uitvoering als voorbeeld zijn U-vormige groeven 40 opgesteld bij de opening van de boringen 38 en zijn axiaal in het verlengde met de doordringingspen 39b om de doordringende oorring gemakkelijker te richten op de oorlel.
Nu wordt verwezen naar figuur 4 tot en met 6, waarbij een koppelpatroonstelsel 50 met een koppelhuis 51 en koppelingen 57 is aangegeven. Het huis 51 omvat een massief gegoten kast 52 met twee symmetrische opstelwanden 53 die hiervandaan uitsteken. Elke koppeling 57 is gevormd uit een enkelvoudig stuk van verend metaal met een C-vorm welke twee symmetrische lussen 62 vormt met einden 63. Een opening 64 is in het metaal aanwezig voor het ontvangen van de doordringende pen 39b van een oorring en is coaxiaal met de ruimte tussen de einden 63.
Het huis 52 omvat twee koppelkamers 54 gevormd door blinde gaten 55. Steunen 56 zijn gevormd in elk blind gat 55 voor het hierin opstellen van koppelingen 57. De blinde gaten 55 hebben voldoende diepte om de koppeling in te steken vanaf het uitwendige oppervlak van de kast welke het huis vormt zodat de koppeling wordt tegengehouden van in aanraking komen met de vinger van een persoon wanneer de koppelpatroon wordt gestoken in de revolver en hierin verschuifbaar wordt verplaatst. Een nok 58 steekt uit elke steun en is uitgevoerd om te steunen tussen het einde 63 en de lussen 62 van elke koppeling 57 om de koppeling 57 op te stellen en vast te zetten in de koppelkamer 54. Wanneer de doordringende pen 39b de opening 64 binnenkomt en voortbeweegt totdat deze tussen de einden 63 van de lus 62 is, worden de einden 63 van elkaar gespreid en niet langer vastgehouden door de nokken 58. Overeenkomstig is elke koppelkamer 54 gevormd om losneembaar de koppeling 57 daarin vast te houden totdat de koppeling 57 is vastgezet op de doordringende pen 39b van een oorring nadat de oorlel doordrongen is.
Opstelwanden 53 omvatten een bodem en topflens 65 welke daartussen inkepingen 66 en zijflenzen 67 vormen welke stopwanden 69 loodrecht hierop omvatten. Zoals hierna in detail zal worden aangegeven, maken de opstelwanden 53 het mogelijk om het koppelpatroonstelsel exact op te stellen in de oorleldoordringende revolver 75.
Nu wordt verwezen naar de figuren 2, 3 en 10-12 waarin de verende revolver 75 is aangegeven. De verende revolver 75 omvat een frame uit twee stukken bestaande uit een huis 76, een zuiger 77 en een duwstangstelsel 80. De zuiger 77 omvat een afhangend handvat 79 voor het leveren van een greep voor een vinger. Het handvateinde van het huis 76 omvat een handvatstelsel, algemeen aangeduid als 81. Een aambeeld 82 is aangebracht op de zuiger 77 tegenover en op afstand van de duwstangstelsel 80. Het aambeeld 82 is voorzien van een bovenspleet 83 gevormd tussen een uitsteeksel 119 en het aambeeld en een onderspleet 85 gevormd tussen een uitsteeksel 120 en het aambeeld 82 voor het ontvangen van flenzen 65 van de patroon 50. Daardoor kan de koppelpatroon 50 worden geschoven in het aambeeld 82 voor het opstellen gedurende het doordringen.
Uitsteeksels 119, 120 hebben afmetingen om te steken door inkepingen 66 van het koppelpatroon 50. Het koppelpatroon 50 wordt geduwd in de revolver 75 en dan geschoven in elke richting van de pijl A waardoor bodem en topflenzen 65 worden gestoken tussen uitsteeksels 119, 120 en het aambeeld waardoor de koppeling 57 in de juiste stand wordt vastgezet voor doordringen.
Een uitsteeksel 89 is driehoekig om bij te staan bij het geleiden van het insteken van het koppelpatroon en richten van de revolver gedurende gebruik en is integraal gevormd op het huis 76 en vormt een bovenspleet 88 tussen het uitsteeksel 89 en het huis 76. Het uitsteeksel 89 vergemakkelijkt ook het op één lijn brengen in de revolver. Eveneens is een onderste driehoekigvormig uitsteeksel 90 integraal gevormd met het huis 76 en vormt een onderspleet 91 tussen de onderste uitsteeksel 90 en het huis 76. Weer zijn uitsteeksels 89 en 90 gevormd om te passeren door inkepingen 25 van de patroon 20 zodat de patroon 20 kan worden geschoven door spleten 88, 89 in elke richting van de pijl B waardoor de stukpatroon 20 in de juiste stand voor doordringen wordt gehouden.
Een duwstang 93 is verschuifbaar opgenomen binnen een boring 101 van het huis 76. Een cirkelvormige flens 103 is stijf bevestigd aan de duwstang 93. Een veer 107 drukt de duwstang 93 in de richting van het aambeeld 92. Een pal 111 is schuifbaar bevestigd binnen de boring 113 en is in aanraking met de flens 103 waardoor de duwstang 93 wordt tegengehouden van schuiven door de boring 101 voorafgaand aan het afvuren (figuur 3). De pal 111 kan wegglijden van de duwstang 93 waardoor de duwstang 93 voorwaarts kan schuiven en reiken door de boring 38 van het stukpatroon 20 (figuur 12).
De pal 111 wordt gedrukt naar de duwstang 93 door een veer 114 aangebracht in de boring 113. Een driehoekige inkeping 115 gevormd in de pal 111 is in hoofdzaak midden langs de pal 111 opgesteld. Een driehoekig uitsteeksel 116 reikt vanaf de vloer 77 in de boring 78 naar de pal 111. Bewegen van het handvat 79 in de richting van de pijl C doet het uitsteeksel 116 de inkeping 115 van de pal 111 binnenkomen om de pal 111 omlaag te schuiven als aangegeven in figuur 12 waardoor de duwstang 93 vrijkomt. De veer 114 duwt de pal 111 in de richting van de pijl B waardoor het uitsteeksel 116 wordt teruggevoerd naar de gerede stand.
Het aambeeld 82 is als één geheel gevormd met het handvat 79 waardoor het aambeeld 82 wordt getrokken naar de duwstang 92 gedurende af vuren, waardoor nabijheid van elke koppeling 57 een stuk 39 bij de door te dringen oorlel wordt verzekerd. Een ten opzichte van het handvat 79 vaste pen 117 is aanwezig binnen een groef 118. Wanneer het handvat 79 wordt getrokken over een afstand waardoor het stuk 39 de koppeling 57 kan binnenkomen, komt de pen 117 in aanraking met de groef 118 waardoor verder intrekken van het handvat 79 wordt tegengegaan met als resultaat dat het handvat 79 slechts genoeg wordt getrokken om de oorlel een weinig te knijpen om de oorlel op zijn plaats vast te zetten voorafgaand aan het doordringen van het oor, waardoor elk krachtig contact van de patronen 50 of 20 met het oor wordt vermeden. Wanneer het handvat 79 vrij-is gegeven komt de pen 117 in aanraking met de groef 118 in tegengestelde richting waardoor de vloer 77 wordt tegengehouden van duwen uit het huis 76.
Een achterste handvat 121 reikt uit het huis 76 en is bevestigd aan de duwstang 93 door een schroef 122 en staat snel opnieuw laden van de duwstang 93 toe. Na afvuren wordt het handvat 121 geschoven in de richting van de pijl D waardoor de duwstang 93 in dezelfde richting wordt getrokken zodat de pal 111 wordt vrijgemaakt welke de flens 103 aangrijpt in de stand voorafgaand aan het afvuren.
Om automatisch te verzekeren dat de duwstang 93, het stuk 39 en de koppeling 57 in eikaars verlengde zijn gedurende het afvuren correspondeert de afstand van het midden van de kamer 54 tot de linker stopwand 68 met de afstand van de rand van het aambeeld 82 tot de as van de duwstang 93. Eveneens is de afstand van de rechter zijwand 68 tot de opening 54 gelijk aan de afstand van de rand van het aambeeld 82 tot de as van de duwstang 93. Daardoor is de juiste opstelling van elke koppeling 57 met de duwstang 93 verzekerd door het inwendige oppervlak van de wand 68 in aanraking te brengen met de buitenrand van het aambeeld 82. Eveneens is de afstand van elke stopwand 28 tot de boring 38 gelijk aan de afstand van de rand van de veerrevolver 75 tot de boring 101. Daardoor is de juiste opstelling van het stuk 39 met de duwstang 93 verzekerd door het brengen van de binnenrand van elke zijwand 28 in aanraking met de rand van de veerrevolver 74 verzekerd. Een dergelijk, maar niet even effectief resultaat zou kunnen worden verkregen door toepassen van inkepingen (niet getekend) opgesteld in het koppelpatroonstelsel en door voorzien in uitsteeksels in het aambeeld voor het indexeren van de inkepingen.
Bij gebruik wordt een stukpatroon 20 verwijderd uit zijn steriele houder (niet getekend) en geschoven in spleten 88, 91 van het huis 76 totdat de zijwand 28 het stuk 39 in het verlengde brengt met de duwstang 93. Eveneens wordt een koppelpatroon 50 verwijderd uit een steriele houder (niet getekend) en geschoven door spleten 83, 85 totdat de opstellende zijwand 66 in aanraking komt met het aambeeld 82. Weer, aangezien de afstanden van de stopwand 68 tot de centrale lijn van de kamer 54 gelijk is aan de afstand van de zijde van het aambeeld 82 tot de centrale lijn van de as van de boring 101 en de duwstang 93 en de zijwand 28 de gelijke afstand is van de boring 38 als de boring 101 is van de zijde van het huis 76; zijn de duwstang 93, het stuk 39 en de koppeling 57 alle coaxiaal en daardoor automatisch in eikaars verlengde.
De plaats op de te doordringen is oorlel is gemarkeerd met een steriele pen of dergelijke om de juiste doordringingsstand aan te geven.
In een uitvoeringsvoorbeeld wordt de patroon 20 in het verlengde gebracht met de markering op de oorlel door middel van een richtgroef 40. De richtgroef staat de bedienende persoon toe om de punt van het stuk 39 te zien maar heeft afmetingen om aanraken van het stuk 39 te vermijden. De punt van het stuk 39 is in het verlengde van de markering op de oorlel gebracht door de bedienende persoon. Na in het verlengde brengen trekt de bedienende persoon het handvat 79 waardoor de duwstang 93 wordt gestoken door de patroon 20, waardoor de dwstang 39 wordt geduwd door het stukpatroon 20 en de oorlel.
De indringende pen 39b heeft een diameter groter dan de nok 58. Wanneer de indringende pen 39b door de opening 64 passeert, beweegt de indringende pen 39b tussen de einden 63 waardoor de einden 63 verder van elkaar worden gespreid waardoor de koppeling 57 de stuk 39 vastlegt. Na het af vuren van de revolver 75 keert het aambeeld 82 terug naar zijn stand voorafgaand aan het afvuren, waardoor de koppeling 57 wordt vrijgemaakt van de koppelpatroon 50 welke is bevestigd aan de oorlel door het stuk 39.
De patronen 20, 50 zijn opgesteld tussen de oorlel en de revolver 75 waardoor elk plassen van bloed of andere lichaamsvloeistoffen worden vermeden voor bereiken van de plunjer 77 of handvat 76 of elk ander onderdeel van het systeem. Dit heft de noodzaak op van het steriliseren van het instrument na elk gebruik, hetgeen kostbaar en tijdrovend is en onhandig bij de meeste werkomstandigheden en aldus wordt het verspreiden van verontreinigingen bij de volgende gebruiker vermeden. Omgekeerd, aangezien de oorlel slechts in aanraking komt met wegwerpbare patronen 50, 20, stukken 39, 39 of koppelingen 57, 57 komt het slechts in aanraking met steriele oppervlakken waardoor de noodzaak van het steriliseren van de revolver 75 worden opgeheven. Aangezien deze patronen gelijkvormig zijn, kunnen zij worden ingestoken van beide zijden of in elk einde van de ontvangende flenzen. Dit vergemakkelijkt het hanteren en maakt het systeem eveneens bruikbaar voor rechts of linkshandige bedienende personen.
Bij de voorkeursuitvoering zijn de patronen 20 en 50 gemaakt van kunststof zodat zij een gering gewicht hebben, stevig en wegwerpbaar zijn. De patronen kunnen doorzichtig zijn om verder bij te dragen tot het richten. De boringen 38 van het stukpatroon 20 hebben een geringe diameter reikend van 0,001 inch tot 0,005 inch minder dan de uitwendige diameter van de stukken 39 en reiken over een lengte van 0,09 tot 0,125 inch langs de lengte van de stukken 39 om het stuk op zijn plaats vast te zetten gedurende transport en hanteren. De hoofddiameter van boringen 38 van het stukpatroon 20 is 0,001 tot 0,003 inch groter dan de uitwendige diameter van het stuk 39 om het stuk toe te staan om te schuiven door de patroon 20 zonder wrijving.
De nokken 56 zijn gescheiden door een spleet van 0,02 inch. De breedte van elke stuk 39 is 0,032 inch, groter dan de 0,02 inch breedte van elk paar nokken, waardoor lobben 57 van elke koppeling 57 worden geopend tot deze afmeting waardoor de koppelingen 57 worden vrijgemaakt van de patroon 50 wanneer doorstoken door het stuk 39.

Claims (10)

1. Patroonstelsel voor doordringen van een oorlel, voorzien van een eerste en tweede oorringstuk en een stukpatroon voor het losneembaar dragen van beide oorringstukken, eerste en tweede koppelingen en een koppelingpatroon voor het losneembaar dragen van beide oorringkoppelingen, een oorleldoordringend instrument voorzien van een duwstang en voor het verschuifbaar dragen en opstellen van het stukpatroon ten opzichte van de duwstang, waarbij het stukpatroon voorzien is van opstelmiddelen hierbij behorend en samenwerkend met het oorleldoordringende instrument om het stukpatroon verschuifbaar te verplaatsen zonder dat verwijderen vereist is van het oorleldoordringende instrument zodat elk van de eerste en tweede oorringstukken is uitgevoerd om selectief verschuifbaar verplaatsbaar te zijn in coaxiaal verlengde met de duwstang.
2. Oorleldoordringend patroonstelsel volgens conclusie 1, waarbij elk van de opstelmiddelen voorzien is van een stop aan elke zijde daarvan, waarbij het stukpatroon uitgevoerd is om de hierin opgestelde oorringen op een bepaalde stand op te stellen, waarbij elk van de stoppen uitgevoerd is om samen te werken met het instrument om de koppelingpatroon op te stellen en het stukpatroon zodat één van de eerste stukken en tweede stukken en één van de eerste koppelingen en tweede koppelingen coaxiaal met elkaar in eikaars verlengde zijn.
3. Oorleldoordringend patroonstelsel volgens conclusie 1, waarbij het stukpatroon voorzien is van eerste en tweede boringen met afmetingen om door wrijving een oorringstuk hierin vast te leggen en gevormd is om hieruit verwijderen van het oorringstuk toe te staan.
4. Patroonstelsel volgens conclusie 3, waarbij elk stuk voorzien is van een doordringende pen met een bepaalde diameter, waarbij het koppelpatroon voorzien is van een patroon, een eerste en tweede blind gat daarin, waarbij elk blind gat voorzien is van een paar tegenover elkaar gelegen steunen welke over de hoogte daarvan reiken, een eerste nok reikend tussen de steunen, een tweede nok reikend tussen de steunen en tegenover de eerste nok en gescheiden door een verschil minder dan de diameter van elk van de stukken, waarbij de nokken de nokken zijn opgesteld om te worden aangegrepen door de koppeling en waarbij het blinde gat afmetingen heeft om aanraken van de koppeling door een gebruiker tegen te gaan.
5. Oordoordringend patroonstelsel volgens conclusie 1, waarbij het koppelpatroon voorzien is van een patroon, een eerste en tweede blind gat daarin, waarbij de uitsparing voorzien is van een paar tegenover elkaar gelegen steunen reikend over de hoogte daarvan, een eerste nok reikend tussen de steunen, een tweede nok reikend tussen de steunen en gelegen tegenover de eerste nok en gescheiden door een afstand groter dan de diameter van het stuk; waarbij de nokken opgesteld zijn om te worden aangegrepen door de koppeling en elk blind gat afmetingen heeft om aanraking van de koppeling door een gebruiker tegen te gaan.
6. Oorleldoordringend patroonstelsel volgens conclusie 4, waarbij het oorleldoordringende instrument voorzien is van een middenlijn, een aambeeld, een koppelingpatroon welke wordt gedragen door het aambeeld en het draag en opstelmiddel voorzien is van een eerste en tweede stopwand reikend van twee tegenover elkaar gelegen zijden van de koppelingpatroon, waarbij elk van de blinde gaten op afstand is gelegen van elke topwand van de koppelingpatroon gelijk aan de afstand van een zijrand van het aambeeld tot de middenlijn van het oorleldoordringende instrument en van een duwstang, een derde en vierde stopwand op twee tegenover elkaar gelegen zijden van het stukpatroon, waarbij de boring op afstand is gelegen van elke stopwand van het stukpatroon gelijk aan de afstand van elke zijrand van het oorleldoordringende instrument tot de middenlijn van het oorleldoordringende middel en van de duwstang zodat de ene van de eerste en tweede koppelingen en één van de eerste en tweede stukken coaxiaal in eikaars verlengde liggen.
7. Patroonstelsel volgens conclusie 1, waarbij het oorleldoordringende instrument schuifbaar opstelt en draagt het koppelingpatroon ten opzichte van het stukpatroon en de duwstang, waarbij het koppelingspa-troon voorzien is van de opstelmiddelen hierbij behorend en samenwerkt met het oorleldoordringende instrument zodat het koppelingpatroon verschuifbaar verplaatst wordt zonder dat verwijdering vereist is van het oorleldoordringende instrument zodat elk van de eerste en tweede koppelingen uitgevoerd is om selectief en verschuifbaar te worden geplaatst in coaxiale verlenging met de duwstang.
8. Patroonstelsel volgens conclusie 7, waarbij het oorleldoor- dringende instrument voorzien is van een centrale lijn, een aambeeld, waarbij het koppelpatroon gedragen wordt door het aambeeld en het draag- en opstelorgaan voorzien is van een eerste en tweede stopwand reikend van twee tegenover elkaar gelegen zijden van het koppelpatroon, waarbij het koppelpatroon voorzien is van een patroon en een eerste en tweede blind gat hierin, waarbij elk blind gat op afstand is gelegen van elke stopwand van de koppelpatroon gelijk aan de afstand van een zijrand van het aambeeld tot de centrale lijn van het oorleldoordringende instrument en van de duwstang, een derde en vierde stopwand op twee tegenover elkaar gelegen zijden van het stukpatroon, waarbij het stukpatroon gevormd is met een eerste boring en een tweede boring daarin, waarbij de boring op een afstand is gelegen van elke stopwand van het stukpatroon gelijk aan de afstand van de zijrand van het oorleldoordringende instrument tot de centrale lijn van het oorleldoordringende instrument en van de duwstang zodat één van de eerste en tweede koppelingen en één van de eerste en tweede stukken coaxiaal in het verlengde met elkaar liggen.
9. Patroonstelsel voor het doordringen van een oorlel, voorzien van een eerste en tweede oorrringstuk en een stukpatroon voor het losneembaar dragen van beide oorringstukken, eerste en tweede koppelingen en een koppelpatroon voor het losneembaar dragen van beide oorringkoppelingen; een oorleldoordringend instrument voorzien van een duwstang en voor het verschuifbaar opstellen en dragen van het koppelpatroon en de duwstang met inbegrip van opstelmiddelen hierbij behorend en samenwerkend met het oorleldoordringende instrument zodat het koppelpatroon verschuif baar wordt verplaatst zonder vereist zijn van verwijderen van het oorleldoordringende instrument zodat elk van de eerste en tweede oorringstukken is uitgevoerd om selectief verschuivend te worden verplaatst in coaxiale ligging in het verlengde van de duwstang.
10. Patroonstelsel volgens conclusie 9, waarbij het oorleldoordringende instrument verschuifbaar draagt en opstelt het stukpatroon ten opzichte van het koppelpatroon en de duwstang en waarbij het opstelmiddel samenwerkt met het oorleldoordringende instrument zodat het stukpatroon verschuifbaar wordt verplaatst zonder verwijdering te eisen van het oorleldoordringende instrument zodat elk van de eerste en tweede oorringstukken is uitgevoerd om selectief verschuifbaar te worden verplaatst in coaxiale ligging in het verlengde met de duwstang.
NL9002432A 1990-06-21 1990-11-08 Patroonstelsel voor doordringen van oorlellen. NL9002432A (nl)

Applications Claiming Priority (6)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US54145490 1990-06-21
US07/541,454 US5004470A (en) 1990-06-21 1990-06-21 Earpiercing cartridge assembly
CH356090 1990-11-08
CH3560/90A CH684734A5 (de) 1990-06-21 1990-11-08 Vorrichtung zum Perforieren von Ohrläppchen.
IT4846190 1990-11-09
IT48461A IT1242164B (it) 1990-06-21 1990-11-09 Complesso a cartucce a perdere per perforazioni del lobo auricolare

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9002432A true NL9002432A (nl) 1992-06-01

Family

ID=27174406

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9002432A NL9002432A (nl) 1990-06-21 1990-11-08 Patroonstelsel voor doordringen van oorlellen.

Country Status (9)

Country Link
US (1) US5004470A (nl)
AU (1) AU630000B2 (nl)
CA (1) CA2029306A1 (nl)
CH (1) CH684734A5 (nl)
DE (1) DE4036830C2 (nl)
FR (1) FR2668689B1 (nl)
GB (1) GB2249480B (nl)
IT (1) IT1242164B (nl)
NL (1) NL9002432A (nl)

Families Citing this family (26)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5007918A (en) * 1990-01-24 1991-04-16 Inverness Corporation Ear piercing cartridge assembly
FR2716354A1 (fr) * 1992-08-28 1995-08-25 Inverness Corp Assemblage pour percer les oreilles.
US5360434A (en) * 1992-08-28 1994-11-01 Inverness Corporation Non-removable earring and clutch ear piercing instrument
FR2715276B1 (fr) * 1992-11-12 1996-07-26 Inverness Corp Ensemble de cartouche de percement d'oreille pour dispositif de percement d'oreille et dispositif de percement d'oreille pour ledit ensemble.
US5350394A (en) * 1992-11-12 1994-09-27 Inverness Corporation Integrated disposable ear piercing earring and clutch cartridge with ear clamp
US5263960A (en) * 1992-11-12 1993-11-23 Inverness Corporation Integrated disposable ear piercing earring and clutch cartridge and ear piercing instrument for use therewith
US5496343A (en) * 1994-08-18 1996-03-05 Reil; Vladimir Hand held disposable ear piercer
US5709700A (en) * 1995-08-30 1998-01-20 Kato Spring Works Co., Ltd Hole making device
GB2337705B (en) * 1996-02-13 2000-05-03 Inverness Corp Rotatable ear piercing cartridge assembly
US5690665A (en) * 1996-02-13 1997-11-25 Inverness Corporation Rotatable ear piercing cartridge assembly
USD378410S (en) * 1996-03-26 1997-03-11 Vladimir Reil Stud gun end
US5772679A (en) * 1996-06-19 1998-06-30 Inverness Corporation Earring piercer assembly for stud guns
USD384302S (en) * 1996-06-21 1997-09-30 Vladimir Reil Sloped ear stud
US5669929A (en) * 1996-06-21 1997-09-23 Reil; Vladimir Integral ear piercing system
US5868774A (en) * 1996-11-21 1999-02-09 Reil; Vladimir Unique cartridge and earring stud gun system
US5792170A (en) * 1996-11-21 1998-08-11 Reil; Vladimir Earring stud gun and cartridge
US5925057A (en) * 1998-01-26 1999-07-20 Blomdahl Medical Ear piercing apparatus
USD430933S (en) * 1998-03-16 2000-09-12 Vladimir Reil Universal cartridge for pierced earrings
US5913869A (en) * 1998-03-16 1999-06-22 Reil; Vladimir Universal cartridge
USD428149S (en) * 1998-06-18 2000-07-11 Inverness Corporation Ear piercing cartridge
US6183490B1 (en) 1999-03-08 2001-02-06 Augustin Korbar Piercing system
US6048355A (en) * 1999-04-09 2000-04-11 Cookson Group Plc Ear piercing cartridges
US6305192B1 (en) 2000-09-11 2001-10-23 Inverness Corporation Apparatus for increasing piercing safety
US6796990B2 (en) * 2000-10-17 2004-09-28 Vladimir Reil Ear piercing systems with hinged hoop earrings
US6571956B2 (en) 2000-12-28 2003-06-03 Cookson Group Plc Ear piercing cartridge and clutch holder kit
SE530547C2 (sv) * 2005-11-28 2008-07-01 Blomdahl Medical Ab Anordning för håltagning och applicering av kroppssmycken med krökt stav

Family Cites Families (12)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4030507A (en) * 1975-01-23 1977-06-21 Inverness Corporation Sterile earlobe-piercing assembly
JPS5930401B2 (ja) * 1975-12-15 1984-07-26 インバネス・コ−ポレ−シヨン 無菌の耳たぶ孔あけ用アセンブリ
GB1525841A (en) * 1976-05-18 1978-09-20 Hundon Forge Ltd Drug implanters
US4451254A (en) * 1982-03-15 1984-05-29 Eli Lilly And Company Implant system
US4527563A (en) * 1983-01-12 1985-07-09 Vladimir Reil Sterile earlobe piercing assembly
GB2135171B (en) * 1983-01-21 1986-06-25 Brian Mander Affixing of ear-piercing members
GB2142538B (en) * 1983-06-27 1986-08-20 William James Gardner Improvements in ear piercing apparatus
US4659326A (en) * 1984-08-20 1987-04-21 Johnson Ronald F Apparatus for implanting implants in cattle
GB2187960A (en) * 1986-02-14 1987-09-23 Brian Mander Ear piercing
GB2198029B (en) * 1986-12-05 1990-07-18 William James Gardner Packaging support for ear piercing elements
DE3718256A1 (de) * 1987-05-30 1988-12-08 Wittek Margarete Vorrichtung zum einschiessen von ohrsteckern in ohrlaeppchen
US4860747A (en) * 1987-12-21 1989-08-29 First Lady Coiffures Ltd. Ear piercing apparatus

Also Published As

Publication number Publication date
IT9048461A0 (it) 1990-11-09
DE4036830C2 (de) 1998-04-09
IT1242164B (it) 1994-02-16
GB9024193D0 (en) 1990-12-19
CA2029306A1 (en) 1992-05-06
US5004470A (en) 1991-04-02
FR2668689A1 (fr) 1992-05-07
GB2249480A (en) 1992-05-13
AU630000B2 (en) 1992-10-15
CH684734A5 (de) 1994-12-15
DE4036830A1 (de) 1992-05-21
IT9048461A1 (it) 1992-05-10
AU6595990A (en) 1992-05-28
GB2249480B (en) 1994-08-24
FR2668689B1 (fr) 1993-07-02

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL9002432A (nl) Patroonstelsel voor doordringen van oorlellen.
JP6609470B2 (ja) 外科手術ステープル留め器具のためのローディングユニット保持クリップ
EP0306298B1 (en) A staple cartridge and an anvilless surgical stapler
US20210116209A1 (en) Pistol chassis and firearm apparatus
US4452106A (en) Tool having articulated opposing jaws
CA2034652C (en) Ear piercing cartridge assembly
US5263960A (en) Integrated disposable ear piercing earring and clutch cartridge and ear piercing instrument for use therewith
EP3503812B1 (en) Disposable hand operated cartridge body piercing instrument
JP2652608B2 (ja) 耳孔あけ装置
US5350394A (en) Integrated disposable ear piercing earring and clutch cartridge with ear clamp
DE4103925A1 (de) Vorrichtung zum durchstechen von ohren
NL1017220C2 (nl) Inrichting voor gebruik met een oordoorboringsinstrument.
US20230111381A1 (en) Staple cartridge with retractable knife assembly
JPH04176404A (ja) イヤピアスカートリッジ集成装置
US5690665A (en) Rotatable ear piercing cartridge assembly
JPH0442922B2 (nl)
WO2022233019A1 (en) Surgical stapling device with stopper for pusher/knife retention
KR102690451B1 (ko) 풀러 결합이 용이한 지퍼 손잡이 구조체
EP0002844A1 (en) Clamp binder and a method of mounting the same
GB2306114A (en) Ear piercing apparatus
JPS5849260B2 (ja) 縫合具

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed