NL8801023A - Werkwijze voor het bekleden van een oppervlak en werkwijze voor de bereiding van daarvoor te gebruiken middelen. - Google Patents
Werkwijze voor het bekleden van een oppervlak en werkwijze voor de bereiding van daarvoor te gebruiken middelen. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8801023A NL8801023A NL8801023A NL8801023A NL8801023A NL 8801023 A NL8801023 A NL 8801023A NL 8801023 A NL8801023 A NL 8801023A NL 8801023 A NL8801023 A NL 8801023A NL 8801023 A NL8801023 A NL 8801023A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- parts
- weight
- cement
- dye
- synthetic resin
- Prior art date
Links
Classifications
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C04—CEMENTS; CONCRETE; ARTIFICIAL STONE; CERAMICS; REFRACTORIES
- C04B—LIME, MAGNESIA; SLAG; CEMENTS; COMPOSITIONS THEREOF, e.g. MORTARS, CONCRETE OR LIKE BUILDING MATERIALS; ARTIFICIAL STONE; CERAMICS; REFRACTORIES; TREATMENT OF NATURAL STONE
- C04B41/00—After-treatment of mortars, concrete, artificial stone or ceramics; Treatment of natural stone
- C04B41/009—After-treatment of mortars, concrete, artificial stone or ceramics; Treatment of natural stone characterised by the material treated
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B44—DECORATIVE ARTS
- B44F—SPECIAL DESIGNS OR PICTURES
- B44F9/00—Designs imitating natural patterns
- B44F9/04—Designs imitating natural patterns of stone surfaces, e.g. marble
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C04—CEMENTS; CONCRETE; ARTIFICIAL STONE; CERAMICS; REFRACTORIES
- C04B—LIME, MAGNESIA; SLAG; CEMENTS; COMPOSITIONS THEREOF, e.g. MORTARS, CONCRETE OR LIKE BUILDING MATERIALS; ARTIFICIAL STONE; CERAMICS; REFRACTORIES; TREATMENT OF NATURAL STONE
- C04B26/00—Compositions of mortars, concrete or artificial stone, containing only organic binders, e.g. polymer or resin concrete
- C04B26/02—Macromolecular compounds
- C04B26/04—Macromolecular compounds obtained by reactions only involving carbon-to-carbon unsaturated bonds
- C04B26/06—Acrylates
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C04—CEMENTS; CONCRETE; ARTIFICIAL STONE; CERAMICS; REFRACTORIES
- C04B—LIME, MAGNESIA; SLAG; CEMENTS; COMPOSITIONS THEREOF, e.g. MORTARS, CONCRETE OR LIKE BUILDING MATERIALS; ARTIFICIAL STONE; CERAMICS; REFRACTORIES; TREATMENT OF NATURAL STONE
- C04B41/00—After-treatment of mortars, concrete, artificial stone or ceramics; Treatment of natural stone
- C04B41/45—Coating or impregnating, e.g. injection in masonry, partial coating of green or fired ceramics, organic coating compositions for adhering together two concrete elements
- C04B41/46—Coating or impregnating, e.g. injection in masonry, partial coating of green or fired ceramics, organic coating compositions for adhering together two concrete elements with organic materials
- C04B41/48—Macromolecular compounds
- C04B41/483—Polyacrylates
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C04—CEMENTS; CONCRETE; ARTIFICIAL STONE; CERAMICS; REFRACTORIES
- C04B—LIME, MAGNESIA; SLAG; CEMENTS; COMPOSITIONS THEREOF, e.g. MORTARS, CONCRETE OR LIKE BUILDING MATERIALS; ARTIFICIAL STONE; CERAMICS; REFRACTORIES; TREATMENT OF NATURAL STONE
- C04B41/00—After-treatment of mortars, concrete, artificial stone or ceramics; Treatment of natural stone
- C04B41/45—Coating or impregnating, e.g. injection in masonry, partial coating of green or fired ceramics, organic coating compositions for adhering together two concrete elements
- C04B41/52—Multiple coating or impregnating multiple coating or impregnating with the same composition or with compositions only differing in the concentration of the constituents, is classified as single coating or impregnation
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E04—BUILDING
- E04F—FINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
- E04F13/00—Coverings or linings, e.g. for walls or ceilings
- E04F13/02—Coverings or linings, e.g. for walls or ceilings of plastic materials hardening after applying, e.g. plaster
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C04—CEMENTS; CONCRETE; ARTIFICIAL STONE; CERAMICS; REFRACTORIES
- C04B—LIME, MAGNESIA; SLAG; CEMENTS; COMPOSITIONS THEREOF, e.g. MORTARS, CONCRETE OR LIKE BUILDING MATERIALS; ARTIFICIAL STONE; CERAMICS; REFRACTORIES; TREATMENT OF NATURAL STONE
- C04B2111/00—Mortars, concrete or artificial stone or mixtures to prepare them, characterised by specific function, property or use
- C04B2111/54—Substitutes for natural stone, artistic materials or the like
Landscapes
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Ceramic Engineering (AREA)
- Structural Engineering (AREA)
- Materials Engineering (AREA)
- Organic Chemistry (AREA)
- Architecture (AREA)
- Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
- Civil Engineering (AREA)
- Curing Cements, Concrete, And Artificial Stone (AREA)
- Paints Or Removers (AREA)
Description
f 1 -N.0. 35052 4
Werkwijze voor het bekleden van een oppervlak en werkwijze voor de bereiding van daarvoor te gebruiken middelen.
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het bekleden 5 van een oppervlak, in het bijzonder voor het vervaardigen van een wand-bepleistering.
Het uiterlijk en de oppervlaktestructuur van wanden kunnen worden verbeterd door het aanbrengen van een pleisterlaag. Tot de stand van de techniek behoren verschillende werkwijzen en pleistermaterialen die 10 hiervoor bruikbaar zijn. Er is echter vraag naar een verbeterde werkwijze waarmee bepleisteringen, in het bijzonder steenstructuren, op wanden kunnen worden aangebracht.
Gevonden is nu een werkwijze waarmee wandbepleisteringen met diverse, werkelijkheidsgetrouwe structuren kunnen worden vervaardigd.
15 De werkwijze volgens de uitvinding wordt gekenmerkt, doordat men a) het oppervlak zonodig reinigt en/of voorbehandelt met een hechtmid-del; b) op het oppervlak een specie aanbrengt die zand en/of grind, een bindmiddel, eventueel water en eventueel een cementkleurstof bevat: 20 c) in de nog niet uitgeharde bekleding eventueel een reliëf aanbrengt; d) het al of niet uitgeharde oppervlak eventueel kleurt met een kleurstofmengsel.
Met de werkwijze volgens de uitvinding kunnen nu diverse steenmotieven op duurzame wijze worden vervaardigd. De werkwijze is toepasbaar 25 zowel op binnenmuren als op buitenmuren, waarbij de aard van de wand waarop de bekleding wordt aangebracht niet beperkend is. Ook is de werkwijze niet beperkt tot scheidingsmuren en dragende muren maar kan deze overal waar een sierbepleistering gewenst is worden toegepast. Het te bekleden oppervlak kan elk niet buigzaam oppervlak zijn zoals steen, be-30 ton, hout, vezelplaat, gips, steenwol, glaswol en andere bouwen isolatiematerialen.
De werkwijze volgens de uitvinding is het bijzonder geschikt voor het vervaardigen van wandbepleisteringen waarin een reliëf wordt aangebracht. Door de goede bewerkbaarheid van de gebruikte specie kunnen uit-35 eenlopende patronen, figuren en dergelijke worden aangebracht.
Bijzonder geschikt is de werkwijze voor het verkrijgen van een rë-liëf in de vorm van voegen, zoals in een baksteenpatroon. Aldus kunnen wanden worden voorzien van het uiterlijk van schoon metselwerk zonder noemenswaardig ruimteverlies, zonder dat de oorspronkelijke wand behoeft 40 te worden verwijderd of anderszins aangepast en zonder dat andere voor- ,8801023 Η 2 ζieningen zoals extra funderingen nodig zijn. Dit laatste is vooral voordelig wanneer buitengevels van een baksteenuiterlijk of ander steenmotief worden voorzien. De aldus bewerkte wanden kunnen op eenvoudige wijze bestand tegen vocht en andere weersinvloeden worden gemaakt, zodat 5 toepassing als buitenmuur en in vochtige ruimte mogelijk is.
Het te bekleden oppervlak kan op de gebruikelijke wijze worden gereinigd, bijvoorbeeld met een ontvettingsmiddel of met water, eventueel onder druk. Vervolgens wordt de wand voorbehandeld met een hechtmiddel.
De specie die men voor het bekleden gebruikt bevat zand en/of 10 grind, afhankelijk van de gewenste structuur van de bekleding. Men kan bijvoorbeeld bergzand of metselzand van elke kwaliteit gebruiken. Voor grovere structuren gebruikt men grind, waarbij de korrelgrootte kan oplopen tot 5 mm. Bij voorkeur gebruikt men in combinatie met het grind tevens zand, bijvoorbeeld kwartszand, met het oog op een betere vulling 15 en een betere verwerkbaarheid. Het bindmiddel kan een anorganisch bindmiddel zijn zoals cement, maar ook een organisch bindmiddel zoals een kunsthars. Als kleurstof komt elke gangbare cementkleurstof in aanmerking. Het gebruik van een kleurstof in de specie heeft het voordeel dat de uiteindelijke kleur dieper en sterker in de bepleistering is ver-20 werkt, zodat de kleur beter bestand is tegen beschadiging. Voor het kleuren van de specie kan worden volstaan met het toepassen van een ba-siskleur, bijvoorbeeld bruin, rood, geel of grijs, waarna de verdere schakering tot stand kan worden gebracht door het afkleuren van de bepleistering. Ook kan de specie een witte basiskleur hebben; daartoe kan 25 titaandioxide als kleurstof worden gebruikt.
In een voorkeursuitvoeringsvorm is het bindmiddel een kunstharsdispersie. De kunstharsdispersie is een hechtende dispersie of emulsie van een kunsthars, zoals een acrylaathars of vinylhars en dergelijke in een waterhoudende drager. Bij voorkeur is de kunsthars een acrylaathars. 30 Goed bruikbaar zijn bijvoorbeeld Funcosil Hechtemulsie en Aida Hecht-emulsies, verkrijgbaar bij de firma Remmers en Uramul 80 van de firma DSM. Men gebruikt hierbij een specie die 100 gewichtsdelen zand en/of grind, 4-10 gew.dln kunstharsdispersie en 0,2-3 gew.dln cementkleurstof bevat. Zonodig kan de specie ook nog 0-5 gew.dln water bevatten. De 35 juiste verhouding tussen deze componenten is mede afhankelijk van de keuze van het grind en/of het zand. Bij voorkeur bevat de specie grind en eventueel fijn zand, vooral wanneer een baksteenachtige structuur wordt gewenst. In het bijzonder is de verhouding dan 90-100 gew.dln grind, 0-10 gew.dln fijn zand, 6-8 gew.dln kunstharsdispersie en 0,3-2 40 gew.dln cementkleurstof. Bij voorkeur heeft het grind verschillende kor- .8801023
Js 3 & relgrootten tussen 0,1 en 5 mm; in aanmerking komt bijvoorbeeld een mengsel van drie grindfracties met gemiddelde korrel van resp. 0,7, 1,5 en 2 mm. Verder verdient het de voorkeur dat de specie tevens een geringe hoeveelheid, bijvoorbeeld 0,2-1 gew.dl mengolie bevat. Deze mengolie 5 is een toeslag voor betonmaterialen; een bruikbare mengolie is een Vin-sol-resinaat. Indien snelle harding van de specie wordt gewenst, of indien de specie bij lage temperatuur wordt gebruikt, kan deze bovendien nog 0-5 gew.dln cement bevatten. De specie kan op bekende wijze worden opgebracht, zoals met een plakspaan of door middel van spuiten, in een 10 dikte van bijv. 2-15 mm, afhankelijk van het gewenste resultaat.
Bij gebruik van een specie die een kunstharsdispersie bevat, geschiedt het voorbehandelen van de wand bij voorkeur ook met een kunstharsdispersie, in het bijzonder met dezelfde kunstharsdispersie. Bij gebruik van deze kunstharsdispersie bevattende specie kan het eventuele 15 reliëf direkt na het bekleden in de bepleistering worden aangebracht.
Indien men bijvoorbeeld een baksteenpatroon aanbrengt, kunnen de voegen daarvoor worden uitgesneden en verwijderd met daartoe geschikt gereedschap.
Het kleurstofmengsel dat men gebruikt voor het kleuren of afkleuren 20 van de eventueel van een reliëf voorziene bepleistering bevat een kleurstof en water, alsmede een bindmiddel of eventueel zoutzuur. De kleurstof kan een cementkleurstof of een andere geconcentreerde verf zijn.
Wanneer de specie is voorgekleurd kan door de juiste keuze van de kleur in het kleurstofmengsel de gewenste eindschakering worden verkregen. De 25 keuze van de kleurstoffen en de te gebruiken hoeveelheid zijn mede afhankelijk van de bekleding die wordt gekleurd.
Indien een specie wordt gebruikt die een kunstharsdispersie bevat, gebruikt men bij voorkeur een kleurstofmengsel dat eveneens een kunstharsdispersie als bindmiddel bevat. Hierdoor wordt een nog hechtere 30 kleur verkregen, welke kleur door het gebruik van de kunsthars bevattende specie ook constanter is. De verhouding tussen kunstharsdispersie, water en kleurstof is afhankelijk van de concentratie van de gebruikte dispersie en van de gebruikte kleurstof. De verhouding is in het algemeen 10 gew.dln kunstharsdispersie, 5-30 gew.dln water en 2—30 gew.dln 35 kleurstof indien een verfconcentraat wordt gebruikt. De kunstharsdispersie kan dezelfde zijn als is gebruikt in de specie, maar ook een andere zoals een blanke latex. De kleurstof kan een cementkleurstof zoals een van de eerdergenoemde cementkleurstoffen zijn of een synthetische verf, bijvoorbeeld op polymeerbasis met oxidepigmenten. Geschikte kleurstoffen 40 zijn Relo mengkleuren van de firma Remmers of Sigmatex superlatex van de .8801023
V
4 firma Sigma. Het kleurstofmengsel kan op elke gebruikelijke wijze worden opgebracht, bijv. met een kwast of door middel van spuiten.
Bij gebruik van een kunstharsdispersie bevattende specie en een kunstharsdispersie bevattend kleurstofmengsel is de tijd tussen het aan-5 brengen van de specie en het afkleuren niet aan belangrijke beperkingen gebonden. Het afkleuren kan geschieden vanaf enkele uren tot enige dagen na het aanbrengen van de specie. De pleisterlaag en de kleurlaag vormen een stevig geheel dat waterafstotend en dampdoorlatend is.
Wanneer de bepleistering een reliëf in de vorm van voegen heeft, 10 kan men de voegen volgens een gebruikelijke voegtechniek afvoegen, zodat een werkelijkheidsgetrouwe gevoegde wand wordt verkregen. Een gangbaar voegmiddel bevat zand en/of grind, water en een bindmiddel zoals cement. Indien de bekledingsspecie een kunstharsdispersie bevat, bevat oók het voegmiddel bij voorkeur een kunstharsdispersie, bijvoorbeeld dezelfde 15 dispersie als aanwezig is in de specie. Een dergelijk voegmiddel bevat op 10 gew.dln grind, 2-5 gew.dln zand, 1-3 gew.dln kunstharsdispersie, 1,5-4 gew.dln cement en eventueel water. In voegmiddelen voor het afvoegen van baksteenvoegen heeft het grind bij voorkeur een korrelgrootte van ongeveer 2 mm en is het zand bij voorkeur kwartszand. Bij gebruik 20 van een dergelijk voegmiddel wordt een sterk hechtende, werkelijkheidsgetrouwe, waterafstotende voegstructuur verkregen.
Indien nodig kan een nog grotere waterdichtheid worden verkregen door behandeling van het beklede oppervlak met een waterafstotend makend middel. Bruikbare waterafstotendmakende middelen zijn impregneermiddelen 25 zoals alkylalkoxysilanen.
De uitvinding heeft ook betrekking op een werkwijze voor het bereiden van een kunstharshoudende dispersie die voor het bekleden van een oppervlak zoals hierboven beschreven kan worden gebruikt. Daartoe mengt men 300 gew.dln zand en/of grind, in het bijzonder 90-100 gew.dln grind, 30 bij voorkeur met verschillende korrelgrootten tussen 0,1 en 5 mm, en 0-10 gew.dln zand, met 4-10, bij voorkeur 6-8 gew.dln kunstharsdispersie en 0,2-3 gew.dln cementkleurstof en eventueel water. De kunstharsdispersie en de cementkleurstof zijn die als hierboven beschreven. Bij voorkeur mengt men ook 0,2-1 gew.dl mengolie mee. Op deze wijze wordt een 35 goed verwerkbare specie verkregen, die als belangrijk voordeel boven andere species heeft, dat deze ten minste 3 maanden houdbaar is. Dankzij deze eigenschap kan de specie in grotere hoeveelheden worden aangemaakt en daarna in voorraad worden gehouden en zonodig worden verhandeld, alvorens te worden gebruikt. De specie kan na bewaren direkt worden ge-40 bruikt. Indien de specie bij lage temperatuur wordt gebruikt of indien . 8801 02.3 } 5 ΐ een versnelde harding nodig is, kan voor gebruik cement worden bijge-mengd.
De uitvinding heeft ook betrekking op een werkwijze voor het bereiden van een kleurstofmengsel dat in combinatie met een kunsthars bevat-5 tende specie kan worden gebruikt voor het bekleden en kleuren van oppervlakken zoals hierboven beschreven. Men mengt daartoe een kunstharsdispersie, water en een kleurstof of verfconcentraat in zodanige verhouding dat een goed verwerkbaar mengsel wordt verkregen. Afhankelijk van de dikte van de kunstharsdispersie en van de kleurstof mengt men 10 gew.dln 10 dispersie, 5-30 gew.dln water en 2-10 gew.dln kleurstof. De kunstharsdispersie kan dezelfde zijn als is gebruikt in de specie. Ook andere kunstharsdispersies zoals blanke latex zijn bruikbaar. De kleurstof is dezelfde als hierboven als bestanddeel van het kleurstofmengsel beschreven. Ook dit kleurstofmengsel is 3 maanden of langer houdbaar.
15 De uitvinding heeft verder betrekking op een werkwijze voor het be reiden van een voegmiddelvoormengsel dat, na toevoegen van cement, in combinatie met een kunsthars bevattende specie kan worden gebruikt voor het vervaardigen van een wandbepleistering met een gevoegd relief. Daartoe mengt men 10 gew.dln grind, 2-5 gew.dln zand, 1-3 gew.dln kunsthars-20 dispersie en 0-5 gew.dln water. Eet grind heeft bij voorkeur een gemiddelde korrel van ongeveer 2 mm. De kunstharsdispersie is bij voorkeur dezelfde als de in de specie gebruikte kunstharsdispersie. Dit voegmiddelvoormengsel is ook ten minste 3 maanden houdbaar. Ka toevoegen van 1,5-4 gew.dln cement is het gereed om als voegmiddel te worden gebruikt.
25 De uitvinding heeft tevens betrekking op een samenstel van een spe cie en een kleurstofmengsel en eventueel een voegmiddelvoormengsel zoals volgens bovengenoemde werkwijze bereid. Dit samenstel bevat alle belangrijke onderdelen die nodig zijn voor het bekleden, kleuren en eventueel afvoegen van een oppervlak en die ter plaatse zonder verdere voorberei-30 ding behalve het eventueel toevoegen van cement en/of water kunnen worden verwerkt.
Tenslotte heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het bekleden van een oppervlak, waarbij men het te bekleden oppervlak na eventuele reiniging voorbehandelt met een hechtmiddel, het oppervlak be-35 kleedt met een specie die 100 gew.dln zand en/of grind, bijvoorbeeld een grove zandsoort zoals bergzand, 25-40 gew.dln cement, 10-40 gew.dln water en eventueel 0,2-3 gew.dln cementkleurstof bevat, een reliëf aanbrengt nadat de bekleding gedeeltelijk is gehard, en de bekleding kleurt met een kleurstofmengsel dat 10 gew.dln water, 1-3 gew.dln ce-40 mentkleurstof en 0,2 gew.dln zoutzuur bevat. Indien men een bepleiste- .8801023 « 6 ring met voegrelief vervaardigt, voegt men het relief vervolgens af met een voegmiddel dat 10 gew.dln voegzand, 2-3 gew.dln cement en 0,3-3 gew. din water bevat.
Op deze wijze wordt ook een zeer werkelijkheidsgetrouwe wandbe-5 pleistering verkregen, in het bijzonder in een baksteenpatroon, waarbij van gangbare grondstoffen wordt gebruik gemaakt. Het hechtmiddel is een voorstrijkmiddel zoals Digo-voorstrijk. De cementkleurstof is bijvoorbeeld Stabil of Dolfa. Indien men in de specie een kleurstof opneemt, kan in het kleurstofmengsel worden volstaan met ongeveer 20-30 % minder 10 kleurstof dan nodig is als men geen voorgekleurde specie gebruikt. De eventuele steenstructuur, zoals een baksteenstructuur, brengt men aan met daartoe geschikt gereedschap en wel op een zodanig tijdstip dat de specie bij bewerking niet meer loslaat, maar nog wel voldoende vervormbaar is zodat de gewenste structuur er zonder beschadiging in kan worden 15 aangebracht. Aan het kleurstofmengsel voegt men bij voorkeur zoutzuur toe teneinde de kleur intensiever te maken.
Voorbeeld I
De te bewerken muur wordt voorbehandeld met Digo voorstrijkmiddel 20 (Fa. Digo, Valkenswaard). Ter plaatse worden bergzand (metselzand van slechte kwaliteit) en cement (ENCI klasse A) in een verhouding 3:1 gemengd. Aan dit mengsel wordt leidingwater toegevoegd tot de gewenste dikte is verkregen. De grijze specie wordt met een plekspaan op de muur aangebracht in een dikte van 5 mm. Afhankelijk van de wateropname van de 25 wand wordt korte tijd gewacht en worden vervolgens met speciaal gereedschap voegen in een baksteenpatroon uitgesneden. Een mengsel van 2 kg cementkleurstof (Stabil, verkrijgbaar bij de Fa. Francken, Heerlen of Dolfa, verkrijgbaar bij de Fa. Remmers), 10 liter water en 100 ml zoutzuur wordt doorgeroerd en enige tijd met rust gelaten. Met dit mengsel 30 wordt de bepleisterde muur gekleurd terwijl het mengsel af en toe wordt doorgeroerd. Vervolgens wordt de muur afgevoegd met een mengsel van voegzand en cement in een verhouding van 4:1, dat met water handnat is gemaakt. Men verkrijgt een muur met het uiterlijk en de kleur van een baksteenmuur.
35
Voorbeeld II
De werkwijze volgens voorbeeld I wordt gevolgd met de volgende verschillen.
Aan de specie wordt 25 % van de totale hoeveelheid cementkleurstof 40 (bruin) toegevoegd.
.8801023 7 *·
Het kleurstofmengsel bevat 1,5 kg kleurstof.
Aldus verkrijgt men een wand met een natuurlijk baksteenpatroon; afhankelijk van de gebruikte kleurencombinatie zijn 65 tinten in de kleuren bruin, rood, oker en zwart te verkrijgen. Ook groen en blauw 5 zijn mogelijk.
Voorbeeld III
Men bereidt een mengsel van 90 kg grindkorrels (Filterzand Wessero) van verschillende afmetingen, waaraan als vulmiddel voor de poriën tus-10 sen de korrels zeer fijn kwartszand wordt toegevoegd, 6 liter Funcosil Hechtemulsie en 1,5 kg cementkleurstof (Stabil).
Voorbeeld IV
Er wordt een mengsel bereid als in voorbeeld III echter met titaan-15 dioxide inplaats van de cementkleurstof.
Voorbeeld V
Er wordt een kleurstofmengsel bereid van 10 liter Funcosil Hechtemulsie, 10 liter water en 0,2-100 liter Sigmatex superlatex.
20
Voorbeeld VI
Er wordt een voegmiddel bereid door mengen van grind met een gemiddelde korrel van 2 mm (Filterzand ffessem) en kwartszand waaraan cement (ENCI klasse A) in een verhouding 4:1 wordt toegevoegd en dat wordt aan-25 gemaakt met Funcosil Hechtemulsie.
Voorbeeld VII
De te bewerken muur wordt voorgestreken met Funcosil Hechtemulsie.
De specie bereid volgens voorbeeld III of IV wordt met een plakspaan op 30 de muur aangebracht in een dikte van 5 iron, in aansluiting waarop voegen in een baksteenpatroon worden uitgesneden. Het kleurstofmengsel volgens voorbeeld V wordt vervolgens op de muur gebracht. De muur wordt afge-voegd met het voegmiddel volgens voorbeeld VI. Er wordt een waterafstotende muur met het uiterlijk van een natuurlijke roodbruine of witte 35 baksteen verkregen.
.8801023
Claims (22)
1. Werkwijze voor het bekleden van een oppervlak waarbij men: a) het oppervlak zonodig reinigt en/of voorbehandelt met een hechtmid- 5 del; b) op het oppervlak een specie aanbrengt die zand en/of grind, een bindmiddel, eventueel water en eventueel een cementkleurstof bevat: c) in de nog niet uitgeharde bekleding eventueel een reliëf aanbrengt; en 10 d) het al of niet uitgeharde oppervlak eventueel kleurt met een kleur-stofmengsel.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat men bij c) het reliëf aanbrengt in de vorm van voegen,zoals in een baksteenpatroon, en 15 e) het voegvormige reliëf in het eventueel gekleurde, beklede oppervlak afvoegt met een voegmiddel.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat men het beklede oppervlak behandelt met een waterafstotendmakend middel.
4. Werkwijze volgens één der conclusies 3-3, met het kenmerk, dat 20 men bij b) een specie gebruikt die 100 gew.dln zand en/of grind, 4-10 gew.dln van een kunstharsdispersie, 0,2-3 gew.dln cementkleurstof en 0-5 gew.dln water bevat.
5. Werkwijze volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de specie 90-100 gew.dln grind, 0-10 gew.dln fijn zand, 6-8 gew.dln kunstharsdis- 25 pers ie en 0,3-2 gew.dln cementkleurstof bevat.
6. Werkwijze volgens conclusie 4 of 5, met het kenmerk, dat het grind verschillende korrelgrootten tussen 0,1 en 5 mm heeft.
7. Werkwijze volgens één der conclusies 4-6,. met het kenmerk, dat de specie tevens 0,2-1 gew.deel van een mengolie bevat.
8. Werkwijze volgens één der conclusies 4-7, met het kenmerk, dat de specie tevens 0-5 gew.dln cement bevat.
9. Werkwijze volgens één der conclusies 1-8, met het kenmerk, dat men bij d) een kleurstofmengsel gebruikt dat een kunstharsdispersie, water en een kleurstof bevat.
10. Werkwijze volgens één der conclusies 2-9, met het kenmerk, dat men bij e) een voegmiddel gebruikt dat 10 gew.dln grind en/of zand, 0,7-2,5 gew.dln kunstharsdispersie, 1—3,5 gew.dln cement en eventueel water bevat.
11. Werkwijze volgens één der conclusies 4-10, met het kenmerk, dat 40 men bij a) voorbehandelt met een kunstharsdispersie. /8801023 *
12. Werkwijze voor het bereiden van een specie voor gebruik in de werkwijze volgens één der conclusies 1-3, met het kenmerk, dat men 100 gew.dln zand en/of grind, 4-10 gew.dln van een kunstharsdispersie, 0,2-3 gew.dln cementkleurstof en 0-5 gew.dln water mengt.
13. Werkwijze volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat men 90-100 gew.dln grind met verschillende korrelgrootten tussen 0,1 en 5 mm, 0-10 gew.dln fijn zand, 6-8 gew.dln kunstharsdispersie en 0,3-2 gew.dln cementkleurstof mengt.
14. Werkwijze volgens conclusie 12 of 13, met het kenmerk, dat men 10 tevens 0,2-1 gew.deel van een mengolie bijmengt.
15. Werkwijze volgens één der conclusies 12-14, met het kenmerk, dat men tevens 0-5 gew.dln cement bijmengt.
16. Werkwijze voor het bereiden van een kleurstofmengsel voor het gebruik in de werkwijze volgens één der conclusies 1-3, met het kenmerk, 15 dat men 10 gew.dln van een kunstharsdispersie, 5-30 gew.dln water en 2-10 gew.dln kleurstof mengt.
17. Werkwijze voor het bereiden van een voegmiddelvoormengsel voor gebruik, na toevoegen van cement, in de werkwijze volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat men 10 gew.dln grind, 2-5 gew.dln zand, 1-3 gew. 20 dln kunstharsdispersie en 0-5 gew.dln water mengt.
18. Werkwijze voor het bereiden van een voegmiddel voor gebruik in de werkwijze volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat men aan het volgens conclusie 17 bereide voormengsel 1,5-4 gew.dln cement toevoegt.
19. Werkwijze volgens één der conclusies 4-18, met het kenmerk, dat 25 de kunstharsdispersie een polyacrylaatdispersie is.
20. Samenstel voor het bekleden en kleuren van een oppervlak omvattende een specie bereid volgens één der conclusies 12-14 en een kleurstofmengsel bereid volgens conclusie 16.
21. Samenstel voor het bekleden, kleuren en voegen van een opper-30 vlak omvattende een specie bereid volgens één der conclusies 12-14, een kleurstofmengsel bereid volgens conclusie 16 en een voegmiddelvoormengsel bereid volgens conclusie 17.
22. Werkwijze volgens één der conclusies 1-3, met het kenmerk, dat men bij b) een specie gebruikt die 100 gew.dln zand en/of grind, 25-40 35 gew.dln cement, 10-40 gew.dln water en 0-3 gew.dln cementkleurstof bevat; bij c) het reliëf aanbrengt nadat de bekleding gedeeltelijk is gehard; bij d) kleurt met een kleurstofmengsel dat 10 gew.dln water, 1-3 gew.dln cementkleurstof en 0-0,2 gew.dln zoutzuur bevat; en eventueel bij e) afvoegt met een voegmiddel dat 10 gew.dln voegzand, 2-3 gew.dln 40 cement en 1-8 gew.dln water bevat. ***** .8801023
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8801023A NL191998C (nl) | 1988-04-20 | 1988-04-20 | Werkwijze en samenstel voor het aanbrengen van een pleisterlaag. |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8801023A NL191998C (nl) | 1988-04-20 | 1988-04-20 | Werkwijze en samenstel voor het aanbrengen van een pleisterlaag. |
NL8801023 | 1988-04-20 |
Publications (3)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8801023A true NL8801023A (nl) | 1989-11-16 |
NL191998B NL191998B (nl) | 1996-08-01 |
NL191998C NL191998C (nl) | 1996-12-03 |
Family
ID=19852166
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8801023A NL191998C (nl) | 1988-04-20 | 1988-04-20 | Werkwijze en samenstel voor het aanbrengen van een pleisterlaag. |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL191998C (nl) |
Cited By (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL1008701C2 (nl) | 1998-03-25 | 1999-09-28 | Ronny Oscar Henri Van Troost | Werkwijze voor het bekleden van een oppervlak met een laag die een steenpatroon bevat. |
EP1251114A1 (de) * | 2001-04-19 | 2002-10-23 | E. Schwenk Putztechnik GmbH & Co. KG | Verfahren zur Farbgestaltung einer Putz-Oberfläche |
Citations (8)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE1107858B (de) * | 1960-06-30 | 1961-05-31 | Friedrich Ehmann | Kittpaste zum Aufkleben von Splitt, insbesondere Steinsplitt, und von flachen Stuecken auf Waende von Bauwerken |
US3457210A (en) * | 1967-02-15 | 1969-07-22 | Fred Markus | Liquid coloring composition comprising an acid etching agent for a set cementitious surface |
NL6804770A (nl) * | 1968-04-04 | 1969-10-07 | ||
DE1671159B1 (de) * | 1966-12-06 | 1970-09-24 | Thoene Kg H | Fertigmoertel zum Verputzen von Waenden |
US3819395A (en) * | 1971-08-23 | 1974-06-25 | T Yocum | Simulated masonry wall |
US4217379A (en) * | 1976-07-06 | 1980-08-12 | Salvador Silvano E | Method for creating a simulated brick surface or the like |
US4349588A (en) * | 1981-09-08 | 1982-09-14 | Henry Schiffer | Simulated brick or tile |
WO1986003433A1 (en) * | 1984-12-07 | 1986-06-19 | Henry Schiffer | Method of making simulated stone and wood |
-
1988
- 1988-04-20 NL NL8801023A patent/NL191998C/nl not_active IP Right Cessation
Patent Citations (8)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE1107858B (de) * | 1960-06-30 | 1961-05-31 | Friedrich Ehmann | Kittpaste zum Aufkleben von Splitt, insbesondere Steinsplitt, und von flachen Stuecken auf Waende von Bauwerken |
DE1671159B1 (de) * | 1966-12-06 | 1970-09-24 | Thoene Kg H | Fertigmoertel zum Verputzen von Waenden |
US3457210A (en) * | 1967-02-15 | 1969-07-22 | Fred Markus | Liquid coloring composition comprising an acid etching agent for a set cementitious surface |
NL6804770A (nl) * | 1968-04-04 | 1969-10-07 | ||
US3819395A (en) * | 1971-08-23 | 1974-06-25 | T Yocum | Simulated masonry wall |
US4217379A (en) * | 1976-07-06 | 1980-08-12 | Salvador Silvano E | Method for creating a simulated brick surface or the like |
US4349588A (en) * | 1981-09-08 | 1982-09-14 | Henry Schiffer | Simulated brick or tile |
WO1986003433A1 (en) * | 1984-12-07 | 1986-06-19 | Henry Schiffer | Method of making simulated stone and wood |
Cited By (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL1008701C2 (nl) | 1998-03-25 | 1999-09-28 | Ronny Oscar Henri Van Troost | Werkwijze voor het bekleden van een oppervlak met een laag die een steenpatroon bevat. |
WO1999048834A1 (en) * | 1998-03-25 | 1999-09-30 | Ronny Oscar Henri Van Troost | Process for coating a surface with a layer having a stone pattern |
EP1251114A1 (de) * | 2001-04-19 | 2002-10-23 | E. Schwenk Putztechnik GmbH & Co. KG | Verfahren zur Farbgestaltung einer Putz-Oberfläche |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
NL191998C (nl) | 1996-12-03 |
NL191998B (nl) | 1996-08-01 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US5735094A (en) | Method for producing an ornamental concrete surface | |
KR101036311B1 (ko) | 천연석 무늬형성 도료 조성물과 그 제조방법 | |
US20100005743A1 (en) | Flexible Cement Veneer | |
EP1347107B1 (en) | Polyvalent, insulating, anti-vibratory, adhesive and fireproof product for various industrial sectors, especially the building industry | |
US4721634A (en) | Simulated marble | |
JP5420520B2 (ja) | 模様面の形成方法 | |
US20080196623A1 (en) | Multiple Component Multiple Layer Coating Composition and Method of Application | |
Nurzoda et al. | Modern technologies of varnish production | |
Griswold et al. | Loss compensation methods for stone | |
US20100005753A1 (en) | Composition and method for installing a simulated natural surface | |
NL8801023A (nl) | Werkwijze voor het bekleden van een oppervlak en werkwijze voor de bereiding van daarvoor te gebruiken middelen. | |
US20020020328A1 (en) | Composition and method for wall treatment | |
JP2003172009A (ja) | 壁装工法 | |
KR0148880B1 (ko) | 양이온성 세라믹 합성수지 모르타르 칼라, 무늬바닥재의 도포방법 | |
Govaerts et al. | The introduction of ready-mix rendering mortars for stone imitation in Belgium [1920-1940] | |
NO863180L (no) | Fremgangsmaate for fremstilling av imitert sten og tre. | |
KR100291623B1 (ko) | 고강도 인조색채무늬 바닥재 및 그 시공방법 | |
ES2280142B1 (es) | Pintura semi-mineral compuesta por tres aglutinantes o formadores de la pelicula. | |
JP4895494B2 (ja) | 模様面の形成方法 | |
KR100295017B1 (ko) | 콘크리트 면의 마감시공 방법 | |
US20040151950A1 (en) | Nickel-based concrete stain, method of applying same, and stained concrete | |
Copsey | Hot limewashes and sheltercoats | |
RU2809790C2 (ru) | Композиция для изготовления "гибкого" камня | |
KR970010703A (ko) | 자기수평성(Self-Leveling) 몰탈(Mortar) 조성물 및 칼러(Color) 몰탈 조성물 | |
RU2241014C1 (ru) | Краска (ее варианты) |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A1B | A search report has been drawn up | ||
BC | A request for examination has been filed | ||
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20031101 |