NL8800635A

NL8800635A - Werkwijze voor het vervaardigen van een transparant omhulsel.

Info

Publication number: NL8800635A
Application number: NL8800635A
Authority: NL
Original assignee: Kei Mori
Priority date: 1987-04-03
Filing date: 1988-03-15
Publication date: 1988-11-01
Also published as: GB2203092A; DK175288A; IT8820050A0; GB8807812D0; FR2613278A1; AU1284488A; FI881069A0; KR880012340A; FI881069A; KR910005176B1; SE8801229D0; IT1217383B; DE3809644A1; CN88101873A; SE8801229L; DK175288D0; US4913857A

Description

4

L

N035051 1

Werkwijze voor het vervaardigen van een transparant omhulsel ^

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een transparant omhulsel en heeft in het bijzonder betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een bijna bolvormig lichaam van transparante hars zoals acryl hars of dergelijke.

5 Door aanvraagster zijn in het verleden op verscheidene wijzen inrichtingen voor het opvangen van zonnestralen voorgesteld waarbij de zonnestralen door een lens samengebundeld worden, in een optische geleider gebracht worden, en vervolgens door de optische geleider overgebracht worden naar een vrij te kiezen gewenste plaats met het oog op 10 verlichting of voor andere doeleinden. Verder is door de aanvraagster voorgesteld de hiervoor genoemde inrichting voor het opvangen van zonnestralen op te nemen in een transparant omhulsel teneinde de lens daarvan te beschermen tegen wind, regen, stof en dergelijke.

De door de onderhavige aanvraagster tot nu toe voorgestelde in-15 richting voor het opvangen van zonnestralen bezit een cilindrische fundatie, een koepel vormig kopgedeelte in de vorm van een transparant lichaam, en een omhulsel bestemd voor de inrichting voor het opvangen van zonnestralen vervaardigd tezamen met de fundatie en het kopgedeelte. Wanneer de inrichting wordt toegepast, bevindt de inrichting voor 20 het opvangen van zonnestralen zich in het omhulsel. De inrichting voor het opvangen van zonnestralen bevat bijvoorbeeld een groot aantal lenzen, een parabolisch 1ichtverzamelorgaan, of een weerkaatsingspiegel en dergelijke. De door de lenzen of het parabolische lichtopvangorgaan samengebundelde zonnestralen worden in de optisch geleidende kabel ge-25 leid. Aan de andere kant worden de zonnestralen die weerkaatst zijn op de weerkaatsingspiegel geleid in de licht geleidende buis of dergelijke. De op deze wijze geleide zonnestralen worden overgebracht door de naar keuze aan te brengen geleidende kabel of de licht geleidende buis naar een vrij te kiezen gewenste plaats.

30 Verder is bij de inrichting voor het opvangen van zonnestralen zoals hierboven vermeld het genoemde transparante omhulsel gewoonlijk vervaardigd van acrylhars. Aangezien echter het transparante omhulsel gebruikt wordt om de zonnestralen naar binnen te leiden, moet het oppervlak van het omhulsel fijn gepolijst worden teneinde een spiegel-35 achtig oppervlak te verschaffen teneinde verliezen bij de overdracht van het licht te verminderen, zoals tengevolge van diffuse weerkaatsing en dergelijke, en teneinde de kwaliteit van het gehele omhulsel uniform .8800635

V

2 te maken teneinde ervoor te zorgen dat de in het omhulsel gebrachte lichtstralen op doeltreffende wijze overgebracht worden naar de lenzen, het parabolische lichtopvangorgaan, of de weerkaatsingspiegel. Wanneer echter het transparante omhulsel vervaardigd wordt door spuitgieten of 5 drukvormen, is het moeilijk om het oppervlak daarvan zodanig te polijsten dat dit een spiegel is, en om het omhulsel de juiste afwerking te verschaffen teneinde zijn kwaliteit uniform te maken. Ook is het daardoor moeilijk om een dergelijke omhulsel te vervaardigen met lage kosten.

10 Wanneer verder het omhulsel vervaardigd wordt door middel van blaasvormen, is het moeilijk om de dikte uniform te maken. Verder is het ook moeilijk een bij benadering geheel bol vormig lichaam te vormen, zodat het op de zo juist genoemde wijze vervaardigde omhulsel geen uniforme kwaliteit bezit.

15 Doel van de onderhavige uitvinding is een werkwijze te verschaffen ter vervaardiging van een transparant omhulsel, en in het bijzonder een bij benadering bol vormig lichaam te vervaardigen van een transparante hars zoals acrylhars of dergelijke.

Doel van de onderhavige uitvinding is een werkwijze te verschaffen 20 voor het vervaardigen van een bij benadering bolvormig transparant omhulsel met een spiegel achtig afgewerkt oppervlak en een volledig uniforme kwaliteit, met lage kosten.

Doel van de onderhavige uitvinding is een verbeterde werkwijze voor het vervaardigen van een omhulsel te verschaffen, die toegepast 25 kan worden voor het vervaardigen van een omhulsel door het combineren van twee of drie gedeelten.

Fig. 1 toont een aanzicht in perspectief ter toelichting van de toepassing van een transparant omhulsel zoals in het verleden voorgesteld door aanvraagster.

30 Fig. 2 toont een dwarsdoorsnede ter toelichting van een uitvoering van een vervaardigingswerkwijze ter vervaardiging van een transparant omhulsel volgens de onderhavige uitvinding.

Fig. 3 toont een bovenaanzicht daarvan.

Fig. 4 en 5 tonen respectievelijk aanzichten in dwarsdoorsnede ter 35 toelichting van andere uitvoeringen van de onderhavige uitvinding.

Fig. 6 toont een aanzicht in dwarsdoorsnede van andere voorbeelden van het transparante omhulsel.

Fig. 7 en 8 tonen respectievelijk dwarsdoorsneden ter toelichting van een voorbeeld van het vervaardigen van het transparante omhulsel 40 volgens fig. 6.

.8800635 3 2

Fig. 9 en 10 tonen aanzichten in dwarsdoorsnede ter toelichting van andere uitvoeringen van een vervaardigingswerkwijze ter vervaardiging van een transparant omhulsel volgens de onderhavige uitvinding.

Fig. 1 toont een aanzicht in perspectief van een uitvoering van de 5 inrichting voor het opvangen van zonnestralen zoals in het verleden voorgesteld door aanvraagster.

In fig. 1 is 1 een cilindrische fundatie, 2 een koepel vormig kop-gedeelte vervaardigd van een transparant lichaam, en 3 een omhulsel dat toegepast wordt bij de inrichting voor het opvangen van zonnestralen 10 vervaardigd met de fundatie 1 en het kopgedeelte 2.

Bij toepassing van de inrichting is de inrichting 5 voor het opvangen van zonnestralen zoals afgeheeld in fig. 1 opgenomen in het omhulsel 3. Zoals bekend bevat de inrichting voor het opvangen van zonnestralen bijvoorbeeld een groot aantal lenzen 6, of een parabolisch 15 lichtopvangorgaan, of een weerkaatsingspiegel en dergelijke. De door de lenzen of het parabolische lichtverzamelorgaan gebundelde stralen worden in de optische geleidende kabel geleid. Op andere wijze kunnen de door de weerkaatsingspiegel weerkaatste zonnestralen geleid worden in een licht geleidende buis of dergelijke. De op een dergelijke wijze ge-20 lelde zonnestralen worden door de optische geleidingskabel of de licht geleidende buis overgebracht naar een vrij te kiezen gewenste plaats.

Verder is bij de zoals hierboven genoemde inrichting voor het opvangen van zonnestralen het hierboven genoemde transparante omhulsel gewoonlijk vervaardigd van acryl hars. Aangezien echter het transparante 25 omhulsel gebruikt wordt om zonnestralen daarin te leiden, is het noodzakelijk het oppervlak van het omhulsel fijn te polijsten teneinde een spiegelachtig oppervlak te vormen teneinde verliezen bij de lichtover-dracht tengevolge van diffuse weerkaatsing en dergelijke te verminderen, en teneinde de kwaliteit van het gehele omhulsel gelijkmatig te 30 maken om ervoor te zorgen dat de in het omhulsel geleide lichtstralen op doeltreffende wijze verder geleid worden naar de lenzen, het parabolische lichtopvangorgaan, of de weerkaatsingspiegel. Wanneer echter het doorzichtige omhulsel vervaardigd wordt door spuitgieten of drukvormen, is het moeilijk het oppervlak daarvan tot een spiegel te polijsten en 35 het omhulsel op de juiste wijze af te werken zodanig dat zijn kwaliteit uniform is. Ook is het moeilijk een dergelijk omhulsel met lage kosten te vervaardigen.

Wanneer verder het omhulsel vervaardigd wordt door blaasvormen, is het moeilijk een uniforme dikte te verkrijgen. Ook is het verder moei-40 lijk om een bij benadering volledig bol vormig lichaam te verschaffen, .8800635

V

4 zodat het op de zo juist beschreven wijze vervaardigde omhulsel geen uniforme kwaliteit bezit.

Fig. 2 toont een aanzicht in dwarsdoorsnede ter toelichting van een uitvoering volgens de onderhavige uitvinding, en fig. 3 toont een 5 bovenaanzicht daarvan. In de fig. 2 en 3 is 10 een onderste gietvorm en 20 een bovenste gietvorm. De onderste en bovenste gietvormen 10 en 20 samen zijn volgens een bij benadering half-bolvormig lichaam gevormd. Het inwendig oppervlak van de onderste gietvorm 10 en het uitwendig oppervlak van de bovenste gietvorm 20 zijn als een spiegel afgewerkt. Het 10 inwendig oppervlak van de onderste gietvorm en het uitwendig oppervlak van de bovenste gietvorm zijn coaxiaal ten opzichte van elkaar aangebracht, en de straal van de bovenste gietvorm is iets kleiner dan die van de onderste gietvorm. Meer in het bijzonder is de eerste kleiner dan de laatste overeenkomstig de dikte van het te vervaardigen transpa-15 rante omhulsel.

Verwijzingsteken 30 heeft betrekking op een transparant omhulsel gevormd tussen de hierboven genoemde onderste en bovenste gietvormen 10 en 20. Het omhulsel 30 wordt bijvoorbeeld als volgt vervaardigd door middel van de onderste en bovenste gietvormen 10 en 20. Allereerst 20 wordt bij toepassing van de onderste en bovenste gietvormen 10 en 20, een verwarmingsdraad 11 van een uit nikkel chroom bestaande draad en dergelijke bij benadering gelijkmatig aangebracht op het buitenste oppervlak van de onderste gietvorm 10, en een andere verwarmingsdraad 21 die een nikkelchroomdraad bevat, is ook bij benadering gelijkmatig aan-25 gebracht op het inwendig oppervlak van de bovenste gietvorm 20. De ver-warmingsdraden zijn respectievelijk door de verbindingsdraden 12 en 22 verbonden met de in de fig. 2 en 3 niet-afgeheelde regel inrichting.

Verder bezitten de onderste en bovenste gietvormen 10 en 20 flensgedeelten 13 en 23 respectievelijk aan de zijde van het open gedeelte 30 daarvan. Een afstandorgaan 14 met een gelijkmatige dikte over de gehele omtrek wordt aangebracht op het bovenste omtreksoppervlaktegedeelte van de flens 13 van de onderste gietvorm. Een groot aantal groeven 15 die zich uitstrekken in de richting van de straal zijn aangebracht op het bovenste oppervlak van het afstandsorgaan 14. Deze flensgedeelten 13 en 35 23 worden gebruikt voor het tegelijk vormen van een flensgedeelte 31 op het gevormde transparante omhulsel 30 en bovendien met het oog op het uniform maken van de dikte van het transparante omhulsel 30 door de afstand tussen de onderste gietvorm 10 en de bovenste gietvorm 20 constant te houden.

40 In het geval van het vervaardigen van het transparante omhulsel .8800535 ..5 * ·£ door toepassing van de onderste en bovenste gietvormen 10 en 20 zoals hierboven genoemd, wordt de bovenste gietvorm 20 gescheiden van de onderste gietvorm 10 en wordt een voorafbepaalde hoeveelheid transparante hars zoals acrylhars in de onderste gietvorm 10 gegoten. Daarbij is het 5 mogelijk om ofwel vaste hars danwel gesmolten hars te gebruiken. In elk geval wordt de hars in gesmolten toestand gebracht door de onderste gietvorm 10 te verwarmen door middel van de verwarmingsdraad 11.

In een dergelijke toestand wordt, wanneer de bovenste gietvorm 20 in de onderste gietvorm 10 wordt gedrukt, de spleet tussen de inwendige 10 oppervlaktezijde van de onderste gietvorm 10 en de uitwendige opper-vlaktezijde van de bovenste gietvorm 20 versmald evenredig aan de druk op de bovenste gietvorm 20. De hars 30, die zoals hiervoor in gesmolten toestand is gebracht, stroomt in beide door de pijlen aangeduide richtingen overeenkomstig zijn vloeibaarheid. Wanneer de bovenste gietvorm 15 20 in de toestand zoals afgebeeld in fig·. 2 wordt gebracht, dat wil zeggen dat de bovenste gietvorm geheel rust op het afstandsorgaan 14 dat aangebracht is op het bovenste omtreksoppervlak van de onderste gietvorm 10, wordt de ruimte gevormd door de onderste en bovenste gietvormen 10 en 20 en het afstandsorgaan 14 juist gevuld met hars. Dat wil 20 zeggen dat aangezien het volume van de ruimte gevormd door de onderste en bovenste gietvormen 10 en 20, het afstandsorgaan 14 en de thermische uitzettingscoëfficiënt van de hars en dergelijke vooraf goed bekend zijn, de hoeveelheid hars die aan het begin moet worden ingegoten bekend is. Wanneer derhalve de onderste gietvorm 10 op een voorafbepaalde 25 plaats gebracht wordt met betrekking tot de bovenste gietvorm 20, kan de hars in de toestand zoals afgebeeld in fig. 2 gebracht worden.

Volgens de onderhavige uitvinding wordt een bij benadering bol vormige transparante koepel gevormd door het op doeltreffende wijze toepassen van de vloeibaarheid van de hars. Een groot aantal groeven 15 30 aangebracht op het bovenste oppervlak van het afstandsorgaan 14 is bestemd te verhinderen dat de harsstroming versperd wordt door de lucht die zich bevindt in de ruimte gevormd door de onderste en bovenste gietvormen en het afstandsorgaan 14, en dat verhinderd zou worden dat het gevormde lichaam een uniforme kwaliteit bezit tengevolge van een 35 gedeeltelijk aangebrachte druk, wanneer de daardoor gevormde ruimte geleidelijk aan op de hierboven genoemde wijze smaller wordt. Daarbij komt dat een nogal grote hoeveelheid hars die in de ruimte gegoten is tussen beide gietvormen overstroomt zodat rekken noch vervormingen opgewekt worden in het gevormde omhulsel.

40 Verder wordt volgens de onderhavige uitvinding gebruik gemaakt van .8800635 6 de vloeibaarheid van de hars welke afhangt van de atmosferische temperatuur. Wanneer de temperatuur van de onderste en bovenste gietvormen 10 en 20 laag is, zal de temperatuur van het fluïdum aan de punt daarvan ook laag zijn op het ogenblik van het gieten. Derhalve gaat 5 niet alleen de vloeibaarheid van het fluïdum achteruit, doch wordt ook de gelijkmatigheid van de harskwaliteit nadelig beïnvloed. Teneinde dergelijke problemen te vermijden, worden in de in de fig. 1 en 2 afgebeelde uitvoering verwarmingsdraden van nikkelchroomdraad gelijkmatig respectievelijk aangebracht op het buitenste oppervlak van de on- 10. derste gietvorm 10 en op het binnenste oppervlak van de bovenste gietvorm 20, en wordt de temperatuur van de onderste en bovenste gietvormen 10 en 20 op een voorafbepaald gewenst niveau gehouden door middel van deze verwarmingsdraden en teneinde de vloeibaarheid van de hars constant te houden.

15 Nadat de ruimte gevormd door de bovenste en onderste gietvormen 10 en 20 en het afstandsorgaan 14 gevuld met de hars 30 zoals hierboven genoemd gevormd is, wordt de elektriciteitsbron voor de verwarmingsdraden uitgeschakeld, en verhardt de hars door het regelen van de temperatuur. In het bijzonder daalt de temperatuur geleidelijk aan waardoor de 20 gehele inhoud van beide gietvormen inclusief gas, damp en vloeistof gekoeld wordt. Bij de volgende stap wordt het gevormde omhulsel 30 uitgenomen na verwijderen van de bovenste gietvorm 20.

Hoewel verder een voorbeeld van de temperatuurregeling door middel van de verwarmingsdraden die respectievelijk aangebracht zijn op de bo-25 venste en onderste gietvormen 10 en 20 hiervoor beschreven is, is de temperatuurregeling zoals de temperatuurregeling van die onderste en bovenste gietvormen en de temperatuurregeling voor het smelten of verharden van de hars niet beperkt tot de hiervoor genoemde uitvoering. Duidelijk zal zijn dat andere verwarmingsmiddelen toegepast kunnen wor-30 den zonder verwarmingsdraden aan te brengen op de bovenste en onderste gietvormen, of dat de temperatuurregeling uitgevoerd kan worden door inspuiten van een fluïdum zoals een gasdamp, of een bepaalde geschikte vloeistof, of dat aan de andere kant de temperatuur van de gehele ruimte geregeld kan worden door middel van een luchtbehandelingsinrich-35 ting.

Fig. 4 toont een dwarsdoorsnede van een andere uitvoering van het verwarmingsmiddel. In de uitvoering van fig. 4 is een lichaam 40 verschaft dat een fluïdumdoorgang bezit, op de zijde van het uitwendig oppervlak van de onderste gietvorm 10 waarbij een deel van de wand die 40 de fluïdumdoorgang 41 vormt het onderste (buitenste) oppervlak van de .8800635 7 onderste gietvorm 10 is, en het lichaam 50 dat de fluïdumdoorgang vormt voorzien Is op het inwendig oppervlak van de bovenste gietvorm 20 waarbij een deel van de wand die de flufdumdoorgang 51 vormt het bovenste (inwendige) oppervlak van de bovenste gietvorm 20 is. Door de 5 hierdoor genoemde fluïdumdoorgangen 41 en 51 wordt een temperatuur geregelde vloeistof geleid respectievelijk in de richtingen aangeduid door de pijlen Αχ en hz* Op een dergelijke wijze wordt, aangezien de temperatuur van de bovenste en onderste gietvormen constant wordt gehouden, verhinderd dat een gedeelte ontstaat met een hoge temperatuur 10 of lage temperatuur waardoor de temperatuurregeling nog gelijkmatiger kan worden uitgevoerd.

Fig. 5 toont een dwarsdoorsnede ter toelichting van weer een andere uitvoering van de onderhavige uitvinding. In de uitvoering van fig. 5 zijn de onderste gietvorm 10 en de bovenste gietvorm 20 ge-15 plaatst op een voorafbepaalde onderlinge afstand zoals afgebeeld in fig. 5. In de spleet gevormd daartussen wordt zoals afgebeeld door pijl B transparante gesmolten hars 30 gegoten totdat de gesmolten hars uit de gietvormen stroomt. De behandelingswijze na het gieten van de hars is geheel dezelfde als die voor de hiervoor genoemde uitvoerin-20 gen.

Hoewel verder het afstandsorgaan 14 dat toegepast wordt in de uitvoeringen van de fig. 2 en 4 wordt weggelaten, zal duidelijk zijn dat ook in deze uitvoering het afstandsorgaan 14 wordt verschaft en de gesmolten transparante hars in de gietvormen gegoten kan worden door de 25 groeven 15 gevormd op het afstandsorgaan 14 en uit de gietvormen kan stromen.

Fig. 6 toont een dwarsdoorsnede van een ander voorbeeld van het transparante omhulsel vervaardigd volgens de onderhavige uitvinding.

Het transparante omhulsel 30 bestaat uit een bol vormig gedeelte 30χ 30 en een ander gedeelte 302 waarbij een eindgedeelte van het gedeelte 302 verbonden is aan het bolvormige gedeelte 30χ en een ander eindgedeelte daarvan open is, terwijl het gedeelte 302 een dee^ vormt van een ander bol vormig lichaam. Het transparante omhulsel is vervaardigd uit de gedeelten 30χ en 3202 door deze beide tot een geheel 35 samen te voegen.

Fig. 7 en 8 tonen dwarsdoorsneden ter toelichting van een voorbeeld ter vervaardiging van het transparante omhulsel zoals afgebeeld in fig. 6. Fig. 7 toont een doorsnede van een werkwijze ter vorming van het gedeelte 30χ afgebeeld in fig. 6 en fig. 8 toont een door-40 snede van een werkwijze ter vorming van het gedeelte 30£ zoals afge- .6800635 * 8 beeld in fig. 6. In het bijzonder wordt het in fig. 6 afgebeelde gedeelte 30} vervaardigd door middel van de onderste gietvorm 10χ en de bovenste gietvorm ΖΟχ zoals afgebeeld in fig. 7 zoals hiervoor genoemd, en het gedeelte 302 afgebeeld in fig. 6 wordt ook op dezelfde 5 wijze vervaardigd door middel van de onderste en bovenste gietvormen 102 en 202· Het oppervlak A van het gedeelte 30χ en het oppervlak B van het gedeelte 302 liggen tegenover elkaar en zijn stevig aan elkaar verbonden. Zodoende kan door het in een geheel vormen van beide gedeelten 30χ en 302, omhulsel afgebeeld in fig. 6 worden 10 vervaardigd.

Verder kan ook in deze uitvoering het flensgedeelte worden gevormd en kunnen verwarmingsmiddelen worden verschaft zoals afgebeeld in de hiervoor genoemde uitvoeringen. Verder worden in het geval dat daarop het flensgedeelte wordt aangebracht, groeven 15 zoals op het afstands-15 orgaan 14 afgebeeld in fig. 2 of 4 respectievelijk gevormd op het oppervlak van het flensgedeelte dat in een geheel gevormd is op het gedeelte 30x en op het oppervlak van het flensgedeelte dat in een geheel gevormd is op het gedeelte 302 zodanig dat beide gevormde groeven op complementaire wijze met elkaar samenwerken. Zodoende kunnen 20 het oppervlak A en het oppervlak B zeer gemakkelijk worden gepositioneerd, doordat die gedeelten 30χ en 302 met elkaar gecombineerd worden zoals afgebeeld in fig. 6.

Een uitvoering waarbij de oppervlakken van de onderste en bovenste gietvormen en de hars direkt met elkaar in aanraking gebracht worden 25 voor het in een geheel vormen van het omhulsel is hiervoor beschreven. Aan de andere kant kunnen, voor het vormen van het omhulsel zoals hierboven genoemd, het bovenste oppervlak van de onderste gietvormen 10, 10χ en IO2 en het onderste oppervlak van de bovenste gietvormen 20, 20χ en 202, bijvoorbeeld gedompeld worden in een bad gesmolten 30 teflon. Het teflon-membraan hecht aan de oppervlakken van die gietvormen en droogt daarna. Bij de volgende stap wordt de transparante hars gesmolten en verhard. Zodoende kan de scheiding van het teflon-membraan van de onderste gietvorm en de bovenste gietvorm gemakkelijk worden uitgevoerd. Aangezien verder het teflon-membraan en de transparante 35 hars in een geschikte toestand tot een geheel samengevoegd worden, is het oppervlak van het gevormde transparante omhulsel behandeld met teflon. Tengevolge daarvan wordt het oppervlak van het vervaardigde transparante omhulsel niet gemakkelijk beschadigd zodat een transparant omhulsel met een hoge duurzaamheid kan worden vervaardigd. Wanneer verder 40 het gevormde omhulsel uit de gietvormen wordt genomen, kan het scheiden .8800635 9

W

van de gietvorm en het teflon-membraan zeer eenvoudig worden uitgevoerd. Daaruit volgt dat het transparante omhulsel zeer gemakkelijk kan worden vervaardigd. Verder kan het oppervlak van het vervaardigde transparante omhulsel spiegelend afgewerkt worden met een hogere nauw-5 keurigheid dan in het verleden.

Fig. 9 en 10 tonen dwarsdoorsneden ter toelichting van een uitvoering van een werkwijze voor het vervaardigen van een omhulsel volgens de onderhavige uitvinding.

Fig. 9 en 10 bezitten dezelfde verwijzingstekens als die in de 10 fig. 6 en 8 voor de respectievelijke gedeelten met dezelfde betekenis als die van de fig. 6 tot 8.

Fig. 9 toont een dwarsdoorsnede van een werkwijze ter vervaardiging van het vormgedeelte 30χ zoals afgebeeld in fig. 6, en fig. 10 toont een dwarsdoorsnede van een werkwijze ter vervaardiging van het 15 vormgedeelte 302 zoals afgebeeld in fig. 6. In het geval van het vormen van gedeelte 30χ, worden een verwarmde gietvorm 60χ die geplaatst moet worden tegenover de onderste gietvorm 10χ en een verwarmde gietvorm 70i die geplaatst moet worden tegenover de bovenste gietvorm 20χ tegenover elkaar geplaatst op een voorafbepaald 20 interval of afstand teneinde respectievelijk een spleet te vormen tussen de onderste gietvorm 10i en de bovenste gietvorm 20χ. Een vloeistof met een hoge temperatuur die gebruikt wordt voor het verwarmen wordt aan die spleten toegevoerd door middel van pompen Ρχ en P2, beide voorzien van een verwarmingsmiddel. Vervolgens wordt de 25 spleet gevormd tussen de onderste gietvorm 10χ en de bovenste gietvorm 20χ gevuld met een gesmolten transparante hars 30χ.· Het volume van transparante hars 30χ wordt bijvoorbeeld ingesteld door het gieten van gesmolten hars in de spleet tussen de onderste en bovenste gietvormen 10χ en 20χ en door tenslotte een convexe meniscus A' te 30 vervaardigen aan het bovenste eindgedeelte van de spleet zoals afgebeeld in fig. 9.

In het geval van het vormen van het gedeelte 302, zoals hierboven genoemd, wordt een verwarmingsgietvorm 6Ο2 die geplaatst moet worden tegenover de onderste gietvorm IO2 ook tegenoverliggend ge-35 plaatst op een voorafbepaalde afstand ter vorming van een spleet ten opzichte van de onderste gietvorm IO2. Op dezelfde wijze wordt een verwarmingsgietvorm 702 die geplaatst moet worden tegenover de bovenste gietvorm 2Ο2 ook op een voorafbepaald interval of afstand tegenoverliggend geplaatst ter vorming van een spleet ten opzichte van de 40 bovenste gietvorm 202. vloeistof op hoge temperatuur voor het verwar- .8800635 10 men wordt toegevoerd in die spleten door middel van pompen P3 en P4, elk voorzien van een verwarmingsmiddel respectievelijk. De spleet gevormd tussen de onderste gietvorm IO2 en de bovenste gietvorm 2Ο2 wordt vervolgens gevuld met een gesmolten transparante hars 302· Het 5 volume van de transparante hars 302 wordt bijvoorbeeld ingesteld door het gieten van gesmolten hars in de spleet tussen de onderste en bovenste gietvormen IO2 en 202 zodanig dat een concave meniscus B' gevormd wordt aan het bovenste eindgedeelte van de spleet zoals afgebeeld in fig. 10.

10 Zodoende wordt nadat de spleet met transparante hars gevuld is, het gehele gedeelte geleidelijk aan gekoeld zodat de zich daarin bevindende hars zoals hiervoor genoemd verhard wordt. Vervolgens worden na het uitnemen van de gietvormgestellen, van transparante hars vervaardigde gevormde lichamen 30^ en 302 daaruit genomen. Vervolgens wor-15 den op dezelfde wijze de gevormde harsblokken 30i en 302 met elkaar gecombineerd zodanig dat oppervlak A' in aanraking gebracht wordt met oppervlak B'. Aangezien de meniscus-oppervlakken A' en B' een wederzijdse, convexe-concave samenwerking teweegbrengen, kunnen beide gevormde harsblokken 30^ en 302 gemakkelijk gepositioneerd en met 20 elkaar verbonden worden door het convexe oppervlak A in aanraking te brengen met het concave oppervlak B'.

In de tot nu toe beschreven uitvoering wordt het eindoppervlak van het gedeelte 30χ convex gemaakt terwijl het eindoppervlak van gedeelte 302 concaaf wordt gemaakt. Duidelijk zal echter zijn dat de 25 convex-concaafverhouding daarvan omgekeerd kan worden doordat namelijk de eindoppervlakken van de gedeelten 30χ en 302 respectievelijk concaaf en convex kunnen worden gemaakt. Hoewel verder een uitvoering is beschreven waarbij een verwarmingsfluldum gebruikt wordt als het verwamingsmiddel, zal het ook duidelijk zijn dat een verwarmings-30 flufdum niet altijd noodzakelijk is en dat in plaats daarvan een ander vrij te kiezen verwarmingsmiddel zoals een elektrische verwarmings-draad of dergelijke kan worden gebruikt. (In het geval van toepassing van een heet fluïdum echter is de verdeling van de warmte bij benadering uniform zodat een omhulsel met een uniforme kwaliteit kan worden 35 vervaardigd.) Verder zal het duidelijk zijn dat de met betrekking tot de figuren 2 t/m 8 beschreven technologie kan worden toegepast voor een vervaardigingswijze voor een omhulsel op zich.

Zoals uit het voorgaande blijkt is het volgens de onderhavige uitvinding, aangezien het bij benadering bolvormige transparante omhulsel 40 gevormd wordt door het doeltreffend toepassen van hars in fluïdum- .8800635 11 vorm, moge!ijk een omhulsel te vervaardigen met een uniforme kwaliteit en kan zijn oppervlak op eenvoudige wijze met lage kosten als een spiegel afgewerkt worden.

Verder kunnen volgens de onderhavige uitvinding bij het vervaardi-5 gen van een enkel transparant omhulsel, de elementen van het omhulsel apart vervaardigd worden in twee of meer stukken waarna deze elementen tot een geheel kunnen worden gecombineerd. In dat geval kunnen deze apart vervaardigde stukken gemakkelijk gepositioneerd worden en samengevoegd worden met anderen, zodat niet alleen het omhulsel gemakkelijk 10 vervaardigd kan worden doch waardoor de vervaardigingsnauwkeurigheid eveneens kan worden verbeterd.

.8800535

Claims

1. Werkwijze voor het vervaardigen van een transparant omhulsel, 5 met het kenmerk, dat het middel voor het vervaardigen van het omhulsel een onderste gietvorm bevat voorzien van een bij benadering half-bolvormig inwendig oppervlak en een bovenste gietvorm met een bij benadering half-bolvormig buitenste oppervlak, waarbij de straal van de genoemde bovenste gietvorm iets kleiner is dan die van de onderste ge-10 noemde gietvorm, en dat de genoemde werkwijze voor het vervaardigen van het genoemde transparante omhulsel de volgende stappen omvat: het gieten van een voorafbepaal de hoeveelheid transparante hars in gesmolten toestand in het zijgedeelte van het genoemde inwendig oppervlak gevormd op genoemde onderste gietvorm, 15 het houden van de temperatuur van de genoemde onderste en bovenste gietvormen op een voorafbepaald niveau, het doen naderen van het uitwendig oppervlak van de genoemde bovenste gietvorm tot het inwendig oppervlak van de genoemde onderste gietvorm teneinde de genoemde transparante hars te verspreiden in de 20 ruimte tussen de genoemde onderste gietvorm en de genoemde bovenste gietvorm, het uniform en geleidelijk aan koelen van de geïntegreerde organen die de genoemde onderste gietvorm, de genoemde bovenste gietvorm en de genoemde transparante hars omvatte teneinde de genoemde transparante 25 hars te verharden, het daarna scheiden van de genoemde bovenste gietvorm van de genoemde onderste gietvorm en het afzonderlijk uitnemen uit die gietvormen van een gevormd lichaam vervaardigd van de genoemde transparante hars welke samen gevormd zijn in de vorm van een bol.

2. Werkwijze ter vervaardiging van een transparant omhulsel vol gens conclusie 1, met het kenmerk, dat de genoemde onderste gietvorm en de genoemde bovenste gietvorm een flensachtig gedeelte bezitten aan het gedeelte van de bovenste opening daarvan respectievelijk, en de genoemde onderste gietvorm een afstandsorgaan bezit met een voorafbepaalde 35 dikte op het buitenste omtreksgedeelte van het bovenste oppervlak van het genoemde flensachtige gedeelte.

3. Werkwijze ter vervaardiging van een transparant omhulsel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat een groot aantal groeven die zich uitstrekken in de richting van de straal, aangebracht zijn in het 40 oppervlak van het genoemde afstandsorgaan. .8800035 Γ

4. Werkwijze ter vervaardiging van een transparant omhulseT volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het omhulsel vervaardigd wordt in een temperatuur geregelde ruimte overeenkomstig het proces voor het vervaardigen van het omhulsel.

5. Werkwijze ter vervaardiging van een transparant omhulsel vol gens conclusie 1, met het kenmerk, dat bij het proces van het vervaardigen van het omhulsel, een temperatuur geregeld fluïdum toegevoerd wordt aan genoemde onderste en bovenste gietvormen respectievelijk, waardoor de temperatuur van beide gietvormen op een voorafbepaald 10 niveau wordt gehouden.

6. Werkwijze ter vervaardiging van een transparant omhulsel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de genoemde onderste en bovenste gietvormen een verwarmingselement bezitten, en dat de temperatuur van de genoemde bovenste en onderste gietvormen geregeld wordt door het ge- 15 noemd verwarmingselement.

7. Werkwijze ter vervaardiging van een transparant omhulsel volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat het genoemde verwarmingselement een verwarmingsdraad bevat die bijna uniform aangebracht is op het onderste oppervlak van de genoemde onderste gietvorm alsmede een andere 20 verwarmingsdraad die bijna uniform aangebracht is op het bovenste oppervlak van de genoemde bovenste gietvorm.

8. Werkwijze ter vervaardiging van een transparant omhulsel volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat het genoemde verwarmingselement bestaat uit een eerste fluldumdoorgang en een tweede fluldumdoor- 25 gang waarbij een deel van de wand die de genoemde eerste fluldumdoorgang vormt het onderste oppervlak vormt van de genoemde onderste gietvorm en een deel van de wand die de genoemde tweede fluldumdoorgang vormt het bovenste oppervlak vormt van de genoemde bovenste gietvorm, en het temperatuur geregelde fluïdum door de genoemde eerste en twee- 30 de fluldumdoorgangen stroomt respectievelijk.

9. Werkwijze ter vervaardiging van een transparant omhulsel, met het kenmerk, dat het middel ter vervaardiging van het omhulsel een onderste gietvorm bevat met een bij benadering half-bolvormig inwendige oppervlak alsmede een bovenste gietvorm met een bij benadering half- 35 bolvormig uitwendig oppervlak, waarbij de straal van de genoemde bovenste gietvorm iets kleiner is dan die van de genoemde onderste gietvorm, en dat de genoemde werkwijze ter vervaardiging van het genoemde transparante omhulsel de volgende stappen omvat: het plaatsen van de uitwendig oppervlaktezijde van de genoemde bo- 40 venste gietvorm en de inwendig oppervlaktezijde van de genoemde onder- ,8800635 ste gietvorm coaxiaal en op een voorafbepaalde interval ten opzichte van elkaar, het gieten van gesmolten transparante hars in de genoemde spleet totdat de genoemde hars daaruit stroomt, 5 het uniform en geleidelijk aan koelen van het gehele geïntegreerde orgaan bevattende de genoemde onderste gietvorm, de genoemde bovenste gietvorm en de genoemde transparante hars teneinde de genoemde transparante hars te verharden, het daarna scheiden van de genoemde bovenste gietvorm van de ge-10 noemde onderste gietvorm en het afzonderlijk uitnemen uit die gietvormen van een gevormd lichaam vervaardigd van de genoemde transparante hars welke samen gevormd zijn in de vorm van een bol.

10. Werkwijze ter vervaardiging van een transparant omhulsel volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de genoemde onderste gietvorm en 15 de genoemde bovenste gietvorm een flensachtig gedeelte bezitten aan de bovenste opening daarvan respectievelijk; welke onderste gietvorm een afstandsorgaan bezit met een voorafbepaalde dikte op de uitwendige omtrek van het bovenste oppervlak van het genoemde flensachtig gedeelte; welk afstandsorgaan een groot aantal groeven bezit die zich uitstrekken 20 in de richting van de straal welke in het oppervlak daarvan zijn aangebracht, en dat gesmolten hars gegoten wordt in de genoemde spleet door de genoemde groeven en vervolgens deze daaruit stroomt.

11. Werkwijze ter vervaardiging van een transparant omhulsel volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat het vervaardigen van het genoem- 25 de omhulsel uitgevoerd wordt in een temperatuur geregelde kamer waarbij de temperatuur in overeenstemming met de werkwijze ter vervaardiging van het omhulsel wordt geregeld.

12. Werkwijze ter vervaardiging van een transparant omhulsel volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat bij het proces van het vervaar- 30 digen van het genoemde omhulsel, een temperatuur geregeld fluïdum toegevoerd wordt aan de genoemde onderste en bovenste gietvormen respectievelijk, waardoor de temperatuur van beide gietvormen op een voorafbepaald niveau wordt gehopuden.

13. Werkwijze ter vervaardiging van een transparant omhulsel vol-35 gens conclusie 9, met het kenmerk, dat beide genoemde onderste en bovenste gietvormen voorzien zijn van verwarmingselementen en de temperatuur van genoemde onderste en bovenste gietvormen geregeld wordt door genoemde verwarmingselementen.

14. Werkwijze ter vervaardiging van een transparant omhulsel, met 40 het kenmerk, dat het middel voor het vervaardigen van het omhulsel een . 8 8 0 06 3 5 i onderste gietvorm bevat met een bij benadering half-bolvormig inwendig oppervlak en een bovenste gietvorm met een bij benadering half-bolvormig uitwendig oppervlak, waarbij de straal van de genoemde bovenste gietvorm iets kleiner is dan die van de genoemde onderste gietvorm, en 5 de genoemde werkwijze ter vervaardiging van het genoemde transparante omhulsel de volgende stappen omvat: het vormen van een teflon-membraan respectievelijk op de inwendige oppervlakken van de genoemde onderste gietvorm en van de genoemde bovenste gietvorm teneinde die oppervlakken met het genoemde teflon-mem-10 braan te bekleden, het in de volgende stap aanbrengen van het inwendig oppervlak van de genoemde onderste gietvorm en het uitwendig oppervlak van de genoemde bovenste gietvorm op een voorafbepaald interval zodanig dat zij tegenover elkaar liggen, 15 het gieten van transparante hars in gesmolten toestand in de ge noemde spleet, het uniform en geleidelijk aan koelen van het gehele geïntegreerde orgaan dat de genoemde onderste gietvorm, de genoemde bovenste gietvorm en de genoemde transparante hars omvat teneinde de genoemde 20 transparante hars te verharden, het daarna scheiden van de genoemde bovenste gietvorm van de genoemde onderste gietvorm en het afzonderlijk uit die gietvormen nemen van een gevormd lichaam vervaardigd van de genoemde transparante hars, waarvan het oppervlak bekleed is met een teflon-membraan.

15. Werkwijze ter vervaardiging van een transparant omhulsel, met het kenmerk, dat hij de volgende stappen omvat: het verschaffen van een onderste gietvorm met een bij benadering half-bolvormig inwendig oppervlak en een bovenste gietvorm met eveneens een bij benadering half-bolvormig oppervlak met een straal iets kleiner 30 dan die van de genoemde onderste gietvorm, het vormen van een spleet tussen de genoemde onderste gietvorm en de genoemde bovenste gietvorm door het plaatsen van de uitwendige op-pervlaktezijde van de genoemde bovenste gietvorm en de inwendige opper-vlaktezijde van de genoemde onderste gietvorm zodanig dat zij tegenover 35 elkaar liggen, het smelten van transparante hars voor het vullen van de genoemde spleet door middel van een verwarmingsmiddel respectievelijk aangebracht in de genoemde bovenste en onderste gietvormen, het instellen van het volume van de genoemde transparante hars 40 voor het vullen van de genoemde spleet teneinde het meniscus-oppervlak .8800636 4 van de genoemde transparante hars aan het eindgedeelte van de genoemde spleet in de vorm van een convex of concaaf oppervlak te brengen op het moment van het vullen van de genoemde spleet met de genoemde transparante hars, 5 het vormen van een eerste transparant lichaam met een bij benade ring half-bolvormige vorm, waarvan het eindgedeelte gebracht is in de vorm van een convex of concaaf oppervlak, het vormen van een tweede transparant lichaam met een bij benadering half-bolvormige vorm op dezelfde wijze zoals hierboven beschreven, 10 waarbij tenminste een oppervlak van het eindgedeelte daarvan dezelfde straal bezit als die van het genoemde eindgedeelte van het genoemde eerste transparante lichaam en verder met een ringvormig concaaf of convex oppervlak dat complementair is ten opzichte van het genoemde convexe of concave oppervlak van het genoemde eerste transparante 15 lichaam, en het vervaardigen van een enkel transparant omhulsel door het juist positioneren van de genoemde convexe en concave oppervlakken van genoemde eerste en tweede transparante lichamen en het daarbij combineren van beide lichamen tot een.

16. Werkwijze ter vervaardiging van een transparant omhulsel vol gens conclusie 15, met het kenmerk, dat het genoemde tweede transparante omhulsel deel uitmaakt van een bolvormig lichaam.

17. Werkwijze ter vervaardiging van een transparant omhulsel volgens conclusie 15 of 16, met het kenmerk, dat het verwarmingsmiddel een 25 heet fluïdum is, en hete genoemde het fluïdum respectievelijk in een ruimte stroomt die zich bevindt aan de uitwendige oppervlaktezijde van de genoemde onderste gietvorm en in een andere ruimte die zich bevindt aan de inwendige oppervlaktezijde van de genoemde bovenste gietvorm.

18. Werkwijze ter vervaardiging van een transparant omhulsel vol gens conclusie 17, met het kenmerk, dat de fluidumdoorgang zodanig gevormd is dat het genoemde hete fluïdum in de richting naar de zijde van het eindgedeelte van de genoemde spleet stroomt. 35 .8800635