NL8601670A - Warenhuis en gootprofiel daarvoor. - Google Patents

Description

-1- M Kon/mf/13a Bom t. i • ·· ·

Warenhuis en gootprofiel daarvoor

De uitvinding betreft een warenhuis, omvattende be-dieningsmiddelen voor het door middel van een gemeenschappelijke bedieningsstang openen en sluiten van tenminste één reeks van ramen.

5 Een dergelijk warenhuis is bekend. De bedienings- middelen, die zich boven in het warenhuis bevinden, belemmeren de inval van licht.

De uitvinding heeft ten doel de belemmering van lichtinval te verminderen.

10 Daartoe strekt de bedieningsstang zich door een goot profiel heen uit. Hierdoor wordt de bedieningsstang in het gootprofiel geleid, waardoor de doorbuigingslengte van de bedieningsstang een lengte heeft, die overeenkomt met de afstand van een raam tot het gootprofiel in plaats van een 15 lengte, die overeenkomt met de afstand tussen twee opeenvolgende ramen. Hierdoor is de vereiste doorbuigingsweerstand van de bedieningsstang aanmerkelijk minder, zodat de omvang en daarmede de door de bedieningsstang veroorzaakte schaduw is gereduceerd. Bovendien is de vereiste lengte van de tussen 20 de bedieningsstang en de ramen aanwezige stangen dankzij het hogere niveau van de bedieningsstang gereduceerd, hetgeen wederom tot een schaduwvermindering leidt.

Indien een motor van de bedieningsmiddelen buiten het warenhuis is opgesteld, kan de zich door het gootprofiel uit-25 strekkende bedieningsstang gemakkelijk met behulp van eenvoudige middelen worden aangedreven. In het bijzonder kan dan een gemeenschappelijke aandrijfas van een veelvoud van be-dieningsstangen in langsrichting van het gootprofiel daarboven zijn opgesteld, zodat zijn schaduw geheel op de schaduw 30 van het gootprofiel valt.

Een ander gevolg van de zich door het gootprofiel uitstrekkende bedieningsstang is, dat een scherm direkt onder het niveau van het gootprofiel is op te stellen, zodat de nokruimten van het warenhuis van elkaar zijn gescheiden,

@80 1 6 7 C

i 9 -2- hetgeen de luchtbeweging in de koude bovenruimte van het warenhuis vermindert. Dit is van voordeel voor de warmte-isolatie. Zo'n hoog scherm kan worden toegepast zonder dat het met de raambedieningsmiddelen in conflict komt, dankzij 5 het feit dat de bedieningsstang zich door het gootprofiel uitstrekt.

De uitvinding betreft tevens een gootprofiel voor een warenhuis, welk gootprofiel gekenmerkt is door doorgangen voor tenminste één bedieningsstang.

10 De genoemde en andere kenmerken van de uitvinding zullen blijken uit de hierna volgende beschrijving aan de hand van een tekening.

In de tekening stellen schematisch voor:

Fig. 1 een fractie van een warenhuis volgens de uit- 15 vinding.

fig. 2 op grote schaal fractie II van fig. 1 fig. 3 op grote schaal doorsnede III-III van fig. 2, fig. 4 en 5 op grote schaal elk een variant van detail IV van fig. 1 betreffende voorkeursuitvoeringsvormen van 20 het warenhuis volgens de uitvinding, fig. 6 een gedeeltelijk perspektivisch aanzicht van een warenhuis volgens de uitvinding, fig. 7 op grotere schaal een perspektivisch weggebroken aanzicht van detail VII van fig. 6, 25 fig. 8 op grotere schaal een doorsnede over vlak VIII- VIII van fig. 6, fig. 9 op grotere schaal een doorsnede over vlak IX- IX van fig. 6, fig. 10 een perspektivisch aanzicht van detail X van 30 fig. 6, fig. 11 op grotere schaal een doorsnede over lijn XI-XI van fig. 6, fig. 12 een met fig. 11 overeenkomende doorsnede aan een einde van het warenhuis van fig. 6, 35 fig. 13 een perspektivisch aanzicht van een variant van detail XIII van fig. 9, en fig. 14 op grotere schaal detail XIV van fig. 12.

ISO 167 0 » 9 -3-

Een warenhuis 1 heeft over zijn oppervlak verdeeld kolommen 2, die in het vlak van tekening van fig. 1 onderling zijn verbonden door spanten 3, terwijl zij loodrecht op dit vlak onderling zijn verbonden door profielen 4, die dak-5 liggers vormen, waarop roeden 5 van ruiten 6 steunen, terwijl een bovenvlak 7 van deze profielen 4 tezamen met het dak een buitengoot 8 vormen, die met afdichtstroken 9 is afgedicht.

Onder de buitengoot 8 heeft elk profiel 4 een condensgoot 10 die verstevigd is met ribben 11. Dit profiel 4 is via in 10 hoofdzaak U-vormige steunen 12 en bouten 13 verbonden met de kolommen 2.

Aan de steunen 12 is aan de linkerzijde een scherm-plaat 14 bevestigd die een neusvormig profiel heeft, waarin een doekbevestigingsstrip 15 is opgesteld, waaraan schermdoek 15 17 door middel van elastische klemmen 18 bevestigd is. In de ruststand van fig. 2, waarin het doek 17 in de schermkast 20 is opgenomen, bevindt het zich grotendeels, zo niet geheel in de schaduw van de goot 4 en vangt daardoor zelf geen licht.

De schermkast 20 is anderzijds afgesloten door de voorlijst 20 21 van het scherm 33, bestaande uit een profiel dat een binnenwaartse uitstulping 22 heeft die in zijn schermstand aansluit op een buitenwaartse uitstulping 23 van een volgende schermkast 20. De voorlijst 21 heeft een bevestigingsrand 25 voor het daaraan door middel van elastische klemmen 18 beves-25 tigen van het doek 17. De voorlijst 21 heeft een leidrand 27 voor het in de steunen 12 naar binnen leiden van het doek 17. De voorlijst 21 is door middel van boutverbindingen 28 bevestigd aan U-vormige meenemers 29, waarvan benen 30 en 31 onder tussenvoeging van een drukveer 32 geregen zijn op een 30 voor meerdere schermen 33 gemeenschappelijke bedieningsstang 34. Een op de bedieningsstang 34 aangebrachte aanslagnok 35 grijpt in de schermstand via een drukveer 32 op het been 30 en aldus op de voorlijst 21 aan, waardoor deze verend en aansluitend tegen een volgende schermplaat 14 wordt gedrukt.

35 De stang 34 wordt bediend door een lierbuis 39 (fig.

3), waaraan een er met vele wikkelingen opgewikkelde kabel 40 is bevestigd, die aan beide einden en wel op de aanhechtpun-ten 43 door middel van kabelklemmen 44 aan de bedieningsstang 860 1 57 0 » « -4- 34 is bevestigd. De buis 39 wordt door een niet-getekende aandrijfmotor geroteerd voor het openen en sluiten van schermen 33.

Zoals fig. 2 toont, is een gemeenschappelijke bedie-5 ningsstang 47 voor het openen en sluiten van ramen 48 dwars door het profiel 4 gestoken, terwijl de aandrijfmotor 49 ervan buiten boven het dak 51 van het warenhuis 1 is opgesteld op een niet-getoonde steunconstructie. Een aandrijf-kabel 53 wordt door de motor 49 aangedreven, is geleid via 10 leidschijven 55 en door openingen 56 in het profiel 4 en is bevestigd aan de bedieningsstang 47 op hechtplaatsen 58. De bedieningsstang 47 kan daardoor op hoog niveau zijn opgesteld en hindert dientengevolge minder andere inrichtingen, zoals schermen 33, zodat de teeltruimte beter wordt benut of het 15 warenhuis 1 in zijn geheel lager te bouwen is. Bovendien kunnen de vier stangen 63, die de ramen 48 met de bedieningsstang 47 koppelen, korter worden. De vier stangen 63 zijn vast met het raam 48 verbonden en komen als de ribben van een pyramide bij de pyramidetop bij elkaar, zoals te zien is aan 20 de hand van de stangen 63 van fig. 6, en zijn daar vast verbonden met een bevestigingsorgaan 64, dat op zijn beurt vast verbonden is met een voor een reeks ramen 48 gemeenschappelijke bedieningsstang 47. Deze bedieningsstang 47 is in het gootprofiel 4 op een constant niveau in zijn langsrichting 25 geleid en wel bij voorkeur door middel van een stel leidbus-sen overeenkomende met de leidbussen 259 van fig. 11 en 12 of nog meer bij voorkeur door middel van rollen (fig. 4). Ondanks het feit dat de gemeenschappelijkabedieningsstang 47 op een bepaald vast niveau is geleid en de bevestigingsorganen 30 64 tijdens het openen en sluiten een boog beschrijven om de scharnierassen 60 van de ramen 48, is de mechaniek toch goed werkzaam, dankzij het feit dat de bedieningsstang 47 doorbuigt. Er ontstaat een lengteverandering van de stang 47 bij doorbuiging. Toch sluiten de ramen 47 allemaal tegelijk, wan-35 neer zij in hun gesloten stand aan de bedieningsstang 47 worden vastgemaakt.

Bij de variant van fig. 4 is een profiel 70 van aluminium toegepast, dat met een onderflens 71 bevestigd is aan @60167 0 « « -5- kolommen 2 door middel van boutverbindingen 83 en dat een opstaande flens 72 heeft met een buitenwaartse uitstulping 73 en een daarin inwendig opgenomen bevestigingsrand 74 voor schermdoek 17.

5 Verder heeft het profiel 70 een liggende flens 75 die de bodem van een condensgoot 76 vormt. De condensgoot 76 is verder begrensd door ópstaande delen 77 die een dakligger 78 dragen, waarin roeden 5 zijn opgenomen. De dakligger 78 is een koker met aan de bovenzijde een buitengootvlak 80 en aan 10 weerszijden daarvan holten 81 voor het opnemen van elastische afdichtprofielen 82. De gootelementen van de condensgoot 76 zijn met koppelstukken 84 onderling verbonden. Verder is het U-vormige onderstuk van dit profiel 70 bij de kolommen 2 verstevigd met beugels 85 van aluminium die met de boutver-15 bindingen 83 zijn bevestigd zowel aan het profiel 70 als aan de kolommen 2.

Voor het overige is de constructie van fig. 4 in principe gelijk aan die van fig. 2; ook in fig. 4 ziet met de U-vormige doorsnede van de schermkast 20 die aan één zijde 20 open is voor het er in- en uitvoeren van het schermdoek 17.

Bij de variant van fig. 5 is een profiel 87 van aluminium voorzien van een bovenstuk 88 dat tezamen met het dak 51 de buitengoot 8 vormt, waaronder een kokervorraige condensgoot 10 aanwezig is. Aan een zijde daarvan is een 25 staande koker 89 met een neerwaartse flens 90 met een kraalrand 91 aanwezig. De kraalrand 91 steunt op kolommen 2 en wordt vastgehouden door lippen 92 van U-vormige steun-beugels 85, waarmee het profiel 87 via boutverbindingen 93 en 94 aan de kolommen 2 is bevestigd. Er is aldus een schermkast 30 20 onder de goot 8 gevormd, die begrensd is door de onderzijde 95 van de condensgoot 76, de koker 89 met flens 90, en de bovenzijde van de kolommen 2. Deze schermkast 20 is aan de onderzijde grotendeels open en is in de ruststand van het scherm aan een zijde gesloten door een voorlijst 21 van het 35 scherm. De flens 90 en de voorlijst 21 zijn van doekbevesti-gingen 96 voorzien. De voorlijst 21 sluit aan op de buitenzijde van een koker 89 met flens 90.

8601670 -6-

In de voorlijst 21 zijn vertikale sleufgaten 98 aanwezig, zodat de draden 99 en 100 daar vrij kunnen passeren.

De voorlijst 21 rust met een rand 101 op de draden 99 en aan de onderzijde met ribben 102 tegen de draden 100. De draden 5 99 en 100 lopen door ronde gaten 103 resp. 104 van de koker 89 en flens 90. Dientengevolge boeven in de voorlijsten 21 geen geleidingsmiddelen te worden toegepast.

Doordat elke ruimte 97 tussen kap en schermdoek 17 geheel is afgesloten van naburige ruimten 105, staat de lucht 10 in die ruimte 97 beter stil en is het isolatie-effect van deze luchtruimte zodanig goed, dat ook de luchtcirculatie onder het scherm wordt verminderd, hetgeen een goede tempera-tuurverdeling in de kweekruimte onder het schermdoek 17 met zich meebrengt. Bij de goten zijn de ruimten 97 geheel van 15 elkaar gescheiden.

Het warenhuis 201 van de figuren 6-13 heeft over zijn grondvlak verdeeld kolommen 202, die in het vlak van tekening van fig. 9 onderling zijn verbonden door spanten 203, terwijl zij loodrecht op dit vlak onderling zijn verbonden door pro-20 fielen 204, die dakliggers vormen, waarop roeden 205 van ruiten 206 steunen, terwijl een bovenvlak 207 van deze profielen 204 tezamen met het dak een buitengoot 208 vormen, die met afdichtstroken 209 is afgedicht. Onder de buitengoot 208 heeft elk profiel 204 een condensgoot 210. Dit profiel 204 is 25 via steunen 212 en bouten 213 verbonden met de kolommen 202. Het profiel 204 heeft verder een zich neerwaarts uitstrekkende, kokervormige kastwand 199 met een schermplaat 214, die een hol profiel heeft, waarin een doekbevestigingstrip 215 is opgesteld, waaraan een doekvormig scherm 217 door middel van 30 elastische klemmen 218 bevestigd is. In de opbergpositie van fig. 11, waarin het scherm 217 in de schermkast 220 is opgenomen, bevindt het zich grotendeels, zo niet geheel in de schaduw van de goot 204 en vangt daardoor zelf geen licht.

Het scherm 217 is beweegbaar in de bewegingsrichting 198 35 tussen een een teeltruimte 197 afschermende en van een kap-ruimte 194 scheidende schermpositie en een in fig. 11 getoond, gecomprimeerde, de teeltruimte 197 niet afschermende opbergpositie, waarin het scherm 217 zich in hoofdzaak in een 860 1 67 0 -7- ruimte 196 bevindt, die begrensd is door dwars op de bewegingsrichting 198 van het scherm 217 gerichte vertikale vlakken 195, die een reeks kolommen 202 aan weerszijden begrenzen.

5 De schermkast 220 is anderzijds afgesloten door de voorlijst 221 van het scherm 217, bestaande uit een profiel dat een rand 222 heeft die in zijn in fig. 12 met streep-lijnen aangegeven schermstand aansluit op de holle scherm-plaat 214 van een volgende schermkast 220. De voorlijst 221 10 heeft een bevestigingsrand 225 voor het daaraan door middel van elastische klemmen 218 bevestigen van het scherm 217. De voorlijst 221 heeft een leidrand 227 voor het tot in de schermkast 220 naar binnen leiden van het scherm 217. De voorlijst 221 is door middel van boutverbindingen 228 beves-15 tigd aan meenemers 229, die bevestigd zijn aan een voor meerdere schermen 217 gemeenschappelijke bedieningsstang 234.

De steunen 212 hebben een huis 219 met een daaraan gelast, in de schermkast 220 opgenomen hoekstuk 216. In dit huis 219 zijn leidrollen 224 gelegerd voor het geleiden van 20 de kokervormige bedieningsstang 234. De bedieningsstang 234 wordt aangedreven door een gemeenschappelijke aandrijfas 239, die gekoppeld is met een niet-getekende, elektrische aan-drijfmotor en die gelegerd is in met huizen 219 overeenkomende huizen 230 van steunen 212. Verder zijn aan weerszijden 25 van de as 239 ombuigrollen 236 roteerbaar gelegerd en is aan de as 239 een getand wiel 237 vast bevestigd dat aangrijpt in een van aangrijpelementen 238 voorzien flexibel element 240, bij voorkeur een tandband, dat om het getande wiel 237 is geleid en daarop aangrijpt en dat door ombuigrollen 236 is om-30 gebogen, opdat zijn einden 246 zich evenwijdig en vlak tegen de bedieningsstang 234 aanvleien. De beide einden 246 zijn aan weerszijden van het getande wiel 237 aan elke bedieningsstang 234 bevestigd en wel aan twee op elkaar volgende meenemers 229 (zie fig. 9).

35 Zoals fig. 8, 9 en 11 tonen, is een gemeenschappe lijke bedieningsstang 247 voor het openen en sluiten van ramen 248 dwars door het profiel 204 gestoken, terwijl de aandri j fmotor 249 ervan buiten boven het dak 251 van het

860 J67C

-8- warenhuis 201 is opgesteld op een steunconstructie 238, die met bouten 241 aan het gootprofiel 204 en een steun 212 is * bevestigd. Een aandrijfas 253, die door motor 249 wordt aangedreven, heeft daaraan star bevestigd een getand wiel 242, 5 waaromheen een tandband 245 met tanden 250 van gewapende kunststof is geleid. Dit flexibele orgaan is geleid via om-buigrollen 255 en door openingen 256 in het profiel 204 en is bevestigd aan de bedieningsstang 247 op hechtplaatsen 258. De bedieningsstang 247 kan daardoor op hoog niveau zijn opge-10 steld en hindert dientengevolge minder andere inrichtingen, zoals schermen 217, zodat de teeltruimte 197 beter wordt benut of het warenhuis 201 in zijn geheel lager te bouwen is. Bovendien kunnen de stangen 263, die de ramen 248 met de bedieningsstang 247 koppelen, korter worden. Het getande wiel 15 242 en de ombuigrollen 255 zijn opgenomen in een drijfwerk-huis 254, dat met flenzen 252 is vastgeschroefd op het bovenvlak 207 van het gootprofiel 204, dat ter plaatse een uitsparing 257 heeft (zie fig. 10).

In de voorlijst 221 zijn ruime gaten 298 aanwezig, 20 zodat de draden 299 en 300 daar vrij kunnen passeren. De voorlijst 221 rust met een rand 301 op de draden 299 en aan de onderzijde met een rand 302 tegen de draden 300. De draden 299 en 300 lopen door ronde gaten 303 resp. 304 van het profiel 204 en hoekstuk 216. Dientengevolge hoeven in de 25 voorlijsten 221 geen verdere geleidingsmiddelen te worden toegepast.

Doordat elke ruimte 297 tussen dak 251 en scherm 217 geheel is afgesloten van naburige ruimten 297 en de teeltruimte 197, staat de lucht in die ruimten 297 beter stil en 30 is het isolatie-effect van deze luchtruimten 297 zodanig goed, dat ook de luchtcirculatie in de teeltruimte 197 onder het scherm 217 wordt verminderd, hetgeen een goede tempera-tuurverdeling in de kweekruimte 197 onder het scherm 217 met zich meebrengt. Bij de gootprofielen 204 zijn de ruimten 297 35 geheel van elkaar gescheiden.

De bedieningsstang 247 bestaat bij voorkeur uit een ronde buis, bijvoorbeeld een 0,5 inch gasbuis, die stevig genoeg is. Deze buis wordt in het gootprofiel 204 geleid door 850 1 670 -9- middel van leidbussen 259/ bijvoorbeeld van kunststof (zie fig. 13)/ die in langsrichting gespleten zijn en aldus op de bedieningsstang 247 te brengen zijn en daarna met nokken 260 en een flens 261 aan het gootprofiel 204 op elastische wijze 5 zijn te klikken.

De ramen 248 bevinden zich symmetrische boven de spanten 203. De bedieningsstang 247 voor de ramen 248 bevinden zich boven de spanten 203 in het vertikale vlak daarvan en hebben daardoor een gemeenschappelijke schaduw met deze 10 spanten 203. De vrije einden 264 van de bedieningsstang 247 steunt door middel van een steun 265 met steunrol 266 Op het spant 203, waardoor het naburige raam 248 afdoende wordt gesteund, ondanks het feit, dat de bedieningsstang 247 vrij buigzaam is.

15 Evenzo kan het einde 268 van bedieningsstang 247 voor de schermen door middel van een steunorgaan 269 met steunrol 267 op het spant 203 steunen.

Volgens fig. 7 heeft het warenhuis 201 een wandscherm 180 voor het scheiden van de teeltruimte 197 ten opzichte van 20 een glazen wand 181. Liggers 182 van deze wand 181 zijn bevestigd aan flenzen 186 van zijkolommen 183, die uit een zesvormig profiel bestaan en aldus te zien zijn als een koker 184 met een lijf 187 en een flens 186. De flens 186, het lijf 187 en het kokerprofiel begrenzen een vertikale schermkast 25 190, waarin het wandscherm 180 in zijn opbergpositie kan worden opgeborgen en daarmee dan met de kolom 183 een gemeenschappelijke schaduw heeft. Fig. 7 toont dat de vertikale schermkast 190 voor het wandscherm 180 aansluit op de horizontale schermkast 220 van scherm 217 en dat deze schermen 30 180 en 217 als een geheel met onderling verbonden voorlijsten 191 resp. 221 gemeenschappelijk geleid en aangedreven worden in de bewegingsrichting 198.

Het is bijzonder, dat het vertikale wandscherm 180 zich tussen de koker 184 van de kolom 183 enerzijds en de 35 glazen wand 181 anderzijds bevindt. Er is zo een goede aansluiting tussen vertikaal wandscherm 180 en horizontaal scherm 217 gerealiseerd. De voorlijsten 191 zijn met beugels 193 aan een gemeenschappelijke bedieningsstang 234 bevestigd, 860 1 67 0 -10- die - zoals aan de hand van fig. 9 is beschreven - door middel van een als tandband uitgevoerd flexibel orgaan wordt aangedreven vanaf de aandrijfas 223. Deze aandrijfas 223 draagt aan zijn beide einde een extra getand wiel 179, dat 5 via een eindloze tandband 178 en een getand wiel 177 een ander .tandbanddri jfwerk 176 aandrijft voor het overeenkomstig verplaatsen van een op lager niveau opgestelde, gemeenschappelijke bedieningsstang 175, die eveneens met voorlijsten 191 is gekoppeld.

10 Als alternatief is het denkbaar, dat de glazen wand 181 op een afstand van bijvoorbeeld kokervormige kolommen is opgesteld en dat de liggers 182 dan met U-vormige beugels aan de kolommen zijn bevestigd, waarbij dan het wandscherm 180 in de opbergpositie in deze beugels is opgenomen, doch ook in 15 dat geval zal het wandscherm 180 zich dan bevinden in de hiervoor aangeduide ruimte 196, die begrensd is door de ver-tikale vlakken 195 die deze kolommen aan weerszijden begrenzen .

Zoals fig. 13 toont, kan voor de aandrijving van een 20 gemeenschappelijke bedieningsstang als flexibel orgaan ook een ketting 170 diénst doen, die dan voor een aangedreven kettingwiel 169 wordt geslagen en met kettingleidorganen 168 wordt omgebogen. De ketting 170 wordt dan aan de bedieningsstang 247 bevestigd. Een tandband heeft echter sterk de voor-25 keur.

860 1 67 0

Claims (8)

1. Warenhuis (1), omvattende bedieningsmiddelen voor het door middel van een gemeenschappelijke bedieningsstang (47) openen en sluiten van tenminste één reeks van ramen (48) , met het kenmerk, dat de bedieningsstang (47) zich door 5 een gootprofiel heen uitstrekt.

2. Warenhuis (1), omvattende motorisch aangedreven bedieningsmiddelen voor het openen en sluiten van tenminste één reeks van ramen (48), met het kenmerk, dat tenminste één motor van de bedieningsmiddelen buiten het warenhuis (1) is 10 opgesteld.

3. Warenhuis (1) volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat draagdraden van een scherm zich door het een goot omvattende gootprofiel uitstrekken.

4. Warenhuis (1) volgens conclusie 1, 2 of 3, met het 15 kenmerk, dat een gemeenschappelijke aandrijfas zich boven een gootprofiel uitstrekt.

5. Warenhuis (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de bedieningsstang (47, 247) door middel van leidorganen (69, 259) ten opzichte van het 20 gootprofiel (4) is geleid.

6. Warenhuis (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de bedieningsstang (247) door middel van een stel rollen (69) ten opzichte van het gootprofiel (4) is geleid.

7. Warenhuis (1) volgens één van de voorgaande con clusies, met het kenmerk, dat de bedieningsstang (47, 247) op een vast niveau in haar langsrichting is geleid, en dat tenminste één bevestigingsorgaan (64) door middel van vast met tenminste één raam (48, 248) verbonden stangen (63, 362) met 30 het bijbehorende raam (48, 248) is verbonden.

8. Gootprofiel)voor een warenhuis (1) volgens één of meer van de voorgaande conclusies, gekenmerkt door doorgangen voor tenminste één bedieningssstang (47). 860 1 67 0