NL8601428A - Inrichting voor het verpakken van een rij deksels, en de vervaardigde verpakking. - Google Patents

Inrichting voor het verpakken van een rij deksels, en de vervaardigde verpakking. Download PDF

Info

Publication number
NL8601428A
NL8601428A NL8601428A NL8601428A NL8601428A NL 8601428 A NL8601428 A NL 8601428A NL 8601428 A NL8601428 A NL 8601428A NL 8601428 A NL8601428 A NL 8601428A NL 8601428 A NL8601428 A NL 8601428A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
row
folding
packaging
lids
station
Prior art date
Application number
NL8601428A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Thomassen & Drijver
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Thomassen & Drijver filed Critical Thomassen & Drijver
Priority to NL8601428A priority Critical patent/NL8601428A/nl
Priority to US07/046,028 priority patent/US4776149A/en
Priority to EP87200897A priority patent/EP0248464B1/en
Priority to DE8787200897T priority patent/DE3768859D1/de
Priority to JP62137575A priority patent/JPS63152513A/ja
Priority to AU73761/87A priority patent/AU598546B2/en
Publication of NL8601428A publication Critical patent/NL8601428A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65BMACHINES, APPARATUS OR DEVICES FOR, OR METHODS OF, PACKAGING ARTICLES OR MATERIALS; UNPACKING
    • B65B11/00Wrapping, e.g. partially or wholly enclosing, articles or quantities of material, in strips, sheets or blanks, of flexible material
    • B65B11/06Wrapping articles, or quantities of material, by conveying wrapper and contents in common defined paths
    • B65B11/08Wrapping articles, or quantities of material, by conveying wrapper and contents in common defined paths in a single straight path
    • B65B11/10Wrapping articles, or quantities of material, by conveying wrapper and contents in common defined paths in a single straight path to fold the wrappers in tubular form about contents
    • B65B11/12Wrapping articles, or quantities of material, by conveying wrapper and contents in common defined paths in a single straight path to fold the wrappers in tubular form about contents and then to form closing folds of similar form at opposite ends of the tube
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65DCONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
    • B65D75/00Packages comprising articles or materials partially or wholly enclosed in strips, sheets, blanks, tubes, or webs of flexible sheet material, e.g. in folded wrappers
    • B65D75/04Articles or materials wholly enclosed in single sheets or wrapper blanks
    • B65D75/06Articles or materials wholly enclosed in single sheets or wrapper blanks in sheets or blanks initially folded to form tubes
    • B65D75/08Articles or materials wholly enclosed in single sheets or wrapper blanks in sheets or blanks initially folded to form tubes with the ends of the tube closed by folding

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Basic Packing Technique (AREA)

Description

- 1 -
V
- * P HP/AB/84
Inrichting voor het verpakken van een rij deksels, en de vervaardigde verpakking
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het verpakken van een rij onderling coaxiaal geplaatste deksels, van de in de aanhef van conclusie 1 vermelde soort.
Een dergelijke inrichting is beschreven in de niet-voorgepu-5 bliceerde Nederlandse octrooiaanvrage 85.01520.
Met behulp van deze inrichting is het mogelijk een rij deksels te verpakken, waarbij het verpakkingsmateriaal strak rond de rij is aangebracht. Zodoende ontstaat een stevige, vormvaste verpakking. Een beperking van deze inrichting is 10 het maximaal toelaatbare onderlinge rijlengteverschil van de deksels van ten hoogste ongeveer 20 mm.
Op dit moment bestaat er op sommige plaatsen een traditie voor het verpakken van rijen deksels in zakjes. En met de hand worden de deksels via de losopening uitgegoten in de 15 toevoer van bijvoorbeeld een sluitmachine.
De uitvinding stelt zich ten doel een inrichting voor het verpakken van een rij deksels te verschaffen, waarbij de deksels worden verpakt in een zak, terwijl de deksels gemakkelijk via de losopening uit de zak gegoten kunnen worden.
20 Het verpakken in een zak biedt verder het voordeel, dat door een relatief grotere lengte van de losopeningflap de tolerantie voor te verwerken dekselrijlengten groter is.
Teneinde een door gieten te ledigen verpakking te verschaffen, wordt de inrichting overeenkomstig de uitvinding 25 gekenmerkt doordat het vouwstation op het gewikkelde verpakkingsmateriaal van buiten af aangrijpende aangrijpmiddelen omvat, die tijdens het vormen van de langsvouw het verpakkingsmateriaal van de rij deksels afhouden. Aldus ontstaat extra ruimte in het papier dat rond de rij deksels is gewik-30 keld en vastgeplakt.
Op eenvoudige wijze kan extra ruimte in het papier worden verschaft, indien de aangrijpmiddelen de vanaf de 8601428 - * Ü>' - 2 - grondplaat en/of de bergplaat zich uitstrekkende langsvouw-rand aangrijpen, aangezien deze langsvouwranden zich vrij uitstrekken vanaf de grond en/of borgplaat en bij het vormen van de ruimte geen tegengestelde krachten behoefen te worden 5 overwonnen.
Een gunstige en meer compacte constructie ontstaat, indien de aangrijpmiddelen zijn opgenomen in de grondplaat en/of de borgplaat.
Een bijzonder voordelige uitvoeringsvorm van de grijp-10 middelen ontstaat, indien het aangrijpen plaatsvindt door vastzuigen aan het verpakkingsmateriaal, doordat dwars op het verpakkingsmateriaal een drukverschil wordt aangelegd, en daartoe de aangrijpmiddelen via een leiding zijn verbonden met een vacuumbron en via tenminste één vacuummond zich 15 vastzuigen aan het verpakkingsmateriaal.
Indien de aangrijpmiddelen zijn opgenomen in de grondplaat en/of borgplaat en de aangrijpmiddelen tenminste één vacuummond omvatten, verdient het voorkeur dat de grondplaat en/of de borgplaat een onderdrukkamer omvat, waarvan een 20 naar het verpakkingsmateriaal toegekeerde wand is voorzien van de vacuummond.
Het verdient aanbeveling, dat ook de langsvouwranden die zijn gelegen in de losopeningflap aan elkaar zijn gelijmd, zodat tot aan de losopening de zakopening is gelijmd 25 en lossen zonder risiko kan geschieden. Aangezien over de lengte van de losopeningflap in de gewikkelde verpakking geen deksels aanwezig zijn, is het sterk aan te bevelen aldaar tijdelijk een zodanige steun aan te brengen, dat daartegen de aan elkaar te plakken langsvouwranden kunnen worden 30 gedrukt en een hechting door lijm is verzekerd. Daartoe is de inrichting verder gekenmerkt door een lijmsteun die ten opzichte van een in het vouw/lijmstation aanwezige, in een vel verpakkingsmateriaal opgenomen rij deksels axiaal reci-proceerbaar beweegbaar is en een steun vormt voor de te ver-35 lijmen langsvouwranden.
Teneinde te vermijden dat na het verwijderen van de lijmsteun tenminste de aangrenzende deksel omvalt in de ver- 8601428
* A
- 3 - pakking en daardoor het omleggen en verder verwerken van de losopeningflap hindert, verdient het aanbeveling in de di-rekte nabijheid van dit deksel een insnoering in de verpakking te vormen. Een dergelijke insnoering kan worden gere-5 aliseerd, indien de lijmsteun tot in een stand P op een afstand p van de rij deksels beweegbaar is, en dat de lijmsteun is uitgevoerd als een cilinder, waarvan de doorsnede in hoofdzaak overeenkomt met die van de rij deksels en is voorzien van middelen voor het in de tussen de rij deksels 10 en de lijmsteun gelegen ruimte genereren van een onderdruk, waardoor een verpakkinginsnoering vormt gevormd. Teneinde een meer permanente insnoering in het verpakkingsmateriaal te vormen, verdient het voorkeur dat vanuit de stand P de lijmsteun beweegbaar is tot in een stand Q nabij het kopse 15 einde van de rij deksels. De beweging van de lijmsteun kan met zekerheid worden geregeld, indien de lijmsteun is voorzien van een taster voor het instellen van de afstand P res-pektievelijk Q.
Door het vormen van de verpakkinginsnoering en het af-20 hankelijk maken van de beweging van de lijmsteun van de lengte van de rij deksel, is de tolerantie voor te verwerken rijlengten reeds vergroot. De tolerantie kan nog verder worden vergroot, indien de vouwmiddelen voor het vouwen en omleggen van de losopeningflap op een vrij grote afstand aan 25 gene zijde van de kopvouwmiddelen voor het vormen van de zakbodem zijn gelegen, en met behulp van een opdrukker na het vormen van de zakbodem de nagenoeg gerede verpakking wordt verplaatst naar de kopvouweenheid voor het vormen van de losopeningflap. Daartoe wordt de inrichting verder geken-30 merkt, doordat het vouwstation omvat: een eerste kopvouweenheid voor het vormen van een bodemvouw? en tweede kopvouweenheid voor het vormen van een losopening-vouw? en een tussen de beide kopvouweenheden gelegen opdrukker die de verpakte rij deksels opdrukt vanuit de eerste 35 naar de tweede kopvouwheid. Indien de losopeningflap tegen de verpakking aan moet worden gevleid, omvat de tweede kopvouweenheid verder de verpakking aan de insnoering geleiden- 6601428 £ * - 4 - de geleidingsorganen die dwars op de axiale aslijn van de te geleiden rij deksels zich uitstrekken; en omlegmiddelen voor het vormen van een omgelegde losopeningflap.
Door de toe'gestane grotere tolerantie in rij lengte, is 5 het nu mogelijk geworden een rij deksels niet alleen door het afsteken van een bepaalde lengte, maar ook door het aftellen van een vooraf bepaald aantal te vormen. Als gevolg van een verschil in dikte van uitgangsmaterialen en van de vormingsmachine voor de deksels, in het bijzonder de ge-10 bruiksduurafhankelijke malhoogte, is de hoogte van een deksel variabel en daarmee ook van een rij deksels die bestaat uit een afgeteld aantal. Doordat de inrichting overeenkomstig de uitvinding een grotere tolerantie voor rijlengte toestaat, is het mogelijk met deze inrichting afgetelde hoe-15 veelheden deksels te verwerken, en daartoe is de inrichting verder gekenmerkt doordat het invoerstation een teleenheid omvat voor het vormen van een uit een bepaald afgeteld aantal bestaande rij deksels.
Tenslotte heeft de uitvinding betrekking op een met de 20 inrichting overeenkomstig de uitvinding verpakte rij deksels die thans zijn opgenomen in een zakvormige verpakking die enerzijds is voorzien van een gesloten bodem en anderzijds van een te openen omgelegde en eventueel aan de verpakking vastgepakte losopening.
25 Genoemde en andere kenmerken van de inrichting over eenkomstig de uitvinding zullen verder worden verduidelijkt aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld van een inrichting, dat voorbeeld slechts bij wijze van voorbeeld is gegeven.
Fig. 1 een perspektivisch deels weggebroken aanzicht 30 van de verpakkingsinrichting overeenkomstig de uitvinding;
Fig* 2-6 elk een aanzicht van een doorsnede van het wikkel-, .vouw-, plakstation met de diverse stations in opeenvolgende verpakkingsstanden;
Fig. 7 op grotere schaal detail VII uit fig. 2; 35 Fig. 8 en 9 op grotere schaal detail VIII en IX uit resp. fig. 6 en fig. 3;
Fig. 10-12 op grotere schaal detail X uit fig. 1 met 860 1 428 * s - 5 - het vouwstation in diverse standen?
Fig. 13 doorsnede over de lijn XIII-XIII uit fig. 1?
Fig. 14 een perspektivisch aanzicht volgens de pijl XIV? 5 Fig. 15 een doorsnede door het plakstation?
Fig. 16 een aanzicht volgens de pijl XVI uit fig. 1?
Fig. 17 A-D doorsneden over de lijn XVII-XVII uit fig. 16 met de lijmsteun in verschillende werkstanden?
Fig. 18 een aanzicht volgens de pijl XVIII uit fig.
10 16?
Fig. 19 een met fig. 18 overeenkomend aanzicht na het passeren van de tweede omlegmiddelen? en
Fig. 20-22 respectieve verpakkingen gevormd in diverse stadia van de inrichting overeenkomstig de uitvinding.
15 Fig. 1 toont perspektivisch de verpakkingsinrichting 1 overeenkomstig de uitvinding voor het verpakken van een rij 2 van onderling coaxiaal geplaatste deksels 13, in een vel 3 van verpakkingsmateriaal tot een verpakkingworst 4.
De inrichting 1 omvat in de verpakkingsrichting opeen-20 volgend: een invoerstation A voor de rijen deksels 2? een wikkelstation B voor het in het vel 3 wikkelen van de rij deksels? een vouwstation C voor het vouwen van het gewikkelde vel 5? en een tussenstation D voor het plakken van vouwde len aan de verpakking. Additioneel omvat de inrichting 1 25 transportmiddelen 8 voor het transporteren van de rij 2.
Voorts is tussen het invoerstation A en het wikkelstation B een aanvoereenheid E voor baanvormig verpakkingsmateriaal 9 gelegen. Tenslotte is een snijeenheid F aanwezig voor het snijden van het verpakkingsmateriaal 9 tot het vel 3.
30 Het invoerstation A is voorzien van twee invoereenhe- den 10 en 11 die een gootvorm hebben en bovenstrooms elk zijn aangesloten op een elementen 13 vervaardigende machine. Elke invoereenheid 10 en 11 mondt uit bij een invoerta-fel 12 die in de geleidingen 14 en 15 is geleid en onder in-35 vloed van een pneumatische cilinder 216 verschuifbaar is tussen elk van de twee invoereenheden 10 en 11 en het wikkelstation B.
8601 428
I *' V
- 6 -
De transportmiddelen 8 omvatten voor elke invoereenheid 10 en 11 een transporteenheid 16 resp. 17. Elke transporteenheid 16 en 17 omvat een lijst 18 en een benedenstrooms daaraan vast bevestigde strook 19 en een boven-5 strooms gelegen, met behulp van een cilinder 20 op en neer beweegbaar steekorgaan 21. De lijst 18 is vast bevestigd aan een in een cilinder 22 geleide zuiger 23.
Naast elke gootvormige invoereenheid 10, 11 is een bekende teleenheid 160 die door middel van lichtreflektie aan 10 een dekseldeel de deksels aftelt en na het aftellen van een vooraf bepaald aantal deze rij 2 afscheidt van de aangroeiende rij 24 en vervolgens wordt deze rij ingesloten tussen de stroken 19 en 21 van de respektive transporteenheid 16 en 17. De transporteenheid 16 transporteert de rij 2 ten op-15 zichte van de aanwassnelheid van de rij 24 versneld naar een tussenstation 25 direkt aan de monding van elke invoereenheid 10 en 11 of tot voor een opdrukker 28. Regel-, detek-tie, besturings- en bekrachtigingsmiddelen behoren op zich niet tot de uitvinding en worden derhalve niet nader be-20 schreven.
Nadat de invoertafel 12 met behulp van de cilinder 16 tot voor de invoereenheid is gebracht en daar met behulp van een positioneerpen 26 is gepositioneerd ten opzichte van de invoereenheid 10, transporteert de transporteenheid 17 de 25 rij 2 tot voor een over de invoertafel 12 reciprocerend beweegbare opdrukker 28. (zie fig. 13)
De opdrukker 28 is via een haakvormige arm 29 door middel van de geleidingen 30 en 31 geleid aan de invoertafel 12. Zodoende beweegt de opdrukker 28 bij een beweging van de 30 invoertafel 12.
Tijdens het transport van de rij 2 tot voor de opdrukker 28 is de rij geleid met behulp van een geleiding 32 die is aangebracht langs de aan het wikkelstation B grenzende rand 33. De geleiding 32 is kantelbaar tussen een gekantel-35 de, in fig. 1 en 13 weergegeven stand, en een stand, waarbij de geleiding is gelegen in het invoertafelvlak. In deze laatste stand overbrugt de geleiding ten dele een spleet 34 060 1 428 -» Λ - 7 - die is gelegen tussen het invoerstation A en het wikkelsta-tion B.
De beweging van de opdrukker 28 van het wikkelstation B af is begrensd door een stootbuffereenheid 35, waarmee te-5 vens met behulp van de stelbout 236 de slag van de opdrukker 28 instelbaar is, bijvoorbeeld in afhankelijkheid van de diameter van de deksels 13.
De invoertafel 12, te zamen met zijn geleiding is losmaakbaar bevestigd aan het basisgestel 36 van de inrichting 10 1. Met behulp van stelmiddelen 37 en 38 is het invoerstation A uit te lijnen ten opzichte van het wikkelstation B.
De aanvoereenheid 1 voor baanvormig verpakkingsmateriaal 9 omvat een toren 39 die is afgesteund om het gestel 36. De toren 39 omvat een stoel 40 voor rollen 41 en 44 van 15 verpakkingsmateriaal. De baan 9 wordt geleid over de wals 42 en de wals 43, en vervolgens geleid tussen een trommelwals 45 en een samenwerkende drukwals 46. De trommelwals 45 is voorzien van een inwendig aangebrachte motor die een via tandwielen 47 met de trommel 45 gekoppelde as 48 aandrijft.
20 Doordat de baan 9 over de wals 42 heen is geleid, wordt zoveel mogelijk spanning, bijvoorbeeld sabelspanning, uit de baan 9 verwijderd.
Met behulp van een kodeereenheid 49 wordt een kode op de baan 9 en daarmee op de verpakkingsworst 4 aangebracht.
25 De aangebrachte kode kodeert bijvoorbeeld voor de inrichting 1. De walsen 45 en 46 zijn roteerbaar bevestigd aan langs de toren 39 geleide sleden 50 en 51, die met behulp van een in het dwarsstuk 53 afwentelende spindel 52 in hoogte verstelbaar zijn ten opzichte van de invoertafel 12 en een 30 daarmee in één vlak liggende werktafel 54. Elke slede 50 en 51 is voorzien van een spindel 52.
Pig. 7 toont meer in detail de snijeenheid F voor het tot een vel 3 snijden van de baan verpakkingsmateriaal 9 die is geleid tussen een brievenbus vormende platen 55 en 56.
35 Het gesneden vel 3 is aan zijn langsranden geleid in "U"- vormige geleidingsstroken 57. De snijeenheid bestaat uit een over de gehele breedte van de baan 9 van verpakkingsmateri- 8601428
* V
- 8 - aal zich uitstrekkend stationair mesblad 58, en een daarmee samenwerkend dwars over de baan 9 verplaatsbaar schijfvormig mes 59. Het mes 59 wordt tijdens de verplaatsing roterend aangedreven door over een papierdruklijst 60 lopende rollen 5 61. Met behulp van door een drukcilinder 62 bekrachtigde stoters 63 wordt het vel vastgeklemd na het snijden. Het roterende mes 59 is verplaatsbaar geleid aan een drukcilinder 64 en verplaatst zich tussen twee aan weerszijden van de baan 9 gelegen postities (zie fig. 1), zodat de papierdruk-10 lijst 60 verplaatsbaar is tussen de in fig. 7 met volle lijnen en streeplijnen weergegeven posities. Een in het stuk 65 middels een stang 66 verschuifbaar gelagerde neus 67 kan tot in de doorgang tussen de platen 55 en 56 worden gebracht, ten einde de snijeenheid P passerende baan 9 zodanig te lei-15 den, dat de baan tussen het stationaire mes 58 en de papier-druklijst 60 heengaat en stroomafwaarts is geleid in de zij-geleidingen 57.
ê
De figuren 2-6, 8 en 9 tonen meer in detail het wikkel station B, het vouwstation C en een deel van het plaksta-20 tion D.
Het wikkelstation B omvat een met de invoertafel 12 in één lijn liggende wikkelgrondplaat 68 en een op afstand a boven de grondplaat 68 aangebrachte wikkelplaat 69. De wik-kelplaat 69 is tegen schranken uit de horizontale stand ge-25 borgd opgehangen aan een balk 70 door middel van in een parallellepipedum georiënteerde schakels 71 en 72. De schakel 71 is voorzien van een neus 73 die samenwerkt met een instelbare aanslag 74. Zodoende is een onderste stand van de wikkelplaat 69 gesteld en eventueel instelbaar met de stel-30 schroef 275. Veren 161 dwingen de wikkelplaat 69 naar zijn onderste stand.
Het vouwstation C omvat een langsvouweenheid 75 met een vouwgrondplaat 76 en een op afstand b boven de grondplaat 76 schrankend aangebrachte borgplaat 77, en recipro-35 ceerbaar samenwerkende vouwbladen 78 en 79. Het vouwblad 79, de ondervouwer 79 genoemd, vormt de tegen de rij 2 aan te leggen vouwrand 80 en is voorzien van een wigvormig stuwor- 860 1 428
9 A
- 9 - gaan 81 dat langs het naar de rij deksels 2 gerichte vlak 82 van de ondervouwer 79 verschuifbaar is geleid met behulp van een in de lagering 83 verschuifbaar gelagerde stang 84. De ondervouwer is door een in de vouwgrondplaat 76 aangebrachte 5 spleet 85 beweegbaar met behulp van een gestel 86 dat middels een curverol 87 afsteunt en rolt over de curve 88. Ten einde een beschadiging van de ondervouwer 79 te vermijden, indien de baan van de ondervouwer 79 is geblokkeerd, is de ondervouwer aangebracht op het ondervouwergestel 90 dat is 10 geleid aan de stang 89, waarbij een veer 91 het gestel 90 voortdurend naar zijn onderste stand dwingt.
Op soortgelijke wijze is het vouwblad 78, de bovenvou-wer 78 genoemd, voor het vormen van de oversluitende vouw-rand 92 rond een as 93 zwenkbaar bevestigd aan het gestel 94 15 dat via een andere curverol 95 afsteunend rolt over de curve 96. Aangezien de curven 88 en 96 roteerbaar zijn aangebracht rond een gemeenschappelijke as, is de beweging van de beide vouwbladen 78 en 79 gesynchroniseerd.
Met behulp van een stelpen 97 is de afstand b van de 20 borgplaat 77 tot aan de vouwgrondplaat 76 instelbaar.
De figuren 3-6 en 8 en 9 tonen de werking van het wikkels tation B en de langsvouweenheid 75.
Met behulp van de opdrukker 28 wordt een rij 98 door een hangend vel 99 heen gedrukt en gebracht tot onder de 25 wikkelplaat 69. Vingers 127 en 128 van de opdrukker 28 voorkomen dat deksels kantelen. Tijdens deze beweging zijn de stoters 63 gedeactiveerd. De afstand a is kleiner dan de diameter d van de elementen 13, zodat bij het onder de plaat 69 brengen van de rij 98 het vel 99 relatief daarvan zich 30 niet kan verplaatsen. De lengte van de vouwrand 80 is afhankelijk van de hoogte h gelegen tussen de detector 200 en de onderzijde van de wikkelgrondplaat 68. De lengte van de vouwrand 92 is afhankelijk van de hoogte k van het snijmes 59 tot aan de wikkelgrondplaat 68, waarbij de hoogte k in-35 stelbaar is met de spindel 52 (fig. 1).
Fig. 4 laat duidelijk zien, dat de opdrukker de rij 98 door het wikkelstation B heen tot in het vouwstation C
8601428 - 10 - brengt. Door bet wikkelen is het vel 99 ,,U‘*-vormig rond de rij 98 aangebracht.
De oorspronkelijk in het vouwstation C aanwezige rij 100 wordt op deze plaats behandeld vanuit de langsvouween-5 heid 75 en de kopvouweenheid 101.
Fig. 5 toont de uiteindelijke positie van de rij 98 in de langsvouweenheid 75. Duidelijk is te zien, dat de schrankende borgplaat 77 een verplaatsing van de rij 98 tegen de verpakkingsrichting in voorkomt.
10 Vervolgens wordt een van lijmvingers 102 voorziene lijmstang 103 geactiveerd (zie fig. 15), waardoor de vouw-rand 80 over zijn lengte van diskrete lijmpunten wordt voorzien. De lijmvingers 102 zijn beweegbaar tussen een in een lijmbak 105 ondergedompelde, met streeplijnen weergegeven 15 stand en een met volle lijnen weergegeven stand, waarbij de lijmvingers 102 de vouwrand 80 raken. Ten einde deze beweging mogelijk te maken, is de ondervouwer 79 voorzien van een aantal spleten 106, waardoor de ondervouwer 79 niet in conflict komt met de lijmvingers 102 (fig. 14). Eventueel 20 kan de ondervouwer 79 zijn opgebouwd uit een aantal separate ondervouwelementen.
De borgplaat 77 is voorzien van aangrijpmiddelen 82 die in het vouwstation het vel 99 aangrijpen aan de vouwrand 81. De aangrijpmiddelen 82 omvatten een onderdrukkamer 83 25; die via een leiding 84 is aangesloten op een niet-getoonde vacuumbron. Een naar het vel 99 toegekeerde wand 162 is voorzien van een langwerpige vacuummond 163 die zich in hoofdzaak over de gehele lengte van de borgplaat uitstrekt. Eveneens is het mogelijk om een groot aantal op enige af-30 stand van elkaar geplaatse vacuummonden te gebruiken. Immers door het aanleggen van een vacuum wordt de vouwrand 81 tegen de wand 162 vastgezogen en van de rij 98 afgehouden. De onderdrukkamer 83 wordt gekoppeld met de vacuumbrond, zodra de rij 98 de in fig. 8 getekende stand bereikt, en vacuum wordt 35 ontkoppeld, wanneer de rij 98 het vouwstation verlaat.
Nadat de lijmvingers 102 zijn weggeklapt tot in de lijmbak 105, wordt de curveas bekrachtigd, waardoor de cur- 860 1 428 ' > -liven 88 en 96 roteren. Als eerste wordt de ondervouwer 79 in bovenwaartse richting verplaatst, en wordt de vouwrand 80 tegen de rij 98 aangelegd. Hierbij stuwt het stuworgaan 81 de vouwrand 80 in bovenwaartse richting, zodat het vel 99 5 tegen de rij aanligt, omdat de borgplaat 77 een verplaatsing van het vel 99 ten opzichte van de rij 98 vermijdt. De ondervouwer 79 verplaatst zich zover in bovenwaartse richting tot vlak bij de lijmpunten 104. Vervolgens wordt de boven-vouwer 78 in neerwaartse richting verplaatst, waarbij de 10 oversluitende vouwrand 92 over de vouwrand 80 heen wordt gelegd, en ten minste ter hoogte van het lijmpunt 104 tegen elkaar aan worden gedrukt. De bovenvouwer 78 neemt daarbij een overhellende positie in, welke mogelijk is als gevolg van de kanteling rond de as 93.
15 Tijdens het vouwen van de vouwrand 81 over de vouwrand 80 met behulp van de bovenvouwer 78, blijft een deel van het vel 99 vastgezogen tegen de wand 82, en daardoor is een ruimte 164 gecreëerd, en is de doorsnedelijke omtrek van het vel 99 groter dan de omtrek van de deksels. Op soortgelijke 20 wijze kunnen aangrijpmiddelen zijn aangebracht ter hoogte van de grondplaat 76, waardoor de verpakking nog ruimer rond de rij is gelegen.
Ofschoon de opeenvolgende verpakte rijen 98 en 100 een lijncontact hebben ter hoogte van de lijmpunten 104, kan het 25 aanbeveling verdienen de lijm sneller te laten uitharden, daartoe kan de bovenvouwer 78 zijn voorzien van niet-getoon-de verwarmingsmiddelen, waarmee de uithardingstijd van de lijm kan worden teruggebracht van 6-10 sec. tot 2-3 sec., bij een temperatuur van de bovenvouwer van ca. 100eC.
30 Pig. 10-12 toont meer in detail van het vouwstation C
de kopvouweenheid 101 die is bestemd voor het vormen van de bodemvouw van de zakbodem 165. De kopvouweenheid omvat twee kopvouwers 110 die relatief ten opzichte van de kopse einden 111 van een gewikkelde rij 112 van elementen, die vanuit het 35 wikkelstation B tot in het vouwstation C geraken. Op dat moment is het vel 113 in een "U"-vorm, zodat bij de verplaatsing van de kopvouw 110 uit zijn met streeplijnen weergege- 8601420 > i - 12 - ven positie naar de met volle lijnen weergegeven positie uit het overmaatse deel 114 een bodemvouwdeel 115 wordt gevouwen. Nadat de opdrukker is verwijderd uit het vouwstation C, en met behulp van de vouwbladen de langsvouw is gevormd 5 (fig. 8 en 9), wordt de kopvouwer 110 volgens de pijl 116 (fig. 11) verplaatst tot op het kopse einde 111, waardoor het andere bodemvouwdeel 117 wordt gevormd. De vingers 127 en 128 passeren door de langsgleuf 129 in de kopvouwer. Een randen dienst doen.
10 lijst 130 voorkomt eveneens het kantelen van deksels.
Met behulp van benedenstrooms van de bewegingsbaan van de kopvouwer 116 gelegen geleidingsstangen 118 en 119 worden de ontstane bodemflappen 120 en 121 naar elkaar toe gebracht en in deze positie in het plakstation D voorzien van plak-15 band 122, zodat de bodem 166 is gevormd. Met behulp van een drukelement 123 wordt het plakband 122 tegen het kopse einde gedrukt voor een betere hechting en na het aanbrengen van een kode 124 met behulp van een printeenheid 125, wordt het plakband 122 tussen de verpakkingen 4 door smelten met een 20 smelteenheid 126 gesneden.
De printeenheid 125 print een kode in afhankelijkheid van de rij 2 die ofwel via de invoereenheid 10 ofwel via de invoereenheid 11 is aangevoerd. Zodoende is aangegeven, uit welke dekselvormende machine de deksels afkomstig zijn.
25 Tenslotte toont fig. 15 een aantal stelvlakken in de inrichting 1. Het vlak 145 dat gaat door de ondervouwer 109 bepaalt de slag van de opdrukker 28 tot in de langsvouween-heid 75.
De vlakken 146a en 146b gaan door de axiale aslijn van 30 een rij elementen. In afhankelijkheid van de afstand van deze vlakken 146 tot aan de wikkelgrondplaat 68 en de vouw-grondplaat 76, wordt de radius r van elke vinger 102 ingesteld, zodat de lijmpunten terechtkomen op de plaats waar aangrenzende rijen gevouwen verpakkingsworsten in lijncon-35 tact met elkaar zijn. Bovendien wordt een bevuiling van de ondervouwer vermeden.
De gevormde typische kopvouw, waarbij over de onder- 8601428 - 13 - vouw 109 heen daartegen de wikkelflappen 120 en 121 aanliggen en aan de verpakking worden gehecht, ontstaat een kop-vouw die zeer goed bestand is tegen de axiaal buitenwaarts gerichte krachten van de onder axiale druk in de verpakking 5 opgenomen elementen.
Het in fig. 16 gebruikte plakband 147 is voorzien van twee langsranden 148 en 149 die vrij zijn van kleefmiddel 150. Zodoende kan een kops einde 151 eenvoudig worden geopend doordat deze langsranden 148 en 149 dan als aangrijp 10 Fig. 16 en 17 tonen plaats en funktie van de lijmsteun 166 alvorens de opdrukker 28 uit het wikkelstation B wordt verwijderd en daarmee zijn vingers 127 en 128 van de kopse einden van de rij 167 wordt ter vervanging van de vinger 128 de lijmsteun 166 tot nabij de rij 167 gebracht tot in een 15 stand P op afstand p. De funktie van de vinger 127 wordt overgenomen door enerzijds de lijst 130 en anderzijds het bodemvouwdeel 115.
De lijmsteun is voorzien van een in een bus 168 geleide, onder veervoorspanning van een veer 169 staande taster 20 170, waarmee enerzijds de afstand p instelbaar is, en ander zijds een minimale afstand g.
Nadat de lijmsteun 166 op afstand Q voor de rij 167 is geplaatst, wordt zoals getoond in fig. 8 en 9 gewikkeld en de vouwdelen verlijmd. Hierbij dient dus het buitenoppervlak 25 171 als steunvlak waartegen de aan elkaar te plakken vouwde len worden gedrukt met behulp van de bovenvouwer 78. Minimaal is vereist dat de lijmsteun ter plaatse van dit kon-taktvlak een steun vormt, maar bij voorkeur dient de lijmsteun 168 een dwarsdoorsnede te hebben die in hoofdzaak 30 overeenkomt met die van de rij.
Alvorens de lijmsteun 166 te verwijderen uit de gevormde losopening 172, wordt een vacuum gegenereerd in de ruimte 173 die is gelegen tussen de rij 167 en de lijmsteun 166. Daartoe is de lijmsteun voorzien van met een vacuumbron 35 verbonden doorgangen 174 die uitmonden in in een voorwand 175 aangebrachte openingen 176. Onder invloed van de onderdruk ten opzichte van de atmosferische druk, verplaatst het 8601428 - 14 - J * verpakkingsmateriaal zich naar een stand zoals weergegeven met de stippellijn 177. Onder handhaving van het vacuum wordt vervolgens de lijmsteun 166 verplaatst naar de rij 167 toe tot een minimale afstand Q, waarbij het verpakkingsmate-5 riaal zodanig wordt gekreukt dat een blijvende verpakkings-insnoering 179 is gevormd. Vervolgens wordt de lijmsteun 166 verwijderd en is een kantelen van de deksels uit de rij 167 vermeden door de thans aanwezige verpakkingsinsnoering 179 (zie fig. 17A-D). Doordat de beweging van de lijmsteun 166 10 slechts is bepaald door de afstand P respektievelijk Q tot de rij 167, wordt de insnoering 179 slechts gevormd in afhankelijkheid van het laatste deksel 180 uit de rij 167 en onafhankelijk van de afstand van dit deksel 180 tot een rand 181 van het verpakkingsmateriaal. Met andere woorden rijen 15 deksels met onderling verschillende rijlengten kunnen aldus worden gewikkeld, waarbij slechts de lengte van de te vormen losopeningvouw 182 afhankelijk is van de lengte van de te verpakken rij 167.
Een en ander is getoond in fig. 16, waarbij een af-20 stand van de insnoering 179 verschillend is voor de verpakkingen 183, 184 en 185. Verder zal het duidelijk zijn, dat het vormen van de insnoering 179 tegelijk met het vormen van de zakbodem 165 plaatsvindt. Opgemerkt wordt dat in fig. 16 een variant van het in fig. 10-12 getoonde plakstation D is 25 getoond. Het vouwstation omvat naast de eerste kopvouween-heid 131 voor het vormen van de bodemvouw 165 en de tweede kopvouweenheid 132 voor het vormen van de losopeningvouw 182 een tussen de beide kopvouweenheden 131, 132 gelegen opdruk-ker 186, waarmee de verpakkingen worden uitgericht ten op-30 zichte van de tweede kopvouweenheid 132, met name zodanig dat de insnoering 179 wordt geleid door geleidingsstangen 187, 188 die dwars staan op de axiale aslijn van elke verpakking. Met behulp van een met de opdrukker 186 samenwerkende taster 189 wordt de insnoering 179 nauwkeurig geposi-35 tioneerd ten opzichte van de geleidingsstangen 187, 188.
Onder invloed van de herhalende opdrukbeweging van de opdrukker 28 verplaatsen de verpakkingen zich tussen de ge- 86S1428 + * -15- leidingsorganen 187 en 188 en passeren daarbij omlegmiddelen 190, waarmee de losopeningvouw wordt gevleid op de boven-strooms ervan gelegen te vormen losopeningvouw. De omlegmiddelen 190 omvatten een zwenkbare arm 191 die tegen de los-5 openingvouw 182 wordt gedrongen onder invloed van een veer 192. Verder omvatten de omlegmiddelen een in een vork 193 draaibaar gelagerde rol 194, zodat de tegen een eindschot 195 gedrukte verpakking 196 een in fig. 16 getekende vorm een andere gezichtshoek volgens pijl XVIII weergegeven in 10 197 van de losopeningvouw verkrijgt. Deze situatie is vanuit fig. 18. Indien geen verdere bewerking zou worden uitgevoerd op de verpakking 196, heeft deze de vorm zoals getoond in fig. 20.
Additioneel is het mogelijk om met behulp van een 15 niet-getoonde opdrukker de verpakking 196 in zijn axiale richting te verplaatsen volgens de richting aangeduid met pijl 197. Tijdens deze beweging passeert de verpakking tweede omlegmiddelen 198 die zijn bevestigd aan geleidingsstan-gen 199, en waarmee de omgelegde flap 200 wordt samengevou-20 wen en gelegd tegen de verpakking. Dit resultaat is getoond in fig. 21. Indien vervolgens de verpakking 201 wordt geleid langs een ander plakstation D, ontstaat een resultaat zoals getoond in fig. 22, waarbij de flap is voorzien van een plakbandstrook 202.
25 Indien rijen deksels met constante rijlengte worden verpakt, is het mogelijk om de tweede kopvouweenheid 132 di-rekt tegenover de eerste kopvouweenheid 131 langs de verpak-kingstafel 203 op te stellen.
Ofschoon beschreven met twee separate invoereenheden, 30 kan de inrichting overeenkomstig de uitvinding eveneens zijn voorzien van slechts één invoereenheid. Essentieel is slechts dat een zakvormige verpakking wordt gevormd, waaruit de rij deksels gemakkelijk kan worden gegoten via de losope-ning.
8601428 35

Claims (14)

1. Inrichting voor het verpakken van een rij onderling coaxiaal geplaatste deksels in een vel verpakkingsmateriaal, omvattende in de verpakkingsrichting opeenvolgends een invoerstation voor de rij deksels; 5 een wikkelstation voor het in het vel wikkelen van de rij deksels; een vouwstation voor het vouwen van kopse- en langsvouwran-den van het rond de rij deksels gewikkelde vel, waarbij het vouwstation een langsvouweenheid met een op afstand b boven 10 een grondplaat aangebrachte borgplaat, en reciproceerbaar samenwerkende vouwbladen omvat, een plakstation voor het plakken van vouwranden aan de verpakking ; transportmiddelen voor het transporteren van de rij deksels; 15 en een het verpakkingsmateriaal dwars op de verpakkingsrichting tussen het invoerstation en het wikkelstation aanvoerende eenheid, met het kenmerk dat het vouwstation op het gewikkelde verpakkingsmateriaal van buiten af aangrijpende aan-20 grijpmiddelen omvat, die tijdens het vormen van de langsvouw het verpakkingsmateriaal van de rij deksels afhouden.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de aangrijpmiddelen de vanaf de grondplaat en/of de borgplaat zich uitstrekkende langsvouwrand aangrijpen.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het ken merk dat de aangrijpmiddelen zijn opgenomen in de borgplaat en/of de grondplaat.
4. Inrichting volgens conclusie 1-3, met het kenmerk dat de aangrijpmiddelen via een leiding zijn verbonden met 30 een vacuumbron en via tenminste één vacuummond zich vastzuigen aan het verpakkingsmateriaal.
5. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk dat de grondplaat en/of de borgplaat een onderdrukkamer omvat, 8601428 \ - 17 - * waarvan een naar het verpakkingsmateriaal toegekeerde wand is voorzien van de vacuummond.
6. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies/ gekenmerkt door een lijmsteun die ten opzichte van een 5 in het vouw/lijmstation aanwezige, in een vel verpakkingsmateriaal opgenomen rij deksels axiaal reciproceerbaar beweegbaar is en een steun vormt voor de te verlijmen langsvouw-randen.
7. Inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk dat 10 de lijmsteun tot in een stand P op een afstand p van de rij deksels beweegbaar is, en dat de lijmsteun is uitgevoerd als een cilinder, waarvan de doorsnede in hoofdzaak overeenkomt met die van de rij deksels en is voorzien van middelen voor het in de tussen de rij deksels en de lijmsteun gelegen 15 ruimte genereren van een onderdruk, waardoor een verpakking-insnoering vormt gevormd.
8. Inrichting volgens conclusie 7, met het kenmerk dat vanuit de stand P de lijmsteun beweegbaar is tot in een stand Q nabij het kopse einde van de rij deksels.
9. Inrichting volgens conclusie 7 of 8, met het ken merk dat de lijmsteun is voorzien van een taster voor het instellen van de afstand P respektievelijk Q.
10. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het vouwstation omvat: 25 een eerste kopvouweenheid voor het vormen van een bodemvouw? een tweede kopvouweenheid voor het vormen van een losope-ningvouw? en een tussen de beide kopvouweenheden gelegen opdrukker die de verpakte rij deksels opdrukt vanuit de eerste naar de tweede 30 kopvouwheid.
11. Inrichting volgens conclusie 7-9 en 10, met het kenmerk dat de tweede kopvouweenheid omvat de verpakking aan de insnoering geleidende geleidingsorganen die dwars op de axiale aslijn van de te geleiden rij deksels zich uitstrek- 35 ken? en omlegmiddelen voor het vormen van een omgelegde losopening-flap. 8601428 V - 18 -
12. Inrichting volgens conclusie 11, met het kenmerk dat de tweede kopvouweenheid verder omvat een opdrukker die volgend op de geleidingsmiddelen de verpakking in een richting dwars op de omgelegde flap zodanig transporteert langs 5 tweede omlegmiddelen dat de losopeningflap aanligt tegen de verpakking.
13. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het invoerstation een teleenheid omvat voor het vormen van een uit een bepaald afgesteld aan- 10- tal bestaande rij deksels.
14. In verpakkingsmateriaal volgens conclusie 1-13 verpakte rij deksels, omvattende een van een bodem en los-opening voorziene zakvormige verpakking van verpakkingsmateriaal met daarin verpakt de rij onderling coaxiaal ge- 15 plaatste deksels die via de losopening uit de verpakking zijn te gieten. 860 1 428
NL8601428A 1986-06-03 1986-06-03 Inrichting voor het verpakken van een rij deksels, en de vervaardigde verpakking. NL8601428A (nl)

Priority Applications (6)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8601428A NL8601428A (nl) 1986-06-03 1986-06-03 Inrichting voor het verpakken van een rij deksels, en de vervaardigde verpakking.
US07/046,028 US4776149A (en) 1986-06-03 1987-05-04 Device for packaging a row of covers and the manufactured packaging
EP87200897A EP0248464B1 (en) 1986-06-03 1987-05-14 Device for packaging a row of covers
DE8787200897T DE3768859D1 (de) 1986-06-03 1987-05-14 Vorrichtung zum verpacken einer reihe von deckeln.
JP62137575A JPS63152513A (ja) 1986-06-03 1987-05-30 包装装置
AU73761/87A AU598546B2 (en) 1986-06-03 1987-06-01 Device for packaging a row of covers and the manufactured package

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8601428 1986-06-03
NL8601428A NL8601428A (nl) 1986-06-03 1986-06-03 Inrichting voor het verpakken van een rij deksels, en de vervaardigde verpakking.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8601428A true NL8601428A (nl) 1988-01-04

Family

ID=19848112

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8601428A NL8601428A (nl) 1986-06-03 1986-06-03 Inrichting voor het verpakken van een rij deksels, en de vervaardigde verpakking.

Country Status (6)

Country Link
US (1) US4776149A (nl)
EP (1) EP0248464B1 (nl)
JP (1) JPS63152513A (nl)
AU (1) AU598546B2 (nl)
DE (1) DE3768859D1 (nl)
NL (1) NL8601428A (nl)

Families Citing this family (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4967537A (en) * 1989-10-26 1990-11-06 Adolph Coors Company Apparatus for packaging articles
US5005340A (en) * 1989-12-21 1991-04-09 Fleetwood Systems, Inc. Apparatus for inspecting and packaging can ends
US5471822A (en) * 1991-09-30 1995-12-05 Coors Brewing Company Apparatus and method for packaging articles
JP2936458B2 (ja) * 1995-10-31 1999-08-23 株式会社フジキカイ 粒状物品の集合包装方法および装置
ITMI972546A1 (it) * 1997-11-17 1999-05-17 B Ma Snc Di Cafano Giuseppe E Confezione per zollette di zucchero ad apertura facilitata
SE0402867L (sv) * 2004-11-25 2006-05-26 Nordisk Plaatindustri Benetec Förpackningsanordning för förpackning av ett flertal föremål i en gemensam förpackning

Family Cites Families (11)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US1069649A (en) * 1911-11-22 1913-08-05 Emanuel Rothschild Box.
US1757079A (en) * 1928-02-07 1930-05-06 Cynthia Mills Band feeder
GB1069649A (en) * 1963-11-28 1967-05-24 Auto Wrappers Norwich Ltd An improved method of wrapping articles
FI43833B (nl) * 1964-11-07 1971-03-01 Restello Ab
GB1211535A (en) * 1966-11-24 1970-11-11 Narottam Mohanlal Chauhan Device for handling discrete laminar articles
US3866389A (en) * 1973-05-09 1975-02-18 Elsner Eng Works Inc Roll wrapping machine
US4020617A (en) * 1975-10-22 1977-05-03 Hans Sickinger Co. Heat shrink packaging machine
CH632203A5 (de) * 1978-08-22 1982-09-30 Sig Schweiz Industrieges Einrichtung zur konstanthaltung des gewichtes von stapelpackungen.
CA1180992A (en) * 1980-09-15 1985-01-15 John E. Nordstrom High speed wrapping machine
US4651500A (en) * 1985-02-14 1987-03-24 Valley Tissue Packaging, Inc. Method and apparatus for wrapping rolls of paper
NL8501520A (nl) * 1985-05-28 1986-12-16 Thomassen & Drijver Inrichting en werkwijze voor het verpakken van een rij schijfvormige elementen, en de vervaardigde verpakking.

Also Published As

Publication number Publication date
AU598546B2 (en) 1990-06-28
AU7376187A (en) 1987-12-10
EP0248464B1 (en) 1991-03-27
DE3768859D1 (de) 1991-05-02
JPS63152513A (ja) 1988-06-25
US4776149A (en) 1988-10-11
EP0248464A1 (en) 1987-12-09

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP1860031B1 (en) Paper feeding device for a banding machine for logs of sheet material
JPS5940684B2 (ja) ロ−ル包装装置
US20090146360A1 (en) Under-shingled article handling and stacking system and method
CH633761A5 (fr) Dispositif pour empiler des objets plats, notamment des decoupes de boites pliantes.
FR2542293A1 (fr) Appareil d'empilage de feuilles
NL8902476A (nl) Werkwijze en inrichting voor het vouwen van vellen.
EP1215150B1 (fr) Dispositif de réception et d'éjection d'éléments plats dans une machine les travaillant
EP2408698B1 (fr) Station de chargement pour des éléments en plaque et machine de traitement de tels éléments
GB2133766A (en) Bagging and palletizing system
BE1005517A5 (fr) Appareil de fabrication de sacs avec separateur-plieur.
JP4871439B2 (ja) 個別に運ばれる平坦な物体を重なった形態で前進コンベア上に堆積させる装置
US4311090A (en) Method producing a bundle of paper sheets
NL8601428A (nl) Inrichting voor het verpakken van een rij deksels, en de vervaardigde verpakking.
EP0244308B1 (fr) Machine de réception et d'empilage de flans découpés
US5535573A (en) Apparatus (blank unit) for feeding blanks to an article which is to be wrapped
US3750361A (en) Machine and method for wrapping three dimensional rectangular objects
NL8501520A (nl) Inrichting en werkwijze voor het verpakken van een rij schijfvormige elementen, en de vervaardigde verpakking.
US5308056A (en) Apparatus for stacking flat workpieces on a stacking table
FR2537959A1 (fr) Dispositif de soufflage d'air pour empileuses d'ebauches de cartons
EP3296218B1 (en) Paper sheet binding apparatus
JPS6315224B2 (nl)
US5689931A (en) Case erector with A-B detection
NL8500289A (nl) Inrichting voor het afleggen in een stapel van in een stroom vellen getransporteerde vellen.
JP6690916B2 (ja) 脱気装置および包装機
IT9003649A1 (it) Dispositivo per l'alimentazione automatica di pile di sbozzati ad una macchina utilizzatrice ad esmpio una macchina incartatrice.

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed