NL8600925A

NL8600925A - Inrichting voor het kneden van degen voor de brood- en banketwarenvervaardiging en voor het bij lage temperatuur ontsluiten en homogeniseren van voedings- en voedermiddelbestanddelen.

Info

Publication number: NL8600925A
Application number: NL8600925A
Authority: NL
Original assignee: Berstorff Gmbh Masch Hermann
Priority date: 1985-05-11
Filing date: 1986-04-11
Publication date: 1986-12-01
Also published as: GB2175513B; IT8620333A1; GB2175513A; CH669308A5; DE3517128A1; JPS61260829A; IT8620333A0; SU1463117A3; CN1005015B; FR2581510A1; IT1191791B; GB8609425D0; CN86102813A; FR2581510B3

Description

**» f -1- 863028/Ba/Jb

Titel: Inrichting voor het kneden van degen voor de brood-en banketwarenvervaardiging en voor het bij lage temperatuur ontsluiten en homogeniseren van voedings- en voedermiddelbestanddelen.

De uitvinding betreft een inrichting voor het kneden van degen voor de brood- en banketwarenvervaardiging en voor het bij lage temperatuur ontsluiten en homogeniseren van voedings- en voedermiddelbestanddelen.

5 Bekend zijn voedingsmiddelextrusiesystemen zoals enkelschroefsextrudeerinrichtingen (DE-PS 3023124) of ook als dubbelschroefsextrudeerinrichtingen (DE-PS 2461543).

Dergelijke machines werken continu en zijn voor vele doelen zeer voordelig, aangezien een goede homogenisering van de 10 te verwerken voedingsmiddelmengsels bereikt wordt.

De goede homogeniseringswerking wordt vooral door afschuiving van de te extruderen voedingsmiddelbestanddelen bereikt. Het afschuiven geschiedt in de eerste plaats tussen de op de roterende schroefkern aangebrachte ribben en de 15 vaste binnenwand van de holle cylinder op grond van de relatieve snelheid van deze delen ten opzichte van elkaar.

De nadelen van deze extrusiesystemen bestaan daarin, dat vele voedingsmiddelbestanddelen, in het bijzonder wanneer het gaat om produkten die nog zetmeel bevatten, 20 de afschuiving niet zonder negatieve gevolgen doorstaan.

Het is weliswaar mogelijk de afschuiving te verminderen door een vermindering van het toerental van de schroef en door constructieve veranderingen van de schroefribben etc. De relatieve snelheid tussen vaste en 25 draaiende delen in de machine kan echter niet opgeheven worden.

De uitvinding heeft ten doel een inrichting te verschaffen, waarmee een zeer voorzichtig ontsluiten van voedings- en voedermiddelbestanddelen en een goede ,-s -·% - „ «.··# - . V Ί

•V

' » -2- homogenisering van deze bestanddelen is uit te voeren. Er moet een continue kneedbewerking zonder noemenswaardig afschuiven van de te verwerken voedings- en voedermiddel-bestanddelen worden uitgevoerd.

5 Deze opgave wordt opgelost door de kenmerken van het kenmerkend gedeelte van de eerste conclusie.

Voordelige verdere uitvoeringsvormen van de inrichting worden in de onderconclusies beschreven.

Aangezien in de inrichting volgens de uitvinding de 10 centrale spindel via een electrische aandrijving en een drijfwerk in draaiing wordt gebracht en de schroeflijnvormige ribben in de schroeflijnvormige ribben van de planeetspindels grijpen en deze meedraaien, vindt een afwikkelende beweging tussen deze machinedelen plaats, waarbij het zich tussen beide 15 delen bevindende materiaal een afwikkelende, knedende aanvangsbeweging ondergaat.

Dit proces herhaalt zich nogmaals, wanneer het materiaal tussen de door de centrale spindel meegevoerde planeetspindels en de binnenwand van het overeenkomstige, 20 schroeflijnvormige ribben omvattend huis geraakt. De planeetspindels grijpen met hun schroeflijnvormige ribben in de schroeflijnvormige, op de binnenmantel van het huis aangebrachte, ribben in en produceren zodoende een verdere afwikkelende beweging tussen deze machinedelen, waarbij 2'5 eveneens ook zeer warmtevermijdend, dat wil zeggen, knedend op een deeg wordt ingewerkt.

Door de afwikkelende beweging van de machinedelen vindt ook een afwikkelende uitwalsing van het deeg respectievelijk de voedingsmiddeibestanddelen plaats, 30 zonder dat noemenswaardige afschuiving, dat wil zeggen, wrijvingsverwarming van de levensmiddelen, plaatsvindt, zoals het bij de gebruikelijke extrusiesystemen onvermijdelijk is, aangezien deze machines in de eerste plaats afschuifmachines zijn, die meer of minder grote 35 wrijvingsenergiehoeveelheden in de levensmiddelen toevoeren. Een wat betreft de temperatuurvoorzichtige bewerking is daardoor slechts zeer beperkt mogelijk.

f?. ^ A* .

V, V ,· ^ Λ -3-

De opstelling van de aanloopring, die uit een materiaal met een zeer geringe wrijvingswaarde bestaat, is voordelig, aangezien door de schroeflijnvormige uitvoering van de ribben van het systeem een axiale kracht van de 5 planeetspindels in de richting van de ring ontstaat, die door de inrichting moét worden opgevangen.

Door de in conclusie 2 beschreven maatregelen worden aan de machineingangszijde opneemkamers tussen de planeten gevormd, die het invoeren van de tot een deeg te kneden 10 bestanddelen aanzienlijk begunstigen. In het bijzonder wordt echter een overbelasting van de planeetspindels vermeden, aangezien geen plotselinge invoer van de bestanddelen plaatsvindt.

Er is veeleer een stapsgewijze in versnelling door de 15 planeten van verschillende lengte door te voeren.

Het volume van de opneemkamers kan stapsgewijs vergroot of verkleind worden, waardoor een voorzichtig inbrengen in de inrichting wordt begunstigd.

Door de in conclusie 3 beschreven maatregel wordt 20 het mogelijk gemaakt, nog specifieker op een te kneden, zeer temperatuurgevoelig deeg in te werken, aangezien de kneding, dat wil zeggen, de afwikkelende versnelling van de voedingsmiddelbestanddelen gereduceerd respectievelijk aangepast kan worden, al naar gelang de 25 temperatuurverdraagbaarheid van de bestanddelen bij een gelijktijdig handhaven van een goede homogeniseringswerking van de inrichting. Door een overeenkomstige uitvoering van de planeetspindels kan derhalve elke kneed- respectievelijk homogeniseringsgraad voor de te verwerken voedingsmiddelen 30 worden ingesteld.

Door de in conclusie 4 beschreven maatregel wordt een zeer geringe bouwlengte van de machine verkregen bij een gelijktijdige goede invoer van de deegbestanddelen, aangezien deze onmiddellijk in de tussenruimten tussen de 35 afzonderlijke planeten geraken en steeds onmiddellijk door de planeetspindels na elkaar worden overrold.

3 Λ " -ï *' .

3 V V v ·'. ·„· -4-

De in conclusie 5 beschreven loodrechte opstelling van de inrichting heeft het grote voordeel van een nog betere opname van de voedingsmiddelbestanddelen, in het bijzonder wanneer deze inrichting aan de materiaalingangs-5 zijde van gedeeltelijk verkorte planeetspindels, zoals beschreven in conclusie 2, wordt uitgerust. Nadat het materiaal de inrichting doorlopen heeft, wordt het door de uitvoertransportschroef naar de deeguittreeopening verplaatst. Door de opstelling van de as voor de 10 roerschoepen, die een brugvorming van de strooibare voedingsmiddelbestanddelen verhinderen, en de benedenste uitvoertransportschroef, wordt een zeer stabiele constructie verkregen.

De centrale spindel is draaivast met de 15 uitvoertransportschroef verbonden en wordt tezamen met de as voor de roerelementen aangedreven.

De in conclusie 6 beschreven inrichting omvat een voorgeplaatste invoertransportschroef, die in een huis van gelijke of ook verschillende diameter kan zijn opgesteld 20 en die de voedingsmiddelbestanddelen in de inrichting verplaatst. Met deze constructie is een verbeterde invoerwerking te realiseren, aangezien de invoertransportschroef een bepaalde druk op de bestanddelen uitoefent en daardoor ook de 25 transportwerking van de inrichting verhoogt.

Uitvoeringsvoorbeelden van de uitvinding worden in de tekening toegelicht.

Getoond wordt in:

Figuur 1 een langsdoorsnede door een inrichting; 30 Figuur 2 een dwarsdoorsnede volgens II II in Figuur 1; Figuur 3 een afwikkeling van de centrale spindel en de planeetspindels volgens III III in Figuur 2, echter met gedeeltelijk verkorte planeetspindels; Figuur 4 een verdere uitvoeringsvorm met planeetspindels 35 die gedeeltelijk vrij zijn van tanden;

Figuur 5 een loodrechte opstelling van een inrichting met i* i? . een daarna opgestelde uitvoertransportschroef;

v* - * -J

ψτ % -5-

Figuur 6 een horizontale opstelling van de inrichting met een voorgeplaatste invoertransportschroef.

De in Figuur 1 en 2 schematisch weergegeven inrichting omvat een centrale spindel 1, planeetspindels 2, 5 een aanloopring 3 en een huis 4 met een invoertrechter 5.

Op de centrale spindel 1 bevinden zich schroeflijnvormige ribben la, die met ribben 2a van de planeetspindels 2 in elkaar grijpen en waardoor de planeetspindels 2 bij het aandrijven van de centrale 10 spindel 1 in draaibeweging worden gezet en om de centrale spindel 1 heendraaien. Centrale spindel 1 wordt door een niet aangegeven drijfwerk met een electrische aandrijving aangedreven.

Planeetspindels 2 grijpen met hun ribben 2a in de 15 schroeflijnvormige ribben 4a van het huis 4 en wikkelen ook af op de binnenwand van het huis.

In Figuur 3 wordt een afwikkeling getoond met stapvormig verkorte planeetspindels 2, zodat zich aan de ingangszijde van de machine stapvormig vergrotende 20 respectievelijk verkleinende opneemkamers 5 en 6 vormen voor een verbeterd invoeren van de voedingsmiddelbestanddelen.

Bij de in Figuur 4 getoonde uitvoeringsvorm van de uitvinding werden van de planeetspindels 2 gedeeltelijk de 25 schroeflijnvormige ribben 2a afgedraaid, zodat walsvormige spindeldelen 7 gevormd zijn.

Tussen deze spindeldelen, de centrale spindel 1 en het huis 4 bevinden zich grotere vrije ruimten 8, zodat de afrollende, op het te kneden, deeg .inwerkende druk op deze 30 plaatsen verkleind wordt ten opzichte van de druk in de van tanden voorziene spindeldelen. Afhankelijk van de lengte en het aantal planeetspindels 2 met walsvormige delen kan daardoor individueel en uiterst voorzichtig wat betreft de temperatuur op het te kneden deeg worden ingewerkt.

35 De in Figuur 5 getoonde uitvoeringsvorm is bijzonder geschikt voor strooibare voedingsmiddelen, die tot een deeg gekneed moeten worden.

^ * X -4 * “ V * -6-

In de invoeropening 9 worden de te kneden bestanddelen ingevoerd en door op de as 10 bevestigde roerschoepen 11 verhinderd tot brugvorming te komen.

Tussen de centrale spindel 1, de planeetspindels 2 5 en de wand van het huis 4 worden de bestanddelen gekneed en geraken door de verplaatsingswerking van de schroeflijnvormige ribben in de cylinderruimte 12, die door de holle cylinder 14 wordt gevormd en waarin de uitvoertransportschroef 13 draait.

10 Het benedengedeelte van de cylinderruimte 12 wordt door een terugvertransportschroef 15 daarvoor behoed, dat deegbestanddelen daar binnendringen en zich in de legering 16 kunnen vastzetten.

De uitvoertransportschroef 13, de centrale spindel 15 1 en de in het huis 17 gelegerde as 10 worden door een niet getoonde aandrijfeenheid die aan, het in leger 16 gelegerde aseinde 18 aangrijpt, in draaibeweging gebracht.

De ontsloten voedingsmiddelbestanddelen worden door de opening 19 op een transportband 20 gebracht.

20 Het in Figuur 5 getoonde huis kan aanvullend nog op temperatuur gebracht worden door verwarmingskanalen 21, in het geval een bepaalde verwerkingstemperatuur gewenst wordt.

Bij de in Figuur 6 getoonde machine wordt vóór de 25 inrichting een invoerworm 22 geplaatst, om door middel van deze in het huis 23 opgestelde worm 22 een geringe druk op de deegbestanddelen uit te oefenen, waardoor de doorvoer van het in de trechter 23 ingevoerde materiaal door de inrichting zelf verhoogd kan worden, en wel tot aan een 30 grens die door de maximale verwerkingstemperatuur van de voedingsmiddelbestanddelen wordt bepaald. 1 * -¾ .·> - & -j V* ·.

Claims

1. Inrichting voor het kneden van degen voor de brood- en banketvervaardiging en voor het bij lage temperatuur ontsluiten en homogeniseren van voedings- en voederbestanddelen, 5 gekenmerkt doordat de inrichting uit een schroeflijnvormige ribben (la) omvattende centrale spindel (1), uit om de centrale spindel (1) op gelijkmatige afstanden daaromheen opgestelde, schroeflijnvormige ribben (2a) omvattende 10 planeetspindels (2) en uit een schroeflijnvormige ribben (4a) op z'n binnenmantel omvattend, holcylindrisch, zowel de planeetspindels (2) als ook de centraalspindel (1) opnemend, huis (4) en uit een aan de uittreezijde in het huis (4) opgestelde, de terugdrukkracht van de 15 planeetspindels (2) opnemende aanloopring (3) bestaat, dat de centrale spindel (1) aandrijfbaar en met zijn schroeflijnvormige ribben (la) in de schroeflijnvormige ribben (2a) van de planeetspindels (2) ingrijpend is uitgevoerd.

2. Inrichting volgens conclusie 1 gekenmerkt doordat de planeetspindels (2) wat betreft de lengte van de centrale spindel (1) aan de materiaalinvoerzijde met een verschillende lengte zijn uitgevoerd.

3. Inrichting volgens conclusie 1 gekenmerkt doordat de schroeflijnvormige ribben (2a) van de planeetspindels (2) gedeeltelijk onder vorming van een walsvormig oppervlak (7) van deze spindeldelen zijn weggelaten. -8- i i

4. Inrichting volgens conclusie 1 gekenmerkt doordat het huis (4) van de inrichting horizontaal is opgesteld en aan zijn bovenzijde een vulopening met een vultrechter 5 (5) omvat.

5. Inrichting volgens conclusie 1 met het kenmerk dat het huis (4) van de inrichting loodrecht is opgesteld en aan zijn bovenzijde van een, met de vrije 10 doorsnede van het huis (4) overeenkomende, vultrechter (9) is voorzien; dat in de vultrechter roerschoepen (11) zijn opgesteld, die aan een met de centrale spindel (1) verbonden as (10) bevestigd zijn; dat op de inrichting in de verplaatsingsrichting een met de centrale spindel 15 (1) verbonden uitvoertransportschroef (13) volgt; dat de uitvoertransportschroef (13) in de verplaatsingsrichting een terugtransportschroef (15) omvat; dat het huis (14), waarin de uitvoertransportschroef (13) roteert een deeguittreeopening (19) omvat; dat de 20 uitvoertransportschroef (13) en de as (10) vóór de roerschoepen in het huis (16,17) zijn opgesteld en dat de uitvoertransportschroef (13) aandrijfbaar is uitgevoerd.

6. Inrichting volgens conclusie 1 met het kenmerk 25 dat aan het huis (4) van de inrichting een met de binnendiameter van het huis overeenkomend holcylindrisch huis (24) voorafgaat en daaraan met flenzen is bevestigd ( en dat in het huis (24) een aandrijfbaar gevormde en met de centrale spindel (1) verbonden invoertransportschroef 30 (22) is opgesteld. Γ-Λ i x