NL8500480A

NL8500480A - Werkwijze en inrichting voor het ontwateren van waterbevattend lakslib.

Info

Publication number: NL8500480A
Application number: NL8500480A
Authority: NL
Original assignee: Werner & Pfleiderer
Priority date: 1984-03-06
Filing date: 1985-02-20
Publication date: 1985-10-01
Also published as: AT380866B; ATA51685A; DE3408151C2; IT1183359B; IT8519541A0; SE8501087L; SE8501087D0; DE3408151A1; SE455304B; ZA851304B

Description

* % 853014/Ar/cd * r #

Aanvraagster: Werner & Pfleiderer

Titel: Werkwijze en inrichting voor het ontwateren van waterbevattend lakslib.

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het ontwateren·van uit water bezonken, in de vorm van waterbevattend lakslib aanwezig lakcoagulaat, waarbij het lakslib uit het water verwijderd wordt. v 5 De uitvinding heeft tevens betrekking op een inrichting voor het uitvoeren van deze werkwijze met een nat afscheidings-bassin voor water en door water en lakcoagulaat gevormd bezonken lakslib en met een lakslib-verwijderorgaan voor het verwijderen van het bezonken lakslib uit het natte afschei-10dingsbassin.

In lakspuitinrichtingen wordt lak onder druk door sproeikoppen fijn verdeeld op te lakken voorwerpen zoals auto's gespoten. Dit gebeurt in zogenaamde spuitcabines. De hierbij gevormde verfnevel moet weer uit de lucht verwijderd worden.

15 Hiertoe wordt de met verfnevel verontreinigde lucht door middel van ventilatoren door natte verfnevel-afscheiders gezogen, waarin water in tegenstroom en door ingebouwde delen en dergelijke in innig kontakt met de verfnevel-bevattende lucht gebracht wordt. Een dergelijke natte verfnevel-afschei-20 der is bekend uit het Duitse Auslegeschrift 12 69 594 (overeenkomend met het Britse octrooischrift 941 054).

Voor het neerslaan en coaguleren van de in het water aanwezige lakdeeltjes worden aan het water gewoonlijk alkalisch reagerende middelen, die zogenaamde lakontklevende- of lak-25 coagulerende middelen toegevoegd. Hierdoor worden de.harsen, die zich in de in het water afgescheiden lakdeeltjes bevinden, in' sterke mate verzeept, zodat ze minder kleverig zijn, d.w.z. ontkleefd worden. In grote inrichtingen vindt deze coa-gulering zodanig plaats, dat het lakcoagulaat op de bodem van 30 een nat afscheidingsbassin neerslaat, waarvan het met behulp van een lakslib-verwijderorgaan verwijderd wordt. Het door het neerslaan van het lakslib in het natte afscheidingsbassin in verregaande mate gereinigde water wordt voortdurend gecirculeerd en steeds weer voor het wassen van de verfnevel be-BA& QftfölNA&e lucht toegepast.

Het lakslib vormt een zogenaamde bijzondere afval, die -2- op een door wettelijke voorschriften geregelde wijze opgeruimd moet worden. De kosten van een dergelijke opslag van afval-stoffen zijn aanzienlijk. Aangezien het lakslib nog een water-gehalte van 65-70 gew% bezit, komt ongeveer 2/3 van de kosten 5 voor de opslag van de afvalstoffen alleen voor rekening van het watergedeelte.

Bij kleinere inrichtingen heeft men reeds geprobeerd om in het genoemde watereirculatiesysteem een centrifuge op te nemen. Hierbij worden door een pomp continu water en lakcoa-lOgulaat op de bodem van het natte afscheidingsbassin afgezogen en in een eerste indikinrichting, bijvoorbeeld een hydrocy-cloon geleid, waarin een deel van het water afgescheiden wordt. Vervolgens wordt dit lakslib-water-mengsel in een centrifuge voor het scheiden van water en lakcoagulaat gebracht. Deze 15 werkwijze is voor de toepassing bij grote spuitcabines niet geschikt gebleken. Dergelijke in hoofdzaak in de automobielindustrie toegepaste grote inrichtingen bevatten lakslib-verwijderorganen, waarmee waterbevattend lakcoagulaat, d.w.z. lakslib verwijderd wordt.

20 De uitvinding beoogt een werkwijze en inrichting van het eerder genoemde type te verschaffen, die een verregaande ontwatering van het lakcoagulaat mogelijk maken. 1 . Dit oogmerk wordt volgens de werkwijze der uitvinding bereikt, doordat men aan het uit het water verwijderde lak-25 slib weer een deel van het water toevoegt en met het lakslib tot een lakslib-suspensie vermengt, en men vervolgens de lak-slib-suspensie door centrifugeren in water en een waterarm lakcoagulaat scheidt. Uit het natte afscheidingsbassin wordt het ongeveer 65 tot 70 gew% water bevattende lakslib ver-30 wijderd en in een mengvat onder toevoeging van water uit het natte afscheidingsbassin tot een lakslib-suspensie gemengd, waarin de lakdeeltjes zich in zwevende toestand bevinden.

Deze suspensie wordt in een centrifuge gebracht, waarin de lakdeeltjes van het water gescheiden worden. Het water wordt 35 weer aan het natte afscheidingsbassin toegevoerd, terwijl het in verregaande mate ontwaterde, nog maar ongeveer 30 gew% water bevattende lakcoagulaat door middel van een schraap- uit de trommel van de centrifuge verwijderd wordt eii in deze toestand met een aanzienlijk verminderd wat erge- _________ V·· «.

-3- halte en dienovereenkomstig verminderde kosten opgeruimd kan worden.

Verdere voordelen en kenmerken van de uitvinding, komen naar voren uit de volgconclusies en de hierna volgende be-5 schrijving van een uitvoeringsvoorbeeld aan de hand van de tekening. Hierin toont: fig. 1 een schematische voorstelling van een inrichting volgens de uitvinding en fig. 2 een vertikale doorsnede door een bij de inrich-10 ting volgens de uitvinding toegepaste centrifuge.

Onder een spuitcabine 1 voor het lakken van bijvoorbeeld auto^s in de automobielindustrie is een zogenaamd nat afschei-dingsbassin 2 opgesteld. In dit nat afscheidingsbassin 2 wordt de niet op de betreffende auto gespoten hoeveelheid lak, de 15 zogenaamde overspray, neergeslagen en gecoaguleerd. Voor het neerslaan en coaguleren worden gewoonlijk alkalisch reagerende middelen, de zogenaamde lakontklevende of lakcoagulerende middelen toegevoegd. Gewoonlijk is dit natronloog. Door middel van dit natronloog worden de harsen in de in het water afge-20 scheiden lakdeeltjes in sterke mate verzeept, zodat ze minder kléverig zijn, d.w.z. ontkleefd worden. Doot dit ontkleven wordt de neiging van de lakdeeltjes om zich aan de wanden van de gehele inrichting en aan andere bouwelementen te hechten, verminderd. Ook de afvoer en de uiteindelijke opslag van het 25 lakslib wordt vergemakkelijkt, wanneer het uit een niet klevend lakcoagulaat bestaat. Bij toepassing van de thans gebruikelijke chemisch hardende lakken, in het bijzonder de zogenaamde twee-componentenlakken, wordt een bijzonder tevreden stellende coagulering bereikt door aan het basisch gemaakte 30 water een waterige wasdispersie als toevoegsel toe te voegen. Hiervoor, wordt in het bij zonder een mengsel van montaanwas en paraffinederivaten toegepast. Details zijn te vinden in het Duitse octrooischrift 27 58 873 (overeenkomende met het Britse octrooischrift 2 011 371). Bij deze behandeling worden 35 de in het water terecht gekomen lakdeeltjes direkt omhuld, waardoor agglomereren van de eerst nog kleverige verfdeeltjes verhinderd wordt. De was neemt zelf niet deel aan het ontkle-vingsproces (verzepingsproces), doch levert de voor de inwer-BAD’ÜftfcllÜüt. het basische middel noodzakelijke grote aanpastings- 850048η -4- oppervlakken en maakt een snel en volledig verlopend ontkle-vingsproces mogelijk. Het wasverbruik is gering, aangezien het in hoofdzaak als slib bezinkende.vlokvormige lakcoagulaat met water weer vrijgeeft.

5 Het op de bodem 3 van het natte afscheidingsbassin 2 bezonken lakslib 4 wordt door middel van een lakslib-verwijder-• orgaan 5 uit het natte afscheidingsbassin^getransporteerd.

Dit lakslib-verwijderorgaan 5 bevat een riem of band zonder einde 6, die op de buitenzijde voorzien is van kamvormige lQmeenemers 7. De band 6 wordt over afbuigpoelie 8 geleid. De band brengt het lakslib 4 over een schuin vlak 9 naar een boven het wateroppervlak 10 gelegen afgiftekop 11. Uit deze af-giftekop 11 wordt het lakslib met een hoog watergehalte in een mengvat 12 gebracht, dat voorzien is van een roerinstalla-15 tie 13. In het menggat 12 mondt een buisleiding 14 uit, die van het natte afscheidingsbassin 2 voert en een afsluiter 15 bevat. Deze buisleiding 14 is iets onder het wateroppervlak 10 en duidelijk boven het zich op de bodem 3 bevindende lakslib 4 op het natte afscheidingsbassin 2 aangesloten. Via deze 20 buisleiding 14 wordt aan het mengvat 12 zoveel water uit het natte afscheidingsbassin 2 toegevoerd, dat door middel van de roerinstallatie 13 een lakslib-suspensie gevormd kan worden, waarin het gecoaguleerde lakslib derhalve fijn in water verdeeld is. De in het mengvat 12 gevormde lakslib-suspensie wordt 25 door middel van een pomp 30 via een buisleiding 16 in een centrifuge 17 gebracht, waarin een scheiding van vaste stoffen, d.w.z. lakcoagulaat, en water plaats vindt. Het in hoge mate gereinigde, d.w.z. van lakcoagulaat bevrijde water, wordt via een terugvoerleiding 18 weer naar het natte afscheidingsbassin 30 2 gevoerd.'Het ontwaterde lakslib, d.w.z. het in hoge mate van water bevrijde lakcoagulaat 19 wordt in een .zich onder de centrifuge 17 bevindende transportwagen 20 gebracht.

De struktuur en werking van de centrifuge 17 volgen uit figuur 2. Hierin is een huis 21 weergeven, waarin een trommel 35 22 is aangebracht. De buisleiding 16 voor “de toevoer van de lakslib-suspensie mondt aan de onderzijde uit in de trommel.

In de trommel is een schraapinrichting 23 aangebracht, die BAÜfiPISèNAfennens te trommelwand 24 gerichte schrapers 25 van het type van schraapmessen bevat. Deze zijn op een afstand van en- -5- kele tientallen millimeters van de binnenste trommelwand aangebracht. De schraapinrichting 23 is in de draairichting vast op een aandrijvende as 26 bevestigd. De trommel 22 is via een vrijloopdrijfwerk 27 eveneens met de aandrijfas 26 gekoppeld.

5 Bij een voorwaartse aandrijving via de hoofdaandrijvingsmo-tor 28 worden de schraapinrichting 23 en de trommel 22 dientengevolge met een gelijk toerental aangedreven.

Wanneer de aandrijfas 26 daarentegen door een kleinere aandrijfmotor 29 voor de schraapinrichting 23 in tegengestelde 10 richting aangedreven wordt, wordt slechts de schraapinrichting 23 aangedrev'en, terwijl een aandrijving van de trommel 22 door het vrijloopdrijfwerk 27 niet plaatsvindt. De trommel 22 wordt door een niet in de tekening weergegeven, gebruikelijke terugloopblokkering vastgehouden, zodat de schrapers 25 langs 15 de binnenste trommelwand 24 bewogen worden.

Aan de bovenzijde van de trommel 22 is een daarmee verbonden, derhalve met de trommel roterend ringvormig kanaal 31 aangebracht, waarin een vast op ëén plaats aangebrachte, zogenaamde schilbuis (Schalrohrj 32 uitmondt, die met de terug-20 voerleiding 18 verbonden is. Aan het boveneinde van de naar boven kegelvormig wijder wordende trommel 22 zijn afvoerven-tielen 33 aangebracht, die radiaal vanaf de buitenzijde voor-.

zien zijn van met gespannen drukveren 34 belaste kogels 35.

De werking is als volgt: 25 De door middel van het lakslib-verwijderorgaan 5 uit het natte afscheidingsbassin 2 in het mengvat 12 getransporteerde lakslib 4 bezit een watergehalte van ongeveer 65-70 gew% met betrekking tot het totale gewicht, In het mengvat 12 wordt via buisleiding 14 zoveel water uit het natte afscheidingsbas-30 sin=;2 toegevoerd, dat het vaste stofgehalte in de lakslib-suspensie, die aan de centrifuge 17 wordt toegevoerd, in het gebied van 5-10 g/1 ligt. Deze suspensie wordt continu gedurende een bepaalde overstromingstijd aan de centrifuge 17 toegevoerd, waarvan de trommel 22 met de schraapinrichtingen 35 23 gedurende deze tijd ononderbroken door de hoofdaandrijfmotor 28 wordt aangedreven. Het vaste materiaal, d.w.z. de lak-slibdeeltjes zetten zich door de middelpunt-vliedende kracht op de binnenste trommelwand 24 af. Het gereinigde water stroomt BA^oor^i^jdoorvoerkanaal 36 in het naar boven open ringvormige 85U048Ö

kanaal 31, waarin het eveneens nog roteert. Aangezien de in I

het ringvormige kanaal 31 uitmondende schilbuis 32 vast op

één plaats is aangebracht, ontstaat in het roterende water een I

stuwdruk van ongeveer 50 kPa, die voldoende is om het water . I

5 door de terugvoerleiding 18 in het natte afscheidingsbassin 2 I

terug te voeren. I

Wanneer het opnamevermogen van de trommel 22 uitgeput is, I

wordt de toevoer van de lakslib-suspensie door uitschakelen I

van de pomp 30 gestopt en wordt de trommel 22 met de schraap- I

10inrichtingen 23 nog een tijdlang met een geringer toerental verder aangedreven. Bij dit geringere toerental worden de kogels 35 van de drukveren 34 radiaal naar binnen geschoven, zodat de afvoerventielen 33 geopend worden. Hierdoor wordt het zich nog in de trommel 22 bevindende water eruit geslingerd.

15Het op de trommelwand 24 afgezette vaste materiaal wordt derhalve droog gecentrifugeerd. Na afloop hiervan wordt de hoofd-aandrijfmotor 28 stopgezet en wordt de aandrijfas 26 door de aandrijfmotor 29 in tegengestelde richting aangedreven, zodat - zoals reeds uiteengezet - de schraapmessen 25 het vaste ma-20teriaal van de binnenste trommelwand 24 afschrapen. Het vaste materiaal wordt dan aan de onderzijde uit de centrifuge 17 verwijderd. Het in hoge mate ontwaterde lakcoagulakt 19 bezit nog een watergehalte van ongeveer 30 gew%.

Het totale proces kan op eenvoudige wijze door een vrij 25te programmeren bestuurinrichting gestuurd worden. De centrifuges 17 zijn bijvoorbeeld in de handel verkrijgbaar onder de handelsmerken WPS4oA-14 of WPS40A-15 van Turbo-Separator AG, CH-9620 Lichtensteig/Zwitserland.

- Conclusies -

BAD ORIGINAL

Claims

1. Werkwijze voor het ontwateren van uit water bezonken, in de vorm van water bevattend lakslib aanwezig lakcoagulaat, waarbij het lakslib uit het water.wordt verwijderd, met het kenmerk, dat men aan het uit het water verwijderde lakslib 5 weer een gedeelte van het water toevoegt en met het lakslib tot een lakslib-suspensie vermengt en men vervolgens de lakslib-suspensie. door centrifugeren in water en een waterarm lakcoagulaat scheidt.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat 10de lakslib-suspensie een lakcoagulaatgehalte van 6-10 g/1 bezit.

3. Inrichting voor de uitvoering van de werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met een nat afscheidingsbassin voor water en door water en lakcoagulaat gevormd neergeslagen lak- 15 slib,en met een lakslib-verwijderorgaan voor het verwijderen van het neergeslagen lakslib uit het natte afscheidingsbassin, met het kenmerk, dat na het lakslib-verwijderorgaan (5) een mengvat (12) is aangebracht, dat voor de vorming van een lakslib-suspensie aan het in het natte afscheidingsbassin (2) / 20 aanwezige water is aangesloten, en het mengvat (12) met een centrifuge (17) voor de scheiding van water en lakcoagulaat (19) is verbonden. .

4. Inrichting volgens conclusie 3, waarvan de centrifuge een door draaien aandrijfbare trommel bevat, waarin zich op 25de binnenste wand het lakcoagulaat afzet, met het kenmerk, dat de binnenste trommelwand (24) voorzien is van een ten opzichte van de trommel (22) door draaien aandrijfbare schraap-inrichting (23). BAD ORIGINAL 8500480