NL8403383A

NL8403383A - Ondersteuning voor een glastoevoerbuis.

Info

Publication number: NL8403383A
Application number: NL8403383A
Authority: NL
Original assignee: Owens Illinois Inc
Priority date: 1983-12-01
Filing date: 1984-11-07
Publication date: 1985-07-01
Also published as: NL191179C; DE3441627C2; IT8449166A0; GB8425617D0; DE3441627A1; JPS6245172B2; IT8449166A1; FR2555981A1; ES8507427A1; ES538174A0; JPS60137836A; ZA848421B; AU547919B2; GB2150554A; FR2555981B1; US4514209A; CA1275806C; NL191179B; AU3423584A; IT1178236B

Description

V

*

Ondersteuning voor een glastoevoerbuis.

Deze uitvinding heeft in het algemeen betrekking op een inrichting voor het ondersteunen en aandrijven van een mengbuis in een toevoerbak van een glasklomp-toevoerinrichting voor glas-vormmachines. Heer in het bijzonder heeft deze uitvinding betrekking 5 op een verbeterde roterende huishouder, die is voorzien van verbeterde middelen voor het instellen van de hoogte van de buis ten opzichte van de toevoerbak.

In het verleden is het de praktijk geweest, zoals in het Amerikaanse octrooischrift 1.750.972 ten name van Soubier is 10 weergegeven, om een toevoerbak te verschaffen, die een benedenopening bezit, waarbij de toevoerbak in verbinding staat met een vooroven, die met gesmolten glas wordt gevoed. In het octrooi van Soubier, waarnaar hierboven is verwezen, wordt de glasstroom vanaf de toevoerbak geregeld door de rotatie van een toevoerbuis. De vertikale as 15 van de toevoerbuis ligt in één lijn met de opening daar beneden. De functie van de toevoerbuis is het verschaffen van enige menging of temperatuumivellering van het glas, dat de toevoerbak binnentreedt, door het glas in een algemeen rondgaande beweging te brengen. Verder is het benedeneind van de buis op afstand gelegen van een annulaire 20 bodemaf damming, die in de toevoerbak is gevormd, en deze onderlinge afstand tussen de buis en de bodemafdamming van de toevoerbak zal de mate reguleren, waarin glas aan het inwendige van de buis boven de opening zal worden toegevoerd. In een rotatie van de buis om zijn vertikale as is voorzien door het feit, dat de huishouder een kegel-25 wielendrijfwerk bezit, dat bijvoorbeeld wordt aangedreven door een rondseldrijfwerk, zoals in het Amerikaanse octrooischrift 3.334.987 ten name van Davey et al is weergegeven. In dit octrooischrift is een bovenfreem, dat de toevoerbuis ondersteund, weergegeven, waarbij dit bovenfreem wordt ondersteund door een vertikale as of kolom 11.

30 Hoewel het niet specifiek in dit octrooi is weergegeven, is de kolom 11 normaal gesproken aan de toevoerbak gemonteerd, die een vast 8403383 ¥ "i - 2 - onderdeel is, waarvan de buitenconstructie gewoonlijk van gietijzer of gietstaal is vervaardigd. Bij dit octrooi van Davey et al wordt het freem 10 aan het boveneinde van een vertikale kolom 11 ondersteund. Het freem 10 draagt de buis 12, die daar, zich op een vrij-5 dragende wijze boven de toevoerbak uitstrekkend, is weergegeven en aan het gewicht van de buis zou wat tegengewicht worden gegeven door de constructie, die ter linker zijde in fig. 1 is weergegeven, waar het freem is weergegeven, terwijl het een motor en een tandwielkast ondersteunt. De uitvoeras is bij 47 gekoppeld om een rondsel 32 aan 10 te drijven.

Uit noodzaak zijn de buizen groter en zwaarder geworden, vooral omdat de toevoerinrichtingen nu tegelijkertijd een veelvoud aan gietstukladingen vanuit een veelvoud aan openingen, die in de bodem van de toevoerbak zijn gepositioneerd, toevoeren. De kolom 11 15 moet dus een steeds groter wordend gewicht ondersteunen. Verder heeft de plunjer, aangezien de toevoerbuis eveneens om een vertikaal heen en weer bewegende plunjer is 'gepositioneerd, de neiging, om als gevolg van de viscositeit van het glas, dat binnen de begrenzingen van de buis is aangebracht, de buis op en neer te bewegen. Zoals 20 hiervoor is gesteld, is het met de toegenomen diameter van de buizen en het dientengevolge uitstromen van grotere hoeveelheden glas uit de onderzijde van de buis, hetgeen een grotere diameter in de buis noodzakelijk maakt, moeilijker geworden om de voedingsinrichting te regelen.

25 Met het oog op het voorgaande is het een doelstelling van de onderhavige uitvinding om een montagesysteem voor een glastoevoerbuis te verschaffen, waarin de buis vertikaal verstelbaar is en nog wordt vastgehouden door een mechanisme, dat de buis zal behoeden voor elke zijdelingse of wringende beweging ten opzichte van 30 de ondersteuningen, evenals voor elke vertikale verschuiving als gevolg van het heen en weer gaan van de plunjer.

Een verdere doelstelling van deze uitvinding is om een stabiel. montagesysteem voor een roterende toevoerbuis voor gesmol 8403383 ί ί - 3 - ten glas te verschaffen, waarin de buis centraal wordt vastgehouden en met betrekkelijke precizie langs zijn vertikale as verschuifbaar is.

Nog een andere doelstelling van deze uitvinding is om 5 een roterende houder voor een buis voor de toevoer van glasklompen te verschaffen, welke een vertikale instelling van de toevoerbuis mogelijk maakt, terwijl de as van de toevoerbuis nauwkeurig op zijn plaats wordt gehouden.

Samenvatting van de uitvinding 10 Inrichting voor het ondersteunen van een glas toevoer buis, bestaande uit een horizontaal hoofdfreem, dat een ronde opening bezit, met middelen, die in deze opening zijn gemonteerd voor het ondersteunen van een vertikaal georiënteerde buis ten behoeve van een rotatie rond zijn vertikale as, een aandrijf motor, die op het 15 freem is gemonteerd, met middelen, die zich vanaf de motor uitstrekken naar de buis voor een rotatie van de buis en een paar instelbare, vertikale ondersteuningen voor het freem aan tegenover>- gestelde zijden van de ronde opening met middelen voor het als een geheel instellen van de vertikale ondersteuningen om de buis op en neer te 20 bewegen.

Korte beschrijving van de tekeningen

Fig. 1 is een bovenaanzicht van de huishouder van de uitvinding;

Fig. 2 is een dwarsdoorsnede, die in het algemeen langs 25 de lijn 2-2 van fig. 1 is genomen op een in lichte mate vergrote schaal?

Fig. 3 is een dwarsdoorsnede, die langs de lijn 3-3 van fig. 1 is genomen, op een in lichte mate vergrote schaal; en

Fig. 4 is een zijaanzicht van het onderste gedeelte 30 van het mechanisme van fig. 1, die op een iets vergrote schaal de vertikale verstelbaarheid weergeeft.

Gedetailleerde beschrijving van de tekeningen

Onder bijzondere verwijzing naar de tekeningen, wordt 8403383 - 4 -

P V

de volgende gedetailleerde beschrijving van de uitvinding gegeven.

Een in het algemeen horizontaal hoofdondersteunings-freem 10 is samengesteld uit drie secties·,' een huis 11, een onder-steuningsconsole 12, die hieraan is vastgebout, en een motormontage-5 console 13, die aan de console 12 is vastgebout. Het huis 11 bezit een ronde opening, die er centraal in is gepositioneerd of aangebracht. Naast de binnenrand van deze opening is een benedenloopvlak 14 of een kogellagersamenstel 15 aangebracht. Het bovenloopvlak van hetjkogellagersamenstel 15 ondersteunt een annulaire huishouder 16.

10 De huishouder 16 bezit in het algemeen de vorm van een annulaire ring, die een zich in binnenwaartse richting uitstrekkende, onderste buis-ondersteuningsrand en een zich in buitenwaartse richting uitstrekkend kegelwielendrijfwerk-ondersteuningsvlak bezit. De houder 16 ondersteunt een buis 17 en, zoals het best in fig. 2 is weergegeven, bezit 15 de buis 17 een uitstekende rand 18, die in feite over de houder beweegt, De houder 16 bezit een bovenoppervlak, waarop een kegel-wielendrijfwerk 19 is gemonteerd.

Tijdens de werking van de toevoerinrichting, waarbij een (niet weergegeven) plunjermet de buis 17 op en neer beweegt, heeft 20 de buis de neiging om omhoog getild te worden, wanneer de plunjer omhoog wordt bewogen als gevolg van de aanwezigheid erin van visceus glas. Om dit te voorkomen, is het kegelwielendrijfwerk 19 op drie op gelijke afstanden van elkaar gelegen punten voorzien van een draaibaar klemverbindingsorgaan 20. Elk klemverbindingsorgaan 20 is 25 aan zijn zich in binnenwaartse richting uitstrekkend uiteinde draaibaar verbonden met een neerhoudklem 21. Zoals het beste kan worden gezien in fig. 3, bezit de neerhoudklem 21 een benedenvlak, dat op de rand 18 van de buis 17 aangrijpt. De klem 21 wordt met behulp van een haakbout 22 in contact gehouden met de buisrand 18, welke haak-30 bout door een opening in het klemverbindingsorgaan 20 steekt en waarvan het benedeneinde beneden het kegelwielendrijfwerk 19 aanhaakt. Het boveneinde van de haakbout 22 is in een knop 23 geschroefd. De knop 23 is een handknop, die op de haakbout aangespannen kan 8403383 f 1 - 5 - worden, zodat deze in een richting tegen de wijzers van de klok in tegen het klemverbindingsorgaan 20 aandrukt, zoals in fig. 3 is weergegeven. Dit zal op zijn beurt de neerhoudklem 21 tegen de rand 18 van de buis 17 aandrukken endebuis tegen de huishouder 16 aanklemmen.

5 Zoals hiervoor is aangegeven, is de houder 16 verbonden met het kegelwielendrijfwerk 19. Aldus is te zien, dat de buis 17 zodanig is gemonteerd, dat hij door het aandrijven van het kegelwielendrijfwerk 19 om zijn vertikale as kan worden geroteerd. Om dit tot stand te brengen is het kegelwielendrijfwerk 19 in aangrijping met een rond- * 10 seldrijfwerk 24 aan het uiteinde van een as 25. De as 25 strekt zich uit van een drijfwerkkast 26, die op de motormontageconsole 13 is gemonteerd. De drijfwerkkast 26 is op zijn beurt aan een aandrijf-motor 27 gekoppeld.

De ondersteuningsconsole 12 draagt op zijn bovenvlak 15 een annulair, op de as aangrijpend gietstuk 28. Het gietstuk 28 is als een deel van de ondersteuningsconsole 12 gevormd en is voorzien van een opening, waarin een excentrische naafbus 9 is aangèbracht. Een holle as 29 is in een naafbus 9 gestoken en de naafbus 9 is met behulp van een klemstuk 30 en een klemmoer 31 aan het gietstuk’28 20 vastgeklemd. Een zeskantbout 32 steekt door het klemstuk 30 en is in de klemmoer 31 geschroefd. Aldus zullen bij het aandraaien van de zeskantbout 32 de klemmoer en het klemstuk naar elkaar toe gedrukt worden en hun oppervlakken zullen op een deel van de buitenomtrek van de naafbus 9 aangrijpen en daardoor de naafbus vast-25 klemmen, waarin het boveneinde van de as 29 is aangebracht.

Aan het benedeneinde van de holle as 29 bevindt zich een stelmoer 33. De as 29 strekt zich telescopisch uit in een buisvormig gedeelte 34 van een console 35. De console 35 is aan het benedeneinde voorzien van een vertikaal plaatgedeelte 36, dat is 30 vastgebout aan de zijkant van een stationair onderdeel 37, dat weggebroken is weergegeven. Het benedeneinde van het buisvormige gedeelte 34 van de console 35 is afgesloten met een dop 38. De dop 38 ondersteunt roteerbaar het benedeneinde van een vertikale stelschroef 39, 8403383

4' "V

- 6 - die door de stelmoer 33 is geschroefd. De stelschroef 39 draagt aan het benedeneinde, dat door de dop 38 heen steekt, een tandwieloverbrenging 40. De tandwieloverbrenging 40 is aan het benedeneinde van de stelschroef 39 vast^gespied door een spie 41 en wordt door 5 een moer 42 vastgehouden, die aan het benedeneinde van de as is geschroefd. De tandwieloverbrenging 40 grijpt aan op een wormwiel 43, dat aan een horizontale as 44 is vastgespied. Het voorste uiteinde van de as 44 wordt in een vertikale ondersteuningsconsole 45 ondersteund, die op zijn beurt aan een horizontale staaf 46 is gemon-10 teerd. Het uiteinde van de as 44,.dat door de console 45 steekt, draagt een universele tandwieloverbrenging-verbinding 47. De tand-wieloverbrengmg-verbinding 47 ondersteunt één uiteinde van een as 49 en is eraan gekoppeld. Een hand-aanzetslinger 48 is, zoals in de fig. 1 en 4 is weergegeven, met het linkerjuiteinde van de as 15 49 verbonden, die door het andere deel van de tandwieloverbrenging- verbinding 47 steekt. Een paar kegelwielendrijfwerken, die een deel van de tandwieloverbrenging-verbinding vormen, zijn aan de assen 44 en 49 gekoppeld. Het bedienen van de hand-aanzetslinger 48 zal zowel de as 49 als de as 44 doen roteren èn de verstelling van de holle as 20 29 ten opzichte van de console 35 beïnvloeden.

Zoals het beste is te zien in fig. 4, strekt de as 49 zich onder een iets benedenwaarts gerichte hoek uit en draagt zijn benedeneinde een tandwieloverbrenging-verbinding 50. De tandwielover-brenging-verbinding 50 is aan een over het algemeen horizontale as 25 51 gekoppeld, die eveneens naast de universele tandwieloverbrenging- verbinding 50 wordt ondersteund door een console 52, die door de horizontale, vaste staaf 46 wordt gedragen of ondersteund. De as 51 steekt, zoals in fig. 1 is te zien, door de tandwieloverbrenging- ' ~ verbinding 50 en draagt aan zijn buitenuiteinde een hand-aanzetslin-30 ger 53. De as 51 is gekoppeld aan een wormwiel 54 van een instel- mechanisme, dat gelijkvormig is aan dat, wat ter linker zijde in fig.

2 is weergegeven. Het wormwiel 54 drijft een tandwieloverbrenging 55 aan, die een stelschroef 56 roteert, die in een stelmoer 57 in het 8403383 * > - 7 - benedeneinde van een holle as 58 is geschroefd- De holle as 58 wordt geleid door een buisvormig gedeelte 59 van een console 60. De console 60 is gemonteerd aan de zijkant van het toevoerbakgedeelte 61. Het boveneinde van de as 58 draagt een askop 62. Een stelplaat 63 5 ligt over de kop 62 en is aan een zich in buitenwaartse richting uitstrekkende naaf 64 vastgebout, die als een integraal geheel met het huis 11 is gevormd. De naaf 64 ligt over en rust op een uitstekend eindgedeelte 65 van de askop 62. Aldus is te zien, dat de holle as 58, die in de askop 62 steekt, de rechter zijde van het huis 11 10 ondersteunt, terwijl de holle as 29 de ondersteuningsconsole 12 aan de tegenovergelegen zijde van de buis 17 ondersteunt. Zodoende dienen de twee holle assen 29 en 58 ter ondersteuning van het horizontale freem 1CL Verder zal de bediening van elk der aanzetslingers 48 of 53 door de werking van de universele verbindings-tandwiel-15 overbrengingen de stelassen roteren en de buisvormige assen 29 en 58 desgewenst als een eenheid omhoog brengen.

Teneinde de ingestelde hoogte van de buis ten opzichte van zijn benedenpositie met gesmolten glas in de toevoerinrichting te kunnen bepalen, is een vertikale schaalverdeling 66 aangebracht, 20 die door een arm 67 van de stationaire console 35 wordt ondersteund.

Een vertikale as 68, die in een naaf 69 is gemonteerd, die door het bovenvlak van de ondersteuningsconsole 12 wordt gedragen, dient ter ondersteuning en montage van een wijzer 70. De wijzer 70 zal in samenwerking met de schaalverdeling 66 een visuele aanduiding van de 25 relatieve hoogte van de buis 17 en de toevoerbak verschaffen. Aangezien de console 35 aan de toevoerbak is gemonteerd en de wijzer draagt, terwijl de ondersteuningsconsole 12 ten opzichte van de bak verstelbaar is, zal de wijzer 70 ten opzichte van de schaalverdeling 66 bewegen bij het instellen van het horizontale freem 10.

30 In de positie, die in fig. 2 is weergegeven, waarbij de wijzer 70 zich aan het benedeneinde van de schaal bevindt, zal het benedeneinde van de buis zich in zijn laagste positie bevinden. De buis zal de onderste toevoeropening praktisch afsluiten en 8403383 c * - 8 - er zal geen glas In het inwendige van de buis kunnen binnentreden of uit de toevoerinrichting worden afgevoerd.

De bediening van elk der aanzetslingers zal een instelling van de hoogte van de buis in de toevoerbak beïnvloeden. De 5 bedoeling van het aanwezig zijn van twee hand-aanzetslingers is het de operateur verschaffen van twee plaatsen, vanwaar af de instelling tot stand kan worden gebracht.

Men dient te begrijpen, dat de omgeving van de toevoerinrichting bijzonder heet is en dat toegangen tot de zijkanten 10 van de bak niet de meest prettige plaatsen zijn. Andere instellingen aan de toevoerbak, zoals de plunjerhoogte, de knipbladspanning en valgeleidinginstelling zijn op verschillende plaatsen rond de . bak aangebracht. Aldus maakt het tweetal instelplaatsen van de onderhavige uitvinding de instelling van de hoogte van de buis gemakkelijk 15 vanaf plaatsen naast de andere instellingen.

In het verleden, waarbij de buis aan een enkele, vertikaal instelbare kolom was gemonteerd, zou het nodig zijn geweest om het totale buisaandrijfmechanisme vanaf de enkele kolom te ondersteunen. De onderhavige uitvinding verschaft een tweetal onder-20 steuningskolommen, die zo zijn opgesteld, dat zij altijd als een eenheid worden bediend en het buisaandrijfmechanisme is verzekerd van een adequate ondersteuning, zelfs als het in omvang toeneemt als gevolg van een grotere toevoer van glas vanuit de toevoerinrichting. De mogelijkheid om de hoogte van de buis te kunnen instellen met 25 de verzekering, dat de instelling tot stand zal worden gebracht, zonder dat de oriëntatie van de buis verandert, is veelbetekenend.

Hoewel de voorgaande beschrijving van de uitvinding is gericht op de beste uitvoeringswijze, die'door de aanvrager wordt beoogt, dient het duidelijk te zijn, dat modificaties kunnen worden 30 aangebracht, zonder dat er van de gedachte en strekking van de bij-gevoegde conclusies wordt afgeweken.

8403383

Claims

1. Toevoerinrichting voor gesmolten glasklompen, waarbij een buis aan zijn boveneinde wordt ondersteund voor een rotatie om zijn vertikale as, met het kenmerk, dat de verbetering aan de buisondersteuning bestaat uit een in het algemeen horizontaal freem, 5 waarin een opening is aangebracht, een annulaire ring, die voor een rotatie in genoemde opening wordt ondersteund, waarbij genoemde ring de buis ondersteunt, een eerste vertikaal onderdeel, dat aan één zijde van de genoemde opening aan het genoemde freem is bevestigd, een tweede vertikaal onderdeel, dat aan de tegenoverliggende zijde 10 van de genoemde opening aan het genoemde freem is bevestigd, en middelen voor het om de vertikale as van de genoemde buis roteren van de genoemde ring en de eraan bevestigde buis.

2. De toevoerinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de eerste en tweede vertikale onderdelen in vertikale 15 richting instelbaar zijn om de genoemde buis-omhoogen omlaag te bewegen.

3. De toevoerinrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat deze verder bestaat uit middelen, die tussen de genoemde eerste en tweede onderdelen zijn aangebracht voor het bein- 20 vloeden van een gelijktijdige instelling in vertikale richting van genoemde onderdelen.

4. De toevoerinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de middelen voor het roteren van de genoemde ring bestaan uit een motor en een tandwielaandrijvingseenheid, die op het 25 genoemde freem zijn gemonteerd, en eenaaidrijfas, die vanaf de genoemde eenheid naar de genoemde ring loopt.

5. De toevoerinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de vertikale onderdelen bestaan uit een’ buis, een van schroefdraad voorzien onderdeel in genoemde buis, een roteer- 30 bare, van schroefdraad voorzieneas, die zich tot in het van schroefdraad voorziene onderdeel uitstrekt, middelen voor het geleiden van de genoemde buis ten behoeve van een vertikale beweging en middelen, die aan genoemde as zijn bevestigd voor het roteren van de / _ » * 8403383 9 --10- genoemde as om de vertikale beweging van de genoemde buis te bewerkstelligen.

6. Inrichting voor het ondersteunen van een glastoevoerbuis, met het kenmerk, dat deze inrichting bestaat uit een hori- 5 zontaai hoofdfreem, dat een ronde opening bezit, middelen, die in genoemde opening zijn gemonteerd ter ondersteuning van een vertikale buis voor een rotatie om zijn vertikale as, een aandrijfmotor, die op het genoemde freem is gemonteerd, middelen, die vanaf de genoemde motor naar de genoemde buis lopen ter ondersteuning van middelen 10 voor het roteren van de genoemde buis, een eerste instelbare, vertikale ondersteuning voor het genoemde freem, die aan één zijde ervan is gepositioneerd, een tweede instelbare vertikale ondersteuning, die aan een over het algemeen tegenover"gelegen zijde van het genoemde freem is gepositioneerd, en middelen voor het als een eenheid 15 instellen van genoemde ondersteuningen.

7. De ondersteuning volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de vertikale ondersteuningen in de lengterichting verstelbaar zijn om de buis omhoog en omlaag te bewegen.

8. De ondersteuning volgens conclusie 7, met het ken-20 merk, dat deze middelen omvat, die zich tussen de genoemde onderdelen uitstrekken, welke middelen dienen voor het synchroon instellen van de genoemde onderdelen.

9. De inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de vertikale ondersteuningen bestaan uit een vertikale, van 25 schroefdraad voorziene buis en as.

10. De inrichting volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de assen roteerbaar zijn gemonteerd en verder aandrijfmiddelen omvatten, die aan genoemde assen zijn bevestigd voor het als een eenheid ronddraaien van de genoemde assen. 84 0 3 3 8 3