NL8401552A - Straatklinker. - Google Patents

Description

* ί* ι ν Ρ ΗΡ/ΕΑ/1

STRAATKLINKER

De uitvinding heeft betrekking op een straatklin-kerr die bijvoorbeeld kan worden gebruikt voor het bestraten van wegen, paden en dergelijke. Deze bekende straatklinkers worden veelal vervaardigd uit beton. Bij het aanleggen van 5 een bestrating met deze straatklinkers, dient tussen aangrenzende straatklinkers een voldoende afstand aanwezig te zijn, zodat bij een zich over de straatklinker heen verplaatsende belasting, bijvoorbeeld in de vorm van een wiel van een voertuig, de straatklinker in lengte en/of dwarsrichting kan 10 zwenken. Indien een onvoldoende afstand tussen de aangrenzende straatklinkers aanwezig is, maken de straatklinkers bij de hierboven beschreven kantelbeweging langs een rand kontakt met elkaar, waardoor stukken van de straatklinker ter hoogte van de rand kunnen afsplinteren. Ofschoon door opname van 15 zand in de voegen tussen straatklinkers altijd een voldoende afstand daartussen gewaarborgd kan worden, blijkt in de praktijk, dat de straatklinkers koud of met een onvoldoende afstand aanliggen.

De uitvinding beoogt de bekende straatklinker in 20 die zin te verbeteren, dat bij bestrating voortdurend een voldoende afstand tussen de straatklinkers aanwezig blijft, ongeacht of tussen de stenen zand aanwezig is. Dit wordt o-vereenkomstig de uitvinding bereikt, doordat de straatklinkers gekenmerkt worden door op zijwanden van de klinker aan-25 gebrachte, dwars op een zichtvlak van de straatklinker staande afstandnokken. Zodoende wordt met behulp van deze afstandnokken een voldoende afstand tussen de straatklinkers gewaarborgd .

Teneinde een uniforme afstand tussen de straatklin-30 kers te verkrijgen, en te voorkomen dat afstandnokken van aan elkaar grenzende stenen tegen elkaar aanliggen, verdient het voorkeur dat de afstandnokken zodanig op de zijwanden zijn aangebracht, dat bij een bestrating met een halfsteens- of elleboogverband de afstandnokken slechts aanliggen tegen een 35 zijwand van een soortgelijke, aangrenzende straatklinker. Bij een straatklinker met een in hoofdzaak vierkant zichtvlak 8401552 irt A, - 2 - wordt dit bereikt, indien de afstandnokken op eenzelfde afstand ^ van een middelloodvlak van een zichtvlak, in eenzelfde richting ervan af verplaatst, op de zijwanden zijn aangebracht. Bij een straatklinker met een in hoofdzaak rechthoe-5 kig zichtvlak kan dit worden verkregen, indien de korte en lange zijwanden zijn voorzien van één afstandnok, resp. twee afstandnokken, en dat de afstandnokken van de korte zijwanden en resp. de afstandnokken van de lange zijwanden elk op eenzelfde afstand d. van een middelloodvlak van het rechthoekige 10 zichtvlak, resp. van een middelloodvlak van een halfvlak van het zichtvlak in eenzelfde richting ervan af verplaatst op de zijwanden zijn aangebracht.

Bij het gebruik van langwerpige of vierkante straatklinkers, is het mogelijk, dat het verband, waarin de 15 straatklinkers zijn gelegd, niet volledig aansluit bij bijvoorbeeld een stoeprand. In dat geval gebruikt een stratenmaker een halve klinker, of een deel van de klinker, die bijvoorbeeld rechtop wordt geplaatst. Indien de som S van de afstand d en de breedte b van de afstandnokken zodanig is 20 gekozen, dat de hoogte h van de straatklinker ten minste gelijk is aan tweemaal de som S, verkrijgt men een straatklinker, waarvan elke afmeting (lengte, breedte en hoogte) toegepast kan worden in het verband, zonder dat een conflict tussen afstandnokken van aan elkaar grenzende straatklinkers 25 optreedt. In een voorkeursuitvoeringsvorm van de straatklinker overeenkomstig de uitvinding is de afstand <3 ongeveer gelijk aan 20 mm, de breedte b ongeveer gelijk aan 10 mm, en de hoogte h ongeveer gelijk aan 65 mm.

Indien een straatklinker wordt gebruikt met twee 30 zichtvlakken, verdient het voorkeur, dat de afstandnokken zijn opgebouwd uit twee separate deelnokken, Zodoende wordt bereikt, dat bij gebruik van willekeurig welk zichtvlak nooit een conflict tussen de afstandnokken van aangrenzende straatklinkers optreedt.

35 De straatklinkers verkrijgen een zo groot mogelijke vrijheid.voor het uitvoeren van de voornoemde kantelbeweging, indien de dikte a van de afstandnokken of deelnokken in de richting naar een zichtvlak toe afneemt.

8401511 3i ί* - 3 -

Genoemde en andere kenmerken zullen aan de hand van een aantal niet limitatieve, bij wijze van voorbeeld gegeven uitvoeringsvoorbeelden van de straatklinker overeenkomstig de uitvinding worden verduidelijkt, onder verwijzing haar de 5 bijgevoegde tekening, waarin: fig. 1, 3, 4 en 8 elk een perspektivisch aanzicht van een straatklinker overeenkomstig de uitvinding tonen; fig. 2 in zijaanzicht de kantelbeweging toont van straatklinkers overeenkomstig de uitvinding, bijvoorbeeld 10 onder invloed van een voertuigwiel; fig. 5, 6 en 7 een bovenaanzicht van een deelbe-strating met straatklinkers overeenkomstig de uitvinding tonen? en .fig. 9 en 10 twee aangrenzende straatklinkers tonen 15 volgens fig. 8, die zijn voorzien van twee zichtvlakken.

Fig. 1 toont een perspektivisch aanzicht van een straatklinker 1 die overeenkomstig de uitvinding is voorzien van op de zijwanden 6 en 7 aangebrachte, dwars op een zicht-vlak 8 staande afstandnokken 9 en 10. Hierbij is de lange 20 zijwand 6 voorzien van twee afstandnokken 9, en de korte zijwand 7 voorzien van één afstandnok 10. Zoals in fig. 6 duidelijk is aangegeven, is de afstandnok 10 op de korte zijwand 7 op een afstand d van een middelloodvlak 11 aangebracht, en zijn de afstandnokken 9a en 9b elk op eenzelfde afstand £ van 25 een middelloodvlak 12a resp. 12b van een halfvlak 13a resp.

13b van het zichtvlak 8 aangebracht, waarbij de afstanden c[ alle in eenzelfde richting vanaf de middelloodvlakkên 11, 12a en 12b verplaatst zijn aangebracht (in bovenaanzicht) in een richting die overeenkomt met de richting van de wijzers van 30 de klok.

.Op soortgelijke wijze zijn de afstandnokken 53 en 54 van de straatklinker 5 met een in hoofdzaak rechthoekig zichtvlak 15 op de desbetreffende zijwanden aangebracht.

Zoals fig. 2 meer in detail toont, is tussen de op 35 een zandbed 16 gelegen straatklinkers 2 voortdurend een voeg 17 aanwezig, zodat bij een belasting met behulp van een voertuigwiel 18 de straatklinkers 2 naar en van elkaar af kunnen kantelen zonder dat randen 19 en 20 met elkaar in kontakt 8401552 - 4 - komen en als gevolg daarvan stukken van de straatklinkers 2 afsplinteren.

Fig. 3 toont meer in detail de straatklinker 2 o-vereenkomstig de uitvinding, waarbij de dikte a van de af-5 standnokken in de richting van de pijl 23 naar een zichtvlak 24 toe afneemt. Daardoor verkrijgt de straatklinker 2 onder behoud van de minimale afstand a tussen aangrenzende straatklinkers 2 een grotere bewegingsvrijheid ter hoogte van het zichtvlak 24 voor het uitvoeren van de kantelbeweging onder 10 invloed van een zich over de straatklinker 2 heen verplaatsende belasting.

Fig. 4 toont een straatklinker 3 overeenkomstig de uitvinding, waarbij de afstandnokken 25 en 26 een convexe vorm hebben, zodat de afstand a zowel naar het zichtvlak 27 15 als naar het ondervlak 28 toe afneemt. Zodoende verkrijgt de steen een maximale bewegingsvrijheid voor het uitvoeren van de kantelbeweging, waarbij het draaipunt van de kantelbeweging ongeveer op de helft van de hoogte van de steen komt te liggen.

20 De figuren 5 en 7, en 6 tonen respektievelijk een halfsteens- en elleboogverband gelegd met straatklinkers o-vereenkomstig de uitvinding. Bij fig. 5 worden straatklinkers 29 gebruikt, die slechts aan de lange zijwanden 30 zijn voorzien van afstandnokken 31. Voor het verkrijgen van dit half-25 steense verband wordt ter hoogte van een stoeprand 32 gebruik gemaakt van uit straatklinkers 29 verkregen halve straatklinkers 33.

Ook bij het elleboogverband, zoals getoond in fig. 6, is gebruik gemaakt van halve stenen.

30 Bij het halfsteense verband, zoals weergegeven in fig. 7, is geen gebruik gemaakt van een halve steen verkregen uit de straatklinker 2, maar wordt hierbij gebruik gemaakt van een straatklinker 2 of een deel daarvan, waarbij een korte zijwand 34 gebruikt wordt als zichtvlak.

35 Teneinde bij een halfsteens- of elleboogverband van een straatklinker overeenkomstig de uitvinding elke afmeting daarvan te kunnen gebruiken, is de som S van de afstand d en de breedte b van de afstandnokken zodanig gekozen, dat de 84 0 1 5 5 2 O»· v..

- 5 - hoogte h van de straatklinker 2 ten minste gelijk is aan tweemaal de som S. Bij de straatklinker 2, zoals getoond in de figuren 2 en 7, is de afstand d gelijk aan 20 mm, de breedte ]d aan T0 mm, en de hoogte h aan 65 mm.

5 Fig. 8 toont de straatklinker 4 overeenkomstig de uitvinding, die in tegenstelling tot de voorgaande straatklinkers overeenkomstig de uitvinding voorzien is van twee zichtvlakken. Teneinde het gebruik van de beide zichtvlakken 35 en 36 mogelijk te maken, terwijl wordt vermeden dat de 10 afstandnokken van de aangrenzende straatklinkers niet met elkaar in conflict komen, zijn de afstandnokken bij de straatklinker 4 opgebouwd uit twee separate deelnokken 37, 38 en 39, 40 en 41, 42, die elk zich slechts over ten hoogste de helft van de hoogte van de straatklinker 4 uitstrekken.

15 De paren deelnokken zijn op soortgelijke wijze als de nokken 9 en 10 aan de zijvlakken aangebracht. Hierbij is de som van de breedten van een paar deelnokken ofwel gelijk aan de breedte b van een afstandnok, dan wel zijn de deelnokken zodanig georiënteerd, dat de hoogte h wederom ten minste 20 gelijk is aan tweemaal de som S. Deze som S is in dit geval opgebouwd uit de afstand £ en de breedte van de beide deelnokken.

Zoals een vergelijking van de figuren 9 en 10 leert, kunnen de beide zichtvlakken 35 en 36 als bestratings-25 vlak gebruikt worden, omdat de deelnokken van aangrenzende straatklinkers 4 niet met elkaar in conflict komen. Bij fig.

9 is van de achterliggende steen het zichtvlak 35 naar boven gericht, terwijl bij fig. 10 van deze achterliggende steen in een omgekeerde positie het zichtvlak 36 naar boven is ge-30 richt.

i m 8401552

Claims (8)

1. Straatklinker, gekenmerkt door op zijwanden van de klinker aangebrachte, dwars op een zichtvlak van de straatklinker staande afstandnokken.

2. Straatklinker volgens conclusie 1, met het 5 kenmerk, dat de afstandnokken zodanig op de zijwanden zijn aangebracht, dat bij een bestrating met een halfsteens-of elleboogverband de afstandnokken slechts aanliggen tegen een zijwand van een soortgelijke, aangrenzende straatklinker.

3. Straatklinker volgens conclusie 2, met het 10 kenmerk, dat de straatklinker een in hoofdzaak vierkant zichtvlak heeft en de afstandnokken op eenzelfde afstand ci van een middelloodvlak van een zichtvlak, in eenzelfde richting ervan af verplaatst, op de zijwanden zijn aangebracht.

4. Straatklinker volgens conclusie 2, met het 15 kenmerk, dat de straatklinker een in hoofdzaak rechthoekig zichtvlak heeft, de korte en lange zijwanden zijn voorzien van één afstandnok, resp. twee afstandnokken, en dat de afstandnokken van de korte zijwanden en resp. de afstandnokken van de lange zijwanden elk op eenzelfde afstand d van 20 een middelloodvlak van het rechthoekige zichtvlak, resp. van een middelloodvlak van een halfvlak van het zichtvlak in eenzelfde richting ervan af verplaatst op de zijwanden zijn aangebracht.

5. Straatklinker volgens conclusie 4, met het 25 kenmerk, dat de som S van de afstand (3 en de breedte b van de afstandnokken zodanig is gekozen, dat de hoogte h van de straatklinker ten minste gelijk is aan tweemaal de som S,

6. Straatklinker volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de afstand d ongeveer gelijk is aan 20 mm, 30 de breedte b ongeveer gelijk is aan 10 mm, en de hoogte h ongeveer gelijk is aan 65 mm.

7. Straatklinker volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de straatklinker twee zichtvlakken heeft, en de afstandnokken zijn opgebouwd uit 35 twee separate deelnokken.

8. Straatklinker volgens één van de voorgaande con- 8401552 - 7 < clusies, met het kenmerk, dat de dikte a_ van de af-standnokken of deelnokken in de richting naar een zichtvlak toe afneemt. 8401552