NL8302210A - Inrichting voor het ontstapelen of stapelen van gevulde eierdraagplaten. - Google Patents

Inrichting voor het ontstapelen of stapelen van gevulde eierdraagplaten. Download PDF

Info

Publication number
NL8302210A
NL8302210A NL8302210A NL8302210A NL8302210A NL 8302210 A NL8302210 A NL 8302210A NL 8302210 A NL8302210 A NL 8302210A NL 8302210 A NL8302210 A NL 8302210A NL 8302210 A NL8302210 A NL 8302210A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
conveyor
carrying
plate
stack
egg
Prior art date
Application number
NL8302210A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Meyn Pieter
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Meyn Pieter filed Critical Meyn Pieter
Priority to NL8302210A priority Critical patent/NL8302210A/nl
Publication of NL8302210A publication Critical patent/NL8302210A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65BMACHINES, APPARATUS OR DEVICES FOR, OR METHODS OF, PACKAGING ARTICLES OR MATERIALS; UNPACKING
    • B65B23/00Packaging fragile or shock-sensitive articles other than bottles; Unpacking eggs
    • B65B23/02Packaging or unpacking eggs
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65GTRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
    • B65G59/00De-stacking of articles
    • B65G59/02De-stacking from the top of the stack
    • B65G59/026De-stacking from the top of the stack with a stepwise upward movement of the stack

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Intermediate Stations On Conveyors (AREA)

Description

' N/31.549-St/id
Inrichting voor het ontstapelen of stapelen van gevulde eierdraagplaten.
De uitvinding betreft een inrichting voor het ontstapelen of stapelen van gevulde eierdraagplaten, met een eerste transporteur voor het toevoeren resp. afvoeren van de platenstapels, een tweede transporteur voor het 5 afvoeren resp. toevoeren van afzonderlijke eierdraagplaten, een aan de eerste transporteur toegevoegde heftafel voor het ondersteunen van de aangevoerde resp. de af te voeren platenstapels, welke heftafel vanuit een laagste stand op het niveau van de eerste transporteur in stappen correspon-10 derend met de hoogte van de platen verticaal omhoog beweegt naar een hoogste stand, of omgekeerd, en een overbrengme-chanisme voor het één voor één overbrengen van de eierdraagplaten vanaf een stapel op de heftafel naar de tweede transporteur, of omgekeerd, telkens na een verticale stap van de 15 heftafel, alsmede aandrijfmiddelen voor het in het juiste relatieve ritme stapsgewijs aandrijven van de voorgenoemde bewegende elementen.
Een dergelijke inrichting kan een onderdeel vormen van een eiersorteermachine, waaraan de ongesorteerde 20 eieren in gestapelde eierdraagplaten van een bepaald aantal worden aangevoerd en veelal na de sortering weer in gestapelde eierdraagplaten worden afgevoerd. De conventionele eierdraagplaten bevatten in het algemeen vijf rijen van elk zes eieren, waarbij voor een stabiele stapeling op elkaar 25 volgende draagplaten van de stapel telkens over een kwartslag ten opzichte van elkaar verdraaid zijn. Dit houdt in, dat bij het ontstapelen de platen afwisselend over een kwartslag moeten worden gedraaid, om te bereiken, dat zij achter elkaar in dezelfde stand op de tweede transporteur 30 terecht komen. Ook bij gebruik van de inrichting voor het vormen van stapels van de achtereenvolgens aangevoerde eierdraagplaten moeten deze platen afwisselend over een kwartslag worden gedraaid.
Inrichtingen als boven bedoeld zijn in ver-35 schillende uitvoeringen bekend. Volgens zulk een bekende uitvoering bestaat de eerste transporteur uit twee de onderste draagplaat van een stapel langs zijn zijranddelen onder- 8302210 • . Ji. - 2 - steunende zijbanden, die geen onderlinge dwarsverbindingen hebben, waarbij de heftafel in de vrije ruimte tussen deze zijbanden is opgesteld, zodat een aangevoerde stapel rechtstreeks boven de heftafel kan worden gebracht als deze in 5 de laagste stand staat. Deze uitvoering heeft het bezwaar, dat de door de transporteur alleen aan de randen ondersteun-, de stapels kunnen doorzakken en dat de ruimte tussen de zijbanden te klein is om een heftafel met een draagvlak van voldoende grootte voor een stabiele ondersteuning van de 10 stapel aan te brengen.. Ter ondervanging van dit bezwaar is volgens een andere bekende uitvoering een heftafel met een draagvlak van voldoende grootte naast een gesloten uitgevoerde eerste transporteur opgesteld, waarbij een mechanisme aanwezig is om telkens een aangevoerde stapel vanaf de 15 transporteur op de heftafel te schuiven. Zulk'een verschuiving kan echter eveneens gemakkelijk tot storingen leiden als de stapel door beschadigingen of afwijkingen van de eierdraagplaten onvoldoende stabiel is. Bij beide bekende uitvoeringen is voorts het draagvlak van de heftafel draai-20 baar uitgevoerd om de genoemde verdraaiingen over een kwartslag tot stand te brengen. Dit heeft het bezwaar dat telkens een gehele, niet zeer stabiele stapel eierdraagplaten een draaibeweging moet worden gegeven.
De uitvinding beoogt een inrichting van de 25 in de aanhef genoemde soort te verschaffen, die de besproken nadelen van de bekende inrichtingen ondervangt.
De inrichting volgens de uitvinding heeft daartoe het kenmerk, dat de heftafel in het verlengde van de eerste transporteur is opgesteld en tenminste twee over 30 deze transporteur heen stekende draagstangen heeft, die in twee langsgroeven aan de onderzijde van de onderste draagplaat van een platenstapel kunnen grijpen voor de ondersteuning daarvan, waarbij in de laagste stand van de heftafel de draagstangen onder het draagvlak van deze trans-35 porteur liggen, zodanig, dat een aangevoerde of af te voeren platenstapel vrij over de zich onder de genoemde langsgroeven uitstrekkende draagstangen kan bewegen.
Aldus worden de platenstapels op een buiten de transporteur opgestelde heftafel overgebracht zonder dat 40 een afzonderlijk schuifmechanisme nodig is, waarbij deze 8302210 *' » transporteur gesloten kan worden uitgevoerd en dus een goede ondersteuning aan de daarop geplaatste platenstapels kan bieden. Door de draagstangen een voldoende lengte te geven kunnen zij bij het heffen de stapels over de gehele lengte 5 daarvan stabiel ondersteunen.
Bij toepassing van een eerste transporteur met twee op afstand van elkaar liggende zijbanden of -kettingen voor de ondersteuning van de onderste plaat van een platenstapel zijn bij voorkeur volgens de uitvinding deze 10 zijbanden of -kettingen op regelmatige afstanden door de onderste plaat van een stapel ondersteunende en in een dwars-groef daarvan grijpende dwarse meeneemstangen verbonden, die in hun bovenzijde van de uitsparingen zijn voorzien voor de vrije doorgang van de draagstangen van de heftafel in de 15 laagste stand daarvan.
Door de excentrische ligging van de draagstangen ten opzichte van het deze stangen ondersteunende gestel van de heftafel is het niet mogelijk om een op de stangen rustende platenstapel om zijn verticale as over een 20 kwartslag te draaien, hetgeen bovendien als boven besproken ongewenst is. Volgens een bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm van de uitvinding zijn daarom de middelen voor het afwisselend verdraaien van de eierdraagplaten in het over-brengmechanisme opgenomen, zodanig, dat elke betrokken eier-25 draagplaat tijdens zijn verplaatsing tussen de platenstapel en de tweede transporteur tevens wordt verdraaid. De verdraaiing vindt aldus voor elke betrokken eierdraagplaat individueel plaats zonder dat dit tot enig tijdverlies leidt.
In de tekening is een uitvoeringsvoorbeeld 30 van de inrichting volgens de uitvinding afgebeeld bij de bespreking waarvan nog andere bij voorkeur toegepaste maatregelen naar voren zullen komen.
Fig. 1 is een zijaanzicht van de inrichting?
Fig. 2 is een bovenaanzicht van de inrich-35 ting van Pig. 1;
Fig. 3 is op grotere schaal een bovenaanzicht van de heftafel;
Fig. 4 is een zijaanzicht van de kop van de heftafel; en 40 Fig. 5 is op grotere schaal een doorsnede 8302210 « » - 4 - • volgens de lijn V-V ven Pig. 1.
De afgebeelde inrichting zal hieronder worden beschreven bij toepassing daarvan als ontstapelinrichting, maar uit het onderstaande zal duidelijk zijn, dat de inrich-5 ting bij werking in omgekeerde richting in beginsel ook voor het stapelen van gevulde eierdraagplaten kan worden gebruikt.
De inrichting heeft een slechts gedeeltelijk weergegeven gestel 1, waarop een slechts ten dele zichtbare 10 toevoertransporteur is ondersteund, die twee over een omkeer-rol 2 lopende zijbanden 3 heeft, welke door op regelmatige afstanden van elkaar geplaatste dwarse stangvormige meenemers 4 zijn verbonden. Op de aanvoertransporteur worden de te verwerken stapels van met eieren gevulde eierdraagplaten 5 ge-15 plaatst, waarbij elke stapel uit bijvoorbeeld zes platen bestaat. De eierdraagplaten 5 zijn van conventionele uitvoering en kunnen elk vijf rijen van telkens zes eieren bevatten, waarbij de platen op bekende wijze afwisselend over een kwartslag ten opzichte van een daaronder liggende plaat 20 zijn verdraaid, teneinde een passende en stabiele stapeling te verkrijgen. Tussen de omlaag stekende uitstulpingen van de onderste draagplaat van de stapel lopen open dwarsgroeven en langsgroeven, die voor de ondersteuning en positionering van de stapel kunnen worden gebruikt. In de tekening is te 25 zien, dat elke stapeling telkens door twee meenemers 4 wordt ondersteund en deze meenemers zo zijn geprofileerd dat zij met omhoog stekende flensdelen 41 in twee dwarsgroeven van de onderste draagplaat grijpen en daardoor de stapel in de langsrichting van de transporteur nauwkeurig positioneren.
30 In de dwarsrichting wordt de stapel door geleidingswanden 40 (Fig. 5) in de juiste stand gehouden. De transporteur 3, 4 wordt door niet getekende aandrijfmiddelen stapsgewijs aangedreven .
Achter de omkeerrol 2 is in het verlengde van 35 de transporteur 3, 4 een heftafel opgesteld, die wordt gevormd door twee evenwijdige, zich boven.de transporteur in de langsrichting daarvan uitstrekkende draagstangen 6, welke op nog te beschrijven wijze aan een kop 7 zijn bevestigd. De kop 7 is op het boveneinde van een verticale as 9 gemonteerd, 40 die verticaal verschuifbaar maar ondraaibaar in een door het 8302210 - 5 - .
gestel 1 gedragen geleiding 9 is ondersteund. De verticale beweging van de heftafel wordt bestuurd door een hefboom 10, die aan ëën einde scharnierend om een as 16 aan het gestel 1 is opgehangen en aan zijn andere, vorkvormig uitgevoerde 5 einde met twee rollen 11 in een aan het ondereinde van de as 8 gevormde ringgroef 12 loopt. Aan de hefboom 10 is voorts een nokrol 13 bevestigd, die op een nokschijf 14 rust, welke op een in het gestel 1 ondersteunde as 15 draaibaar is ondersteund. De nokschijf wordt op nog te beschrijven wijze door 10 niet-getekende aandrijfmiddelen stapsgewijs in de pijlrich-ting van Fig. 1 verdraaid, waardoor als gevolg van de in Fig. 1 zichtbare vorm van de nokschijf 14 de arm 10 vanuit de getekende laagste stand in een vast aantal stappen naar een gestippeld aangeduide hoogste stand wordt verzwenkt en 15 dan weer naar de laagste stand terugkeert, welke stapsgewijze beweging op de draagstangen 6 van de heftafel wordt overge-bracht.
De beide draagstangen 6 zijn axiaal verschuifbaar ondersteund in twee bussen 19, die in boringen van een 20 draagblok 18 door borgschroeven 27 zijn vastgezet. De hart-afstand van deze bussen en dus van de draagstangen 6 correspondeert met de hartafstand tussen twee langsgroeven in de onderzijde van de onderste eierdraagplaat 5 van een aangevoerde platenstapel. De kop 7 draagt in een omhoogstekend 25 busdeel een horizontale scharnieras 17, waarop het draagblok 18 op de in de Fig. 3 en 4 aangegeven wijze draaibaar is ondersteund, zodanig, dat de draagstangen 6 vanuit de horizontale werkstand omhoog kunnen zwenken, zoals in Fig. 4 gestippeld is aangeduid. Op de achterzijde van de leibussen 30 20 sluiten pijpen 21 aan, die aan de achterzijde door een sluitplaatje 25 zijn afgesloten. Aan het achtereinde van elke stang 6 is door middel van een bout 24 een verdikte cilindrische prop 22 bevestigd, die in de betrokken pijp 21 verschuifbaar is en door een in de pijp tussen het sluit-35 plaatje 25 en de prop 22 ondergebrachte veer 23 tegen de als aanslag werkende achterzijde van de bus 20 wordt gedrukt. De draagstangen 6 kunnen aldus tegen de werking van de veren 23 in achterwaarts worden geschoven.
Evenwijdig aan en op afstand van de toevoer-40 transporteur 3, 4 is een op conventionele wijze als een lo- 8302210 \ - 6 - pende band uitgevoerde afvoertransporteur 26 opgesteld, die dient voor de afvoer van de afzonderlijke ontstapelde draagplaten 5, die van de door de toevoertransporteur aangevoerde platenstapels zijn afgenomen. De afvoertransporteur 26 heeft 5 op regelmatige afstanden geplaatste opstaande dwarse mee-nemers 26', die in een dwarsgroef aan de onderzijde van een op de transporteur geplaatste eierdraagplaat 5 kunnen grijpen en aldus elk een plaat in een vaste stand kunnen aangrijpen en meevoeren. Tussen de beide transporteurs 3, 4 en 10 26 is een in Fig. 2 als geheel door 41 aangeduid overbreng- mechanisme opgesteld, bestaande uit een vaste verticale as 28, die aan zijn boveneinde een zich naar twee zijden uitstrekkende horizontale arm 29 draaibaar ondersteunt. Aan het ene einde van de arm 29 is een rechthoekige zuigdoos 30 ' 15 (waarvan in Fig. 2 duidelijkheidshalve alleen de omtreks-lijnen zijn aangegeven) vast bevestigd, welke zuigdoos 30 van conventionele uitvoering is en aan zijn onderzijde omlaag gerichte zuignappen 31 heeft, welke overeenkomstig de rangschikking van de eieren in een eierdraagplaat 5 zijn ge-20 plaatst, zodanig, dat zij gelijktijdig alle eieren in een plaat kunnen vastzuigen. Aan tegenover elkaar liggende zijden van de zuigdoos 30 zijn voorts twee grijpers 32 scharnierend aangebracht, die op de in Fig. l getekende wijze onder een eierdraagplaat kunnen grijpen en die op niet getekende wijze 25 pneumatisch kunnen worden bediend.
Aan het andere einde van de arm 29 is een tweede zuigdoos 33 aangebracht, die dezelfde uitvoering heeft als de zuigdoos 30 maar draaibaar aan de arm 29 is opgehangen. Op de zuigdoos 30 is een kettingwiel 34 aangebracht, 30 dat via een ketting 36 met een vast op de stilstaande as 28 aangebracht kleiner kettingwiel 35 is gekoppeld. De arm 29 kan door niet getekende middelen zowel stapsgewijs telkens over 180° worden gedraaid (pijlrichting 37 van Fig. 2) als verticaal op en neer worden bewogen, (pijl 38 van Fig. 1) 35 tussen een laagste stand, afgebeeld in Fig. 1, waarin de bovenste draagplaat van een stapel en de daarin liggende eieren kunnen worden gegrepen, en een hoogste stand, waarin de gegrepen draagplaat zover is opgelicht dat deze van de daaronder liggende draagplaat van de stapel geheel vrij ligt. 40 De vast aan de arm 29 bevestigde zuigdoos 30 8302210 - 7 - \ .
is zo geplaatst, dat deze de eieren van een draagplaat kan aangrijpen, waarvan de rijen van zes eieren in de langsrich-ting van de transporteur 3, 4 zijn gericht, hetgeen geldt voorde eerste, derde en vijfde draagplaat van bovenaf ge-5 teld van elke aangevoerde stapel, welke door de zuigdoos 30 aangegrepen draagplaten derhalve in dezelfde stand op de transporteur 26 worden geplaatst. De kettingoverbrenging 34, 35, 36 van de draaibaar aan de arm 29 opgehangen zuigdoos 33 is zo gekozen, dat deze zuigdoos bij verdraaiing van 10 de arm over 180° telkens over een kwartslag wordt verdraaid, zodanig, dat deze zuigdoos in zijn stand boven de transporteur 3, 4 de eieren van de tweede, vierde en zesde draagplaat van elke stapel, waarvan de rijen in dwarsrichting lopen, kan aangrijpen en bij de overbrenging van de gegrepen 15 draagplaat naar de transporteur 26 deze draagplaat over een kwartslag draait en in dezelfde stand aan de transporteur 26 afgeeft als de zuigdoos 30. Uiteraard is daarbij de transporteur 26 hoger geplaatst dan de transporteur 3, 4 om dit afzetten mogelijk te maken.
20 De werking van de beschreven inrichting is alsvolgtr
Op de transporteur 3 en 4 worden stapsgewijs daarop geplaatste stapels van volle eierdraagplaten 5 toegevoerd. De heftafel 6 staat in zijn laagste stand (Fig. 1 25 en 5), zodat de draagstangen 6 van de hefstapel in uitsparingen 42 in de flensdelen 4' van de meenemers 4 vallen en een aangevoerde stapel over deze stangen wordt geschoven, die daarbij in de buitenste langsgroeven van de onderste draagplaat 5 worden gestoken. De transporteur 3, 4 komt 30 nu tot stilstand, waarna de heftafel door de nokschijf 14 over een kleine afstand wordt opgelichtf zodat de bovenste draagplaat van de stapel op een vaste afneemhoogte komt te liggen. De in zijn hoogste stand staande arm 29 beweegt nu naar omlaag naar zijn onderste stand, waarin de zuigdoos 30 35 de eieren van de bovenste draagplaat van de stapel met de zuignappen 31 vastzuigt, terwijl de grijpers 32 onder deze draagplaat worden gesloten. De arm 29 beweegt dan weer omhoog, draait over 180° om de as 28 en zakt weer naar zijn laagste stand, waarin de zuigdoos 30 de gevulde eierdraag-40 plaat op de afvoertransporteur 26 neerzet. Tijdens deze ver- 8302210 0 - 8 - draaiing van de arm over 180° is de zuigdoos 33 over 90° (pijlrichting 39 van Fig. 2) ten opzichte van de arm 29 gedraaid en staat nu in de goede stand boven de volgende eier-draagplaat 5 van de stapel op de transporteur 3/ 4. Tijdens 5 deze verdraaiing van de arm 29 wordt ook de nokschijf 14 naar de volgende positie verdraaid, waardoor de draagstangen 6 van de heftafel zover omhoog worden bewogen, dat nu de volgende eierdraagplaat 5 van de stapel op de genoemde af-neemhoogte komt te liggen, waarna de beschreven cyclus wordt 10 herhaald.
Nadat de laatste draagplaat van de stapel op de afvoertransporteur 26 is geplaatst, wordt de heftafel weer naar de onderste stand terugbewogen, waarna door een stapsgewijze verplaatsing van de transporteur 3, 4 een vol-15 gende stapel eierdraagplaten op de draagstangen 6 wordt geschoven.
Indien om de een of andere reden de draagstangen 6 bij de neerwaartse beweging van de heftafel tegen een op de transporteur 3, 4 liggend voorwerp, zoals bijvoor-20 beeld een verkeerd geplaatste volgende stapel, zouden stoten, zullen de draagstangen om de as 17 omhoog zwenken zonder schade te kunnen aanrichten. Als voorts in de laagste stand van de heftafel bij de aanvoer van een volgende platenstapel deze door een verkeerde plaatsing op de transporteur 3, 4 25 tegen de draagstangen 6 zou stoten, kunnen deze stangen over enige afstand tegen de werking van de veren 23 in worden weggedrukt. Beide uitwijkbewegingenvan de draagstangen kunnen door aan de heftafel toe te voegen signaleringsmiddelen (niet getekend) worden waargenomen, die dan een signaal af-30 geven voor het stilzetten van de aandrijfmiddelen. Aldus wordt bereikt, dat bij het optreden van bepaalde storingen de schade sterk wordt beperkt.
Het zal duidelijk zijn dat de verschillende onderdelen van de inrichting in het juiste relatieve ritme 35 moeten worden aangedreven, hetgeen met bekende middelen gemakkelijk kan worden bereikt. Door voorts deze onderdelen omgekeerd te laten werken is de beschreven inrichting tevens te gebruiken als een stapelinrichting, die op de transporteur 26 aangevoerde afzonderlijke eierdraagplaten omzet in 40 door de transporteur 3, 4 afgevoerde regelmatige stapels van 8302210 - 9 - ' zulke draagplaten, hetgeen geen nadere toelichting zal behoeven. De nokschijf 14 moet daarbij worden vervangen om het oplichten van de arm 10 van de laagste naar de hoogste stand mogelijk te maken.
8302210

Claims (7)

1. Inrichting voor het ontstapelen of stapelen van gevulde eierdraagplaten, met een eerste transporteur voor het toevoeren resp. afvoeren van de platenstapels, een tweede transporteur voor het afvoeren resp. toevoeren van 5 afzonderlijke eierdraagplaten, een aan de eerste transporteur toegevoegde heftafel voor het ondersteunen van de aangevoerde resp. de af te voeren platenstapels, welke heftafel vanuit een laagste stand op het niveau van de eerste transporteur in stappen corresponderend met de hoogte van de pla-10 ten verticaal omhoog beweegt naar een hoogste stand, of omgekeerd, en een overbrengmechanisme voor het één voor één overbrengen van de eierdraagplaten vanaf een stapel op de heftafel naar de tweede transporteur, of omgekeerd, telkens na een verticale stap van de heftafel, alsmede aandrijfmid-15 delen voor het in het juiste relatieve ritme stapsgewijs aandrijven van de voorgenoemde bewegende elementen, met het kenmerk, dat de heftafel (8,6) in het verlengde van de eerste transporteur (3,4) is opgesteld en tenminste twee over deze transporteur heenstekende draagstangen (6) 20 heeft, die in twee langsgroeven aan de onderzijde van de onderste plaat (5) van een platenstapel kunnen grijpen voor de ondersteuning daarvan, waarbij in de laagste stand van de heftafel de draagstangen onder het draagvlak van deze transporteur liggen, zodanig, dat een aangevoerde of af te voeren 25 platenstapel vrij over de zich onder de genoemde langsgroeven uitstrekkende draagstangen kan bewegen.
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de eerste transporteur twee op afstand van elkaar liggende zij-banden of -kettingen heeft, met het kenmerk, 30 dat de zijbanden of -kettingen (3) op regelmatige afstanden door de onderste plaat van een stapel ondersteunende en in een dwarsgroef daarvan grijpende dwarse stangvormige meene-mers (4) zijn verbonden, die in hun bovenzijde van uitsparingen (42) zijn voorzien voor de vrije doorgang van de draag-35 stangen (6) van de heftafel in de laagste stand daarvan.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, m e t het kenmerk, dat de draagstangen (6) opklapbaar aan 8302 2 1 0 " - 11 - « het gestel (7,8) van de draagstapel vastzitten.
4. Inrichting volgens conclusie 1, 2 of 3, met het kenmerk, dat de draagstangen (6) in hun langsrichting verschuifbaar zijn ondersteund en door veren 5 in de uitgestoken werkstand worden gehouden.
5. Inrichting volgens conclusie 3 of 4, gekenmerkt door aan de draagstangen (6) toegevoegde signaleringsmiddelen, die bij het opklappen resp. terugschuiven van de draagstangen een signaal afgeven voor het 10 stilzetten van de aandrijfmiddelen van de inrichting.
6. Inrichting volgens êën der voorafgaande conclusies, voorts voorzien van middelen voor het afwisselend over een kwartslag verdraaien van de opeenvolgende naar de tweede transporteur over te brengen of daarvan af- 15 genomen eierdraagplaten, met het kenmerk, dat de verdraaiingsmiddelen (34,35,36) in het overbrengmecha-nisme (41) zijn opgenomen, zodanig, dat elke betrokken eier-draagplaat (5) tijdens zijn verplaatsing tussen de platenstapel en de tweede transporteur (26) tevens wordt verdraaid. 20
7. Inrichting volgens conclusie 6, m e t het kenmerk, dat het overbrengmechanisme is voorzien van een tussen de beide transporteurs (3,4 en 26) draaibaar opgestelde en over deze transporteurs heen stekende draagarm (29), die aan elk einde een zuigdoos (30 resp. 33) 25 voor het aangrijpen van een eierdraagplaat en vastzuigen van de op die plaat liggende eieren heeft, waarbij de ene zuigdoos (30) vast en de andere zuigdoos (33) draaibaar aan de draagarm (29) is bevestigd en deze laatste zuigdoos door middel van een kettingoverbrenging (34,35,36) of dergelijke bij elke 30 halve omwenteling van de draagarm (29) over een kwartslag ten opzichte van deze arm wordt verdraaid. 8302210
NL8302210A 1983-06-21 1983-06-21 Inrichting voor het ontstapelen of stapelen van gevulde eierdraagplaten. NL8302210A (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8302210A NL8302210A (nl) 1983-06-21 1983-06-21 Inrichting voor het ontstapelen of stapelen van gevulde eierdraagplaten.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8302210 1983-06-21
NL8302210A NL8302210A (nl) 1983-06-21 1983-06-21 Inrichting voor het ontstapelen of stapelen van gevulde eierdraagplaten.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8302210A true NL8302210A (nl) 1985-01-16

Family

ID=19842048

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8302210A NL8302210A (nl) 1983-06-21 1983-06-21 Inrichting voor het ontstapelen of stapelen van gevulde eierdraagplaten.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL8302210A (nl)

Cited By (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2011161147A1 (de) * 2010-06-23 2011-12-29 Gerd Bergmeier Vorrichtung zum transport von einem mit offenen eierverpackungen gebildeten stapel, sowie eine vereinzelungsvorrichtung für die eierverpackungen und eine stapelvorrichtung für die entleerten eierverpackungen
WO2013055211A1 (en) * 2011-10-10 2013-04-18 Moba Group B.V. Tray gripper head
CN103619737A (zh) * 2011-04-26 2014-03-05 墨巴集团有限公司 蛋类包装设备的蛋类输送装置

Cited By (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2011161147A1 (de) * 2010-06-23 2011-12-29 Gerd Bergmeier Vorrichtung zum transport von einem mit offenen eierverpackungen gebildeten stapel, sowie eine vereinzelungsvorrichtung für die eierverpackungen und eine stapelvorrichtung für die entleerten eierverpackungen
CN103038134A (zh) * 2010-06-23 2013-04-10 格尔德·贝格迈尔 用于运输由打开的蛋包装形成的堆垛的装置,以及用于蛋包装的分离装置和用于取空的蛋包装的堆垛机
CN103038134B (zh) * 2010-06-23 2016-03-09 格尔德·贝格迈尔 用于运输由打开的蛋包装形成的堆垛的装置,以及用于蛋包装的分离装置和用于取空的蛋包装的堆垛机
CN103619737A (zh) * 2011-04-26 2014-03-05 墨巴集团有限公司 蛋类包装设备的蛋类输送装置
WO2013055211A1 (en) * 2011-10-10 2013-04-18 Moba Group B.V. Tray gripper head
US9499287B2 (en) 2011-10-10 2016-11-22 Moba Group B.V. Tray gripper head

Similar Documents

Publication Publication Date Title
AU734284B2 (en) Tortilla counter-stacker
US4249847A (en) Apparatus for transporting boards
US3954190A (en) Palletizer
JPH0541491B2 (nl)
US4042234A (en) Blank feeding machine
US10583998B2 (en) Egg tray stacking machine
JPS5864914A (ja) 推積状物品を整合させる装置
US3951285A (en) Bottle uncaser
GB2219783A (en) A container supply system
US7828507B2 (en) Stack turning apparatus with multiple drive means to straighten and eject stack from turntable
KR101773142B1 (ko) 멸치 자동 분리장치
NL1010468C2 (nl) Inrichting en werkwijze voor het automatisch stapelen van producten op een pallet.
JPS6042127B2 (ja) 卵をコンベヤ−に移送する装置
EP1132301B1 (en) Apparatus for feeding containers
NL8302210A (nl) Inrichting voor het ontstapelen of stapelen van gevulde eierdraagplaten.
US5230201A (en) Block filling apparatus
AU619248B2 (en) A method of and an apparatus for isolating flat parts
US1210096A (en) Receptacle-inverting mechanism.
US5122030A (en) Method and apparatus for transporting can blanks and the like
EP1462395B1 (de) Zwischenspeicher
CN219858940U (zh) 条料输出机构
JP2003531576A (ja) クッキーを積み重ねるためのインラインスタッカー機
CN219858946U (zh) 条料输送设备
KR20090008165U (ko) 계란이 안치된 난좌의 이송 및 적재장치
CN220055140U (zh) 升降式提料机构

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed