NL8300777A

NL8300777A - Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van voegbanden met in dwarsrichting op de lengtehartlijn van de band lopende, ingesloten verstijvingsprofielen.

Info

Publication number: NL8300777A
Application number: NL8300777A
Authority: NL
Original assignee: Meister Winfried Fa
Priority date: 1982-03-15
Filing date: 1983-03-02
Publication date: 1983-10-03
Also published as: GB8306993D0; AT393647B; DE3209357C2; NL189753B; ES8404235A1; CH663754A5; IT8347891A0; ATA62483A; ES520620A0; BE896061A; NL189753C; US4497762A; FR2523032A1; GB2116474B; GB2116474A; DE3209357A1; IT1170327B; FR2523032B1

Description

* .. * » • VO 4633

Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van voegbanden met in dwars-richting op de lengtehartlijn van de band lopende, ingesloten verstij-vingsprofielen.

De uitvinding heeft betrekking op een extrusiewerkwijze voor het vervaardigen van een bandprofiel van kunststof met in dwars-richting op de lengtehartlijn van de band lopende, ingesloten, op onderlinge afstand aangebrachte verstijvingsprofielen, waarbij twee kunststof-5 deelstromen elk onder een scherpe hoek ten opzichte van de lengtehartlijn van de extrusie bijeen worden gébracht, de profielen van achter in de richting van de extrusie met tussenpozen in het raakhoekgebied van de twee deelstromen worden geschoven en onder meeneming door de kunststof-deelstromen worden ontsloten, en het bandprofiel onder vormgeving wordt 10 geëxtrudeerd.

Uit het Duitse "Offenlegungsschrift" 3.011.225 is een extrusiewerkwijze bekend. Hierbij is het echter nadelig, dat de twee kunststofdeelstromen niet onafhankelijk van elkaar kunnen worden geregeld, zodat het nodig is de stromingskanalen van de twee deelstromen 15 absoluut, gelijk uit te voeren, opdat de snelheid van de stromen, alsmede hun vloeigedrag in het raakgebied volkomen gelijk is.

Aan de uitvinding ligt nu de opgave ten grondslag om de werkwijze volgens het Duitse "Offenlegungsschrift" 3.011.225 zodanig te verbeteren, dat een onafhankelijke regeling mogelijk is van de twee 20 kunststofdeelstromen. Volgens de uitvinding wordt dit bereikt, doordat de twee kunststofdeelstromen onafhankelijk van elkaar in twee evenwijdig boven elkaar liggende vlakken worden geproduceerd en met betrekking tot hun stromingsparameters onafhankelijk van elkaar regelbaar zijn, en elk der deelstromen bij voorkeur wordt geproduceerd door middel van een 25 eigen extrusie-inrichting. Terwijl volgens het Duitse "Offenlegungsschrift" 3.011.225 de twee deelstromen worden geproduceerd door het verdelen van een extrusiestroom, worden volgens de uitvinding de twee deelstromen direct geproduceerd in afzonderlijke extrusie-inrichtingen.

De extrusieparameters van deze twee extrusie-inrichtingen kunnen echter 30 onafhankelijk van elkaar worden geregeld, zodat een willekeurige besturing van de twee deelstromen mogelijk is en zodoende in het raakgebied' een optimale aanpassing kan plaatsvinden van de stromingsparameters van de 8300777 2 « * twee deelstromen. Bovendien brengt de onderhavige werkwijze het voordeel mee, dat de twee extrusie-inrichtingen bijvoorbeeld kunnen worden geladen met verschillend gekleurde kunststofgranulaten, zodat het door middel van de onderhavige werkwijze vervaardigde bandprofiel tweekleurig 5 kan zijn uitgevoerd.

Verder heeft de uitvinding betrekking op een extrusie-inrichting voor het vervaardigen van een bandprofiel van kunststof, waarbij elk der twee stromingskanalen uitgaat van een extrusiekanaal, dat uitgaat van een zijvlak van de extrusiekop, en öp de opening waarvan elk 10 der extrusie-inrichtingen kan worden aangesloten.

Verdere voordelige uitvoeringen van de onderhavige werkwijze en inrichting zijn begrepen in de volgconclusies 3, 5 en 6.

De uitvinding wordt nader toegelicht_aan de hand van de tekening, waarin een uitvoeringsvoorbeeld is afgebeeld.

15 De extrusie-inrichting bestaat uit een extrusiekop 1, die in lengterichting is verdeeld in twee helften 2, 3, te weten het bovenste deel 2 en het onderste deel 3. In het bovenste deel en het onder- ste deel lopen stromingskanalen 4, 5 onder een scherpe hoek ten opzichte van de lengtehartlijn X - X van de extrusie-inrichting. Deze stromings-20 kanalen gaan uit van een extrusiekanaal 6, 7, dat uitgaat van elk der zijden van de extrusiekop 1 en daar een inlaatopening 8, 9 bezit. Op elk dezer inlaatopeningen wordt dan afzonderlijk een niet afgebeelde extrusie-inrichting aangesloten. De extrusiekop 1 resp. de twee helften 2, 3 zijn in het gebied van de stromingskanalen en extrusiekanalen nogmaals 25 in dwarsrichting verdeeld, zodat deze kanalen in de -extrusiekop kunnen worden aangebracht. De extrusiekanalen 6, 7 sluiten met de stromingskanalen 4, 5 een rechte resp. een stompe hoek in, waarbij de extrusiekanalen 6, 7 zich naar het bijbehorende stromingskanaal 4,5 trechtervormig verwijden tot een breedte van het stromingskanaal, die overeenkomt 30 met de breedte van het latere bandprofiel. In de stromingskanalen 4, 5 vindt reeds een vddrprofilering plaats van de het latere bandprofiel vormende deelstrengen, te weten tot een in doorsnede rechthoekig, bandvormig profiel. Door deze voorprofilering in de nog plastische toestand tot deelprofielen vindt een verlagen plaats van de tegendruk in het raak-35 hoekgebied van de twee deelstromen. Het bijeenbrengen van de twee, de deelstrengen vormende deelstromen vindt plaats in een aan de extrusiekop 8300777 3 aangebracht mondstuk 10. Dit mondstuk 10 sluit direct aan op het raak-gebied van de twee stromingskanalen 4/5. De in de stromingskanalen 4, 5 voorgeprofileerde deelstrengen bezitten een kleine overmaat ten opzichte van de dikte van de halve bandbreedte van het in het mondstuk geëxtru-5 deerde, gerede bandprofiel 11. In het mondstuk 10 is een extrusiekanaal 12 aangebracht, waarvan de profilering overeenkomt met het profiel van de te extruderen band.

In het hoekgebied van de twee stromingskanalen 4, 5 eindigt een in het deelvlak van de twee helften 2, 3 lopend sluefkanaal 13.

10 Dit sleufkanaal begint bij het tegenover het mondstuk 10 liggende einde van de extrusiekop 1, waarbij daarin een gaffelvormige schuif 14 naar binnen reikt, die verschuifbaar is geleid in het sleufkanaal en door middel van een pneumatische of hydraulische aandrijf inrichting kan worden bediend. In de teruggetrokken toestand van de schuif 14 eindigen 15 de voorste punten daarvan direct voor een inlaatopening van een voorraad-kanaal 15. Het voorraadkanaal 15 dient voor het opnemen van profielen 17, die in het inwendige van het extrusiébandprofiel 11 dienen voor het verstijven daarvan.

Deze extrusie-inrichting is dan als volgt werkzaam.

20 Door de niet afgebeelde, afzonderlijke extrusie-inrich- tingen, die zijn aangesloten op de inlaatopeningen 8, 9, worden dan de weekgemaakte kunststofmassa's door de extrusiekanalen 6, 7 in de stro- ] mingskanalen 4, 5 geperst, zodat daarin een voorprofilering plaatsvindt van de weekgemaakte kunststofmassa. In het hoekgebied van de stromings-25 kanalen 4, 5 vloeien de voorgeprofileerde deelstromen 4a, 5a samen, waarbij terzelfdertijd van achter in de richting van de extrusie in het raak-hoekgebied van de twee deelstrengen stapsgewijs een profiel 17 wordt geschoven, dat dan onder meeneming door de twee deelstrengen in het mondstuk 10 wordt omsloten, waarbij in het mondstuk tevens de uiteindelijke 30 vormgeving plaatsvindt, te weten in nog plastische toestand van de kunststofmassa. Het tussen de twee deelstrengen 4a, 5a invoeren van de profielen vindt nauwkeurig in het midden plaats, zodat de profielen in het gerede extrusieprofiel 11 in het midden zijn aangebracht. Door deze werkwijze, waarbij de uiteindelijke profilering in het mondstuk 10 plaats-35 vindt in nog plastische toestand, ontstaat een eendelig bandprofiel, i waarbij de wapeningsprofielen 17 volledig zijn omsloten. Door deze wijze van extruderen vindt in het gebied van de wapeingsprofielen 17 een materi- 8300777 ** * 4 aal verdringing plaats, zodat in dit gebied een vermindering wordt geproduceerd van de wanddikte van het kuns tstofprof iel, omdat de dikte van het kunststofbandprofiel 11, afgezien van de lengteribben, in het gehele gebied even groot is.

O

5 In het afgébeelde uitvoeringsvoorbeeld worden de wape ning sprofielen 17 door middel van de schuif 14 stapsgewijs in het raak-hoekgebied van de twee deelstrengen 4a, 5a naar binnen geschoven. Verder is het eveneens mogelijk om de profielen 17 buiten de extrusiekop 1 aan te brengen in een voorraadhouder, en deze zijdelings onder een hoek van 10 90° ten opzichte van de lengtehartlijn van de extrusie in de extrusie kop naar binnen te schuiven en dan door middel van de schuif 14 verder te schuiven tot in het raakgebied van de deelstrengen 4a, 5a.

In het afgebeelde uitvoeringsvoorbeeld zijn de twee in-laatopeningen 8, 9 in één vlak boven elkaar aangebracht, zodat de ex-15 trusiekanalen 6, 7 eveneens in twee boven elkaar liggende evenwijdige vlakken lopen. Het ligt eveneens binnen het raam van de uitvinding wanneer de twee ex trusiekanalen 6, 7 niet evenwijdig boven elkaar lopen, maar het bovenste extrusiekanaal 6 bijvoorbeeld schuin ten opzichte van de lengtehartlijn van de extrusie loopt, zodat de twee aansluitende ex-20 trusie-inrichtingen niet boven elkaar maar onderling zijdelings verspringend zijn, waardoor een compactere constructie mogelijk is.

8300777

Claims

2. Werkwijze volgens conclusie 1, met hef kenmerk, dat 15 elke afzonderlijke deelstroom wordt geproduceerd door middel van een eigen extrusie-inrichting.
3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de twee deelstromen voor het raken in nog plastische toestand worden voorgeprofileerd, waarbij de door de deelstromen geproduceerde deel- 20 stangen een breedte hebben, die overeenkomt met de breedte van het gerede bandprofiel, en een hoogte bezitten, die ten opzichte van de halve band-dikte een kleine overmaat heeft.
4. Inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, voorzien van een in lengterichting in 25 twee helften verdeelde extrusiekop, en van een boven en onder het lengte-deelvlak lopend stromingskanaal, welke kanalen onder een scherpe hoek ten opzichte van het lengtedeelvlak bijeen komen, waarbij een sleufkanaal van een in de extrusierichting voor het raakhoekgebied van de stromings-kanalen aangebrachte schuifeenheid eindigt in dit raakhoekgebied, met 30 het kenmerk, dat elk der twee stromingskanalen (4, 5) uitgaat van een extrusiekanaal (6, 7), dat uitgaat van één zijvlak van de extrusiekop (1) en op de inlaatopening (8, 9) waarvan een extrusie-inrichting kan worden aangesloten.
5. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de 8300777 ï - V extrusiekophelften (2, 3) in het gebied van de stromingskanalen (4, 5) en extrusiekanalen (6, 7) volledig zijn gedeeld.
6. Inrichting volgens conclusie 4 of 5, met het kenmerk, dat met directe aansluiting op het raakgebied van de twee stromings- 5 kanalen (4, 5) een mondstuk (10) is aangebracht aan de extrusiekop (1).
7. Voegband voor het af dichten van wandstootvoegen in de bovengrondse en ondergrondse bouw, bestaande uit een kunststof profiel, dat is verstijfd door dwars op de lengterichting lopende, op onderlinge afstanden aangebrachte en in het kunststof profiel gebedde wapeningspro-10 fielen, in het bijzonder vervaardigd met de werkwijze volgens de conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de wapeningsprofielen (17) met het kunststofprofiel een ononderbroken extrusieband vormen met een regelmatige dikte en een vermindering van de wanddikte van het kunststofprofiel in het gebied van de wapeningsprofielen. 8300777