NL8203992A

NL8203992A - Elektronisch afstemstelsel voor een radio-ontvanger.

Info

Publication number: NL8203992A
Application number: NL8203992A
Authority: NL
Original assignee: Fujitsu Ten Ltd
Priority date: 1981-10-16
Filing date: 1982-10-15
Publication date: 1983-05-16
Also published as: AU8928982A; CA1199434A; US4491975A; DE3238356A1; DE3238356C2; NL191275B; AU549707B2; JPS5866412A; NL191275C

Description

% 0 4 N.O. 31.435 1

Elektronisch afstemstelsel voor een radio-ontvanger.

De uitvindlng heeft betrekklng op een elektronisch afstemstelsel voor een radio-ontvanger, in het bljzonder verbeteringen van de voor-5 instelmlddelen hiervan.

Met een vooraf instelbare radio-ontvanger van het type met een elektronisch afstemstelsel is direkte ontvangst van een gewenst omroep-station slechts mogelijk door het indrukken van een kanaalkiesknop, die vooraf op de frequentie van dit station is ingesteld. Een dergelijk 10 stelsel is nagenoeg vrij van de invloed van mechanische trillingen en bezlt in tegenstelling tot een mechanisch voorinstelmechanisme een bij-zonder goede duurzaamheid. Vandaar het zeer grote gebruik hiervan In een autoradio of dergelijke. Bij de gebrulkelijke radlo-ontvangers van dit type moeten voor het vooraf instellen van elke kanaalkiesknop op een be-15 paald omroepstation een aantal bewerkingen worden uitgevoerd, zoals het indrukken van een geheugentoets en de kanaalkiesknop voor de ontvangst van elk omroepstation. Als derhalve het aantal vooraf in te stellen om-roepstations groot is» wordt de voorinstelbewerking zeer lastig. Bij een radio-ontvanger en dergelijke gebeurt het dikwijls, dat de ingestelde 20 stations bijna niet kunnen worden gebruikt als de auto de plaats verlaat waar de instelbewerklng werd uitgevoerd. Dergelijke lastige instelbewer-klngen moeten dan ook dlkwljls worden herhaald.

Een van de doeleinden van de onderhavlge uitvindlng is daarom het verschaffen van een radio ontvanger, waarmee de bewerking van het vooraf 25 instellen van elke kanaalkiesknop op de frequentie van een bepaald omroepstation aanzienlijk wordt vergemakkelijkt.

Een ander doel van de onderhavlge uitvindlng is het verschaffen van een radio-ontvanger, waarmee automatlsche voorinstelling met een bewerking mogelijk is van een omroepstation met een omroepdraaggolf, die een 30 elektrlsche veldsterkte bezit die boven een bepaald niveau is gelegen.

Weer een ander doel van de uitvinding is het verschaffen van een radio-ontvanger, die automatlsche voorinstelling met e€n bewerking mogelijk maakt van omroepstations met frequenties in meerdere banden, zoals de AM-band.en de FM-band.

35 De uitvinding betreft een elektronisch afstemstelsel voor een radio-ontvanger, voorzien van frequentiezwaaimiddelen voor het opeenvol-gend veranderen van de frequentietoewijsinformatie, zoals frequentie-deelverhoudingen, teneinde de te ontvangen frequenties te wijzigen, zoekmiddelen voor een omroepdraaggolf, voor het gedurende de frequentie-40 zwaal opwekken van een zoekstopsignaal bij ontvangst van een omroep- 8203992 • » 2 draaggolf met een ontvangen elektrische veldsterkte die hoger is dan een bepaald niveau, en vooraf ingestelde kanaalkiesmiddelen voor het lezen van de frequentietoewijsinformatie, die vooraf in een geheugen is opge-borgen in een gebied, dat behoort bij een kanaalkiestoets op het moment 5 van het bedienen daarvan, tenelnde direkte kanaalkeuze mogelijk te maken· Volgens de uitvindlng worden middelen verschaft voor het bedienen van de frequentiezwaaimiddelen op het moment van de bediening van een automatische voorinsteltoets, tenelnde opeenvolgend de te ontvangen frequences te veranderen en voor het opbergen van de toewljsinformatle van 10 de ontvangen frequentle in het vooraf instelbare geheugen op het moment van de ontvangst van het zoekstopsignaal gedurende de opeenvolgende ver-anderlngen van de ontvangen frequences.

De uitvindlng zal thans nader worden toegelicht aan de hand van de op de tekeningen weergegeven uitvoerlngsvoorbeelden.

15 De fig. 1(A) en (B) tonen blokschema's van het vooraaamste deel van een uitvoerlngsvorm volgens de onderhavlge uitvindlng; fig. 2 toont een blokschema van het vooraaamste deel van een voor-beeld van een automatische voorinstelschakeling; fig. 3 toont graflsch een voorbeeld van de verdeling van de ontvan^* 20 gen intensiteit van de elektrische veldsterkte.

De fig. 1(A) en 1(B) tonen in blokvorm het vooraaamste deel van een uitvoerlngsvorm van een radio-ontvanger met de automatische voorinstel-funktie volgens de onderhavlge uitvindlng. Het verwijzingscijfer 10 geeft een antenne aan; 11 een radloafstemeenheid; 12 een middenfrequent-25 detektor; 13 een luidspreker; 14 een fasevergrendellusschakeling; 15 een kristaloscillator; 16 een laagdoorlaatfliter; 17 een pulsstuurschake-ling; 18 een programmeerbare teller; 19 een houdschakeling voor bandin-formatie; 20 een dlgitale vergelijker; 21 een met frequentiedeelverhou-ding werkende frequentleomzetter; 22 een weergeeflnrichtlng; 23 een 30 automatische voorinstelschakeling; 24 een vooraf ingesteld geheugen; 25 een instelgeheugen voor een bovengrensniveau en een benedengrensniveau; 26 een zwaaimodus-stuurschakeling; 27 een adresgenerator; 28 een lees/-schrljfstuurschakeling; 29 een AM/FM-schakelketen; 30 een toetsschakel-keten; 31 een omschakelaar; 32 en 33 duiden op OF-schakelingen; 34 geeft 35 een handkanaalkiestoets aan (MSD) voor lagere frequences; 35 geeft een handkanaalkiestoets aan (MSU) voor hogere frequenties; 36 verwijst naar een aftaster; 37^ tot 37fl verwijst naar eerste tot n-de kanaalkies-toetsen; 38 geeft een AM/FM-toets aan; 39 verwijst naar een automatische kanaalkiestoets (ASD) voor lagere frequenties; 40 wijst op een automa-40 tische kanaalkiestoets (ASU) voor hogere frequenties; 41 verwijst naar 8203992 t * 3 een geheugentoets; en 42 wijst op een auto-voorinsteltoets.

De radioafstemeenheid 11 maakc gebruik van een zogenaamde elektro-nlsche afstemmethode en past ale kondensator voor de afstemketen vari-capdlodes toe, die worden gebruikt voor het klezen van de radiodraaggol-5 ven, die door de antenne 10 worden ontvangen en voor een kondensator van een Interne oscillator, die een Intern oscillatiefrequentieslgnaal op-wekt, dat met de ontvangen radlodraaggolf wordt gemengd voor het ver-krljgen van een middenfrequentsignaal. De radioafstemeenheid 11 Is zoda-nig ultgevoerd, dat elektronlsch radlodraaggolven kunnen worden gekozen 10 van een gewenst omroepstatlon voor ontvangst en weergave door het ver-anderen van de voorlnstelspanningen van de varicapdiodes overeenkomstig de gewenste te ontvangen frequentie. In de middenfrequentdetektor 12 wordt een zoekstopslgnaal afgenomen, een slgnaal dat bijvoorbeeld "1" wordt als het uitgangsvermogen van een mlddenfrequentversterker een be-15 paald niveau overschrijdt. In de onderhavlge uitvoeringsvorm Is de radioafstemeenheid 11 voorzlen van zowel AM- als FM-banden en hlertussen wordt geschakeld door een AM/FM-bandschakelslgnaal. Het zoekstopslgnaal kan ook van andere delen van de radioafstemeenheid 11 worden afgenomen, bijvoorbeeld van een hoogfrequente trap. De aldus ultgevoerde radio-20 afstemeenheld Is op zichzelf bekend.

De fasevergrendellusschakeling 14 is ultgevoerd met een program-meerbare frequentledeler, een fasevergelijker voor fasevergelijking tus-sen een referentieslgnaal fr van de kristaloscillator 15 en een sig-naal f^ van een Interne oscillatlefrequentie, enz., en deze levert het 25 gedetekteerde faseverschil aan het laagdoorlaatfliter 16· De fasevergrendellusschakeling 14 werkt zodanig, dat het faseverschil een referen-tlewaarde kan aannemen als het volgende verband wordt vastgesteld tussen de frequentiedeelverhouding N van de programmeerbare frequentledeler en het referentieslgnaal fr en het slgnaal f^ van de interne oscilla-30 tlefrequentie: fL - N.fr (1)

Het laagdoorlaatfilter 16 dient voor het omzetten van het faseverschil van de fasevergrendellusschakeling 14 in een verschilspanning, die als voorinstelspanning wordt toegevoerd aan de varicapdiode van elke afstem-35 schakeling en de interne oscillator in de radioafstemeenheid 11.

De programmeerbare teller 18 is een teller die zowel omhoog als om-laag kan tellen en die de frequentiedeelverhouding N (ontvangfrequentie-aanwijsinformatie) levert aan de programmeerbare frequentledeler in de fasevergrendellusschakeling 14. De programmeerbare teller 18 kan daarin 40 frequentiedeelverhoudinggegevens van het vooraf ingestelde geheugen 24 8203992 4 het instelgeheugen 25 voor de bovenr en benedengrenswaarde instellen en de teller telt naar boven of naar beneden door pulsen van de pulsstuur* schakellng 17. De teluitgang van de programmeerbare teller 18 wordt toe-gevoerd aan het vooraf ingestelde geheugen 24, de dlgitale vergelijker 5 20 en de frequentiedelende hoogfrequentomzetter 21 alsmede aan de fase- vergrendellusschakellng 14. De omzetter 21 berekent de ontvangen frequence ult de frequentledeelverhoudlng en levert deze voor weergave aan de weergeefinrichting 22. De berekenlng van de ontvangen frequentle wordt bijvoorbeeld op de volgende wijze ultgevoerd: 10 In het geval van de AM-omroepfrequentie: f =» f0 - fi (2) f0 - N.fr

In het geval van de FMromroepfrequentie: 15 f " f0 + fl (3) f0 - N.fr

Hierln Is f een ontvangen frequentle, fQ de frequentle van de Interne oscillator, een mlddenfrequentie en fr een referentlefrequentie.

20 De pulsstuurschakeling 17 levert aan de programmeerbare teller 18 een omhoog/omlaagkommando U/D en een pulsslgnaal afkomstlg van de fase-vergrendellusschakellng 14, waardoor naar keuze de frequentledeelverhoudlng kan worden gewijzigd die aan de fasevergrendellus 14 wordt toege-voerd. De pulsstuurschakeling 17 wordt bestuurd door de stuurschakellng 25 26 voor de zwaaimodus teneinde deze bewerkingen als volgt ult te voeren:

Handkanaalklesmodue

Terwijl de handkanaalkiestoets 35 voor hogere frequences of de handkanaalkiestoets 34 voor lagere frequenties zich in de IN-stand be-vindt, blijft de pulsstuurschakeling 17 doorgaan met het opwekken van 30 pulsen, waardoor de waarde van de frequentledeelverhoudlng N wordt gewijzigd, zodat de te ontvangen frequentle kan worden verhoogd of ver-laagd met stappen van 9 of 10 KHz in het geval van een AM-omroepfrequen-tie en van 100 of 200 KHz in het geval van een FMomroepfrequentie.

Automatische kanaalkiesmodus 35 Als de automatische kanaalkiestoets 40 voor hogere frequenties of de automatische kanaalkiestoets 39 voor lagere frequenties zich in de IN-stand bevindt, blijft de pulsstuurschakeling 17 pulsen afgeven teneinde de waarde van de frequentledeelverhoudlng N te verhogen of te ver-lagen totdat deze het zoekstopsignaal van de afstemeenheid 11 ontvangt. 40 Deze werkingsmodus wordt gebruikt als aangrenzende frequenties moeten 8203992 5 worden ontvangen.

Tijdelijke houdmodus voor automatische kanaalkeuze (aftastmodus)

Zodra de aftasttoeCs 36 zich In de IN-stand bevindt blijft de puls-stuurschakeling 17 doorgaan met het opwekken van pulsen totdat deze het 5 zoekstopsignaal ontvangt zoals In het geval dat de automatische kanaal-kiestoete voor hogere frequenties zlch in de IN-stand bevindt. In deze modus start de pulsstuurschakeling 17 echter de zwaaiwerking weer na het stoppen van de werklng voor een bepaalde tijdsperiode bij ontvangst van het zoekstopsignaal; namelijk de pulsstuurschakeling 17 herhaalt voort-10 durend deze tussenzwaaiverking totdat de aftasttoets 36 weer in de IN-stand Is· Dientengevolge worden omroepfrequentles volgens een herhaalde cycllsche volgorde ontvangen en elk gedurende een vaste tijdperlode.

Het vooraf instelbare geheugen 24 is een RAM voor het opbergen van frequentiedeelverhoudingen tot Nn overeenkomstig de frequenties 15 van de omroepstations waarvan ontvangst wordt gewenst en bandinformatie AM/PM. Het vooraf instelbare geheugen 24 bezit adressen die overeenkomen met de kanaalkiesknoppen 37^ tot 37Q en in dit geheugen worden de frequentiedeelverhouding en de bandinformatie geschreven behorende bij elk adres. Het adresseren van het vooraf instelbare geheugen 24 wordt 20 ultgevoerd door de adresgenerator die verbonden is met de kanaalkies-toetsen 37^ tot 37a en het adresseren kan ook worden ultgevoerd door de automatische voorlnstelschakeling 23. De lees- en schrijfbewerkingen van het vooraf instelbare geheugen 24 worden omgewisseld door de lees/-schrijfstuurschakeling 28. De frequentledeelverhoudinggegevens worden 25 lngevoerd vanaf de programmeerbare teller 18 en daarnaar ultgevoerd. De bandinformatie wordt lngevoerd vanaf de AM/FM-schakelketen 29 of de automatische voorlnstelschakeling 23 en ultgevoerd naar de bandinforma-tie-houdschakeling 19. De bandinformatie-houdschakeling 19 is een gren-delschakeling voor het vasthouden van AM/FM-informatie en zijn ultgangs-30 signaal wordt gebrulkt als bandwisselsignaal van de radioafstemeenheid. Als de ontvangen band wordt omgewisseld tussen de AM- en de FM-band wordt de waarde N van het laatste kanaal (een omroepstatlon dat het laatst bij het wisselen van de band werd ontvangen) opgeborgen in een kanaal "0" (Och) van het vooraf Instelbare geheugen 24.

35 Het instelgeheugen 25 voor de bovengrenswaarde en de benedengrens- waarde is een ROM, waarln de bovengrenswaarde Nmax en de benedengrens-waarde Nmin van de frequentiedeelverhouding in elke band is opgeborgen en en kiest informatie die moet worden afgegeven overeenkomstig de bandinformatie (AM/FM-schakelgegevens) en een omhoog/omlaagwisselsignaal. 40 Dit geheugen 25 werkt als volgt: 8203992 6

Gedurende de opwaartse modus:

De bovengrenswaarde Nmax van de frequentiedeelverhouding N van de AM- of FM-band wordt aan de digitale vergelijker 20 geleverd. Als het instelgeheugen 25 voor de boven- en benedengrenswaarden het uitgangssig-5 naal van de digitale vergelijker ontvangt alsmede een automatisch voor-instelstartsignaal, stelt dit geheugen 25 de benedengrenswaarde Nmin van de frequentiedeelverhoudlng N van de AM- of FM-band In in de program-meerbare teller 18.

Gedurende de neervaartse modus: 10 De benedengrenswaarde Nmin van de frequentiedeelverhoudlng N van de AM- of FM-band wordt geleverd aan de digitale vergelijker 20. Als het instelgeheugen 25 voor de bovengrenswaarde en de benedengrenswaarde het uitgangssignaal van de digitale vergelijker ontvangt stelt dit geheugen 25 de benedengrenswaarde Nmin van de frequentiedeelverhoudlng N van de 15 AM- of FM-band in de programmeerbare teller 18 in.

De digitale vergelijker 20 vergelijkt de waarde N van de programmeerbare teller 18 en de waarde N (Nmln of Nmax) van het Instelgeheugen 25 voor de boven- en benedengrenswaarde en bij kolncidentie wordt een kolncidentiesignaal toegevoerd aan de automatische voorinstelschakeling 20 23 en het Instelgeheugen 25 voor de boven- en benedengrenswaarde. De di gitale vergelijker 20 moet voorkomen dat gedurende de zwaaimodus de waarde N in de programmeerbare teller wordt opgeteld of afgetrokken tot voorbij de boven- of benedengrenswaarde van elke band.

De automatische voorlnstelschakeling 23 moet de automatische voor-25 instelwerking besturen, die voor de onderhavige uitvinding karakteris-tiek is. Fig. 2 toont in blokvorm het voornaamste deel van een voorbeeld van de automatische voorlnstelschakeling 23. Het referentiecijfer 50 geeft een flipflop aan voor het vasthouden van het automatisch voorin-stelstartsignaal; 51 geeft een n-stappenteller aan; 52 een monostabiele 30 multivibrator; 53 een n-waardedetektor; 54 een T-flipflop; 55 een drie-voudige teller; 56 tot 58 zijn EN-schakelingen; 59 is een OF-schakellng; 60 een Invertor of omkeerschakeling. De werking van dit voorbeeld zal worden toegelicht aan de hand van de fig. 1 en 2.

(1) Handkanaalkieswerklng.

35 Bij het inschakelen van de handkanaalkiestoets 35 voor hogere frequenties geeft het op/neerwisselsignaal van de zwaalmodusstuurschake-ling 26 een instruktie voor een opwaartse zwaaiwerking en, in dit geval, als de AM/FM-schakelketen 29 aan de zljde van de AM-band wordt gehouden, wordt de bovengrenswaarde Nmax van de AM-band van het instelgeheugen 25 40 voor de bovengrenswaarde en de benedengrenswaarde toegevoerd aan de 8203992 7 digitale vergelijker 20. De zwaaimodus-stuurschakeling 26 levert verder een stuurslgnaal van een handkanaalklesmodus voor hogere frequenties aan de pulsetuurschakellng 17, waardoor deze doorgaat met het naar boven tellen van de programmeerbare teller 18, terwijl de "op"toets 35 In de 5 IN-toestand is. Omdat de tellerinhoud van de programmeerbare teller als frequentiedeelverhouding N van de fasevergrendellus wordt geleverd, zal de ontvangen frequentle geleidelijk toenemen. Als de ontvangen frequence de bovenwaarde In de AM-band berelkt, wordt dlt gedetekteerd door de digitale vergelijker 20, die de bovengrenswaarde Nmax in de AM-band en 10 de waarde N van de programmeerbare teller 18 met elkaar vergelijkt en wordt de benedengrenswaarde Nmin in de AM-band in de programmeerbare teller 18 ingesteld, wat tot gevolg heeft dat de ontvangen frequentie vanaf de minimum waarde stijgt. Als de handkanaalklestoets 35 voor hogere frequenties wordt uitgeschakeld, sluit de pulsstuurketen 17 zijn 15 poort teneinde de pulsopwekking te beSindigen, als gevolg waarvan de programmeerbare teller 18 de waarde N vasthoudt, die aanwezig is op het moment dat de toets 35 wordt uitgeschakeld.

Als de handkanaalklestoets 34 voor lagere frequenties wordt inge-schakeld, wordt de richting van de zwaai van de bovengenoemde richting 20 omgekeerd en ale de handtoetsen 34 en 35 gedurende de FMontvangst zijn lngeschakeld, wordt de zwaalwerking in de FM-band uitgevoerd.

(2) Automatische kanaalkleswerking

Bij het inschakelen van de toets 40 voor de automatische kanaalkeuze voor hogere frequenties zal het op/neerwisselsignaal van de 25 zwaaimodusstuurschakeling 26 de opwaartse zwaalwerking instrueren en, in dlt geval, als de AM-band wordt ontvangen, zal het instelgeheugen 25 voor de bovengrenswaarde en de benedengrenswaarde de bovengrenswaarde Nmax in de AMband leveren aan de digitale vergelijker 20. De zwaaimodusstuurschakeling 26 levert verder een stuurslgnaal van een automatische 30 kanaalklesmodus voor hogere frequenties aan de pulsstuurschakeling 17, waardoor deze de programmeerbare teller zodanig stuurt dat deze naar boven gaat tellen. Als de ontvangen frequentie stijgt en een zoekstop-signaal vanaf de middenfrequentdetektor 12 van de afstemeenheid 11 aan de pulsstuurschakeling 17 wordt toegevoerd als gevolg van de ontvangst 35 van omroepdraaggolven, zal de pulsstuurschakeling 17 zijn pulsopwekwer-king beSindigen als de "op"-toets 41 reeds in de UIT-stand is. Dienover-eenkomstig houdt de programmeerbare teller 18 de waarde N vast op het moment van de toevoer van het zoekstopsignaal. Als de ”op"-toets 40 nog niet in de UIT-stand is op het moment dat het zoekstopsignaal wordt toe-40 gevoerd, voert de pulsstuurschakeling 17 de optelwerking uit van de pro- 8203992 8 grammeerbare teller 18, tenelnde de zwaaiwerklng blj afwezigheid van het zoekstopslgnaal voort te zetten*

De werking in het geval dat de ontvangen frequentie de bovengrens bereikt is hetzelfde ale in het geval van bij de handkanaalkeuze. Als de 5 automatische kanaalkiestoets 39 voor lagere frequentiee in de IN-stand staat, wordt de richting van de zwaai omgekeerd en als de handtoets in de IN-stand staat gedurende de FM-ontvangst geschiedt het zwaaien in de FM-band.

(3) Tijdelijk vasthouden bij automatische kanaalkeuze 10 Als de toetsen 36 voor het tijdelijk vasthouden bij automati sche kanaalkeuze in de IN-stand staat wordt de bovengrenswaarde Nmax in de AM- of FM-band aan de digitale vergelijker 20 geleverd door het in-stelgeheugen 25 voor de boven- en benedengrenswaarde zoals in het geval de automatische kanaalkiestoets 41 voor hogere frequenties in de IN-15 stand staat, terwijl de pulsstuurschakeling 17 een stuursignaal ontvangt van de automatische kanaalkiesmodus met tijdelijk vasthouden, afkomstig van de zwaaimodusstuurschakeling 26 en de programmeerbare teller 18 op-telt. In deze modus wordt de werking van het stoppen van de zwaai gedurende een vaste tijdperiode bij de toevoer van het zoekstopslgnaal en 20 het daarna weer starten van de zwaai herhaald uitgevoerd, totdat de toets 36 voor automatische kanaalkeuze met tijdelijk vasthouden weer in de INstand staat.

(4) Handvoorinstelwerking

Als het op een bepaald moment ontvangen omroepstation wordt in-25 gesteld met een van de kanaalkiestoetsen 37^ tot 37n wordt eerst de geheugentoets 40 ingedrukt en wordt daarna de kanaalkiestoets gekozen waaraan het omroepstation wordt toegewezen. Een adres in het vooraf in-stelbare geheugen 24 dat overeenkomt met de gekozen kanaalkiestoets wordt aangewezen door de adresgenerator 27 en de waarde N van de pro-30 grammeerbare teller 18 en de bandinformatie van de AM/FM-schakelketen 29 worden in het toegewezen adres geschreven. Voor het vooraf instellen van het n-de omroepstation moet de bovenbeschreven werking voor elk station worden herhaald.

(5) Kanaalkieswerking blj voorlnstelling 35 Als een bepaalde toetst van de kanaalkiestoetsen 37^ tot 37n wordt ingeschakeld, worden de frequentiedeelverhouding en de bandinformatie die in het bijbehorende adres van het vooraf instelbare geheugen 24 zijn geschreven gelezen in de programmeerbare teller 18 en last de bandinformatiehoudschakeling 19 een direkte keuze toe van het 40 gewenste omroepstation voor het weergeven van zijn omroepdraaggolf.

8203992 9 (6) Automatische voorinstelwerking

Ale de Coets 42 voor automatische voorinstelling wordt inge-schakeld voor daze informatie toegevoerd aan het instelgeheugen 25 voor de boven- en benedengrenswaarden en wordt tegelijkertijd de wisselscha-5 kelaar 31 verbonden met de zijde van de automatische voorinstelschake-ling 23. Verder wordt de flipflop 50 in de automatische voorinstelscha-keling 23 ingeeteld en wordt de drievoudlge teller 58 vrljgemaakt. Een insteluitgangssignaal Q van de flipflop 50 wordt toegevoerd aan de EN-schakeling 56, waardoor deze wordt geopend en tegelijkertijd wordt dit 10 gebruikt als een toetsslgnaal voor automatische kanaalkeuze naar hogere frequenties· Als gevolg hiervan instrueert het op/neerwisselsignaal van de zwaaimodusstuurschakellng 26 de opwaartse zwaaiwerking en werkt de pulsstuurschakeling 17 in de automatische kanaalkiesmodus voor hogere frequenties teneinde extra pulsen te leveren aan de programmeerbare tel** 15 ler 18. Als de automatische voorinstelwerking wordt gestart met de AM-band wordt een uitgangselgnaal "TJ” van de T-flipflop 54 in de automatische voorinstelschakeling 23 voorlngesteld op bijvoorbeeld "0“ waar-mee de AM-band wordt aangegeven. Het Instelgeheugen 25 voor de boven- en benedengrenswaarde reageert op deze informatie en de instruktie van het 20 op/neerwisselsignaal voor het instellen van de bovengrenswaarde Nmax van de AMrband in de digitale vergelljker 20 en de benedengrenswaarde Nmin van de AM-band in de programmeerbare teller 18. Als gevolg hiervan gaat de programmeerbare teller naar boven tellen, beginnend met de minimum waarde N.

25 Aangenomen wordt bijvoorbeeld dat de verdellng van de elektrische veldsterkte in de AM-band overeenkomt met de in fig. 3 weergegeven krom-me 70 en dat de gedetekteerde drempelwaarde van het zoekstopsignaal overeenkomt met de onderbroken getekende lijn 71 in fig. 3. Als in dit geval de waarde N van de programmeerbare teller 18 geleidelijk toeneemt 30 vanaf de minimum benedengrenswaarde Nmin, wordt het zoekstopsignaal op-gewekt op elk moment van de frequentiedeelverhoudingen Nj_, N£, N3 en N4 en wordt dit toegevoerd aan de EN^-schakeling 56 in de automatische voorinstelschakeling 23. Omdat de EN^schakeling 56 aanvankelijk geopend is wordt de monostabiele multivibrator 52 door het zoekstopsignaal 35 getrokken en de n-stapteller 51 met 6en verhoogd. Het uitgangsslgnaal van de n-stapteller 51 wordt als adresslgnaal toegevoerd aan het voor-instelgeheugen 24 en het uitgangselgnaal van de monostabiele multivibrator 52 wordt als geheugenschrijfsignaal toegevoerd aan het voorinstel-geheugen 24. Telkens als dus het zoekstopsignaal van het automatisch 40 voorinstelgeheugen 23 wordt toegevoerd, wordt de waarde N van de pro- 8203992 « 10 * grammeerbare teller 18 op dat moment geschreven In het voorinstelgeheu-gen 24 op het adres dat toegewezen Is door de n-stapteller 51* Op het-zelfde moment wordt de bandinformatie van de AM/FM-wlsselgegevens In het voorinstelgeheugen 24 geschreven. Met andere woorden worden de frequen- 5 tiedeelverhouding Νχ tot N4 en de lnformatle dat de ontvangen fre- quentle In de AM-band ligt, geschreven In het voorinstelgeheugen 24 op adressen voor het eerste tot het vlerde kanaal.

Als de programmeerbare teller 18 omhoog telt tot hij de bovengrens* waarde Nmax van de AM-band bereikt, wordt dlt gedetekteerd door de sig- 10 naalvergelijker 20 en wordt een kolncldentleslgnaal toegevoerd aan de T-flipflop 54 van de automatische voorlnstelschakellng 23 tenelnde de flipflop 54 om te zetten. Tegelijkertijd telt de drlevoudlge teller 55 met έέη omhoog. Blj de omkering van de T-fllpflop 54 lnstrueren de AM/FM-wisselgegevens toegevoerd aan het Instelgeheugen 25 voor de boven-15 en de benedengrenswaarde de FM-ontvangst, als gevolg waarvan het geheu-gen 25 dat het kolncldentleslgnaal ontvangt, de benedengrenswaarde Nmin van de FM-band In de programmeerbare teller 18 en de bovengrenswaarde Nmax In de digitale vergelljker 20 Instelt. Dlt heeft tot gevolg dat de FM-band gaat zwaalen, beglnnend met de frequentledeelverhoudlng Nmin en, 20 In geval van AM-bandontvangst, de waarde N ten tljde van het opwekken van het zoekstopsignaal, dat gepaard gaat met de detektle van omroep-draaggolven, wordt toegevoerd aan het voorinstelgeheugen 24 op een adres, dat door de n-stapteller 51 is aangewezen.

Als de telinhoud van de programmeerbare teller 18 de bovengrens-25 waarde Nmax van de FM-band bereikt wordt de T-flipflop 54 weer omgezet door het kolncldentleslgnaal van de digitale vergelljker 20 en telt de drlevoudlge teller 55 verder met §έη naar boven tenelnde (1,0) te leve-ren. De inhoud van de bit van hogere orde van de drlevoudlge teller 55 wordt via de omkeerschakeling 60 toegevoegd aan de EN-schakeling 56 en 30 direkt aan de EN-schakeling 58, zodat als de tellerinhoud van de drier voudige teller 55 gelijk wordt aan (1,0), dat wil zeggen als de ontvan-gerband tweemaal Is gewlsseld, de EN-schakeling 56 wordt gesloten en de flipflop 50 wordt teruggesteld door de uitgang van de EN-schakeling 58. Hierdoor stopt de automatische voorinstelwerking.

35 Door de n-waardedetektor 53 wordt gedetekteerd of de telwaarde van de n-stapteller 51 het aantal stations n overschrijdt dat door de voor-instelkanaalkieswerking kan worden gekozen en, indien dlt het geval Is, wordt de automatische voorinstelwerking gestopt door het uitgangssignaal van de n-waardedetektor 53, zelfs voor het zwaalen door alle frequen-40 ties. De n-stapteller 51 wordt vrijgemaakt door het terugsteluitgangs- 8203992

IX

♦ signaal (}van de flipflop 50.

In de hiervoor beschreven uitvoeringsvorm wordt de automatische voorinstelwerking ultgevoerd In de volgorde van de AM-band en de FM-band en de zwaaiwerklng wordt ultgevoerd vanaf lagere naar hogere frequen-5 ties. Vanzelfsprekend kan deze zwaaiwerklng ook In omgekeerde rlchting verlopen. Alhoewel verder In de beschreven uitvoeringsvorm van de onder-havige ultvlndlng een elektronische afstemeenheld van het fasevergren-dellus-synthesizerstelsel wordt toegepast, kan de ultvlndlng ook worden toegepast blj een elektronische afstemeenheld van het zogenaamde span-10 nlng-syntheslzerstelsel. In dlt geval wordt de voorspannlng die aan de varlcapdloden wordt toegevoerd als frequentleaanwijsinformatie gebrulkt en gedlgltallseerd voor opberglng In het vooraf instelbare geheugen.

Ult de voorgaande beschrijving van de onderhavlge ultvlndlng zal duldelijk zljn, dat een omroepetation met een ontvangen elektrlsche 15 veldsterkte die hoger is dan een bepaald niveau slechts vooraf behoeft te worden ingesteld door lnschakellng van een automatische voorinstel-toets, als gevolg van de werking van de automatische voorinstelschake-ling. Toegepast In een dashboardradio van een auto verschaft de onder?· havlge ultvlndlng derhalve een aanzienlijk vereenvoudigde voorlnstelbe-20 werking vergeleken met de tot nu toe noodzakelijke beverkingen, zodat de onderhavlge ultvlndlng voor praktlsch gebrulk bijzonder nuttig Is.

Ret spreekt vanzelf dat vele wljzlglngen en aanvullingen mogelijk zljn zonder buiten het kader van de onderhavlge ultvlndlng te treden.

B203992

Claims

1. Elektronlsch afstemetelsel voor een radio-ontvanger, voorzlen van frequentlezwaalmlddelen voor het veranderen van de te ontvangen frequences door opeenvolgend de frequentietoewijsinformatie te wijzigen, 5 zoekmiddelen voor omroepdraaggolven, die een zoekstopsignaal opwekken als een omroepdraaggolf gedurende de frequentlezwaai wordt ontvangen met een elektrlsche veldsterkte die hoger is dan een voorafbepaald niveau en voorinstelkanaalkiesmiddelen voor het lezen van de frequentietoewljsinformatie, opgeborgen in een gebied van een vooraf instelbare geheugen 10 behorende bij een kanaalklestoets op het moment dat de kanaalkiestoets wordt bedlend, waardoor een direkte kanaalkeuze tot stand komt, geken-merkt door: een automatische voorlnsteltoets; frequentievarieermiddelen voor het starten van de frequentlezwaal-middelen bij bedlening van de automatische voorlnsteltoets voor het in 15 een bepaalde volgorde veranderen van de te ontvangen frequenties; voorinstelmiddelen voor het in het vooraf instelbare geheugen op-bergen van frequentietoewijsinformatie op het moment van het ontvangen van het zoekstopsignaal gedurende de opeenvolgende verandering van de ontvangen frequenties door de frequentievarieermiddelen.

2. Stelsel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de frequentie varieermiddelen de frequentlezwaalmlddelen zodanlg aktiveren, dat de te ontvangen frequenties veranderen in een richting vanaf een lagere grens-frequentie naar een bovengrensfrequentie of in omgekeerde richting in een eerste frequentleband en vervolgens een frequentlezwaai uitvoeren in 25 een andere frequentleband.

3. Stelsel volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de voorinstelmiddelen zijn voorzien van adresopwekmiddelen voor het opwekken van een adresuitgangssignaal, waarvan de inhoud verschillend is voor elke toe-voer van het zoekstopsignaal, waarbij de frequentietoewijsinformatie 30 wordt geschreven in het adres van het vooraf instelbare geheugen, toege-wezen door de adresopwekmiddelen. ***** 8203992