NL8105514A

NL8105514A - CARRYING STRUCTURE FOR ASSEMBLY AND REMOVABLE COVERS OR HALLS.

Info

Publication number: NL8105514A
Application number: NL8105514A
Authority: NL
Original assignee: Layher Eberhard
Priority date: 1981-02-27
Filing date: 1981-12-08
Publication date: 1982-09-16
Also published as: FR2500869A1; DK12282A; BE891716A; AT374862B; DE3107416A1; ATA9882A; GB2095303A; GB2095303B

Description

·♦ -1-♦ -1-

Draagconstructie voor monteer- en demonteerbare overkappingen of hallenSupport structure for mountable and demountable canopies or halls

De uitvinding heeft betrekking op een draagconstructie voor overkappingen of hallen, die zonodig op een willekeurige plaats gemonteerd en weer gedemonteerd kunnen worden.The invention relates to a supporting structure for roofs or halls, which can be mounted and disassembled at any desired location, if necessary.

5 Bij de tot dusver bekende constructies voor overkappingen of hallen zijn de draagconstructies zodanig gemonteerd, dat de als stutten en dakdragers gebruikte profiel-dragers onderling respectievelijk met de overige constructie-delen door vastschroevingen verbonden zijn, waarbij de 10 schroeven door in de profieldragers aangébrachte boringen heen grijpen. Dit vereist enerzijds een aanzienlijke tenkoste-legging, om de voor de vastschroeving vereiste boringen in de metalen profielen aan te brengen en dwingt er bovendien toe, of bij hergebruik van de elementen dezelfde afmetingen hieraan 15 ten grondslag te leggen, of bij vernieuwing anders geordende boringen aan te brengen.In the hitherto known structures for canopies or halls, the supporting structures are mounted in such a way that the profile supports used as struts and roof carriers are mutually connected to the other structural parts by means of screws, the 10 screws being provided by bores arranged in the profile supports grab it. This requires, on the one hand, a considerable expense, to make the bores required for the screwing in the metal profiles and, moreover, forces them to use the same dimensions as the basis for re-use of the elements, or bores that are ordered differently when renewed to apply.

De uitvinding beoogt een draagconstructie te verschaffen, waarbij geen noodzaak bestaat, voor de bevestiging van de afzonderlijke constructie-elementen aan de stutten of 20 dakdragers voor de vastschroeving van de afzonderlijke constructie-delen telkens speciale boringen aan te brengen.The object of the invention is to provide a supporting construction, in which there is no need to provide special bores for fixing the individual construction elements to the struts or roof racks for screwing the individual construction parts.

Dit oogmerk is gerealiseerd door een draagconstructie, waarbij als stutten en dakdragers I-vormig geprofileerde dragers gebruikt zijn, die tenminste langs ëén flenszijde een 25 in het langsmiddenvlak van de drager verlopende T-vormig geprofileerde groef hébben, waarin de afzonderlijke constructie-delen door schroeven met achter de zijlijsten van de T-vormig geprofileerde groef grijpende hamerkop vastgezet zijn.This object is realized by a supporting construction, wherein as supports and roof carriers I-shaped profiled supports are used, which have at least one flange side having a T-shaped profiled groove running in the longitudinal central plane of the carrier, in which the individual construction parts are screwed with hammer head gripping behind the side moldings of the T-shaped profiled groove.

Op deze wijze wordt bereikt, dat het voor de 30 samenstelling van een dergelijke draagconstructie voldoende is, de als stutten respectievelijk dakdragers te gebruiken metalen 8105514 -2- profielen op de vereiste lengte af te snijden en deze dan met de corresponderend gevormde constructiedelen onder het vermijden van een verdere bewerking van de profielen door zuivere klemverbindingen te verbinden.In this manner it is achieved that for the composition of such a supporting construction it is sufficient to cut the metal profiles 8105514 -2-to be used as struts or roof supports to the required length and then to avoid these with the correspondingly shaped construction parts, while avoiding this. of further processing of the profiles by connecting clean clamp connections.

5 Bij de verdere vorming van de uitvinding zijn de I-vormig geprofileerde dragers op voordelige wijze zodanig uitgevoerd, dat deze twee op onderlinge afstand evenwijdig verlopende door twee dwarswanden verbonden lijfplaten hébben, die op deze wijze een dubbele lijfplaat vormen, en dat aan 10 de flenszijde langs de aan de T-vormig geprofileerde groef tegenovergestelde zijde een over de volle breedte van de binnenruimte van de dubbele lijfplaat rèikende uitsparing optreedt. Deze uitsparing kan er dan toe dienen, dikke houten planken op te nemen, waaraan bijvoorbeeld van buiten af een 15 wandbekleding voor de hal door middel van nagels aangebracht kan worden. Profielen van dit type kunnen op voordelige wijze volgens de extrusiemethode uit een lichtmetaal respectievelijk een lichtmetaal-legering vervaardigd zijn.In the further development of the invention, the I-shaped profiled supports are advantageously designed in such a way that they have two mutually spaced web plates connected by two transverse walls, which in this way form a double web plate, and that on the flange side along the side opposite to the T-shaped profiled groove, a recess extending over the full width of the inner space of the double web plate occurs. This recess can then serve to accommodate thick wooden planks, to which, for example, a wall covering for the hall can be applied from the outside by means of nails. Profiles of this type can advantageously be manufactured from a light metal or a light metal alloy according to the extrusion method.

Verder is het een voordeel, bij de met dubbele 20 lijfplaten op de vermelde wijze uitgevoerde I-vormige drager-profielen binnen de door de evenwijdige lij £ platen zomede de dwarswanden, die deze verbinden, begrensde kastvormige binnenruimte aan de binnenwand van elke lijfplaat telkens een in de binnenruimte wijzende lijst aan te brengen, 25 waarbij deze lijsten, met betrekking tot het evenwijdig aan de lijfplaten verlopende langsmiddenvlak van het profiel symmetrisch ten opzichte van elkaar zo aangebracht zijn, dat deze een met de genormaliseerde maten van een onder de optredende vormen aansluitend tussen de beide lijfplaten 30 passende rechthoekige buis corresponderende doorsnede begrenzen. De mogelijkheid bestaat dan, bepaalde constructiedelen in de vorm van rechthoekige buizen uit te voeren en deze onder de optredende vormen aansluitend in de zo verkregen op maat afgebakende binnenruimte van de drager 35 in te voeren.Furthermore, it is an advantage, in the case of the I-shaped carrier profiles, which are constructed with double web plates in the manner described, within the transverse walls which connect them, bounded by the parallel adhesive plates, and in each case a box-shaped inner space on the inner wall of each web plate. to be provided in the interior space, said strips being arranged symmetrically relative to each other with respect to the longitudinal central plane of the profile running parallel to the web plates, so that they conform to the normalized dimensions of one of the occurring shapes define a corresponding rectangular tube between the two body plates 30, corresponding section. It is then possible to design certain structural parts in the form of rectangular tubes and to subsequently introduce these under the occurring shapes into the interior space of the carrier 35 thus delineated to size.

8105514 -3-8105514 -3-

De afzonderlijke constructiedelen, die op de U-vormig geprofileerde drager aangesloten moeten worden, zijn op hun beurt van een of meer langs een rechte aangebrachte sponningen voorzien, waardoorheen telkens de kop 5 van de te gebruiken hamerkopschroeven gestoken en in de T-vormig geprofileerde groef ingebracht kan worden, waarop de hamerkop door een draaiing over 90° in ingrijping met de randlijsten, die de T-vormig geprofileerde groef begrenzen, gebracht kan worden. Om het te ver draaien van de 10 hamerkop te vermijden, is deze op voordelige wijze zo uitgevoerd, dat zijnvlakke aanlegvlakken onder de optredende vormen aansluitend in de T-vormig geprofileerde groef passen, terwijl de draaiing mogelijk gemaakt wordt doordat twee diagonaal tegenover elkaar liggende kanten van de 15 hamerkop op corresponderende wijze afgerond zijn.The individual construction parts, which must be connected to the U-shaped profiled carrier, are in turn provided with one or more rebates arranged along a straight line, through which the head 5 of the hammer-head screws to be used are inserted each time and into the T-shaped profiled groove to which the hammer head can be brought into engagement with the edge strips which delimit the T-shaped profiled groove by a rotation through 90 °. In order to avoid turning the hammer head too far, it is advantageously designed in such a way that its flat contact surfaces fit under the occurring shapes into the T-shaped profiled groove, while the rotation is made possible by two diagonally opposite sides of the 15 hammer head are correspondingly rounded.

Verdere details van de constructie en in het bijzonder de vormgeving voor de verschillende toe te passen constructiedelen zullen in het volgende aan de hand van verschillende uitvoeringsvoorbeelden in de tekeningen 20 toegelicht worden. In de tekeningen toont: fig. 1 het toegepaste speciale profiel; fig. 2 een klemplaat net hamerkopschroef; fig. 3 de hamerkopschroef in bovenaanzicht; fig. 4 de draagconstructie van de gevelzijde 25 voorzien; fig. 5 een deel van de draagconstructie van de druipzijde gezien; fig. 6, 7 en 8 de voetplaat in drie verschillende aanzichten; 30 fig. 9 een diagonaal verstijvingselement; fig. 10 een aansluitdeel voor de diagonale verstijving; fig. 11, 12 en 13 een verbindingselement voor de aansluiting van een dakdrager aan een stut; 35 fig. 14 een andere uitvoeringsvorm met ver bindingselement voor de dakdrager; 8105514 \ -4- fig. 15, 16 en 17 een verbindingselement voor de aan de nokzijde optredende verbinding van twee dakdragers voor een zadeldak, in drie aanzichten; fig. 18 een andere uitvoeringsvorm voor de aan 5 de nokzijde optredende verbinding van dakdragers; fig. 19 een steekverbinding voor de aansluiting van een dakdrager aan een stut; fig. 20 een steekverbinding voor de aan de nokzijde optredende verbinding van twee dakdragers; 10 fig. 21, 22 en 23 een verstelbare steekbalkaan- sluiting; fig. 24 een verbindingselement voor de aansluiting van het boveneinde van een dakdrager aan een stut bij afdaken.Further details of the construction and in particular the design for the different construction parts to be used will be elucidated hereinbelow on the basis of different exemplary embodiments in the drawings. In the drawings: Fig. 1 shows the special profile used; fig. 2 a clamping plate with hammer head screw; fig. 3 shows the hammer head screw in top view; fig. 4 provide the supporting construction of the facade side 25; Fig. 5 shows part of the support construction from the dripping side; 6, 7 and 8 the base plate in three different views; Fig. 9 shows a diagonal stiffening element; Fig. 10 shows a connecting part for the diagonal stiffening; Figures 11, 12 and 13 show a connecting element for connecting a roof rack to a prop; Fig. 14 another embodiment with connecting element for the roof rack; Figures 15, 16 and 17 show a connecting element for the ridge side connection of two girders for a gable roof, in three views; Fig. 18 another embodiment for the connection of roof racks occurring on the ridge side; Fig. 19 a plug connection for the connection of a roof rack to a prop; Fig. 20 shows a plug connection for the ridge side connection of two roof carriers; Figures 21, 22 and 23 show an adjustable plug bar connection; fig. 24 a connecting element for the connection of the top end of a roof rack to a prop when roofing.

15 In fig. 1 is met 10 het voor de stutten en de dak dragers toe te passen metalen profiel aangegeven en van de kopzijde af gezien en gedeeltelijk in doorsnede weergegeven.In Fig. 1, 10 denotes the metal profile to be used for the struts and the roof carriers and is seen from the front side and partly shown in cross-section.

Het bestaat uit twee op onderlinge afstand evenwijdig verlopende lijfplaten 11, 11', die aan êén einde (in de tekening 20 boven) door een dwarswand 12 en aan het andere einde door een dwarswand 13 verbonden zijn. De dwarswand 12 is daarbij over een zékere afstand zo ten opzichte van het tegenovergestelde einde van de lijf platen 11, 11' verschoven, dat een over de volle breedte van de door de beide lijfplaten 11, 11' begrensde 25 ruimte reikende uitsparing 17 ontstaat, waarin een dikke houten plank 17' ingezet kan worden. De zijwanden van deze uitsparing 17 zijn voor de vastzetting van de dikke houten plank 17' op voordelige wijze zaagtandvormig geribbeld. De tegenovergestelde dwarsrand 13 is zo gevormd, dat een groef 14 ont-3Q staat. Langs de beide buitenkanten van deze groef 14 is telkens een loodrecht op de lijfplaten 11, 11' verlopende lijst 15 zodanig aangébracht, dat de groef 14 een T-vormig profiel verkrijgt. Langs de kanten van de lijfplaten 11, 11' zijn aan weerszijden flenzen 16, 16' aangebracht, zodat een I-profiel 35 met dubbele lijfplaat ontstaat.It consists of two mutually parallel web plates 11, 11 ', which are connected at one end (above in the drawing 20) by a transverse wall 12 and at the other end by a transverse wall 13. The transverse wall 12 is thereby displaced over a certain distance relative to the opposite end of the body plates 11, 11 'such that a recess 17 extending over the full width of the space defined by the two body plates 11, 11' is created, in which a thick wooden plank 17 'can be used. The side walls of this recess 17 are advantageously ribbed for fixing the thick wooden board 17 '. The opposite transverse edge 13 is shaped to form a groove 14. A strip 15 extending perpendicular to the body plates 11, 11 'is arranged along both outer sides of this groove 14, such that the groove 14 obtains a T-shaped profile. Flanges 16, 16 'are provided on both sides along the sides of the body plates 11, 11', so that an I-profile 35 with a double body plate is created.

In de door de beide lijfplaten 11, 11' en de dwars- 8105514 -5- randen 12 en 13 begrensde binnenruimte van het profiel treden twee symmetrisch ten opzichte van de langshartlijn A-A van het profiel aangebrachte in langsrichting verlopende binnenlijsten 18 op. Het door deze binnenlijsten 18 begrensde deel 5 19 van de binnenruimte is daarbij zo bemeten, dat zijn door snede met de doorsnede van een genormaliseerde rechthoekige buis 19' correspondeert, die onder de optredende vormen aansluitend tussen de beide op de afstand B verlopende lijf-platen 11, 11' past.In the inner space of the profile bounded by the two web plates 11, 11 'and the transverse edges 10 and 13, 12 and 13, two inner strips 18 arranged symmetrically with respect to the longitudinal axis A-A of the profile occur. The part 19 of the interior space bounded by these inner strips 18 is dimensioned in such a way that its section corresponds to the cross section of a normalized rectangular tube 19 ', which, under the occurring shapes, connects between the two web plates running at distance B 11, 11 'fits.

10 Qm nu een willekeurig constructie-element 20 aan het profiel 10 vast te zetten, is het voldoende in het aan te brengen constructie-element 20 een sponning 20' aan te brengen, waarvan de langsas zo uitgericht is, dat deze bij de montage evenwijdig aan de langsas van de T-vormig 15 geprofileerde groef 14 van het profiel 10 verloopt. Wordt nu het constructie-element 20 zodanig aangebracht, dat de sponning 20' boven de groef 14 komt te liggen, dan kan de kop 32 van een hamerkopschroef 31 door de sponning heen in de groef 14 ingevoerd worden; de schroef 31 wordt dan over 90° 20 om zijn as gedraaid, zodat de hamerkop 32 onder de lijsten 15 van de groef 14 grijpt en het constructie-element 20 door aarihalen van de moer 34 vastgeklemd kan worden.In order to fasten any construction element 20 to the profile 10, it is sufficient to provide a rebate 20 'in the construction element 20 to be fitted, the longitudinal axis of which is aligned so that it is parallel during mounting. on the longitudinal axis of the T-shaped profiled groove 14 of the profile 10 extends. If the construction element 20 is now arranged such that the rebate 20 'comes to lie above the groove 14, the head 32 of a hammer head screw 31 can be introduced through the rebate into the groove 14; the screw 31 is then rotated through 90 ° about its axis, so that the hammer head 32 grips under the strips 15 of the groove 14 and the construction element 20 can be clamped by tightening the nut 34.

On ook niet van sponningen voorziene constructie-elementen, bijvoorbeeld een het profiel 10 kruisend T-profiel 25 aan het profiel 10 te kunnen vastzetten, treedt een rechthoekige klemplaat 35 op, zoals in fig. 2 in zijaanzicht weergegeven is. Deze klemplaat 35 heeft een rondgat, waar een hamerkopschroef 31 doorheen grijpt. Langs één kant is de klemplaat 35 van een oplegkraalrand 36 voorzien, waarmee deze bij de montage tegen 30 het profiel 10 aanligt, terwijl het tegenovergestelde deel tot een tong 37 toeloopt, die bijvoorbeeld over een flens 35 van een vast te zetten T-profiel grijpt. De hamerkop 32 wordt in de groef 14 ingevoerd en door draaien van de schroef 31 met de lijsten 15 in ingrijping gebracht. Door aanhalen van 35 de moer 34 wordt de tong 37 tegen het vast te zetten constructie-element, bij het gekozen voorbeeld de flens 30 van een 8105514 -6- T-prófiel, gedrukt en dit door klemmen aan het profiel 10 vastgezet.In order to be able to fix a T-profile 25 crossing the profile 10 to the profile 10, also not provided with rebates, a rectangular clamping plate 35 occurs, as shown in side view in Fig. 2. This clamping plate 35 has a round hole through which a hammer head screw 31 engages. On one side the clamping plate 35 is provided with a bearing bead edge 36, with which it abuts against the profile 10 during mounting, while the opposite part tapers towards a tongue 37, which for instance engages over a flange 35 of a T-profile to be fixed . The hammer head 32 is inserted into the groove 14 and is engaged with the strips 15 by turning the screw 31. By tightening the nut 34, the tongue 37 is pressed against the construction element to be fixed, in the chosen example the flange 30 of an 8105514 -6-T-profile, and this is fixed to the profile 10 by clamping.

Qm enerzijds de draaiing van de hamerkop 32 mogelijk te maken en anderzijds de draaiingshoek te begrenzen, 5 is de kop 32 van de hamerkopschroef 31 aan twee onderling diametraal tegenovergestelde kanten 33 afgerond (fig. 3), terwijl de beide andere kanten in de met een verdraaiing van 90° corresponderende eindstand tegen de wanden van de groef 14 aanliggen en het verder draaien verhinderen.In order to enable the rotation of the hammer head 32 on the one hand and to limit the angle of rotation on the other hand, the head 32 of the hammer head screw 31 is rounded on two mutually diametrically opposite sides 33 (fig. 3), while the other two sides are in the rotate the corresponding end position by 90 ° against the walls of groove 14 and prevent further turning.

10 In fig. 4 en 5 is nu de draagconstructie in zijn geheel weergegeven en wel eenmaal (fig. 4) van de gevelzijde gezien, waarbij op grond van de ruimtebesparing het rechter deel van de constructie gedeeltelijk weggelaten is, en eenmaal (fig. 5) gedeeltelijk weggebroken in zijaanzicht.10 In Figs. 4 and 5, the supporting construction is now shown in its entirety, once (Fig. 4) seen from the facade side, with the right-hand part of the construction being partly omitted for reasons of space savings, and once (Fig. 5). ) partly broken away in side view.

15 Hierin zijn met 1 de telkens uit een profiel 10 bestaande stutten aangegeven, die door middel van voetplaten 2 op de vloer staan en vastgezet kunnen worden. Deze zijn zo aangebracht, dat de groeven 14 naar binnen de hal of de overkapping wijzen, terwijl de dikke houten planken 17' zich aan de buitenzijde 20 bevinden, waar zij bijvoorbeeld voor het bevestigen van een bekleding van dwarshouten of dekzeilen door middel van nagels dienen kunnen.15 Here 1 indicates the struts each consisting of a profile 10, which are placed on the floor by means of foot plates 2 and can be secured. These are arranged in such a way that the grooves 14 face inwards the hall or the canopy, while the thick wooden planks 17 'are on the outside 20, where they serve, for example, for fixing a covering of cross-timber or tarpaulins by means of nails. can.

Voor de verstijving in langsrichting van de hal of overkapping zijn de stutten 1 door over elkaar heen kruisende, 25 op de wijze van een schaar met elkaar verbonden diagonale schoren 4 verbonden (fig. 5).For the longitudinal stiffening of the hall or roof, the struts 1 are connected by diagonal braces 4 intersecting each other in the manner of a pair of scissors (fig. 5).

De dakspanten zijn samengesteld uit dakdragers 6, die ook telkens uit een profiel 10 bestaan. De aansluiting aan de stutten 1 gebeurt daarbij door middel van speciale aansluit-30 elementen 5, en aan de nokzijde verenigen van de beide schuine dakdragers 6 door middel van de nokelementen 7. Voor het aanbrengen van de steekbalken 64 treden verstelbare steunen 60 op, die op een willekeurige plaats aan de dakdragers 6 aangebracht kunnen worden.The rafters are composed of roof racks 6, which also consist of a profile 10 each. The connection to the struts 1 is thereby effected by means of special connecting elements 5, and on the ridge side unifying the two sloping roof carriers 6 by means of the ridge elements 7. Adjustable supports 60 are provided for the insertion of the strut bars 64, which can be mounted anywhere on the roof carriers 6.

35 In fig. 6 t/m 8 is een voetplaat 2 in drie ver schillende aanzichten weergegeven, en wel in fig. 6 van de 8105514 -7- binnenzijde van de overkapping en in fig. 7 in de langsrichting van de overkapping gezien; fig. 8 toont het bovenaanzicht.In Fig. 6 to 8 a base plate 2 is shown in three different views, namely in Fig. 6 from the inside of the canopy and in Fig. 7 seen in the longitudinal direction of the canopy; Fig. 8 shows the top view.

Deze voetplaat 2 bestaat uit een grondplaat 21, die horizontaal aangebracht is, op de vloer rust en van gaten 22 voorzien 5 is, die er toe dienen, de voetplaat 2 op ontgonnen grond met grondnagels of op een betonvloer door vastschroeving vast te zetten. Op deze grondplaat 21 is loodrecht naar boven de aansluitplaat 23 aangelast, waarin zich de sponningen 24 voor de hamerkopschroeven bevinden, waarmee de met stippellijnen 10 aangegeven stut 1 op de in het voorgaande beschreven wijze aan de voetplaat 2 door aariklemmen bevestigd wordt. Bovendien is aan de aansluitplaat 23 nog een bout 25 aangebracht, die loodrecht daarop in horizontale richting in de overdekte ruimte steekt en aan het einde van een tuimelpen 26 voorzien is. Deze 15 bout 25 dient voor de vastzetting van de diagonale schoren 41 (fig. 9), waarbij deze door een zich aan het ondereinde daarvan bevindende boring 43 heen grijpt, terwijl de tuimelpen 26 het uit deze boringen glijden van de bout 25 verhindert.This base plate 2 consists of a base plate 21, which is arranged horizontally, rests on the floor and is provided with holes 22, which serve to fix the base plate 2 on reclaimed ground with ground nails or on a concrete floor by screwing. Perpendicularly upwards, the connecting plate 23 is welded to this base plate 21, in which the rebates 24 for the hammer head screws are located, with which the strut 1 indicated by dotted lines 10 is fastened to the base plate 2 in the manner described above. In addition, a bolt 25 is arranged on the connecting plate 23, which protrudes perpendicularly in the covered space in a horizontal direction and is provided with a toggle pin 26 at the end. This bolt 25 serves to fix the diagonal braces 41 (Fig. 9), which grips through a bore 43 located at its lower end, while the rocker pin 26 prevents the bolt 25 from slipping out of these bores.

De hoogte van de bout 25 is zo gekozen, dat telkens twee 20 diagonale schoren 41 tegelijk met behulp daarvan vastgezet kunnen worden.The height of the bolt 25 is chosen such that each time two diagonal braces 41 can be fixed simultaneously with the aid thereof.

De diagonale schoren 41 zijn op voordelige wijze in de in fig. 9 voorgestelde vorm door een scharnier 44 op de wijze van een schaar met elkaar verbonden en vormen zo het 25 verstijvingselement 4, zoals telkens tussen twee opeenvolgende stutten 1 aangebracht is (fig. 5). De schamierverbinding 44 heeft het voordeel, dat voor elk veld tussen twee stutten een enkel, direct inzetbaar verstijvingselement beschikbaar is, dat zich dankzij de met elkaar verbonden, over elkaar heen 30 kruisende diagonale schoren 41 daarbij zichzelf verstijft, maar dat anderzijds voor de berging tot een zo klein mogelijke benodigde ruimte bijeen te brengen is. De diagonale schoren 41, die op voordelige wijze uit steigerbuizen kunnen bestaan, zijn aan him einden telkens van platte tongen 42 voorzien, 35 die een boring 43 hebben, door middel waarvan deze aan de 8105514 -8- stutten vastgezet kunnen worden. Dit gebeurt aan het ondereinde, bijvoorbeeld op de in het voorgaande vermelde wijze door opsteken op de bout 25 van de voetplaat 2, waarbij de beide tongen 42 van de diagonale schoren 41 van twee op elkaar aansluitende 5 velden over elkaar op dezelfde bout 25 plaats vinden. Bij toepassing van steigerbuizen voor de diagonale schoren 41 is het voldoende om voor de vervaardiging van de tongen 42 de buiseinden plat te drukken.The diagonal braces 41 are advantageously connected in the form shown in fig. 9 by a hinge 44 in the manner of scissors and thus form the stiffening element 4, as is always arranged between two successive struts 1 (fig. 5). ). The hinge connection 44 has the advantage that for each field between two struts there is a single, directly deployable stiffening element, which stiffens itself thanks to the interconnected diagonal struts 41 intersecting one another, but on the other hand, for storage, up to the smallest possible space required can be brought together. The diagonal braces 41, which can advantageously consist of scaffolding tubes, are each provided with flat tongues 42 at their ends, which have a bore 43, by means of which they can be fixed to the 8105514 -8 struts. This is done at the bottom end, for example in the manner mentioned above by mounting on the bolt 25 of the base plate 2, wherein the two tongues 42 of the diagonal braces 41 of two adjacent fields take place on the same bolt 25 one above the other. . When using scaffolding tubes for the diagonal braces 41 it is sufficient to flatten the tube ends for the manufacture of the tongues 42.

Voor de vastzetting van het boveneinde van de 10 diagonale schoor 41 kan een speciale aansluitplaat 3 gebruikt worden, zoals in fig. 10 weergegeven is. Deze plaat 3 correspondeert in al zijn details met de verticale aansluitplaat 23, die aan de grondplaat 21 van de voetplaat 2 aangelast is, zodat hier een in detail gaande beschrijving overbodig is.For fixing the top end of the diagonal strut 41, a special connecting plate 3 can be used, as shown in Fig. 10. This plate 3 corresponds in all its details to the vertical connecting plate 23, which is welded to the base plate 21 of the base plate 2, so that a detailed description is unnecessary here.

15 De verwijzingscijfers corresponderen met de verwijzingscijfers in fig. 6 t/m 8.The reference numbers correspond to the reference numbers in Figures 6 to 8.

In fig. 11 t/m 13 is een verbindingselement 5 voor de aansluiting van een dakdrager 6 aan een stut 1 weergegeven, en wel in fig. 11 van de binnenzijde van de overkapping 20 respectievelijk van de hal gezien, in fig. 12 in zijaanzicht en in fig. 13 in bovenaanzicht. Het verbindingselement 5 bestaat uit twee schuin gesneden onder de met de dakschuinte corresponderende hoek α bijvoorbeeld door lassen met elkaar verbonden U-profielen 51 en 52. De dagmaat tussen de flenzen 25 van de U-profielen 51, 52 correspondeert met de buitenmaat van het metalen profiel 10 tussen de buitenkanten van de beide flenzen 16' (fig. 1), zodat het metalen profiel 10 met zijn de groef 14 vertonende zijde onder de opsluitende vormen aansluitend in het U-profiel 51 resp. 52 ingezet kan worden.In Figs. 11 to 13 a connecting element 5 for the connection of a roof rack 6 to a prop 1 is shown, in Fig. 11 seen from the inside of the canopy 20 or the hall, in Fig. 12 in side view and in Fig. 13 a plan view. The connecting element 5 consists of two obliquely cut at the angle α corresponding to the roof pitch, for example U-profiles 51 and 52 connected by welding. The clear opening between the flanges 25 of the U-profiles 51, 52 corresponds to the outer dimension of the metal profile 10 between the outer sides of the two flanges 16 '(fig. 1), so that the metal profile 10 with its side showing the groove 14 adjoins the U-profile 51 and 51, respectively, under the retaining shapes. 52 can be deployed.

30 In de lijfplaat van de profielen 51 en 52 treden telkens tenminste twee sponningen op, die de invoer van hamerkopschroeven 31 in de groef 14 en zodoende de vastzetting van het als stut 1 respectievelijk als dakdrager 6 dienende metalen profiel 10 in de U-profielen 51 en 52 veroorloven. Voor de versterking 35 van het verbindingselement 5 treedt in de hoek een de beide U-prófielen 51 verbindende schoor 53 op, die in fig. 11 gedeelte- 8 1 0 5 5 1 4 -9- lijk onderbroken is, om de sponningen 55 zichtbaar te maken.At least two rebates occur in the body plate of the profiles 51 and 52, which insert the hammer head screws 31 into the groove 14 and thus secure the metal profile 10 serving as the prop 1 or as the roof rack 6 in the U-profiles 51 and 52 afford. For the reinforcement 35 of the connecting element 5, a brace 53 connecting the two U-profiles 51, which is interrupted in FIG. 11 in part 11, is present in the corner around the rebates 55. to make.

Langs de door de stootplaats van de U-profielen 51, 52 gevormde hoek zijn nog aan weerszijden van het verbindingselement 5 buissteunen 54 aangelast, die voor het inzetten van de bijvoor-5 beeld uit ronde buizen bestaande, aan hun einden van loodrecht aangezette verbindingssteunen 66 voorziene steekbalken 64 dienen (zie fig. 21).Tubular supports 54 are welded along the angle formed by the impact of the U-profiles 51, 52 on both sides of the connecting element 5, which pipes are used for inserting the round tubes, for example, consisting of vertically arranged connecting supports 66 provided insert bars 64 (see fig. 21).

Het verticaal verlopende U-profiel 51 van het verbindingselement 5 kan op voordelige wijze naar onder iets 10 verlengd zijn, zodat het onder de aanzetting van de schoor 53 heen uitstekende einde 51' van een bout 25 met tuimelpen 26 voorzien kan worden. In dit geval kunnen de boveneinden van de diagonale schoren direct aan het verbindingselement 5 aangesloten worden en vervalt het gebruik van de aansluitplaat 3.The vertically extending U-profile 51 of the connecting element 5 can advantageously be extended slightly downwards, so that the end 51 'projecting under the strut of the strut 53 can be provided with a bolt 25 with toggle pin 26. In this case, the top ends of the diagonal braces can be connected directly to the connecting element 5 and the connection plate 3 is no longer used.

15 Het in het voorgaande beschreven verbindingselement 5 veronderstelt een vaste voorbestemde dakhoek. Moet de mogelijkheid verschaft worden, de dakhoek willekeurig te kiezen, dan kan men door de invoer van een scharnier een veranderlijke hoek laten optreden, zoals in fig. 14 weergegeven is. Hierbij 20 is de constructie van het verbindingselement 5' in beginsel dezelfde als voor het verbindingselement 5 in fig. 11· t/m 13 weergegeven is. Het schuinstaande U-profiel 52' is door middel van een scharnier 56 met het verticale U-profiel 51 verbonden.The connecting element 5 described above assumes a fixed predetermined roof angle. Should the possibility be given to choose the roof angle arbitrarily, a variable angle can be caused by the insertion of a hinge, as shown in Fig. 14. The construction of the connecting element 5 'is in principle the same as that shown for the connecting element 5 in Figs. 11-13. The inclined U-profile 52 'is connected to the vertical U-profile 51 by means of a hinge 56.

Om de schoor telkens aan de hoek α te kunnen aanpassen, bestaat 25 deze uit twee telkens aan de U-profielen 51 en 52' door middel van het scharnier 57 verbonden buizen 53', 53" van verschillende diameter, die telescopisch in elkaar gevoerd zijn, zodat door uittrekken of inschuiven van de ene buis 53' in de andere 53" de lengte van de schoor willekeurig veranderd kan worden.In order to be able to adapt the strut to the angle α in each case, it consists of two tubes 53 ', 53 "of different diameters, each connected to the U-profiles 51 and 52' by means of the hinge 57, and which are telescopically interconnected , so that the length of the strut can be changed arbitrarily by pulling out or sliding in one tube 53 'into the other 53 ".

30 Qm de beide buizen 53', 53" in de uiteindelijke stand onderling vast te zetten, is aan het einde van de buitenste buis 53" een om de binnenste buis 53' grijpende koppelinghelft 58 aangelast, met behulp waarvan de binnenste buis 53' vastgeklemd kan worden.In order to fix the two tubes 53 ', 53 "mutually in the final position, a coupling half 58 engaging around the inner tube 53' is welded to the end of the outer tube 53", with the aid of which the inner tube 53 'is clamped can become.

Om bij een zadeldak de van weerszijden in de 35 noklijn samenkomende dakdragers 6 met elkaar te verbinden, treedt aan de nokzijde het verbindingselement 7 op, zoals in 8105514 -10- fig. 15 t/m 17 weergegeven is. Hierbij toont fig. 15 het verbindingselement in zijaanzicht van de gevelzijde af gezien, fig. 16 in bovenaanzicht en fig. 17 in een doorsnede volgens XVII-XVTI in fig. 15, in de richting van de pijl gezien.In order to connect the roof carriers 6 converging on both sides in the ridge line with a gable roof, the connecting element 7 occurs on the ridge side, as shown in 8105514-10, fig. 15 to 17. Fig. 15 shows the connecting element in side view from the facade side, Fig. 16 in top view and Fig. 17 in a section according to XVII-XVTI in Fig. 15, seen in the direction of the arrow.

5 Het verbindingselement 7 bestaat uit de U-profielen 71 en 71'.The connecting element 7 consists of the U-profiles 71 and 71 '.

De dagmaat tussen de flenzen van deze U-profielen 71, 71' is op dezelfde wijze als bij de aan de druipzijde optredende verbindingselementen 5 zo bemeten, dat de als dakdragers 6 dienende metalen profielen 10 onder de optredende vormen 10 aansluitend ingebracht kunnen worden. De U-profielen 71, 71' zijn onder de met de dakschuinte corresponderende hoek 3=2. (l80-°0° aan een n°k 72 aangelast, die naar onder / 3 tot aan een verstijving 'reikt, waarmee deze vast verbonden is en die de beide U-profielen 71, 71' met elkaar verbindt. Aan 15 de nokplaat 72 zijn aan weerszijden buissteunen 74 aangebracht, die voor het inhangen van de insteekbalken 64 dienen. Voor de vastzetting van de metalen profielen 70, die de dakdragers 6 vormen, bevinden zich in de lijfplaten van de U-profielen 71, 71' sponningen 75, waardoor de hamerkopschroeven 31 in 20 de groef 14 ingebracht kunnen worden.The clear opening between the flanges of these U-profiles 71, 71 'is, in the same manner as with the connecting elements 5 occurring on the dripping side, such that the metal profiles 10 serving as roof carriers 6 can be subsequently inserted under the occurring shapes 10. The U-profiles 71, 71 'are at the angle 3 = 2 corresponding to the roof pitch. (180 ° 0 ° welded to a n ° k 72, which extends downwards / 3 to a stiffening ', to which it is firmly connected and which connects the two U-profiles 71, 71' to each other. To the ridge plate 72 pipe supports 74 are provided on either side for the purpose of hanging the insert beams 64. For the fixing of the metal profiles 70, which form the roof carriers 6, there are rebates 75 in the web plates of the U-profiles 71, 71 ', whereby the hammer-head screws 31 can be inserted into the groove 14.

Wanneer de dakhoek willekeurig gekozen moet worden, dan moet natuurlijk behalve het verbindingselement 5' voor de aan de druipzijde optredende aansluiting van de dakdrager (fig. 14) ook het verbindingselement voor de aan de nokzijde 25 optredende verbinding van de beide dakdragers 6 zo uitgevoerd zijn, dat een aanpassing aan de telkens gekozen dakhoek mogelijk is.If the roof angle has to be chosen arbitrarily, then of course, in addition to the connecting element 5 'for the connection of the roof carrier occurring on the drip side (fig. 14), the connecting element for the connection occurring on the ridge side 25 of the two roof carriers 6 must also be designed that it is possible to adapt to the selected roof angle.

Een dergelijk verbindingselement 7' is in fig. 18 weergegeven.Such a connecting element 7 'is shown in Fig. 18.

De beide U-profielen 71 en 71' zijn in dit geval door een scharnier 76 verbonden. Eén nokplaat (72, fig. 15) treedt niét op.The two U-profiles 71 and 71 'are in this case connected by a hinge 76. One cam plate (72, Fig. 15) does not occur.

30 Om de gewenste hoek te kunnen instellen, kan de verstijving evenals in fig. 14 weergegeven is uit twee door middel van scharnieren 77 aan de dakdragers 71, 71' verbonden, telescopisch in elkaar gevoerde buizen 73', 73" bestaan. De vastzetting gebeurt dan bijvoorbeeld in dezelfde vorm als bij het aan de 35 druipzijde optredende verbindingselement 5' door middel van een aan de buitenste buis aangelaste koppelinghelft, maar ook 8105514 -11- bestaat de mogelijkheid, ter vereenvoudiging van de constructie zich in dit geval tot een voorbestemd aantal van verschillende mogelijke dakhoeken te beperken en op de in fig. 18 voorgestelde wijze in beide buizen 73' en 73" op gelijke afstanden boringen 5 78 aan te brengen, die voor het vastleggen van denhoekstand door middel van bouten dienen. Daar een steeds verticaal staande nokplaat (72, fig. 15) voor de aanbrenging van buis-steunen voor de bevestiging van noksteekbalken ontbreekt, moeten in plaats van een noksteekbalk telkens twee evenwijdige 10 steekbalken aangebracht worden, die in de beide telkens aan het boveneinde van de U-profielen 71, 71' aan weerszijden aangebrachte buissteunen 74' ingehangen worden.In order to be able to set the desired angle, the stiffening, as shown in fig. 14, can consist of two telescopic interconnected tubes 73 ', 73 "connected to the roof supports 71, 71' by means of hinges 77. The fixing takes place Then, for example, in the same form as with the connecting element 5 'occurring on the dripping side by means of a coupling half welded to the outer tube, but there is also the option of simplifying the construction in this case to a predetermined number. of different possible roof angles and to provide equally spaced bores 578 in both pipes 73 'and 73 "in the manner shown in FIG. 18, which serve to determine the angle of the position by means of bolts. Since there is no vertically standing ridge plate (72, fig. 15) for the installation of pipe supports for the attachment of ridge stitch beams, instead of a ridge stitch beam, two parallel 10 stitch beams must be provided, which are located in the two at the top of each the U-profiles 71, 71 'on both sides of pipe supports 74' are suspended.

In plaats van de toepassing van de in het voorgaande beschreven verbindingselementen 5 en 7 bestaat 15 ook de hiervan afwijkende mogelijkheid, de metalen profielen 10, die de stutten en dakdragers vonten, met elkaar te verbinden. Zoals reeds in het voorgaande uiteengezet is, zijn in de door de lijf platen 11, 11' en de dwarswanden 12 en 13 begrensde binnenruimte van het metalen profiel 10 twee 20 binnenlijsten 18 aangebracht (zie fig. 1), waardoor een in zijn afmetingen aan de normen voor rechthoekige buizen aangepaste ruimte 19 afgescheiden is. Men kan nu .de metalen profielen 10, die de stutten 1 en de dakdragers 6 vormen, aan de druipzijde zodanig aan elkaar aansluiten, dat een 25 corresponderend uitgebogen rechthoekige buis 81 aan de beide te verbinden einden van de metalen profielen 10 telkens in de ruimte 19 ingeschoven wordt. Een dergelijke verbinding is in de langsrichting van de overkapping respectievelijk hal gezien in fig. 19 weergegeven. De rechthoekige buis 18 is 30 corresponderend aan de dakhoek uitgebogen en met zijn ene einde in de ruimte 19 van de stut 1 en met zijn andere einde in de ruimte 19 van het metalen profiel 10, dat de dakdrager 6 vormt, ingevoerd. De rechthoekige buis is zo gekozen, dat deze onder de optredende vormen telkens aansluitend in de ruimte 35 19 past, zoals in fig. 1 aan de hand van het gestippeld daarin 8 1 0 5 5 1 4 -12- getekende rechthoekige buisprofiel 19' gezien kan worden.Instead of the use of the above-described connecting elements 5 and 7, there is also the option of connecting the metal profiles 10, which form the struts and roof carriers, to one another. As already explained above, in the inner space of the metal profile 10 bounded by the body plates 11, 11 'and the transverse walls 12 and 13, two inner strips 18 are arranged (see fig. 1), so that one in its dimensions the standards for rectangular pipes adapted space 19 is separated. It is now possible to connect the metal profiles 10, which form the struts 1 and the roof carriers 6, to each other on the dripping side in such a way that a correspondingly bent rectangular tube 81 at each of the ends of the metal profiles 10 to be connected is always in the space. 19 is retracted. Such a connection is shown in fig. 19 in the longitudinal direction of the roof or hall. The rectangular tube 18 is bent correspondingly to the roof angle and is inserted with one end into the space 19 of the prop 1 and with its other end into the space 19 of the metal profile 10, which forms the roof carrier 6. The rectangular tube is chosen such that it fits in the space 19 19 under the occurring shapes, as shown in Fig. 1 by means of the rectangular tube profile 19 'drawn in dashed lines drawn therein. 8 1 0 5 5 1 4 -12 can become.

Om het verschuiven of daaruit glijden van de rechthoekige buis 81 te verhinderen, is zowel aan de stut 1, als ook aan de dakdrager 6 telkens een klemhoekprofiel 83 aangebracht, dat 5 door middel van een hamerkopschroef 31 in de groef 14 van het betreffende metalen profiel 10 vastgezet is en met zijn uitgebogen einde 83' om het einde van het metalen profiel 10 heen grijpt en zodanig tegen de rechthoekige buis 81 gedrukt wordt, dat deze in zijn relatieve stand ten opzichte van de 10 stut 1 respectievelijk de dakdrager 6 vastgehouden wordt.In order to prevent the rectangular tube 81 from slipping or slipping out, a clamping angle profile 83 is provided on the strut 1 as well as on the roof rack 6, which 5 is fixed in the groove 14 of the respective metal profile by means of a hammer-head screw 31. 10 is secured and with its bent end 83 'grips around the end of the metal profile 10 and is pressed against the rectangular tube 81 such that it is held in its relative position with respect to the strut 1 and the roof rack 6, respectively.

Aan weerszijden van de rechthoekige buis 81 is zowat op de plaats, waarop deze uitgebogen is, telkens een buissteun 84 voor het inhangen van de steekbalken 64 aangebracht, die zo bemeten is, dat de steekbalken zowel in het door het buitenvlak van de 15 stutten 1, als ook in het door de buitenvlakken van de dakdragers 6 bepaalde vlak komen te liggen.On either side of the rectangular tube 81, approximately at the location at which it is bent, a tube support 84 is each arranged for hanging in the strut beams 64, which is dimensioned such that the strut beams both in the through the outer surface of the 15 struts 1 , as well as in the plane defined by the outer surfaces of the roof carriers 6.

Op overeenkomstige wijze kunnen aan de nokzijde ook de dakdragers 6 met elkaar verbonden worden, zoals uit fig. 20 opgemaakt kan worden. De corresponderend met de nok-20 hoek uitgebogen rechthoekige buis 82 wordt op dezelfde wijze in de metalen profielen 10 ingebracht en door middel van klemhoekprofielen 83 vastgezet, zoals reeds aan de hand van fig. 19 beschreven is. Voor het aanbrengen van de noksteekbalk treden de buissteunen 84 op, die op de plaats, waar de recht-25 hoekige buis 82 uitgebogen is, aan weerszijden daaraan aangebracht zijn.Likewise, on the ridge side, the roof carriers 6 can also be connected to each other, as can be seen from Fig. 20. The corresponding rectangular tube 82 bent at the angle of the cam 20 is inserted in the metal profiles 10 in the same manner and fixed by means of clamping angle profiles 83, as already described with reference to Fig. 19. The pipe supports 84, which are bent on both sides at the location where the rectangular pipe 82 is bent, are provided for the arrangement of the ridge plug beam.

Fig. 21, 22 en 23 tonen het bevestigingselement 26, met behulp waarvan de steekbalken 64 aan de dakdrager 6 vastgezet kunnen worden. Hierbij is in fig. 21 dwars op 30 de langsrichting van de hal gezien een bijvoorbeeld uit een rechthoekige buis bestaande steekbalk 64 weergegeven en getoond, hoe deze in het bevestigingselement 60 ingezet is.Fig. 21, 22 and 23 show the fastening element 26, with the aid of which the plug bars 64 can be fixed to the roof rack 6. In fig. 21, seen transversely to the longitudinal direction of the hall, a plug beam 64, for instance consisting of a rectangular tube, is shown and shown, how it is inserted in the fastening element 60.

De dakdragers 6 zijn met streepstippellijnen aangegeven.The roof carriers 6 are indicated by dashed dotted lines.

Fig. 22 toont het bevestigingselement 60 van de gevelzijde 35 gezien en fig. 23 in bovenaanzicht. Het element 60, dat aan de dakdragers 6 op een willekeurige plaats ingezet kan worden, 8105514 -13- bestaat uit de U-vormig geprofileerde beugels 61, aan de flenzen waarvan buisvormige steunen 63 aangebracht zijn, die voor het opnemen van de opsteekdooms 66 van de steekbalken 64 dienen. In de lijf plaat van het U-vormige profiel 61 zijn 5 sponningen 62 aangebracht, die de bevestiging van het element 60 door middel van hamerkopschroeven 31 op de reeds in het voorgaande beschreven wijze in de groef 14 van het metalen profiel 10, dat de dakdrager 6 vormt, mogelijk maken. De steekbalken 64 bestaan uit een rechthoekige buis, die aan 10 beide einden in zijn bovenste en onderste wand een hoekige uit-klinking 65 heeft, waarin de uit een buisstük bestaande op-steekdoom 66 ingelast is. Aan het ondereinde van de doom 66 bevindt zich een boring 66', waardoor een pen of stift gestoken kan worden, on het uit de steun 63 glijden van de doom te 15 verhinderen. Natuurlijk kunnen op deze wijze de steekbalken 64 niet alleen aan de dakdragers 6 aangebracht worden, maar zo nodig aan de stutten 1, waar deze in het gegeven geval voor de bevestiging van een zijwand vormende dekzeilen of dwarshoutpanelen er aan te pas kunnen komen.Fig. 22 shows the fastening element 60 viewed from the facade side 35 and FIG. 23 is a top view. The element 60, which can be used on the roof carriers 6 in any desired location, 8105514 -13- consists of the U-shaped profiled brackets 61, on the flanges of which tubular supports 63 are arranged, which receive the push-on stubs 66 of the stub bars 64 serve. In the body plate of the U-shaped profile 61, 5 rebates 62 are provided, which fasten the element 60 by means of hammer-head screws 31 in the manner already described above in the groove 14 of the metal profile 10, which the roof rack 6. The plug beams 64 consist of a rectangular tube, which has an angular projection 65 at both ends in its upper and lower wall, into which the plug-in steam 66 consisting of a pipe piece is inserted. At the lower end of the doom 66 there is a bore 66 'through which a pin or pin can be inserted to prevent the doom from slipping out of the support 63. Naturally, in this way the plug-in beams 64 can be fitted not only to the roof carriers 6, but if necessary to the struts 1, where in the given case they can be used to attach tarpaulins or cross-timber panels for the attachment of a side wall.

20 In plaats van een zadeldak, waarvan in de be schrijving tot dusver sprake is, is het natuurlijk ook mogelijk, een afdak aan te brengen. In dit geval wordt als bovenste verbindingselement tussen de dakdrager 6 en de corresponderende stut 1 een hoekvormig element 9 aangebracht, 25 zoals in fig. 24 weergegeven is. Dit aansluitelement 9 bestaat uit twee onder de vereiste hoek met elkaar door lassen verbonden U-profielen 91, 92, die een hoek y insluiten, die gelijk is aan de supplementshoek bij de door de beide benen van het onderste aansluitelement 5 gevormde hoek a . Voor het overige 30 correspondeert dit aansluitelement 9 in zijn details geheel met de uitvoering van het aansluitelement 5, dat wil zeggen dat de dagmaat tussen de flenzen van de U-pröfielen 91, 92 met de oplegbreedte van het profiel 10 correspondeert, terwijl in de liifplaten van de het element vormende U-profielen 91, 35 92 de voor de verbinding met de stutten 1 respectievelijk dak- 8105514 -14- dragers 6 vereiste sponningen optreden en op de verbindingsplaats van de beide U-profielen 91, 92 aan weerszijden telkens een buissteun 94 voor de bevestiging van de steekbalken 64 aangebracht is.20 Instead of a gable roof, which is so far mentioned in the description, it is of course also possible to provide a roof. In this case, as an upper connecting element between the roof rack 6 and the corresponding prop 1, an angular element 9 is provided, as shown in Fig. 24. This connecting element 9 consists of two U-profiles 91, 92 welded together at the required angle, which enclose an angle y which is equal to the supplement angle at the angle a formed by the two legs of the lower connecting element 5. For the rest, this connecting element 9 in its details corresponds entirely to the design of the connecting element 5, that is to say that the clearances between the flanges of the U-profiles 91, 92 correspond to the bearing width of the profile 10, while in the topsheets of the U-profiles 91, 35 92 forming the element, the rebates required for the connection to the struts 1 or roof supports 6, respectively, and a pipe support on each side of the connection points of the two U-profiles 91, 92 94 for attaching the plug bars 64.

5 Kort saraengevat is in het voorgaande beschreven dat de uitvinding betrekking heeft op een draagconstructie voor monteer- en demonteerbare overkappingen of hallen, waarbij als stutten 1 en dakdragers 6 U-vormig geprofileerde dragers, die op een flenszijde van een T-vormig geprofileerde groef 10 voorzien zijn, gebruikt worden, waarbij deze elementen aan de druipzijde door corresponderend uitgevoerde verbindingselementen 5 respectievelijk aan de nokzijde door corresponderende verbindingselementen 7 met elkaar verbonden zijn, zoals met name in fig. 5 en 7 gezien wordt.Briefly summarized, it has been described above that the invention relates to a supporting construction for mountable and demountable roofs or halls, wherein as supports 1 and roof supports 6 U-shaped profiled supports, which are mounted on a flange side of a T-shaped profiled groove 10 provided, these elements are connected to each other on the drip side by correspondingly designed connecting elements 5 and on the ridge side by corresponding connecting elements 7, as is seen in particular in Figs. 5 and 7.

15 810551415 8105514

Claims

Support structure for mountable and demountable canopies or halls, characterized in that st-shaped profiled supports (10) are used as struts (1) and roof carriers (6), which at least along a flange side have a longitudinal center plane (AA). of the carrier (10) have a T-shaped profiled groove (14) in which the individual construction parts are secured by screws (31) with hammer head (32) engaging behind the side strips (15) of the T-shaped profiled groove (14) .

Supporting structure according to claim 1, characterized in that the profile (10) used for the struts (1) or roof racks (6) is arranged in two spaced parallel to each other and to the longitudinal center plane (AA) of the profile (10). on the flange side 15 web plate (11, 11 ') connected by a transverse wall (12, 13) has existing double web plate.

Supporting structure according to claim 2, characterized in that the profile (10) along a flange side symmetrical with respect to its longitudinal central plane (AA) running parallel to the web plates (11, 11 ') has a wide recess (17) for accommodating a wooden bar (17 ').

Support structure for followers according to claim 2, characterized in that along the inner sides of the two web plates (11, 11 ') in a symmetrical design with respect to the longitudinal central plane (AA) of the profile (10) running parallel to the web plates (11, 11'). ) each time a strip (18) pointing inwardly into the hollow space of the double web plate is arranged, and these two strips (18) delimit a space (19), the cross section of which with the outer dimensions of a normalized under the occurring shapes, connects between the both body plates 30 (11, 11 ') to be inserted correspond to rectangular tube (19').

4 -15-

Support structure according to claim 1, characterized in that the screws (31) for securing the individual structural parts each have a hammer head (32), which is rounded on two mutually diametrically opposite sides (33), while the other two edges in the 8105514 * -16- end position against the wall of the T-shaped profiled groove (14).

Supporting structure according to claim 1, characterized in that a rectangular clamping plate (35) has a round hole for piercing a hammer-head screw (31) and that a bead bead (36) runs along one of its sides, while the opposite part until a tongue (37) tapers.

Supporting structure according to claim 1, characterized in that the struts (1) are each provided at their lower end with an exchangeable base plate (2), which consists of a horizontal base plate (21) and a connecting plate (23) welded perpendicularly thereto, in which vertically running rebates (24) are arranged along the centerline thereof.

Supporting structure according to claim 7, characterized in that the connecting plate (23) is provided with a bolt (25) protruding perpendicularly to it horizontally in the covered space and carrying a toggle pin (26) at its end.

Supporting structure according to claim 1, characterized in that a stiffening element is built between two successive struts (1), consisting of two flat tongues (42) intersecting at both ends, each having a bore (43) there are provided diagonal braces (41), which are connected at the junction in the manner of scissors by a hinge (44).

Supporting structure according to claim 1, characterized in that a connecting plate (3) is provided, in which rebates (24) are arranged along the axis thereof and to which a bolt (25) projecting perpendicular to the plate surface is attached, which has a toggle pin (26 at its end) ) wear.

Supporting structure according to claim 1, characterized in that the connecting element (5) between the roof carrier (6) and the prop (1) consists of two U-profiles (51) which are connected to one another by welding, for example by welding. , 52), the clear opening of which corresponds to the bearing width of the metal profile (10) and of which the web plates each have at least two rebates (55) running in the direction of their center line.

Supporting structure according to claim 11, characterized in that the vertical U-profile (51) is extended downwards and has a bolt (25) pointing horizontally towards the inner space 5 of the canopy, at the end of which a toggle pin (26) occurs.

Supporting structure according to claim 1, characterized in that the connecting element (5 ') consists of two U-profiles (51, 52') 10 pivotally connected to each other by a hinge (56), the clearance of which with the bearing width of the metal profile ( 10) and whose web plates each have at least two grooves running in the direction of their centerline.

Supporting structure according to claim 1, characterized in that the connecting element (7) for the ridge-side connection of two roof racks (6, 6 ') forming a saddle roof, each from two at an angle corresponding to the roof pitch (β = 2. 1δ0-α) °) permanently connected U-profiles (71, 71 '), the clear opening of which corresponds to the support width of the metal profile (10) and in the web plates of which at least two are oriented in the direction of their centerline grooves (75) occur.

Supporting structure according to claim 1, characterized in that the connecting element (7) for the ridge-side connection of two roof racks (6, 6 ') forming a saddle roof, consisting of two U-profiles connected to one another by a hinge (76). (71, 71 '), the clear opening of which corresponds to the bearing width of the metal profile (10) and in the body plates of which at least two rebates (75) running in the direction of their centerline each occur.

Support structure according to any one of claims 11, 12 or 14, characterized in that the U-profiles (51, 52; 71, 71 '), which are fixedly connected to each other, are firmly connected by a strut (53; 73).

Supporting structure according to claim 13 or 15, 8105514 -18 - tightened by a tubular strut (53 ', 53 "or 73 respectively) on the U-profiles (51, 52' or 71, 71 ') which can be pivoted relative to each other ', 73 ") is hinged, and the outer diameter of one tube (53", 73 ") is equal to the inner diameter of the other tube (53", 73 "), furthermore the two tubes are telescopically slid together , and a coupling half occurs at the top of the outer tube (53 ', 73'), which in closed condition secures the inner tube (53 ", 73") by clamping.

Supporting structure according to claim 13 or 15, characterized in that a tubular strut (53 ', 53 "or 73', 73", respectively, is attached to the U-profiles (51, 52 'or 71, 71') which can be pivoted relative to each other. ) is hinged, and the outer diameter of one tube (53 ", 73") is equal to the inner diameter of the other tube (53 ', 73 "), furthermore the two tubes are telescopically slid together, and the end parts of the tubes (53 ', 53 "; 73', 73") are provided with a series of equally spaced bores (78) for receiving pins or pins.

Supporting structure according to claim 1, characterized in that the plug-in beams (64) consist of rectangular tubes, the top and bottom walls of which are each riveted at each end (65), and a plug-in stud (66) is inserted into the notch (65). , at the bottom of which there is a bore (66 ').

Supporting structure according to claim 1, characterized in that the beams (64), which consist of a U-shaped profiled bracket (61), are provided on the flanges on either side, each of which is outside a receiving support, for securing the plug-in beams (64). (63) for the plug-in mandrels (66) of the plug-in beams (64) and of which the body plates are provided with at least one rebate (62) running parallel to the flanges.

Supporting structure according to claim 1, characterized in that the profiles (10), which form the different load-bearing construction elements (1, 6), are connected to each other in such a way that a corresponding angle-forming rectangular tubes ( 81; 82) are inserted into the inner space (19) of the two sections (10) to be joined together, bounded by the inner strips (18 'in Fig. 1).

Support structure according to claim 21, characterized in that the rectangular tubes (81; 82), which form the plug connection, are fixed by clamping angle profiles (83), which consist of a metal angle profile provided with a round hole 10 provided on its longer lever stem, which is screwed to the respective profile (10) by means of a hammer-head screw (31) so that the side of the shorter lever arm (83 ') is pressed against the rectangular tube (81; 82) to be fixed.

Support construction according to claim 1, characterized in that the connecting element (9) for connecting the top end of a roof rack (6) to a roof with the strut (1) consists of two U-profiles (91, 92), the clear opening of which corresponds to the bearing surface of the metal profile 20 (10) and of which the body plates are provided with at least two rebates running in the direction of their centerline, and these U-profiles (91, 92) corresponding to the angle of the roof pitch angle (γ = 180-α) are connected to each other.

24. Method substantially as suggested in the description and / or drawings.

25. Device substantially as suggested in the description and / or drawings. 8105514