NL8103542A - Weergeefinrichting voor een roterend registratiemedium geschikt voor het uitvoeren van speciale weergave. - Google Patents
Weergeefinrichting voor een roterend registratiemedium geschikt voor het uitvoeren van speciale weergave. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8103542A NL8103542A NL8103542A NL8103542A NL8103542A NL 8103542 A NL8103542 A NL 8103542A NL 8103542 A NL8103542 A NL 8103542A NL 8103542 A NL8103542 A NL 8103542A NL 8103542 A NL8103542 A NL 8103542A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- display
- signal
- recording medium
- switch
- hand switch
- Prior art date
Links
- 230000007935 neutral effect Effects 0.000 claims description 12
- 238000001514 detection method Methods 0.000 claims description 5
- 238000010586 diagram Methods 0.000 description 9
- 230000003111 delayed effect Effects 0.000 description 6
- 238000010276 construction Methods 0.000 description 5
- 230000001360 synchronised effect Effects 0.000 description 3
- 239000004020 conductor Substances 0.000 description 2
- 230000003116 impacting effect Effects 0.000 description 2
- 239000003550 marker Substances 0.000 description 2
- 230000002093 peripheral effect Effects 0.000 description 2
- 239000007787 solid Substances 0.000 description 2
- 241000287828 Gallus gallus Species 0.000 description 1
- 241001422033 Thestylus Species 0.000 description 1
- 230000015572 biosynthetic process Effects 0.000 description 1
- 239000003990 capacitor Substances 0.000 description 1
- 238000006243 chemical reaction Methods 0.000 description 1
- 238000013016 damping Methods 0.000 description 1
- 230000007423 decrease Effects 0.000 description 1
- 230000000694 effects Effects 0.000 description 1
- 239000002184 metal Substances 0.000 description 1
- 230000010355 oscillation Effects 0.000 description 1
- 230000035939 shock Effects 0.000 description 1
Classifications
-
- G—PHYSICS
- G11—INFORMATION STORAGE
- G11B—INFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
- G11B21/00—Head arrangements not specific to the method of recording or reproducing
- G11B21/02—Driving or moving of heads
-
- G—PHYSICS
- G11—INFORMATION STORAGE
- G11B—INFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
- G11B19/00—Driving, starting, stopping record carriers not specifically of filamentary or web form, or of supports therefor; Control thereof; Control of operating function ; Driving both disc and head
- G11B19/02—Control of operating function, e.g. switching from recording to reproducing
- G11B19/14—Control of operating function, e.g. switching from recording to reproducing by sensing movement or position of head, e.g. means moving in correspondence with head movements
-
- G—PHYSICS
- G11—INFORMATION STORAGE
- G11B—INFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
- G11B19/00—Driving, starting, stopping record carriers not specifically of filamentary or web form, or of supports therefor; Control thereof; Control of operating function ; Driving both disc and head
- G11B19/20—Driving; Starting; Stopping; Control thereof
- G11B19/24—Arrangements for providing constant relative speed between record carrier and head
-
- G—PHYSICS
- G11—INFORMATION STORAGE
- G11B—INFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
- G11B21/00—Head arrangements not specific to the method of recording or reproducing
- G11B21/02—Driving or moving of heads
- G11B21/08—Track changing or selecting during transducing operation
- G11B21/081—Access to indexed tracks or parts of continuous track
- G11B21/083—Access to indexed tracks or parts of continuous track on discs
- G11B21/085—Access to indexed tracks or parts of continuous track on discs with track following of accessed part
-
- G—PHYSICS
- G11—INFORMATION STORAGE
- G11B—INFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
- G11B21/00—Head arrangements not specific to the method of recording or reproducing
- G11B21/02—Driving or moving of heads
- G11B21/10—Track finding or aligning by moving the head ; Provisions for maintaining alignment of the head relative to the track during transducing operation, i.e. track following
-
- G—PHYSICS
- G11—INFORMATION STORAGE
- G11B—INFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
- G11B27/00—Editing; Indexing; Addressing; Timing or synchronising; Monitoring; Measuring tape travel
- G11B27/005—Reproducing at a different information rate from the information rate of recording
Landscapes
- Television Signal Processing For Recording (AREA)
- Optical Recording Or Reproduction (AREA)
- Moving Of Head For Track Selection And Changing (AREA)
- Indexing, Searching, Synchronizing, And The Amount Of Synchronization Travel Of Record Carriers (AREA)
Description
" ' it- £ r t - 1 -
Weergeefinrieh.ti.ng voor een roterend registratiemedium geschikt voor het nitvoeren van speciale weergave.
De uitvinding heeft in het algemeen betrekking op een weergeefinrichting voor een roterend registratiemedium, geschikt voor het uitvoeren van speciale weergave, en in het bijzonder op een weergeefinrichting voor een roterend 5 registratiemedium, geschikt voor het omschakelen en kiezen van een aantal vooraf bepaalde veranderde snelheden van weergeef-snelheid door eenvoudige schakelwerking.
Een registreer- en/of weergeefstelsel voor informatiesignalen is voorgesteld in de Nederlandse octrooiaan-10 vrage 77*03865 van aanvrager en ingediend op 7 april 1977·
Volgens dit voorgestelde stelsel vormt het registreerstelsel putten in overeenstemming met het informatiesignaal dat wordt geregistreerd langs een spiraalvormige baan op een plat schijfvormig registreermedium (hierna schijf genoemd) zonder het vor-15 men van een groef daarin. Bij dit weergeefstelsel loopt een ‘weergeef stift langs deze baan om daardoor het geregistreerde informatiesignaal weer te geven tengevolge van variaties in de elektro statis che capac iteit.
Aangezien bij dit stelsel geen groef aanwezig 20 is voor het geladen van de weergeef stift op de schijf, moeten hulp- of referentiesignalen worden geregistreerd op of in de nabijheid van een baan van het informatiesignaal, zoals een videosignaal op de schijf. Bij het weergeven worden de referentiesignalen weergegeven samen met het videosignaal. Volgservo-25 regeling wordt uitgevoerd, zodat de weergeefstift nauwkeurig loopt langs de baan tengevolge van de weergegeven referentiesignalen.
Door het gebruik van dit reeds voorgestelde i stelsel is er geen mogelijkheid hoe dan ook voor de weergeef- 30 stift of de schijf om te worden beschadigd, aangezien de weer- geefbaan geen groef heeft. De stift kan hetzelfde deel van de baan vele malen herhaald volgen, waardoor een speciale weergave 8103542 - Tv. , ’ - 2 - zoals stilstand, vertraagde of versnelde weergave mogelijk. wordt.
Aldus wordt in de Nederlandse octrooiaanvrage 79.00^-1+5 van aanvrager en ingediend op T9 januari 1979 een 5 speciaal weergeefstelsel bij een schijfweergeefinrichting voor gesteld, geschikt voor het uitvoeren van een speciale weergave, waarbij een beeld met een beweging verschillend van die bij normale weergave, wordt verkregen op een zeer goede wijze.
Het speciale weergeefstelsel omvat een weer-10 geef element voor het volgen van de baan van de schijf en het opnemen van het geregistreerde signaal, een volgregelmechanisme om te werken tengevolge van stootimpulsen, daaraan toegevoerd, voor het veroorzaken dat. het weergeefelement verschuift naar een naburige baanomloop van de spiraal vormige baan, en een stoot-15 impulsgeneratorketen voor het opwekken van stootimpulsen met tijdstippen overeenkomend met de vertikale onderdrukkingsperio-denstanden van het geregistreerde videosignaal, waarbij de stootimpulsen zijn van een aantal overeenkomend met een operationele wijze voor het uitvoeren van een speciale weergave 20 verschillend van de normale weergave bij elke rotatieperiode van het roterende registratiemedium, en het toevoeren van de stootimpulsen naar het volgregelmechanisme. Het weergeef element wordt verschoven naar een naburige baanomloop binnen de vertikale onderdrukkingsperiode van het geregistreerde videosignaal, 25 door het volgregelmechanisme aansprekend op de stootimpulsen.
Aldus verschijnt de storing ingevoerd wanneer . het weergeefelement beweegt naar een naburige baan, niet in het beeld en één speciale weergave zoals stilstand, vertraagde en versnelde weergave in voorwaartse richting, en normale, 30 vertraagde en versnelde weergave in terugwaartse richting kun nen worden uitgevoerd, waarbij een fijn beeld wordt verkregen.
Evenwel waren bij de gebruikelijke inrichting bedieningsschakelaars aangebracht in overeenstemming met de respectievelijke weergeefwijzen zoals stilstand, vertraagde ‘ 35 weergave met een vooraf bepaalde snelheids verhouding en ver- 8103542 * ... ï - 3 - snelde weergave van een vooraf bepaalde snelheids verhouding. Evenwel werd de uitvoering op het bedieningspaneel ingewikkeld en waren de bedienings schakelaars moeilijk te bedienen. Wanneer in het bijzonder het aantal vooraf bepaalde snelheidsverhou-5 dingen, welke moeten worden ingesteld, groot is, neemt het aan tal bedieningsschakelaars toe en wordt het bovenbeschreven nadeel aanzienlijk.
Buitendien worden werkingen uit gevoerd voor het bewegen van de weergeef stift van de stand waar de weergeef-10 stift contact maakt met de schijf en het stoppen in een stand op de schijf waar een videosignaal van een gewenste beeldinhoud wordt geregistreerd, binnen een korte tijdperiode, terwijl het beeld op het weergeefbeeldscherm wordt gecontroleerd. Deze soort van werking was zeer moeilijk uit te voeren bij gebruik 15 van de bovenbeschreven gebruikelijke inrichting. Buitendien was er het nadeel dat de weergeefstift niet nauwkeurig kon worden gestopt bij de gewenste stand op de schijf.
Een algemeen doel van de uitvinding is te voorzien in een nieuwe en geschikte weergeefinriehting voor een 20 roterend registratiemedium, geschikt voor het uitvoeren van speciale weergave, waarbij de bovengenoemde nadelen zijn overwonnen.
Een ander en meer specifiek doel van de uitvinding is te voorzien in een weergeefinriehting voor een ro-25 ter aid registratiemedium, geschikt voor het uitvoeren van spe ciale weergave, geconstrueerd voor het gedwongen wijzigen van de baan waarop een weergeefstift loopt en weergeeft door het gebruik van een uitwendig regelsignaal, waarbij de weergeefstift relatief schuift tegen een roterend registratiemedium 30 waarin een informatiesignaal is geregistreerd in spiraalvormige of concentrische banen, voor het aflezen en weergeven van het geregistreerde informatiesignaal. Bij de weergeefinriehting volgens de uitvinding voor een roterend registratiemedium wordt een speciaal weergeef synchroniseer signaal voor het opwekken 35 van het bovengenoemde uitwendige regelsignaal gevormd uit het 8103542 V. $ .. -If- / weergegeven signaal, •weergegeven door de weergeefstift en een rotatiedetectiesignaal van het hovengenoemde roterende informatieregistreermedium, waarbij de frequentie van het speciale weergeefsynchroniseersignaal wordt gewijzigd in overeenstemming 5 met het uitgangssignaal van een handschakelaar, dat het gevolg is van de handstand van de handschakelaar, en het bovengenoemde uitwendige regelsignaal wordt opgewekt gebaseerd op het speciale weergeefsynchroniseersignaal, waarvan de frequentie is gevarieerd teneinde gedwongen de baan te veranderen waarop de weergeefstift 10 volgt en weergeeft. De weergeef snelheids verhouding van het weer gegeven signaal wordt gevarieerd in stappen overeenkomstig elke handstand van de handschakelaar, hetgeen als resultaat levert het bovengenoemde uitwendige regelsignaal een keer bij elke rotatie van het roterende informatieregistreermedium, zodat de 15 handschakelaar in een vooraf bepaalde teruggekeerde stand is voor het uitvoeren van stilstandsweergave wanneer de handschakelaar niet wordt bediend. Het gewenste beeld wordt verkregen door het testen van het weergegeven beeld, weergegeven vanaf het ' roterende informatieregistreermedium. Volgens de inrichting van 20 de onderhavige uitvinding kan het gewenste beeld worden verkre*- gen door een eenvoudige bediening, uitgevoerd door de bedienings-persoon. Buitendien kan het gewenste beeld worden gezocht bij een gewenste weergeefsnelheid. Buitendien kan het zoeken van het gewenste beeld worden uitgevoerd met een hoge snelheid, 25 aangezien de weergeefsnelheidsverhouding kan worden gevarieerd in stappen in overeenstemming met de voorkeur ven de bedienings-persoon.
Nog een ander doel van de uitvinding is te voorzien in een weergeefinrichting voor een roterend, registra-30 tiemedium, geschikt voor het uitvoeren van speciale weergave, waarbij de handschakelaar voor het variëren van de bovengenoemde weergeefsnelheidsverhouding is geconstrueerd zodanig, dat een digitaal signaal in overeenstemming met. de Gray-code is gevormd in overeenstemming met de handstand van de handschakelaar, 35 en de handstand van de handschakelaar wordt gekozén bij de voor- 8103542 ......... " ' jü, a - 5 - af bepaalde teruggekeerde stand als bovenbeschreven voor het uitvoeren van vertraagde weergave in een geval waar elke bit van de Gray-eode van een logische waarde nul (O) is. Volgens de inrichting volgens de uitvinding kan een vooraf bepaald digi-5 taalsignaal worden geleverd zonder het invoeren van bedienings- fouten van de handschakelaar. Buitendien kan de weergeefsnel-heidsverhouding worden toegewezen op efficiënte wijze in gevallen waar voorwaartse of achterwaartse weergave wordt uitgevoerd. Buitendien kan weergave onmiddellijk worden uitgevoerd 10 in termen van rasters elke keer dat de handschakelaar wordt be diend, aangezien de inrichting is geconstrueerd voor het on-middellijk opwekken van het uitwendige regelsignaal en het uitvoeren van weergave in termen van rasters wanneer de handschakelaar wordt bediend vanaf de vooraf bepaalde teruggekeerde stand 15 tot een vooraf bepaalde stand. Buitendien is er het voordeel doordat de weergave kan worden uitgevoerd in termen van rasters, hetgeen overeenkomt met de bedieningsrichting door de bedie-ningspersoon.
De uitvinding zal aan de hand van de tekening 20 in het volgende nader worden toegelicht.
Figuur 1 toont in perspectief een voorbeeld van een weergeefinrichting voor roterend registratiemedium.
Figuur 2 toont in perspectief op een vergrote schaal een deel van een roterend registratiemedium samen met 25 een topgedeelte van een weergeefstift.
Figuur 3 toont een schematisch bovenaanzicht van vertikale synchronisatiesignalen op een haanpatroon van een roterend registratiemedium.
Figuur k toont losgenomen en in perspectief 30 een voorbeeld van een weergeeftransductor in de weergeef inrichting van figuur 1.
" Figuur 5 toont een blokschema van een uitvoeringsvorm van een weergeefinrichting voor een roterend registratiemedium volgens de uitvinding.
35 Figuur 6 toont een detail-blokschema van een 8103542 ? ? ' ~ - 6 - uitvoeringsvorm van een essentieel deel van het blokschema van figuur 5·
Figuur 7 is een "bovenaanzicht van een constructie van een uitvoeringsvorm van een handschakelaar "binnen het 5 blokschema van figuur 5.
Figuur 8 toont een schema met het verband tussen de Gray-code van de handschakelaar van figuur 7 en de vermenigvuldigingssnelheidsverhouding in een tabelvorm.
Figuren 9(A) tot 9(c) zijn diagrammen welke 10 respectievelijk signaalvormen aangeven voor toelichting van de werking van het essentiele deel van het blokstelsel van figuur 5·
Figuur 10 toont een schakeling van een uitvoeringsvorm van een ander essentieel deel van het blokschema van figuur 5.
15 Figuur 11 is een diagram voor het aangeven van de volgingsplaats van de weergeefstift bij voorwaartse weergave met vijfvoudige snelheid in de weergeefinrichting volgens de uitvinding.
Figuur 12 toont een schema van de volgings-20 plaats van de weergeefstift bij voorwaartse weergave met vijfen zestig maal de snelheid, bij de weergeefinrichting volgens de uitvinding.
Figuur 13 toont een schema met de volgingsplaats van de weergeefstift bij achterwaartse weergave met drievoudige 25 snelheid, in de weergeefinrichting volgens de uitvinding.
De algemene eigenschappen van het uitwendige van een weergeefinrichting voor het weergeven van een roterend registratiemedium, waarbij een speciaal weergeefstelsel volgens de uitvinding kan worden toegepast, zijn aangegeven in 30 figuur 1. Bij deze inrichting is een schijf 11 een roterend re gistratiemedium met daarop een videosignaal geregistreerd.
Deze schijf 11 wordt gesteld op en.geklemd, aan een draaitafel 12 ; door een klemorgaan 13. De schijf 11 wordt dus als geheel geroteerd met de draaitafel 12 met een rotatiesnelheid van bijvoorbeeld 35 900 omw/min.
8103542 - 7 - * i
Een s i gnaalopneeminr i cht ing ïks gebruikt als een weergeeftransductor, is gemonteerd in een inspringende cilindrische holle resonator 16 binnen een wagen 15- De opnemer is verbonden met een centrale geleider (niet getékend) van 5 de resonator. De centrale geleider is elektromagnetisch verbon den met een hoogfrequentoscillator 17· Deze uitvoering is bekend. De wagen 15 is horizontaal aangebracht boven de draaitafel 12 en wordt geleid aan zijn einden door een paar horizontale evenwijdige geleidingsstaven 18 (slechts een ervan is getekend).
10 De wagen 15, aangedreven door een band 20 zonder einde, aange dreven door een motor 19, beweegt continu en lineair in een richting vanaf het uitwendige omtreksdeel naar het inwendige omtreksdeel met een snelheid gelijk aan de afstand van een baan-Spoed per omwenteling van de draaitafel 12, gedurende een voor-15 waartse normale weergeefwijze. De wageribeweging is synchroon met de rotatie van de draaitafel. Als resultaat van deze beweging van de wagen 15 loopt een stift van de signaalopnemer 1¾ radiaal over de roterende schijf 11 en volgt relatief de spi-raalvormige baan van de schijf 11.
20 Een videosignaal wordt geregistreerd op een spiraal vormige baan met putten, gevormd op de schijf 11 op aanspreken op de informatie-inhoud van het signaal. Een deel van deze baan is op grotere schaal getékend in figuur 2. In figuur 2 zijn baanomlopen van een enkele continue spiraalvormige 25 baan, overeenkomend met elke omwenteling van de schijf 11, weer gegeven door t.j, tg, t^ ... Elke baanomloop wordt gevormd door de vorming van putten 26 van het hoofdinformatiesignaal langs de vlakke baan en er is geen stiftgeleidingsgroef daarin gevormd.
In verband met een baanomloop t^, worden bij elke horizontale 30 aftastperiode (H) op een positie overeenkomend met de horizon tale onderdrukkingsperiode, putten 27 van het eerste referentie-signaal fp1 gevormd aan een dwars zij de van de baan gezien in de baanrichting. Putten 28 van het tweede referentiesignaal fp2 worden gevormd aan de andere zijde van de baan.
35 In een tussenstand tussen de hartlijnen van 8103542 ' - 8 - naburige baanomlopen -worden slechts putten van de éne soort van putten 27 en 28 van de bovengenoemde referentiesignalen fp1 en fp2 gevormd, en met betrekking tot een baan worden buitendien de zijden waarop de putten 27 en 28 worden gevormd, af gewisseld 5 voor elke baanomloop. Dit betekent dat indien putten 27 en 28 respectievelijk zijn gevormd op de rechter en linker zijden van een baanomloop bijvoorbeeld putten 28 en 27 respectievelijk zullen worden gevormd op de rechter en linker zijden van elk van de naburige baanomlopen, 10 Op de schijf 11 als aangegeven in figuur 3 is een videosignaal geregistreerd langs een spiraalvormige baan T voor twee rasters, dat wil zeggen vier beelden, per omwenteling van de schijf. I n figuur 3 zijn de banen van het refe-rentiesignaal fp1 getekend met stippellijnen, terwijl het refe-15 rentiesignaal fp2 is aangegeven met een streepstippellijn. De standen van de vertikaJLe synchronisatiesignalen van respectievelijke rasters worden aangegeven met de referentietekens VI, V2, V3, ... en de opvolgende haandelen overeenkomend met een omwenteling van de schijf van een enkele spiraal vormige baan I 20 zullen respectievelijk, worden aangegeven door baanomlopen t^, t2, ... Buitendien wordt een derde referentiesignaal fp3 geregistreerd bij de starteindposities V1, VS, V9, ... van elke baanomloop t^, tg, tg, ..., dat wil zeggen bij posities waar de referenties ignalen fp1 en fp2 wisselen. Een videosignaal van 25 vier velden, namelijk A1, A2, A3 en Ai)· wordt geregistreerd op de baan t^.
Een voorbeeld van de signaalopnemer lif aangegeven in figuur 1, zal nu worden beschreven aan de hand van figuur if. Deze signaalopnemer lif heeft een relatief lange vrijdra-30 gende arm 33 voorzien van een weergeefstift 31 aan zijn afge- keerde vrije einde en een permanent magneetorgaan 32 aan zijn nabije uiteinde. Deze vrijdragende arm 33 wordt gedragen door dempingsorganen 3b en 35, welke zijn bevestigd aan het ondervlak van een steunplaat 36.
35 De steunplaat 36 is bevestigd in en wordt vast- 8103542 * i - 9 - gehouden door een vasthoudconstructie. Een spoel 379 gebruikt voor het volgen, en een paar spoelen 38a en 38b gebruikt voor jittercompensatie aangebracht op beide zijden van de spoel 37s zijn bevestigd aan het ondervlak van de steunplaat 36. Het 5 bovengenoemde permanente magneetorgaan 32 is bevestigd in de spoel 37 met spleten daartussen gevormd.
Het topeinde van de weergeefstift 31 heeft een vorm volgens figuur 2. De weergeefstift 31 wordt gevormd door een stiffcconstructie 39 met een schijfvolgoppervlak, dat een 10 grotere breedte heeft dan een baanbreedte, en een elektrode ^-0 bevestigd aan het achtervlak van de stiftconstructie 39'· De elektrode Uo is verbonden met een metalen band U1, zie figuur 4. Wanneer de weergeefstift 31 volgt langs een baan op de schijf 11 roterend in een richting aangegeven met een pijl, wordt het 15 videosignaal, daarop geregistreerd door de vorming van putten, weergegeven als variaties in de elektrostatische capaciteit tussen het oppervlak van de schijf 11 en de elektrode kO van de weergeefstift 31·
In het stelsel volgens figuur 5 wordt een 20 weergegeven signaal, af genomen van de schijf 11 als kleine va riaties in de elektrostatische capaciteit met de weergeefstift 31 van de signaalopnemer 1U, toegevoerd aan een voorversterker 51 met een resonantieketen. De resonantiefrequentie Van de re-sonantieketen varieert tengevolge van deze variatie in de elek-25 trostatische capaciteit en wordt gevormd tot een signaal van een gewenst niveau. De resulterende uitgang van de voorversterker 51 wordt gedemoduleerd tot het oorspronkelijke videosignaal door een demodulator 52 en wordt verkregen als uitgang aan een uitgangsklem 53.
30 Het uitgangssignaal van de voorversterker 51 wordt toegevoerd aan een laagdoorlaatfilter 5¼ waarbij de refe- rentiesignalen' fp1, fp2 en fp3 worden afgescheiden. De uitgangs-referentiesignalen passeren door een automatische versterkings-regelketen 55 en worden respectievelijk toegevoerd aan verster-35 kers 56, 57 en 58. Hier is elk van de versterkers 56, 57 en‘58 8103542 S % - 10 - een soort van banddoorlaatversterker respectievelijk ontworpen voor het vertonen van steile doorlaatfrequentiekarakter-istieken bij slechts de respectievelijke frequenties fpT, fp2 en fp3. Als resultaat worden de signalen met frequenties fp1 en 5 fp2 respectievelijk gescheiden en verkregen uit de versterkers 56 en 57· Deze signalen passeren respectievelijk door niveau-instellers 59 en 60, waar de niveaus van de signalen worden ingesteld. De resulterende signalen worden dan toegevoerd naar een poortschakelketen 61.
10 Het referentiesignaal fp3 gescheiden en ver sterkt bij de banddoorlaatversterker 58, wordt toegevoerd aan een golfvormketen 62 voorzien van een Schmitt-schakeling. Het aldus aan de golfvormingsketen 62 toegevoerde signaal ondergaat een golfvorming, zodat het signaal niet wordt beïnvloed 15 door ruis en andere invloeden. De resulterende uitgang wordt toegevoérd als schakelimpulsen naar de poortschakelketen 61 en naar een speciale weergeefsynchroniseersignaalgenerator 70, . welke verderop, zal. worden beschreven*
De poortschakelketen 61 voert het schakelen 20 uit van de referentiesignalen fp1 en fp2 bij elke omwentelings- periode van de schijf 11 bij normale weergave, tengevolge van de daaraan toegevoerde bovengenoemde schakelimpulsen. Aldus worden tengevolge van de schakelimpulsen, welke elke twee rasters (1/15 sec) van polariteit omkeren, de signalen fp1 en fp2 steeds 25 respectievelijk toegevoerd aan detectieketens 65 en 66 met voor af bepaalde polariteiten vanaf de poortschakelketen 61.
De detectieketens 65 en 66 detecteren de omhullenden van hun respectievelijke ingangsreferentiesignalen en zetten de ingangsreferentiesignalen om in gelijkspanningen.
30 Deze gelijkspanningen worden dan toegevoerd aan een differen tiaal versterker 67. De differentiaalversterker 67 vergelijkt de uitgangssignalen van de twee detectieketens 65 en 66, welke variëren in aanspreken op de weergegeven niveaus van de referen-tiesignalen fp1 en fp2, en levert een uitgangsvolgfoutsignaal, 35 dat de volgf out richting en de fouthoeveelkei d aangeeft. 'Dit 8103542 .......- 11 - ♦ ** foutsignaal loopt door een fasecompensatieketen 68 en wordt Terder versterkt tot een specifiek niveau door een aandrijfver-sterker 69.
Het uitgangssignaal van de aan dr i j fver sterker 5 69 wordt toegevoerd aan de spoel 37 van de signaalopnemer 1U als een regelsignaal voor het regelen van de signaalopnemer 1¼.
Als resultaat ondergaat het permanente magneetorgaan 32 een verplaatsing binnen de spoel 37 en begeleid door deze beweging van de spoel 37 ondergaat de vrij dragende hefboom 33 ook een 10 verplaatsing, waardoor de weergeefstift 31 in volging is gere geld, zodat het bovengenoemde volgfoutsignaal nul wordt, dat wil zeggen zodanig dat de stift 31 op correcte wijze over de baan T van de schijf 11 loopt.
De speciale weergeefsynchroniseersignaalgene-15 rator 70 heeft een constructie, aangegeven in het blokschema van figuur 6 bijvoorbeeld. Het referentiesignaal fp3 met een frequentie van 15 Hz uit de golfvormiagsketen 62, dat wordt toegevoerd naar een ingangsklem 80, wordt geleverd naar een ingangs-klem van een ffl-poort 83. Een motor 63, welke de bovengenoemde 20 draaitafel 12 aandrijft, heeft ingebouwd een rotatiedetector, en een uitgangsmotorsynchroniseersignaal f_,_ heeft bijvoorbeeld J?Cj een frequentie van 7^-9,25 Hz. Dit signaal f_ wordt toegevoerd J? Ü* naar een 1/50 frequentiedeler 81j-, waarin het daaraan toegevoerde signaal in frequentie wordt gedeeld tot 1/50 van de oorsprohke-25 lijke frequentie via een ingangsklem 81. Het in frequentie ge deelde signaal uit de 1/50 frequentiedeler 8h- wordt toegevoerd aan een fasevergelijker 85, waar de fase van het in frequentie gedeelde signaal wordt vergeleken met de fase van het signaal, verkregen uit een 1/6k frequentiedeler 86. Een uitgaand fasever-30 schilsignaal van de f as evergelijker 85 wordt toegevoerd aan een spanningsgeregelde oscillator 87 voor het regelen van de oscil-latiefrequentie. De vrijloopfrequentie van de spanningsgeregelde oscillator 87 wordt bijvoorbeeld gekozen op 5»156 MHz.
Het uitgangssignaal van de. spanningsgeregelde 35 oscillator 87 wordt in frequentie gedeeld, zodat de frequentie 8103542 i 1 · - 12 - 1/256 van de oorspronkelijke frequentie wordt "bij een ΐ/Η frequentiedeler 88 (waarbij 'N een geheel getal is) en dan toegevoerd aan een frequentiedeler 89, waarin het daaraan toegevoerde signaal verder in frequentie wordt gedeeld tot 1/21 van de 5 oorspronkelijke frequentie. De frequentieverdeelverhouding van deze frequentiedeler 89 wordt gewijzigd overeenkomstig een signaal» verkregen via een ingangsklem 92. Bij weergave van een schijf geregistreerd met een kleurenvidêosignaal van het. PAi-stelsel of het SECAM-stelsel bijvoorbeeld wordt de frequentie-10 deelverhouding van de frequentiedeler 89 ingesteld op 1/25.
Een uitgangssignaal van de frequentiedeler 89 wordt toegevoerd aan de 1/6*1 frequentiedeler 86, waarin de frequentie van het daaraan toegevoerde signaal in frequentie wordt gedeeld met 1 /6*4-en dan wordt toegevoerd aan de bovenbeschreven fasevergelijker 15 85. Anderzijds wordt het uitgangssignaal van de 1/64 frequentie deler 86 toegevoerd aan een flip-flop 90 en aan een ingangsklem van een OF-poort 91· Een uitgang van de flip-flop 90 wordt toegevoerd aan de EH-poort 83 samen met het referentiesignaal fp3 verkregen via de ingangsklem 80. Een uitgang -van de genoemde EN-20 poort 83 wordt toegevoerd naar de andere ingangsklem van de OF- poort 91'. Verder wordt de uitgang van de OF-poort 91 toegevoerd aan frequentiedelers 86, 88 en 89 en de flip-flop 90 als terug-stelimpulsen.
Een totaal van 64 impulsen (met een herhalings-25 frequentie van ongeveer 959 Hz.) wordt verkregen bij elke om wenteling, van de schijf 11 uit de frequentiedeler 89, synchroon met het referentiesignaal fp3, als een speciaal weergeefsynchro-niseersignaal fvia de uitgangsklem 82 van de speciale weergeef synchroniseersignaalgenerator 70. Wanneer het referentie-30 signaal fp3 niet wordt verkregen wanneer het in feite moet wor den verkregen, wordt de uitgang van de frequentiedeler 86 toegevoerd aan de frequentiedeIers 86, 88 en 89 en. de flip-flop 90 via de OF-poort 91, voor het terugstellen van deze frequentiedeler 86, 88 en 89 en de flip-flop 90. Wanneer anderzijds ruis 35 wordt geïntroduceerd in de ingangsklem 80 in een geval'waar het 8103542 * « - 13 - referentiesignaal fp3 niet moet worden verkregen, wordt ruis voorkomen van te worden toegevoerd aan de OF-poort 91 door de M-poort 83·
Het speciale weergeefsynchroniseersignaal f^ 5 aldus verkregen, wordt toegevoerd aan een microcomputer 71 aangegeven in figuur 5* Deze microcomputer 71 is synchroon met het speciale weergeefsynchroniseersignaal f^ en levert impulsen met intervallen afhankelijk van een uitgangssignaal van een hedieningsschakelaar 72. Deze aldus geleverde signalen vanuit 10 de microcomputer 71 worden aan een stootimpulsgenerator 73 toe gevoerd.
De handsehakelaar 72 heeft een configuratie zoals bijvoorbeeld in figuur 7 is getekend. De hands ehakelaar 72 heeft vaste contactdelen 100a, 101a, 102a, 103a en Wba en 15 aansluitdelen 100bs 101b, 102b, 103b en 10Vb welke respectieve lijk zijn verbonden met de betreffende vaste contactdelen 100a tot 10Ua. In figuur 7 geven gearceerde delen van de vaste contaftdelen 100a tot 10^a geleidende delen aan en blanke delen van de vaste contactdelen 100a tot 10tai geven niet-geleidende 20 delen aan. Buitendien is een bedieningsdeel 106 met een beweeg baar contactorgaan 105 praktisch zoals aangegeven met een getrokken lijn, aangebracht vrij roteerbaar rond een gat 107·
Wanneer het bedieningsdeel 106 roteert, schuift het beweegbare contactorgaan 105 over de vaste contactdelen 100a tot 10Ua. Al-25 dus worden de geleidende delen van de vaste contactdelen 100a tot 10Ua bij de geroteerde stand van het bedieningsdeel 106 verbonden door het beweegbare contactorgaan 105. Wanneer de be-dieningspersoon het bedieningsdeel 106 vrijgeeft om het bedieningsdeel 106 in een niet-bedrijfsstand te stellen, wordt het 30 bedieningsdeel 106 teruggebracht naar een neutrale stand, aan gegeven met een streepstippellijn in figuur 7 vanaf de bovengenoemde geroteerde stand, tengevolge van een kracht uitgeoefend door een veer (niet getekend).
De patronen van de geleidende delen van de 35 vaste contactdelen 100a tot 103a worden gevormd door de Gray- 8103542 '*· * .- ' -111·-/ code in overeenstemming met de geroteerde stand van het beweegbare contactorgaan 105· Het vaste contactdeel 10Ua omvat een geleidend deel over het gehele gebied van het vaste contactdeel ICAa.. Wanneer dus de geleidende delen van de vaste contact-5 delen 100a tot 103a, welke respectievelijk contact maken in overeenstemming met de geroteerde stand van het beweegbare contactorgaan 105» worden aangegeven met "1" en de niet-gelei-dende delen worden aangegeven met 0, wordt de relatie tussen de Gray-code beschreven door deze 1 en 0 en de speciale weergeef-10 wijze welke hierna zal worden beschreven, wordt als aangegeven in figuur 8.De vaste contactdelen 100a» 101a, 102a en 103a vormen respectievelijk de eerste, tweede, derde en vierde bits. Aldus maakt in een toestand waarbij het beweegbare contactorgaan 105 in de neutrale stand is, het beweegbare contactorgaan 105 contact 15 met de niet-geleidende delen van de vaste contactdelen 100a tot 103a en wordt de code 0000. Zoals hierna zal worden beschreven wordt de stilstaande beeldweergave verkregen in deze toestand.
Wanneer het bedieningsdeel 106 wordt geroteerd over een stap naar de linker zijde (met een uurwerk mee) 20 in figuur 7 vanuit de neutrale stand, maakt het beweegbare contactorgaan 105 contact met de niet-geleidende delen van de vaste contactdelen 100a tot 103a en met het geleidende deel .van het vaste contactdeel TO^a. De code in dit geval wordt aldus 0001 en een 1/16-snelheidsvertraagde weergave in voorwaartse 25 richting wordt uitgevoerd zoals men ziet uit figuur 8. Wanneer overeenkomstig het bedieningsdeel 106 wordt geroteerd naar de linker zijde in figuur 7 instappen, wordt, de code 1001 voor het uitvoeren van de normale snelheidsweergave in de voorwaartse richting, 1101 voor het uitvoeren van versnelde weergave met 30 dubbele snelheid in de voorwaartse richting, 0101 voor vijf voudige snelheidsversnelde weergave in de voorwaartse richting, en 0011 voor het uitvoeren van versnelde weergave met 65 maal de snelheid in de voorwaartse richting. Wanneer anderzijds het bedieningsdeel 106 wordt geroteerd naar rechts tegen een uurwerk 35 in in figuur 7 in stappen, wordt bij de code 1000 een vertraag- 8103542 tê -t - 15 - de' Weergave in terugwaartse richting met 1 /1 é van de snelheids 1100 de normale snelheidsweergave in terugwaartse richting, 0100 versnelde weergave met drievoudige snelheid in de terugwaartse richting, en 0010 versnelde weergave met 63 maal de 5 snelheid in de terugwaartse richting. In figuur 8 geeft het ne gatieve teken in de rechter kolom aan dat de weergave een terugwaartse weergave is.
Het aansluitdeel 10¾¾ verkonden met het vaste contactdeel 10Ua wordt gelegd aan een vooraf bepaalde spanning.
10 Wanneer bijvoorbeeld het beweegbare contactorgaan 105 is in een geroteerde stand aangegeven met 105d, wordt de code 0101 en wordt de spanning bij het aansluitdeel 10Ub verkregen via de aansluitdelen 101b en 103b. Aldus wordt versnelde weergave in voorwaartse richting met vijfvoudige snelheid uitgevoerd.
15 De code van de geleidende contactdelen welke verband houdt met de geroteerde stand van het beweegbare contactorgaan 105s is niet beperkt tot de bovengenoemde Gray-code, maar aangezien slechts een bit verschil aanwezig is tussen naburige codes in de Gray-code, is de onderhavige uitvoering met 20 gebruik van de Gray-code een wenselijke uitvoeringsvorm, doordat foutieve werkingen effectief kunnen worden voorkomen bij gebruik van de karakteristiek van de Gray-code.
Elk uitgangssignaal bij de aansluitdelen 100b tot 103b bij de bedieningssehakelaar 72 met de bovenbeschreven 25 constructie, wordt respectievelijk toegevoerd aan de microcom puter 71 van figuur 5· De microcomputer 71 levert een impuls a met positieve polariteit overeenkomstig figuur 9(A) via een eerste uitgangsklem, en een impuls b van negatieve polariteit volgens figuur 9(B) via een tweede uitgangsklem, met een vooraf 30 bepaalde periode in overeenstemming met het signaal van de Gray- code, verkregen met de handschakelaar 72. Deze impulsen a met positieve polariteit en b met negatieve polariteit zijn zo gevormd, dat deze impulsen afwisselend worden gevormd. De volgorde, waarin deze impulsen worden geleverd, verschilt overeenkom-35 stig de richting waaraaartoe de weergeef stift 31 gedwongen wordt 8103542 V ,·' - 16 - bewogen.
De stootimpulsgenerator 73 van figuur 5 levert een stootimpuls overeenkomstig figuur 9(C) met een dub-bele-integrale golfvorm van een getrapte golfvorm. Deze aldus 5 geleverde stootimpuls wordt toegevoerd aan de vqlgspoel 37 van de signaalopnemer 1U, via de aandrijfversterker 69· Overeenkomstig wordt de weergeefstift 31 gedwongen bewogen over een baanspoed naar de buitenste omtreksrichting of de binnenste omtreksrichting van de schijf 11 (deze gedwongen beweging van 10 de weergeefstift 31 over een baanspoed zal hierna worden aan gegeven als een '’stoot”).
Figuur 10 toont een uitvoeringsvorm van een werkelijke schakeling van de bovengenoemde stootimpulsgenerator 73 en de aandrijfversterker 69. De impulsen a en b van figuren 1.5 9(A) en 9(B.) verkregen uit de microcomputer 713 welke respec tievelijk worden toegevoerd aan ingangsklemmen 110 en 111, passeren door een schuifcontact van een variabele weerstand VR1 en worden omgezet in een toegevoegde impuls c van figuur 9(C). Deze impuls c aldus verkregen, wordt toegevoerd aan de basis 20 van een NBN-transistor Q1 als stootimpuls.
De stootimpuls verkregen via de emitter van deze transistor Q1 welke onderhevig is aan impedantie-omzetting, passeert door een keten met condensatoren C1 en C2 en wordt dan ingesteld op het niveau door een variabele weerstand VR2 2:5 teneinde nauwkeurig de weergeefstift te stoten over een baanspoed.
De stootimpuls, waarvan het niveau aldus is ingesteld, wordt toegevoerd aan een niet-omkeeringangsklem van een versterker 112. Het volgversehilsignaal verkregen uit de faseeompensatieketen 68 wordt toegevoerd aan een omkeeringangs-30 klem van de versterker 112 via een ingangsklem 113.
De stootimpuls verkregen uit de versterker 112 wordt toegevoerd aan de bases van een EPK-transistor Q2 en een PEP-transistor Q3..Aldus wordt de stootimpuls omgezet in een-signaal van een vooraf bepaalde spanning en loopt via de 35 vqlgspoel 37 van de si gnaalopnemer lU als een aandrijfstroom voor 8103542 + * - 17 - het stoten van de weergeefstift 31.
Wanneer de bedieningspersoon met de hand het hedieningsdeel 106 van de bedieningsschakelaar 72 roteert volgens de wijzers van een uurwerk in figuur 7 bijvoorbeeld, 5 neemt de weergeefsnelheidsverhouding van de weergave in de voor waartse richting toe in stappen overeenkomstig de geroteerde stand van het hedieningsdeel 106. In een geval waar het beweegbare contact 105 is in een stand van 105d in figuur J3 wordt een impuls synchroon met een impuls met een frequentie, 10 welke wordt verkregen door frequentiedeling van het speciale weergeefsynchroniseersignaal f^., gevormd uit de microcomputer 71·
Aldus wordt een stootimpuls gevormd voor het stoten van de weergeef stift 31 naar de binnenste omtréksriehting van de schijf 11 met vier standen binnen een rotatie van de schijf 11.
15 Figuur 11 toont de volgingsplaats van de weergeef stift 31 in de bovenbeschreven toestand. In figuren 11 en 12, 13, welke hierna zullen worden beschreven, geven delen A, B, C en D respectievelijk vertikale onderdrukkingsperiode-geregistreerde delen aan, waarbij het deel A een omsehakeldeel 20 tussen de referentiesignalen fp1 en fp2 is, dat ook het deel is waar het referentiesignaal fp3 wordt geregistreerd. Verder geven in deze figuren de getrokken lijnen de volgingsplaats van de weergeef stift 31 aan en de gestippelde lijnen de hartlijn van een hoofdbaan van het deel dat niet wordt weergegeven door de 25 weer geef stift 31. In de toestand volgens figuur 11, waar wordt gewerkt met vijfvoudige weergeef snelheid in voorwaartse richting, wordt de weer geef stift 31 elke keer gestoten wanneer de vertikale onderdrukkingsperioden-geregistreerde delen op vier standen worden weergegeven. Aldus worden in dit geval geregistreerde 30 signalen in standen welke vijf banen na die bepaalde stand zijn, weergegeven bij elke rotatie van de schijf 11. Aldus wordt re-produktié met vijfvoudige snelheid in de voorwaartse richting uitgevoerd voor het weergeven van een beeld met een vijfvoudige snelheidsweergave in de voorwaartse richting.
35 Vervolgens wordt de frequentiedeelverhouding 81 03 5 42 __ 4 •t - 18 - bij de microcomputer 71. gelijk aan 1/8, 1/ll· en 1/2 overeenkomstig de rotatie van het bedieningsdeel 106 van de schakelaar 72 met een uurwerk mee in figuur 7* Buitendien worden overeenkomstig figuur 8 weergegeven beelden met 9-voudige snelheid, 17-voudige 5 snelheid en 33-voudige snelheidsweergave in voorwaartse richting verkregen. Wanneer het bedieningsdeel 106 volledig is; geroteerd tot de grens tot een stand waar het beweegbare contactorgaan 105 is in een stand aangegeven met. 105h in figuur 7, worden signalen verkregen van de aansluitdelen 102b en 103b. In dit 10 geval voert de microcomputer 71. geen frequentiedeling uit en le vert het speciale weergeefsynchroniseersignaal. f^ zoals het is. Aldus wordt de weergeefstift 31 gestoten naar de binnenste om-treksrichting van de schijf 11 met 6k standen gedurende een rotatie van de schijf 11. De volgingsplaats van de weergeefstift 15 31 wordt in dit geval aangegeven in figuur 12 en een weergegeven beeld met een versnelde weergave met 65-voudige snelheid in de voorwaartse richting wordt aldus verkregen.
Aangezien de bedieningsschakelaar 72 met de hand wordt bediend voor het roteren van het bedi enings deel 106 20 in de richting van een uurwerk in figuur J, wordt een weergegeven beeld van weergave in de voorwaartse richting verkregen, dat van een hogere snelheid is. Wanneer het bedieningsdeel 1Oé geleidelijk wordt geroteerd tegen een uurwerk in in figuur 7 wanneer een weergegeven beeld wordt verkregen in de nabijheid van het 25 gewenste beeld, neemt de snelheid waarmee weergave wordt uitge voerd, af. Wanneer dus de bedieningspersoon het bedieningsdeel 106 vrijgeeft op het tijdstip dat het weergegeven beeld het gewenste beeld is, keren het bedieningsdeel 106 en het beweegbare contactorgaan 105 automatisch terug naar de neutrale stand in 30 figuur 7 tengevolge van de kracht uitgevoerd door de veer (niet getekend) en stoppen in de neutrale stand, In deze stand is zoals duidelijk in figuur 7 te zien is, het vaste contactdeel 1-Ota, verbroken van alle vaste cöntactdelen 100a tot 103a, en aldus worden geen signalen geleverd via de aansluitdelen 100b 35 tot 103b. Verder levert in deze toestand de microcomputer 71 8103542 t - 19 - een frequentiedeling -van liet speciale weergeefsynchroniseer-signaal f^ zodat de frequentie wordt gedeeld tot 1 /6k van de oorspronkelijke frequentie, en stoot de weergeefstift 31 naar de buitenste omtreksrichting van de schijf 11 hij een vooraf 5 bepaalde vertikale onderdrukkingsperiode een keer per rotatie van de schijf 11. Daardoor geeft de weergeefstift 31 herhaald dezelfde baan in dit geval weer en wordt het gewenste beeld verkregen als een beeld van stilstandsweergave. Aldus kan in een geval waar de geregistreerde stand van het videosignaal van 10 het gewenste beeld in een positie is naar de binnenste omtreks- richting van de schijf 11 vergeleken met de positie waar de weergeefstift 31 is geplaatst, worden gezocht voor het vinden van de geregistreerde positie van het gewenste videosignaal terwijl het weergegeven beeld wordt bekeken, door verandering in 15 de weergeefsnelheidsverhouding van weergave in de voorwaartse richting op een stapwijze tengevolge van de handbediening van de bovengenoemde bedieningsschakelaar 72,
In een geval waar het vaste contactdeel 10Ua is verbonden met de vaste contact delen 100a en 103a (wanneer 20 de Gray-code volgens figuur 8 is aangegeven met 1001) wordt de stootimpuls niet opgewekt. Aldus wordt de weergeefstift 31 niet stootsgewijs bewogen en de weergeefstift 31 zal niet veranderen van de baan welke hij aan het weergeven is. Aldus loopt de weer-' gééf stift 31 langs de volgingsplaats, voor het uitvoeren van 25 normale weergave (weergeefsnelheidsverhouding is gelijk aan de eenheid).
Anderzijds wordt in een geval, waar de geregistreerde positie van een videosignaal van het gewenste beeld is in een positie naar de buitenste omtreksrichting van de schijf 30 11 met betrekking tot de positie van de weergeefstift 31, het bedieningsdeel 1θ6 van de bedieningsschakelaar 72 geroteerd tegen een uurwerk in bij figuur J. Overeenkomstig wordt weergave uitgevoerd in de terugwaartse richting en de weergeefsnelheidsverhouding neemt boe op een gestapte wijze. Warneer een beeld in 35 de nabijheid van het gewenste beeld wordt verkregen, wordt het 8103542 ; < - 20 - ", .¾ bedieningsdeel 106 terugwaarts geroteerd volgens de wijzers van een uurwerk. Wanneer dus de b edieningspers oon het bedieningsdeel 106 loslaat bij .weergave van het gewenste beeld, wordt stilstandsweergave automatisch uitgevoerd voor het weergeven 5 van het gewenste beeld. Aldus kan worden gezocht voor het verkrij gen van het gewenste beeld binnen een korte tijdsperiode. In een geval waar het beweegbare·contactorgaan 105 is in een posi- -tie aangegeven met 105k in figuur 7 voor het kortsluiten van de vaste contactdelen 10Ua en. 10la, wordt de spanning op de aan-10 sluiting 10^b slechts verkregen via het aansluitdeel 101b.
Deze toestand komt overeen met een toestand volgens de Gray-code van 0100 in figuur 8. In deze toestand levert de microcomputer 71 frequentiedeling van de frequentie van het speciale weergeef-synchroniseersignaal f^ tot 1/16 van de oorspronkelijke frequen-15 tie voor het leveren van een stootimpuls voor het stoten van de weergeefstift 31 naar de buitenste omtreksrichting van de schijf 11 en wel viermaal bij elke rotatie van de schijf 11 vanaf de stootimpulsgenerator 71· Aldus wordt de volgingsplaats van de weergeefstift 31 zoals, aangegeven met de getrokken lijn in fi-20 guur 13 en wordt versnelde weergave met drievoudige snelheid in de terugwaartse richting uitgevoerd voor het reproduceren van de signalen op plaatsen welke drie banen voor de positie zijn waar de weergeefstift 31 is geplaatst bij elke rotatie van de schijf 11.
25 Buitendien moet voor het stoten van de weergeef stift 31 acht, zestien, twee-en-dertig of vier-en-zestig maal gedurende een omwenteling van de schijf 11, de weergeefstift 31 worden gestoten bij andere posities dan de vertikale onderdruk-kingsperioden A, B, C en D. Overeenkomstig wordt storing ge-30 introduceerd in dit geval en bij weergave met 65-voudige snelheid in voorwaartse richting bijvoorbeeld, worden zestien drempelsto-ringen ingevoerd in de horizontale richting. Evenwel kan het opwekken van bovengenoemde drempelstoring worden gecompenseerd door gebruik van een bekende uitvalcompensatie-inrichting en 35 geen ongewenste effecten worden ingevoerd in het weergegeven 8103542 * - 21 - beeld.
Volgens de onderhavige uitvoering van de uitvinding kan weergave snel worden uitgevoerd in termen van rasters door een eenvoudige handbediening van het bedieningsdeel 5 106 van de bedieningsschakelaar 72 en de werking daarvan zal nu worden beschreven. Zoals bovenbeschreven levert wanneer de be-dieningspersoon de bedieningsschakelaar 72 vrijgeeft na het bedienen van de schakelaar 72, de weergeef inrichting een stil-standsweergave. Een signaal overeenkomend met de toestand vol-10 gens de Gray-code 0001 in figuur 8 wordt verkregen, door rotatie van het bedieningsdeel 106 van de bedieningsschakelaar 72 tot een positie, aangegeven door een streepstippellijn 105a in figuur 1 voor het kortsluiten van de vaste contactdelen 103a en 10^a. Overeenkomstig levert de microcomputer 71 onmiddellijk 15 en opeenvolgend een impuls van positieve en een impuls van nega tieve polariteit teneinde de stootimpuls te verkrijgen. Buitendien wekt de microcomputer 71 dan een stootimpuls op voor het stoten van de weergeefstift 31 naar de buitenste omtréksrichting van de schijf 11 bij elke rotatie van de schijf 11, tot een totaal 20 van vijftien, voor het herhaald weergeven van dezelfde baan zestien maal.
Daarom wordt de weergeefstift 31 onmiddellijk gestoten naar de binnenste omtreksrichting van de schijf 11 door de bediening van de bedieningsschakelaar 72 voor het her-25 haald weergeven van dezelfde baan over zestien maal. Aldus kan weergave in termen van rasters onmiddellijk worden uitgevoerd door de bediening van de bedieningsschakelaar 72.
Teneinde weergave uit te voeren in termen van rasters naar de buitenste omtreksrichting van de schijf 11, 30 wordt de bedieningsschakelaar 72 bediend zodanig dat een signaal overeenkomstig de Gray-code 1000 in figuur 8 wordt verkregen, door overeenkomstige werkingen als die, uitgevoerd in het bovenstaande geval.
Het zal duidelijk zijn, dat de uitvinding 35 niet is beperkt tot deze uitvoeringsvormen en dat variaties mo- 8103542 ,. - 22 - gelijk zijn binnen het kader van de uitvinding.
8103542
Claims (3)
1. Weergeefinrichting voor een roterend registratiemedium voor het uitvoeren van speciale weergave voor het weergeven van geregistreerde informatiesignalen vanaf een 5 roterend registratiemedium waarbij de informatiesignalen zijn geregistreerd in spiraalvormige baanomlopen of in concentrische banen door gebruik van een weergeef stift, waarbij de weergeef-stift gedwongen wordt bewogen voor het veranderen van de weer-geefbaan bij het opwekken van een uitwendig regelsignaal, ter-10 wijl de weergeefinrichting voor het roterende registratiemedium is voorzien is van een detector voor het opwekken van een ro-tatiedetectiesignaal aansprekend op de rotatiésnelheid van het roterende registratiemedium, met het kenmerk, dat een speciale weergeefsynehroniseersignaalgenerator (TO) aanwezig is voor het 15 opwekken van een speciaal weergeefsynchroniseersignaal met een periode welke korter is dan de periode van een rotatie van het roterende registratiemedium, vanaf een signaal van een rotatie-periode van het roterende registratiemedium binnen het weergegeven signaal vanaf het roterende registratiemedium en het rotatie-20 detectiesignaal geleverd door de detector; een uitwendige regelsignaalgenerator (71, 73) voor het opwekken van het uitwendige regelsignaal gebaseerd op een signaal verkregen door het variabel regelen van de frequentie van het speciale weergeef-synchroniseersignaal, en een handschakelaar (72) voor het variëren 25 van de frequentie van het speciale weergeefsynchroniseersignaal bij de uitwendige regeisignaalgenerator door een uitgangssignaal met betrekking tot een verbonden stand van de handschakelaar, terwijl de handschakelaar wordt geplaatst op een vooraf bepaalde neutrale stand voor het leveren van het uitwendige regelsignaal 30 een keer per rotatie van het roterende registratiemedium voor het respectievelijk weergeven van dezelfde baan bij niet-werktoe-stand van de handschakelaar, terwijl de handschakelaar de frequentie van het uitwendige regelsignaal zo varieert dat een weergeefsnelheidsverhouding van het weergegeven signaal wordt 35 gevarieerd in stappen overeenkomstig de verbonden werkstand van 8103542 ' ij . ' - 2b - de hadschakelaar bij werkstanden van de handschakelaar.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met.het kenmerk, dat.de handschakelaar (72).een digitaal signaal levert bepaald door een Gray-code overeenkomstig de verbonden 5 werkstand van de hands chakelaar, en de neutrale stand van de . handschakelaar voor het herhaald weergeven van dezelfde baan is gekozen zodanig dat de neutrale stand overeenkomt met een toestand waarbij elke bit van de Gray-code een logische waarde 0 heeft. 10 * 3. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de handschakelaar (72) is gevormd vrij roteerbaar naar rechts en links met betrekking tot de neutrale stand als een centrale stand, voor het leveren van een digitaal signaal dat de weergeefsnelheidsverhouding geleidelijk ver-15 groot wanneer de handschakelaar wordt geroteerd vanuit die neu trale stand. b. Inrichting volgens conclusie 3» met het kenmerk, dat de handschakelaar (72) een digitaal signaal levert voor het gedwongen bewegen van de weergeefstift naar een 20 voorwaartse richting wanneer de handschakelaar wordt geroteerd naar een richting met betrekking tot de neutrale stand, en voor het gedwongen bewegen van de weergeefstift naar een terugwaartse richting, wanneer de handschakelaar wordt geroteerd naar een andere richting, met betrekking tot die neutrale stand. 25 5« Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de handschakelaar (72) onmiddellijk het uitwendige regelsignaal opwekt voor het uitvoeren van weergave in termen van rasters wanneer de handschakelaar met de hand wordt bediend naar een willekeurige stand vanaf de vooraf be-30 paalde teruggekeerde stand na de werkstand van de- handschakelaar.
6. Inrichting in hoofdzaak zoals beschreven in de beschrijving en/of weergegeven in de tekening. 81 03542
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
JP10327180 | 1980-07-28 | ||
JP10327180A JPS5728483A (en) | 1980-07-28 | 1980-07-28 | Playback device for disc shape information recording medium |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8103542A true NL8103542A (nl) | 1982-02-16 |
Family
ID=14349729
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8103542A NL8103542A (nl) | 1980-07-28 | 1981-07-27 | Weergeefinrichting voor een roterend registratiemedium geschikt voor het uitvoeren van speciale weergave. |
Country Status (8)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US4429335A (nl) |
JP (1) | JPS5728483A (nl) |
AU (1) | AU539241B2 (nl) |
CA (1) | CA1167159A (nl) |
DE (1) | DE3129448C2 (nl) |
FR (1) | FR2487559A1 (nl) |
GB (1) | GB2082823B (nl) |
NL (1) | NL8103542A (nl) |
Families Citing this family (23)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JPS57150173A (en) * | 1981-03-12 | 1982-09-16 | Victor Co Of Japan Ltd | Reproducer for disc shape information recording medium |
JPS57189381A (en) * | 1981-05-18 | 1982-11-20 | Victor Co Of Japan Ltd | Address signal reproduction system for reproducer of information signal recording disc |
GB2103864B (en) * | 1981-07-06 | 1986-06-11 | Victor Company Of Japan | Rotary recording medium and reproducing apparatus therefor |
JPS5812486A (ja) * | 1981-07-15 | 1983-01-24 | Victor Co Of Japan Ltd | 情報信号記録円盤 |
JPS5817667U (ja) * | 1981-07-28 | 1983-02-03 | 日本ビクター株式会社 | 円盤状情報記録媒体再生装置 |
JPS5853281A (ja) * | 1981-09-26 | 1983-03-29 | Victor Co Of Japan Ltd | 円盤状情報記録媒体再生装置 |
DE3238041C2 (de) * | 1981-10-14 | 1985-03-21 | Victor Company Of Japan, Ltd., Yokohama, Kanagawa | Drehbarer Aufzeichnungsträger und Gerät zur Wiedergabe des drehbaren Aufzeichnungsträgers |
US4536863A (en) * | 1982-04-15 | 1985-08-20 | Discovision Associates | Method and apparatus for recovering information from a videodisc |
JPH087956B2 (ja) * | 1984-07-24 | 1996-01-29 | キヤノン株式会社 | 記録又は再生装置 |
JPS61106073U (nl) * | 1984-12-19 | 1986-07-05 | ||
JPS6217286U (nl) * | 1985-02-28 | 1987-02-02 | ||
US4739418A (en) * | 1985-03-20 | 1988-04-19 | Victor Company Of Japan, Ltd. | Information signal recording disc recorded with stereoscopic television signal |
US4799207A (en) * | 1985-08-14 | 1989-01-17 | Staar, S.A. | Apparatus and method for maintaining progression of recovery of recorded information |
US4831610A (en) * | 1986-03-04 | 1989-05-16 | Pioneer Electronic Corporation | Method and apparatus for interactive control of a data recording medium playback apparatus using bar code access |
JPS62256494A (ja) * | 1986-04-30 | 1987-11-09 | 株式会社東芝 | 印刷配線板 |
JPS6319981A (ja) * | 1986-07-14 | 1988-01-27 | Teac Co | ビデオデイスク再生装置 |
JPS6362482A (ja) * | 1986-09-02 | 1988-03-18 | Pioneer Electronic Corp | ビデオデイスクプレ−ヤの再生スピ−ド制御方式 |
JPS63135553U (nl) * | 1987-02-26 | 1988-09-06 | ||
JPH0585424U (ja) * | 1991-11-25 | 1993-11-19 | 匡夫 長瀬 | 吸湿器 |
AU670045B2 (en) * | 1992-11-30 | 1996-07-04 | Samsung Electronics Co., Ltd. | Head switching method for staggered servo and circuit thereof |
KR950012246B1 (ko) * | 1993-09-25 | 1995-10-16 | 대우전자주식회사 | 레이저디스크 플레이어의 재생속도 조절장치 |
US6088180A (en) * | 1994-04-05 | 2000-07-11 | Samsung Electronics Co., Ltd. | Head switching method for staggered servo and circuit thereof |
SG34287A1 (en) * | 1994-10-28 | 1996-12-06 | Hitachi Ltd | Input-output circuit recording apparatus and reproduction apparatus for digital video signal |
Family Cites Families (6)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JPS5048820A (nl) * | 1973-04-11 | 1975-05-01 | ||
GB1519974A (en) * | 1974-08-22 | 1978-08-02 | Rca Corp | Disc record groove skipper apparatus |
JPS5830660B2 (ja) * | 1976-07-05 | 1983-06-30 | ソニー株式会社 | 磁気再生装置 |
JPS599980B2 (ja) * | 1976-09-15 | 1984-03-06 | ソニー株式会社 | 磁気再生装置 |
JPS5498517A (en) * | 1978-01-20 | 1979-08-03 | Victor Co Of Japan Ltd | Reproducer for information signal |
DE3017280C2 (de) * | 1979-05-09 | 1986-02-20 | Victor Company Of Japan, Ltd., Yokohama, Kanagawa | Wiedergabevorrichtung in einem Gerät zur Wiedergabe von Signalen von einem rotierenden Aufzeichnungsträger |
-
1980
- 1980-07-28 JP JP10327180A patent/JPS5728483A/ja active Granted
-
1981
- 1981-07-24 US US06/286,667 patent/US4429335A/en not_active Expired - Fee Related
- 1981-07-25 DE DE3129448A patent/DE3129448C2/de not_active Expired
- 1981-07-27 AU AU73444/81A patent/AU539241B2/en not_active Ceased
- 1981-07-27 NL NL8103542A patent/NL8103542A/nl not_active Application Discontinuation
- 1981-07-27 CA CA000382605A patent/CA1167159A/en not_active Expired
- 1981-07-27 FR FR8114539A patent/FR2487559A1/fr active Granted
- 1981-07-28 GB GB8123236A patent/GB2082823B/en not_active Expired
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
DE3129448A1 (de) | 1982-06-03 |
DE3129448C2 (de) | 1984-05-10 |
FR2487559B1 (nl) | 1984-03-23 |
GB2082823B (en) | 1985-02-27 |
GB2082823A (en) | 1982-03-10 |
CA1167159A (en) | 1984-05-08 |
JPS5728483A (en) | 1982-02-16 |
FR2487559A1 (fr) | 1982-01-29 |
US4429335A (en) | 1984-01-31 |
JPS617069B2 (nl) | 1986-03-04 |
AU7344481A (en) | 1982-02-04 |
AU539241B2 (en) | 1984-09-20 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL8103542A (nl) | Weergeefinrichting voor een roterend registratiemedium geschikt voor het uitvoeren van speciale weergave. | |
US4558376A (en) | Method and system of reproduction of magnetically recorded video signals at speeds differing from recording speed | |
US4388713A (en) | Rotation control system in a rotary recording medium reproducing apparatus | |
KR0169712B1 (ko) | 자기테이프 재생장치용 동적헤드위치 추적 제어장치 및 방법 | |
NL8100740A (nl) | Apparaat voor weergave van op een registratiemedium opgenomen informatiesignalen. | |
NL8203503A (nl) | Inrichting voor het op een afbeeldpaneel zichtbaar maken van gegevens. | |
US4322748A (en) | High-speed reproducing system in apparatus for reproducing information signals recorded on a rotary recording medium | |
NL8003209A (nl) | Inrichting voor weergave van informatiesignalen. | |
US4472795A (en) | Periodical signal detection circuit within a variable window length | |
JPS58108077A (ja) | 偏心を検出する方法 | |
US4499505A (en) | Apparatus for playing back video signals recorded on a rotary recording medium on several quasi-slow motion reproduction modes | |
US3535440A (en) | High definition magnetic tape recorder for video signals | |
GB2086613A (en) | Rotary recording medium reproducing apparatus capable of performing special reproduction | |
US4428003A (en) | Periodical signal detection circuit in a reproducing apparatus | |
US4463388A (en) | Rotary recording medium capable of performing special reproduction | |
US4439791A (en) | Slow-motion reproducing system in an apparatus for reproducing rotary recording medium with mode dependent skip pulse generator and field memories | |
US4550393A (en) | System for reproducing an address signal from each track turn during a search mode operation of a reproducing apparatus | |
US4432021A (en) | Rotary recording medium reproducing apparatus | |
US4470078A (en) | Pulse driven control circuit for moving a transducer across a rotary recording medium of pulses applied thereto | |
US4491877A (en) | Cross-talk detector in information-carrying disc player | |
US4697257A (en) | Jitter compensation system in a rotary recording medium reproducing apparatus | |
USRE29963E (en) | Servo system for reading from a disc-shaped record carrier containing signals coded in optical form | |
US4482925A (en) | Quick-motion reproducing system in a rotary recording medium reproducing apparatus | |
US4370740A (en) | Rotary recording medium | |
US4428002A (en) | Special effects video disc reproducing system for eliminating picture flicker |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A1A | A request for search or an international-type search has been filed | ||
BB | A search report has been drawn up | ||
BC | A request for examination has been filed | ||
A85 | Still pending on 85-01-01 | ||
BV | The patent application has lapsed |