NL8101756A

NL8101756A - Velvormig verpakkingsmateriaal uit bekleed papier- microschuim.

Info

Publication number: NL8101756A
Application number: NL8101756A
Authority: NL
Original assignee: Crowell Corp
Priority date: 1980-07-07
Filing date: 1981-04-09
Publication date: 1982-02-01
Also published as: GB2080195A; SE451559B; GB8429031D0; GB2106032B; CH642909A5; DE3115754A1; GB2106032A; IT1210607B; FR2486033A1; FR2486033B1; GB2149721B; US4321297A; GB2080195B; IT8167567A0; JPH022694B2; GB2149721A; JPH0193342A; CA1171777A; SE8102516L

Description

ιϊ.ο. 30.007 -ι- — Λ + .-

Velvormig verpakkingsmateriaal uit bekleed papier- microschuim.

Amerikaans octrooischrift 4.086.384· beschrijft een zeer goed bruikbaar velvormig papier- microschuim verpakkingsmateriaal waarbij een 5 laag microporeus schuimpolymeer met afgedichte cellen, zoals microschuim, is gehecht op een laag kraft papier dat versterkt kan zijn met strengen glasvezels. Dergelijk materiaal verschaft zeer effektieve verpakkingen, maar beschermd voor voch^evoelige voorwerpen niet in voldoende mate, zoals blik, dat onder normale atmosferische omstandigheden gevoelig is voor 10 corrosie. Het doel van de uitvinding is het verschaffen van een gelamineerd velvormig materiaal voor het verpakken van voor voch^jevoelig materiaal en het beschermen ervan tegen beschadiging door vocht gedurende lange opslag-perioden. Een ander doel is het^verschaffen van een dergelijk gelamineerd velvormig materiaal dat geschikt^ voor het verpakken van platen met tin 15 bekleed staal of andere metalen en het voorkomen dat zij roesten of corro-teren gedurende lange opslagperioden.

Een bekleed velvormig materiaal voor het verpakken van voor vocht gevoelig materiaal bezit een laag papier waarvan één zijde is gehecht op een laag microporeus schuimpolymeer met afgedichte cellen, zoals micro-20 schuim. Aan de andere zijde is het bekleed met een laag polymeer, dat de doorgang van waterdruppels uitsluit maar damp van vocht daardoor afvoert waardoor elk condensaat in de verpakking weg verdampt door het materiaal.

Het papier kan versterkt zijn met strengen glasvezels of andere geschikte versterkingsvezels om het te versterken.

25 Aan de hand van een tekening, waarin uitvoeringsvoorbeelden zijn weergegeven, wordt de uitvinding hierna nader beschreven.

Figuur toont een dwarsdoorsnede van een gelamineerd velvormig materiaal volgens één uitvoering van de uitvinding.

Figuur 2 toont een andere dwarsdoorsnede van een ander 3Ö gelamineerd velvormig materiaal dat een andere uitvoering van de uitvinding vormt.

Figuur 3 toont een verdere dwarsdoorsnede van een verder gelamineerd velvormig materiaal, dat een verdere uitvoering van de uitvinding vormt.

35 In figuur 1 is een gelamineerd velvormig materiaal 10 weer gegeven voor het verpakken of omwikkelen van voor vocht gevoelig materiaal zoals met tin bekleed staal (niet weergegeven). Blik is een speciaal type staal dat aan fabrikanten van blikken wordt verkocht. In verband met het 8101756 > ΐ -2- uiteindelijke gebruik moet het blik volledig vrij zijn van corrosie, Hierom moet de staalfabriek extra zorg besteden aan het verpakken van het blik en hij garandeert het produkt voor 30 dagen. Als corrosie optreedt voor de periode van 30 dagen moet de staalfabriek elke lading terugnemen die door 5 corrosie is aangetast.

Het vel 10 omvat een laag papiermateriaal 12, dat bestaat uit twee lagen kraft papier l4 versterkt door middel van strengen glasvezels 16. De kraft papier lagen 14· worden elk bijvoorbeeld gevormd door 23 kg kraft-papier. Andere bruikbare typen kraftpapier zijn bijvoorbeeld 13 kg, 27 kg, 10 of 4θ kg of zelfs 19 kg "line board". Strengen 16 uit glasvezels zijn bijvoorbeeld in een ruit patroon geplaatst tussen papierlagen 14·. De lagen 14· zijn aan elkaar gehecht en aan de tussengeplaatste glasvezels in een ruitpatroon en langsvezelplaatsing en in het geheel afgedicht door hechtmiddel 17, dat bijvoorbeeld van het " of the hot melt type" is, zoals 15amorf polypropyleen. Het uiteindelijke gelamineerde vel 10 heeft een opmerkelijke verhouding tussen sterkte en gewicht en is uitmuntend bruikbaar voor het omwikkelen en verpakken als een hoge mate van scheursterkte en bescherming tegen vocht vereist zijn, zoals bij het verpakken van platen van met tin 'gekleed staal. De versterking kan ook worden verkregen door het 20 hechten van andere typen roosters op het laminaat, zoals polypropyleen.

De onderlaag 18 is een microporeus polymeer met afcjedichte cellen. Het kan bijvoorbeeld een dikte hebben van ongeveer 1,6 tot 3,2 mm. Een zeer effektief microporeus schuimpolymeer met afgedichte cellen is bij-voorbeéld een laag microschuim met een dikte van 1,6 of 2,4· mm, wat bij-25 voorbeeld een microschuim is dat wordt verkocht door E.I. du Pont de Nemours & Co. in Wilmington Delaware. Het is vervaardigd uit polypropyleenhars en vormt een sterk volumineus materiaal met ongeveer 50.000 gesloten luchtcellen per 16,4· cnf*. De schuimpolymeerlaag 18 is gehecht op het papier met behulp van het zelfde "hot melt" hechtmiddel dat is toegepast bij het oor-30 spronkelijke tweelaags kraftpapier.

Een laag 20 uit een hydrofob polymeer, zoals polyethyleen, wordt geplaatst over de bovenzijde van een tweelaags kraftpapierlaag 12 voor het voltooien van het gelamineerde vel. Het wordt bijvoorbeeld gehecht op de kraftzijde door bekleden of extrusie, De polymeerbekleding 20 kan ge-35 kleurd worden om hem te onderscheiden en om het doorlaten van licht daardoor te controleren. Het kan ook worden vervaardigd uit andere geschikte waterdamp overbrengende hydrofobe polymeren, zoals polypropyleen, polycarbonaat en dergelijke. Een 25 micron dikke laag 20 is geschikt.

Het laminaat 10 kan worden gebruikt voor het omwikkelen van 4-0 hoeveelheden tin platen en andere metalen voor het voorkomen van corrosie 8101756 -3- voor gebruik ervan. Voorkoming van corrosie en roest gedurende 30 dagen is op deze wijze bereikt. Het produkt bezit een uitmuntende veelzijdigheid en gedrag voor de speciale problemen van het verpakken van tinplaat. Behalve zijn vermogen voor het beschermen van tinplaat tegen beschadiging door vocht 5 van buiten, maakt de constructie het mogelijk dat de omwikkeling "ademt".

Dit betekent dat als condensaat wordt gevormd als gevolg van temperatuur-variaties gedurende transport, een dergelijke funktie het verdampen van het condensaat mogelijk maakt in tegenstelling tot het vasthouden ervan in de verpakking, wat corrosie zou veroorzaken. Het laminaat 10 heeft uitmuntende 10 eigenschappen die worden bevorderd door het contact van het microporeuze schuim met de vertinde plaat (niet weergegeven). Een dergelijk microporeus schuimmateriaal vervaardigd uit polypropyleen is in overeenstemming met de F.D.A. voorschriften, die het toestaan op veilige wijze te worden gebruikt als voorwerp of een component van een voorwerp dat bedoeld is voor toepassing 15 ervan in aanraking met voedsel. Het wordt niet nadelig beinvloed door blootstelling aan vet, water en de meeste zuren, basen en oplosmiddelen. Het blijft flexibel binnen een groot temperatuurgebied, heeft een neutrale pH, is niet-toxisch, niet-corrosief, vrij van splinters, heeft een uitmuntende weerstand tegen slijtage en ondersteunt de groei van meeldauw of 20 fungus niet . Het bezit een uitmuntend schoon-wit uiterlijk dat zeer gewenst is voor het verpakken van tinplaat.

Figuur 2 toont een ander laminaat 10a volgens de uitvinding waarbij een laag 22A uit samenhangend materiaal is aangebracht op het buitenoppervlak van de microporeuze schuimlaag 18A. De samenhangende laag 25 22A is bijvoorbeeld een latex materiaal met klevende eigenschappen op zichzelf maar dat niet hecht op andere materialen. Deze samenhang vergemakkelijkt het bevestigen van het vel 10A om een voorwerp dat daarin moet worden omwikkeld. Hoewel het niet-hechtend is op voorwerpen anders dan zichzelf bezit het een zeer hoge weerstand tegen wrijving en is het enigs-30 zins rubberachtig bij aanraking. Het glijdt daarom niet van een voorwerp en maakt het gemakkelijk te wikkelen en blijft met voordeel op zijn plaats om het omwikkelen en het afdichten verder te vergemakkelijken. Het gelamineerde vel 10A is verder hetzelfde als het vel 10.

Figuur 3 toont een verder gelamineerd vel 10B dat hetzelfde 35 is als het vel 10 volgens figuur 1 met de uitzondering dat een enkele laag 14B kraftpapier met bijvoorbeeld een gewicht van 27 kg wordt gebruikt in plaats van een versterkte tweelaags kraftpapierlaag 12 volgens figuur 1. Het vel 10B kan worden gebruikt als de uiterst hoge weerstand tegen schuren van het vel 10 niet vereist is. Op de microporeuze schuimlaag 18b kan de samen-40 hangende laag worden aangebracht als weergegeven in figuur 2.

8101756 i ΐ .....

-4- *

In plaats van of als toevoeging tot de latex in de bekleding 22A, kan een vluchtige corrosieremmer (VCI) zoals beschreven in de Amerikaanse octrooischriften 2.829.080 en 3.080.211 aan deze bekleding worden toegevoegd. Door de gemakkelijke deformeerbaarheid van de schuim-5 laag, brengt deze laag een VCI bekleding in veel betere aanraking met metalen voorwerpen geplaatst tegen een gewijzigd verpakkingsvel, in het bijzonder als de metalen voorwerpen geen nauwkeurig vlak oppervlak bezitten. Een verpakkingsvel dat geen schuimoppervlak bezit verschaft een veel geringer kontakt en beschermt metalen niet even goed tegen corrosie.

10 Tinplaat, staal en koper en aluminiumlegeringen zijn voorbeelden van corrosie-gevoelige metalen die beter worden beschermd door de met VCI beklede'· 'verpakkingsmateriaal volgens de uitvinding, en de waterafstotende bekledingen 20, 20A, 20B zijn in dit verband gunstig.

Een VCI bekleding met een gewicht van slechts ongeveer 2 15 0,04· gr/m schuimoppervlak is in het algemeen alles dat noodzakelijk is, maar gewichten van 0,1 of zelfs 0,2 gr/m kunnen indien gewenst worden toegepast. In water oplosbare VCI's worden bij voorkeur uit een water-oplossing neergeslagen, en in water niet-oplosbare VCI's worden neergeslagen uit een oplossing in een oplosmiddel zoals methylchloroform. Als een 20 in water oplosbare VCI wordt vermengd met een rubberlatex, moet er zorg voor worden gedragen dat de latexemulsie niet breekt in lagen voordat het mengsel op het schuimoppervlak is aangebracht. Bepaalde voor water gevoelige metalen worden eventueel bekleed met een film uit water afstotende olie om het voorkomen van corrosie te bevorderen. Als dergelijke beklede “ 25 metalen worden verpakt heeft het de voorkeur het verpakkingslaminaat te gebruiken waarin de lagen met elkaar zijn gehecht met een tegen olie bestendig lamineermiddel of hechtmiddel zoals rubberlatex of polyvinylacetaat of sterk gepolymeriseerd polyvinylchloride. Amor polypropyleen smelt polymeer kan worden opgelost door bepaalde bekledingsoliën in een mate 30 dat delaminering en een sterk verlies aan sterkte kan optreden.

De VCI's zijn in het algemeen vluchtiger dan noodzakelijk en kunnentworden gemengd met de andere chemicaliën^zoals vetalcoholfosfaat, die minder vluchtig zijn of niet vluchtig zijn. Dergelijke mengsels beschermen metalen ook tegen corrosie. In feite hebben ook vetalcoholfosfaten 35 een corrosieremmend effekt op ijzer en andere metalen. De Zelec NE en Zelec NH antistatische vetalcoholfosfaatmiddelen verkocht door E.I. du Pont de Nemours & Co. alsmede di-[2-ethylhexyl]- waterstoffosfaat en het morfoline-zout van di- ^9-octadecenyïJ -waterstoffosfaat vormen goede corrosieremmers en zijn ook zeer effektieve antistatische middelen wel of niet gemengd met 4-0 een VCI. Als het VCI niet voldoende in water oplosbaar is kan de toevoeging 8101756 -5- van antistatisch vetalcoholfosfaatmiddel behulpzaam zijn bij het disper-geren van VCI in water, terwijl het antistatische middel ook oppervlak-aktieve eigenschappen heeft. Anionische oppervlakaktieve middelen zoals fosfaten moeten niet worden gemengd met een kationisch latex, noch kan een 5 kationisch oppervlakaktief middel worden gebruikt met een anionische latex, behalve als het gehalte aan oppervlakaktief middel te klein of te groot is om de latexemulsie te breken, of een stabilisator is toegevoegd. Polyacrylzuur met een molgew. van ongeveer 3000 tot ongeveer 20.000 vormt een goede stabilisator zoals ook het geval is met gelatine en oppervlak-10 aktieve middelen.

Een zeer goed bruikbaar verpakkingsvel wordt verkregen met de gelamineerde ponstructie volgens figuur 1, door toevoeging als de laag 22A van een 5¾ dispersie van morfoline caprylaat in water en dan het oplosmiddel de kans te geven te verdampen. Een enkele aanbrenging is in het 15 algemeen voldoende om de gewenste hoeveelheid VCI te verschaffen en het gesloten celkarakter van de schuimlaag 18 houdt het VCI op het buitenvlak van het schuim, zelfs als de schuimlaag slechts 1,6 mm dik of minder dik is. Een dergelijke dunne schuimlaag, met versterkte of niet-versterkte papierlagen elk uit kraftpapier van 23 kg , vormt een goed corrosiebe-20 stendig vel voor het omwikkelen of tussenplaatsen van stalen platen.

' Een laag uit natuurlijke rubberlatex kan dan worden aange bracht over de VCI laag, of indien gewenst? wordt de rubberlatex gemengd met de VCI-dispersie voordat de dispersie wordt aangebracht. De hoeveelheid rubber die achterblijft op het buitenvlak van het schuim moet voldoende 25 zijn om een cohesief niet-adhesief karakter te verschaffen, in het algemeen bij 0,5 gr/m^.

Ook kan de VCI-bekleding de enige bekleding zijn op het vrij liggende oppervlak van het schuim, waarbij de latexbekleding is aangebracht op het papieroppervlak op de tegenover liggende zijde van het 30 gelamineerde samenstel.

Voordat iets aan het schuimoppervlak wordt toegevoegd kan het eerst worden bekleed met ongeveer 0,1 gr/m antistatische laag zoals het morfolinezout van di- 9-octadecenyl - waterstoffosfaat of een van de boven aangegeven Zelec produkten, hoewel een dergelijke bekleding kan 35 worden aangebracht na het bekleden met VCI, of na het aanbrengen van cohesieve niet-adhesieve laag. Een antistatisch middel, dat niet olieachtig is is gewenst als het wordt gebruikt bij de cohesieve niet-adhesieve bekleding omdat oliefilms afbreuk doen aan de cohesie die anders verkrijgbaar is.

40 Gewoon kraftpapier, indien toegepast in gewichten tot 45 kg 8101756

r X

-6- of meer is niet volkomen ondoorschijnend. Voor gebruik bij het verpakken van lichtgevoelig materiaal, zoals niet belichte microfilm, kan een enkele niet-doorzichtige papierlaag gelamineerd op het microporeus schuim met gesloten cellen worden gebruikt, bijvoorbeeld als het papier een vel is 5 met een gewicht van ongeveer 23 kg en is geverfd met "Basic Violet No. 3" of "Pigment Black No. 7" in een verfgehalte van ongeveer een half gewichts-procent. Als twee papierlagen aanwezig zijn in het gelamineerde samenstel, kan één of kunnen beide zijn geverfd en als beide zijn geverfd kan het verfgehalte lager zijn en wel tot een 1/4· gew.%. Lichtere vellen bevatten 10 in verhouding meer verf. "Carbon tiaek" kan ook worden gebracht in het papier in plaats van of samen met één of meer kleurstoffen.

Aluminiumfolie, dat uiterst dun is, bijvoorbeeld 0,125 tot 0,2 mm is ook ondoorzichtig en kan in een samenstel van figuur 2 worden gelamineerd maar een dergelijk dun folie omvat vaak zeer kleine gaten die 15 licht doorlaten. Het is dienovereenkomstig het beste niet te vertrouwen op dergelijke dunne folies voor alle beftSive^èe1^ - gevoelige voorwerpen. "Carbon black" kan eveneens in hét schuim worden gebracht door bijvoorbeeld vormen van met koolstof vermengd hars, en verschaft antistatische eigenschappen buiten onderdoorzichtigheid.

20 Voor het omwikkelen van lichtgevoelig materiaal draagt, het ondoorschijnende bekledingsvel bij voorkeur een cohesieve niet-adhesieve bekleding, maar vereist geen VCI behalve/lfet lichtgevoelige materiaal wordt verpakt met corrosief metaal. De cohesieve niet-hechtende bekleding of het schuimoppervlak eronder kan ook het antistatische middel bevatten 25 aangezien het uit elkaar trekken van een hechtend aangebrachte omwikkeling anders,voldoende statisch elektriciteit kan genereren om lichtontladingen te veroorzaken die zeer gevoelige fotografische emulsies sluieren,

De omwikkelingsvellen volgens de uitvinding kunnen worden gebruikt voor elk omwikkelen of tussenplaatsen. De cohesieve niet-adhesieve 30 laag maakt deze vellen in het bijzonder gewenst aangezien dergelijke vellen gemakkelijk met elkaar verbonden kunnen worden zonder de noodzakelijkheid van neerhoudorganen zoals de samenbindstroken of kabels.

De stam van een boom kan dus gemakkelijk worden beschermd door omwikkeling onder gebruikmaking van een vel dat langer is dan de om-, 35 trek van de boom. Het vel wordt volledig om de stam gewikkeld en laat een uitstekend eind vrij aan elk einde van het vel, en deze uitstekende einden worden dan samengebracht om hun betreffende cohesieve niet-adhesieve lagen in contact met elkaar te brengen. Dit veroorzaakt dat deze einden op elkaar / worden gehecht en aldus het vel met zekerheid op hun plaats houden. Eén vel 40 kan een breedte hebben even groot als de hoogte van de stam die moet 8101756 -7- worden omwikkeld, of twee of meer vellen gewikkeld naast elkaar voor het bekleden van de gewenste hoogte.

De schuimoppervlakken van het omwikkelingsvel zijn voldoende meegevend omdat de vellen strak tegen de stam kunnen worden getrokken 5 tijdens het wikkelen, zonder dat een onregelmatigheid van de stam de omwikkeling doorsteekt.

Het blijkt dat een omwikkeling van het bovengenoemde type niet alleen de stam beschermt tegen afslijting en dergelijke zoals bijvoorbeeld het geval is als een bundel bomen met een vrachtauto moet 10 worden vervoerd, maar ook hongerige dieren afhoudt van het eten van de schors.

De cohesieve niet-adhesieve gelamineerde papierschuim vellen vormen ook een zeer goede basis waarop voorwerpen kunnen worden geplaatst die op hun plaats moeten worden gehouden. Een kartonnen doos met van 15 etiketten voorziene flenzen kan zonder het gebruikelijke scheidingsrooster worden verpakt als de flessen op het cohesieve niet-adhesieve bekleedde schuimoppervlak van een verpakkingsveSfÏen ^irgefιjke verpakking houdt dus flessen vrij van wrijven tegen elkaar of van trillen tegen elkaar als zij worden onderworpen aan de gebruikelijke transportomstandigheden, en 20 de etiketten op de flessen worden niet beschadigd of gevlekt.

Voor dit doel kan het vel een enkele papierlaag bezitten met een gewicht tot 9 kg waarbij de schuimdikte niet groter behoeft te zijn dan 1,6 mm. Door het reduceren van deze schuimdikte of het elimineren van het schuim als geheel en de cohesieve niet-adhesieve laag slechts op 25 één vel papier geeft slechtere resultaten.

De cohesieve niet-adhesieve bekledingen maken het ook mogelijk dat de vellen als een sandwich worden geplaatst om een voorwerp dat moet worden ontwikkeld, waarbij de vellen in tenminste twee richtingen uitsteken buiten het voorwerp. Een tekstboek kan aldus zeer eenvoudig 30 worden tussengeplaatst voor het vormen van een volledige verpakking voor het verzenden van boeken welke verpakking slechts een adresetiket vereist en waarbij de vellen slechts ongeveer 3,8 tot 7,6 cm buiten het boek steken aan elke rand.

Zelfs vloeistoffen kunnen op overeenkomstige wijze worden 35 verpakt bijvoorbeeld door het vouwen van een vel in tweeën om de cohesieve niet-adhesieve vlakken van de vouwen naar elkaar te brengen en de naar elkaar gerichte zijranden samen te drukken voor het vormen van een zak.

De te verpakken vloeistof wordt in de zak gegoten waarna de bovenzijde van de zak wordt afgedicht door het samendrukken van de vouwen op deze plaats.

40 De aard van het schuim met gesloten cellen maakt lekken van de vloeistof 8101756 Ï % -8- niet mogelijk.

Hoewel papiervellen zeer geschikt zijn voor de lagen 14·, 14- of 14-A, 14-A, of 14·Β kunnen deze vellen worden vervaardigd uit geweven of gebreide textielvezels, of onder invloed van lucht vervilte textiel-5 vezels, of zelfs uit kunststoffilm. Een sterke kunststof zoals polyethyleen-tereftalaat heeft de voorkeur voor een dergelijke film of voor vezels. In plaats van het gebruikelijke type kunststofvezels kan een kunststoffilm met kleine breedte worden geweven voor het vormen van één of beide lagen.

Als een laag is vervaardigd uit sterk materiaal zoals polyethyleenterefta-10 laat wordt een zeer'effektieve.versterking verkregen,voor een papierlaag of nu een dergelijke versterkende buitenlaag van de verpakkingsvel of een laag tussen de schuimlaag 18 en de nabij liggende laag 14· vormt. Het bezitten van een betrekkelijk glad oppervlak aan één zijde van het verpakkingsvel is gewenst omdat een dergelijk oppervlak kan worden bedrukt met 15 advertentieteksten of dergelijke.

Het gebruik van zelfs twee papierlagen zonder enige versterking is niet even wenselijk als één papierlaag samen met een versterking met hoge sterkte. Glasvezels of nijlon of "qiana vezels" zijn zeer effektief en glas is in hét bijzonder gewenst om zijn lage kosten.

20 Een niet-versterkt papier- schuimverpakkingsvel is slechts geschikt voor zeer lichte toepassingen terwijl een goed versterkt verpakkingsvel bijna onmogelijk kan worden gescheurd. Dit is van groot belang als metalen worden verpakt of afgeschermd.

8101756

Claims

1. Gelamineerd velvormig materiaal voor het verpakken van een voor vocht gevoelig materiaal gekenmerkt door een laag papiermateriaal, een laag uit microporeus schuimpolymeer met afgedichte cellen, een sterk hechtend materiaal dat op zekere wijze het microporeuze 5 schuimpolymeer en de papierlagen met elkaar verbindt, en een laag polymeer dat het passeren van druppels water uitsluit maar damp van vocht overbrengt daardoor aan de zijde van het papiermateriaal tegenover de microporeuze schuimlaag waardoor condensaat in de verpakking naar buiten kan verdampen door het gelamineerde velvormige materiaal.

2. Gelamineenl velvormig materiaal volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat de laag papiermateriaal versterkt is.

3. Gelamineerd velvormig materiaal volgens conclusie 2, m e t het kenmerk, dat de laag papiermateriaal is versterkt met strengen glasvezels. 15

4.Gelamineerd velvormig · materiaal volgens conclusie 3 met het kenmerk, dat de laag papiermateriaal twee lagen papier omvat waartussen strengen glasvezels zijn geplaatst.

5. Gelamineerd velvormig materiaal volgens één of meer van de conclusies 1, 2, 3 of 4· m e t het kenmerk, dat de laag poly- 20 meer polyethyleen omvat. *

6. Gelamineerd velvormig materiaal volgens conclusie 5 m e t het kenmerk, dat het microporeuze schuimpolymeer een microporeus schuim polymeer uit polypropyleen omvat.

7. Gelamineerd velvormig materiaal volgens conclusie 5 m e t 25 het kenmerk, dat het papiermateriaal twee lagen van elk 23 kg kraftpapier omvat.

8. Gelamineerd velvormig materiaal volgens conclusie 7 m e t het kenmerk, dat de microporeuze schuimlaag een dikte heeft liggende tussen 1,6 en 3,2 mm.

9. Gelamineerd velvormig materiaal volgens conclusie 1 m e t het kenmerk, dat de polymeer laag is gehecht op de laag papiermateriaal.

10. Gelamineerd velvormig materiaal volgens conclusie 9 met het kenmerk, dat het is gehecht met een "hot melt" hecht-middel.

11. Gelamineerd velvormig materiaal volgens conclusie 1 8101756 -10- *- V- in e t het kenmerk, dat de microporeuze schuimlaag een vrij oppervlak bezit^fsamenhangendeniet hechtende bekleding is aangebracht op het vrij liggende oppervlak van het microporeuze schuimpolymeer, waardoor een uitmuntend hoge wrijvingscoëfficient wordt medegedeeld aan het vrije 5 oppervlak, en het bevestigen van het laminaat op zichzelf wordt vergemakkelijkt. 8101756