NL8100396A - Wasemafzuigkap. - Google Patents

Description

Jf" * - 1 -

Wasemafzuigkap.

De uitvinding heeft betrekking op een wasemaf zuigkap voor het aanbrengen boven keukenfornuizen, met een zuigventilator, die bij voorkeur als een dubbele ventilator binnen * een schuifladevormig beweegbaar kapdeel is gebouwd, waarbij 5 de luchtuittreedopening in het huis van de zuigventilator en de in het achterste gebied van het stationaire, aan de wand bevestigde deel van de wasemafzuigkap aangebrachte luchtafzuigopening door middel van een slangachtige luchtge lei dings inrichting in verbinding staat, en dat in de naar 10 voren uitgetrokken bedrijfsstand van het voorste kapgedeelte de luchtgeleidingsinrichting de luchtstroom, die door de zuigventilator wordt getransporteerd, vrij naar de luchtui ttreedopening laat passeren.

Een bekende wasemafzuigkap (Duitse Gebruiksmodel 15 78 02 039), die een schuifladevormig verschuifbaar voorste kapdeel heeft en waarvan de ventilator in dit deel is gebouwd, bezit een vouwbalgvormige slang,- die de luchtuit-treedopening aan het huis van de ventilator net de luchtafzuigopening aan het stationaire deel van de wasemafzuig-20 kap verbindt. Deze verbindingsslang is door zijn vouwbalg-vormige uitvoering in staat de schuifbeweging van het voorste kapgedeelte in de bedrijfsstand mede uit te voeren.

Bij wasemafzuigkappen voor afvoerlucht wordt de aangezogen ruimtelucht , die is verrijkt met wasem, nadat deze 25 lucht door een vet filter is gegaan, door de buitenwand of via een ventilatie schoorsteen in de buitenlucht geblazen. Deze in het afvoerluchtbedrijf werkende wasemafzuigkap is zeer doeltreffend, omdat de wasem, die opstijgt ^ van de kookplaatsen, met zijn reukstoffen, nadat deze door 30 een voor de ventilator geplaatste filter werd gereinigd van vette deeltjes, rechtstreeks naar de buitenlucht wordt geleid.

Nadelig is, dat deze kap met de buitenlucht rechtstreeks in verbinding staat, zodat bijv. in de winter sprake is 35 van een voelbare koude-inval. Er zijn daarom zgn. muurkasten op de markt, die in een opening in de buitenwand worden gebouwd. Deze kasten hebben een buisstomp, die 8100396 ï- * - 2 - wordt aangesloten op de luchtuittreedopening van de kap.

Binnen deze muurkast/ die aan de buitenzijde door een afsluitrooster kan zijn begrensd, is een terugdrukklep aangebracht. Deze is zodanig gelegen, dat hij bij het in be-5 drijf nemen van de ventilator door de getransporteerde luchtstroom door zwenken naar buiten opengaat, terwijl bij niet-bedrijf deze los gesloten is. Deze terugdrukklep, die is gebouwd in de muurkast, heeft verschillende nadelen.

Bij het bedrijf van de ventilator is bijv. door de tus-10 sengeschakelde klep een vergrote stromingsweerstand aanwezig, wat de werkzaamheid van de kap, die in bedrijf is genome n ,i,' ve rmi n de r t.

Bij corresponderende winddruk heeft de lossluitende klep een neiging tot geruis, dat als storend wordt ervaren.

15 Verder kan bij corresponderende windrichting door zuigwerking de klep opengaan en door venturiwerking warme lucht uit de keuken via het betrekkelijk dunwandige vet filter en de ventilator worden afgezogen. Verder is nadelig gebleken, dat bijv. bij geopende keukendeur doortrekverschijnselen 20 kunnen optreden, omdat een rechtstreekse 'gerichte luchtverbinding tussen de deur en de wasemafzuigkap met door de luchttrek geopende terugduwklep ontstaat.

Verder is gebleken, dat na enige tijd door slijtage, vervuiling en corrosie de klep niet meer perfect sluit of 25 dat deze klemt, zodat de bovengenoemde nadelen versterkt optreden.

Deze corresponderend hoge kosten veroorzakende muurkast wordt principieel in hoofdzaak wegens de ingebouwde terugduwklep gebruikt, die zoals boven aangegeven veel 30 nadelen vertoont. Bovendien is voor deze muurkast veel materiaal nodig, vereist een betrekkelijk grote muurdoorgang en 1 moet wegens de .verschillende muurdikten zijn voorzien van een telescopische uittrekking.

Aan de uitvinding ligt het probleem ten grondslag een 35 wasemafzuigkap voor afvoerluchtbedrijf met schuifladevormig verschuifbaar voorste kapdeel te verschaffen, waarbij de extra noodzakelijke muurkast met terugduwklep geheel overbodig wordt.

Dit probleem wordt volgens de uitvinding opgelost, 8100396 •it * - 3 - doordat de slangvormige luchtgeleidingsinrichting bestaat uit zacht rubberachtig of dergelijk buigzaam materiaal en door de relatieve beweging , die wordt bewerkt door het terugschuiven van het voorste kapdeel, zodanig wordt ver-5 vormd, dat deze in de eind- of ruststand automatisch in sterke mate afdichtend sluit.

Door deze maatregel vólgens de uitvinding wordt op gunstige wijze bereikt, dat bij buiten bedrijf zijn in ingeschoven rusteindstand de luchtgeleidingsinrichting binnen 10 de wasemafzuigkap automatisch veilig en afdichtend sluit zonder dat enige extra kostbare inrichtingen nodig zijn.

Met zeer eenvoudige middelen wordt dus een onderbreking van de verbinding zonder problemen naar de buitenlucht in ingeschoven stand gewaarborgd. Een duurdere muur-15 kast met terugduwklep is niet nodig. Het is bijv. voldoende wanneer een eenvoudige buis met de uitblaasstomp van de kap in verbinding wordt gebracht, die door de buitenwand van het gebouw is geleid. De diameter van deze buis kan dezelfde diameter hebben als de uitblaasstomp. De buis-20 dwarsdoorsnede buiten het gebouw kan met een ventilatie-rooster worden afgedekt. Het is duidelijk, dat bij deze oplossing volgens de uitvinding, die wat de kosten, de montage en de sluitmechaniek zonder problemen betreft, geen enkele storende nevenverschijnselen zoals de bekende terug-25 duwklep vertoont, aanzienlijke voordelen heeft. Het zacht rubberachtige of uit andere dergelijke buigzame materialen vervaardigde luchtgeleidingselement is een eenvoudig en goedkoop door persen, giéten of spuiten vervaardigbaar construct! edeel, dat gemakkelijk en tijdbesparend door inkno-30 pen, insnappen of door middel van buisbeugelachtige beves-* ' tigingsorganen aan de uitlaatopening aan het huis van de ventilator en aan de luchtafzuigopening aan het stationaire kapdeel kan worden bevestigd.

In een uitvoeringsvorm is de luchtgeleidingsinrichting 35 voorzien van vooraf bepaalde buigplaatsen in de vorm van lijnvormige materiaalverzwakkingen en concaaf naar binnen gewelfde wanddelen op zodanige wijze, dat steeds veilig gesteld is, dat de wanddelen naar binen naar de middelpunt-lijn toe vervormen en wel steeds in dezelfde vooraf bepaalde 8100396 £ ** - 4 - vouwing.

In een verder uitvoeringsvoorbeeld is de uitlaatopening aan het huid van de ventilator en de luchtafzuigopening aan het stationaire kapdeel niet in één lijn ten opzichte van 5 elkaar aangebracht, zodat de luchtgeleidingsinrichting schuin binnen het kaphuis is geleid. De versprongen ligging van de openingen moet, wat de afmeting betreft, tenminste overeenkomen met de buitenste diameter van de luchtgeleidingsinrichting. Bij het rechtlijnige inschuiven loopt 10 een buitenwand van de luchtgeleidingsinrichting tegen een de/ aanligpunt, dat onder /luchtafzuigopening ongeveer m het midden boven de schuin geleide slang is aangebracht. Bij het verdere inschuiven tot aan de ruststand van de wasem-afzuigkap sluit de luchtgeleidingsinrichting door het samenr 15 drukken van de wanden tegen elkaar volledig.

Een verdere mogelijkheid bestaat daarin, voor zover de schuifweg van het voorste kapdeel over de gehele lengte van de luchtgeleidingsinrichting zich uitstrekt, de wand van de luchtuittreedopening als aanligpunt voor het slui-20 ten van /luchtgeleidingsinrichting te gebruiken. Het zal duidelijk zijn, dat de luchtgeleidingsinrichting moet bestaan uit zacht rubberachtig materiaal.

Bij een verdere variatiemogelijkheid heeft de luchtgeleidingsinrichting aan ten minste twee wanddelen telkens 25 een naar binnen in het luchtkanaal bij het inschuiven zich vormende.jvouw, die zodanige afmetingen heeft en op een zodanige ..plaats is aangebracht, dat zij elkaar in de ruststand van de wasemafzuigkap op bepaalde gebieden overlappen en dicht tegen elkaar liggen. Tijdens het uittrek-30 ken van het voorste kapdeel worden deze naar binnen in het luchtkanaal stekende vouwen gestrekt en vormen wanddelen van de luchtgeleidingsinrichting. Om deze beoogde vorming van vouwen steeds op dezelfde plaats met zekerheid te waarborgen, worden passende maatregelen genomen, zoals 35 vooraf bepaalde buigplaatsen of dergelijke voorzieningen.

In de tekening zijn uitvoeringsvoorbeelden van de uitvinding schematisch weergegeven. Daarin toont: fig. 1 het onderaanzicht van een gedeelte van de wasemafzuigkap in de bedrijfsstand; 8100396 ·* % - 5 - fig. 2 het onderaanzicht van een groter gedeelte van de wasemafzuigkap in gedeeltelijk ingeschoven stand volgens fig. 1? fig. 3 het onderaanzicht van een gedeelte van de wasem-5 afzuigkap in ingeschoven rusteindstand volgens de fig. 1 en 2; fig. 4 het onderaanzicht van een groter gedeelte van een wasemafzuigkap in ingeschoven ruststand; fig. 5 het onderaanzicht van een gedeelte van een wasem-10 afzuigkap in uitgetrokkeh bedrijfsstand; fig. 6 het onderaanzicht van een deel van een wasemafzuigkap, in ingeschoven rusteindstand volgens fig. 5.

In fig. 1 is een deel van een wasemafzuigkap weergegeven met in de bedrijfsstand uitgetrokken niet-weergegeven 15 voorste kapdeel. De luchtgeleidingsinrichting 1 in de *±Xy vorm van een'/awarsdoorsnede rechthoekig rubberdeel laat de luchtstroom van de luchtuittreedopening 5 in het gedeelte-lijk weergegeven huis 3 van de gedeeltelijk weergegeven zuigventilator 14 vrij passeren. De luchtgeleidingsinrich-20 ting is aan een bevestigingsdeel 6, dat één geheel vormt met de luchtafzuigstomp 2 van het stationaire kapdeel 10/ aan het huis 3 van de zuigventilator aan de luchtuittreed-opening bevestigd. De wanddelen 16,17 en de tegenover liggende zijden zijn voorzien van vooraf bepaalde buigplaatsen 25 4 in de vorm van lijnvormige materiaalverzwakkingen.

Fig. 2 toont de kap in een middenstand, ongeveer met half ingeschoven niet-weergegeven voorste kapdeel. Door de niet-weergegeven ventilatoren wordt de lucht door openingen 8 met voorgeplaatste beschermingsroosters 9 aangezogen.

30 Het gaat in dit uitvoeringsvoorbeeld om een dubbele ventilator. De uitvoering volgens de uitvinding is echter met êén enkele ventilator op dezelfde wijze bruikbaar. De zuigventilator 14 is in het niet-weergegeven voorste beweegbare kapdeel aangebracht.

35 De luchtafzuigstomp 2 is door middel van een bevesti- gingsflens 15 bevestigd aan het kapdeel 10, dat is vastgemaakt aan de ,wand. In dit stationaire kapdeel 10 zijn bij voorkeur twee verlichtingsinrichtingen 7 voor het verlichten van de werkplaats aangebracht.

8100396 . *· - 6 -

In deze tussenstand zijn de zich vormende, naar binnen gaande vouwen 11, die op een bepaalde plaats door de vooraf bepaalde buigplaatsen 4 zijn tot stand gekomen, duidelijk zichtbaar.

5 Fig. 3 toont de luchtgeleidingsinrichting 1 , nadat de kap door terugschuiven van het voorste kapdeel in de eind-ruststand werd gebracht. De wanddelen 16,17 en tegenoverliggende zijden, zijn door voortdurende vervorming zover in de richting van de middelpuntlijn gekomen, dat zij onder 10 vorming van vouwen 11 afdichtend tegen elkaar komen te liggen én dus binnen de luchtgeleidingsinrichting 1 een luchtstroming veilig is verhinderd.

In fig. 4 is een verdere variatiemogelijkheid voor het sluiten van de luchtgeleidingsinrichting weergegeven. Aan 15 tegenoverliggende wanddelen 16,17' worden via vooraf bepaalde buigplaatsen 4 naar binnen gaande vouwen 11 over de gehele breedte van de wanddelen 16,17 bij het inschuiven gevormd. Deze vouwen 11 overlappen elkaar op bepaalde gebieden en gaan afdichtend tegen elkaar liggen.

20 De fig. 5 en 6 tonen een verdere mogelijkheid om de luchtgeleidingsinrichting 1 bij het terugschuiven van het voorste deel van de kap te sluiten. Volgens deze uitvoering is de luchtafzuigstomp 2 met het bevestigingsdeel 6 en de luchtuittreedopening 5 in het huis 3 van de zuigventilator 25 niet in êén lijn ten opzichte van elkaar aangebracht. De luchtgeleidingsinrichting 1 is dus binnen de kap schuin geleid. Bij het terugschuiven van het voorste kapdeel komt een wanddeel 16 van de luchtgeleidingsinrichting tegen een aanlig- of vastpunt 12. Bij verder inschuiven wordt de 30 luchtgeleidingsinrichting door vervorming van de wanddelen 16,17 van de tegenover liggende zijden zodanig gesloten, dat boven .elkaar liggende wanddelen 16,17' ten minste op bepaalde gebieden elkaar aanrakendtegen elkaar liggen. Vooraf bepaalde buigplaatsen 4 zijn bij deze uitvoeringsvorm 35 niet nodig.

Het sluiten van de luchtgeleidingsinrichting 1 kan bij voorkeur ook volgens het voorbeeld van fig. 6 plaatsvinden, waarbij het bevestigingsdeel 6 tevens het aanlig- of vaste punt 12 vormt. Bij de vervorming van de wanddelen 16,17’ tij- 8100396 £* * - 7 - dens het sluiten van de luchtgeleidingsinrichting worden aan beide zijden verdikkingen 13 gevormd.

De uitvinding moet niet worden beperkt tot deze weerge-5 geven uitvoeringsvoorbeelden. Er zijn nog heel veel vormen van luchtgeleidingsinrichtingen binnen een schuif-wasemaf-zuigkap denkbaar, hetzij rond, ovaal, rechthoekig, vierkant, veelhoekig of vouwbalgvormig, die in een eindstand van het beweegbare voorste kapdeel automatisch sluiten en bij een XO tegenoverliggende eindstand de luchtstroom, die door de zuigventilator wordt getransporteerd, vrij laten passeren.

-Conclusies- 81 0 0 39 6

Claims (8)

1. Wasemafzuigkap voor het aanbrengen boven keuken fornuizen met een zuigventilator, die bij voorkeur als een’ dubbele ventilator binnen een schuifladevormig beweegbaar kapdeel.. is gebouwd, waarbij de luchtuittreedopening in het 5 huis van de zuigventilator en de in het achterste gedeelte van het stationaire, aan de wand bevestigde deel van de afzuigkap aangebrachte, luchtafzuigopening door middel van een slangachtige luchtgeleidingsinrichting in verbinding staat, en dat in de naar voren uitgetrokken bedrijfsstand van het 10 voorste kapdeel de luchtgeleidingsinrichting de door de zuigventilator getransporteerde luchtstroom vrij naar de luchtuittreedopening laat passeren, met het kenmerk, dat de slangachtige luchtgeleidingsinrichting (1) bestaat uit zacht rubbervormig of dergelijk buigzaam ma-15 teriaal en door de relatieve beweging, die wordt bewerkt door het terugschuiven van het voorste kapdeel, op zodanige wijze wordt vervormd, dat deze in de eind- of ruststand automatisch in ruime.mate afdichtend sluit.

2. Wasemafzuigkap volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat tijdens het terugschuiven van het voorste kapdeel in de rusteindstand de wanddelen (16,17) en de tegenover liggende zijden .van de luchtgeleidingsinrichting 1 naar binnen naar de middelpuntlijn van het luchtgeleidingskanaal 25 voortdurend vervormend bewegen en in de eindstand afdichtend tegen elkaar komen te liggen.

3. Wasemafzuigkap volgens conclusie 1 of 2, m e t het ken m..e r k, dat de slangachtige luchtgeleidings- 30 inrichting (1) , die in hoofdzaak een rechthoekige dwarsdoorsnede heeft, de luchtuittreedopening in het huis van de ventilator en de luchtafzuigopening rechtlijnig verbindt en tenminste een wanddeel.. (16) naar binnen naar het luchtkanaal concaaf is voorgevormd. 35

4. Wasemafzuigkap volgens êên der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat ten minste een wand- 8100396 * - 9 - deel vooraf bepaalde buigplaatsen (4) in de vorm van' lijnvormige materaalverzwakkingen heeft, die het vervormen bij de schuifbeweging merken.

5. Wasemafzuigkap volgens conclusie 4, m e t h e t 5 kenmerk, dat de vooraf bepaalde buigplaatsen (4) in de vorm van twee V-vormige lijnen op ten minste een bij voorkeur van de inbouwstand van het luchtgeleidingskanaal af onderste wanddeel zijn uitgevoerd, die ongeveer in het midden binnen dit wanddeel met hun punten op een geringe 10 afstand naar elkaar toe zijn gericht.

6. Wasemafzuigkap volgens conclusie 4, m e t het k e n m e r k, dat aan de binnenzijde van de wanddelen van de slangvormige luchtgeleidingsinrichting (1), bij voorkeur 15 aan de zijwanden (17) en de tegenoverliggende zijden vooraf bepaalde buigplaatsen (4) in de vorm van ongeveer halfcirkelvormige materiaalverzwakkingen zijn aangebracht, en bij voorkeur aan de binnenzijde van de bovenzijde een dwars op de stromingsrichting liggende rechtlijnige voorafbepaalde 20 buigplaats (4) is gevormd.

7. Wasemafzuigkap volgens conclusie 1 of 2, m e t het kenmerk, dat bij voorkeur aan twee wanddelen (16,17) van de luchtgeleidingsinrichting (1) bij ingeschoven 25 voorste kapdeel in de rusteindstand naar binnen naar de luchtgeleidingsinrichting (1) vouwen (11) over de gehele breedte van de wanddelen (16,17') worden gevormd, die een zodanige afmeting hebben en op een zodanige plaats zijn aangebracht, dat zij ten minste op bepaalde gebieden elkaar 30 overlappen en afdichtend tegen elkaar komen te liggen.

8. Wasemafzuigkap volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat de luchtuittreedopening (5) in het huis (3) van de zuigventilator (14) en de in het achterste gebied 35 van het stationaire, aan de wand bevestigde kapdeel (10) aangebrachte luchtafzuigstompen (2) niet in één lijn ten opzichte van elkaar zijn aangebracht en de luchtgeleidingsinrichting (1) binnen de wasemafzuigkap schuin is geplaatst/ 8100396 - 10 - en door rechtlijnig terugschuiven van het voorste kapdeel in de rusteindstand door aanligging en plaatsgevonden vervorming van de wanddelen (16,17) en van de tegenoverliggende zijden van de luchtgeleidingsinrichting (1) tegen een referen-5 tie- of vast punt (12) deze afdichtend sluit op zodanige wijze, dat boven elkaar liggende wanddelen (16,17’) ten minste op bepaalde gebieden elkaar aanrakeiö tegen elkaar liggen. 8100396