NL8006105A - Kruk. - Google Patents

Description

Jfc

Kruk

De uitvinding betreft een kruk met een V-, respectievelijk T-vormig gestel met twee voetbenen, waarvan het ene een starre of een uittrekbare staander vormt en de zitting in hoogte verstelbaar geleidt of draagt, terwijl het andere 5 voetbeen klapbaar is verbonden met de staander en als steun dienst doet.

Dergelijke en soortgelijke krukken zijn als •zittingen reeds in verschillende uitvoeringsvormen bekend en dienen in het bijzonder voor het half staand af steunen bij 10 handelingen in opgeheven stand op grote werkhoogte als ook cm neer beweeglijk te zijn bij handelingen, waarbij een vaak wisselen tussen zitten en opstaan plaatsvindt. Bij al deze uitvoeringen vormt de staander het voorste voetbeen en de daaraan gekoppelde steun het achterste voetbeen van het gestel.

15 De van de zitting uitgaande as van de kruk, die de hoofdlast draagt, loopt daarom dwars weg van de staander. Als gevolg hiervan treden naar achter in de richting van de steun gerichte aanzienlijke kantelingskrachten op, die de stand van de kruk beïnvloeden en zelfs niet kunnen worden opgeheven met behulp van 20 dienovereenkomstig tegenwerkende kostbare £rameconstructies.

De uitvinding beoogt de hierboven beschreven kruk te verbeteren. Overeenkomstig de uitvinding wordt deze verbetering hierdoor bereikt, doordat de staander het achterwaarts gericht voetbeen vormt, doordat het de zitting aan de achterzijde 25 schuin naar achter verlopend op de grond afsteunt, terwijl de steun aan de voorzijde van de staander is aangékoppeld en het voorste voetbeen vormt.

Hierdoor valt de as van de staander direct samen met dehoofcbelastingsas van de kruk. De standzekerheid van de 30 kruk wordt hierdoor vergroot, omdat schadelijke kantelingskrachten optimaal worden vermeden. Bovendien kan de kruk, respectievelijk het gestel hiervan als gevolg van het samenvallen van de hoofdbelastingsas en de as van de staander ook eenvoudig en sterk 8006105

V

2 worden uitgevoerd.

Een andere gunstige uitvoering van de uitvinding wordt hierdoor verkregen, doordat de steun tenminste in de uitgeklapte gebruiksstand en in de samengeklapte niet-gebruiksstand 5 van de zitting vastgezet kan worden door middel van een vastzet-inrichting, die is aangebracht op het scharnier van de steun.

Hierbij kan een andere gunstige uitvoeringsvorm van een bijzonder sterke en eenvoudig verstelbare verbinding van de steun hierdoor verkregen worden, doordat het klapbaar 10 scharnier is aangebracht in een gaffelvormige plaat van de staander en de vastzetinrichting palgroeven vertoont, die aan het eind van de steun aan de kant van het scharnier zijn gevormd en samenwerken met een grendel, die in de plaat verschuifbaar geleid en onder veerwerking in ingrijping gehouden wordt in een van de 15 palgroeven, en doordat de grendel door middel van een handgreep uit de palgroeven genomen kan worden.

Een ander eenvoudige en qua werking veilige uitvoering van het verstelbaar scharnier voor de steun kan overeenkomstig de uitvinding hierdoor worden verwezenlijkt, doordat het 20 scharnier is aangebracht in een gaffelvormige plaat van de staander en de vastzetinrichting palgroeven ver tooit, die in de gaffelvormige plaat zijn gevormd en samenwerken met een grendel, die in het gaffelvormig eind van de steun verschuifbaar geleid wordt en door een in de steun verschuifbare haak 25 genomen kan worden uit de palgroeven, respectievelijk hierin geplaatst kan worden.

Een bijzonder stabiele en qua werking veilig vastzetten van de uittreklengte van de staander, die de zitting draagt, verkrijgt men overeenkomstig een gunstige uitvoeringsvorm volgens 30 de uitvinding hierdoor, doordat de staander bestaat uit een buitenste standpijp en een binnenste uitschuifbare pijp, en doordat hierin een in de standpijp door middel van een dwarshout verankerde stang met doorboringen verschuifbaar is gelegerd, die samenwerken met een palkogel, die door middel van een 35 grendelklauw in een kogelvormige kooi tegen de werking van een veer 8006105 3 •r- * in een ingrijpstand gehouden wordt en die door verschuiven van een met de grendelklauw verbonden vastzetstang genanen kan worden uit de ingrijpstand hiervan.

De fabricage, de montage en het repareren van het 5 uittrek- en vastzetmechanisme van de staander kan volgens een andere gunstige uitvoeringsvorm van de uitvinding hierdoor vereenvoudigd worden, doordat de kogelvormige kooi onder de werking van de veer krachtig afsteunt op de grendelklauw, waarbij de veer enerzijds aanligt tegen de kogelvormige kooi en anderzijds 10 tegen het benedeneind van de in de uitschuifbare pijp verschuifbaar geleide vastzetstang en hierbij de ligging wordt gefixeerd door een lip van de grendelklauw.

Tenslotte kan men de besturing van het uittrek- en vastzetmechanisme zonder meerdere kosten van bouwdelen als 15 gevolg van een gunstige verdere uitvoering van de uitvinding hierdoor verwezenlijken, doordat de grendelklauw door een kruisvormige gaffel-steékverbinding verbonden is met de vastzetstang en een uitsparing bezit voor de ontkoppelingsspeling als ook een stuurkant voor het ingrijpen van de kogel in de 20 doorboringen van de vastzetstang.

Een uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van de beschrijving en bijgevoegde tekeningen, waarbij:

Fig. 1 perspectivisch de onderhavige kruk in de uitgeklapte 25 gebruiksstand weergeeft; fig. 2 perspectivisch de kruk in de samengeklapte rdet-gebruiksstand weergeeft; fig. 3 op vergrote schaal een gedeelte van de klapsteun-verbinding en -verstelinrichting weergeeft; 30 fig. 4 een gewijzigde klapsteun-verbinding en -verstelinrichting weergeeft; fig. 5 een doorsnede is over de staander; fig. 6 een zijaanzicht is van het zittingsdeel op de staander.

De kruk heeft een V-, respectievelijk T-vormig gestel 35 met twee voetbenen 1 en 2. Hiervan vormt het voetbeen 1 de hoofdvoet 8006105 4 respectievelijk de staander, terwijl het voetbeen 2 een met de staander klapbaar verbonden steun vormt. Zowel de staander 1 als ook de steun 2 kunnen bijvoorbeeld T-vormig zijn voorzien van een verticale balk la, respectievelijk 5 2a, en een aan de kant van de grond gelegen T-vormig stuk lb, respectievelijk 2b. In plaats hiervan kunnen de staander 1 en/of de steun 2 echter ook een andere willekeurige vorm hébben en kunnen bijvoorbeeld ook U- of V-vormig zijn uitgevoerd.

De staander 1, die de zitting 3 draagt, kan telescopisch of 10 star zijn uitgevoerd. Wanneer de staander 1 telescopisch is, is het bij voorkeur zadelvormig zittingsdeel 3 aan zijn boveneind star of door middel van een schamierbout 4 (fig. 6) zwenkbaar aangebracht. Bij het zwehkbaar aanbrengen van het zittingsdeel 3 kan dit uit zijn afsteun-aanslagstand tegen de 15 rand 5a van een aan de staander 1 bevestigde plaat 5 omhoog geklapt worden waardoor de kruk in zijn samengeklapte stand volgens fig.

2 optimaal vlak wordt en ruimte besparend kan worden opgeborgen. Overigens kan de staander 1 in de telescopische vorm bij voorkeur bestaan uit twee pijpstukken, namelijk een standpijp lc en een 20 uitschuifbare pijp ld en kan in zijn uittrekstand traploos of getrapt door middel van een geschikte vastzetinrichting F vastgezet worden, bijvoorbeeld door middel van de in fig. 5 weergegeven en verder hierna te beschrijven inrichting, wanneer de staander 1 niet uittrekbaar is, maar slechts star is uitgevoerd, wordt 25 het zittingsdeel 3 op niet nader weergegeven wijze eenvoudig slechts op de staander 1 verschuifbaar geleid.

Zoals in het bijzonder uit fig. 1 verder blijkt, vormt de staander 1, die de zitting 3 draagt, het achterste voetbeen van het V-, respectievelijk T-vormig gestel, doordat in de 30 gebruiksstand de zitting 3 van hier uitgaand aan de achterzijde R schuin naar achter hellend af steunt op de grond. Het lichaam van de zittende neemt daarom de in fig. 1 aangegeven zitstand in. De steun 2 bevindt zich hierbij aan de voorzijde V van de staander 1 en is hieraan via een pen 6 gekoppeld. (¾) deze manier 35 valt de hoofdbelastingsas H van de zitting samen met de as van de 8005105 # ί t 5 staander 1. Als gevolg hiervan zijn de kantelingskrachten, die de stand in gevaar brengen, optimaal uitgebannen en kan het zitmeubel met eenvoudige middelen tegen belastingen bestand uitgevoerd worden.

5 De steun 2 kan bij voorkeur tenminste in de uitgeklapte steun-, respectievelijk gébruiksstand en in de samengeklapte niet-gebruiksstand van de kruk volgens fig. 1 en 2 door middel van een vastzetinrichting 7 vastgezet worden. Deze vastzetinrichting kan bijvoorbeeld overeenkomstig fig. 3 een grendelpen 8 bezitten, *0 die geleid wordt in twee aan de pen 6 aangrenzende sleuven 9 van het gaffelvormig steuneind 2c en die samenwerkt met twee uitsparingen 10', 10", waarvan de ene behoort bij de uitgeklapte steunstand (fig. 1} en de andere bij de samengeklapte stand (fig. 2) . De uitsparingen 10', 10" zijn aangebracht in een bij 15 voorkeur afgekapselde, aan de staander 1 bevestigde vork 11.

Wanneer men de grendelpen 8 door verschuiven van een in de steun 2 ingelaten schuiforgaan 12 met behulp van een handgreep 12a trekt uit de uitsparingen 10’, 10" in de richting naar de pen 6, kan men de steun 2 zwenken. De vergrendeling van de steun 2 20 vindt plaats door een omgekeerde bediening van het schuiforgaan 12, respectievelijk van de handgreep 12a.

Bij de gewijzigde uitvoeringsvorm van een vastzetinrichting 7 voor de steun 2 volgens fig. 4 zijn twee uitsparingen 110' en 110", die behoren bij de beide klapstanden van de zitting 25 volgens de fig. 1 en 2, aangebracht op het gevorkt steunuiteinde 2c boven het scharnier 6, terwijl de vergrendelpen 8 in twee sleuven 9 van de vork 11 van de staander 1 in dwarsrichting verschuifbaar geleid wordt en door een veer 14 in ingrijping gehouden wordt in de betreffende uitsparing 110', respectievelijk 110". Wanneer 30 men de vergrendelpen 8 door bediening van een hefboom 15 in de richting van de pijl 16 tegen de veerkracht beweegt, kan men de steun 2 draaien. Bij het loslaten van de hefboom 15 grijpt de grendelpen 8 als gevolg van de veerwerking wederom in in de uitsparing 110', 110" en fixeert aldus de steun 2. Met behulp 35 van een boekveer 160, die bij het samenklappen van de steun 2 8006105 6 oploopt op de onderzijde 2d van de vork van het vorkuiteinde 2c van de steun 2, kan een extra vasthoudbeveiliging in tenminste één stand verkregen worden. De veer 160 kan echter ook extra of alleen dienst doen als een vinger-klembescherming.

5 De bij de staander-telescoop lc, ld behorende vastzet- inrichting F (fig. 5) kan een in de uitschuifbare pijp ld aangebrachte, op de standpijp lc door middel van een dwarspen 17 verankerde stang 18 met doorboringen 19 bezitten. Deze hebben trechtervormige kanten 9a en werken samen met een palkogel 20.

10 De palkogel 20 wordt vastgehouden in een kogelvormige kooi 21, die onder de werking van een veer 22 aanliggend tegen een klauw 23 wordt gehouden. De veer 22 steunt af op één eind 24a van een in de uitschuifbare pijp ld verschuifbaar geleide stang 24, is voorts geschoven over een lip 23a van de grendel 23 15 en is bovendien gedeeltelijk geplaatst in een doorboring 23b van deze klauw. Uit het benedeneind van de doorboring 23b is een aan de ronding van de kogel 20 aangepaste stuurkant 23c naar buiten gebogen. De grendelklauw 23 ligt verschuifbaar aan tegen de binnenwand van de uitschuifbare pijp ld en is met de stang 24 20 door twee kruisgewijs in elkaar geschoven vorken 23d, 24b verbonden. Als gevolg van deze opstelling en uitvoering wordt bij het naar beneden schuiven van de stang 24 met behulp van een geschikte, bijvoorbeeld onder de zitting 3 aangebrachte handgreep 25 (fig. 1, 2). de grendelklauw 23 meegenoten in de richting van de dwarspen 25 (17).. Hierbij passeert de stuurkant 23c de kogel 20 zover totdat deze in de doorboring 23b zoveel speling verkrijgt, dat de uitschuifbare pijp ld in de standpijp 1 en langs de niet verschoven stang 18 in- of uitgeschoven kan worden. Bij het loslaten van de handgreep 25 schuift de stang 24 en hiermee de grendelklauw 23 wederom naar 30 boven, waarbij de stuurkant 23c de kogel 20 wederom drukt in de uitsparingen 19a van de doorboringen 19 en deze tezamen met de aangekoppelde delen 21 tot 24 vergrendelt. In plaats van de instelinrichting F kan ook elk ander geschikt mechanisme gebruikt vrorden, bijvoorbeeld een in de staander 1 ingebouwde vergrendelbare 35 gasveer.

8006105

Claims (8)

1. Kruk met een een V-, respectievelijk T-vormig gestel met twee voetbenen, waarvan het ene been een starre of uitrekbare staander vormt en het zittingsdeel in hoogte verstelbaar cpLêidt of draagt, terwijl het andere voetbeen klapbaar is 5 verbonden met de staander en als steun dienst doet, net het kenmerk, dat de staander (1) het achterste voetbeen vormt, doordat het het zittingsdeel (3) aan de achterzijde (R) schuin naar achter verlopend afsteunt op de -grond, terwijl de steun (2) is gekoppeld aan de voorzijde (V) van de staander (1) en het voorste voetbeen 10 vormt.

2. Kruk volgens conclusie 1 met het kenmerk, dat de steun (21 tenminste in de uitgeklapte gebruiksstand (fig. 1) en in de samengeklapte niet-gébruiksstand (fig. 2) van de zitting vastgezet kan worden door middel van een vastzetinrichting (7), 15 die is aangebracht op het scharnier (6) van de steun.

3. Kruk volgens conclusie 2 met het kenmerk, dat het scharnier (6) is aangébracht in een vorkvormige plaat (11) van de staander (1) en dat de vastzetinrichting (71 palgroeven (1101, 110" 1 bezit, die zijn aangebracht op het aan de kant 20 van het scharnier gelegen eind (2c) van de steun (21 en samenwerken met een grendel (8), die in de plaat verschuifbaar glijdt en onder veerwerking afwisselend in ingrijping gehouden wordt in één van de palgroeven (110', 110"), en dat de grendel (8) door middel van een handgreep (15) uit de palgroeven gencmen kan 25 worden.

4. Kruk volgens conclusie 2 met het kenmerk, dat het scharnier (6) is aangébracht in een vorkvormige plaat (11) van de stands:(1) en dat de vastzetinrichting (7) palgroeven (10’, 10”) bezit, die zijn aangebracht in de vorkvormige plaat en samenwerken 30 met een grendel (8), die in het vorkvormig eind (2c) van de steun (21 verschuifbaar geleid wordt en door een in de steun verschuifbare haak (12b) uit de palgroeven genomen kan worden, respectievelijk hierin geplaatst kan worden.

5. Kruk volgens conclusie 1 met het kenmerk, dat de 8006105 δ staander (1) bestaat uit een buitenste standpijp (lc) en een binnenste uitschuifbare pijp (ld), en dat hierin een in de standpijp door middel van een dwarshout (17) verankerde stang (18) voorzien van doorboringen (19) verschuifbaar is gelegerd, die 5 samenwerken met een palkogel (20), welke kogel door middel van een grendelklauw (23) in een kooi (21) tegen de werking van een veer (22) gehouden wordt in een ingrijpstand en die door verschuiven van een met de grendelklauw (23) verbonden stang (24) uit zijn ingrijpstand genomen kan worden.

6. Kruk volgens conclusie 5 met het kenmerk, dat de kooi (21) onder de werking van de veer (22) krachtig afsteunt op de grendelklauw (23), waarbij de veer (22) enerzijds aanligt tegen de kooi (21) en anderzijds tegen het benedeneind (24a) van de in de uitschuifbare pijp (ld) verschuifbaar geleide stang (24) 15 en hierbij qua ligging door een lip (23a) van de grendelklauw (23) gefixeerd wordt.

7. Kruk volgens conclusie 5 of 6 met het kenmerk, dat de grendelklauw (23) door een kruisgewijze vork-steekverbinding (23d, 24b) verbonden is met de stang (24) en een uitsparing 20 (23b) voor het uitnemen als ook een stuurkant (23c) voor het doen ingrijpen van de kogel (20) in de doorboring (19) van de stang (18) bezit.

8. Kruk in hoofdzaak zoals beschreven in de beschrijving en/of weergegeven in de tekeningen. 8008105