NL8003403A - Inrichting voor de behandeling van afvalwater, voor scheepsgebruik. - Google Patents

Inrichting voor de behandeling van afvalwater, voor scheepsgebruik. Download PDF

Info

Publication number
NL8003403A
NL8003403A NL8003403A NL8003403A NL8003403A NL 8003403 A NL8003403 A NL 8003403A NL 8003403 A NL8003403 A NL 8003403A NL 8003403 A NL8003403 A NL 8003403A NL 8003403 A NL8003403 A NL 8003403A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
settling tank
pipe
aeration
tank
chamber
Prior art date
Application number
NL8003403A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Red Fox Ind Inc
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Red Fox Ind Inc filed Critical Red Fox Ind Inc
Publication of NL8003403A publication Critical patent/NL8003403A/nl

Links

Classifications

    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C02TREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
    • C02FTREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
    • C02F3/00Biological treatment of water, waste water, or sewage
    • C02F3/02Aerobic processes
    • C02F3/12Activated sludge processes
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C02TREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
    • C02FTREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
    • C02F3/00Biological treatment of water, waste water, or sewage
    • C02F3/02Aerobic processes
    • C02F3/12Activated sludge processes
    • C02F3/1236Particular type of activated sludge installations
    • C02F3/1242Small compact installations for use in homes, apartment blocks, hotels or the like
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C02TREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
    • C02FTREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
    • C02F1/00Treatment of water, waste water, or sewage
    • C02F1/72Treatment of water, waste water, or sewage by oxidation
    • C02F1/76Treatment of water, waste water, or sewage by oxidation with halogens or compounds of halogens
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C02TREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
    • C02FTREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
    • C02F3/00Biological treatment of water, waste water, or sewage
    • C02F3/02Aerobic processes
    • C02F3/12Activated sludge processes
    • C02F3/22Activated sludge processes using circulation pipes
    • C02F3/223Activated sludge processes using circulation pipes using "air-lift"
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C02TREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
    • C02FTREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
    • C02F2103/00Nature of the water, waste water, sewage or sludge to be treated
    • C02F2103/008Originating from marine vessels, ships and boats, e.g. bilge water or ballast water
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02WCLIMATE CHANGE MITIGATION TECHNOLOGIES RELATED TO WASTEWATER TREATMENT OR WASTE MANAGEMENT
    • Y02W10/00Technologies for wastewater treatment
    • Y02W10/10Biological treatment of water, waste water, or sewage

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Hydrology & Water Resources (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Environmental & Geological Engineering (AREA)
  • Water Supply & Treatment (AREA)
  • Microbiology (AREA)
  • Biodiversity & Conservation Biology (AREA)
  • Aeration Devices For Treatment Of Activated Polluted Sludge (AREA)
  • Activated Sludge Processes (AREA)
  • Treatment Of Biological Wastes In General (AREA)
  • Removal Of Floating Material (AREA)
  • Separation Of Suspended Particles By Flocculating Agents (AREA)
  • Farming Of Fish And Shellfish (AREA)
  • Cleaning Or Clearing Of The Surface Of Open Water (AREA)

Description

t κ% 803209/Ke/sn
Korte aanduiding: Inrichting voor de behandeling van afvalwater/ voor scheepsgebruik.
De uitvinding heeft betrekking op een systeem voor het behandelen van afvalwater met geaktiveerd slib, en meer in het bijzonder een dergelijk systeem dat speciaal geschikt is voor scheepsgebruik.
5 Met de uitrustingen volgens de bekende techniek ontmoet men het probleem van het overlopen van vloeistof uit de beluchtingskamer naar de afzettingstank wanneer door verplaatsing van fluïdum in de beluchtingskamer de kop van het fluïdum bij de standpijp stijgt. Dit overlopen kan geschieden wanneer het schip rolt of stampt of beide, 10 afhankelijk van de plaatsing van de waterbehandelingsinrichting ten opzichte van het schip. Door het overlopen ontstaat de neiging dat niet gemacereerde vaste stoffen meegenomen worden naar de bak in de afzettingstank, dat de afstrijker overbelast wordt en slib terugkeert.
15 Bij de inrichting volgens de bekende techniek zal, hoewel het door een met de hand bediende klep boven in de afzettingstank rnog'e-lijk is dat alle lucht boven in de tank naar de atmosfeer wordt afgevoerd wanneer de inrichting voor de eerste maal wordt gestart en aan de tank effluent uit de beluchtingskamer wordt toegevoerd, tij-20 dens normale werking van de inrichting eventueel door het effluent meegevoerd gas zich boven in de bak boven in de afzettingstank verzamelen. Het volume van het gas kan toenemen tot het punt waar het grensvlak tussen het gas en het effluent ligt beneden het niveau van de afstrijkers, waardoor de afstrijkers niet meer aktief zijn. Zelfs 25 zonder dat het grensvlak in zo sterke mate omlaag gaat zal gas boven in de bak de neiging hebben om zich te concentreren boven de bovenkant van elke afstrijker zodat het nuttige effekt ervan minder wordt.
Een verder probleem met de afstrijkers volgens de bekende techniek is de aanwezigheid van dode gebieden boven in de bak, waar 30 de werking van de afstrijker niet tot effekt heeft dat een voldoende ο η η τ /. π 7 -2- oppervlaktebeweging wordt opgewekt om drijvend slib naar de uitlaat van de afstrijker te trekken, met als gevolg dat een slibkoek wordt opgebouwd boven in de bak, waardoor uiteindelijk de werking van de afstrijkinrichting kan worden geblokkeerd.
5 Volgens de uitvinding worden de vorenstaande moeilijkheden ondervangen door de standpijp in het midden van de beluchtingskaner te plaatsen, zodat de kop van de standpijp constant zal blijven ook bij rollen en stampen van het schip of andere invloeden die een verandering veroorzaken in de stand van de beluchtingskaner.
10 Een ventilatie-inrichting, die voortdurend open is naar de beluchtingskamer, is onmiddellijk boven de bovenzijde van de afstrijkinrichting geplaatst, waardoor opzamelen van gas boven in de bak boven de afstrijker wordt voorkomen.
De stijgbuizen voor het opnemen van het zware slib en voor 15 de terugloopleidingen van de afstrijkers zijn niet meer aanwezig in het gebied van de bak in de afzettingstank omdat ze geplaatst zijn in de beluchtingskamer.
Het bovenste deel van de bak verkrijgt een kleiner dwarsdoor-snedeoppervlak en er is een enkele afstrijkeruitlaat in het midden 20 aangebracht.
De uitvinding zal hierna worden toegelicht aan de hand van de bijgaande tekening van een voorkeursuitvoering.
Fig. 1 toont een verticale middendoorsnede door de inrichting volgens de uitvinding; 25 Fig. 2 is een horizontale doorsnede genomen bij benadering volgens het vlak 2-2 in fig. 1;
Fig, 3 is een achteraanzicht, gedeeltelijk doorsnede van de inrichting volgens fig. 1 en 2;
Fig. 4 is een verticale doorsnede volgens het vlak 4-4 in 30 fig. 2;
Fig. 5 is een verticale doorsnede in dwarsrichting genomen volgens het vlak 5-5 in fig. 2.
800 34 03 f ï -3-
De tekening is op schaal; de hoogte van de in fig· 1 weergegeven uitrusting ligt in de orde van 1,80 meter.
Men zi£ in fig. 1 en 2 een inrichting voor gebruik in het procédé van afvalwaterverwerking met geaktiveerd slib, omvattend een 5 beluchtingskaner 11 die in hoofdzaak de vorm heeft van een rechthoekig parallellepipedum met een bodem 13, een bovenwand 15, een voorzijde 17, zijwanden 19 en 21 en een achterwand 34, Bij de boden staan vooraan en achteraan schuine wanddelen 25, 27,
Achterin de beluchtingskaner bevindt zich een bezinkbak of 10 afzettingstank 31, die een rechthoekige horizontale doorsnede heeft, met een achterwand 33 en zijwanden 35, 37» De voorste wand van de afzettingstank is de achterwand 23 van de beluchtingskamer, zodat er dus een gemeenschappelijke wand is. Tank 31 heeft een afgesloten bovenzijde 39, een bodem 41 met kleinere afmetingen dan de bovenzijde, 15 en schuinstaande wanden 43, 45, 47, 49 aan voor- en achterzijde en opzij (zie ook fig. 3)0
Nabij de schuinstaande zijwanden 43, 45 en onder het bovenste gedeelte van de afzettingstank bevindt zich het ontsmettings-compartiment 51 en het bewaarcompartiment 53, met bodemwanden 55, 20 57, zijwanden 59, 61 en een overloop 63 tussen de compartimenten.
Wederom verwijzend naar fig. 1 en 2 ziet men dat zich binnen de afzettingstank en hangend aai de bovenwand een mantel bevindt die een bak 71 vormt. Het bovenste gedeelte van de mantel heeft de vorm van een afgeknotte rechthoekige piramide, met drie bovenwanden 73, 25 75, 77, die onder een hoek van minstens 45° ten opzichte van de verticaal staan, en die aansluiten op de gemeenschappelijke wand 23 aan de voorzijde van de bak. Onder de bovenwanden bevinden zich drie verticale zijwanden 79, 81, 83 (zie fig. 3) die sanenwerken met de gemeenschappelijke wand 23 ter voltooiing van het onderste gedeelte 30 van de mantel. Aldus ontstaat een naar beneden wijder wordende mantel of schot, waardoor een bak ontstaat waarvan de horizontale dwarsdoorsnede bovenaan kleiner is dan onderaan.
De beluchtingskamer is voorzien van een inlaat 91 voor het p η n x /. λ 7 -4- afvalwater (fig, 2), en het bewaarcompartiment is voorzien van een uitlaat 93 voor schoon water. Onder in de beluchtingskcmer wordt lucht toegelaten door de diffuser 95 waaraan door middel van de luchtleiding 97 lucht wordt toegevoerd uit een (niet weergegeven) externe 5 bron. Door de lucht worden de vaste stoffen in het afvalwater gemace-reerd en neemt de aktiviteit van bacteria in het afvalwater toe, waardoor de vaste stoffen worden afgebroken.
Effluent uit de beluchtingstank loopt door de gemeenschappelijke wand 23 via poort 99, De poort wordt door het schot 101 beschermd 10tegen het binnenkomen van vaste stoffen die niet zijn afgebroken in de beluchtingskcmer. Het effluent dat aanvankelijk de afzettingstank binnenkomt bevindt zich tinnen de ommantelde bak 71. Eventuele dichte vaste stoffen die door poort 99 binnengekomen zijn zullen de gelegenheid hebben om uit het effluent te vallen op de bodem van de bezink-15tank. Slib dat zich verzamelt onder in de bezinktank wordt verwijderd door de opneempijp 103 voor het slib. De pijp 103 is verbonden met de stijgbuis 105 in de beluchtingskcmer door het schuine pijpstuk 107 dat loopt door de gemeenschappelijke wand 23. Het slib wordt met lucht omhoog gebracht, met behulp van lucht die in de stijgbuis ge-20spoten wordt door de luchtleiding 109; dan wordt het afgevoerd boven in de beluchtingskcmer door de slibterugvoerpijp 111. Pijp 111 komt uit boven het normale peil 113 van het afvalwater.
Er drijven vaste stoffen met lage dichtheid boven op de bak 71 in de nabijheid van de uitlaat 115 van de afstrijker. De inlaat 25115 is aan het boveneinde van pijp 117, waarvan het ondereinde door het schuine pijpstuk 119 door de gemeenschappelijke wand 23 verbonden is met het ondereinde van de stijgbuis 121 in de beluchtingskcmer. Bezinksel wordt in de stijgbuis 121 omhoog gevoerd door lucht die toegelaten wordt vanuit de luchtleiding 123, De stijgbuis 121 is boven-30aan verbonden met de terugstroompijp 125 voor bezinksel, De terug-stroompijp 125 komt uit boven in de beluchtingskcmer boven het normale afvalwaterpeil 113,
Direkt boven de afstrijkerinlaat 115 bevindt zich een uit- 80034 03 -5-
e I
wendige ontluchtingspijp 127 die door de gasterugstxoomleiding 131, ook buiten de rest van de inrichting, aangesloten is bovenaan de afzettingstank, boven het waterpeil 113.
Het zal dus duidelijk zijn dat de enige pijp in de bak 71 die 5 is welke behoort bij de afstrijker0 Met niet meer dan êên enkele afstrijker die zich in het midden bevindt in een bak met een klein bovenoppervlak zonder obstakels, bevindt de afstrijker zich bovenaan zodat voldoende oppervlaktestroming wordt ontwikkeld om in hoofdzaak al het slib boven uit de bak te verwijderen, waarbij het zich opzame-10 len van een slibkoek, als een afzonderlijke laag op stromend slib, wordt verminderd, of wordt voorkomen. De ontluchting boven de afstrijker, die steeds open is naar de bduchtingskaner, zorgt voortdurend voor het verwijderen van gas, waardoor de vorming van een gasbel wordt voorkomen die anders de slibstroming zou kunnen hinderen.
15 Hoewel de bak 71 bovenaan nauwer wordt zodat hij dicht om de afstrijker ligt en dode hoeken worden voorkomen waar de afstrijker geen stroming zou doen ontstaan, heeft de bak onderin een grotere doorsnede, waardoor stromingen met hoge snelheid vanuit de poort 99 de bak in, naar boven, voorkomen worden. Een dergelijke stroming 20 met hoge snelheid kan turbulentie veroorzaken en hinderlijk zijn voor de afscheiding van vaste stoffen in de afzettingstank.
Nu in het bijzonder verwijzend naar fig. 2, 4 en 5 wordt vloeistof uit de afzettingstank of bezinktank verwijderd door een geperforeerde pijp 141, 143, 145 die een diffuse uitlaat vormt boven 25 in de bezinktank. De diffuse uitlaat of geperforeerde pijp in de bezinktank is door de schuine verbindingspijp 147, die door de gemeenschappelijke wand 23 loopt, verbonden met de in dwarsrichting lopende horizontale pijp 149 in de beluchtingskamer. Pijp 149 is aangesloten op de dwarse horizontale pijp 151 die aangesloten is op het onder-30 einde van de standpijp 153. De standpijp 153 bepaalt het peil 113 van het afvalwater in de beluchtingskaner. Wanneer het waterpeil stijgt boven het normale peil 113, bepaald door de hoogte van het boveneinde van de standpijp 153, loopt het slib de afzettingstank in en Q Π Λ 7 A Λ7 —6— stroomt don over de standpijp 153 via ellebogen 155, 157 in de daalpijp 1590 Het ondereinde van de daalpijp 159 is door de dwarse horizontale pijp 161 verbonden met de dwarse horizontale pijp 163 die via de poort 165 in de gemeenschappelijke wand 23 uitkomt in het 5 chloreercompartiment 51 (zie fig„ 4)0 Om hevelwerking te voorkomen wordt de U-vormige buis die wordt gevormd door de ellebogen 155 en 157 bovenaan ontlucht naar de beluchtingskamer door de ontluchtpijp 167e De beluchtingskamer wordt ontlucht naar de atmosfeer (voortdurend of onder besturing van een niet weergegeven handkraan) via 10 pijp 169 (fig. 1),
Zoals blijkt uit fig. 5 vormt het verbindingspunt tussen de ellebogen 155 en 157 in feite het hoogste punt dat vloeistof uit de standpijp 159 kan bereiken alvorens over te lopen, zodat hierdoor dus het afvalwaterpeil 113 in de beluchtingskamer wordt bepaalde 15 Dit verbindingspunt, dat samenvalt met de ontluchtpijp 167 (zie fige 2) bevindt zich in het midden van het vloeistofoppervlak van het afvalwater in de beluchtingskaner. Een schuine stand van de kamer zal dan ook niet van invloed zijn op het niveau in het verbindingspunt, en rollen en stampen van het schip of het andere vaartuig 20 waarin zich de afvalwaterbehandelings-inrichting bevindt zal geen aanleiding geven tot het in de inleiding genoemde probleem, dat wil zeggen het afwisselend stoppen van stroming door de poort 99 gevolgd door een te sterke stroming en dus het doorlopen van niet gemace-reerde, onverwerkte vaste stoffen uit de beluchtingskamer naar de 25 bezinktank en voortijdig wegstromen vanuit de bezinktank naar het c hloreercompartiment.
Aan het desinfecteercompartiment wordt natriumhypochloriaat toegevoerd door een injectiepomp 171, in een hoeveelheid die voldoende is in verhouding tot het volume van het compartiment om gedurende 30 x minuten een chloorconcentratie van de gewenste waarde te verkrijgen, bijvoorbeeld y ppm, zelfs wanneer de stroming z maal de gemiddelde snelheid ise De waarden x, y en z worden zo gekozen dat ver- 800 3 4 03 - > -7- nietiging van de meeste patogene levensvormen in het vloeibare effluent wordt gewaarborgd.
Wanneer vloeistof in het desinfectiecompartiment 51 (zie fig0 2) het peil van de overloop 63 bereikt, stroomt de vloeistof over 5 naar het bewaarcompartiment 53. De behandelde vloeistof wordt via de uitlaat 93 afgevoerd door de werking van de zwaartekracht of door een (niet weergegeven) pompe - conclusies - 800 3 4 03

Claims (11)

1. Inrichting voor het behandelen van afvalwater, met het kenmerk dat deze omvat: een beluchtingskamer met een inlaat, een bezinktank naast de beluchtingskaner die daarmee een ge-5 meenschappelijke wand heeft, waarbij de bezinktank bovenaan gesloten is op een lagere hoogte dan de bovenzijde van de kamer, een poort in de gemeenschappelijke wand, een schot dat begint bij de wand aan weerszijden van de poort 10 en waardoor een gedeelte van het inwendige van de tank wordt afgescheiden zodat een bak ontstaat, een slibafstrijker met een zuigmondstuk waarvan de inlaat boven in de bak ligt, een zuigmondstuk voor bezinksel bij de bodem van de tank, 15 een verdeelde uitlaat die zich bevindt bij het inwendige van de tank buiten de bak, een eerste pijp, waaronder een daalpijp die bovenaan verbonden is met het zuigmondstuk en onderaan met een eerste schuine pijp die door de gemeenschappelijke wand steekt en een eerste stijgbuis 20die onderaan verbonden is met de schuine pijp en bovenaan met een afvoerpijp voor slib, een tweede pijp, waaronder een tweede schuine pijp door de gemeenschappelijke wand die met het zuigmondstuk voor slib is verbonden, en een tweede stijgbuis die onderaan verbonden is met de tweede 25schuine pijp en bovenaan met een afvoerpijp voor slib, een derde pijp, waaronder een derde schuine pijp door de gemeenschappelijke wand die verbonden is met de verdeelde uitlaat, en een standpijp die onderaan verbonden is met de derde schuine pijp en bovenaan met een daalpijp die uitkomt in een desinfectiekamer, 30 waarbij de eerste en tweede stijgbuis en de standpijp en de 800 34 03 -9- daalbuis zich bevinden in de beluchtingskaner.
2. Inrichting volgens conclusie 1, m e t het kenmerk dat het hoogste punt van de verbinding tussen de standpijp en de daalpijp zich bevindt nabij het midden van het boven-5 ste deel van de beluchtingskamer.
30 Inrichting volgens conclusie 1 of 2, m e t het kenmerk dat het schot zich bovenaan vernauwd, zodat de bak ontstaat die bovenaan kleiner is dan onderaan, terwijl de afstrijker zich bevindt in het midden boven in de bak.
4. Inrichting volgens conclusie 3, m e t het kenmerk dat deze voorzien is van een ontluchtpijp die zich rechtstreeks boven het afstrijk-zuigmondstuk bevindt.
5. Inrichting volgens 44n der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de verbinding tussen de standpijp en 15 de daalpijp ontlucht wordt naar de beluchtingskamer.
6. Inrichting voor het behandelen van afvalwater, met het kenmerk dat deze omvat: een beluchtingskamer met een inlaat voor afvalwater, een bezinktank die bovenaan gesloten is zodat hij volgestroomd 20 met een zekere kop kan werken, waarbij het hoogste punt van de beluchtingskamer hoger ligt dan het hoogste punt van de bezinktank, zodat het afvalwaterpeil in de beluchtingskamer hoger kan zijn dan de bovenzijde van de bezinktank om een dergelijke kop te doen ontstaan, 25 waarbij de bezinktank een inlaat voor instromende vloeistof heeft, verbonden met de beluchtingskamer op een hoogte beneden de bovenzijde van de bezinktank, terwijl de bezinktank een uitlaat heeft, waarbij een schot een scheiding vormt tussen een bak in de be-30 zinktank en de rest van de tank, welke bezinktank een inlaat heeft naar die bak, afstrijkmiddelen met een inlaat boven in de bak, waarbij het schot boven in nabij de inlaat van de afstrijker een an η τ / n? -10- kleiner horizontaal dwarsdoorsnedeoppervlak heeft dan onderaan nabij de inlaat van de bezinktank·
7. Inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk dat dit verder omvat een stel pijpen die de bezinktank 5 verbinden met een chloreerkamer, welke pijpen bestaan uit een elleboog boven het vloei stof peil in de beluchting skaner en een ontlucht-leiding die begint bij die elleboog, welke ontluchtleiding in hoofdzaak in het geometrische middelpunt van de beluchtingskamer ligt boven het hoogste vloeistofpeil in die beluchtingskamer om hevelwer-10 king van vloeistof vanuit de bezinktank naar de chloreerkamer te voorkomen,
8, Inrichting volgens conclusie ó of 7, met het kenmerk dat deze verder omvat: een zuigmondstuk voor bezinksel nabij de bodem van de tank, 15 een verdeelde uitlaat die zich bevindt in het inwendige van de tank buiten de bak, een eerste pijp, waaronder een daalpijp die bovenaan verbonden is met het zuigmondstuk en onderaan met een eerste schuine pijp die door de gemeenschappelijke wand steekt en een eerste stijgbuis 20 die onderaan verbonden is met de schuine pijp en bovenaan met een afvoerpijp voor slib, een tweede pijp, waaronder een tweede schuine pijp door de gemeenschappelijke wand die met het zuigmondstuk voor slib is verbonden, en een tweede stijgbuis die onderaan verbonden is met de tweede 25 schuine pijp en bovenaan met een afvoerpijp voor slib, een derde pijp, waaronder een derde schuine pijp door de gemeenschappelijke wand die verbonden is met de verdeelde uitlaat, en een standpijp die onderaan verbonden is met de derde schuine pijp en bovenaan met een daalpijp die uitkomt in een desinfectiekamer, 30 waarbij de eerste en tweede stijgbuis en de standpijp en de daalhuis zich bevinden in de beluchtingskamer· 9„ Inrichting volgens conclusie 8, m e t het kenmerk dat het hoogste punt van de verbinding tussen de 800 34 03 -list and pijp en de daalpijp zich bevindt nabij het midden van het bovenste deel van de beluchtingskamer. 10o Inrichting volgens conclusie 8 of 9, met het kenmerk dat het schot zich bovenaan vernauwd, zodat de bak 5 ontstaat die bovenaan kleiner is dan onderaan, terwijl de afstrijker zich bevindt in het midden boven in de bak«
11. Inrichting volgens één der conclusies 8-10, met het kenmerk dat deze voorzien is van een ontluchtpijp die zich rechtstreeks boven het afstrijk-zuigmondstuk bevindt* 10 120 Inrichting volgens lén der conclusies 8-11, met het kenmerk dat de verbinding tussen de standpijp en de daalpijp ontlucht wordt naar de beluchtingskaner0 130 Inrichting volgens één der conclusies 6-12, met het kenmerk dat het bovenste gedeelte van de stand-15 pijp een ontluchting heeft naar de beluchtingskamer*
14. Inrichting volgens één der conclusies 6-13, met het kenmerk dat de bezinktank een schot heeft waardoor een bak wordt gevormd, waarbij de inlaat van de afstrijkinrichting zich bevindt nabij het midden van die bak, en waarbij de bak boven in 20 een kleiner dwarsdoorsnedeoppervlak heeft dan onderin*
15. Inrichting volgens één der conclusies 6-14, m e t het kenmerk dat deze voorzien is van een afstri jkinrichting met een inlaat boven in de bezinktank, waarbij de bezinktank een ontluchting heeft boven de verbinding tussen de afstrijk-25 inrichting en de beluchtingskaner. 16« Inrichting volgens conclusie 15, m e t het kenmerk dat deze voorzien is van een schot in de bezinktank waardoor een bak ontstaat, en waarbij het schot een bovenste gedeelte heeft dat omgekeerd afgeknot piramidevoxmig is0 30 17, Inrichting volgens conclusie 16, met het kenmerk dat het onderste gedeelte van het schot verticale zijden heeft. 18* Inrichting volgens conclusie 8, m e t het -12- kenmerk dat de bezinktank boven in een ontluchting heeft direkt boven de inlaat van de afstrijkinrichtinge 190 Inrichting voor het behandelen van afvalwater, met het kenmerk dat deze omvat: 5 een beluchtingskaner met een inlaat voor afvalwater, een bezinktank die bovenaan gesloten is zodat hij volgestroomd met een zekere kop kan werken, waarbij het hoogste punt van de beluchtingskamer hoger ligt dan het hoogste punt van de bezinktank, zodat het afvalwaterpeil 10 in de beluchtingskaner hoger kan zijn dan de bovenzijde van de bezinktank om een dergelijke kop te doen ontstaan, waarbij de bezinktank een inlaat voor instromende vloeistof heeft, verbonden met de beluchtingskaner op een hoogte beneden de bovenzijde van de bezinktank, 15 terwijl de bezinktank een uitlaat heeft, een chloreerkamer in de bezinktank, en een pijp die de bezinktank verbindt met de chloreerkamer, welke pijp bestaat uit een elleboog boven het vloeistofpeil in de beluchtingskamer en een ontluchtleiding die begint bij die 20 elleboog, welke ontluchtleiding in hoofdzaak in het geometrische middelpunt van de beluchtingskamer ligt, boven het hoogste vloeistofpeil in die beluchtingskaner om hevelwerking van vloeistof vanuit de bezinktank naar de chloreerkamer te voorkomen. 800 34 03
NL8003403A 1979-10-09 1980-06-11 Inrichting voor de behandeling van afvalwater, voor scheepsgebruik. NL8003403A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US06/082,964 US4253957A (en) 1979-10-09 1979-10-09 Marine sewage disposal
US8296479 1979-10-09

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8003403A true NL8003403A (nl) 1981-04-13

Family

ID=22174567

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8003403A NL8003403A (nl) 1979-10-09 1980-06-11 Inrichting voor de behandeling van afvalwater, voor scheepsgebruik.

Country Status (23)

Country Link
US (1) US4253957A (nl)
JP (1) JPS5660687A (nl)
KR (1) KR830003374A (nl)
AR (1) AR222243A1 (nl)
AU (1) AU521206B2 (nl)
BE (1) BE883582A (nl)
BR (1) BR8004475A (nl)
CA (1) CA1131813A (nl)
DE (1) DE3037861A1 (nl)
DK (1) DK325180A (nl)
ES (1) ES8100227A1 (nl)
FR (1) FR2467267A1 (nl)
GB (1) GB2059936B (nl)
GR (1) GR64715B (nl)
IE (1) IE50201B1 (nl)
IT (1) IT1127524B (nl)
LU (1) LU82489A1 (nl)
NL (1) NL8003403A (nl)
NO (1) NO802216L (nl)
NZ (1) NZ195076A (nl)
PT (1) PT71688B (nl)
SE (1) SE8005378L (nl)
ZA (1) ZA805934B (nl)

Families Citing this family (17)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4391703A (en) * 1980-08-05 1983-07-05 Red Fox Industries, Inc. Marine sewage treatment with biological filter
DE3222176A1 (de) * 1982-06-12 1983-12-15 Howaldtswerke-Deutsche Werft Ag Hamburg Und Kiel, 2300 Kiel Verfahren und einrichtung zur entoelung von bilgewasser
CS239007B1 (en) * 1983-07-04 1985-12-16 Vladimir Mackrle Method of nitrogen substances containing biological activation sewage treatment and equipment for application of this method
GB2193955B (en) * 1986-08-18 1991-02-06 Walter Mansel James Separator
US4999103A (en) * 1987-12-11 1991-03-12 Bogart John D Decontamination apparatus mobile water
DE19926682C1 (de) * 1999-06-11 2000-12-07 Reiner Wenzel Entsorgungssystem für Abwasser
DE10112357A1 (de) * 2001-03-13 2002-10-02 Siemens Axiva Gmbh & Co Kg Verfahren und Vorrichtung zur biologischen Abwasserreinigung mit integrierter Schlamm (Biomasse)- abtrennung durch Sedimentation unter Druckbeaufschlagung
FI20010628A (fi) 2001-03-27 2002-09-28 Evac Int Oy Laitteisto jäteaineen puhdistamiseksi
FI116792B (fi) * 2001-12-03 2006-02-28 Evac Int Oy Jätevedenkäsittelylaitos
CA2425350A1 (en) * 2003-04-14 2004-10-14 Peter Alex Container shut-off valve with venting
CA2441991C (en) * 2003-09-19 2012-11-13 Ronald R. Chisholm Fluid transfer apparatus
US20050115606A1 (en) * 2003-10-01 2005-06-02 Chisholm Ronald R. System for effecting liquid transfer from an elevated supply container
US7300575B2 (en) * 2004-06-16 2007-11-27 Heritage Crystal Clean, Llc Portable filter system
US20080083674A1 (en) * 2006-10-06 2008-04-10 Cormier Murphy J Apparatus for and Method of Dosing a Wastewater Treatment System
DE102008046913B4 (de) * 2008-09-12 2010-08-26 Hamann Ag Vorrichtung zur Abwasseraufbereitung
RU173044U1 (ru) * 2016-08-23 2017-08-08 Российская Федерация в лице Общество с ограниченной ответственностью "Научно-Промышленное Объединение "ОРТЕХ-ЖКХ" Устройство биологической очистки сточных вод
RU209119U9 (ru) * 2021-08-12 2022-03-24 Федеральное государственное бюджетное научное учреждение "Всероссийский научно-исследовательский институт орошаемого земледелия" (ФГБНУ ВНИИОЗ) Устройство очистки сточных вод

Family Cites Families (28)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2348122A (en) * 1940-05-29 1944-05-02 Infilco Inc Liquid treatment
US2413838A (en) * 1940-08-02 1947-01-07 Edward B Mallory Waste purification apparatus having superposed aerating and clarifying chambers
US2629689A (en) * 1948-04-12 1953-02-24 Infilco Inc Water purifying and degasifying apparatus and process
US2709680A (en) * 1951-06-02 1955-05-31 Youngstown Welding & Engineeri Sewage disposal apparatus
US2930393A (en) * 1955-01-31 1960-03-29 Charles H Starling Rate of flow controller
US2901114A (en) * 1957-04-17 1959-08-25 Mcphee Sewage treatment apparatus
US3051315A (en) * 1957-08-01 1962-08-28 Carl F Boester Sewage treatment apparatus
US3239438A (en) * 1962-05-21 1966-03-08 Ex Cell O Corp Method and apparatus for purifying electrolyte used in electro-chemical machining
US3204768A (en) * 1963-01-21 1965-09-07 William H Daniel Sewage treatment apparatus
US3275149A (en) * 1963-12-05 1966-09-27 Fmc Corp Apparatus for sewage pretreatment for outfall disposal
US3327855A (en) * 1964-06-12 1967-06-27 Gen Electric Home wastewater treating unit
US3335865A (en) * 1964-08-18 1967-08-15 Crane Co System for sewage treatment
US3347784A (en) * 1965-05-05 1967-10-17 Fmc Corp Sewage treatment process and apparatus
US3419146A (en) * 1967-10-16 1968-12-31 Koulovatos James Sewerage treatment plant
US3415381A (en) * 1967-12-29 1968-12-10 Paul M. Thayer Sewage treatment plants
US3535234A (en) * 1968-02-20 1970-10-20 Pall Corp Sewage treatment process and apparatus
US3497064A (en) * 1969-04-17 1970-02-24 Water Pollution Controls Inc Aerobic waste system with pneumatic ejection and chlorination
US3709363A (en) * 1970-10-19 1973-01-09 Bio2 Syst Inc Extended aeration, activated sludge plant
US3733264A (en) * 1971-03-18 1973-05-15 Air Prod & Chem Activated sludge sewage treatment process and system
US3951816A (en) * 1971-06-28 1976-04-20 Burmah Oil And Gas Company Clarification tank
US3764011A (en) * 1971-12-16 1973-10-09 D Owens Sewage treatment apparatus
US3879285A (en) * 1972-04-05 1975-04-22 Coate Burial Vault Inc Aerobic sewage treatment system
US3870634A (en) * 1972-06-01 1975-03-11 Frank Humphrey Marine sewage treatment system for water craft
US4081365A (en) * 1974-01-02 1978-03-28 Filters International Inc. Methods for use in water purification particularly sewage treatments
GB1465003A (en) * 1974-03-27 1977-02-16 Hamworthy Engineering Sewage treatment apparatus particularly for marine applications
US3951817A (en) * 1974-06-26 1976-04-20 Jet Aeration Company Sewage treatment tank and tube settler
US4104167A (en) * 1976-10-08 1978-08-01 Ferdinand Besik Apparatus for purifying waste waters
US4176068A (en) * 1977-05-10 1979-11-27 Ankersmit Hendrik J Method for the separation from each other of the components of a mixture of water, oil and dirt (sludge) as well as apparatus for performing said method

Also Published As

Publication number Publication date
ES487890A0 (es) 1980-11-01
KR830003374A (ko) 1983-06-20
BR8004475A (pt) 1981-04-28
PT71688A (en) 1980-09-01
AU521206B2 (en) 1982-03-18
FR2467267B1 (nl) 1984-05-18
IT1127524B (it) 1986-05-21
AU5887780A (en) 1981-04-16
DE3037861A1 (de) 1981-04-23
FR2467267A1 (fr) 1981-04-17
US4253957A (en) 1981-03-03
ZA805934B (en) 1981-11-25
BE883582A (fr) 1980-12-01
GR64715B (en) 1980-05-21
AR222243A1 (es) 1981-04-30
GB2059936A (en) 1981-04-29
ES8100227A1 (es) 1980-11-01
CA1131813A (en) 1982-09-14
IE801965L (en) 1981-04-09
DK325180A (da) 1981-04-10
LU82489A1 (fr) 1982-01-20
SE8005378L (sv) 1981-04-10
IT8049193A0 (it) 1980-07-08
IE50201B1 (en) 1986-03-05
NO802216L (no) 1981-04-10
JPS5660687A (en) 1981-05-25
GB2059936B (en) 1983-03-30
PT71688B (en) 1981-06-26
NZ195076A (en) 1984-02-03

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8003403A (nl) Inrichting voor de behandeling van afvalwater, voor scheepsgebruik.
US5372711A (en) Two stage system for skimming floating particles
NL8102307A (nl) Inrichting en werkwijze voor het indikken door verdampen van een vloeistof.
NL7812211A (nl) Waterzuiveringsinrichting.
RU2394639C2 (ru) Устройство, подающее реагенты
NO803177L (no) Fremgangsmaate og anordning for behandling av avloepsvaesker
EP0956269B1 (en) Oil/grease separator
NO160753B (no) Fremgangsmaate og anordning for bruk ved rensing av vanneti oppdrettsbeholdere for fisk.
NO764198L (nl)
EP0074342B1 (en) Filtering apparatus
JP3368426B2 (ja) 浮上油自動回収装置
TWI712447B (zh) 分流式液體過濾器
US20230356115A1 (en) Waste water treatment apparatus
US4650579A (en) Clarifiers
RU2036845C1 (ru) Установка для очистки сточных вод
US2337260A (en) Oil cleaning apparatus
KR850002048Y1 (ko) 하수 처리장치
RU2278822C1 (ru) Автоматизированное устройство для предварительной очистки сточных вод рыбообрабатывающего производства
US20220356087A1 (en) Wastewater treatment system
US3404781A (en) Devices for the filtration of all liquids
NL9500048A (nl) Werkwijze en inrichting voor het reinigen van water.
WO2003031730A1 (en) Liquid purifying apparatus
NO158659B (no) Filtreringsanordning.
PL179506B1 (pl) Oddzielacz cieczy lekkich PL
SU1425058A1 (ru) Вибрационный станок

Legal Events

Date Code Title Description
BV The patent application has lapsed