NL8002645A - Weergeefstelsel voor hoge snelheid in een inrichting voor het weergeven van informatiesignalen geregistreerd op een roterend registratiemedium. - Google Patents
Weergeefstelsel voor hoge snelheid in een inrichting voor het weergeven van informatiesignalen geregistreerd op een roterend registratiemedium. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8002645A NL8002645A NL8002645A NL8002645A NL8002645A NL 8002645 A NL8002645 A NL 8002645A NL 8002645 A NL8002645 A NL 8002645A NL 8002645 A NL8002645 A NL 8002645A NL 8002645 A NL8002645 A NL 8002645A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- signal
- display
- frequency
- track
- voltage
- Prior art date
Links
Classifications
-
- G—PHYSICS
- G11—INFORMATION STORAGE
- G11B—INFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
- G11B21/00—Head arrangements not specific to the method of recording or reproducing
- G11B21/02—Driving or moving of heads
- G11B21/08—Track changing or selecting during transducing operation
- G11B21/081—Access to indexed tracks or parts of continuous track
- G11B21/083—Access to indexed tracks or parts of continuous track on discs
- G11B21/085—Access to indexed tracks or parts of continuous track on discs with track following of accessed part
-
- G—PHYSICS
- G11—INFORMATION STORAGE
- G11B—INFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
- G11B27/00—Editing; Indexing; Addressing; Timing or synchronising; Monitoring; Measuring tape travel
- G11B27/005—Reproducing at a different information rate from the information rate of recording
Landscapes
- Moving Of The Head For Recording And Reproducing By Optical Means (AREA)
- Optical Recording Or Reproduction (AREA)
- Rotational Drive Of Disk (AREA)
- Indexing, Searching, Synchronizing, And The Amount Of Synchronization Travel Of Record Carriers (AREA)
Description
i
Weergeefstelsel voor hoge snelheid in een inrichting voor het weergeven van informatiesignalen geregistreerd op een roterend registratiemedium.
De uitvinding heeft in het algemeen betrekking op weergeefstelsels voor hoge snelheid in inrichtingen voor het weergeven van informatiesignalen, geregistreerd op een roterend registratiemedium en in het bijzonder op een stelsel voor het reproduce-5 ten met hoge snelheid van geregistreerde informatie met het doel de plaats op te zoeken van een speciaal gewenste informatiehoeveelheid uit de gehele informatie, geregistreerd op een roterend registratiemedium.
Bekende stelsels voor het registreren en 10 weergeven van informatiesignalen (zoals videosignalen en/of geluidssignalen) bij schijfvormige roterende medium (hierna eenvoudig schijven genoemd) zijn in het algemeen te verdelen in stelsels met optische reproductie, stelsels met een weergeefstift waarbij een piezoelektrisch element wordt gebruikt en stelsels waarbij gebruik 15 wordt gemaakt van variaties in de elektrostatische capaciteit tussen een elektrode op de weergeefstift en het geregistreerde oppervlak van de schijf.
Volgens een bekend elektrostatisch capaci-teitsstelsel wordt registratie uitgevoerd door het vormen van een 20 spiraalvormige geleidingsgroef op de schijf voor het geleiden van de weergeefstift. Tegelijkertijd worden putten gevormd in betreffende overeenstemming met een informatiesignaal te registreren op het bodem-oppervlak van de groef. Bij het weergeefstelsel wordt de weergeefstift geleid door de geleidingsgroef. De stift volgt het spoor binnen 25 de groef en geeft het signaal weer in overeenstemming met variaties in de elektrostatische capaciteit.
Bij dit bekende stelsel is echter een ge-
G
Y 8 0 0 2 6 45 2 leidingsgroef voor een weergeefstift aangebracht op de schijf. De weergeefstift wordt gedwongen geleid door deze geleidingsgroef.
Het is niet mogelijk voor de weergeefstift om bewerkingen te ondergaan zoals het lopen over de groefwand van een spoor, bewegend 5 naar een ander spoor en terugkerend naar het oorspronkelijke spoor; Indien de weergeefstift zou worden gedwongen zulk een werking te ondergaan, zou de groef en ook de stift worden beschadigd. Om deze reden is het niet mogelijk om dit bekende stelsel speciale weergave uit te voeren, zoals beeldweergave met versnelling, met vertraging, 10 met stilstaand beeld of met willekeurige toegang.
Aldus is met het doel de verschillende problemen van de bovenbeschreven bekende stelsels te overwinnen, het stelsel volgens de Nederlandse octrooiaanvrage 77.03865 van 7 april 1977 voorgesteld. Volgens dit bekende stelsel vormt het registreerstelsel 15 putten in overeenstemming met het informatiesignaal dat wordt geregistreerd langs een spiraalvormige baan op een platte schijf als registreermedium zonder het vormen van een groef daarin. Bij het weergeefstelsel loopt een weergeefstift over en langs dit spoor, waarbij het geregistreerde informatiesignaal wordt weergegeven ten 20 gevolge van variaties in de elektrostatische capaciteit.
Aangezien bij dit stelsel een groef voor het geleiden van de weergeefstift niet aanwezig is op de schijf, moeten hulp-signalen of referentiesignalen worden geregistreerd op of in de nabijheid van een spoor van het informatiesignaal, zoals een video-25 signaal, op een roterende schijf. Op het ogenblik van weergeven worden de referentiesignalen weergegeven samen met het videosignaal. Baanservoregeling wordt uitgevoerd, zodat de weergeefstift nauwkeurig de baan volgt tengevolge van de weergegeven referentiesignalen.
Door het gebruik van dit bekende stelsel heeft de registreerbaan 30 geen groef. Er is geen enkele mogelijkheid dat de weergeefstift of het registreermedium worden beschadigd. De stift kan hetzelfde deel van de baan vele malen herhaald weergeven, waardoor een zogenaamde willekeurige toegangsbeweging, waarbij een weergeefstift wordt bewogen met hoge snelheid naar een gewenste plaats op de 35 schijf om daarbij een gewenste informatie weer te geven, mogelijk 0 1 8002645 t * 3 wordt evenals een speciale weergave, zoals stilstand, vertraagde of versnelde weergave.
Er zijn reeds stelsels bekend voor het snel verplaatsen van de weergeefstift naar de plaats van een speciaal 5 gewenst informaties!gnaal geregistreerd op een schijf en het begin nen van weergeven vanaf die plaats. Een van deze stelsels is het willekeurige toegangsstelsel, waarbij adressignalen worden gebruikt.
Een ander stelsel is het zogenaamde "live search"-stelsel waarbij wanneer het weergegeven beeld wordt waargenomen, de weergeefstift 10 wordt verschoven met hoge snelheid totdat het gewenste beeld wordt verkregen.
Van deze stelsels maakt het willekeurige toegangsstelsel gebruik van adressignalen respectievelijke geregistreerd op alle baanomwentelingen van de schijf en de weergeefstift wordt 15 verschoven wanneer deze die adressignalen weergeeft. Wanneer dan het weergegeven adressignaal samenvalt met het adres van de gewenste plaats, wordt de beweging van de weergeefstift gestopt.
Een voorbeeld van dit willekeurige toegangsstelsel is in detail beschreven in de Nederlandse octrooiaanvrage 78.11488 20 van 22 november 1978.
Hoewel echter dit willekeurige toegangsstelsel een voordeel heeft, doordat de weergeefstift nauwkeurig, positief en snel kan worden verschoven naar elke gewenste plaats, heeft het een nadeel, doordat zijn weergeefinrichting betrekkelijk ingewikkeld 25 en kostbaar zal zijn.
In tegenstelling daarmee maakt het bovengenoemde "live search"stelsel geen gebruik van adressignalen en vereist geen componenten zoals ketens voor referentie aan en vormen van samenvalling met adressignalen, waardoor zijn weergeefinrichting met 3Q voordeel betrekkelijk goedkoop is.
Aangezien echter het slechts verschuiven van de weergeefstift met hoge snelheid in de radiale richting van de schijf de stift niet zal brengen op een baan in een volgingstoe-stand, kan een weergegeven beeld niet worden verkregen. Het zal ry 35 dus bij dit "live-search"-stelsel ook nodig zijn een baanservostelsel ê j 800 2 6 45 4 te behouden zoals bovengenoemd in een werkstand voor het uitoefenen van regeling, zodat de weergeefstift de baan bij het weergeefstelsel zal volgen. Indien echter de weergeefstift wordt verschoven met hoge snelheid met het baanservostelsel in zijn werktoestand, zal de 5 weergeefstift de volgende bewerking ondergaan.
Aangezien de weergeefomzetter met de weergeefstift wordt toegevoerd met hoge snelheid, ondergaat de stift een baanregeling totaan de elastische vervormingsgrens van onderdelen zoals de hefboom welke de stift vasthoudt en het dempingsorgaan en houdt zijn 10 volgingstoestand volgens een baanomwenteling. Wanneer daarna de vervorming van de bovengenoemde hefboom, dempingsorgaan, enz. de bovengenoemde grens overschrijdt, worden deze onderdelen hersteld in hun oorspronkelijke natuurlijke toestand. Om deze reden springt de stift als resultaat van zijn elastische herstelkracht over een 15 aantal van bijvoorbeeld honderd baanomwente-lingen en volgt opnieuw in een toestand van baanregeling langs een nieuwe baanomwenteling. Daarna wordt de bovenbeschreven werking herhaalt.
Als resultaat wordt het weergegeven beeld gevormd door onsamenhangend weergegeven informatiesignalen met intervallen van 20 een aantal honderden van baanomwentelingen. Om deze reden gaat de informatie-’-inhoud verloren bij elk interval van een aantal honderden van baansporen. Resulterend worden de bewegingen van het weergegeven beeld onderbroken, waardoor het onmogelijk is om nauwkeurig en positief de geregistreerde plaats van de speciaal gewenste informatie-25 inhoud te bepalen. Een ander probleem, dat optreedt, is dat aangezien onderdelen zoals de hefboom en het dempingsorgaan herhaalde vervorming ondergaan totaan de bovengenoemde grens en herstel daarvan, zij onderhevig zijn aan beschadiging.
Een andere praktijk, bekend in die techniek, is het 30 verkrijgen van een weergegeven beeld met versnelde weergave door het met kracht verschuiven van de weergeefstift, terwijl hij elke baanomwenteling volgt op,de schijf tot de naburige baanomwenteling gedurende de vertikale onderdrukkingsperiode van elk beeld van het videosignaal. Bij dit stelsel is echter in het geval, dat een video-ίϊ 35 signaal voor vier beelden bijvoorbeeld is geregistreerd langs de \ λ 800 2 6 45
* I
5 baan, een versnelde weergave met een maximum van vervijfvoudigde snelheid de grens· en de snelheid kan niet verder worden verhoogd.
Evenwel is het voor het zoeken naar en bepalen van een speciaal gewenste plaats op de schijf in een korte tijd nodig, dat een weer-5 gegeven beeld, variërend met een snelheid, welke 10-200 maal die is op het ogenblik van normale weergave, verkrijgbaar is als het weergegeven beeld. Om deze reden kan de weergeefstift bij dit stelsel van versnelde beweging niet worden verschoven naar een gewenste plaats in een zeer korte tijd.
10 Aldus is er een methode, waarbij door het verder uitbreiden van de bovengenoemde versnelde bewegingswerking, de weergeefstift wordt verschoven over een aantal baanomwentelingen binnen de bovengenoemde vertikale onderdrukkingsperiode. Aangezien echter een tijd van 0,2-0,3 millisec. nodig is voor de weergeefstift om 15 te verschuiven naar de naburige baanomwenteling, wordt de vertikale onderdrukkingsperiode overschreden in sommige gevallen door de periode voor het verschuiven van de stift over een aantal baanomwentelingen. In zulke gevallen treedt verstoring in het weergegeven beeld op en de beeldkwaliteit wordt aangetast. Zelfs wanneer verder 20 dit verschuiven van de stift oven een aantal baanomwentelingen gedurende elk beeld van het video-signaal optreedt, kan het zoeken naar en bepalen van een gewenste positie niet worden uitgevoerd met meer hoge snelheid.
Het is daarom een algemeen doel van de uitvinding 25 te voorzien in een nieuw weergeefstelsel voor hoge snelheid in een inrichting voor het weergeven van informatiesignalen, geregistreerd op een roterend registratiemedium.
Een ander doel van de uitvinding is te voorzien in een weergeefstelsel voor hoge snelheid bij een inrichting voor het 30 weergeven van informatiesignalen, geregistreerd op een roterend registratiemedium, daarbij een weergeefstift in een toestand van baanregeling met betrekking tot de baan op een roterend registratie-medium (schijf)., vloeiend verschuift opvolgend van een baanomwenteling naar de naburige baanomwenteling waardoor bij hoge snelheid de in-^ 35 houd van informatie geregistreerd op de schijf, wordt weergegeven.
800 2 6 45 6
Door deze voorziening volgens de uitvinding, wordt ofschoon de kwaliteit van het weergegeven beeld iets geringer is dan bij normale weergave, een natuurlijk hoge-snelheidsbeeld verkregen als geheel en de plaats van elke speciaal gewenste beeldinhoud kan 5 nauwkeurig en positief worden bepaald wanneer het weergegeven beeld wordt waargenomen.
Nog een ander doel van de uitvinding is te voorzien in een stelsel, waarin een weergeefomzetter met een weer-geefstift wordt toegevoerd met elke snelheid in de radiale richting 10 van een roterend registratiemedium en in samenhang met deze werking de weergeefstift opvolgend wordt verschoven van een baanomwenteling naar de naburige baanomwenteling voor het met hoge snelheid weergeven van de geregistreerde informatie-inhoud.
Een verder doel van de uitvinding is te voorzien 15 in een stelsel, waarbij een weergeefstift, welke een deel vormt van een weergeefomzetter, opvolgend wordt verschoven van een baanomwenteling naar de naburige baanomwenteling met elk aantal cycli per tijdseenheid en in samenhang met deze werking wordt de omzetter toegevoerd in de radiale richting van een roterend registratiemedium, 20 waardoor met hoge snelheid een informatie-inhoud, geregistreerd op het registratiemedium, wordt weergegeven.
De uitvinding zal aan de hand van de tekening in hetvolgende nader worden toegelicht.
Fig. 1 toont in perspectief een inrichting voor 25 het weergeven van een roterend registratiemedium, waarbij een hoge-snelheidsweergeefstelsel volgens de uitvinding kan worden toegepast.
Fig. 2 toont in perspectief op grotere schaal een deel van een roterend registratiemedium samen met een topdeel 30 van een weergeefstift.
Fig. 3 toont losgenomen en in perspectief een deel van een voorbeeld van een signaal-opneemorgaan zoals een weergeefomzetter in een weergeefinrichting volgens fig. 1.
•I Fig. 4 toont een blokschema van een eerste | 35 uitvoering van een hoge-snelheidsweergeefstelsel in een inrichting 3 800 2 6 45 / a 7 voor het weergevenran informatiesignalen, geregistreerd op een roterend registratiemedium.
Fig. 5 is een blokschema van een uitvoeringsvorm van een zoeksignaalopwekketen volgens fig. 4.
5 Fig.6A en 6B tonen diagrammen voor het aangeven van afwijkingen van een vrijdragende hefboom.
Fig. 7a en 7B zijn grafieken welke respectievelijk golfvormen tonen van baanregelsignalen in overeenstemming met de afwijkingen van de vrijdragende hefboom van fig. 6A en 6B.
10 Fig. 8A en 8B zijn grafieken welke de gelijkstroom- componenten tonen van de baanregelsignalen van fig. 7A en 7B.
Fig. 9 is een blokschema dat een functie toont van een keten van een uitvoeringsvorm van een essentieel deel van een regelimpulsopwekketen van fig. 4.
15 Fig. 10 (A), 10(B) en 10(C) tonen grafieken van golfvormen van signalen op verschillende delen van het blokschema van fig. 9.
Fig. 11 is een blokschema van een tweede uitvoeringsvorm van het hoge-snelheidsweergeefstelsel in een inrichting voor 20 het weergeven van informatiesignalen, geregistreerd op een roterend registratiemedium.
Fig. 12 toont een blokschema van een uitvoeringsvorm van een zoeksignaal-opwekketen volgens fig. 11.
De algemene kenmerken van het uitwendige van een 25 weergeefinrichting voor het weergeven van een roterend registratiemedium, waarbij een hoge-snelheidsweergeefstelsel volgens de uitvinding kan worden toegepast, ziet men in fig. 1. Bij deze inrichting is een roterende schijf 11 een roterend registratiemedium met daarop een videosignaal geregistreerd. De schijf 11 is gesteld 30 op en geklemd aan een draaitafel 12 door een klemorgaan 13. De registratieschijf wordt dus als een geheel geroteerd met de draaitafel 12 met bijvoorbeeld een rotatiesnelheid van 900 omw/min.
Een signaalopneemorgaan 14 zoals een weergeefomzet-ter is gemonteerd bij een inspringende cylindrische holle resonator ($&«·) '-y 35 16 binnen een wagen 15. De opnemer is verbonden met een centrale i | 80 0 2 6 45 geleider (niet getekend) van de resonator. De centrale geleider is elektromagnetisch verbonden met een hoogfrequentoscillator 17 voor het weergeven van een frequentie van bijvoorbeeld 1 GHz.
8
Deze uitvoering is bekend. De wagen 15 is horizontaal geplaatst 5 boven de draaitafel 12 en wordt geleid aan zijn einden door een paar evenwijdige horizontale geleidingsstaven 18 (slechts één ervan is getekend). Deze wagen 15, aangedreven door een band 20 zonder einde, aangedreven door een motor 19, beweegt continu in horizontale translatie met een snelheid gelijk aan de afstand van een baanspoed 10 per omwenteling van de draaitafel 12, gedurende een normale weergeef werking. Overigens kan de wagen worden aangedreven door een toe-voerschroef aangedreven door de motor 19. De wagenbeweging is synchroon met de rotatie van de draaitafel. Als resultaat van deze beweging van de wagen 15 loopt een stift van het signaalopneemorgaan 15 14 radiaal óver de schijf 11 en volgt het spiraalvormige spoor op de schijf 11 gedurende rotatie.
Een video-signaal van bijvoorbeeld twee beelden (dat is vier rasters) wordt geregistreerd bij elke omwenteling, waarbij de spiraalvormige baan van putten gevormd op de schijf 11 20 aanspreekt op de informatie-inhoud van het signaal. Een deel van deze baan is vergroot getekend in fig. 2. Baanomwentelingen van een enkele continue spiraalvormige baan overeenkomend met elke omwenteling van de schijf 11, zijn aangegeven met T^, T^, T3......
Elke baanomwenteling wordt gevormd door de formatie van putten 26 25 van het hoofdinformatiesignaal langs de vlakke baan en er is geen stiftgeleidingsgroef gevormd. Met betrekking tot een baanomwenteling worden bij elke horizontale aftastperiode (H) op een plaats overeenkomend met de horizontale onderdrukkingsperiode, putten 27 van het eerste hulpsignaal fpl gevormd op een zijwaartse 30 zijde van de baan zoals gezien in de baanrichting. Putten 28 van het tweede hulpsignaal fp2 worden gevormd aan de andere zijde van de baan.
In de middenpositie tussen de hartlijnen van naburige baanomwentelingen worden slechts putten van een van de ^5 soorten van putten 27 en 28 van de bovengenoemde referentiesignalen \ 800 2 6 45 * ί 9 fpl en fp2 gevormd en met betrekking tot een baan worden buitendien de zijden waarop de putten 27 en 28 worden gevormd, afgewisseld voor elke baanomwenteling. Dit betekent dat indien putten 27 en 28 respectievelijk worden gevormd op de rechter en linkerzijden bijvoor-5 beeld van een baanomwenteling, putten 28 en 27 respectievelijk zullen worden gevormd op de rechter en linkerzijden van elk van de naburige baanomwentelingen. Het derde hulpsignaal fp3 wordt geregistreerd op een voorafbepaalde plaats op elke baanomwenteling. Deze voorafbepaalde plaats is een gekozen plaats, welke overeenkomt met de 10 vertikale onderdrukkingsperiode van het registreerde videosignaal.
Putten van het derde hulpsignaal fp3 zijn niet aangegeven in de tekening. Het derde hulpsignaal fp3 wordt gebruikt voor het omschakelen van de weergegeven eerste en tweede hulpsignalen fpl en fp2 zoals hierna wordt beschreven. Deze hulpsignalen zijn in detail 15 beschreven in de bovengenoemde eerdere Nederlandse octrooiaanvragen.
Een voorbeeld van een signaalopneemorgaan 14, zoals aangegeven in fig. 1, zal nu worden beschreven aan de hand van fig. 3. Dit opneemorgaan 14 heeft een betrekkelijk lange vrijdragende hefboomarm 33 met een weergeefstift 31 op zijn afgekeerde vrije 20 einde en een permanent magneetorgaan 32 aan zijn nabije einde.
De vrijdragende hefboomarm 33 wordt gedragen nabij zijn vrije einde door een dempingsorgaan 34. De arm 33 wordt nabij zijn begingedeelte vastgehouden door een dempingsorgaan 35. De beide dempingsorganen 34 en 35 zijn bevestigd aan het onderoppervlak van een praktisch 25 horizontale steunplaat 36. Het dempingsorgaan 35 kan worden weggelaten.
De steunplaat 36 is bevestigd in en wordt vastgehouden door een vasthoudconsteuctie. Op het onderoppervlak van de plaat 36 zijn een spoel 37 voor volging en een paar spoelen 38a en 30 38b voor jittercompensatie bevestigd. Deze spoelen 38a en 38b zijn geplaatst aan tegengestelde zijden van de volgingsspoel 37. Het bovengenoemde permanente magnetische orgaan 32 is bevestigd binnen de volgingsspoel 37 met spleten daartussen.
Overigens kan het spoorvolgmechanisme van de weer-35 geefomzetter een mechanisme zijn zoals beschreven in de Nederlandse 800 2 6 45 10 octrooiaanvrage 77.11242 van 13 oktober 1977.
De weergeefstift 31 heeft een top met een configuratie volgens fig. 2. De weergeefstift 31 wordt gevormd door een stift-constructie 39 met een schijfvolgoppervlak, dat een grotere breedte 5 heeft dan een baanbreedte, en een elektrode 41 bevestigd aan het achtervlak van de stiftconstructie 39. De elektrode 40 is verbonden met een metalen band 41 volgens fig. 3. Aangezien de weergeefstift 31 loopt volgens een baan op de schijf 11 roterend in de richting volgens de pijl, wordt het daarop geregistreerde videosignaal door 10 variaties van putten weergegeven aansprekend op variaties in de elektrostatische capaciteit tussen het oppervlak van de schijf 11 en de elektrode 40 van de weergeefstift 31.
Hierna wordt een eerste uitvoeringsvorm van het hoge-snelheidsweergeefstelsel volgens de uitvinding beschreven aan 15 de hand van fig. 4.
Bij het stelsel volgens fig. 4 wordt een weergegeven signaal, afgenomen van de schijf 11 als kleine variaties van elektrostatische capaciteit door de weergeefstift 31 van het signaalopneem-orgaan 14, toegevoerd aan een voorversterker 51 met een resonantie-20 keten. De resonantiefrequentie varieert ten gevolge van deze variatie in elektrostatische capaciteit en wordt gevormd tot een signaal van een gewenst niveau. De resulterende uitgang van de voorversterker 51 wordt gedemoduleerd tot het oorspronkelijke informatiesignaal door een demodulator 52 en wordt uitgezonden als een uitgang via een 25 uitgangsklem 53.
Hetuitgangssignaal van de voorversterker 51 wordt toegevoerd naar een laag doorlaatfilter 54, waar de referentiesigna-len fpl, fp2 en fp3 worden gescheiden. De uitgangsreferentiesignalen passeren door een automatische versterkingsregelketen 55 en toege-30 voerd respectievelijk aan versterkers 56, 57 en 58. Hier is elk van de versterkers 56, 57 en 58 een soort van banddoorlaatversterker.
De versterker 56, 57 en 58 zijn respectievelijk ontworpen voor een stijle doorlaatfrequentiekarakteristiek bij slechts de frequenties fpl, fp2 en fp3. Als resultaat worden de signalen van de frequenties 35 fpl en fp2 verkregen afzonderlijk vanuit de versterkers 56 en 57 q 800 2 6 45 A r 11 respectievelijk. Deze signalen passeren respectievelijk door niveau-instellers 59 en 60, waar hun niveau wordt ingesteld. De resulterende signalen worden dan toegevoerd naar een poortschakel-keten 61. Deze weergegeven signalen fpl en £p2 worden impulsreek-5 sen respectievelijk met perioden overeenkomend met 2H £twee horizontale aftastperioden). Buitendien hebben zij een samenvallings-fase in de horizontale onderdrukkingsperiode van het weergegeven videosignaal.
Het signaal fp3 gescheiden en versterkt in de 10 baandoorlaatversterker 58, wordt toegevoerd naar een regelimpuls-opwekketen 62 en gevormd daarin tot een schakelimpuls. Deze schakelimpuls wordt toegevoerd naar de poortschakelketen 61.
De poortschakelketen 61 schakelt de signalen fpl en fp2 om bij elke omwentelingsperiode van de schijf 11 ten 15 gevolge van de aangelegde schakelimpulsen. De rotatiesnelheid van de schijf bij de onderhavige uitvoering is 900 omw/min. zoals boven ook aangegeven. Daardoor worden twee beelden van het videosignaal geregistreerd bij elke omwenteling van de schijf 11. De schakelimpuls, aangelegd aan de klem 64, heeft omkerende polariteiten, 20 welke veranderen bij elke twee beelden (1/15 sec). Als resultaat levert de poortschakelketen 61 de signalen fpl en fp2 van betreffende voorafbepaalde polariteiten naar detectieketens 65 en 66.
De detectieketens 65 een 66 detecteren de omhullenden van hun betreffende ingangsreferentiesignalen en zetten 25 deze omhullenden om in gelijkspanningen. Deze spanningen worden dan toegevoerd naar een differentiaal-versterker 67. Deze differen-tiaalversterker 67 vergelijkt de uitgangssignalen van de twee detectieketens 65 en 66, welke variëren aansprekend op de weergegeven niveaus van de signalen fpl en fp2. Dit veroorzaakt een 30 uitgangsvolgfoutsignaal, dat de volgfoutrichting en de foute hoeveelheid aangeeft. Dit foutsignaal passeert door een fase-compensatieketen 68 en wordt verder versterkt tot een specifiek niveau door een aandrijfversterker 39. Het wordt dan toegevoerd naar de volgingsspoel 37 van het signaalopneemorgaan 14 als een 35 regelsignaal om dit te regelen. Als resultaat ondergaat de permanente Q 800 2 6 45 % 9· .
\ 12 magneet 32 een verplaatsing binnen de spoel 37 en in overeenstemming daarmee ondergaat de vrijdragende hefboom 33 ook een verplaatsing, waardoor de weergeefstift 31 in zijn volgwerking is geregeld, zodat het bovengenoemde volgfoutsignaal nul wordt, dat wil zeggen zodat 5 de stift 31 op de juiste wijze de baan op de schijf 11 volgt.
Normale weergave wordt daardoor uitgevoerd.
Hierna wordt de hoge snelheidsweergave door het stelsel volgens de uitvinding beschreven. Op het ogenblik van hoge snelheidsweergave drukt de bedieningspersoon op een knop voor 10 voorwaartse of achterwaartse hoge-snelheidsweergave in een bedienings-regelsectie 50, waardoor de motor 19 zal gaan roteren op een hogere snelheid dan die voor normale weergave. Overeenkomstig worden de wagen 15 en het signaalopneemorgaan 14 toegevoerd over de schijf 11 in de radiale richting daarvan met een snelheid groter dan die 15 bij normale weergave. Een signaal, dat een aanwijzing is voor de toevoerrichting ten gevolge van het feit of de toevoer van het signaalopneemorgaan 14 voorwaarts (vanaf de buitenomtrek van de schijf naar de binnenzijde daarvan) of achterwaarts (vanaf de binnenzijde van de schijf naar zijn buitenomtrek) zoals bestuurd 20 door de werkregelsectie 50, wordt toegevoerd daaruit via een klem 64 naar een zoeksignaalopwekketen 63. Anderzijds wordt een volg-regelsignaal, geleverd als uitgang uit de aandrijfversterker 69, ook toegevoerd naar deze zoeksignaalopwekketen 63.
Deze zoeksignaalopwekketen 63 heeft een uitvoe-25 ring zoals bijvoorbeeld volgens fig. 5. Het volgregelsignaal uit de aandrijfversterker 69 wordt aan deze keten toegevoerd via een klem 71 en geleverd naar een laag doorlaatfilter 72. Dit laag doorlaatfilter 72 heeft een afsnijfrequentie met een waarde lager dan de rotatiefrequentie van de schijf 11. Bijvoorbeeld is in het 30 geval dat de schijf 11 wordt geroteerd met 900 omw/min, zijn rotatiefrequentie 15 Hz en het laagdoorlaatfilter 72 heeft een filterkarakteristiek van het doorlaten van essentieel de gelijk-spanningscomponent van 10 Hz of lagere frequentie bijvoorbeeld.
Deze gelijkspanningscomponent geeft de hoeveelheid afwijking en 35 de richting van de afwijking uit de neutrale stand van de vrij- 800 2 6 45 13 dragende hefboom aan.
In het bijzonder wordt het signaalopneemorgaan 14 toegevoerd met hoge snelheid in de radiale richting over de schijf 11, maar de weergeefstift wordt onderworpen aan volgingsregeling, zodat 5 deze dezelfde baan zal volgen. Om deze reden wijkt de vrijdragende hefboom 33 af zoals met getrokken lijnen aangegeven, vanuit de neutrale stand zoals gestippeld getekend in fig. 6A en 6B. De volgregelsignalen, verkregen uit de aandrijfversterker 69 op dit ogenblik, zijn aangegeven in fig. 7A en 7B. Wanneer deze volgregel-10 signalen worden toegevoerd naar het laagdoorlaatfilter 72, worden gelijkspanningscomponentsignalen als aangegeven bij E^a en E^a in fig. 8 verkregen. De absolute waarden van deze gelijkspannings-componentsignalen E^a en E^a geven de hoeveelheden van afwijking van de vrijdragende hefboom uit de neutrale stand aan, terwijl 15 het teken, positief of negatief, daarvan de afwijkingsrichting aangeeft.
De gelijkspanningscomponentsignalen uit het laag doorlaatfilter 72 worden toegevoerd aan een niet-omkeerversterker 74 en een omkeerversterker 75 van een schakelversterker 73. De 20 uitgangen van deze versterkers 74 en 75 zijn respectievelijk verbonden met twee vaste kontakten van een omschakelaar 76, waarvan het Beweegbare kontakt wordt geschakeld door het toevoerrichtings-signaal, geleverd door de klem 64. Aldus wordt in overeenstemming met de toevoerrichting van het signaalopneemorgaan 14, een gelijk-25 spanningscomponentsignaal dat is versterkt zonder te zijn omgekeerd in de niet-omkeerversterker 74 of een gelijkspanningscomponentsig-naal dat is omgekeerd en versterkt, selectief verkregen uit de niet-omgekeerversterker 74 of de omgekeerversterker 75 en dit wordt toegevoerd aan een spanningsgeregelde oscillator 77.
30 Zelfs wanneer de richting van de afwijking van de vrij dragende hefboom 33 uit de neutrale stand dezelfde is, is het noodzakelijk, dat de wijzen van variatie (toenemende variatie of afnemende variatie! van de frequentie van een hierna te beschrijven zoeksignaal tegengesteld zijn voor het geval waarbij het signaal-35 opneemorgaan 14 wordt toegevoerd binnenwaarts vanaf de buitenomtrek 800 2 6 45 14 van de schijf en voor het geval waarin dit wordt toegevoerd in de tegengestelde richting. Het is om deze reden dat de bovengenoemde omschakelaar 76 wordt gebruikt.
Dit zal vollediger worden beschreven voor 5 het geval dat bijvoorbeeld de vrijdragende hefboom 33 afwijkt op de buitenomtrekszijde vanaf de neutrale stand zoals aangegeven in fig. 6A. Wanneer in dit geval het signaalopneemorgaan 14 binnenwaarts wordt gevoerd vanaf de buitenomtrek van de schijf, is de weergeefstift 31 in een stand, welke achter loopt of is vertraagd 10 met betrekking tot de toevoerrichting vanuit een referentiestand overeenkomend met de neutrale stand van de vrijdragende hefboom 33. Het is in dit geval dus nodig, dat het zoeksignaal een signaal van hoge frequentie is. Echter zelfs in het geval dat de vrijdragende hefboom 33 afwijkt aan dezelfde zijde als bovengenoemd, 15 wanneer het signaalopneemorgaan 14 wordt toegevoerd buitenwaarts naar de buitenomtrek van de schijf, is de weergeefstift 31 op een plaats welke verder vooruit is in de toevoerrichting vanaf de bovengenoemde referentieplaats. In dit geval is het daarom nodig, dat het zoeksignaal een lage frequentie heeft. Het is daarom, 20 zelfs met hetzelfde gelijkspanningscomponentsignaal nodig dit te leveren naar de spanningsgeregelde oscillator 77 met een polariteit in overeenstemming de toevoerrichting van het signaalweergeef-orgaan 14.
De spanningsgeregelde oscillator 77 werkt 25 voor het leveren van een oscillatorsignaaluitgang waarvan de signaalfrequentie varieert in overeenstemming met de waarde en polariteit van het daarom toegevoerde gelijkspanningscomponent-signaal. Deze oscillatoruitgang van de spanningsgeregelde oscillator 77 wordt toegevoerd via een klem 78 naar de bovengenoemde 30 regelimpulsopwekketen 62. In een geval bijvoorbeeld waar 10-200 maal hoge-snelheidsweergave wordt uitgevoerd, levert de spanningsgeregelde oscillator 77 het uitgaande oscillatorsignaal met een frequentie van 150 Hz tot 3 kHz.
De essentiele delen van deze regelimpuls- • ·ϊ·ϊ ’ ’«KI 35 opwekketen 62 zijn aangegeven in fig. 9 als voorbeeld. Een hulp- t- ti 800 2 6 45 15 signaal fp3 gezonden vanaf de versterker 58 wordt ingevoerd via een klem 81 en geleverd aan een OF-keten 83 en van daarna een golf-vormende keten 84, waar zijn golf vorm wordt gevormd en daarna toegevoerd als een schakelsignaal via een klem 85 naar de poortschakel-5 keten 61.
Het oscillatorsignaal van de golfvorm volgens fig. 10 (A) geleverd als uitgang uit de spanningsgeregelde oscillator 77 van de zoeksignaalopwekketen 63, wordt geleverd als een zoeksignaal naar een klem 82. Dit aan de klem 82 toegevoerde sig-10 naai passeert enerzijds via de OF-keten 83 en wordt gevormd door de golfvormende keten 84 tot een poortschakelsignaal, dat wordt toegevoerd aan de poortschakelketen 61. Het aan de klem 82 toegevoerde signaal wordt anderzijds geleverd aan een monostabiele multivibrator 86, waardoor deze wordt omgeschakeld. Deze monostabiele 15 multivibrator levert dan een Q-uitgang welke wordt geleverd aan een monostabiele multivibrator 87 en een opteller 88 en een Q-uitgang welke wordt toegevoerd aan een optelorgaan 89. De Q en Q-uitgangen van de monostabiele multivibrator 87 worden toegevoerd naar de optelorganen 89 en 88 respectievelijk. De optelorganen 88 20 en 89 leveren respectievelijk uitgangsverschuivingsimpulsen met golfvormen zoals aangegeven in fig. 10 (B) en 10(C).
Een omschakelaar 90 met vaste contactpunten verbonden met de respectievelijke uitgangszijden van de optelorganen 88 en 89, wordt geschakeld in overeenstemming met de richting waarin 25 de weergeefstift 31 moet worden verschoven. Bijvoorbeeld in het geval dat de weergeefstift 31 moet worden verschoven naar de binnenzijde van de schijf, wordt de schakelaar 90 omgeschakeld zodanig dat de uitgangsverschuivingsimpulsen van het optelorgaan 88 worden overgedragen via de schakelaar 90. In het geval dat de weergeef-30 stift moet worden verschoven naar de buitenomtrek van de schijf, wordt de schakelaar 90 omgeschakeld zodanig dat de uitgangsverschuivingsimpulsen van het optelorgaan 89 worden overgedragen via de schakelaar 90. In elk van deze gevallen worden de uitgangsverschuivingsimpulsen gevoerd via een uitgangsklem 91 en geleverd aan de 35 bovenbeschreven aandrijfversterker 89.
. '.
* i 800 2 6 45 16
Deze verschuivingsimpulsen worden aldus gepasseerd door de aandrijf versterker 69 en geleverd aan de spoel 37 voor volgwerking van het signaalopneemorgaan 14. De verschuivings-impuls heeft een frequentie hoger dan de frequentie 60 Hz van een 5 beeld van het videosignaal. Aldus wordt de weergeefstift 31 ver schoven naar opvolgend naburige baanomwentelingen met een snelheid van een baanomwenteling voor elk toevoeren van een verschui-vingsimpuls nadat de weergeefstift 31 een deel kleiner dan het baandeel overeenkomend met een beeld van de videobaan weergeeft.
10 Aangezien de frequentie van cyclische herhaling van de verschui vingsimpulsen overeenkomt met de oscillatorfrequentie van de spanningsgeregelde oscillator 77, wordt de weergeeftstift 31 verschoven naar opvolgend naburige baanomwentelingen met een herha-lingsfrequentie in overeenstemming met de hoeveelheid afwijking 15 van de stift 31 en de vrijdragende hefboom vanaf de neutrale stand.
Aldus volgt de weergeefstift 31 gedeeltelijke elke baanomwenteling wanneer hij een volgregeling heeft in overeenstemming met de toevoersnelheid in de radiale richting van de schijf, van de wagen 15 aangedreven door de motor 19 en het 20 signaalopneemorgaan 14 en wordt tegelijk verschoven naar opvol gende naburige baanomwentelingen, dus volgend met betrekking tot de toevoerbeweging van de wagen 15 en het signaalopneemorgaan 14.
Bij deze werking voert tegelijk met het verschui-25 ven van de weergeefstift 31 vanaf een baanomwenteling naar de volgende baanomwenteling tengevolge van het opwekken van een verschuivingsimpuls, de poortschakelketen 61 het schakelen uit tengevolge van een poortschakelimpuls. Om deze reden worden, ofschoon de linker en rechterzijstanden van de hulpsignalen fpl 30 en fp2 voor elke baanomwenteling worden omgewisseld elke keer dat de weergeefstift 31 over een baanomwenteling is verschoven, deze hulpsignalen fpl en fp2 omgewisseld en toegevoerd op de normale wijze naar de detectieketens 65 en 66 vanwege het bovenbeschreven schakelen.
35 Wanneerhet speciaal gewenste beeld wordt bereikt <1 800 2 6 45 17 wanneer de bedieningspersoon het beeld waarneemt dat wordt weergegeven door de weergeefstift 31, laat de bedieningspersoon de hoge-snelheidsweergeefknop van de werkregelsectie 50 los, waarna de signaalopneeminrichting 14 zijn toevoerloop stopt op die plaats 5 of normale weergave uitvoert vanaf die plaats. Aangezien de weergeef stift 31 in de toestand van volgingsregeling gedeeltelijk elke baanomwenteling weergeeft op tijdstippen anders dan de tijdstippen wanneer hij wordt verschoven naar een naburige baanomwenteling, wordt een hoge-snelheidsweergeefbeeld van goede kwaliteit verkregen 10 zonder beeldverstoring.
In een interval van 0,2-0,3 millisec. waarin de weergeefstift 31 is verschoven naar een naburige baanomwenteling, wordt ruis opgewekt. Aangezien echter de plaats waarnaar de stift 31 is verschoven, niet steeds een bepaalde plaats op elke 15 baanomwenteling is, maar een plaats, bepaald in overeenstemming met de oscillatorfrequentie van de spanningsbestuurde oscillator 77, wordt de bovengenoemde ruis niet steeds opgewekt op een speciale plaats, maar is onregelmatig op het weergegeven beeld. Ofschoon daarom de kwantiteit van het weergegeven beeld iets minder 20 is als geheel dan die van het beeld op het tijdstip van normale weergave, verschijnt de ruis niet steeds sterk op enige speciale plaats en is daarom niet speciaal in het oog lopend.
De tweede uitvoeringsvorm van het hoge-snelheids-weergeefstelsel volgens de uitvinding zal nu worden beschreven 25 aan de hand van fig. 11 en 12. In fig. 11 zijn onderdelen, welke dezelfde zijn als in fig. 4, aangegeven met dezelfde verwijzings-cijfers. Toelichting van die zelfde onderdelen wordt hierna weggelaten.
Bij dit stelsel wordt het volgregelsignaal, 30 geleverd als uitgang uit de aandrijfversterker 69, toegevoerd naar de spoel 37 voor het doen volgen van het genoemde signaalop-neemorgaan 14 en tegelijkertijd wordt het toegevoerd naar een laag doorlaatfilter 102. Dit laag doorlaatfilter 102 filtert de gelijkspanningscomponent uit het volgregelsignaal vanuit de aan-35 drijfversterker 69 evenals het laag doorlaatfilter 72 in de zoek- Q 800 2 6 45 18 signaalopwekketen 63 van de bovenbeschreven eerste uitvoering van de uitvinding. Deze gelijkspanningscomponent aangegeven in fig.
6A en 6B, is een signaal aansprekend op de hoeveelheid en richting van de afwijking van de vrijdragende hefboom 33 en de weergeef-5 stift 31 vanuit de neutrale stand.
Het uitgangsig-naal van het laag doorlaafcfilter 102 wordt versterkt door een motoraandrijf·versterker 103 en dan geleverd aan de motor 19, waardoor de rotatiesnelheid daarvan wordt geregeld. In het geval dat de vrijdragende hefboom 33 afwijkt 10 overeenkomstig de getrokken lijn in fig. 6A en 6B vanuit de neutrale stand aangegeven met een stippellijn, wordt de rotatie van de motor 19 zo geregeld dat de wagen 15 en het signaalopneem-orgaan 14 worden toegevoerd op een wijze dat deze afwijking tot nul wordt verminderd, dat wil zeggen dat de vrijdragende hefboom 15 33 wordt hersteld in de neutrale stand. Deze regellus is in detail beschreven in de Nederlandse octrooiaanvrage 78.12602 van 28 december 1978.
Een zoeksignaalopwekketen 101 van een uitvoering volgens fig. 12 bijvoorbeeld wordt gebruikt in het stelsel van de 20 onderhavige uitvoering van de uitvinding. Op het tijdstip van normale weergave wordt de knop 112 van een variabele weerstand 111 gehouden in een hoekstand, waar zijn wijzermarkering 113 op een lijn is met het nulpunt van een aanwijsschaalplaat 114 en geen uitgangssignaal wordt geleverd door de zoeksignaalopwekketen 101.
25 Voor hoge-snelheidsweergave bijvoorbeeld in het geval dat het signaalopneemorgaan 14 binnenwaarts moet worden gevoerd vanaf de buitenomtrek van de schijf, wordt de knop 112 zo gedraaid dat de wijzermarkering 113 is gericht naar een plaats tussen "O" en "A” op de aanwijsschaalplaat 114. In het geval dat 30 het signaalopneemorgaan 14 moet worden gevoerd buitenwaarts vanaf het binnengedeelte van de schijf naar de buitenomtrek daarvan, wordt de wijzermarkering 113 geplaatst tussen "O" en "B". Samen met de rotatie van de knop 112 schuift een schuifcontact 115 van de variabele weerstand 111 als een geheel over een weerstandscon-35 structie 116, aan zijn twee einden respectievelijk verbonden met de 1 800 2 6 45 19 positieve en negatieve spanningsbronnen.
Een positieve of negatieve spanning van een waarde overeenkomend met de plaats, waar het schuifcontact 115 aldus is geplaatst op fle weerstandsconstructie 116, wordt daardoor 5 uitgevoerd via het schuifcontact 115 en aangelegd aan een absolute- waardeversterker 117 en een richtingsdetector 119. De absolute waarde van de positieve of negatieve spanning, welke wordt uitgevoerd, neemt toe met de afwijkingshoek van de wijzermarkering 113 vanaf de aanwijzing "0". De absolute-waardeversterker 117 ver-10 sterkt de absolute waarde van de spanning, daaraan toegevoerd, en levert deze aan een spanningsgeregelde oscillator 118. Deze oscillator 118 levert dan als uitgang een signaal met een frequentie aansprekend op de daaraan toegevoerd spanning. Dit uitgangs-oscillatorsignaal met een golfvorm als in fig. 10 (A) wordt 15 geleverd via een klem 119 naar de regelimpulsopwekketen 62.
De richtingsdetector 120 maakt onderscheidt bij de polariteit (positief of negatief) van de spanning, daaraan toegevoerd, en levert als uitgang een polariteitsdiscriminatie-signaal, dat wordt geleverd via een klem 121 naar de regelimpuls-20 opwekketen 62. In de regelimpulsopwekketen 62 van fig. 9 wordt de schakelaar 90 omgeschakeld in omgeschakelde toestand tengevolge van dit polariteitsdiscriminatiesignaal.
Wanneer dus de knop 112 wordt gedraaid, worden verschuivingsimpulsen met een herhalingsfrequentie of impulsher-25 halingsfrequentie en een polariteit overeenkomend met de hoek en richting van de rotatie van de knop 112 opgewekt door de regelimpulsopwekketen 62 en geleverd aan de aandrijfversterker 69.
Aldus wordt als resultaat van het draaien van de knop 112 de weergeefstift 31 in het signaalopneemorgaan 14 gedwongen verschoven naar een naburige baanomwenteling met een baanomwenteling elke 30 keer dat een van deze verschuivingsimpulsen wordt toegevoerd.
Wanneer echter de weergeefstift 31 aldus wordt verschoven en afwijkt van de neutrale stand zoals aangegeven in fig. 6A en 6B, wordt een gelijkspanningscomponent overeen-35 komstig de hoeveelheid en richting van deze afwijking verkregen v » 80 0 2 6 45 3, 20 uit het laagdoorlaatfilter 102. Aldus wordt de rotatie van de motor 19, waaraan deze uitgang wordt toegevoerd, zo geregeld dat de wagen 15 en het signaalopneemorgaan 14 worden toegevoerd op een wijze voor het volgen van het verschuiven van de stift 31 en daardoor de op-5 volgend verschoven stift 31 en de vrijdragende arm 33 te handhaven in de neutrale stand.
Daarom wordt in deze tweede uitvoeringsvorm van de uitvinding de weergeefstift 31 opvolgend verschoven en overgedragen van baanomwenteling naar naburige baanomwenteling in een 10 volgingsregeltoestand en het signaalopneem-orgaan 14 wordt toege voerd op een wijze om deze beweging te volgen met het resultaat, dat een goed hoge-snelheidsbeeld wordt verkregen overeenkomstig als bij de eerste uitvoeringsvorm van de uitvinding. Wanneer, als de bedieningspersoon het hoge-snelheidsweergeefbeeld waarneemt, 15 het speciale beeld is opgezocht, draait hij de knop 112 teneinde de wijzermarkering 113 te brengen tot samenvalling met de aanwijzing "O”.
Opgemerkt wordt, dat de uitvinding niet is beperkt tot de beschreven uitvoeringen, doch dat wijzigingen binnen 20 het kader van de uitvinding mogelijk zijn.
0 \ v 800 2 6 45
Claims (8)
1. Weergeefstelsel voor hoge snelheid in een inrichting voor het weergeven van signalen vanaf een roterend registratiemedium met een informatiesignaal geregistreerd in de 5 baan gevormd daarop volgens een spiraalvormige of een concen trische cirkelvormige baan en met referentiesignalen geregistreerd daarop in relatie met de informatiesignaalbaan, waarbij het hoge^-snelheidsweergeefstelsel is voorzien van een weer-geefomzetter met een weergeefelement voor het weergeven van het 10 informatiesignaal en de referentiesignalen geregistreerd op het roterende registratiemedium, en volgingsregelorganen voor het uitvoeren van volgingsregeling zodanig dat het weergeefelement de informatiesignaalbaan volgt, een toevoerorgaan voor het toevoeren van de weergeefomzetter in een toevoerloop over het rote-15 rende registratiemedium, met omzetterbeweging in de radiale richting daarvan, organen voor het leveren van een volgings-regelsignaal tengevolge van de referentiesignalen weergegeven door de weergeefomzetter en voor het leveren van het volgings-regelsignaal naar de volgingsregelorganen, met het kenmerk, dat 20 een verschuivingsimpulsopwekorgaan (63, 101, 62) aanwezig is voor het opwekken van een reeks van verschuivingsimpulsen met een gewenste herhalingsfrequentie en voor het leveren van de verschuivingsimpulsen aan de volgingsregelorganen, waarbij het weergeefelement wordt verschoven met een hoge snelheid voor het 25 volgen van een naburige baan opeenvolgend elke keer wanneer de verschuivingsimpuls wordt geleverd aan de volgingsregelorganen.
2. Stelsel volgens conclusie 1, waarbij het informatiesignaal een videosignaal is dat bestaat uit beeldsig-nalen, met het kenmerk, dat de verstuivingsimpuls een frequentie 30 heeft welke hoger is dan de frequentie van het beeldsignaal.
3. Stelsel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de verschuivingsimpulsopwekorganen (63, 62) zijn voorzien van een oscillatororgaan (77) met variabele frequentie voor het leveren van een oscillatorsignaal met een frequentie welke wordt 35 gevarieerd tengevolge van de daaraan toegevoerde spanning, en \ 8 0 0 2 6 45 organen (86-89) voor golfvorming van het uitgangsoscillatorsignaal van de oscillatororganen tot de verschuivingsimpulsen.
4. Stelsel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat is voorzien in het aandrijven van de toevoerorganen, zodanig 5 dat de weergeefomzetter wordt toegevoerd met een snelheid hoger dan de normale snelheid waarbij de weergeefomzetter wordt toegevoerd bij elke baanspoed bij elke omwenteling van het roterende registratiemedium en de verschuiAingsimpulsopwekorganen (63, 62) zijn voorzien van organen (72) voor het afleiden van een gelijkspannings-10 component van het volgingsregelsignaal, organen (77) voor het oscilleren van een signaal met een frequentie variërend tengevolge van de daaraan toegevoerde gelijkspanningscomponent, en organen (86-89) voor het vormen van de reeks van verschuivingsimpulsen met de herhalingsfrequentie tengevolge van de frequentie van het uitgangs-15 signaal van de oscillatororganen daaraan toegevoerd.
5. Stelsel volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de verschuivingsimpulsopwekorganen zijn voorzien van een niet-omkeerversterker (74) voor het versterken van de afgeleide gelijkspanningscomponent in een niet-omgekeerde toestand, een omkeer- 20 versterker (75) voor het versterken van de afgeleide gelijkspanningscomponent in een omgekeerde toestand en een schakelorgaan (76) voor het selectief toevoeren van de uitgang van de niet-omkeerversterker en de uitgang van de omkeerversterker aan de oscillatororganen in een selectief geschakelde toestand tengevolge van een toevoer-25 richting van de weergeefomzetter op het roterende registratiemedium.
6. Stelsel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat organen (102) aanwezig zijn voor het afleiden van een gelijkspanningscomponent van het volgingsregelsignaal en organen (103) 30 voor het regelen van de toevoerorganen zodanig dat de weergeefomzetter wordt toegevoerd met een snelheid aansprekend op de afgeleide gelijkspanningscomponent en de verschuivingsimpulsopwekorganen zijn voorzien van organen (11) voor het leveren van een variabele spanning met een gewenste polariteit en waarde, organen (118) voor oscilleren van een signaal met een frequentie variërend tengevolge 4i" % S 800 2 δ 45 * ·*·» van de variabele daaraan aangelegde spanning, en organen (86-89) voor het vormen van de reeks van verschuivingsimpulsen met de herhalingsfrequentie tengevolge van de frequentie van het uitgangssignaal van de oscillatororganen daaraan toegevoerd.
7. Stelsel volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de variabele spanningstoevoerorganen (+, -) bestaan uit een positieve en negatieve spanningsbron, een variabele weerstand (111) verbonden met de spanningsbronnen en een knop (112) voor het variëren van de weerstandswaarde van de variabele weerstand, 10 terwijl de verschuivingsimpulsopwekorganen zijn voorzien van organen (120) voor discriminatie van de polariteit van de spanning uit de variabele weerstand en voor het vormen van de verschuivingsimpulsen met een polariteit aansprekend op de uitgang van de discriminatororganen.
8. Inrichting in hoofdzaak zoals beschreven in de beschrijving en/of weergegeven in de tekening. y j 800 2 6 45 • -ty- -:-------( Verbetering van errata in de beschrijving behorende bij de octrooiaanvrage nr. 80.02645 Ned. voorgesteld door aanvrager d.d. 12 juni 1980 j i t Op blz. 5, regel 1 moet ",een" worden vervangen door "en de stift wordt verschoven één keer gedurende elke vertikale onderdrukkings-periode, een voorwaartse". Op pag. 8, regels 12 en 13 moet "De wagenbeweging ---- draaitafel" worden geschrapt". , Op pag. 11 moeten regels 21 en 22 worden vervangen door: "schakelt de poortschakelketen 61 afwisselend de verbindingen van de niveau-insteller 59 en een detectieketen 65 en de niveau-insteller 60 en een detectieketen 66, en de verbindingen van de , 't niveau-insteller 59 en de detectieketen 66 en de niveau-insteller 60 en de detectieketen 65". ! i i i \ : I ADD/TB V/ I r **,*·*- " i ! : ; 8 0 0 2 6 4 5 \
Applications Claiming Priority (4)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
JP5572379A JPS55150162A (en) | 1979-05-09 | 1979-05-09 | High-speed retrieval system for video information content of video disk |
JP5572379 | 1979-05-09 | ||
JP6796779A JPS55160369A (en) | 1979-05-31 | 1979-05-31 | High-speed search system for video information contents on video disk |
JP6796779 | 1979-05-31 |
Publications (3)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8002645A true NL8002645A (nl) | 1980-11-11 |
NL183426B NL183426B (nl) | 1988-05-16 |
NL183426C NL183426C (nl) | 1988-10-17 |
Family
ID=26396622
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NLAANVRAGE8002645,A NL183426C (nl) | 1979-05-09 | 1980-05-08 | Weergeefstelsel voor hoge snelheid in een inrichting om informatiesignalen weer te geven, die op een roterend registratiemedium zijn geregistreerd. |
Country Status (5)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US4322748A (nl) |
DE (1) | DE3017280C2 (nl) |
FR (1) | FR2456363B1 (nl) |
GB (1) | GB2055237B (nl) |
NL (1) | NL183426C (nl) |
Families Citing this family (14)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US4310914A (en) * | 1979-10-18 | 1982-01-12 | Rca Corporation | Skipper-assisted active search |
JPS56132073A (en) * | 1980-03-21 | 1981-10-16 | Victor Co Of Japan Ltd | Reproducing device for disc-form information recording medium |
JPS56134359A (en) * | 1980-03-22 | 1981-10-21 | Victor Co Of Japan Ltd | Driving circuit of feeder direct current motor |
JPS5728483A (en) * | 1980-07-28 | 1982-02-16 | Victor Co Of Japan Ltd | Playback device for disc shape information recording medium |
JPS5753880A (en) * | 1980-09-12 | 1982-03-31 | Victor Co Of Japan Ltd | Detector of periodic signal |
JPS5755570A (en) * | 1980-09-22 | 1982-04-02 | Victor Co Of Japan Ltd | Tracking control circuit of rotary information recording medium reproducer |
JPS6051310B2 (ja) * | 1980-10-03 | 1985-11-13 | 日本ビクター株式会社 | 円盤状情報記録媒体のスロ−モ−シヨン再生方法 |
JPS5765966A (en) * | 1980-10-13 | 1982-04-21 | Victor Co Of Japan Ltd | Reproducing device for rotary information recording medium |
JPS57127970A (en) * | 1981-01-30 | 1982-08-09 | Victor Co Of Japan Ltd | Feed pulse generating circuit |
JPS57181430A (en) * | 1981-04-30 | 1982-11-08 | Sony Corp | Dad player |
US4803677A (en) * | 1985-06-28 | 1989-02-07 | Teac Corporation | Rotary recording medium having a guide track and recording and reproducing apparatus therefor |
JPH0777446B2 (ja) * | 1986-07-25 | 1995-08-16 | ソニー株式会社 | 静止画再生装置 |
US7522480B2 (en) * | 2001-01-25 | 2009-04-21 | Dphi Acquisitions, Inc. | Digital tracking servo system with multi-track seek with an acceleration clamp |
US7593300B2 (en) * | 2001-01-25 | 2009-09-22 | Dphi Acquisitions, Inc. | Digital tracking servo system with off-format detection |
Family Cites Families (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE2318871A1 (de) * | 1973-04-11 | 1974-11-07 | Ted Bildplatten | Wiedergabeeinrichtung fuer scheibenfoermige aufzeichnungstraeger |
US3911211A (en) * | 1974-04-17 | 1975-10-07 | Zenith Radio Corp | Stop frame for optical playback system |
NL7509906A (nl) * | 1975-08-21 | 1977-02-23 | Philips Nv | Inrichting voor het uitlezen van een schijfvor- mige registratiedrager. |
JPS5846781B2 (ja) * | 1976-10-14 | 1983-10-18 | 日本ビクター株式会社 | 回転記録媒体再生装置における信号トラツキング用カンチレバ−装置 |
JPS5460522A (en) * | 1977-10-24 | 1979-05-16 | Sony Corp | Reproducer |
-
1980
- 1980-05-06 DE DE3017280A patent/DE3017280C2/de not_active Expired
- 1980-05-08 US US06/148,014 patent/US4322748A/en not_active Expired - Lifetime
- 1980-05-08 NL NLAANVRAGE8002645,A patent/NL183426C/nl not_active IP Right Cessation
- 1980-05-09 FR FR8010503A patent/FR2456363B1/fr not_active Expired
- 1980-05-09 GB GB8015499A patent/GB2055237B/en not_active Expired
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
DE3017280C2 (de) | 1986-02-20 |
FR2456363B1 (fr) | 1988-08-26 |
FR2456363A1 (fr) | 1980-12-05 |
NL183426B (nl) | 1988-05-16 |
DE3017280A1 (de) | 1980-11-27 |
GB2055237A (en) | 1981-02-25 |
US4322748A (en) | 1982-03-30 |
GB2055237B (en) | 1983-11-23 |
NL183426C (nl) | 1988-10-17 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL8007045A (nl) | Rotatieregelstelsel in een weergeefinrichting voor een roterend registratiemedium. | |
US4315283A (en) | High density recording system using side-by-side information and servo tracks | |
NL8002645A (nl) | Weergeefstelsel voor hoge snelheid in een inrichting voor het weergeven van informatiesignalen geregistreerd op een roterend registratiemedium. | |
US4247741A (en) | Reproducing transducer feeding device in a rotary recording medium reproducing apparatus | |
NL8103542A (nl) | Weergeefinrichting voor een roterend registratiemedium geschikt voor het uitvoeren van speciale weergave. | |
GB2108720A (en) | Method of searching address signal on video and/or audio disc | |
CA1052005A (en) | Stop frame for optical playback system | |
NL8005930A (nl) | Koppositioneringssignaalgenerator. | |
US4472795A (en) | Periodical signal detection circuit within a variable window length | |
US4426692A (en) | Rotary recording medium having an improved three frequency pickup tracking control and reproducing apparatus therefor | |
US4499505A (en) | Apparatus for playing back video signals recorded on a rotary recording medium on several quasi-slow motion reproduction modes | |
NL192645C (nl) | Inrichting voor het weergeven van op een schijfvormige plaat opgenomen digitale signalen. | |
GB2062901A (en) | Tracking servo system of recording-disc information recording and reproducing apparatus | |
EP0145787A1 (en) | Apparatus for controlling tracking of recorded disc reproduction device | |
US4428003A (en) | Periodical signal detection circuit in a reproducing apparatus | |
US5051972A (en) | Track accessing control apparatus having a high-pass filter for extracting a tracking signal | |
US4845572A (en) | Multiplied-speed reproducing system in information reproducing apparatus | |
US4432021A (en) | Rotary recording medium reproducing apparatus | |
US4544957A (en) | Time base correction apparatus | |
JPS6313262B2 (nl) | ||
GB2210997A (en) | Linear motor drive for pickup | |
US4470078A (en) | Pulse driven control circuit for moving a transducer across a rotary recording medium of pulses applied thereto | |
US4408312A (en) | Rotary recording medium reproducing apparatus with a tracking control defeating circuit for rapid track access | |
US4404599A (en) | Laser recording information and pilot signals for tracking on a grooveless recording | |
US4370740A (en) | Rotary recording medium |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A1A | A request for search or an international-type search has been filed | ||
BB | A search report has been drawn up | ||
BC | A request for examination has been filed | ||
A85 | Still pending on 85-01-01 | ||
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 19981201 |