NL8002307A - Koffiemachine. - Google Patents
Koffiemachine. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8002307A NL8002307A NL8002307A NL8002307A NL8002307A NL 8002307 A NL8002307 A NL 8002307A NL 8002307 A NL8002307 A NL 8002307A NL 8002307 A NL8002307 A NL 8002307A NL 8002307 A NL8002307 A NL 8002307A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- coffee machine
- water
- machine according
- water reservoir
- reservoir
- Prior art date
Links
- XLYOFNOQVPJJNP-UHFFFAOYSA-N water Substances O XLYOFNOQVPJJNP-UHFFFAOYSA-N 0.000 claims description 143
- 238000002360 preparation method Methods 0.000 claims description 61
- 238000010438 heat treatment Methods 0.000 claims description 57
- 239000013505 freshwater Substances 0.000 claims description 20
- 235000013361 beverage Nutrition 0.000 claims description 10
- 238000010411 cooking Methods 0.000 claims description 6
- 230000036962 time dependent Effects 0.000 claims description 5
- 238000013022 venting Methods 0.000 claims description 5
- 230000001419 dependent effect Effects 0.000 claims description 3
- 230000002431 foraging effect Effects 0.000 claims 1
- 238000009304 pastoral farming Methods 0.000 claims 1
- 238000010276 construction Methods 0.000 description 4
- 238000000034 method Methods 0.000 description 4
- 239000000843 powder Substances 0.000 description 4
- 238000009835 boiling Methods 0.000 description 3
- 238000005485 electric heating Methods 0.000 description 2
- 238000001704 evaporation Methods 0.000 description 2
- 230000002349 favourable effect Effects 0.000 description 2
- 239000000126 substance Substances 0.000 description 2
- 238000012360 testing method Methods 0.000 description 2
- 230000002411 adverse Effects 0.000 description 1
- 230000015572 biosynthetic process Effects 0.000 description 1
- 238000013124 brewing process Methods 0.000 description 1
- 238000004140 cleaning Methods 0.000 description 1
- 238000004891 communication Methods 0.000 description 1
- 230000003247 decreasing effect Effects 0.000 description 1
- 238000001035 drying Methods 0.000 description 1
- 230000000694 effects Effects 0.000 description 1
- 230000008030 elimination Effects 0.000 description 1
- 238000003379 elimination reaction Methods 0.000 description 1
- 230000008020 evaporation Effects 0.000 description 1
- 239000008267 milk Substances 0.000 description 1
- 210000004080 milk Anatomy 0.000 description 1
- 235000013336 milk Nutrition 0.000 description 1
- 238000013021 overheating Methods 0.000 description 1
- 230000002028 premature Effects 0.000 description 1
- 239000008237 rinsing water Substances 0.000 description 1
- 238000011144 upstream manufacturing Methods 0.000 description 1
- 238000009423 ventilation Methods 0.000 description 1
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A47—FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
- A47J—KITCHEN EQUIPMENT; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; APPARATUS FOR MAKING BEVERAGES
- A47J31/00—Apparatus for making beverages
- A47J31/44—Parts or details or accessories of beverage-making apparatus
- A47J31/54—Water boiling vessels in beverage making machines
- A47J31/56—Water boiling vessels in beverage making machines having water-level controls; having temperature controls
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A47—FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
- A47J—KITCHEN EQUIPMENT; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; APPARATUS FOR MAKING BEVERAGES
- A47J31/00—Apparatus for making beverages
- A47J31/40—Beverage-making apparatus with dispensing means for adding a measured quantity of ingredients, e.g. coffee, water, sugar, cocoa, milk, tea
- A47J31/402—Liquid dosing devices
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Food Science & Technology (AREA)
- Apparatus For Making Beverages (AREA)
Description
\ N.O. 29.010 Koff i emachine
Be uitvinding heeft betrekking op een koffiemachine voor het door broeien of trekken bereiden van drank met een met vers water te vullen bereidingswaterreservoir, ten minste een verwarmings-inrichting voor de reservoirinhoud, een uitvoerleiding voor het 5 bereidingswater en een opluchtingsleiding, die een door middel van een stuurinrichting te openen en te sluiten ontluchtingsventiel bevat, waarbij de afgifte van het bereidingswater begint bij een temperatuur onder 100°C door drukverhoging in het bereidingswaterreservoir onder sluiten van het ontluchtingsventiel.
10 Br is reeds een koffiemachine van dit type bekend (zie het
Buitse Auslegeschrift 1.579·481)» waarbij in de ontluchtingsleiding zowel een op druk instelbaar veiligeheidsventiel is ingebouwd alsook een elektrisch bestuurde sluitinrichting aan het einde van de ontluchtingsleiding. Heeft in het van onderaf verwarmde bereidings-15 waterreservoir de inhoud de voorafbepaalde bereidingstemperatuur onder 100°C bereikt, dan wordt de verwarming uitgeschakeld. Tegelijkertijd wordt de tot dan toe geopende ontluchtingsopening gesloten en wordt een pomp ingeschakeld die gedeeltelijk gebruikmakend van de daarbuiten gesloten ontluchtingsleiding perslucht 20 toevoert in het bereidingswaterreservoir. Be door het veiligheidsventiel naar boven begrensde druk perst het hete bereidingswater via de afgifteleiding naar een broei- of trekeenheid. Bij deze koffiemachine is geen oververwarming van het bereidingswater noodzakelijk. Het bereidingswater bezit echter tijdens het gehele bereidings-25 proces de voorafbepaalde hoogste temperatuur, hetgeen niet leidt tot een optimale koffiekwaliteit, Be afgiftedruk wordt geleverd door een eigen pomp, waardoor de opbouw en het bedrijf van de koffiemachine omslachtig wordt. Een verder nadeel is gelegen in het feit dat er geen stoom voor het verwarmen van melk of iets dergelijks 50 ter beschikking staat en ook aan het einde van het bereidingsproces er geen, een koffiepoeder drogende stoomdoorstroming plaatsvindt.
Terder is een koffiemachine uit het Buitse Auslegeschrift I.OI3.846 bekend, waarbij de verwarmingsinrichting bestaat uit een in het bereidingsreservoir in de nabijheid van de bodem aangebracht 35 elektrisch verwarmingslichaam. Het ontluchtingsventiel ervan bezit een stuurinrichting die het ontluchtingsventiel bij het openen van een watertoestroomventiel opent en bij het sluiten van het watertoe-stroomventiel eveneens sluit. Aansluitend kan met de hand de verwar- 800 23 07 2 ming worden ingeschakeld. Bij het afschakelen van de verwarming opent de stuurinrichting eveneens het ontluchtingsventiel. Bij deze koffiemachine vindt de afgifte van bereidingswater plaats door de in het bereidingsreservoir opgebouwde dampdruk. Het bereidingswater 5 heeft dan minstens een temperatuur van 100°C. Dergelijk heet water maakt te veel bittere stoffen los uit het koffiepoeder.· Het aroma van de gezette koffie lijdt daaronder. Dit nadeel heeft de beschreven koffiemachine gemeenschappelijk met een aantal koffiemachines die voorzien zijn van een niet gestuurd zelfstandig ontluchtings-10 ventiel, dat door de dampdruk in het bereidingswaterreservoir wordt gesloten voordat het bereidingswater wordt uitgeperst. Ook dit proces vergt het bereiden met een te hoge watertemperatuur.
Ben verdere koffiemachine met een gestuurd ontluchtingsventiel is bekend uit het Amerikaanse octrooischrift 2.647»342. Het ontluch-15 tingsventiel bevindt zich in een ontluchtingsleiding van een doseer-reservoir dat niet voorzien is van een eigen verwarming. Het wordt daarentegen met de telkens door het bereidingsproees noodzakelijke hoeveelheid heet water gevuld vanuit een heetwaterketel. De vulgraad wordt op gebruikelijke wijze geregeld door niveau-elektroden. Zolang 20 er heet water in de doseerruimte stroomt is het ontluchtingsventiel geopend zodat er in het doseerreservoir geen druk opgebouwd kan worden en voortijdig bereidingswater kan worden afgegeven.
Aan het einde van het doseerproces wanneer de watertoevoer wordt geblokkeerd wordt het ontluchtingsventiel gesloten. Vanaf dit 25 tijdstip wordt vanuit de heetwaterketel via een stoomleiding stoom toegevoerd naar het doseerreservoir waardoor het gedoseerde water naar de broei-eenheid wordt geperst. Deze bekende koffiemachine is omslachtig van opbouw, omdat ze naast de heetwaterketel een doseerreservoir nodig heeft. Verder wordt bij deze koffiemachine de 30 koffie bereidt met water dat langere tijd op de bereidingstempera-tuur voorradig is gehouden. Dat heeft een ongunstige invloed op de koffiekwaliteit.
De uitvinding heeft nu ten doel een koffiemachine van m de aanhef beschreven soort, waarbij de bereidingstemperatuur ten minste 35 aan het begin van het bereidingsproees onder 100°C ligt, na opbouw te vereenvoudigen.
Aan deze doelstelling wordt bij een koffiemachine van de in de aanhef genoemde soort voldaan, doordat de verwarmingsinrichting aan of in het bereidingswaterreservoir ten minste gedeeltelijk 40 tot aan het hoogste voorafbepaalde vulniveau vanuit het reservoir 800 23 07 4... + 3 reikt en/of boven het vulniveau is geplaatst en de stuurinrichting voor het ontluchtingsventiel dit ventiel tijdsafhankelijk en/of temperatuursafhankelijk sluit.
De in het gebied van het wateroppervlak aanwezige verwarmings-5 inrichting zorgt ervoor dat reeds bij lage temperaturen ver onder het kookpunt aan het oppervlak een verdamping begint. Deze geringe damphoeveelheid is bij gesloten ontluchtingsventiel samen met de eveneens verwarmde lucht boven de waterspiegel voldoende om een druk op te wekken die voor afgifte van het bereidingswater voldoende 10 is. Het is gebleken dat een bereidingsbegin bij watertemperaturen van ongeveer 60°C leidt tot een bijzonder goede koffiekwaliteit. Belangrijk voor het begin van het bereidingsproces is de sturing van het ontluchtingsventiel. Deze sturing kan op op zichzelf bekende wijze afhankelijk van de watertemperatuur, bijzonder 15 gunstig echter tijdsafhankelijk plaatsvinden uitgaande van het sluiten van de watertoevoer. Het bereidingsbegin wordt daarmee in hoge mate door het ontluchtingsventiel geregeld. De eenvoud in de opbouw wordt bereikt door het wegvallen van een afzonderlijke drukbron.
20 Verder heeft de uitvinding ten doel de bereidingswatertempe-ratuur tijdens het bereidingsproces zodanig te sturen dat ze vanaf een beneden 100°C liggende begintemperatuur toeneemt tot aan het einde van het bereidingsproces.
Dit wordt op eenvoudige wijze bereikt doordat tijdens de 25 afgifte van het bereidingswater de warmtetoevoer van de verwarmings-inrichting in stand blijft.
De temperatuurstijging uitgaande van het bereidingsbegin onder 100°C, bij voorkeur bij ongeveer 60°C, ontstaat vanzelf wanneer de afnemende inhoud van het bereidingswaterreservoir continu 50 verder wordt verwarmd. Daarbij kan de verwarming plaatsvinden door een ingeschakelde verwarmingsinrichting of door de in een verwar-mingsinrichting opgeborgen warmte. De continue stijging van de bereidingwatertemperatuur leidt tot een bijzonder goede koffie-4 kwaliteit zonder dat ongewenste bittere stoffen uit het koffie- 35 poeder worden vrijgemaakt. Nagenoeg tijdens het gehele bereidingsproces bestaat het afgegeven medium voor het grootste deel uit lucht en slechts van een klein deel uit stoom, hetgeen eveneens belangrijk is voor de koffiekwaliteit. Aan het einde van het bereidingsproces staat door verdampen van het restwater voldoende 40 stoom ter beschikking om het koffiepoeder te drogen.
800 2 3 07 4
Bij voorkeur kan de besturing van de verswatertoevoer die op zijn beurt op gebruikelijke wijze samenwerkt met een doseerelek-trode of iets dergelijks, de tijdafstand voor het sluiten van het ontluchtingsventiel afhankelijk van de vulgraad van het bereidings-5 waterreservoir regelen.
De inrichting voor het verwarmen kan binnen het bereidings-waterreservoir bestaan uit een ongeveer hoekvormig verwarmings-lichaam met een aim nabij de bodem van het reservoir en een in naar boven toe verlopende, zich tot boven het bovenste vulniveau 10 uit strekkende arm. In deze vorm kan de verwarming qua opbouw bijzonder eenvoudig worden uitgevoerd en worden gemonteerd.
Bij een andere uitvoeringsvorm omgeeft de verwarmingsinrich-ting het bereidingswaterreservoir ten minste in het wandgebied nabij de bodem tot boven het hoogst voorafbepaalde vulniveau. Bij 15 beide uitvoeringsvormen draagt het bovenste gedeelte van de verwarming niet alleen bij aan de verwarming van het wateroppervlak en daarmee aan het opwekken van de gewenste geringe hoeveelheid stoom of damp, maar ook aan het verwarmen van de luchthoeveelheid boven de waterspiegel, en daarmee het opwekken van de afgiftedruk.
20 Hetzelfde geldt voor een uitvoeringsvorm waarbij de verwarmings-inrichting het bereidingswaterreservoir aan de wand omgeeft ten minste ter hoogte van het voorafbepaalde hoogste vulniveau. Een bijzonder eenvoudige en effectieve verwarmingsinrichting in deze uitvoeringsvorm bestaat uit een verwarmbare stoomketel, welke 25 het bereidingwaterreservoir op de beschreven wijze omgeeft. Het voordeel van deze inrichting bestaat daarin, dat de zich in de heetwaterketel boven het wateroppervlak daarin vormende damp in elk geval het bovenste gebied van het bereidingswaterreservoir eveneens verwarmt, terwijl het onderste gebied door het daaromheen 50 aanwezige hete water wordt verwarmd. De gehele luchtruimte van het bereidingswaterreservoir wordt dus eveneens snel en effectief verwarmd. De koffiemachine werkt op deze wijz bijzonder effectief. Een effectieve verwarming met de gewenste stoomvorming wordt ook bereikt bij uitvoeringsvormen waarbij het bereidingswaterreservoir 35 is gebouwd nabij een zijwand van de stoomketel en dus het grootste gedeelte van de wand ervan door de stoomketel wordt omgeven.
Het naar buiten toe vrije kleine gedeelte van de wand staat dan met voordeel ter beschikking voor het aanbrengen van de benodigde armaturen. Een verder voordeel is gelegen in het feit dat onafhanke-40 lijk van het plaatsvinden van bereidingsprocessen op elk moment 800 2 3 07 5 «* stoom en heet water voor andere doeleinden ter beschikking staan.
De inhoud van de stoomketel kan ook dienst doen voor het bereiden van een grotere koffievoorraad in een eigen broei-eenheid.
Met voordeel kan het bereidingswaterreservoir konisch van 5 boven naar beneden smaller worden. Bij kleine bereidingswaterhoe-veelheden, bijvoorbeeld voor het bereiden van een enkele kop, ontstaat daardoor een bijzonder gunstige verhouding van de warmte-overdragende wandoppervlakken ten opzichte van het volume.
Bij een verdere uitvoeringsvorm kan de verwarmingsinrichting 10 bestaan uit een op zichzelf bekende doorloopverwarmingseenheid in het gebied van de uitstroomleiding en een boven het hoogst mogelijke vulniveau aangebrachte verwarmbare verdamperschaal voor water. De voor de afgifte benodigde geringe stoomhoeveelheid wordt in het geval geleverd door de verdamperschaal.
15 üitvoeringsvoorbeelden van de uitvinding zijn weergegeven in de figuren.
Fig. 1 toont een schematische weergave van een koffiemachine volgens de uitvinding.
Tig. 2 toont schematisch een deel van een verdere uitvoerings-20 vorm.
Fig. 5 toont schematisch een deel van een andere uitvoeringsvorm.
Fig. 4 toont schematisch een deel van een andere uitvoeringsvorm.
25 Fig. 5 toont schematisch een deel van een andere uitvoeringsvorm.
Fig. 6 toont schematisch een deel van een verdere uitvoeringsvorm.
Fig. 7 toont schematisch een deel van een verdere uitvoerings-30 vorm.
Fig. 8 toont schematisch een deel van een verdere uitvoeringsvorm.
De in fig. 1 schematisch weergegeven koffiemachine voor het door middel van trekken bereiden van dranken is als geheel voorzien 35 van een met 1 aangegeven stoomketel. Yandaaraf voert een heetwater-leiding 2 via een heetwaterventiel 3 naar een als geheel met 4 aangegeven hoofdtrekeenheid voor een grotere voorraad koffie.
Deze is schematisch aangegeven met een broeiklok 4a en een opvangreservoir 4b. In de stoomketel 1 mondt een watertoevoer 5 nit. De 40 hoogte van de waterstand wordt naar keuze via elektroden 6 gecontro- ROO 2 3 07 6 leerd. Het water wordt door middel van een verwarmingselement 7 verwarmd, Yerder bezit de ketel 1 veiligheidsventielen 8, een manometer 9 en een drukregelaar 10, Een aftakleiding 2a van de heetwaterleiding 2 loopt naar een heetwaterkraan 11 en een stoom-5 leiding 12 loopt naar een stoomafneempunt 13· Het deze leidingen kan heet water respectievelijk stoom door middel van trekken of broeien bereiden van andere dranken, voor reinigingsdoeleinden of stoom voor het verwarmen van andere dranken worden afgenomen.
De stoomketel 1 doet dienst als verwarmingsinrichting voor een 10 in de vorm van ee:g4f zonderlijke kamer daarin aangebracht heetwaterreservoir 14. Dit reservoir is ten opzichte van de stoomketel 1 afgesloten. Z'n inhoud wordt echter door de warmte van de stoom respectievelijk van het hete water in de stoomketel verwarmd. In het heetwaterreservoir 14 mondt een verswatertoevoerleiding 15 uit 15 alsmede een ontluchtingsleiding 16 met een ontluchtingsventiel 17.
De ontluchtingsleiding 16 staat in verbinding met de buitenlucht.
Een afvoerleiding 18 loopt vanuit het heetwaterreservoir, waartoe zich in de nabijheid van de bodem de opening 18a van de leiding bevindt, naar een verdere drankbereidingseenheid 19. De verdere 20 drankbereidingseenheid 19 is in fig. 1 weergegeven met een broeiklok 20, een zeef 21 en een uitmondingsopening 22 voor de koffie.
De verdere drankbereidingseenheid 19 is bestemd voor het bereiden van koffie in kleine hoeveelheden, bijvoorbeeld in koppen 23 of kannetjes 24, die geplaatst kunnen worden op een schematisch aange-25 geven tableau 25 onder de verdere drankbereidingseenheid 19« Het drankbereidingsproces voor deze kleine koffiehoeveelheden uit vers toegevoerd en verwarmd water vindt als volgt plaats:
Yia een niet getoonde keuzetoets voor de koffiehoeveelheid, de kop of het kannetje, stroomt er vanuit de verswatertoevoer 15 30 water in het berédingswaterreservoir 14. Doseringsmogelijkheden voor de waterhoeveelheid worden in het volgende in samenhang met de uitvoer ingsvormen volgens de fig. 2 t/m 5 gesproken, in fig. 1 is dit ter wille van de overzichtelijkheid weggelaten. In dit stadium van het bereidingsproces is het ontluchtingsventiel 17 geopend. De uit 35 het verse water en de daarboven aanwezige lucht bestaande inhoud van het verwarmingsreservoir 14 wordt door de uit heet water en stoom bestaande inhoud van de stoomketel 1 verwarmd. De verwarmde lucht kan aanvankelijk door het ontluchtingsventiel 17 wegstromen.
Een stuurinrichting 26 voor het ontluchtingsventiel, die ge-40 koppeld is met de sturing voor de verswatertoevoer, sluit het ont- 800 23 07 ** 4 7 luchtingsventiel op een "voorafbepaald tijdstip na het sluiten van het ventiel 15a in de verswatertoevoer. Deze tijdsafstand is zodanig gekozen dat op z'n laatst op dit tijdstip dampbelletjes ontstaan aan het wateroppervlak, alhoewel het water dat niet de 5 kooktemperatuur heeft bereikt. De zich daarbij vormende geringe hoeveelheid stoom is voldoende om samen met de zich in de verwarmde lucht opbouwende druk het nu hete water door de heetwater-leiding 18 naar de verdere drankbereidingseenheid 19 te persen.
Tijdens het drankbereidingsproces neemt de temperatuur van het 10 water in het heetwaterreservoir 14 verder toe. Het tijdstip, waarop het ontluchtingsventiel sluit, en er dus een druk kan worden opgebouwd, bepaalt de temperatuur waarmee het eerste hete water vanuit het heetwaterreservoir wordt getransporteerd en bestuurt daarmee de kwaliteit en de aard van de gerede koffie. Gewenst is een start 15 van de bereiding bij een watertemperatuur van ongeveer 60°. In het kader van de uitvinding kan de stuurinrichting 26 voor het ontluchtingsventiel 17 in plaats van tijdafhankelijk ook afhankelijk van de temperatuur van het water in het heetwaterreservoir worden bestuurd. Hoe later het ontluchtingsventiel sluit, des te heter is 20 het eerste voor de bereiding gebruikte hete water.
De fig. 2 t/m 8 tonen andere uitvoeringsvormen van koffiemachines volgens de uitvinding, waarbij in principe telkens het heetwaterreservoir en de verwarmingsinrichting zijn getoond. Bij de fig. 2 t/m 5 bestaat de verwarmingsinrichting in overeenstemming 25 met fig. 1 eveneens uit een stoomketel.
In fig. 2 is het heetwaterreservoir 14' dusdanig in de stoomketel 1' aangebracht, dat een deel van zijn wand samenvalt met de buitenwand van de stoomketel 1'. De verswatertoevoer 15, de ontluchtingsleiding 16 en de uitstroomleiding 18 verlaten het 50 heetwaterreservoir 14’ in dit zijdelingse gebied. Voor het doseren van het verse water en daarmee van de te bereiden hoeveelheid koffie zijn in het heetwaterreservoir 14' vier elektroden 29 dusdanig boven elkaar aangebracht dat de hoogteverschillen ervan telkens overeenstemmen met de waterhoeveelheid voor één kop.
55 Daarmee is dus een dosering tussen één en vier koppen mogelijk.
]?ig. 5 toont een heetwaterreservoir 14", evenals in fig. 2 zijdelings in een stoomketel 1" gerangschikt, waarbij echter de verswatertoevoer 15» de ontluchtingsleiding 16 en de uitstroomleiding 18 dit heetwaterreservoir naar boven door de stoomketel 1" 40 heen verlaten. Het heetwaterreservoir 14" is voor de dosering voor- 800 2 3 07 8 zien van een waterpeilglas JO met een in koppen gemeten schaal. Het verswaterventiel 15a kan met de hand in overeenstemming met de waterstand geopend en gesloten worden. De stuurinrichting sluit het ontluchtingsventiel 17 afhankelijk van de watertemperatuur in 5 het heetwaterreservoir.
Fig. 4 toont een heetwaterreservoir 14"1 welke ongeveer op de wijze zoals getoond is in fig. 1 in het bovenste gedeelte van een stoomketel 1,M is geplaatst en waarvan de aansluitleidingen aan de bovenzijde in- respectievelijk uittreden. In het heetwater-10 reservoir 14"' zij elektroden 29 voor de dosering aangebracht zoals reeds bij fig. 2 werd beschreven. De stoomketel 1”' bezit een daarmee voorverwarmer 31, waardoor een sectie 15b van de verswatertoevoer 15 is geleid. Daarmee komt er in het heetwaterreservoir 14"’ reeds voorverwarmd vers water.
15 De in fig. 5 getoonde stoomketel 1"" bevat een heetwaterreservoir 14""» welke verloopt vanaf het bovenste gedeelte van de stoomketel tot in het inwendige daarvan waarbij het heetwaterreservoir vanaf de bovenzijde koniseh smaller wordt. Daardoor ontstaat voor waterhoeveelheden voor één of twee koppen een gunstiger verhouding 20 tussen het volume en de, de warmte-overdragende wandoppervlakken en daarmee naar verhouding kortere bereidingstijd. De doseer-elektroden 29 zijn in het heetwaterreservoir 14"" daarbij overeenkomstig op verschillende hoogte-afstanden geplaatst.
Bij de tot nu toe getoonde uitvoeringsvormen bestaat de ver-25 warmingsinrichting 1 telkens uit een, het heetwaterreservoir geheel of voor het grootste deel omgevende stoomketel, die behalve voor het verwarmen van een heetwaterreservoir voor kleinere hoeveelheden ook zelf voor het bereiden van een grotere voorraad uitgerust is met een eigen be reidingsinrichting. De in de fig. 6 t/m 8 schematisch 30 met hun heetwaterreservoir en de daar direct bijbehorende hulpmiddelen aangeduide koffiemachines bezitten een andere verwarmings-inrichting. Terwille van de overzichtelijkheid zijn voor de fig.
6 t/m 8 de referentiecijfers met 100 verhoogd.
Fig. 6 toont schematisch een heetwaterreservoir 114 met een vers-35 watertoevoer 115» waarin een ventiel 115a is opgenomen, met een ontlucht ingsleiding 116 en een ontluchtingsventiel 117 en een afvoer-leiding 118, welke leidt naar een broei-eenheid of trekeenheid 119.
De uitvoerleiding 118 is ter plaatse van het heetwaterreservoir 114 uitgevoerd als stijgbuis met een opening 118a in de nabijheid van de bodem van het heetwaterreservoir. De verwarmingsinrichting 101 800 2 3 07 9 t bestaat uit een elektrisch verwarmingslichaam dat binnen het heetwaterreservoir 114 is ondergebracht, let verwarmingslichaam is hoekvormig uitgevoerd met een arm 101a, die parallel verloopt met de bodem van het heetwaterreservoir 114 en een loodrecht daarop 5 naar boven uitstekende arm 101b. De arm 101b verloopt daarbij naar boven tot boven het hoogst voor ge schreven vulniveau M van het reservoir, dat wordt bepaald door de bovenste van de doseerelek-troden 129. De werking van deze inrichting lijkt op die van fig. 1: het zich boven het momentane vulniveau uitstrekkende gedeelte van 10 de verwarmingslichaamarm 101b brengt kleine waterhoeveelheden aan het oppervlak tot verdampen lang voordat de gehele waterhoeveel-heid de kooktemperatuur heeft bereikt. Bovendien wordt de lucht boven het wateroppervlak verwarmd. Zodra na het tijdsafhankelijk of temperatuurafhankelijk gestuurd sluiten van het ontluchtingsven-15 tiel 117 de noodzakelijke druk is opgebouwd wordt het water naar de broei-eenheid 119 geperst.
In fig. 7 is een heetwaterreservoir 114' weergegeven dat voorzien is van een zelfde leidingsstelsel als bij het heetwaterreservoir 114 terwijl eveneens de niveau-elektroden 129 zijn aangebracht. Z'n ver-2Q warmingsinrichting 101’ bestaat uit een verwarmingsmantel, die verloopt rondom de buitenwand van het heetwaterreservoir en wel van nabij de bodem tot dicht onder de bovenrand. De werking van de ver-warmingsinrichting 101' lijkt in principe op die van fig. 6 met een klein verschil, namelijk dat de dampbelletjes 28 in het heet-25 waterreservoir volgens fig. 6 in eerste instantie ontstaan nabij de verwarmingslichaamarm 101b, terwijl in het heetwaterreservoir volgens fig. 7 de belletjes zich in eerste instantie ringvormig langs de gehele wand vormen.
Aan het in fig. 8 weergegeven heetwaterreservoir 114” is op 30 dezelfde wijze als de in het bovenstaande beschreven inrichtingen voorzien van een verswatertoevoer 115 en een ontluchtingsleiding 116 met de bijbehorende ventielen. Bovendien bezit dit reservoir de doseerelektroden 129. Z'n uitvoerleiding 118’ heeft z'n opening 118’a eveneens in de nabijheid van de bodem van het reservoir. Tussen de 35 in het reservoir aangebrachte stijgbuis 118'b en de evenals bij de andere uitvoeringsvormen buiten het heetwaterreservoir naar de broei-eenheid 119 lopende arm 118'c bezit de uitvoerleiding 118’ als deel van de verwarmingsinrichting 101" een doorloppverwarmings-eenheid 1J2. Deze is dicht onder de bovenzijde van het heetwater-40 reservoir 114' aangebracht. Tussen de doorloopverwarmingseenheid 132 80 0 2 3 0/ 10 en de maximaal vastgestelde valhoogte ΙΊΤ is als verder deel van de verwarmingsinrichting 101" een verdamperschaal 133 met een verwarming 134 aangebracht. Ze levert de voor de drukophouw noodzakelijke stoom, aangeduid met de belletjes 28’, en verwarmt evenals de 5 doorloopverwarmingseenheid daarnaast ook de luchtruimte boven het wateroppervlak.
De uitvinding is niet beperkt tot de uitvoeringsvoorbeelden.
Zo kunnen de verwarmingsinrichtingen ook in andere vormen als de getoonde vorm uitgevoerd zijn. Bijvoorbeeld zijn tweedelige verwar-10 mingsinrichtingen denkbaar, één de nabijheid van de bodem in of onder het reservoir en een tweede in het gebied van het maximale vulniveau. Bij een tweedelige verwarmingsinrichting kunnen de delen ook onafhankelijk van elkaar op verschillende tijdstippen in- respectievelijk uitgeschakeld worden. Belangrijk blijft de 15 sturing van het afgiftebegin door het ontluchtingsventiel.
800 2 3 07
Claims (15)
1. Koffiemachine voor het door middel van "broeien of trekken bereiden van dranken met een met vers water te vallen bereidings-waterreservoir, ten minste een verwarmingsinrichting voor de 5 reservoirinhoud, een uitvoerleiding voor het bereidingswater en een ontluchtingsleiding, die een door middel van een stuurinrichting te openen en te sluiten ontluchtingsventiel bevat, waarbij de afgifte van een bereidingswater bij een temperatuur onder 100°C begint door drukverhoging in het bereidingswaterreservoir 10 onder sluiten van het ontluchtingsventiel, met het kenmerk, dat de verwarmingsinrichting (1, 1’, 1”, 1” *, 1"", 101, 101', 101") aan of in het bereidingswaterreservoir (14, 14', 14", 14'”, 14""* 114* 114'* 114") ten minste gedeeltelijk tot aan het hoogst bepaalde vulniveau (EN) van het reservoir reikt en/of boven 15 het vulniveau is aangebracht, en dat de stuurrichting van het ontluchtingsventiel (17, 117) dit ventiel tijdsafhankelijk en/of temperatuursafhankelijk sluit.
2. Koffiemachine volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat tijdens de afgifte van het bereidingswater de warmte- 20 toevoer van de ver'warmings inrichting (1, 1’, 1", 1'”, 1"", 101, 101', 101") in stand blijft.
3· Koffiemachine volgens conclusie 1 of 2,met het kenmerk, dat de stuurinrichting voor het ontluchtingsventiel (17 * 117. vanaf het sluiten van de verswatertoevoer begint met de 25 tijdsturing, waarbij de verwarmingsinrichting (1, 1’, 1", 1"’, 1"", 101, 101', 101") reeds tijdens de watertoevoer is ingeschakeld.
4· Koffiemachine volgens één der conclusies 1 t/m 3* met een gestuurd openende en sluitende verswatertoevoer, welke gekoppeld is met de stuurinrichting voor het ontluchtingsventiel, met 50 het kenmerk, dat de sturing (26) voor de verswatertoevoer (15* 115) afhankelijk van de vulgraad van het bereidingswaterreservoir (14, 141 > 14"» 14"f* 14""* 114» 114% 114") 4e tijdsafstand regelt.
5· Koffiemachine volgens één der conclusies 1 t/m 4* m e t 35 het kenmerk, dat de verwarmingsinrichting (101) bestaat uit een binnen het bereidingswaterreservoir (114) aangebrachte, ongeveer hoekvormig verlopend verwarmingslichaam met een arm (101a) in de nabhijheid van de bodem en een zich naar boven tot boven het hoogst bepaalde vulniveau (EN) uitstrekkende arm (101b),
6. Koffiemachine volgens één der conclusies 1 t/m 4* m e t 800 2 3 07 het kenmerk, dat de verwarmingsinrichting (101 *) het hereidingswaterreservoir (114*) vanaf ten minste de nabijheid van de bodem tot boven het hoogst bepaalde vulniveau (Μ) omgeeft.
7. Koffiemachine volgens conclusie 6,met het k e n -5 merk, dat de verwarmingsinrichting (1, 1', 1", 1'", 1"") het hereidingswaterreservoir zowel aan de bodem alsook aan de wand tot aan de hoogte van het voorafbepaalde hoogste vulniveau omgeeft.
8. Koffiemachine volgens conclusie 7, 1 e t het kenmerk, dat de verwarmingsinrichting (1, 1', 1”, 1,M, 1,,n) bestaat 10 uit een verwarmbare stoomketel welke het hereidingswaterreservoir (14, 14', 14», 14,M. 14"") omgeeft.
9. Koffiemachine volgens conclusie 8,met het kenmerk, dat het hereidingswaterreservoir (14* respectievelijk 14") in het gebied van een zijwand in de stoomketel (1' respectievelijk 15 1") is ingebouwd.
10. Koffiemachine volgens conclusie 8,met het kenmerk, dat het hereidingswaterreservoir (14 respectievelijk 14"* respectievelijk 14"") in het bovenwandgebied van de stoomketel (1 respectievelijk 1"' respectievelijk 1'"') is ingebouwd.
11. Koffiemachine volgens één der conclusies 8 t/m 10, met het kenmerk, dat het hereidingswaterreservoir (14"..) van bovenaf naar de onderzijde toe konisch smaller wordt.
12. Koffiemachine voïgens één der conclusies 1 t/m 11, m e t het kenmerk, dat de verswatertoevoer (15) voorzien is 25 van een sectie (15b) die door het inwendige van de stoomketel (1,M) verloopt.
13· Koffiemachine volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het hereidingswaterreservoir (14* 14', 14”, 14'" respectievelijk 14""> 114» 114'» 114") voorzien is 30 van niveau-elektroden (29) voor het doseren van de vulling ervan.
14· Koffiemachine volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het hereidingswaterreservoir (14") voorzien is van een waterpeilindicator (30).
15· Koffiemachine volgens één dervoorgaande conclusies, met 35 het kenmerk, dat de uitvoerleiding (18) in het bereidings-waterreservoir (14, 14'· 14"» 14"'» 14""> 114» 114'» 114") is uitgevoerd als stijgbuis met z'n inlaatopening (18a) in de nabijheid van de bodem van het hereidingswaterreservoir. . 800 2 3 07
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
DE2922446A DE2922446C2 (de) | 1979-06-01 | 1979-06-01 | Kaffeemaschine |
DE2922446 | 1979-06-01 |
Publications (3)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8002307A true NL8002307A (nl) | 1980-12-03 |
NL187958B NL187958B (nl) | 1991-10-01 |
NL187958C NL187958C (nl) | 1992-03-02 |
Family
ID=6072327
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NLAANVRAGE8002307,A NL187958C (nl) | 1979-06-01 | 1980-04-21 | Koffiemachine. |
Country Status (5)
Country | Link |
---|---|
AT (1) | AT391258B (nl) |
CH (1) | CH646318A5 (nl) |
DE (1) | DE2922446C2 (nl) |
IT (1) | IT1147739B (nl) |
NL (1) | NL187958C (nl) |
Families Citing this family (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE3133903C1 (de) * | 1981-08-27 | 1982-11-04 | Patzner GmbH + Co., 6990 Bad Mergentheim | Maschine zum Bruehen von zwei Arten von Kaffee |
DE3603186A1 (de) * | 1986-02-03 | 1987-08-06 | Feldmuehle Ag | Maschine zum zubereiten von heissgetraenken |
DE102008051641A1 (de) * | 2008-10-14 | 2010-04-15 | Wmf Württembergische Metallwarenfabrik Ag | Kombinierter Dampf- und Heißwassererzeuger |
-
1979
- 1979-06-01 DE DE2922446A patent/DE2922446C2/de not_active Expired
-
1980
- 1980-04-21 NL NLAANVRAGE8002307,A patent/NL187958C/nl not_active IP Right Cessation
- 1980-05-23 IT IT67812/80A patent/IT1147739B/it active
- 1980-05-23 CH CH404380A patent/CH646318A5/de not_active IP Right Cessation
- 1980-06-02 AT AT0290880A patent/AT391258B/de not_active IP Right Cessation
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
NL187958B (nl) | 1991-10-01 |
IT8067812A0 (it) | 1980-05-23 |
NL187958C (nl) | 1992-03-02 |
IT1147739B (it) | 1986-11-26 |
DE2922446B1 (de) | 1981-02-26 |
DE2922446C2 (de) | 1981-10-08 |
ATA290880A (de) | 1990-03-15 |
AT391258B (de) | 1990-09-10 |
CH646318A5 (en) | 1984-11-30 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
EP2068686B1 (en) | Machine to produce coffee or the like and relative method | |
RU2454164C2 (ru) | Машины для приготовления напитков и способы эксплуатации машин для приготовления напитков | |
CA2246816A1 (en) | Beverage brewing apparatus | |
US20160183717A1 (en) | Improved apparatus for the preparation of one or a plurality of beverages | |
NO783412L (no) | Kaffeapparat. | |
US4111337A (en) | Coffee brewer with means for dispensing controlled quantities of hot water | |
CA1289374C (en) | Coffee or tea machine | |
US4361750A (en) | Drip coffeemaker having a condenser eliminating delivery of steam to the water spreader | |
US9532677B2 (en) | Pressure relief system for espresso maker | |
EP3713457B1 (en) | Machine and method for preparing beverages | |
US4356382A (en) | Drip coffeemaker having a condenser eliminating delivery of steam to the water spreader | |
NL8002307A (nl) | Koffiemachine. | |
US3605604A (en) | Coffee maker with heater and filter | |
NL1021399C1 (nl) | Inrichting voor het verschaffen van heet water voor koffiebereiding en koffiezetapparaat met een dergelijke inrichting. | |
US1323028A (en) | Cooker | |
SE1850583A1 (en) | Beverage maker | |
JPH0312112A (ja) | 給湯器 | |
NL9500441A (nl) | Inrichting voor het bereiden van warme dranken. | |
NL2025854B1 (en) | A coffee dispenser system | |
JPH0570451B2 (nl) | ||
NL1011559C2 (nl) | Inrichting voor het bereiden van een voor consumptie geschikte extractdrank in een microgolfoven. | |
JP2002051916A (ja) | コーヒーメーカー | |
NL8601482A (nl) | Werkwijze en inrichting voor het bereiden van gefiltreerde koffie. | |
CN109567593A (zh) | 一种饮料制备机 | |
JPH06304073A (ja) | 電気コーヒー沸かし器 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A85 | Still pending on 85-01-01 | ||
BA | A request for search or an international-type search has been filed | ||
BB | A search report has been drawn up | ||
BC | A request for examination has been filed | ||
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 19971101 |