NL7909177A - Amplitudemodulatorschakeling voor het moduleren van een videosignaal op een draaggolfsignaal. - Google Patents
Amplitudemodulatorschakeling voor het moduleren van een videosignaal op een draaggolfsignaal. Download PDFInfo
- Publication number
- NL7909177A NL7909177A NL7909177A NL7909177A NL7909177A NL 7909177 A NL7909177 A NL 7909177A NL 7909177 A NL7909177 A NL 7909177A NL 7909177 A NL7909177 A NL 7909177A NL 7909177 A NL7909177 A NL 7909177A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- signal
- circuit
- output terminal
- carrier
- input terminal
- Prior art date
Links
- 238000005070 sampling Methods 0.000 claims description 49
- 239000003990 capacitor Substances 0.000 description 15
- 238000010276 construction Methods 0.000 description 1
- 230000008878 coupling Effects 0.000 description 1
- 238000010168 coupling process Methods 0.000 description 1
- 238000005859 coupling reaction Methods 0.000 description 1
- 230000002349 favourable effect Effects 0.000 description 1
- 238000000034 method Methods 0.000 description 1
- 238000001454 recorded image Methods 0.000 description 1
- 230000002441 reversible effect Effects 0.000 description 1
- 239000004065 semiconductor Substances 0.000 description 1
- 238000000926 separation method Methods 0.000 description 1
Classifications
-
- H—ELECTRICITY
- H04—ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
- H04N—PICTORIAL COMMUNICATION, e.g. TELEVISION
- H04N5/00—Details of television systems
- H04N5/38—Transmitter circuitry for the transmission of television signals according to analogue transmission standards
- H04N5/40—Modulation circuits
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Multimedia (AREA)
- Signal Processing (AREA)
- Processing Of Color Television Signals (AREA)
- Amplitude Modulation (AREA)
Description
¢-4 PHN 9659 1 N.V. Philips 1 Gloeilampenfabrieken te Eindhoven.
Amplitudemodulatorschakeling voor het moduleren van een videosignaal op een draaggolfsignaal.
De uitvinding heeft betrekking op een ampli-tudemodulatorschakeling voor het moduleren van een videosignaal met periodiek optredende referentiesignaalgedeelten op een draaggolfsignaal, bevattende een modulator voorzien 5 van een draaggolfingangsklem voor het toevoeren van het draaggolfsignaal, van een modulatie-ingangsklem voor het toevoeren van het videosignaal en van een uitgangsklem voor het leveren van het verkregen amplitudegemoduleerde signaal.
10 Een dergelijke modulatorschhkeling moet zodanig zijn dat het amplitudegemoduleerde signaal aan de uitgangsklem geen draaggolfsignaal bevat in de tijdsintervallen waarin het videosignaal de referentiewaarde heeft. Hiervoor wordt het videosignaal doorgaans, bijv. d.m.v. een klem-15 schakeling, op het vaste niveau gelegd dat met een, geen draaggolf bevattend uitgangssignaal overeenkomt. Een dergelijke techniek wordt toegepast in kleurkodeer-schakelingen voor de NTSC- of de PAL-standaard, waarbij de amplitude van de kleurhulpdraaggolf nul moet zijn 20 gedurende de referentiesignaalintervallen.
In de praktijk kan echter in deze tijdsintervallen een draaggolfsignaal toch ontstaan aan de uitgangsklem van de modulator. Redenen hiervoor zijn bijv. een asymmetrie in de modulator, een gelijkstroomafwijking in de klem-25 schakeling of variaties die door veranderingen van de voedingsspanning en/of van de temperatuur worden veroorzaakt. Een dergelijke onbalans van het uitgangssignaal staat bekend bi.j kodeerschakelingen onder de naam "hulp-draaggolflek". Dit lek kan grotendeels worden opgeheven 30 door de modulator schakeling zodanig te ontwerpen dat het modulerende signaal een grote uitsturing heeft, waardoor de fout betrekkelijk klein is. Dit vergt echter een 7909177 PHN 9659 2 I 9 groot vermogen. Ook is een nauwkeurige instelling van verschillende delen van de schakeling mogelijk, maar een dergelijke instelling is tijdrovend, terwijl het resultaat daarvan toch onderhevig kan zijn aan een onge-5 wenste variatie' met de tijd.
Met de uitvinding wordt beoogd een schakeling van de i bovengenoemde soort te verschaffen waarbij de draaggolf-lek automatisch nagenoeg wordt opgeheven en daartoe wordt de amplitudemodulatorschakeling volgens de uitvinding ge-10 kenmerkt door een, met de uitgangsklem van de modulator gekoppelde en een tijdens referentiesignaalintervallen werkzame bemonsteringsschakeling bevattende regellus voor het opwekken van een, aan het videosignaal toe te voegen gelijkstroomkompensatiesignaal voor het verkrijgen 15 van een waarde van het signaal aan de modulatie-ingangs-klem van de modulator waarvoor het signaal aan de uitgangsklem gedurende de tijd waarin de bemonsteringsschakeling werkzaam is nagenoeg onafhankelijk is van het signaal aan de draaggolfingangsklem van de modulator.
20 . Een gunstig gevolg_ van deze maatregel is dat een klemschakeling aan de modulatie-ingangsklem niet meer nodig is, daar het door de regellus opgewekte gelijkstroom-signaal zich automatisch zodanig instelt dat het signaal aan de genoemde ingangsklem onder alle omstandigheden 25 het juiste gelijkstroomniveau blijft behouden.
^e schakeling volgens de uitvinding kan het kenmerk vertonen dat het signaal aan de draaggolfingangsklem althans gedurende de tijd waarin de bemonsteringsschakeling werkzaam is een geli jkstroomniveau met een zodanige 30 polariteit heeft dat de regellus een tegenkoppeling veroorzaakt. Zij. kan ook het kenmerk vertonen dat de regellus een, met de bemonsteringsschakeling verbonden vergelijkingstrap voor het vergelijken van het signaal aan de uitgangsklem met een referentiesignaal bevat, welk 35 referentiesignaal een waarde heeft die nagenoeg gelijk is aan de waarde van het signaal aan de uitgangsklem welke nagenoeg onafhankelijk is van het signaal aan de draaggolfingangsklem van de modulator.
7909177 *» PHN 9659 3
Bij voorkeur kan de schakeling volgens de uitvinding worden gekenmerkt door een, met de uitgangsklem verbonden opteltrap en een tijdens referentiesignaalinterval-len werkzame tweede bemonsteringsschakeling bevattende 5 tweede regellus voor het opwekken van een, aan het signaal aan de uitgangsklem van de modulator toe te voegen tweede gelijkstroomkompensatiesignaal, waarbij de eerst genoemde en de tweede bemonsteringsschakeling niet gelijktijdig werkzaam zijn en waarbij de eerst genoemde regellus op de 10 uitgangsklem van de opteltrap aangesloten is. Zij kan het kenmerk vertonen, dat het signaal aan de draaggolfingangs— klem althans gedurende de tijd waarin de eerste bemonsteringsschakeling werkzaam is een eerste gelijkstroomniveau met een zodanige polariteit heeft dat de eerste regellus 1ó een tegenkoppeling veroorzaakt en dat het genoemde signaal althans gedurende de tijd waarin de tweede bemonsteringsschakeling werkzaam is een tweede gelijkstroomniveau met een zodanige polariteit heeft dat de tweede regellus een tegenkoppeling veroorzaakt, waarbij het tweede gelijkstroom-20 niveau van het eerste gelijkstroomniveau afwijkt.
De schakeling volgens de uitvinding kan ge--x_~. kenmerkt worden door een tweede opteltrap voor het gedu- rende de tijd waarin de bemonsteringsschakeling werkzaam is toevoegen van een impulsvormig meetsignaal aan het draag-25 golfsignaal, of door een omschakelaar voor het gedurende de tijd waarin de bemonsteringsschakeling werkzaam is toevoeren van een gelijkstroomniveau aan de draaggolfingangs-klem en voor het gedurende de tijd waarin de bemonsteringsschakeling niet werkzaam is toevoeren van het draaggolf-30 signaal aan de genoemde ingangsklem.
In het geval dat twee regellussen worden toegepast kan de schakeling volgens de uitvinding worden gekenmerkt door een, met beide bemonsteringsschakelingen verbonden vergelijkingstrap voor het vergelijken van het 35 signaal aan de uitgangsklem van de opteltrap met een refer ent ie signaal .
7909177 PHN 9659 h
Bevat de schakeling volgens de uitvinding een tweede amplitudemodulatorschakeling voor het moduleren van een tweede videosignaal met periodiek optredende referentie-signaalgedeelten qp een tweede draaggolfsignaal, bevattende 5 een tweede modulator voorzien van een tweede draaggolf-ingangsklem voor het toevoeren van het tweede draaggolf-signaal, van een tweede modulatie-ingangsklem voor het toevoeren van het tweede videosignaal en van een tweede ingangsklem voor het leveren van het verkregen tweede 10 amplitudegemoduleerde signaal, en bevattende verder een derde opteltrap voor het optellen van het eerstgenoemde en het tweede amplitudegemoduleerde signaal, dan kan de schakeling worden gekenmerkt door een, met de tweede uitgangsklem gekoppelde en een tijdens referentiesignaal-15 intervallen werkzame derde bemonsteringsschakeling bevattende derde regellus voor het opwekken van een, aan het tweede videosignaal toe te voegen derde gelijkstroom-kompensatiesignaal voor het verkrijgen van een waarde van het signaal aan de tweede modulatie-ingangsklem waarvoor 20 het signaal aan de tweede uitgangsklem gedurende de tijd waarin de derde bemonsteringsschakeling werkzaam is nagenoeg onafhankelijk is van het signaal aan de tweede _ draaggolfingangsklem.
In dit geval kan de schakeling volgens de uitvinding 25 worden gekenmerkt door een, met de·tweede uitgangsklem verbonden, vierde.apteltrap en een tijdens referentie-signaalintervallen werkzame vierde bemonsteringsschakeling bevattende vierde regellus voor het opwekken van een, aan het signaal aan de tweede uitgangsklem toe te voegen vierde 30 gelijkstroomkompensatiesignaal, waarbij de derde en de vierde bemonsteringsschakeling niet gelijktijdig werkzaam zijn en waarbij de derde regellus op de uitgangsklem van de vierde opteltrap aangesloten is of bij voorkeur het kenmerk vertonen dat de derde bemonsteringsschakeling met 35 de vergelijkingstrap verbonden is en dat de tweede en de derde bemonsteringsschakeling niet gelijktijdig werkzaam zijn.
7909177 * + PHN 9659 5
De schakeling volgens de uitvinding kan het kenmerk vertonen dat de bemonsteringsschakeling tijdens een lijnonder drukkings interval van het videosignaal buiten het optreden van het salvo van het kleursynchroniseersignaal 5 werkzaam is en dat de bemonsteringsschakelingen lijn-sequentieel werkzaam zijn en gekenmerkt worden door een deelschakeling voor het delen van de herhalingsfrekwentie van toegevoerde lijnfrekwente impulsen en voor het opwekken van lijnsequentiële impulsen.
10 Maakt de schakeling deel uit van een kleurkodeer- schakeling, dan kan het kenmerk vertoond worden dat het draaggolfsignaal een kleurhulpdraaggolfsignaal is terwijl het videosignaal een kleurverschilsignaal is.
In het geval van een schakeling voor het moduleren 15 van een (R-Y)-kleurverschilsignaal in een kleurkodeerschakeling voor de PAL-standaard, bevattende een generator voor het opwekken van een blokvormig schakelsignaal met de halve lijnfrekwentie,kan de schakeling worden gekenmerkt door een vijfde opteltrap voor het elke zesde optellen 20 lijnperiode/van de impuls die de bemonsteringsschakeling in de eerste regellus voor het (R-Y) modulator bedient - en* het schakelsignaal met de halve lijnfrekwentie.
De uitvinding zal aan de hand van de bijgaande figuren bij wijze van voorbeeld nader worden verklaard. Hierin 25 tonen fig. 1 een eerste uitvoeringsvorm van de amplitude-modulators chakeling volgens de uitvinding, fig. 2 golfvormen die daarin optreden, fig. 3 een tweede uitvoeringsvorm van de schakeling 30 volgens de uitvinding, fig. k een eerste uitvoeringsvorm van een kleurkodeer-schakeling waarin de schakeling volgens de uitvinding belichaamd is, fig. 5 een tweede, meer gedetailleerd weergegeven, 35 voorkeursuitvoering van een kleurkodeerschakeling waarin de schakeling volgens de uitvinding belichaamd is en fig. 6 golfvormen die daarin optreden.
7909177 ♦ > PHN 9659 6
In fig. 1 is 1 een amplitudemodulator in een kleurkodeerschakeling met twee ingangsklemmen 2 en 3 en een uitgangsklem 4. Ingangsklem 2 is met de uitgangsklem van een opteltrap 5 verbonden. Aan een ingangsklem 6 hiervan 5 wordt een kleurhulpdraaggolfsignaal Sc toegevoerd dat een frekwentie heeft van bijvoorbeeld 3 >5795^-5 MHz (NTSC-stan-daard) of 4,43361875 MHz (PAL-standaard), terwijl een door een impulsgenerator 8 opgewekte meetimpuls P aan een andere ingangsklem 7 van opteltrap 5 toegevoerd wordt.
10 Ingangsklem 3 is met de uitgangsklem van een ver dere opteltrap 9 verbonden. Aan een ingangsklem 10 hiervan wordt een videosignaal, bijvoorbeeld een kleurverschilsignaal D toegevoerd, terwijl een kompensatiespanning v aan een andere ingangsklem 11 van opteltrap 9 staat. Het aan uit-15 gangsklem 4 aanwezige amplitudegemoduleerde signaal wordt via een scheidingsweerstand 12 toegevoerd aan een parallelling 13, die op de frekwentie van de kleurhulpdraaggolf is afgestemd, en wordt vervolgens op bekende wijze verwerkt.
Klem 4 is ook met de omkerende ingangsklem van een 20 vergelijkingstrap 14 verbonden. De niet-omkerende ingangs-' klem hiervan ligt aan massa, terwijl de uitgangsklem verbonden is met een bemonsteringsschakeling die een schakelaar 15 en een kondensator 16 bevat. Schakelaar 15 wordt periodiek bediend door de van generator 8 afkomstige impuls P en over 25 kondensator 16 is de kompensatiespanning v ten behoeve van klem 11 aanwezig.
In bedrijf heeft het aan klem 6 toegevoerde kleurhulpdraaggolf signaal Sc een konstante amplitude (fig. 2a).
Het aan klem 3 toegevoerde kleurverschilsignaal D varieert 30 als funktie van de tijd op de in fig. 2b aangegeven wijze, in welke figuur X de lijnonderdrukkingstijd aanduidt. Gedurende deze referentietijd heeft het signaal van fig. 2b een konstante waarde V behalve gedurende de tijd waarin na modulatie het salvo van het kleursynchroniseersignaal op-35 treedt, in welke tijd het signaal van fig. 2b een impuls bevat die de omhullende is van het salvo. Vóór en na tijd 't ondergaat het genoemde signaal een variatie die van de in-houd van het opgenomen beeld afhangt. Deze variatie is voor 7909177 PHN 9659 7 * i de uitvinding van weinig belang en is daarom slechts gedeeltelijk weergegeven in fig. 2b,
Zonder de maatregel volgens de uitvinding en bij een ideale modulator moet waarde V gelijk zijn aan de waar— 5 de waarvoor de amplitude van het amplitudegemoduleerde signaal aan klem 4 nul is. In de praktijk echter veroorzaakt een onbalans in de schakeling de boven vermelde hulpdraag-golflek, dat wil zeggen de genoemde amplitude is niet nul en kan bovendien met de tijd variëren.
10 Aan klem 7 wordt een meetimpuls P toegevoerd die in tijd'fvóór het salvo optreedt en die een duur heeft van enkele ^us (fig. 2c). Het uitgangssignaal van trap 5 heeft de in fig. 2d aangegeven vorm. Indien,de, elementen 14, 15 en 16 bevattende regellus niet werkzaam was, zou aan klem 15 4 de in fig. 2e aangegeven golfvorm aanwezig zijn. Deze golfvorm wordt verkregen door de vermenigvuldiging van de golfvormen van fig. 2b en 2d. Hieruit blijkt dat het verkregen signaal sinusvormig is met de frekwentie van de hulpdraaggolf en derhalve dat de gemiddelde waarde hiervan 20 nul is, behalve tijdens het optreden van impuls P waar de genoemde gemiddelde waarde gelijk is aan het produkt van waarde V door de gemiddelde waarde van de in fig. 2d op de impuls gesuperponeerde sinusvorm. Uit fig. 2e blijkt bovendien dat de amplitude van het amplitudegemoduleerde signaal 25 niet nul is gedurende tijd 'C vóór en na het salvo.
Door de werking van vergelijkingstrap 14 wordt het signaal aan klem 4 met de referentiewaarde, in dit voorbeeld nul, aan de niet-omkerende klem vergeleken en elke waarde van het signaal van fig. 2e die niet nul is onder-30 gaat een versterking een een omkering. Fig. 2f geeft de vorm aan van het aan de uitgangsklem van trap 14 verkregen signaal. Omdat schakelaar 15 door de meetimpuls wordt gesloten ontstaat over kondensator 16 een spanning v gelijk aan de gemiddelde waarde van het signaal van fig. 2f ge-35 durende het optreden van de impuls. Spanning v blijft tot het volgende bemonsteringsinterval nagenoeg konstant en wordt bij het signaal D opgeteld.
De, de hulpdraaggolflek veroorzakende onbalans 7909177 4 PHN 9659 8 kan worden opgevat als een afwijking in de gelijkstroom-komponent van het modulerende signaal aan de modulatie-in-gangsklem van een ideale modulator. Is deze afwijking positief en is de meetimpuls, zoals in fig. 2c het geval is, 5 positief gék.ozent dan is de in fig. 2e gedurende het optreden van de impuls verkregen afwijking ook positief. De in fig. 2f weergegeven afwijking en derhalve ook spanning v zijn dan negatief. Spanning v komt in mindering op de afwijking aan klem 3 met het gevolg dat de afwijking in het 10 signaal aan klem 4 minder positief wordt en derhalve dat spanning v minder negatief wordt. Na een aantal perioden van impuls P, afhankelijk van de tijdkonstante van de be-monsteringsschakeling, stelt de regellus zich zodanig in dat het signaal aan klem 4 gedurende het optreden van im-15 puls P nagenoeg de waarde van de referentiespanning, in het gegeven voorbeeld nul, aan de niet-omkerende klem van ver-gelijkingstrap 14 aanneemt en dat de resulterende afwijking aan klem 3 nul is. Dit houdt in dat de signalen aan klemmen 10 en 11 gedurende het optreden van de meetimpuls de— 20 zelfde absolute waarde en tegengestelde tekens hebben en dat de amplitude van het kleurhulpdraaggolfsignaal aan klem 4 gedurende dezelfde tijd nagenoeg nul is. Omdat de beschreven situatie zich voor een bepaalde waarde van het signaal van fig. 2b voordoet, is de amplitude aan klem 4 25 telkens als het signaal van fig. 2b deze waarde aanneemt ook nagenoeg nul. Dit geldt in het bijzonder gedurende tijd Tf vóór en na de meetimpuls en vóór en na het salvo alsmede in niet-getekende tijdsintervallen waarin het kleurverschil-signaal geen kleurinformatie bevat.
30 Onder deze omstandigheden heeft het signaal aan klem 4 de vorm die in fig, 2g aangegeven is en waarin nagenoeg geen huipdraaggolflek meer voorkomt. Wel kan dit signaal nog een asymmetrie vertonen waarbij de positieve en de negatieve gedeelten van de golfvorm ongelijk zijn. Deze 35 fout wordt op bekende wijze door middel van kring 13 opgeheven.
Is nu de afwijking aan klem 3 negatief, terwijl de meetimpuls nog steeds positief is, dan is de, in fig. 2e 7909177 PHN 9659 9 gedurende het optreden van de impuls verkregen afwijking negatief* zodat spanning v positief is. De resulterende afwijking aan klem 3 wordt dus minder negatief en door de werking van de regeling wordt hetzelfde resultaat als in 5 het voorgaande bereikt. Hieruit blijkt dat de door middel van de meetimpuls aan het draaggolfsignaal toegevoegde ge-lijkstroomafwijking positief moet zijn, dit voor de gegeven regellus. In het bijzonder moet rekening worden gehouden met de omkerende werking van trap 1b. De polariteit van 10 de aan klem 7 toegevoerde afwijking moet zodanig worden gekozen dat de werking van de regeling in een tegenkoppeling aan klem 11 resulteert, terwijl de waarde van de toegevoerde afwijking groot genoeg moet zijn opdat de te korrigeren fout weinig invloed heeft, echter zonder zo groot te zijn 15 dat de modulator niet naar behoren kan werken.
Het zal worden opgemerkt dat de afwijking aan het hulpdraaggolfsignaal en niet aan het kleurversch.il-signaal toegevoegd moet worden. In dit laatste geval ontstaat na modulatie een symmetrische sinusvorm en is de im-20 pulsduur van de meetimpuls niet gelijk aan een geheel aantal perioden van de sinusfunktie, dan wordt een fout geïntroduceerd die zeer groot kan zijn. Door de toevoeging van de afwijking aan het draaggolfsignaal wordt ook een soortgelijke fout geïntroduceerd die echter veel kleiner is, 25 mits de impuls een voldoende grote amplitude heeft en mits de lusversterking groot genoeg is. Het zal ook worden opgemerkt dat het tijdens het optreden van de impuls aan klem 6 aanwezige draaggolfsignaal geen funktie heeft in de regeling. Opteltrap 5 kan derhalve door een omschakelaar worden 30 vervangen die door de impuls wordt bediend en met behulp waarvan klem 2, hetzij het hulpdraaggolfsignaal, hetzij, en wel gedurende het optreden van de impuls, een gelijk-stroomsignaal toegevoerd krijgt. Hierdoor wordt de bovengenoemde fout, dat wil zeggen de geringe fout die door de, 35 tijdens het optreden van de impuls aanwezige hulpdraaggolf wordt geïntroduceerd, helemaal opgeheven.
In het geval van fig. 1 alsmede in het zojuist geschetste geval is het niet nodig dat de meetimpuls 7909177 PHN 9659 10 # de lijnfrekwentie heeft: de herhalingsfrekwentie hiervan kan namelijk lager zijn, De enige eis waaraan de schakeling moet voldoen is dat de lading van kondensator 16 tussen twee bemonsteringsintervallen behouden blijft, wat kan wor-5 den verbeterd door het opnemen van een scheidingstrap in de leiding tussen kondensator 16 en klem 11, Het zal overigens duidelijk zijn dat de aan klem 7 toegevoerde gelijk-stroomafwijking niet impulsvormig hoeft te zijn. Is namelijk een dergelijke afwijking gedurende de gehele lijnpe-10 riode aanwezig, dan wordt door de werking van bemonsterings-schakeling 15* 16 de amplitude aan klem 4 gedurende het optreden van de impuls toch nul gemaakt. Weliswaar ontstaat dan aan klem 4 een videofrekwent signaal, maar het kan op eenvoudige wijze met behulp van frekwentieselektieve mid-15 delen, bijvoorbeeld met behulp van kring 13» worden geëlimineerd.
In het voorgaande is aangegeven dat de waarde van de referentiespanning aan de niet-omkerende klem van vergelijkingstrap 14 nul is. Hieruit volgt dat de spanning 20 aan klem 4 tijdens het optreden van de impuls die schakelaar 15 sluit nagenoeg nul is. Dit is slechts van toepassing indien modulator 1 zodanig is dat de uitgangsspan-ning hiervan nul is wanneer het modulerende signaal de waarde heeft waarvoor het uitgangssignaal onafhankelijk 25 is van de waarde van het signaal aan de draaggolfingangs-klem. Is de modulator van een zodanige opbouw dat de uit-gangsspanning hiervan bij afwezigheid van een regeling niet nul is wanneer het modulerende signaal de genoemde waarde heeft, dan moet aan de referentiespanning een waarde wor-30 den gegeven die iets lager is dan de waarde van de uit-gangsspanning onder de genoemde omstandigheden. Hierdoor wordt tevens het gelijkspanningsniveau aan klem 4 bepaald.
Omdat de gelijkstroomafwijking aan klem 3 door de werking van de schakeling van fig. 1 automatisch 35 nagenoeg nul geworden is, is een klemschakeling voor het vastleggen van het gelijkstroomniveau van het kleurverschil-signaal niet nodig. Het kan echter voorkomen dat modulator— schakeling 1 een veranderbare gelijkstroomonbalans heeft 7909177 I *· · PHN 9659 11 aan uitgangsklem 4, terwijl de regellus vanwege de niet oneindige versterking hiervan een geringe gelijkstroomfout introduceert. Ook kan een gelijkstroomfout worden veroorzaakt door een of meer, in fig. 1 niet weergegeven, ver-5 sterkers. Om deze redenen zou de referentiespanning aan de niet-omkerende klem van vergelijkingstrap 14 variabel of tenminste instelbaar moeten zijn. Met de in fig. 3 weergegeven schakeling kan van een konstante referentiespan-ning gebruik worden gemaakt welke bovendien onafhankelijk 10 is van de eigenschappen van de modulator. Xn fig. 3 zijn dezelfde delen als in fig. 1 met dezelfde verwijzingscij-fers aangeduid.
In fig. 3 is klem 4 met een ingangsklem 18 van een opteltrap 17 verbonden. De uitgangsklem hiervan is 15 met de ingangsklem 20 van een niet-omkerende versterker 19 verbonden waarvan de uitgangsklem 21 met weerstand 12 en met de omkerende ingangsklem van vergelijkingstrap 14 verbonden is. De uitgangsklem van trap 14 is verbonden met bemonstaringsschakeling 15» 16 en met een verdere bemon- 20 steringsschakeling met een schakelaar 22 en een kondensator 23 welke met een tweede ingangsklem 24 van opteltrap 17 verbonden is. Schakelaar 22 wordt periodiek bediend door een impuls P.j, die door impulsgenerator 8 wordt opgewekt, terwijl schakelaar 15 door een, eveneens door generator 8 op— 25 · gewekte impuls P^ periodiek wordt bediend, welke impuls P^ ook aan klem 7 toegevoerd wordt. Impulsen P^ en P^ treden gedurende referentie-intervallen op die op dezelfde wijze als impuls P in fig. 2c gelegen zijn, doch zij mogen niet samenvallen.
30 Treedt in de uitgangsketen van modulator 1 een gelijkstroomonbalans op, dan zou bij afwezigheid van de, elementen 14, 22 en 23 bevattende regellus een gelijk-spanningsniveau gesuperponeerd zijn op het, in fig. 2g weergegeven signaal aan klem 21. Door de werking van deze 35 lus ontstaat over kondensator 23 een spanning v' met de aan dit niveau tegengestelde polariteit en na een aantal perioden van impuls P^ stelt de lus zich zodanig in dat het gelijkspanningsniveau aan klem 21 nagenoeg dezelfde 7909177 0 ·* PHN 9569 12 waarde heeft als de referentiespanning, in dit voorbeeld nul, aan de niet-omkerende klem van vergelijkingstrap 14,
Op deze wijze wordt het gelijkspanningsniveau aan klem 21 op een konstante, voorafbepaalde waarde gehouden. Deze 5 waarde kan worden bepaald door het gelijkspanningsniveau van de, in fig. 3 niet getekende, verdere trappen die met weerstand 12 en kring 13 zijn verbonden.
De, elementen 14, 15 en 16 bevattende regel-lüs werkt in fig. 3 op dezelfde wijze al-s de overeenkomstige 10 regellus in fig. 1. In de evenwichtstoestand van de lus is het signaal aan klem 4 gedurende het optreden van impuls P^ onafhankelijk van het hulpdraaggolfsignaal aan klem 6 en van de waarde van de referentiespanning aan de niet-omkerende klem van trap 14. Varieert het signaal aan klem 4 om 15 de een of andere reden, dan wordt deze variatie door de werking van de, elementen 14, 22 en 23 bevattende regellus op zodanige wijze verwerkt dat het uitgangssignaal aan klem 21 hierdoor niet wordt beïnvloed. Aan de uitgangsklem van vergelijkingstrap 14 staat een signaal dat ten opzichte van 20 dat aan klem 21 versterkt en omgekeerd is. Gedurende het / optreden van impuls P^ staat aan de genoemde uitgangsklem de spanning v’ van kondensator 23 en gedurende het optreden van impuls P^ staat daar de spanning v van kondensator 16. Spanning v' hangt wel en spanning v hangt niet van de refe-25 rentiespanning af. Deze spanningen zijn dus ongelijk. Wordt aan de referentiespanning een andere waarde dan nul gegeven, dan nemen zowel spanning v' als het gelijkspanningsniveau aan klem 21 een andere waarde aan, terwijl spanning v en het signaal aan klem 4 onveranderd blijven. Hierbij worden 30 voor de eenvoud beide lusversterkingen oneindig groot verondersteld.
Impulsen P^ en P^ kunnen lijnsequentieel worden opgewekt, dat wil zeggen impuls P^ wordt tijdens een lijnonderdrukkingstijd aan schakelaar 22 toegevoerd en 35 impuls P^ wordt tijdens de daarop volgende lijnonderdrukkingsti jd aan schakelaar 15 toegevoerd. Zoals in fig. 1 het geval was kan echter voor een lagere herhalingsfrekwentie worden gekozen. Op dezelfde wijze als in fig. 1 wordt ten- 7909177 PHN 9659 13 minste gedurende het optreden van impuls doch niet ge durende het optreden van impuls , een geli jkstroomaf-wijking aangebracht in het aan klem 2 toegevoerde signaal. Met de beschreven schakeling moet voor het verkrijgen van 5 een tegenkoppeling deze afwijking positief zijn. Het zal duidelijk zijn dat hetzelfde resultaat verkregen kan worden door het aanbrengen van een negatieve gelijkstroomafwijking tenminste gedurende het optreden van impuls , doch niet gedurende het optreden van impuls P^.
10 In fig. 4 is een schakeling aangegeven voor een NTSC- en/of PAL-kodeerschakeling, waarbij dus twee kleurverschilsignalen worden verwerkt. In fig. k is het gedeelte dat elementen 1 tot en met 7» 9 tot en met 11 en 14 tot en met 24 bevat identiek aan de schakeling van fig.
15 3 en d^ent voor het moduleren van de kleurhulpdraaggolf met/kleurverschilsignaal D, dit is bijvoorbeeld het (E-γ) signaal voor de PAL-standaard of het I-signaal voor de NTSC-standaard. Voor het moduleren met het andere kleurver-schilsignaal D' dient het gedeelte van de schakeling dat 20 elementen 1' tot en met 7'» 9’ tot en met 11* en 14’ tot en met 24’ bevat en dat dezelfde opbouw heeft als het eerst genoemde gedeelte. Het gaat hier om het moduleren met het Q-signaal van de NTSC-standaard. Voor het (R-Y) signaal van de PAL-standaard moet ook nog voor de voorgeschreven lijn- 25 sequentiële omkering hiervan worden gezorgd, wat wordt ver-
H
wezenlijkt met behulp van een impuls — met de halve lijn-frekwentie die aan modulator 11 wordt toegevoerd. Dit is in fig. 4 gestippeld getekend.
De uitgangsklem 21 van het (E-γ) respektieve-30 lijk I-gedeelte van de schakeling van fig. 4 is met een in-gangsklem van een opteltrap 25 verbonden. Met een andere ingangsklem hiervan is de uitgangsklem 21' van het (R-Y) respektievelijk Q-gedeelte verbonden. Aan de uitgangsklem van trap 25 zijn nog elementen 12 en 13 aanwezig en aan 35 het verbindingspunt hiervan staat het totale gemoduleerde uitgangssignaal ter beschikking. Hiervoor worden aan klemmen 6 en 6 * kleurhulpdraaggolfsignalen Sc en Sc' met een faze-verschil van 90° toegevoerd, terwijl soortgelijke impulsen 7909177 PHN 9659 14 en als in fig. 3 en op dezelfde wijze als daar werkzaam zijn.
Een nadeel van de schakeling van fig. 4 is dat twee versterkers 19 en 19r respektievelijk twee verge-5 lijkingstrappen 14 en 14', die in de praktijk verschillende eigenschappen kunnen hebben, noodzakelijk zijn. Hierdoor kunnen fouten ontstaan. De schakeling van fig. 5 heeft dit nadeel niet aangezien de regellus voor het vastleggen van het gelijkstroomniveau aan de uitgangsklem van de scha-10 keling gemeenschappelijk is voor de beide gedeelten hiervan. Overeenkomstige elementen als.in fig. 4 dragen in fig. 5 dezelfde verwijzingscijfers.
Modulatoren 1 en 11 zijn in. fig. 5 symmetrisch uitgevoerd. De niet-omkerende uitgangsklem 4^ respektieve-15 lijk 4^ van modulator 1 respektievelijk 1 * is via een weerstand 26^ respektieveli jk 26 .j met een niet-omkerende in-gangsklem van versterker 19 verbonden, terwijl de omkerende uitgangsklem 4^ respektievelijk 4^ van modulator 1 res-pektievelijk 1· via een weerstand 26^ respektievelijk 26^ 20 met een omkerende ingangsklem van versterker 19 verbonden is. Kondensator 23 is via een niet-omkerende bufferversterker 27 en een weerstand 28 met de niet-omkerende ingangsklem van versterker 19 verbonden. Tussen vergelijkingstrap 14 en schakelaar 22 is een scheidings-weerstand 29 aange-25 bracht. Schakelaars 15 en 15’ zijn beide verbonden met het verbindingspunt van schakelaar 22 en weerstand 29. Een bufferversterker 30 respektievelijk 30' is in de leiding tussen kondensator 16 respektievelijk 16’ en klem 11 respektievelijk 11' opgenomen. Weerstand 29 dient tevens met 30 overige weerstanden, bijvoorbeeld de uitgangsweerstand van trap 14, en met kondensator 23 respektievelijk 16 of 16 ' voor het bepalen van de tijdkonstanten van de drie gevormde bemonsteringsschakelingen. Voor het overige is de schakeling van fig. 5 dezelfde als die van fig. 4.
35 De, elementen 14, 22 ën 23 bevattende regel lus werkt op dezelfde wijze als de overeenkomstige lus in fig. 3· Hiervoor wordt schakelaar 22 door dezelfde impuls P1 als in fig. 3 bediend. Door middel van weerstanden 26., 79b 917 7 PHN 9659 15 26*, 26^, ^2 erL worden de uitgangssignalen van modulatoren 1 en 1’ alsmede de over kondensator 23 ontstane kom-pensatiespanning bij elkaar opgeteld. Op dezelfde wijze als in fig. 3 wordt het gelijkspanningsniveau van het gemodu-5 leerde signaal aan de uitgangsklem 21 van versterker 19 vastgelegd en wel op nagenoeg de waarde, in dit voorbeeld nul, van de referentiespanning aan de niet-omkerende klem van vergelijkingstrap 14.
Schakelaar 15 wordt bediend door een impuls 10 Pg die ook aan klem 7 wordt toegevoerd en die één lijntijd later optreedt dan impuls P^. De, elementen 14, 15 en 16 bevattende regellus heft op de reeds verklaarde wijze de hulpdraaggolflek op van modulator 1. Op soortgelijke wijze wordt -schakelaar 13' bediend door een impuls P^ die ook aan 15 klem 7’ wordt toegevoerd en die één lijntijd later optreedt dan impuls P^. De, elementen 14, 15' en 16 * bevattende regellus heft de hulpdraaggolflek op van modulator 11.
Impulsgenerator 8 bevat een deelschakeling . die lijnfrekwente impulsen H toegevoerd krijgt en die de 20 herhalingsfrekwentie hiervan door drie deelt, waardoor de lijnsequentieel elkaar opvolgende impulsenreeksen P^, P^ en P* worden opgewekt (zie fig. 6 waarin tijd X eenmaal aan-gegeven is). Generator 8 wekt ook een signaal ^ met de halve lijnfrekwentie op ten behoeve van de (H-γ) omschakeling voor 25 de PAL-standaard en dat in het geval van de NTSC-standaard onbenut blijft. Omdat de herhalingsfrekwentie van impuls P* gelijk is aan een derde van de lijnfrekwentie moet sig- A jj naai — de vorm hebben die in fig. 6 aangegeven is. Hierbij is impuls P^ om de 6 lijnen bij het oorspronkelijke blok-30 vormige schakelsignaal met de halve lijnfrekwentie opgeteld. De hiervoor benodigde opteltrap is in fig. 5 voor de eenvoud niet getekend. Op deze wijze vindt voor de aan klem 2' toegevoerde afwijking geen (P-γ) omkering plaats, waardoor de, met behulp van elementen 14,- 15' en 16 * wer-35 kende regeling een meetkoppeling zou zijn geworden. Het
H
zal duidelijk zijn dat hetzelfde geldt voor het signaal — in fig. 4. Hiervoor zijn alternatieven mogelijk, bijvoorbeeld het om de zes lijnperioden omkeren van versterker 30'.
79 0 9 1 7 7 PHN 9659 16
Tenslotte kan worden vermeld dat alle beschreven delen van de modulatorschakeling volgens de uitvinding, met uitzondering van de kondensatoren en van kring 13, met voordeel in een halfgeleiderlichaam geïntegreerd 5 kunnen worden.
10 15 20 25 30 35 7909177
Claims (16)
1. Amplitudemodulatorschakeling voor het moduleren van een videosignaal met periodiek optredende referentie-signaalgedeelten op een draaggoIfsignaal, bevattende een 5 modulator voorzien van een draaggolfingangsklem voor het toevoeren van het draaggolfsignaal, van een modulatie-in— gangsklem voor het toevoeren van het videosignaal en van een uitgangsklem voor het leveren van het verkregen ampli-tudegemoduleerde signaal, gekenmerkt door een, met de uit-tO gangsklem van de modulator gekoppelde en een tijdens refe-rentiesignaalintervallen werkzame bemonsteringsschakeling bevattende regellus voor het opwekken van een, aan het videosignaal toe te voegen gelijkstroomkompensatiesignaal voor het verkrijgen van een waarde van het signaal aan de ia modulatie—ingangsklem van de modulator waarvoor het signaal aan de uitgangsklem gedurende de tijd waarin de bemonste-ringsschakeling werkzaam is nagenoeg onafhankelijk is van het signaal aan de draaggolfingangsklem van de modulator.
2. Schakeling volgens conclusie 1, met het kenmerk 20 dat het signaal aan de draaggolfingangsklem althans gedurende de tijd waarin de bemonsteringsschakeling werkzaam is een gelijkstroomniveau met een zodanige polariteit heeft dat de regellus een tegenkoppeling veroorzaakt.
3. Schakeling volgens conclusie 1, met het kenmerk 25 dat de regellus een, met de bemonsteringsschakeling verbonden vergelijkingstrap voor het vergelijken van het signaal aan de uitgangsklem met een referentiesignaal bevat, welk referentiesignaal een waarde heeft die nagenoeg gelijk is aan. de waarde van het signaal aan de uitgangsklem welke 30 nagenoeg onafhankelijk is van het signaal aan de draaggolfingangsklem van de modulator.
4. Schakeling volgens conclusie 1, gekenmerkt door een, met de uitgangsklem verbonden opteltrap en een tijdens referantiesignaalintervallen werkzame tweede bemonsterings- 35 schakeling bevattende tweede regellus voor het opwekken van een, aan het signaal aan de uitgangsklem van de modulator toe te voegen tweede gelijkstroomkompensatiesignaal, waarbij de eerstgenoemde en de tweede bemonsteringsschakeling 7909177 PHN 9659 18 niet gelijktijdig werkzaam zijn en waarbij de eerst genoemde regellus op de uitgangsklem van de opteltrap aangesloten is.
5· Schakeling volgens conclusie 4, met het kenmerk 5 dat het signaal aan de draaggolfingangsklem althans gedurende de tijd waarin de eerste bemonsteringsschakeling werkzaam is een eerste gelijkstroomniveau met een zodanige polariteit heeft dat de eerste regellus een tegenkoppeling veroorzaakt en dat het genoemde signaal althans gedurende 10 de tijd waarin de tweede bemonsteringsschakeling werkzaam is een tweede gelijkstroomniveau met een zodanige polariteit heeft dat de tweede regellus een tegenkoppeling veroorzaakt, waarbij het tweede gelijkstroomniveau van het eerste gelijkstroomniveau afwijkt.
6. Schakeling volgens conclusies 2 en 5> geken merkt door een tweede opteltrap voor het gedurende de tijd waarin de bemonsteringsschakeling werkzaam is toevoegen van een impulsvormig meetsignaal aan het draaggolfsignaal.
7. Schakeling volgens conclusies 2 en 5» geken- 20 merkt door een omschakelaar voor het gedurende de tijd waarin de bemonsteringsschakeling werkzaam is toevoeren van een gelijkstroomniveau aan de draaggolfingangsklem en voor het gedurende de tijd waarin de bemonsteringsschakeling niet werkzaam is toevoeren van het draaggolfsignaal aan de ge— 25 noemde ingangsklem.
8. Schakeling volgens conclusie 4, gekenmerkt door een, met beide beraonsteringsschakelingen verbonden verge-lijkingstrap voor het vergelijken van het signaal aan de uitgangsklem van de opteltrap met een referentiesignaal. 30
9· Schakeling volgens één der conclusies 1 tot en met 7» bevattende een tweede amplitudemodulatorschakeling voor het moduleren van een tweede videosignaal met periodiek optredende referentiesignaalgedeelten op een tweede draag— golfsignaal, bevattende een tweede modulator voorzien van 35 een tweede draaggolfingangsklem voor het toevoeren van het tweede draaggolfsignaal, van een tweede modulatie-ingangs-klem voor het toevoeren van het tweede videosignaal en van een tweede uitgangsklem voor het leveren van het verkregen 7909177 m ΡΗΝ 9659 19 tweede amplitudegemoduleerde signaal, en bevattende verder een derde opteltrap voor het optellen van het eerst genoemde en het tweede amplitudegemoduleerde signaal, gekenmerkt door een, met de tweede uitgangsklem gekoppelde en een 5 tijdens referenties!gnaalinterval1en werkzame derde bemon-steringsschakeling bevattende derde regellus voor het opwekken van een, aan het tweede videosignaal toe te voegen derde gelijkstroomkompensatiesignaal voor het verkrijgen van een waarde van het signaal aan de tweede modulatie-in- 10 gangsklem waarvoor het signaal aan de tweede uitgangsklem gedurende de tijd waarin de derde bemonsteringsschakeling werkzaam is nagenoeg onafhankelijk is van het signaal aan de tweede draaggolfingangsklem.
10. Schakeling volgens conclusie 9» gekenmerkt la door een, met de tweede uitgangsklem verbonden vierde opteltrap en een tijdens referentiesignaalintervallen werkzame vierde bemonsteringsschakeling bevattende vierde regellus voor het opwekken van een, aan het signaal aan de tweede uitgangsklem toe te voegen vierde gelijkstroomkompensatie- 20 signaal, waarbij de derde en de vierde bemonsteringsschakeling niet gelijktijdig werkzaam zijn en waarbij de derde regellus op de uitgangsklem van de vierde opteltrap aangesloten is.
11. Schakeling volgens conclusies k, 8 en 9> met 25 het kenmerk dat de derde bemonsteringsschakeling met de ver-gelijkingstrap verbonden is en dat de tweede en de derde bemonsteringsschakeling niet gelijktijdig werkzaam zijn.
12. Schakeling volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de bemonsteringsschakeling tijdens een lijnonderdruk- 30 kingsinterval van het videosignaal buiten het optreden van het salvo van'het kleursynchroniseersignaal werkzaam is.
13· Schakeling volgens conclusie 12.en één der conclusies U en 11, met het kenmerk dat de bemonsterings-schakelingen lijnsequentieel werkzaam zijn.
14. Schakeling volgens conclusie 13, gekenmerkt door een deelschakeling voor het delen van de herhalingsfrekwen-tie van toegevoerde lijnfrekwente impulsen en voor het opwekken van lijnsequentiële impulsen. 7909177 PHN 9659 20
15. Schakeling volgens één der voorgaande conclu sies, met het kenmerk dat hetdraaggolfsignaal een kleur-hulpdraaggolfsignaal is terwijl het videosignaal een kleurverschil signaal is.
16. Schakeling volgens conclusie 15 voor het modu leren van een (R-Y) kleurverschilsignaal in een kleurkodeer-schakeling voor de PAL-standaard, bevattende een generator voor het opwekken van een blokvormig schakelsignaal met de halve lijnfrekwentie, gekenmerkt door een vijfde opteltrap optellen 10 voor het elke zesde lijnperiode/van de impuls die de bemonsteringsschakeling in de eerste regellus voor het (R-Y) modulator bedient en. het schakelsignaal met de halve lijnfrekwentie. 15 25 30 35 7909177
Priority Applications (21)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL7909177A NL7909177A (nl) | 1979-12-20 | 1979-12-20 | Amplitudemodulatorschakeling voor het moduleren van een videosignaal op een draaggolfsignaal. |
ZA00807334A ZA807334B (en) | 1979-12-20 | 1980-11-24 | Amplitude modulator circuit for modulating a video signal on a carrier signal |
US06/214,941 US4354200A (en) | 1979-12-20 | 1980-12-10 | Amplitude modulator circuit for modulating a video signal on a carrier signal |
DE3046460A DE3046460C2 (de) | 1979-12-20 | 1980-12-10 | Modulatorschaltung zur Amplitudenmodulation eines Videosignals auf ein Trägersignal |
MX185170A MX148028A (es) | 1979-12-20 | 1980-12-11 | Mejoras en un circuito modulador de amplitud para modular una senal de video en una senal portadora |
HU803014A HU181776B (en) | 1979-12-20 | 1980-12-16 | Circuit of amplitude modulation for modulating carrier-frequency with video-signal |
FI803938A FI803938L (fi) | 1979-12-20 | 1980-12-17 | Amplitudmodulatorkrets foer modulering av en videosignal pao en baervaogsignal |
IT68927/80A IT1129450B (it) | 1979-12-20 | 1980-12-17 | Circuito modulatore di apmiezza per la modulazione di un segnale video su un segnale portante |
SE8008859A SE448047B (sv) | 1979-12-20 | 1980-12-17 | Amplitudmodulatorkrets for att modulera en videosignal pa en bervagssignal |
PL22853080A PL228530A1 (nl) | 1979-12-20 | 1980-12-17 | |
BR8008264A BR8008264A (pt) | 1979-12-20 | 1980-12-17 | Circuito modulador em amplitude para modular um sinal de video,tendo partes de sinal de referencia de ocorrencia periodica,sobre um sinal de portadora |
GB8040424A GB2067046B (en) | 1979-12-20 | 1980-12-17 | Amplitude modulator circuit for modulating a video signal on a carrier signal |
FR8026789A FR2472324A1 (fr) | 1979-12-20 | 1980-12-17 | Circuit de modulation d'amplitude pour moduler un signal video sur une porteuse |
SE8008859D SE8008859L (sv) | 1979-12-20 | 1980-12-17 | Amplitudmodulatorkrets for att modulera en videosignal pa en bervagssignal |
AU65446/80A AU537558B2 (en) | 1979-12-20 | 1980-12-17 | Video signal amputude modulator |
ES497873A ES8200805A1 (es) | 1979-12-20 | 1980-12-18 | Un circuito modulador de amplitud |
BE0/203240A BE886753A (fr) | 1979-12-20 | 1980-12-18 | Circuit de modulation d'amplitude pour moduler un signal video sur une porteuse |
DD80226367A DD155573A5 (de) | 1979-12-20 | 1980-12-19 | Modulatorschaltung zur amplitudenmodulation eines bildsignals auf ein traegersignal |
JP55180292A JPS5925548B2 (ja) | 1979-12-20 | 1980-12-19 | 振幅変調回路 |
SG425/84A SG42584G (en) | 1979-12-20 | 1984-06-09 | Amplitude modulator circuit for modulating a video signal on a carrier signal |
HK752/84A HK75284A (en) | 1979-12-20 | 1984-10-04 | Amplitude modulator circuit for modulating a video signal on a carrier signal |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL7909177 | 1979-12-20 | ||
NL7909177A NL7909177A (nl) | 1979-12-20 | 1979-12-20 | Amplitudemodulatorschakeling voor het moduleren van een videosignaal op een draaggolfsignaal. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL7909177A true NL7909177A (nl) | 1981-07-16 |
Family
ID=19834352
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL7909177A NL7909177A (nl) | 1979-12-20 | 1979-12-20 | Amplitudemodulatorschakeling voor het moduleren van een videosignaal op een draaggolfsignaal. |
Country Status (20)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US4354200A (nl) |
JP (1) | JPS5925548B2 (nl) |
AU (1) | AU537558B2 (nl) |
BE (1) | BE886753A (nl) |
BR (1) | BR8008264A (nl) |
DD (1) | DD155573A5 (nl) |
DE (1) | DE3046460C2 (nl) |
ES (1) | ES8200805A1 (nl) |
FI (1) | FI803938L (nl) |
FR (1) | FR2472324A1 (nl) |
GB (1) | GB2067046B (nl) |
HK (1) | HK75284A (nl) |
HU (1) | HU181776B (nl) |
IT (1) | IT1129450B (nl) |
MX (1) | MX148028A (nl) |
NL (1) | NL7909177A (nl) |
PL (1) | PL228530A1 (nl) |
SE (2) | SE448047B (nl) |
SG (1) | SG42584G (nl) |
ZA (1) | ZA807334B (nl) |
Families Citing this family (11)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US4393395A (en) * | 1981-01-26 | 1983-07-12 | Rca Corporation | Balanced modulator with feedback stabilization of carrier balance |
NL8201341A (nl) * | 1982-03-31 | 1983-10-17 | Philips Nv | Videosignaalvermenigvuldigingsschakeling. |
US4546387A (en) * | 1982-11-04 | 1985-10-08 | General Instrument Corporation | Circuit for providing accurately spaced video and sound carriers |
US5327237A (en) * | 1991-06-14 | 1994-07-05 | Wavephore, Inc. | Transmitting data with video |
US5617148A (en) * | 1991-06-14 | 1997-04-01 | Wavephore, Inc. | Filter by-pass for transmitting an additional signal with a video signal |
US5559559A (en) * | 1991-06-14 | 1996-09-24 | Wavephore, Inc. | Transmitting a secondary signal with dynamic injection level control |
US5387941A (en) * | 1991-06-14 | 1995-02-07 | Wavephore, Inc. | Data with video transmitter |
US5410360A (en) * | 1991-06-14 | 1995-04-25 | Wavephore, Inc. | Timing control for injecting a burst and data into a video signal |
US5831679A (en) * | 1991-06-14 | 1998-11-03 | Wavephore, Inc. | Network for retrieval and video transmission of information |
GB9709498D0 (en) * | 1997-05-09 | 1997-07-02 | Switched Reluctance Drives Ltd | Transducer offset compensation |
US7719241B2 (en) * | 2006-03-06 | 2010-05-18 | Analog Devices, Inc. | AC-coupled equivalent series resistance |
Family Cites Families (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
CH282896A (fr) * | 1948-08-10 | 1952-05-15 | Marconi Wireless Telegraph Co | Emmeteur de télévision. |
US2793348A (en) * | 1952-01-14 | 1957-05-21 | Rca Corp | Modulation system for color phase alternation |
NZ152611A (nl) * | 1967-05-24 | |||
US3721755A (en) * | 1971-03-29 | 1973-03-20 | Telemation | Color television encoder modulator |
-
1979
- 1979-12-20 NL NL7909177A patent/NL7909177A/nl not_active Application Discontinuation
-
1980
- 1980-11-24 ZA ZA00807334A patent/ZA807334B/xx unknown
- 1980-12-10 US US06/214,941 patent/US4354200A/en not_active Expired - Lifetime
- 1980-12-10 DE DE3046460A patent/DE3046460C2/de not_active Expired
- 1980-12-11 MX MX185170A patent/MX148028A/es unknown
- 1980-12-16 HU HU803014A patent/HU181776B/hu unknown
- 1980-12-17 SE SE8008859A patent/SE448047B/sv not_active IP Right Cessation
- 1980-12-17 FR FR8026789A patent/FR2472324A1/fr active Granted
- 1980-12-17 AU AU65446/80A patent/AU537558B2/en not_active Ceased
- 1980-12-17 FI FI803938A patent/FI803938L/fi not_active Application Discontinuation
- 1980-12-17 SE SE8008859D patent/SE8008859L/xx not_active Application Discontinuation
- 1980-12-17 GB GB8040424A patent/GB2067046B/en not_active Expired
- 1980-12-17 IT IT68927/80A patent/IT1129450B/it active
- 1980-12-17 PL PL22853080A patent/PL228530A1/xx unknown
- 1980-12-17 BR BR8008264A patent/BR8008264A/pt unknown
- 1980-12-18 ES ES497873A patent/ES8200805A1/es not_active Expired
- 1980-12-18 BE BE0/203240A patent/BE886753A/fr not_active IP Right Cessation
- 1980-12-19 DD DD80226367A patent/DD155573A5/de unknown
- 1980-12-19 JP JP55180292A patent/JPS5925548B2/ja not_active Expired
-
1984
- 1984-06-09 SG SG425/84A patent/SG42584G/en unknown
- 1984-10-04 HK HK752/84A patent/HK75284A/xx unknown
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
ES497873A0 (es) | 1981-11-01 |
JPS5698985A (en) | 1981-08-08 |
HK75284A (en) | 1984-10-12 |
HU181776B (en) | 1983-11-28 |
IT1129450B (it) | 1986-06-04 |
SG42584G (en) | 1985-02-08 |
ZA807334B (en) | 1982-07-28 |
DE3046460C2 (de) | 1982-09-30 |
FR2472324A1 (fr) | 1981-06-26 |
FI803938L (fi) | 1981-06-21 |
AU6544680A (en) | 1981-06-25 |
FR2472324B1 (nl) | 1983-02-18 |
IT8068927A0 (it) | 1980-12-17 |
US4354200A (en) | 1982-10-12 |
GB2067046A (en) | 1981-07-15 |
BE886753A (fr) | 1981-06-18 |
GB2067046B (en) | 1984-03-14 |
ES8200805A1 (es) | 1981-11-01 |
SE8008859L (sv) | 1981-06-21 |
PL228530A1 (nl) | 1981-08-21 |
MX148028A (es) | 1983-03-01 |
AU537558B2 (en) | 1984-06-28 |
SE448047B (sv) | 1987-01-12 |
DE3046460A1 (de) | 1981-09-17 |
BR8008264A (pt) | 1981-07-07 |
DD155573A5 (de) | 1982-06-16 |
JPS5925548B2 (ja) | 1984-06-19 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US3202769A (en) | Apparatus for modifying the timing characteristic of a signal | |
NL7909177A (nl) | Amplitudemodulatorschakeling voor het moduleren van een videosignaal op een draaggolfsignaal. | |
US2908753A (en) | Visual television transmitter | |
US4322811A (en) | Clamping circuit for an adaptive filter | |
KR970002144B1 (ko) | 입력 비디오 신호의 부반송파 대 수평 sync 위상 트랙킹 회로 및 그 방법 | |
US4792845A (en) | Color video signal phase detector | |
NL8101816A (nl) | Kleurenbeeldimpulsgenerator. | |
US3578908A (en) | Automatic peak video control system | |
CA1126861A (en) | Sync separator with a lock-ahead clamp | |
US4647795A (en) | Travelling wave sampler | |
US3624414A (en) | Circuit arrangement for polarity reversal of signals from a signal source | |
NL8200127A (nl) | Kleurentelevisiekodeerschakeling. | |
JPS58171189A (ja) | Secam方式カラ−テレビジヨン用エンコ−ダ | |
KR930017459A (ko) | 버서트 위상 보정 회로 | |
JP3064703B2 (ja) | サンプルホールド回路 | |
JPS6223224A (ja) | デイジタル中継器用直流再生回路 | |
US4255758A (en) | Self-adjusting bell filter circuit for use in SECAM coders | |
US3702375A (en) | Amplitude modulation test circuit | |
KR840001467B1 (ko) | 진폭 변조회로 | |
US5047855A (en) | Picture pick-up or display device for successive scanning in opposing direction includes a circuit for assuring vertical symmetry of the video signal being displayed | |
US4937538A (en) | Circuit arrangement for synchronizing an oscillator | |
GB2027295A (en) | A phase comparator | |
KR930004637B1 (ko) | 동기 신호로부터 제어 신호를 인출하는 장치 | |
SU374725A1 (ru) | Устройство для формирования прямоугольных импульсов из синусоидального напряжения | |
NL7904985A (nl) | Kodeerschakeling voor een secam-kleurentelevisiezender. |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A1B | A search report has been drawn up | ||
BC | A request for examination has been filed | ||
A85 | Still pending on 85-01-01 | ||
BV | The patent application has lapsed |