NL7907176A

NL7907176A - Kernstrip.

Info

Publication number: NL7907176A
Application number: NL7907176A
Authority: NL
Original assignee: Hi I Ltd
Priority date: 1978-10-02
Filing date: 1979-09-27
Publication date: 1980-04-08
Also published as: IT7968898A0; US4273836A; NL189825C; JPS5838244B2; NL189825B; CA1108938A; SE437624B; AU5134379A; BE879004A; AU529389B2; FR2437937B1; SE7908038L; GB2034207B; IT1119199B; DE2939432C2; DE2939432A1; JPS5550919A; GB2034207A; FR2437937A1

Description

‘ ' *· » -1- 20912/CV/ts

Aanvrager: Hi-I Limited, Tustin, Californië, Verenigde Staten van Amerika.

Korte aanduiding: Kernstrip.

De uitvinding heeft betrekking op een kernstrip, d.w.z. een strip, die 5 kan worden gebruikt voor de kern van een samengesteld paneel of dergelijke.

Vaklui zijn bekend met de vervaardiging van samengestelde panelen, die zijn voorzien van een centrale kernconstructie en van aan weerszijden van deze kernconstructie aangebrachte dekplaten. Dergelijke panelen en daarvoor geschikte kernconstructies, zijn bijvoorbeeld beschreven in de Amerikaanse octrooien 10 2.930.882, 3.015.715, 3.077.532, 3-598.953, 3.689.730 en 2.983.038.

Uit deze octrooien is onder meer te ontnemen het gebruik van een kern-constructie, welke bestaat uit een aantal in elkaar geneste kernstrippen, die zijn voorzien van doorgaande flenzen uitgerust met mannetjes- en vrouwtjesknopen aan-r gepast om in elkaar te nesten voor het verkrijgen van een kern met het gewenste 15 oppervlak.

Het is ook bekend kernconstructies toe te passen, welke zijn voorzien van een aantal kernstrippen, die een aantal oren omvatten, die worden gevormd door een aantal inkepingen in tegen over elkaar gelegen randen van de kernstrip.

Een gebruikelijke toepassing van een dergelijke van inkepingen voorziene kern-20 strip is bijvoorbeeld beschreven in het genoemde Amerikaanse octrooi 2.983.038.

Verder zijn aan vaklui op dit gebied panelen'bekend, van het type, zoals beschreven in het Amerikaanse octrooi 2.983.038, waarin de toppen van de golven van de kernstrippen van inkepingen zijn voorzien ter vergemakkelijking van de vervorming van de kernstrippen in de gegolfde vorm en het in elkaar nesten 25 van de kernstrippen. Indien dergelijke van inkepingen voorziene strippen worden gebruikt zijn géén bevestigingsoppervlakken aangebracht bij ingekeepte delen van de kernstrippen voor bevestiging aan de binnenvlakkeri van de in de nabijheid daarvan opgestelde dekplaten van het paneel. Dientengevolge wordt de weerstand van het uiteindelijke paneel tegen spanning loodrecht op de lagen van het lami-30 naai vermindert met 15-20 %.

De gebruikelijke werkwijzen voor het vormen van materiaal geschikt om als kernstrip te worden gebruikt brengt met zich mee het aanvankelijk afsnijden van linten of strippen uit metaal van verhoudingsgewijs brede vellen uit dit materiaal. Het snijproces resulteert in de vorming van zeer kleine 35 scheurtjes in de tegenover elkaar gelegen randen van de zo gevormde strip of lint 790 71 7 6 t t -2- 20912/CV/ts a en veroorzaakt ook het koud verharden daarvan hetgeen de noodzaak met zich meebrengt tot een uitgloeiproces volgend op het snijden van het uitgangsmateriaal. Zelfs indien echter het uitgangsmateriaal wordt ontlaat, blijven zeer kleine scheurtjes achter in de tegenover elkaar gelegen randen van het veelal uit 5 roestvrij staal bestaande materiaal, dat wordt gebruikt bij de vervaardiging van het uitgangsmateriaal, zoals bijvoorbeeld Inco 718, 316, 347, 625, Rene 41, enz. Dientengevolge worden, indien het uitgangsmateriaal wordt onderworpen aan de extreme vervorming, die optreedt bij het in elkaar nesten van de vrouwtjes en mannetjesknopen die kenmerkend zijn voor de kernconstructies van de 10 bovengenoemde octrooien, de zeer kleine scheurtjes in aanzienlijke mate vergroot, hetgeen resulteert in een aanzienlijke vermindering van de belasting opnemende kenmerken van de uiteindelijke kernconstructie en een mogelijk scheuren daarvan indien deze wordt vervormd in vcrm matrijzen en/of bij de daaropvolgende verwerking.

15 Met de uitvinding wordt dan oók beoogd de vervaardiging van kernstrip- uitgangsmateriaal uit voordien gesneden materiaal met verschillende gebreken, zoals microscheuren vertonende randen, waarin de randen worden omgevouwen voor het verkrijgen van dubbele flenzen of delen.

Dientengevolge zijn, indien de omgevouwen randen worden onderworpen aan 20 de daaropvolgende stap voor het vervormen van deze randen in doorgaande of discontinue flenzen aan de tegenover elkaar gelegen zijkanten van het tussenlijf voor het vormen van een kernstrip de hiervoor vermelde onzuiverheden niet langer opgesteld bij de randen van de flenzen, maar binnen de flenzen in nabij elkaar opgestelde of over elkaar liggende verhouding met de lijven van de resul-25 terende kernstrippen. Indien dan ook de omgevouwen flenzen worden· onderworpen aan de verhoudingsgewijs grote vervorming vergezeld gaande aan de vorming van de vrouwtjes - en mannetjesknopen die gebruikmaking van de l eer volgens de hierboven genoemde octrooien met zich meebrengt, zijn de voor een dergeiijke vervorming aangeboden randen van de flenzen glad en gekenmerkt, door de volledige 30 Afwezigheid van barsten of scheuren, welke zouden kunnen leiden tot een later in gebreke blijven van de kernstrippen of de onder gebruikmaking daarvan vervaardigde kern.

Een belangrijk voordeel van de toepassing van het kernstripuitgangsmateri-aal volgens de uitvinding voor het vervaardigen van verschillende vormgevingen 35 bezittende kernstrippen is het elimineren van de hierboven genoemde ontlaatstap, 7907176 «ί -3- 20912/CV/ts aangezien de verharde rand van het lint of de strip waaruit het kernstripuit-gangsmateriaal wordt vervaardigd binnen de uiteindelijke kernstriprand is opgesteld en dientengevolge niet werkzaam is om de fysische prestatie van de kern-strip nadelig te beïnvloeden.

5 Teneinde een maximale werking van de bij de hierboven genoemde bekende constructies gebruikte uitgangsmaterialen te waarborgen zijn de in kernstrippen te vormen linten geplaatst in een afbijtoplossing na het snijden, teneinde een afronding te verkrijgen op de tégenover gelegen randen van de strippen om zodoende zoveel mogelijk de spanningsconcentraties, die aanwezig zijn in de scherpe 10 vierkante rand, die verlengd wordt voor het vormen van een vrouwtjesknoopflens, te elimineren.

De noodzaak voor een dergelijke afbijtstap is geëlimineerd door toepassing van de huidige uitvinding tengevolge van het feit, dat de af gesneden rand van het lint, dat wordt gebruikt voor het vormen van het kernstripuitgangsmateriaal 15 en de uiteindelijke kernstrip niet langer is gelegen in een zone van extreme verlenging en de gevouwen rand, die verlengd wordt, een door de vouw gevormde natuurlijke straal heeft.

Het elimineren van de betekenis van de door bewerking hard geworden rand van het lint, dat wordt gebruikt voor het vormen van het kernuitgangsmateriaal 20 is in het bijzonder van belang in het geval van titaan, aangezien de gecompliceerde ontlaatstap in een vacuümoven wordt geëlimineerd.

Het is dan ook een oogmerk'van de uitvinding een kernstripuitgangs-materiaal te verkrijgen, gekenmerkt door het feit, dat de tegenover elkaar gelegen randen van het uitgangsmateriaal zijn omgevouwen om aan het uitgangsmateriaal 25 een gedubbelde structuur mee te delen, welke op de randen van het uitgangsmateriaal een kraal geeft resulterende uit de werkwijze voor het tot stand brengen van de gevouwen randen en welke aanvankelijk beschadigde snijranden van de aanvankelijke strip waaruit het uitgangsmateriaal wordt gevormd, binnen de nieuwe afgeronde rand van het uitgangsmateriaal plaatst.

30 Een verder oogmerk van de uitvinding is het verkrijgen van een uitgangs materiaal van het bovengenoemde soort, waarin de binnenranden van de gevouwen . of gedubbelde delen van het uitgangsmateriaal zijn gelast aan het doorgaande deel van het uitgangsmateriaal om ze in een werkzame verhouding ten opzichte van elkaar vast te zetten.

35 Een verder oogmerk van de uitvinding is het voorzien in een kernstrip, 7907176 f -4- 20912/CV/ts dr welke is vervaardigd uit het bovengenoemde kernstripuitgangsmateriaal en waarin de gedubbelde randen zijn omgebogen voor het verkrijgen van een doorlopend profiel begrensd door de gebogen of omgevouwen randen en het overblijvende lijf van het uitgangsmateriaal. Door de gedubbelde randgedeelten van het uitgangsmateriaal 5 te buigen of te vouwen wordt een verhoudingsgewijs dikke en massieve flens verkregen, die kan worden bevestigd aan de binnenvlakken van de dekplaten van een paneel, door lassen, diffusiehechten, solderen en *hechtmiddelen of dergelijke.

Door gebruikmaking van de kernstrip völgens de uitvinding wordt een verhoudingsgewijs dikke flens verkregen aan de tegenoverliggende randen van de kern-10 strip, zoals gevormd door het omgevouwen of dubbele gedeelte van de kernstrip.

Dit bevordert in aanzienlijke mate de fysische eigenschappen van de verbinding tussen de kernstrip en de dekplaten voor spanning en 3panningsvermoeidheid loodrecht op de lagen van het laminaat en in verband met kernafschuifvermoeidheid.

Een verder oogmerk van de uitvinding is het verkrijgen van een kernstrip 15 van bovengenoemde soort, waarin latere vervorming van de kernstrip resulteert in de golfvormige uitvoering en afwisselende mannetjes- en vrouwtjesknopen zoals beschreven in bovengenoemde Amerikaanse octrooien. Indien een aantal van dergelijke kernstrippen op werkzame wijze in elkaar worden genest, door samenwerkende opstelling van de mannetjes- en vrouwtjesknopen op de in boven genoemde octrooien be-20 schreven wijze, wordt de constructieve sterkte van een uiteindelijk paneel, dat bestaat uit een of meer dekplaten, die aan de dubbele1" randen van de kernstrippen zijn gelast of op andere wijze bevestigd, aanzienlijk groot tengevolge van het feit, dat er drievoudige materiaallagen aanwezig zijn daar waar de flenzen in contact komen met de dekplaten en vijfvoudige materiaallagen zijn verkregen bij 25 de in elkaar geneste mannetjes- en vrouwtjesknopen van de kernstrippen en daarover liggende -«dekplaten. De resulterende constructie wordt gekenmerkt door een aanzienlijk grotere weerstand tegen spanning loodrecht op het laminaat dan de in de bovengenoemde octrooien beschreven constructies.

Zoals hierboven vermeld is het ook mogelijk , dat alternatieve uitvoerings-30 vormen van de kernstrip volgens de uitvinding zodanig worden uitgevoerd, dat de vereiste fysische kenmerken kunnen worden verkregen. In sommige gevallen kunnen bijvoorbeeld indien de kennstrippen van een golfvormige uitvoering zijn openingen of inkepingen zijn gevormd in de kernstrip bij de knoopgedeelten daarvan 'ter vergemakkelijking van het verkrijgen van de gegolfde vormgeving van de kernstrip 35 zonder de grote vervorming veroorzaakt door het aanbrengen van vrouwtjes- en man- 79 0 7 1 7 6 c -5- 20912/CV/ts ψ netjesknopen op de kernstrippen, zoals hierboven besproken.

Bij bekende constructies, waar dergelijké openingen of inkepingen zijn aangebracht bij de knoopgebieden van de flenzen, vermindert de daaruit resulterende eliminering van de doorgang van de flens de eigenschappen van Het 5 resulterende paneel met betrekking tot een spanning loodrecht op het laminaat met ongeveer 15-20 %. Door de toepassing van kernstrip volgens de uitvinding treedt echter een dergelijke vermindering van de eigenschappen van het uiteindelijke paneel niet op tengevolge van het feit, dat de dikkere delen op de tegenover elkaar gelegen randen van de kernstrip de eigenschappen van het uiteindelij-10 ke paneel bevorderen in een mate, welke het effect van de inkepingen bij de knoopgebieden van de kernstrippen meer dan goed maakt.

De vorming van de openingen of inkepingen kunnen dan worden bewerkstelligd voorafgaand aan de vorming van de kernstrip in de profielvorm of daarop volgend. De aanvankelijke materiaalstrip, waafcuit het uitgangsmateriaal wordt 15 gevormd kan bijvoorbeeld zijn voorzien van cirkelvormige openingen nabij de ^randen daarvan voorafgaand aan het vouwen van de randen voor het verkrijgen van het gedubbelde effect.

Indien de randen zo zijn gevouwen, worden de cirkelvormige openingen verkleind voor het vormen van halfcirkelvormige inkepingen in de gedubbelde ran- c 20 den, welke inkepingen op hieronder nader te omschrijven wijze dienen voor het vergemakkelijken van de vorming van de kernstrippen in de gewenste gegolfde vormgeving.

Een van de voordelen van.de vorming van de inkepingen op de boven beschreven wijze is dat de cirkelvormige openingen'kunnen worden vervaardigd door ge-25 bruikmaking van een stevig gereedschap van het pónstype-, dat een langere levensduur heeft en nauwkeuriger werkt dan de gebruikelijke gereedschappen, die worden benut bij het uitknippen voor het vormen van inkepingen in de randen van het dubbel gevouwen deel van het kernstripuitgangsmateriaal nadat deze dubbel gevouwen delen zijn gevormd.

30 Binnen de beschermingsomvang van de uitvinding zijn ook de verschillende werkwijzestappen, die worden gebruikt in het vervaardigen van de kernstripuitgangs-materialen en de kernstrippen, die hierboven zijn beschreven. Het is dan ook een oogmerk ..van de uitvinding een werkwijze te verkrijgen voor het vervaardigen van kernstripuitgangsmateriaal, welke werkwijze een eerste vouwstap omvat, waardoor 35 de tegenover elkaar. gelegen uit geschikt materiaal, zoals roestvrij staal, 790 7 1 7 6 ί · > n -6- 20912/CV/ts titaan of dergelijke vervaardigde strip naar binnen worden gevouwen naar het midden van de strip voor het verkrijgen van dubbele delen bij de tegenover elkaar gelegen randen van de strip.

Een ander oogmerk van de uitvinding is het verkrijgen van kernstripuit-5 gangsmateriaal met rijen inkepingen in de tegenover elkaar gelegen randen daarvan doordat langgestrekte lijnen van openingen parallel nabij de randen worden gevormd in uit geschikt materiaal bestaande strippen waarna de afmeting van de openingen wordt verminderd voor het verkrijgen van -inkepingen in de randen van het uiteindelijke kernstripuitgangsmateriaal.

10 Een ander oogmerk van de uitvinding is het verkrijgen van een werkwijze van bovengenoemde aard, waarin de daarop volgende vermindering van de afmeting van de openingen voor het verkrijgen van de inkepingen wordt bewerkstelligd door de eerste vouwstap, waardoor de dubbel gevouwen delen worden verkregen aan de tegenover elkaar gelegen randen van het kernstripuitgangsmateriaal en de vouwstap 15 een vouw vormt op een lijn, welke de doorgaande rijen van openingen snijdt voor het verkrijgen van de inkepingen.

Een verder oogmerk van de uitvinding is het verkrijgen van een werkwijze voor het vervaardigen van kernstripuitgangsmateriaal, waarbij de eerste vouwstap wordt bewerkstelligd door een strip uit geschikt materiaal te voeren door 20 een aantal rollen, waarbij de dubbele delen bij de tegenover elkaar gelegen randen met hun binnenoppervlakken in ingrijping zijn met de doorgaandee. delen van het uitgangsmateriaal en waarbij een centraal restgedeelte achterblijft tussen de randen van de dubbel gevouwen delen.

Een ander oogmerk van de uitvinding is de werkwijze voor het vormen van 25 een kernstrip, welke een eerste vouwstap omvat voor het verkrijgen van dubbel gevouwen delen aan de tegenover elkaar gelegen randen van een geschikte strip en een tweede vouwstap waardoor de dubbel gevouwen deler! onder een hoek worden gevouwen ten opzichte van het tussen gelegen lijf van de uiteindelijke kernstrip voor het verkrijgen van een doorlopend kanaal tussen de doorlopende flenzen, die 30 . worden gevormd door de dubbel gevouwen delen.

Een verder oogmerk van de uitvinding is het verkrijgen van de bovengenoemd de werkwijze waarbij een volgende vervormingsstap van de kanaalvormige kernstrip plaatsvindt voor het verkrijgen van een gegolfde vormgeving en afwisselende mannetjes- en vrouwtjesknopen bij de toppen van de golven.

35 Een verder oogmerk van de uitvinding is het voorzien in een werkwijze voor > 790 7 1 7 6 -7- 20912/CV/ts ψ het vervaardigen van kerstrippen, welke omvat de stappen van het vormen van een doorgaande serie openingen nabij de tegenover elkaar gelegen randen van een geschikte materiaalstrip, het onderwerpen van de materiaalstr.ip aan een eerste vouw-behandeling langs een lijn, die centraal ten opzichte van de openingen is gelegen 5 voor het verminderen van de afmeting van de openingen en het verkrijgen van inkepingen in de omgevouwen delen van de strpp, het onderwerpen van het daaruit resulterende kemstripuitgangsmateriaal· aan een tweede vouwbehandeling, waardoor de omgevouwen panden worden opgesteld in vlakken, die althans nagenoeg loodrecht zijn gelegen op het centraal gelegen lijf van de gevormde kernstrip, en het vervormen 10 van de kernstrip in een gewenste vormgeving waardoor de bovengenoemde inkepingen afwisselend worden verkleind en uitgezet.·

Ook binnen de beschermingsomvang van de uitvinding is het concept, dat in het verloop van de eerste vouwstap een kraal kan worden gevormd bij de gevouwen rand van de gedubbelde delen, welke ongeveer 1/3 of eenmaal de dikte van de folie 15 heeft waaruit het kemstripuitgangsmateriaal is gevormd. De kraal voorkomt breuk van de rand, welke kan worden veroorzaakt door de eerste vouwstap en vergemakkelijkt het aanbrengen van de kernlinten in het paneelsamenstel door een kleine groef aan het naar binnen gerichte grensgedeelte aan te brengen voor het opnemen van een orgaan voor het aanbrengen van de kernstrip waardoor het gebruik van vacuüm en 20 of krachtpassing voor het houden van de kernstrip in de juiète stand tijdens het aanbrengen van de kernstrip in de inrichting voor. het samenbouwen van het paneel wordt geëlimineerd.

Een ander oogmerk van de uitvinding is het voorzien in een kernstrip, welke wordt gekenmerkt door het aanwezig zijn van de bovengenoemde dubbel gevouwen 25 delen aan de tegenover elkaar gelegen flenzen en vwelke verder wordt gekenmerkt door het aanwezig zijn van d& vrouwtjes en mannetjesknopen op afwisselende toppen van de golven van de kernstrip. De kernstrip wordt verder gekenmerkt door het feit, dat de flenzen aan de tegenover elkaar gelegen randen van de strip zijn verkleind voor het verkrijgen van mannetjesknopen afwisselend op de strip en is voor-zien van sleuven, welke de vervorming van de flenzen bij de mannetjesknopen vergemakkelijkt voor het elimineren van onregelmatigheden daarin tengevolge van de stoot van de matrijs in het vervormingsproces.

Een verder oogmerk van de uitvinding is het verkrijgen van een kernstrip-uitgangsraateriaal, dat wordt gekenmerkt, door het feit, dat afwisselend inkepingen 35 zijn aangebracht in de tegenover elkaar gelegen randen van het kernstripuitgangs- 7907176 I »

P

-8- 20912/CV/ts materiaal, hetgeen resulteert in de bovengenoemde kernstrip, zodat de resulterende ingekeepte en niet ingekeepte mannetjes- respectievelijk vrouwtjesknopen worden verkregen.

Aan vaklui op dit gebied zal het uiteraard duidelijk zijn, dat een grote 5 variëteit van materialen variërend tussen het simpelste, zoals papier tot de meest geavanceerde exotische materialen, zoals titaan kunnen worden gebruikt bij het toepassen van de leer volgens de uitvinding, welke betrekking heeft op zowel het produkt als de werkwijze.

Zo zijn bijvoorbeeld de voorstellen volgens bovengenoemde octrooien toe-10 gepast voor roestvrij staal en titaan en het is denkbaar, dat de leer volgens de onderhavige uitvinding in de toekomst kan worden toegepast bij legeringen, die tot nu toe nog niet zijn vervaardigd.

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van bijgaande figuren.

15 Fig. 1 toont in perspectief een golfvormig uitgangsmateriaal, dat is voor zien van gaten volgens de eerste vormstap van de werkwijze volgens de uitvinding.

Fig. 2 toont het in fig. 1 afgebeelde uitgangsmateriaal,nadat de eerste vouwstap is uitgevoerd.

Fig. 3 toont de vorming van de kernstrip uit het in fig. 1 en 2 afgebeel-20 de uitgangsmateriaal door toepassing van de tweede vouwstap.

Fig. H toont in perspectief een deel van een voltooide kernstrip, nadat de kernstrip de golvende vormgeving is gegeven.

Fig. 5 toont in perspectief een deel van een andere uitvoeringsvorm van uitgangsmateriaal voor de kernstrip.

25 Fig. 6 toont het in fig. 5 afgebeelde uitgangsmateriaal na het omvouwen van de randen.

Fig. 7 toont een uit het in de figuren 5 en 6 gegeven materiaal vervaardigde kernstrip.

Fig. 8 toont een gofvormig uitgevoerde kernstrip vervaardigd uit het in 30 de figuren 5 en 6 afgebeelde uitgangsmateriaal.

Fig. 9 toont een alternatief voor het uitgangsmateriaal voor het vervaardigen van een kernstrip.

Fig. 10 toont op grotere schaal het in fig.3 omcirkelde gedeelte 10 van de kernstrip.

35 Fig. 11 toont een alternatieve werkwijze voor het vormen van inkepingen.

790 7 1 7 6 • 9 -9- 20912/CV/ts »

Fig. 12 toont in perspectief een alternatieve vorm van het kernuitgangs-materiaal en eep kernstrip.

Fig. 13 toont in perspectief een tweetal met elkaar samenwerkende kern-strippen van het type af geheeld in fig. 12.

5 Fig. 14 toont een doorsnede over fig. 13, gezien volgens de lijn 14-14 in fig. 13-

In de figuren 1-4 is een kernstripuitgangsmateriaal 10 weergegeven, dat is voorzien van een aantal cirkelvormige openingen 12, die in het uitgangsmateriaal 10 nabij de randen daarvan zijn gevormd, zodanig, dat de cirkelvormige openingen 10 in een rechte lijn zijn opgesteld en op enige afstand van de zijranden 14 van het uitgangsmateriaal zijn gelegen voor het vergemakkelijken van de uitvoering van de verdere stappen volgens de uitvinding.

De afmeting en vorm van de openingen 12 zijn uiteraard variabel, aangezien het denkbaar is, dat gekromd uitgevoerde openingen die elliptisch zijn uitgevoerd, 15 in plaats· van de openingen 12 worden aangebracht. Verder kan de afstand tussen de randen 14 en de buitenomtrekken van de openingen 12 worden gevarieerd teneinde de buitenomtrekken van de openingen 12 op de gewenste afstanden van de randen 14 van het uitgangsmateriaal te plaatsen.

Aangezien de omtrekken van de openingen 12 continu zijn, kunnen zij wor-20 den gevormd door gebruikmaking van een of meer gebruikelijke ponsen, die tengevolge van het feit dat zij over hun hele omtrek door het materiaal dringen een bijzonder lange levensduur hebben en die in optimale conditie kunnen worden gehouden met een minimum aan inspanning.

Uiteraard kunnen in de tegenover elkaar liggende randen van dubbel gevouwen 25 flenzen van het kernstripuitgangsmateriaal inkepingen worden gevormd door kappen of andere technieken indien dit gewenst mocht zijn. De uiteindelijke functie van de inkepingen is echter gelijk, dat wil zeggen bedoeld voor het vergemakkelijken van de vorming van de kernstrip in een golfvormige uitvoering.

Het materiaal waaruit het uitgangsmateriaal 10 voor de kernstrip wordt 30 vervaardigd, kan roestvrij staal zijn met afmetingen in de orde van grootte van 0,002 inch tot 0,005 inch. Ook kan het worden vervaardigd uit verschillende titaan-legeringen voor toepassingen in zwaarbelaste installaties, zoals bijvoorbeeld in de luchtvaart of de'’ruimtevaart.

Bij commerciële toepassingen kunnen verschillende typen recht chroom of 35 koolstof staalplaat worden gebruik ter vervanging van de meer exotische roestvrije 790 7 1 7 6 J 1 t -10- 20912/CV/ts stalen en titaanlegeringen.

Tengevolge van de toepassing van verschillende stappen van de werkwijze voor het vervaardigen van het kernstripuitgangsmateriaal kan het uitgangsmateriaal °ï een gewenste breedte gesneden worden gekocht. De gebruikelijk toegepast toleran-5 tie is ongeveer 0,001 per inch breedte. Dientengevolge wordt de dure nauwkeurige snijding van het. materiaal, dat wordt vereist bij het vervaardigen van de strip, volgens de bovengenoemde oetrooien geëlimineerd.

Na de vorming van de'openingen 12 door deze openingen in een continue rechte lijn op afstand van elkaar in het materiaal in te ponsen wordt het kern-10 stripuitgangsmateriaal 10 onderworpen aan een eerste vouwstap, welke resulteert in de aanbrenging van gevouwen randen 16 voor het verkrijgen van gedubbelde delen, waarbij gelijktijdig de afmetingen van de openingen 12 worden verkleind zodat halfcirkelvormige inkepingen 18 worden verkregen in de tegenover elkaar liggende randen van het uitgangsmateriaal 10. Tijdens de uitvoering van de eerste vouw-15 stap, waaraan het uitgangsmateriaal 10 wordt onderworpen kan een kleine kraal 20 worden gevormd bij de rand van de vouw, hetgeen resulteert in een doorgaande opening 22 die is omsloten door de kraal 20 (fig. 10).

De vorming van de kraal 20 elimineert de mogelijkheid, dat de randen van cfe oagevouwen delen kunnen worden gebroken indien materialen worden gebruikt, welke 20 onderhevig zijn aan een overmatige verharding of bros worden. Indien meer rekbare materialen worden gebruikt, kan de kraal 20 worden weggelaten en kan een vouw, waarbij de omgevouwen delen volledig contact met elkaar maken bij de eerste vouw-stap worden gevormd.

Vervolgens wordt het uitgangsmateriaal onderworpen aan een tweede stap, 25 welke het beste blijkt uit fig. 3, en waarin de omgevouweri randen of gedubbelde delenworden onderworpen aan een tweede vouw- of buigstap, welke de omgevouwen randen plaatst in vlakken, die althans nagenoeg loodrecht op het vertikaal opgestelde tussen gelegen deel of lijf 26 zijn gelegen. Daarbij strekken de binnenranden van de gedubbelde delen zich langs het lijf 26 uit bij 23 (fig· 3). Deze 30 delen kunnen aan het lijf worden bevestigd met behulp van een aantal lasverbin-dingen 90 (fig. 2).

De omgevouwen randen .16, welke de gedubbelde delen vormen, kunnen zodanig zijn bemeten, dat de binnenrand van het gedubbelde deel ligt bij de aansluiting van de flens en het lijf en zich dus niet langs'het lijf uit strekt ,, jn de2e 35 constructie zal het omgevouwen deel zijn gelast aan de flens in plaats van aan 7907176 > -11- 20912/CV/ts het lijf indien het gewenst is om het omgevouwen deel vast te lassen.

Daarna kan het in fig. 3 weergegeven uitgangsmateriaal 10 door een volgende stap worden gevormd in de kernstrip 30, welke is afgeheeld in fig. 3 door de sinusvormige of golfvormige vormgeving mee te delen aan de kernstrip 30, 5 waarbij de halfcirkelvormige inkepingen 18 bij de mannetjesknopen 32 van de kernstrip althans nagenoeg gesloten zullen worden met uitzondering van een verhoudingsgewijs kleine opening 34.

Delen van de raannetjesknopen 32 worden gevormd om het mogelijk te maken deze aan te brengen in de overeenkomstige vrouwtjesknopen 36. De aanbrenging van de 10 inkepingen 18 vergemakkelijkt de vervorming, aangezien er·, niet langer een overmaat van materiaal aanwezig is, welke hét oppervlak van. de vervormde delen beschadigd. _

Uiteraard worden de inkepingen 18 bij de vrouwtjesknopen 36 in aanzienlijke mate uitgezet teneinde het mogelijk te maken om de niet vervormde en niet 15 verminderde delen van de mannetjesknopen 32 in de nabijheid daarvan op te stellen.

Ondanks de aanwezigheid van de inkepingen 18 is er dan ook een aanzienlijke constructieve doorgang in de flenzen verkregen door de dubbel gevouwen randen 16.

Een alternajfcieve vormgeving van het kernstripuitgangsmateriaal is weergegeven bij 40 in fig. 5- Dit uitgangsmateriaal is voorzien van een aantal rechthoe-20 kige of vierkante>openingen 42 die in het uitgangsmateriaal 40 op dezelfde wijze en onderlinge verhouding zijn aangebracht als de cirkelvormige openingen 12 in het uitgangsmateriaal 10. Het uitgangsmateriaal 40 wordt onderworpen aan de eerste vouwstap, hetgeen resulteert in de corresponderende omgevouwen of gedubbelde delen 44 en de vermindering van de afmetingen van de rechthoekige of vierkante 25 openingen 42 om de vorming van V-vormige inkepingen 46 in de randen van het uitgangsmateriaal 40 en eveneens kan een kraal 48 worden gevormd, welke is voorzien van een zeer kleine boring 50 en die wordt aangebracht om inscheuren van het door bewerken hard geworden materiaal te voorkomen.

Vervolgens wordt de tweede vouw- of buighandeling of stap op het uitgangs-30 materiaal 40 uitgeoefend, hetgeen resulteert in de opstelling van de omgevouwen randen in een vlak althans nagenoeg loodrecht op het vlak van het centrale ge-. deelte 52 van het uitgangsmateriaal 40. De inkepingen 46 zijn dan in een horizontale stand opgesteld.

De laatste stap, die uitgevoerd moet worden voor het meegeven van een 35 golfvorm aan het uitgangsmateriaal resulteert in een voltooide kernstrip zoals 790 7 1 7 6 , * * f -T2- 20912/CV/ta afgebeeld in fig. 8 waarin een compléte sluiting van inkepingen 46 heeft plaatsgevonden bij de toppen 64 van de gegolfde strip 60 en een .aanzienlijke opening van de inkepingen 46 heeft plaatsgevonden bij de basis 62 van de golvingen om te resulteren in het mannetjesaspect van de toppen 64 en het vrouwtjesaspect van de inke-5 pingen 46 bij de basis 62 van .de golven.

Ofschoon de vorming van een drietal uitvoeringsvormen van openingen nl. cirkelvormig, vierkant of rechthoekig is beschreven zal het aan* vaklui op dit gebied duidelijk zijn, dat verschillende andere vormgevingen voor de openingen kan worden toegepast om aan de tegenover elkaar gelegen randen van het uitgangs -10 materiaal en uiteindelijk aan de tegenover elkaar gelegen randen van de'-'kern-strip de ingekeeptê vormgeving mee te delen.

In fig. 10 is op grotere schaal de vorming van de boring of opening 22 door de vorming van de kraal 22 in het omgevouwen deel van het uitgangsmateriaal 10 afgebeeld.

15 Uiteraard zijn er in de techniek kernstrippen bekend, waarin een aantal uit een laag bestaande rechte hoekvouwen of oren zijn aangebracht op de tegenover elkaar liggende randen van de gegolfde strip, zoals bijvoorbeeld in het bovengenoemde Amerikaanse octrooi 2.983.038. Indien een dergelijke kernstripvormgeving wordt gewenst met een enkele materiaallaag aan de tegenover elkaar gelegen omge-20 bogen randen, kan de volgorde van de hierboven beschreven werkwijzestappen worden veranderd door het elimineren van de aanvankelijke omvouwstap en een uitgangsmateriaal 70 uit te snijden langs langslijnen 72 (fig. 11) voor het verkrijgen van inkepingen In de randen in het uitgangsmateriaal voorafgaand aan het buigen of omvouwen van de randen in een stand, waarin deze zich althans nagenoeg lood-25 recht op het binnengedeelte uitstrekken'.

Ofschoon hierboven een concept is beschreven van het verkrijgen van een aantal uitgangsstrippen voor de aanvankelijke vorming, van de verschillende uitvoeringsvormen van openingen, welke resulteert in de uiteindelijke inkeepvormgeving van de desbetreffende kernstrippen, kan een grote plaat 80 van kernmateriaal, 30 zoals is afgebeeld '.in fig. 9 worden gebruikt, waarbij in de plaat een aantal in lijnen gelegen openingen 82 kunnen worden gevormd door een herhaalde ponsbewerking of dergelijke. Vervolgens kan de grote materiaalplaat 80, die kan worden gevormd door een doorgaande brede strip kernmateriaal, dat wordt toegevoerd van een rol of dergelijke,worden gesneden voor het verkrijgen van de vormgevingen van het 35 790 7 1 7 6 -13- 20912/CV/ts uitgangsmateriaal zoals afgebeeld in de figuren 1 en 5’ of vormgevingen met gabafmeting en vorm gewenst voor een desbetreffend uitgangsmateriaal.

Het zal dan ook duidelijk zijn aan vaklui op dit gebied, dat de vorming van de kernstrip kan resulteren in een dubbel gevouwen kernstrip van het type 5 van de kernstrippen 30 en 60 van de figuren 4, respectievelijk 8 of kan resulteren in een kernstrip van de algemene vormgeving zoals beschreven in het bovengenoemde Amerikaanse octrooi 2.983*038.

Verder zal het duidelijk zijn aan vaklui op dit gebied, dat de vorming van de inkepingen door het aanvankelijk ponsen van openingen nabij de randen van 10 het uitgangsmateriaal of in continue lijnen in uitgangsmateriaal van grotere afmeting,kan worden geëlimineerd door de‘hierboven aangeduide uitkniptechniek. Verder resulteert de stap van het dubbelvouwen in het aanbrengen van een drietal lagen materiaal bij het tussenvlak van de dubbele vouwen van de kernstrippen, zoals de kernstrippen 30 en 60 afgebeeld in de fig. 4 en 8 met de dekplaat van een paneel, 15 waardoor een grote constructieve sterkte en afschuifweerstand aan het paneel wordt meegedeeld.

Teneinde de mogelijkheid te elimineren, dat ondanks het aanbrengen van de kraal 20 tijdens de eerste vouwstap een breuk eaa· scheiding van het omgevouwen „ deel van het overige gedeelte van het uitgangsmateriaal kan veroorzaken, kunnen 20 hechtlaseen 90, zoals weergegeven in fig. 2 worden aangebracht, hetgeen zal waarborgen, dat de bevestiging van de omgevouwen randen aan het overblijvende deel van het uitgangsmateriaal gehandhaafd zal blijven totdat de uiteindelijke kernstrip door lassen of op andere wijze'veilig is bevestigd in de juiste stand in de desbetreffende dekplaat. Het is gewenst, dat de hechtlassen 90 zijn gelegen 25 in de delen van de vouwen, welke zich uitstrekken over het lijf 26 van de uiteindelijke kernstrip, zoals weergegeven in fig. 3» indien deze omgevouwen delen althans gedeeltelijk langs het lijf verlopen.

Zoals hierboven aangeduid, is het, in plaats van het kernstripuitgangs-materiaal te vervaardigen met voordien gevormde gaten of openingen, zoals bij de 30 hierboven beschreven uitvoeringsvoorbeelden, mogelijk om het uitgangsmateriaal en de daaruit resulterende kernstrip te vervaardigen met doorgaande flenzen overeenkomend met de flenzen toegepast bij de constructie beschreven in de bovengenoemde octrooien. De flenzen worden vervormd voor het verkrijgen van de samenwerkende mannetjes- en vrouwtjesknopen en voor het meedelen van de gegolfde vormgeving 35 aan de kernstrip door gebruikmaking van geschikte matrijzen of andere gereedschap.

790 7 1 7 6 i -14- 20912/CV/ts

Bovendien is het denkbaar inkepingen aan te brengen in een doorgaande flens van een voordien vervaardigde kernstrip door de uitknipwerkwijze, welke het gebruik van matrijzen met zich meebrengt die de inkepingen in de voordien gevormde omgevouwen randen van het kernstripuitgangsmateriaal snijden.

5 In aanvulling op het in aanzienlijke mate begunstigen van de fysische kenmerken van het paneel, waarbij een kernstrip met dubbel gevouwen delen wordt toegepast geven de dubbel gevouwen delen talrijke andere voordelen, welke vele bekende handelingen, die-worden ontmoet bij inrichtingen zoals beschreven in bovengenoemde octrooien elimineren. Tijdens de snijhandeling, die wordt toege-10 past bij de vorming van defooveSgeaoMRe octrooien voorafgaand aan de vervaardiging van het kernstripuitgangsmateriaal worden bijvoorbeeld kleine scheurtjes gevormd langs de rand van de strip, welke ertoe neigen zich te ontwikkelen in grotere scheuren tijdens de vorming van de vrouwtjesknoop tengevolge van de extreme verlenging van het materiaal dat optreedt bij de vorming van vrouwtjes-15 knopen en welke in de orde van grootte van 60? of meer bedraagt. Het snijden veroorzaakt ook een door het vervormen verharden van de snijrand, waardoor de neiging van de rand om tijdens de vervorming te scheuren toeneemt.

Dientengevolge moeten de kernstrippen na het snijden op een of andere wijze worden onderworpen aan een warmtebehandeling. Zoals hierboven reeds ver-20 meld kunnen uit titaan vervaardigde strippen onder vacuüm aan een warmtebehandeling worden onderworpen om althans een deel van de microscheuren op te heffen.

Door het elimineren van de hierboven genoemde stappen voor de warmtebehandeling vermindert de eerste vouwstap en de daaruit resulterende dubbele rand-constructie van de kernstrip in aanzienlijke mate de kosten voor het vervaar-25 digen van de kernstrip. Dit is een gevolg van het feit, dat de zeer kleine scheuren in de doorgesneden rand worden opgesteld in een over elkaar liggende verhouding met de baan of het aansluitende gebied van de uiteindelijke kernstrip op plaatsen, waar de verlenging verwaarloosbaar is en de microscheuren geen effect hebben op de kenmerken van de kernstrip en het onder gebruikmaking van deze strip 30 vervaardigde uiteindelijke paneel.

Een ander gewenst resultaat van het gebruikmaken van de omgevouwen of gedubbelde randen is het feit, dat de afgeronde randen, die moeten worden verkregen door afbijten en/of schaaftechnieken op de afgesneden randen van de bekende kernstrippen kan worden geëlimineerd aangezien het aanbrengen van omgevouwen 35 delen op de randen van de kernstrip automatisch een afgeronde·"rand geeft, terwijl 790 7 1 7 6 • 1 - -15- 20912/CV/ts de scherpe randen van de snijgebieden van de kernstrip worden opgesteld in een zone, waar althans nagenoeg geen vervorming optreedt indien de golfvorm aan de kernstrip wordt meegedeeld.

Ofschoon het waar is, dat de dubbel gevouwen rand tijdens de behandeling 5 verhard wordt en resttrekspanningen aan zijn buitenoppervlakken vertoont en rest-drukspanningen aan zijn binnenoppervlakken,worden deze spanningen niet ,opgeteld op de grote door de verlenging voortgebrachte trekspanningen, die worden opgewekt indien de kernstrip wordt gevormd in de gegolfde vormgeving. Dit is toe te schrijven aan het feit, dat indien de spanningen worden opgewekt zij optreden 10 onder hoeken van 90° ten opzichte van elkaar.

Een van de meest gewenste kenmerken verkregen door de dubbele randcon-stractie van de kernstrip volgens de uitvinding, is dat de loodrecht op de lagen van het laminaat gerichte treksterkte van de dubbele flens aanzienlijk groter is dan de bekende enkele flensconstructie.

15 Een in gebreke blijven van de verbinding tussen de flens en de dekplaat treedt op bij de rand van de las resulterend in een afschuiven van de kernstrip van de las. Indien een een enkele laag omvattende flens wordt toegepast bij de kernstrip, zoals bij de bekende constructies is de weerstand tegen de afschuif-werking aanzienlijk minder dan de weerstand van de dubbele flens volgens de uit-20 vinding tengevolge van het feit, dat de las zich uitstrekt door twee lagen van flensmateriaal waardoor de sterkte van de lasverbinding aanzienlijk wordt vergroot.

Bovendien wordt de weerstand van het paneel voorzien van kernstrippen met dubbele flenzen tegen spanningsmoeheid en kernafschuifmoeheid aanzienlijk 25 vergroot tengevolge van het versterkingseffect, dat door de dubbele flens wordt verkregen.

Proeven hebben bijvoorbeeld aangetoond, dat met een een enkele dikte bezittende gebruikelijke flens onder gebruikmaking van Inco 625 folie met een dikte van 0,003 inch de kracht per puntlas vereist voor het vertikaal afscheuren van 30 de flens tvan de dekplaat ongeveer 9 tot 12 pond bedraagt. Met een kern met dubbel uitgevoerde flens en met verder dezelfde kenmerken bedraagt deze kracht tussen de 15 en de 20 pond.

Alternatieve vormgevingen voor het kernstripuitgangsmateriaal en de kernstrip zijn afgebeeld in de figuren 12—14. Zoals uit fig. 12 blijkt, kan het kern-35 stripuitgangsmateriaal 102 worden gevormd door een doorgaande matrijswerking in 790 7 1 7 6 « -16- 20912/CV/ts i de kernstrip 104. Het kernstripuitgangsmateriaal 102 wordt gekenmerkt door het feit, dat inkepingen 106 zijn gevormd in de dubbel gevouwen randen 108 van het uitgangsmateriaal door een uitkniptechniek waarbij de inkepingen 106 worden uitgesneden door ponsorganen in de dubbel gevouwen randen 108 na de vorming van deze 5 dubbel gevouwen randen. Verder wordt het uitgangsmateriaal 102 gekenmerkt door het feit, dat de inkepingen 106 op een grotere afstand van elkaar zijn gelegen dan de doorgaande serie inkepingen in de hierboven beschreven uitvoeringsvoorbeelden, zodat de inkepingen 106 slechts zullen worden aangetroffen bij afwisselende knopen van de uiteindelijke kernstrip 104, zoals hieronder nader zal worden beschre-10 ven.

De kernstrip 104 heeft een golfvormige uitvoering en omvat een lijf 110 met dubbel gevouwen flenzen 112 aan de tegenover elkaar liggende randen van het lijf. De kernstrip is uitgerust met mannetjesknopen 114 en vrouwtjesknopen 116.

De mannetjesknopen 114 omvatten de inkepingen 106, die zijn verminderd tot een 15 zeer kleine opening 118 tijdens de vervorming van de mannetjesknopen 114, teneinde het mogelijk te maken deze in te passen in de vrouwtjesknopen 116 zoals is weergegeven in fig. 13« Anderzijds zijn de vrouwtjesknopen 116 niet uitgerust met inkepingen, maar wordt hieraan de in de figuren 12-14 weergegeven vormgeving gegeven, tijdens het verlenen van een golfvormig verloop aan de kernstrip.

20 De aanbrenging van de inkepingen 106 bij de raannetjesknopen 114 elimineert de ruggen en onregelmatigheden, die zouden optreden, indien de inkepingen 106 de vervorming van het materiaal bij de mannetjesknopen niet zouden opneraen. Dientengevolge' wordt een betere onderlinge passing tussen de mannetjes- en vrouw-tjesknopen 114 en 116 bewerkstelligd.

25 De wijze waarop de mannetjesknopen 114 passen in de vrouwtjesknopen 116 is afgebeeld in de figuren 13 en 14. De plaatselijke vervorming van de mannetjesknopen 114 en het elimineren van ruggen bij het punt van plaatselijke vervorming door het aanbrengen van de inkepingen 106 vergemakkelijkt de innige ingrijping van de nabij elkaar opgestelde kernstrippen 104. Bovendien vóórziet, zoals het 30 beste blijkt uit fig. 14, de onderlinge passing van de vrouwtjes- en mannetjesknopen 114 en 116 in vier lagen materiaal gevormd door de dubbel gevouwen delen van de flenzen 112 voor de opname van een vijfde materiaallaag gevormd door de niet weergegeven ’/dekplaten aan weerszijde van het paneel, waarin de kern wordt aangebracht.

35 Zoals hierboven aangeduid, trekken de binnenranden van de dubbel gevouwen 7 9 0 7 1 7 6 -17- 20912/CV/ts randdelen zich langs het lijf 26 uit, zoals aangegeven bij 23 in fig. 3· Ofschoon in het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld de binnenranden van de dubbel gevouwen delen zich over een betrekkelijk smal gedeelte van het lijf uitstrekken, zal het duidelijk zijn, dat een grotere materiaallengte van de dubbel gevouwen delen zal 5 bewerkstelligen, dat ieder dubbel gevouwen deel een groter gedeelte van het lijf afdekt, indien dit gewenst mocht zijn.

CONCLUSIES

« « 7907176

Claims

1. Kernstripuitgangsmateriaal voorzien van een langgestrekt lichaam met aan de tegenover elkaar gelegen randen daarvan dubbele delen, die continu zijn, ter- 5 wijl tussen de dubbele delen een lijf is gelegen.

2. Kernstripuitgangsmateriaal volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de dubbele delen worden gevormd door een geheel vormende omgevouwen randgedeeltei het lichaam.

3. Kernstripuitgangsmateriaal voorzien van een langgestrekt lichaam dat aan 10 de tegenover elkaar gelegen randen is voorzien van dubbele materiaallagen.

4. Kernstripuitgangsmateriaal volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de dubbele materiaallagen een geheel met elkaar vormen.

5. Kernstripuitgangsmateriaal volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat ieder van de randen is voorzien van een aantal inkepingen.

6. Kernstripuitgangsmateriaal volgens eeh der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de dubbele materiaallagen bij iedere rand van het uitgangsmateriaal zijn voorzien met een doorgaande serie inkepingen waardoor later plaatsvindende vervorming van het uitgangsmateriaal wordt vergemakkelijkt.

7· Kernstripuitgangsmateriaal volgens een der voorgaande conclusies, voor- 20 zien van een langgestrekt lichaam met tegenover elkaar gelegen randen die zijn voorzien van een doorgaande serie daarin gevormde openingen, welke serie evenwijdig en op afstand van de tegenover elkaar gelegen randen verloopt. Kernstripuitgangsmateriaal volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de tegenover elkaar gelegen randen zijn omgevouwen voor het verkrijgen van dubbele 25 materiaallagen bij de randen en de lijnen van de vouwen althans nagenoeg centraal ten opzichte van de openingen zijn gelegen ter vermindering van de afmeting van de openingen en ter verkrijging van een doorgaande serie inkepingen aan de tegenover elkaar gelegen randen van het uitgangsmateriaal.

9. Kernstrip· volgens een der voorgaande conclusies voorzien van een langge-30 strekt lichaam dat is voorzien van doorgaande flenzen aan de tegenover elkaar gelegen randen van het lichaam en van een tussengelegen door de flenzen begrensd lijf, waarbij de flenzen zijn voorzien van dubbele delen voor het verkrijgen van dubbele materiaallagen over de lengten van de flenzen.

10. Kernstrip volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de dubbele delen zich 35 langs het lijf uitstrekkende gedeelten omvatten. 790 7 1 7 6 -19- 20912/CV/ts

11. Kernstrip volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de dubbele delen zijn uitgerust met een gekromde kraal aan de buitenrand daarvan.

12. Kernstrip volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de delen positief met het lijf zijn verbonden. 5 13· Kernstrip volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de dubbele delen positief zijn bevestigd aan de flenzen.

14. Kernstrip volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de dubbele delen zijn voorzien van een doorgaande serie inkepingen voor het vergemakkelijken van de vervorming daarvan.

15. Kernstrip volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de kernstrip is gevormd in een golfvormige vormgeving door het altexmatief vergroten en verkleinen van de inkepingen.

16. Werkwijze voor het vervaardigen van een kernstrip uit vervormbaar materiaal, waarbij eerst de tegenover elkaar gelegen randen van het lint worden omgevou- 15 wen voor het verkrijgen van dubbele materiaallagen bij deze tegenover elkaar gelegen randen van het lint-, waarna de tegenover elkaar gelegen randen in het gebied van de eerste vouw nogmaals worden gevouwen voor het verkrijgen van doorgaande flenzen óp het lint voor het vormen van een kernstrip in de vorm ' van een U-profiel·. 20

17. Werkwijze volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat de eerste vouw-stap wordt voorafgegaan door het vormen van een continue serie van openingen op afstand van en evenwijdig aan de tegenover elkaar gelegen randen van het lint.

18. Werkwijze volgens conclusie 16, waarin de flenzen zijn voorzien met 25 een continue serie van inkepingen volgend op de tweede vouwstap voor het vergemakkelijken van de vervorming van de flenzen.

19. Werkwijze volgens conclusie 16, waarbij een aantal in lijn gelegen openingen in de strip worden gevormd nabij de tegenover elkaar gelegen randen van de strip en de afmeting van», de openingen wordt verkleind voor het verkrijgen van naar 30 buiten open inkepingen welke indringen in de tegenover elkaar gelegen randen van de strip en de randen van de strip worden gevouwen onder hoeken ten opzichte van het oyerblijvende gedeelte van de strip, waarna de strip wordt vervormd voor het vergroten, respectievelijk verkleinen van de afmetingen van de opeenvolgende inkepingen .

20. Werkwijze volgens conclusie 19, met het kenmerk, dat de verkleiningsstap 790 7 1 7 6 f -20- 20912/CV/ts wordt bewerkstelligd door het omvouwen van de randen van de strip.

21. Werkwijze volgens conclusie 19, met het krenmerk, dat de verkleiningsstap wordt bewerkstelligd door de randen van de strip in langsbanen te snijden over de openingen.

22. Werkwijze volgens conclusie 19, met het kenmerk, dat de vervormingsstap het vervormen van de strip in een golfvormige uitvoering omvat.

23· Werkwijze voor het vervaardigen van een kernstrip, welke gebruikt kan worden in samenhang met een aantal soortgelijke strippen voor het vormen van de kern voor een paneel, waarbij een aantal in lijn gelegen openingen evenwijdig 10 aan de tegenover elkaar gelegen randen van een strip worden geponst en het oppervlak van de openingen wordt verkleind voor het verkrijgen van in lijn gelegen inkepingen in de tegenover elkaar gelegen randen van de strip, de tegenover elkaar gelegen randen van de strip onder hoeken ten opzichte van het overblijvende gedeelte van de strip worden gevouwen en de strip wordt vervormd in de gewenste 15 vormgeving.

24. Werkwijze volgens conclusie 23, met het kenmerk, dat de verkleiningsstap het eerst vouwen van de randen van de strip in contact met het overblijvende deel van de strip omvat.

25. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat 20 de verkleiningsstap het snijden van een strip langs lijnen over de openingen omvat.

26. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de vervormingsstap het vervormen van de strip in tegengesteld gerichte ruggen omvat. 790 7 1 7 6