NL7905214A - Bolafsluiter. - Google Patents

Description

rr 79333Wok

Aanvraagster! NÜOVO PIGNONE S.p.A. te FLORENCE, Italië Titel :MBolafsluiter"

Door Aanvraagster wordt als uitvinder genoemd: Costantino VINCIGUERRA.

5 De uitvinding heeft betrekking op een bolafsluiter met een gelast uitwendig lichaam en geschikt is voor het afsluiten van vloeistof-of gasstromen in pijpleidingen of gasleidingen, met grote diameters en meer in het bijzonder verbeteringen bij het type van afsluiters, waarvan de twee delen, die het afsluiterlichaam vormen, langs een omtrekslijn, die loodrecht 10 staat op de hartlijn van de leiding en ligt in een vlak door het midden van de bol, zijn gelast· Op deze wijze kan de laszoom automatisch worden aange-bracht en gemakkelijk worden verwijderd met bankschroefgereedschap. De laszoom heeft geen enkele belemmering in zijn baan. De afsluiter kan eenvoudig uit elkaar worden genomen voor reparatie, controle en schoonmaken, waarna 15 opnieuw kan worden gelast zonder veel apparatuur te gebruiken·

De meest gebruikelijke bolafsluiters zijn door middel van flenzen en bouten aan het uitwendige lichaam uit elkaar te nemen·

Dat wil zeggen, dat zij in het algemeen bestaan uit een centraal cilindrisch lichaam coaxiaal met de pijpleiding. Aan het uitlaatffinde 20 van de leiding zijn twee eindkappen met flenzen verbonden, die eindigen in cilindrische buisstukken die op hun beurt zijn verbonden met de pijpleiding, waarin de afsluiter door lassen of met bouten wordt aangebracht·

Het inwendige van het afsluiterlichaam omsluit een bolvormig kleplichaam, dat een cilindrische doorboring met dezelfde diameter als de 25 pijpleiding. Dit kleplichaam wordt draaibaar gesteund door het centrale cilindrische lichaam en is draaibaar met behulp van twee draaipennen met eer. vertikale as· De pennen vormen één geheel met de klep en steken buiten het afsluiterlichaam· Het medium in de pijpleiding drukt op de klep als deze zodanig is gedraaid, dat de cilindrische doorboring loodrecht staat op de hari-30 lijn van de pijpleiding· De beide eindkappen hebben tenslotte elk een beweeglijke ring, die onder invloed van een veer raakt tegen het bolvormige klep-lichaam· De ring werkt als een af dichtende pakking en geeft aldus een stevige afdichting tussen de ring en de cilindrische leidingen.

Deze bekende afsluiters hebben het nadeel, dat de draaipunten 35 van de bolvormige klep, die buiten het afsluiterlichaam steken en aldus een 4 7905214 Λ _ 2 _ Ί.

hefboomeffect uitoefenen op het uitwendige afsluiterlichaam onderhevig zijn aan vervorming onder de druk van de afgesloten stroom van het medium. Het afsluiterlichaam is daarbij ook onderhevig aan grote spanningen.

Deze afsluiters hebben echter het grote voordeel, dat zij ge-5 makkelijk voor reparatie, controle en schoonmaken uit elkaar kunnen worden genomen, zodat de afsluiter telkens weer opnieuw kan worden gebruikt nadat hij eenmaal weer in elkaar is gezet.

Op het ogenblik heeft de vraag door gebruikers naar verbeterde zekere afdichting van dergelijke afsluiters geleid tot een aanzienlijke ont-10 wikkeling van bolafsluiters, waarvan het uitwendige lichaam is gelast zonde: gebruik van flenzen. Deze nieuwe vorm vereist.de oplossing van het probleem van het tezamen lassen van de twee delen, die het afsluiterlichaam vormen, zonder beschadiging van· de pakkingen, door de lasverhitting, meer in het bijzonder van de penpakkingen.

15 Een aantal bolafsluiters met een gelast uitwendig lichaam is reeds bekend. Volgens één van de gebruikelijke soorten (Cameronafsluiter) heeft men het probleem opgelost door het afsluiterlichaam te doen bestaan uit twee delen, die symmetrisch zijn ten opzichte van het horizontale midder-vlak van de cilindrische pijpstukken. Het lassen wordt uitgevoerd volgens 20 het genoemde vlak.

Door het werken op deze wijze worden de pakkingen voor de pennen niet beïnvloed door de lashitte in tegenstelling met hetgeen anders zou gebeuren met de pakkingen tussen de cilindrische leidingen en de klep. Dit laatste nadeel wordt echter overwonnen door de laatstgenoemde pakkingen ver-25 volgens aan te brengen met behulp van twee verdere lastrappen in overeensten-ming met de einden van de cilindrische pijpen.

Samenvattend kan worden gezegd, dat bij deze bekende stand van de techniek drie gescheiden lastrappen nodig zijn.

Volgens een andere gebruikelijke uitvoering van gelaste bolaf-30 sluiters (Argusafsluiter) wordt het betreffende probleem opgelost door één enkele lasbewerking als gevolg van het doen bestaan van het afsluiterlichaair lit twee delen, die symmetrisch zijn ten opzichte van een vlak, dat helt naar ie vertikaal en wordt op gelijke afstand gepasseerd apart van de penpakkingen sn de pakkingen tussen de cilindrische leidingen en de bolvormige klep. Ook 35 wordt in dit geval de lasbewerking echter uitgevoerd volgens een ellips en 7905214 * _ 3 _ deze heeft dus een grotere lengte dan de omtrekslijn, die zou zijn verkregen indien het lassen zou zijn uitgevoerd volgens de lijn, die de kleppennen verenigd en de kortste weg vormt.

Volgens een derde gebruikelijke benadering van de constructie 5 van bolafsluiters wordt het lassen uitgevoerd volgens het vlak, dat loodrecht staat op de hartlijn van de pijpleiding en gaat door het midden van de bol.

Bij deze afsluiters steken de draaipennen buiten het afsluiterlichaam, zoda-; de pennen de hoofdlijn van de laszoom onderbreken en het lassen bemoeilijken.

Het wordt bijna onmogelijk de afsluiter te ontdoen van de las.

10 Men moet er echter wel aan denken, dat bij alle bekende soorten gelaste bolafsluiterlichamen het gebrek van de vervorming van de pennen door de kracht van het afgesloten medium (gas of vloeistof) steeds aanwezig is.

Dit nadeel is zeer ernstig daar om economische redenen dit soort afsluiters niet wordt aanbevolen om uit elkaar genomen te worden en in de toestand voor 15 nieuw gebruik te worden gebracht.

Samengevat kan worden gezegd, dat de bolafsluiters met gelaste lichamen tot nu toe niet geschikt zijn voor economisch aanvaardbare revisie voor controle of schoonmaken en in het minst niet voor reparatie. Indien zi; dus onbruikbaar worden, moeten zij worden vervangen door andere nieuwe af-20 sluiters. Dit is het gevolg van het feit, dat de twee delen van het afsluit1 r-lichaam, waaruit het lichaam bestaat tezamen moeten worden gelast volgens lijnen, die niet volgens de omtrek noch loodrecht staan op de hartlijn van de leiding of wel omdat deze delen worden gelast volgens omtrekslijnen gaance door een vlak door het centrum van de bolklep maar die echter de twee penner 25 doorsnijden, welke uitsteken uit het afsluiterlichaam en waaromheen de bolklep kan draaien. Deze pennen dragen de stoot van het gas of de vloeistof op de klep. Het wegnemen van de las kan dus niet worden uitgevoerd op een draaibank op economische wijze, maar moet met de hand geschieden, hetgeen verspilling van tijd betekent. Bovendien is de aanwezigheid van vervormde pennen 30 niet zo, dat het mogelijk is de twee delen van het af sluiterlichaam weer samen te lassen zonder moeilijle en kostbare reparaties van deze pennen.

Op grond van het bovenstaande is het duidelijk, dat het van belang is bolafsluiters te hebben, die op economische wijze kunnen worden gereviseerd zowel door de fabrikant, die aldus in staat is een raogelijk defecte 35 afsluiter met geringe kosten te corrigeren tijdens de constructie en afval 7905214 "To _ k _ drastisch te verminderen, als wel door de gebruiker, die een afsluiter weer kan gebruiken na controle, schoonmaken of mogelijke reparaties. De gebruiksduur van de afsluiter wordt aldus belangrijk verlengd.

Volgens de uitvinding wordt het hierboven beschreven probleem 5 opgelost door alle gebreken van de gebruikelijke afsluiters te voorkomen door verschaffen van een bolafsluiter met een gelast uitwendig af sluiter lichaam, waarvan de laszoom loopt volgens de kortste omtrekslijn. De afsluiter volgens de uitvinding kan zonder veel kosten, uit elkaar worden genomen voor onderhoud en is aldus weer bruikbaar.

10 Het beschreven doel wordt in hoofdzaaK verkregen door het fei;, dat de kracht van het betreffende medium op de gesloten afsluiter niet langor wordt opgenomen door pennen, die uitsteken buiten het afsluiterlichaam, maai* wordt opgenomen door koppels van halfringen, die zijn gelast in het inwendige van de twee delen, die het afsluiterlichaam vormen en wel op zodanige wijze 15 dat wanneer de twee delen tezamen zijn gelast de twee koppels van halfringei. zijdelings aan elkaar passen en twee volledige geleidingen en krachtopnemence ringen vormen voor een bolklep, die daartussen is aangebracht met behulp var twee geschikte cirkelvormige uitsteeksels, gevormd aan de tegenover elkaar liggende einden van de genoemde bolklep.

20 Op deze wijze is het, door het ontbreken van de penpakkingen, mogelijk geworden de beide delen, die het afsluiterlichaam vormen, tezamen te lassen volgens de omtrekslijn overeenkomende met de kortste baan. Door het niet gebruiken van de pennen als kracht opnemende elementen, heeft men generlei risico van enigerlei vervorming zodat in totaal alle redenen van 25 oneconomische revisie van gelaste bolafsluiterlichamen niet meer aanwezig zijn.

Anderzijds maakt het gebruik van draaigeleidingselementen en krachtopnemende delen voor de bolklep, waarvan de twee koppels van halve pingen, die paarsgewijze zijn aangebracht in de stooteinde verhouding tot reviseren van een dergelijke afsluiter zeer gemakkelijk daar slechts lasvrij 30 naken van de draaibank van de twee delen van het afsluiterlichaam het enige lodige is.

In het algemeen heeft de bolafsluiter volgens de uitvinding het cenmerk, dat het afsluiterlichaam bestaat uit twee halfronde kappen, die zijn voorzien van cilindrische uitlaatgangen, waarbij de kappen tezamen worden ge-35 Last volgens de kortste omtrekslijn, waarbij in het inwendige van elke kap· 7905214 _ 5 _ 3*' op gelijke afstand van de hartlijn van de afsluiteras twee halfringen zijn aangebracht langs deze hartlijn, zodat wanneer de beide kappen tezamen wore en gelast, de halfringen van elke kap zijdelings de overeenkomstige halfringez van de andere kap raken voor het geven daarbij van twee ringvormige gelei-5 dingen en krachtopnemende buizen voor een bolklep, die tussen twee geschikte cirkelvormige uitsteeksels, gevormd aan de tegenover elkaar liggende einden van de klep en gelegen binnen het oppervlak van de bol, is aangebracht·

Volgens een andere kenmerk volgens de uitvinding is in de nabijheid van de te lassen rand van beide halfronde kappen, die het afsluiter -10 lichaam vormen en in het inwendige van een dergelijke kap een ringvormige strook in hoofdzaak in de vorm van een ïï gelast, die uit de genoemde rand steekt.

Door deze voorziening wordt de strook geplaatst onder de las-zomen als de twee halfronde kappen tegen elkaar worden gebracht alvorens te 15 worden gelast. De strook wordt aldus een afschermelement, dat verhindert, dat enigerlei lasmateriaal in het inwendige van de afsluiter kan komen.

Anderzijds kan de groef, verkregen door de strook, worden gebruikt als geleidingsbaan voor het brengen van een rontgenfilm in de afsluiter voor het radiograferen van de tot stand gebrachte laszoom.

20 Ter toelichting van de uitvinding volgt hier een beschrijving aan de hand van de tekening, die bij wijze van voorbeeld een gunstige uitvoeringsvorm geeft van een afsluiter volgens de uitvinding, waarvan wijzigingen en veranderingen mogelijk zijn zonder buiten het gebied van de uitvinding te treden.

25 In de tekening toont:

Fig. 1 een uitgeslagen aanzicht in perspectief van een afsluiter volgens de uitvinding;

Fig. 2 een uitgeslagen deel op grotere schaal in perspectief van de ïï-vormige, ringvormige strook in de afsluiter, en 30 Fig. 3 een aanzicht in dwarsdoorsnede op grotere schaal.

In de tekening zijn met 1 en 2 twee halfronde kappen weergegeven die elk zijn voorzien van uitlaten respectievelijk 3 en *f. De kappen moeten aan elkaar worden gelast aan de omtreksranden 5 en 6 voor het vormen van het afsluiterlichaam. De randen 5 en 6 verlopen volgens de baan van de kortste 35 omtrekslijn. In het inwendige van elke kap (1 en 2) zijn op gelijke afstanden 7905214 Μ» _ 6 _ .

van de hartlijn m-m van de afsluiter twee halfringkoppels respectievelijk 7, 8 en 7', 8’ gelast. Deze halfringen zijn met de concave oppervlakken tegenover elkaar liggend gelast en wel op zodanige wijze, dat wanneer de beide kappen 1 en 2 tezamen zijn gelast, de halfringen 7 en 8 van de kap 1 5 tezamen komen met de respectievelijke overeenkomstige halfringen 7' en 8' van de kap 2 voor het vormen van twee ringvormige huizen.

De bolvormige klep 9» die een kanaal 10 heeft, wordt daarna gedraaid in overeenstemming met zijn tegenover elkaar liggende einden lood·* recht op de hartlijn m-m voor het geven van twee cirkelvormige uitsteeksel!! 10 respectievelijk 11 en 12, die zijn voorzien van inwendige ringen 20 en 21, bestemd om als rollegers te dienen. De uitsteeksels 20 en 21 komen in de twee ringvormige huizen, die zoals beschreven worden gevormd door de halfringen 7-7' en 8-8'. De huizen zijn aldus geleidingen en krachtopnemende elementen, die de draaiing van de klep 9 regelen.

15 Het principe van de cirkelvormige uitsteeksels 11 en 12 ligt daarin, dat zij zodanig zijn gevormd, dat zij niet buiten de omtrek van de bol steken maar daarin inwendig zijn gevat door het feit, dat het deel van de bol voorbij de vlakken x en x’ (zie fig. 3) kan worden gebruikt voor hei vormen van de draaielementen daar dat deel geen aandeel heeft in de vorming 20· van de stevige afdichting door de zwevende ringen 15 tijdens het draaien om de as X - X'.

Het draaien van de klep wordt uitgevoerd door een uitwendig bedieningsorgaan, dat werkt op een inkeping 13 (zie fig. 1) van de klep. De stang van het bedieningsorgaan gaat door een opening 14, gevormd tussen de 25 wanden van de kappen 1 en 2.

In Fig. 3 zijn met het verwijzingscijfer I5 de zwevende ringen aangegeven, die als in voegsel de zoompakkingen tussen de klep 9 en de cilindrische buisstukken 3 en 4 dragen.

Tenslotte is nabij de rand 5 (zie fig. 2) van de kap 1 en in 30 het inwendige van de kap een U-vormige ringstrook 16 gelast. De strook 16 is op zodanige wijze aangebracht, dat deze voorbij de rand 5 steekt en een ianaal 17 heeft, dat naar de wand van de kap 1 is gericht. Wanneer de kappen 1 en 2 naar elkaar worden gebracht vóór het tezamen lassen, komt de strook 16 net beneden de laszomen te liggen bn het kanaal 17 vormt dan met de kap-35 wanden een ruimte, waarin eventueel lasmateriaal wordt opgevangen en niet 7905214

Claims (4)

1. 5 CONCLUSIES
2. 1. Bolafsluiter met een gelast uitwendig lichaam, bestaande uit twee delen, die tezamen zijn gelast en voorzien zijn van cilindrische buis·* stukken voor inlaat en uitlaat, welke afsluiter is voorzien van een bolkle;> 10 met kanaal en draaibaar is om een draaiingsas, die loodrecht staat op de hartlijn van de afsluiter, waarbij zwe-vende ringen aanwezig zijn met afdichtende pakkingen tussen de klep en de cilindrische buisstukken, met het kenmerk, dat de twee delen, die het afsluiterlichaam vormen twee halfbolvormige kappen zijn, die langs de kortste omtrekslijn zijn ge-15 last en waarbij binnen elke kap twee halfringen op gelijke afstand van de hartlijn van de afsluiter zijn gelast, die met hun concave oppervlakken zi, n gericht langs afsluiterhartlijn, een en ander zodanig, dat na het tezamen lassen van de twee kappen de halfringen van elke kap aan de rand aansluiten op de overeenkomstige halfringen van de aanliggende kap voor het vormen var. 20 twee ringvormige huizen voor geleiding en het opnemen van de op de bolklep werkende kracht, welke bolklep tussen twee speciaal aangebrachte cirkelvomige uitsteeksels, die er óp zijn gevormd, aan de tegenover elkaar liggende einden daarvan in overeenstemming met de draaiingsas van de klep, waarbij d< uitsteeksels zich binnen het bolvormige oppervlak van de bolklep bevinden.
3. 2. Bolaf sluit er volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat nabij de te lassen rand van elke halfbolvormige kap van het afsluiterlichaam en in het inwendige daarvan een vrijwel U-vormige ringstrook is gelast, welke strook zich voorbij de genoemde rand uitstrekt.
4. 5. Bolvormige afsluiter met bolklep en afsluiterlichaam zoals is . 30 beschreven en toegelicht in de tekening, \v 790 52 14