NL2031299B1 - Kettingafschermsamenstel voor een rijwiel. - Google Patents
Kettingafschermsamenstel voor een rijwiel. Download PDFInfo
- Publication number
- NL2031299B1 NL2031299B1 NL2031299A NL2031299A NL2031299B1 NL 2031299 B1 NL2031299 B1 NL 2031299B1 NL 2031299 A NL2031299 A NL 2031299A NL 2031299 A NL2031299 A NL 2031299A NL 2031299 B1 NL2031299 B1 NL 2031299B1
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- chain
- sprocket
- shell
- return
- guard assembly
- Prior art date
Links
- 229920003023 plastic Polymers 0.000 claims description 4
- 239000004033 plastic Substances 0.000 claims description 4
- 238000005266 casting Methods 0.000 claims description 3
- 238000000034 method Methods 0.000 claims description 3
- 238000003825 pressing Methods 0.000 claims description 3
- 230000005540 biological transmission Effects 0.000 claims description 2
- 229920002457 flexible plastic Polymers 0.000 claims description 2
- 238000005242 forging Methods 0.000 claims description 2
- 230000036316 preload Effects 0.000 claims 1
- 239000000463 material Substances 0.000 description 14
- 238000010276 construction Methods 0.000 description 3
- 230000000295 complement effect Effects 0.000 description 2
- 230000021615 conjugation Effects 0.000 description 2
- 244000145845 chattering Species 0.000 description 1
- 238000004891 communication Methods 0.000 description 1
- 239000002131 composite material Substances 0.000 description 1
- 238000013016 damping Methods 0.000 description 1
- 230000014509 gene expression Effects 0.000 description 1
- 238000011065 in-situ storage Methods 0.000 description 1
- 230000002787 reinforcement Effects 0.000 description 1
- 230000035939 shock Effects 0.000 description 1
- 239000007779 soft material Substances 0.000 description 1
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B62—LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
- B62J—CYCLE SADDLES OR SEATS; AUXILIARY DEVICES OR ACCESSORIES SPECIALLY ADAPTED TO CYCLES AND NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, e.g. ARTICLE CARRIERS OR CYCLE PROTECTORS
- B62J13/00—Guards for chain, chain drive or equivalent drive, e.g. belt drive
- B62J13/04—Guards for chain, chain drive or equivalent drive, e.g. belt drive completely enclosing the chain drive or the like
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B62—LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
- B62K—CYCLES; CYCLE FRAMES; CYCLE STEERING DEVICES; RIDER-OPERATED TERMINAL CONTROLS SPECIALLY ADAPTED FOR CYCLES; CYCLE AXLE SUSPENSIONS; CYCLE SIDE-CARS, FORECARS, OR THE LIKE
- B62K19/00—Cycle frames
- B62K19/44—Chain-guards forming part of frame
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B62—LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
- B62M—RIDER PROPULSION OF WHEELED VEHICLES OR SLEDGES; POWERED PROPULSION OF SLEDGES OR SINGLE-TRACK CYCLES; TRANSMISSIONS SPECIALLY ADAPTED FOR SUCH VEHICLES
- B62M9/00—Transmissions characterised by use of an endless chain, belt, or the like
- B62M9/16—Tensioning or adjusting equipment for chains, belts or the like
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Combustion & Propulsion (AREA)
- Transportation (AREA)
- Gears, Cams (AREA)
- Devices For Conveying Motion By Means Of Endless Flexible Members (AREA)
Abstract
De onderhavige uitvinding betreft een kettingafschermsamenstel omvat- tende een kettingkast voor ten minste gedeeltelijk omhullen van een om een hoofd- tandwiel en een aangedreven tandwiel omgelegde ketting, waarbij de ketting bij voorkeur twee vrije kettingdelen, zoals een kettingtrekdeel en een kettingterugloop- deel, een rijwieI zoals een fiets omvattende een frame, de kettingkast omvattende: — een hoofdtandwielomhulelement voor het ten minste gedeeltelijk omhul- len van de ketting terplaatse van het hoofdtandwiel, zoals een trapastandwiel; — een kettingtrekdeelomhulelement voor het ten minste gedeeltelijk omhul- len van tenminste een trekkend deel van de ketting tussen het hoofdtandwiel en het aangedreven tandwiel, — een kettingterugloopdeelomhulelement voor het ten minste gedeeltelijk omhullen van tenminste een teruglopend deel van de ketting tussen het hoofd- tandwiel en het aangedreven tandwiel, — bij voorkeur een kettingspanneromhulelement voor het ten minste ge- deeltelijk omhullen van een kettingspansamenstel met een voorspangeleidwiel en een terugloopgeleidewiel en een daardoor gerangschikt deel van de ketting, — waarbij het kettingtrekdeelomhulelement in hoofdzaak een lijn volgt die is bepaald doorde bovenzijde van het hoofdtandwiel en de bovenzijde van het achtertandwiel, en het kettingterugloopdeelomhulelement in hoofdzaak een Iijn volgt die wordt be- paald door een zijde, zoals een onderzijde, van het terugloopgeleidewiel van de kettingspanner en de onderzijde van het achtertandwiel.
Description
Kettingafschermsamenstel voor een rijwiel.
De onderhavige uitvinding betreft een kettingkast afschermt samenstel omvattende een kettingkast voor ten minste gedeeltelijk omhullen van een om een hoofdtandwiel en een aangedreven tandwiel omgelegde ketting, waarbij de ketting bij voorkeur twee vrije kettingdelen, zoals een kettingtrekdeel en een kettingterug- loopdeel, een rijwiel zoals een fiets omvattende een frame.
Voorts betreft de onderhavige uitvinding een kettingspansamenstel voor een rijwiel. Voorts betreft de onderhavige uitvinding een rijwiel achtervork.
Kettingkasten worden sinds vele jaren toegepast voor het beschermen van kleding en berijders tegen vuil of beschadiging door een ketting. Een nadeel hierbij is dat de vorm van de kettingkast veelal beperkt wordt door voor de kettingkast toegepaste materialen en door formaten van tandwielen. Bij een derailleurversnel- ling is dit in nog grotere mate evident dan bij een naafversnelling. Teneinde dergelij- ke nadelen te ondervangen verschaft de onderhavige uitvinding een kettingaf- schermsamenstel omvattende een kettingkast voor ten minste gedeeltelijk omhul- len van een om een hoofdtandwiel, zoals een trapastandwiel, en een aangedreven tandwiel omgelegde ketting, waarbij de ketting bij voorkeur twee vrije kettingdelen, zoals een kettingtrekdeel en een kettingterugloopdeel, een rijwiel waaronder een fiets omvattende een frame, de kettingkast omvattende: — een hoofdtandwielomhulelement voor het ten minste gedeeltelijk omhul- len van de ketting ter plaatse van het hoofdtandwiel; — een kettingtrekdeelomhulelement voor het ten minste gedeeltelijk omhul- len van tenminste een deel van het kettingtrekdeel van de ketting tussen het hoofd- tandwiel en het aangedreven tandwiel, — een kettingterugloopdeelomhulelement voor het ten minste gedeeltelijk omhullen van tenminste een deel van het kettingterugloopdeel tussen het hoofd- tandwiel en het aangedreven tandwiel, — bij voorkeur een kettingspanneromhulelement voor het ten minste ge- deeltelijk omhullen van een kettingspansamenstel met een voorspangeleidwiel en een terugloopgeleidewiel en een daardoor gerangschikt deel van de ketting, — waarbij het kettingtrekdeelomhulelement in hoofdzaak een lijn volgt die is bepaald door de bovenzijde van het hoofdtandwiel en de bovenzijde van het ach- tertandwiel, en het kettingterugloopdeelomhulelement in hoofdzaak een lijn volgt die wordt bepaald door een zijde, zoals een onderzijde, van het terugloopgeleide-
wiel van de kettingspanner en de onderzijde van het achtertandwiel.
Het is een voordeel van een dergelijke kettingkast volgens de onderhavige uitvinding dat de vorm van de kettingkast kan worden aangepast aan een plaatsing van een dergelijk terugloopgeleidewiel. Hiermee is op voordelige wijze een in hoofdzaak horizontale onderzijde van de kettingkast, zoals belichaamd door het kettingterugloopdeelomhulelement, realiseerbaar. Dit verschaft op voordelige wijze een relatief hoge rangschikking van de onderzijde van de kettingkast ten opzichte van de ondergrond. Het is hierbij bijvoorbeeld voorzien om de onderzijde van het kettingterugloopdeelomhulelement horizontaal of enigszins schuin toe te passen.
Een kettingkast volgens de onderhavige uitvinding kan slank zijn uitgevoerd.
Volgens een eerste voorkeuruitvoeringvorm is van het kettingafschermsa- menstel het kettingspanneromhulelement gerangschikt aan de voorzijde van de kettingkast, zoals in de nabijheid van het hoofdtandwiel omhulelement. Hiermee is een voordelige uitvoeringvormen verschaft waarbij middels een geleidewiel van de kettingspanner de richting van de lijn tussen dit geleidewiel en het achtertandwiel bepaalbaar is.
Volgens een verdere voorkeuruitvoeringvorm is het kettingspannerom- hulelement gerangschikt tegen het hoofdtandwiel omhulelement of is deze daar- mee geintegreerd. Hiermee is een voordelige configuratie gerealiseerd. Bij verdere voorkeur werkt het kettingspanneromhulelement zich uit om een onderachtervork van het rijwiel. Hierbij is een verder voordeel dat deze onderachtervork additionele steun kan verschaffen aan de kettingkast.
Volgens een verdere voorkeuruitvoeringvorm strekt het kettingspannerom- hulelement zich uit vanaf het kettingterugloopdeelomhulelement naar de bovenzijde of maakt daar deel van uit. Deze voorkeuruitvoeringvorm. In hoofdzaak soortgelijke voordelen als de voorgaande voorkeuruitvoeringvorm.
Bij verdere voorkeur strekken het kettingtrekdeelomhulelement en het ket- tingterugloopdeelomhulelement zich afzonderlijk uit vanaf het hoofdtandwielom- hulelement, zoals in zijaanzicht met een onderlinge afstand tussen het kettingtrek- deelomhulelement en het kettingterugloopdeelomhulelement vanaf in hoofdzaak het hoofdtandwielomhulelement. Hiermee is op voordelige wijze gerealiseerd dat de kettingkast afzonderlijke omhulelementen voor het kettingtrekdeel en voor het kettingterugloopdeel kent. Hierbij is bij voorkeur een dergelijke afstand kleiner dan in hoofdzaak driekwart van de diameter van het hoofdtandwielomhulelement, bij voorkeur kleiner dan tweederde van het hoofdtandwielomhulelement.
Volgens een verdere voorkeuruitvoeringvorm strekt het kettingspannerom- hulelement zich uit van het kettingterugloopdeelomhulelement tot in hoofdzaak eenderde a tweederde van de afstand tot het kettingtrekdeelomhulelement. Hier- mee blijft het kettingspanneromhulelement het op voordelige wijze separaat van het kettingtrekdeelomhulelement.
Bij verdere voorkeur is een hoek tussen een onderopperviak of een hartlijn van het kettingtrekdeelomhulelement en een bovenoppervlak of een hartlijn van het kettingterugloopdeelomhulelement geringer is dan 5°, bij voorkeur 4°, bij voorkeur 3°, bij voorkeur 2°, bij voorkeur dan 1°, bij voorkeur waarbij deze hoek in hoofdzaak 0° is. Hiermee is een een in hoofdzaak horizontale parallelle uit strekking van der- gelijke omhulelementen op voordelige wijze gerealiseerd.
Een verdere voorkeuruitvoeringvorm omvat het kettingafschermsamenstel een achtertandwielomhulelement. Hiermee is binnen het begrip van de onderhavi- ge uitvinding een voorkeuruitvoeringvorm gerealiseerd met een volledige omiopen- de kettingkast een andere aanduiding van een dergelijke kettingkast is een geslo- ten kettingkast maar binnen het begrip van de onderhavige beschrijving dient dit begrepen te worden als het ontsluiten van de ketting maar niet noodzakelijkerwijs de gehele tandwielen, Binnen het begrip van de onderhavige uitvinding of voor- keuruitvoeringvormen daarvan ligt een rand van een tandwiel omhulelement aan tegen het respectieve tandwiel een tandwieloppervlak daarvan vrij latend.
Bij verdere voorkeur omvat de kettingkast twee schaaldelen, een voorste schaaldeel en een achterste schaaldeel. In een rangschikking van de kettingkast ten opzichte van het rijwiel is ook wel te spreken van een linker schaaldeel voor het voorste schaaldeel en een rechter schaaldeel voor het achterste schaaldeel.
Bij verdere voorkeur overlappen in een gemonteerde toestand de beide schaaldelen elkaar. Een dergelijke overlapping heeft bij voorkeur met name betrek- king op zich horizontaal uitstrekkende delen van de schaaldelen zoals de onderzij- de en de bovenzijde van de respectieve omhulelementen.
Volgens een verdere voorkeuruitvoeringvorm heeft tenminste een deel van het kettingtrekdeelomhulelement en het kettingterugloopdeelomhulelement een in hoofdzaak U-vormige doorsnede, waarbij in de gemonteerde toestand de benen van deze U-vorm van de beide schaaldelen elkaar tenminste ten dele overlappen.
Bij verdere voorkeur strekt een respectief deel van het voorste schaaldeel zich in de gemonteerde toestand uit om het achterste schaaldeel. Ten behoeve van een voordelige ‘zit’ of stevigheid van een onderlinge montage of rangschikking omvat het voorste schaaldeel een insluitrand of insluitlip die zich in de gemonteerde toe- stand enigszins uitstrekt over de rug van het achterste schaaldeel. In de navolgen- de beschrijving zijn de specifieke voordelen hiervan in groter detail uiteengezet.
Ten behoeve van het voorkomen van lawaai of slijtage, en ten behoeve van een relatief eenvoudige montage van het achterste schaaldeel omvat waarbij het achterste schaaldeel een andere, zoals zachtere of flexibelere kunststof, bij voorkeur omvattende een zachte kunststof zoals een TPU, dan het voorste schaal- deel bij voorkeur omvattende een harder of taaier kunststof, zoals voor het ver- schaffen van steun en opvangen van stoten en klapperen van de ketting. Dergelijke relatief zachte materialen omvatten rubbermaterialen. Het is evenzeer voorzien dat composietmaterialen toepassing vinden of dat het achterste schaaldeel is vervaar- digd uit meerdere materiaalsoorten zodat bijvoorbeeld de rug van de u een hardere materiaalsoort kent of omvat dan de benen van de U. Een voordeel hiervan is dat de benen van de u geschikt zijn als contractmateriaal voor contact met de ketting.
Volgens een verdere voorkeuruitvoeringvorm strekken het respectieve ket- tingtrekdeelomhulelement en het kettingterugloopdeel omhulelement van voorste en het achterste schaaldeel zich vanaf het hoofdtandwielomhulelement tot achter het aangedreven tandwiel waarbij einden daarvan achter het aangedreven tandwiel in hoofdzaak aanliggend aan elkaar rangschikbaar zijn, daarmee een deelnaad (55) vormend tussen de bovenzijde en de onderzijde. Hiermee is op voordelige wijze gerealiseerd dat het voorste en het achterste schaaldeel aan de achterzijde deelbaar zijn ten behoeve van een eenvoudige of relatief makkelijke montage daarvan.
Ten behoeve van het verschaffen van stevigheid na montage omvat een dergelijk kettingafschermsamenstel tenminste een bevestigingelement voor ten opzichte van elkaar gerangschikt bevestigen van de einden van de beide schaalde- len, zoals middels insluiten van de respectieve via einden van de beide schaalde- len, bij verdere voorkeur middels fixatiemiddelen, zoals schroeven of bouten.
Volgens een verdere voorkeuruitvoeringvorm is de achterzijde uitgelijnd ten opzichte van de achteras of een daarop gerangschikt onderdeel van het rijwiel zoals een schakelinrichting van een rijwielversnelling.
Volgens een verdere voorkeuruitvoeringvorm omvat het kettingafscherm- samenstel een steunbeugel voor ondersteunen van het hoofdtandwielomhulele- ment ten opzichte van een frame van het rijwiel, zoals de trapasomhulling, bij ver- dere voorkeur voor het verschaffen van vormvastheid aan het hoofdtandwielom-
hulelement.
Volgens een verdere voorkeuruitvoeringvorm omvat het kettingafscherm- samenstel het kettingspansamenstel, het kettingspansamenstel omvattende: - een spanarm voor daaraan bevestigen van twee geleidewielen voor het 5 onder voorspanning geleiden van de ketting, — een scharnierbare bevestiging aan het frame, zoals aan een onderach- tervork en/of trapashuis, van het rijwiel, — voorspanmiddelen voor het verschaffen van een voorspanning ten op- zichte van het frame aan de spanarm, - een voorspangeleidewiel dat is gerangschikt aan de spanarm voor onder voorspanning houden van de ketting, — een terugloopgeleidewiel voor geleiden van de ketting naar het kettingte- rugloopdeelomhulelement waarbij het terugloopgeleidewiel ten opzichte van het achtertandwiel en/of het voortandwiel zodanig is gerangschikt dat deze een lijn bepaald tussen de on- derzijde van het achtertandwiel en de onderzijde van het terugloopgeleidewiel, be- palende een hoek waaronder van de ketting het kettingtrekdeel en het kettingterug- loopdeel verlopen.
Hiermee verschaft het kettingafschermsamenstel inclusief het kettingspan- samenstel in combinatie de voordelen volgens de onderhavige uitvinding.
Bij verdere voorkeur is net voorspangeleidewiel gerangschikt tussen het hoofdtandwiel en het terugloopgeleidewiel. Hiermee is op voordelige wijze gereali- seerd dat de lijn tussen het terugloopgeleidewiel en het achtertandwiel vooraf be- paalbaar is.
Bij verdere voorkeur bevindt zich het voorspangeleidewiel op een afstand van het hoofdtandwiel van minder dan 6 keer een kettingdikte, bij voorkeur minder dan 5 keer een kettingtrekdeel, bij verdere voorkeur minder dan 4 keer een ketting heeft, bij verdere voorkeur minder dan 2 keer een kettingdikte wanneer de spanarm zich bevindt in een positie die loodrecht is gericht op het hoofdtandwiel. Een derge- lijke rangschikking verschaft een compacte omvang van het kettingspansamenstel.
Hiermee is op voordelige wijze tevens een compacte omvang van het kettingspan- neromhulelement realiseerbaar.
Volgens een verdere voorkeuruitvoeringvorm omvat het kettingafscherm- samenstel een brugelement dat deel uitmaakt van een onderachtervork van het rijwiel, waarbij het brugelement een inkeping verschaft ten opzichte van een buis-
vorm van de onderachtervork. Hiermee is op voordelige wijze een compacte op- bouw van het kettingspansamenstel op een locatie die voordelig is voor het realise- ren van een compacte opbouw van het kettingspansamenstel omhulelement reali- seerbaar.
Bij verdere voorkeur is het brugelement vervaardigd middels een werkwijze omvattende smeden, persen, stempelen en/of gieten of een combinatie daarvan.
Bij verdere voorkeur bevindt zich een deel van het kettingspannerom- hulelement en/of kettingspansamenstel in de inkeping.
Bij verdere voorkeur omvat het brugelement voor bindingsmiddelen of een beugel voor daaraan bevestigen van de scharnierbare bevestiging.
In een verdere voorkeuruitvoeringvorm van het kettingafschermsamenstel is in plaats van het kettingspanneromhulelement sprake is van een geleidewiel om- hulelement, en of de kettingspanner een enkel geleidewiel omvat dat is gerang- schikt aan een spanarm, in welke gevallen een lijn wordt bepaald tussen een bo- venzijde van het geleidewiel of het kettingspannerwiel en de onderzijde van het achtertandwiel.
Een verder aspect volgens de onderhavige uitvinding betreft een ketting- spansamenstel voor een rijwiel waarvan de ketting loopt om een hoofdtandwiel, zoals een trapastandwiel, en een achtertandwiel, het kettinsamenstel omvattende: - een spanarm voor daaraan bevestigen van 2 geleidewielen voor het on- der voorspanning geleiden van de ketting, — een scharnierbare bevestiging aan een onderachtervork van het rijwiel, — voorspanmiddelen voor het verschaffen van een voorspanning ten op- zichte van de onderachtervork aan de spanarm, - een voorspangeleidewiel dat is gerangschikt aan de spanarm voor onder voorspanning houden van de ketting, — een terugloopgeleidewiel voor geleiden van de ketting naar het kettingte- rugloopdeelomhulelement, waarbij het terugloopgeleidewiel ten opzichte van het achtertandwiel en/of het voortandwiel zodanig is gerangschikt dat deze een lijn bepaald tussen de on- derzijde van het achtertandwiel en de onderzijde van het terugloopgeleidewiel, be- palende een hoek waaronder van de ketting het kettingtrekdeel en het kettingterug- loopdeel verlopen.
Middels een dergelijk kettingspansamenstel zijn soortgelijke voordelen te bereiken als beschreven aan de hand van het voorgaande aspect.
Volgens een voorkeuruitvoeringvorm bedraagt deze hoek in hoofdzaak 0 graden zodat het kettingtrekdeel en een kettingterugloopdeel in hoofdzaak parallel verlopen.
Bij voorkeur omvat een dergelijk kettingspansamenstel een of meer maat- regelen volgens het voorgaande aspect volgens de uitvinding. Een verder aspect volgens de onderhavige uitvinding betreft een rijwielachtervork met brugelement voor montage van een kettingafschermsamenstel of kettingspansamenstel of ket- tingkast daarvan, de montagemodule of montageinzet daarvan omvattende: — een in hoofdzaak langgerekt draagelement voor dragen van het ketting- spansamenstel of de kettingkast en voor verbinden met een voorste deel van de rijwiel achtervork of vormen daarvan, en voor verbinden met een achterste deel van de rijwiel achtervork of vormen daarvan, - waarbij het brugelement een inkeping verschaft ten opzichte van een buisvorm van de onderachtervork. Onder toepassing van een dergelijke hemel ach- tervork is de toepassing van de voorgaande aspecten op voordelige wijze reali- seerbaar. Verdere voordelen, kenmerken en details van de onderhavige uitvinding zullen in het navolgende in groter detail worden beschreven aan de hand van een of meerdere voorkeursuitvoeringsvormen onder verwijzing naar de aangehechte figuren. Soortgelijke doch niet noodzakelijkerwijs identieke onderdelen van verschil- lende voorkeursuitvoeringsvormen zijn aangeduid met dezelfde verwijzingscijfers.
Fig. 1 betreft een weergave in perspectief van een eerste voorkeuruitvoe- ringvorm volgens de onderhavige uitvinding.
Fig. 2 betreft een opengewerkte schematische weergave van een verdere voorkeuruitvoeringvorm volgens de onderhavige uitvinding.
Fig. 3 betreft een opengewerkte schematische weergave van een boven- aanzicht van een voorkeuruitvoeringvorm.
Fig. 4 betreft een weergave in perspectief van een verdere voorkeuruitvoe- ringvorm.
Fig. 5 betreft een weergave in perspectief van een detail van een voor- keuruitvoeringvorm.
Fig. 6 betreft een weergave in een verder perspectief van de voorkeuruit- voeringvorm volgens Fig. 5.
Fig. 7 Betreft een weergave in een verder perspectief van de voorkeuruit- voeringvorm volgens Fig. 5.
Fig. 8 betreft een weergave in perspectief van een verdere voorkeuruitvoe-
ringvorm volgens de onderhavige uitvinding.
Fig. 9 betreft 3 opengewerkte weergave van 3 respectieve details van de voorkeuruitvoeringvorm volgens Fig. 8.
Fig. 10a en 10b betreffen 2 opengewerkte weergave van een detail van de voorkeuruitvoeringvorm volgens Fig. 8.
Fig. 11 betreft een schematische weergave van een verder perspectief van de voorkeuruitvoeringvorm volgens Fig. 8.
Fig. 12 betreft een opengewerkte perspectiefaanzicht van een detail van de voorkeuruitvoeringvorm volgens Fig. 8.
Fig. 13a en 13b betreffen twee schematische opengewerkte weergaven in perspectief van een verdere voorkeuruitvoeringvorm volgens de onderhavige uit- vinding
Een eerste voorkeursuitvoeringsvorm (Fig. 1) volgens de onderhavige uit- vinding betreft een kettingafschermsamenstel 1. Deze omvat in hoofdzaak een ket- tingkast 2 met een hoofdtandwielomhulelement 11, een kettingtrekdeelomhulele- ment 12, een kettingterugloopdeelomhulelement 13 en een kettingspannerom- hulelement 14 voor omhullen van een kettingspansamenstel 3. Het is hierbij in een bijzonder realiseerbaar dat het kettingtrekdeelomhulelement 12 en het kettingterug- loopdeelomhulelement 13 in hoofdzaak parallel aan elkaar verlopen en/of deze hoek vooraf bepaalbaar is middels plaatsing van een terugloopwiel van het ketting- spansamenstel. Hiermee is een aantrekkelijk en opvallend uiterlijk verschafbaar aan een rijwiel. Een verder technisch voordeel dat voortkomt uit deze parallelle rangschikking is dat de onderzijde van de kettingkast relatief hoog rangschikbaar is ten opzichte van de bodem zoals in hoofdzaak ter hoogte van de onderzijde van het achtertandwiel van het rijwiel.
Het kettingspansamenstel 3 verschaft de mogelijkheid om de ketting direct bij het voortandwiel opwaarts te rangschikken. Voorts verschaft het kettingspansa- menstel 3 de mogelijkheid om de ketting gedurende de levensduur steeds onder voorspanning te houden binnen de kettingkast. De kettingkast kan hierbij volledig gesloten zijn alsmede slank zijn uitgevoerd. Het is een opvallend voordeel van de kettingkast dat deze gescheiden van elkaar een kettingtrekdeelomhulelement en een kettingterugloopdeelomhulelement heeft hetgeen de kettingkast ondanks de aanwezigheid van een kettingspanneromhulelement een slank uitgevoerd is.
Het kettingspansamenstel 3 omvat een terugloopgeleidewiel 5 en een ket- tingspanner geleidewiel 9. Deze zijn onderling verbonden via een ketting spanarm
6 die middels een veer 7 onder voorspanning gehouden wordt ten opzichten van een rotatieas 21 van het kettingspansamenstel 3 die eveneens dienst doet als rota- tieas voor het terugloopgeleidewiel 5. Ten behoeve van het voorspangeleidewiel kent de ketting spanarm 6 een rotatieas 39. Op alternatieve wijze is een tweede rotatiearm 38 voorzien voor het verschaffen van een additionele stevigheid aan de montage van het voorspangeleidewiel in het kettingspansamenstel 3.
Om deze constructie ruimte te verschaffen is een deel van de reguliere buisvormige onderachtervork 34 vervangen door een brugelement 4 dat deel uit- maakt van de onderachtervork van het rijwiel waarbij het brugelement een inkeping verschaft ten opzichte van de buisvorm die de onderachtervork voor het overige kent. Middels deze inkeping verschaft door het in bovenaanzicht ten opzichten van de buisvorm van de onderachtervork 34 platte brugelement is ruimte verschaft voor het daarin rangschikken van het kettingspansamenstel of delen daarvan alsmede voor het daarin rangschikken van een deel van het kettingspanneromhulelement van de kettingkast. De loop van de ketting ten opzichte van het overige van het rijwiel zoals het achtertandwiel, de naaf en de trapas is hierdoor op voordelige wijze beïnvloedt, ondanks de additionele kosten van een dergelijk brugelement.
Volgens de onderhavige uitvinding of voorkeuruitvoeringvormen daarvan is het mogelijk om een dergelijke kettingkast in hoofdzaak gesloten uit te voeren in ten opzichte van een variant met een kettingspansamenstel nabij de achternaat.
Voorts is hiertoe dit brugelement bij voorkeur vervaardigd middels een werkwijze omvattende zetten, persen, stempelen en/of gieten of een combinatie daarvan.
Voorzien is in een achtertandwielomhullingelement.
In het voorgaande is de combinatie van de maatregelen van de onder ach- tervork met het kettingspansamenstel beschreven in combinatie met het kettingaf- schermsamenstel of de kettingkast daarvan.
De afzonderlijke combinatie van de onderachtervork met inkeping tezamen met het kettingspansamenstel is hierbij evenzeer bedoeld als afzonderlijk inventief concept zonder dat deze is gecombineerd of gecombineerd dient te zijn met de kettingkast.
De onderhavige uitvinding betreft een uitvinding ten behoeve van een rij- wiel met elektrische voortstuwing als hoofdvoortstuwing of als assistentie. Een der- gelijk rijwiel binnen de context van de onderhavige uitvinding is bijvoorbeeld voor- zien van een centrale boordcomputer voor het aansturen van deelsystemen van het rijwiel zoals een BMS, aandrijfmotor, communicatiemodules, zoals voor GSM,
Wifi, Bluetooth, gps, voorlichten en achterlichten, automatische versnellingen, en dergelijke. De onderhavige uitvinding wordt hierbij bevoorkeurd gebruikt in combi- natie met een ten tijde van deze uitvinding geconcipieerde tussen de boordcompu- ter en de overige componenten. Hierbij worden aanstuursignalen verschaft aan de deelsystemen of accessoires van het rijwiel middels een netwerkverbinding zoals een CAN netwerk. Daarbij worden de deelsystemen of accessoires voorzien van elektrisch vermogen via vermogendraden. Hiermee worden deze deelsystemen of accessoires voorzien van elektronica om deze netwerkverbinding te kunnen onder- steunen. Bij voorkeur worden de systemen onderling verbonden met een draadver- binding met bijvoorbeeld 5 connectoren als omvattende aarde, afscherming, ver- mogen, CAN 1, CAN 2, maar voor specifieke componenten kan een andere inde- ling binnen het begrip van deze netwerkbenadering zijn voorzien. Een dergelijk netwerkbenadering is bijvoorbeeld ongeschikt voor vermogendoorvoer vanaf een aandrijfbatterij naar een aandrijfmotor hetgeen een separate vermogenskabel een voordelige oplossing laat zijn. Binnen het begrip van deze beschrijving is de aard van een kabel wanneer details daarvan ter plaatse onbeschreven blijven begrippen voor een vakman van het vakgebied. Tevens is begrepen voor een vakman van het vakgebied dat de onderhavige uitvinding is beschreven aan de hand van techni- sche maatregelen. De technische maatregelen verschaffen technische voordelen.
Daarnaast is het voor de vakman duidelijk dat elke technische implementatie zich niet alleen op vele technische manieren laten uitwerken, maar evenzeer dat elke technische implementatie zich met vele ontwerpmogelijkheden laten uitwerken. De onderhavige uitvinder heeft de technische implementatie als beschreven in het on- derhavige document technisch vormgegeven op grond van aangeleverde ontwerp- waarden of ontwerptaal die zijn voorafgegaan aan het technisch mogelijk maken van de eerdere ontwerpen van deze ontwerpwaarden of ontwerptaal.
Een verdere voorkeuruitvoeringvorm van de kettingkast, het kettingspan- samenstel en het brugelement als afzonderlijk componenten of een combinatie ís beschreven aan de hand van de figuren 8-12. Een getoond is de kettingkast 2 met een hoofdtandwielomhulelement 11, een kettingtrekdeelomhulelement 12, een ket- tingterugloopdeelomhulelement 13 en een kettingspanneromhulelement 14 voor omhullen van een kettingspansamenstel 3. De respectieve hierboven beschreven voordelen van de vorige voorkeuruitvoeringvorm zijn evenzeer van toepassing op deze voorkeuruitvoeringvorm.
De kettingkast is vervaardigd uit een tweetal schaaldelen 41, 42. Het voorste schaaldeel 41 is gerangschikt aan de rechterzijde van de kettingkast en het achterste schaaldeel 42 is gerangschikt aan de linkerzijde van de kettingkast. Hier- bij zijn de rechterzijde en de linkerzijde van het rijwiel genomen teneinde rechterzij- de en de linkerzijde van de kettingkast aan te duiden.
De schaaldelen hebben in de gemonteerde toestand een overlap zoals goed is te zien aan de hand van de doorsneden volgens Fig. 9. Door middel van deze overlap is op voordelige wijze gerealiseerd dat de gemonteerde kettingkast een relatief hoge stevigheid en een relatief hoge functionaliteit heeft. Bij voorkeur is de voorste schaal 41 vervaardigd uit een relatief hard en relatief rigide materiaal voor het verschaffen van een belangrijke mate van stevigheid en vormvastheid aan de uiteindelijke kettingkast. Daarbij omvat de voorste schaal 41 bij voorkeur insluit- rand een 51, 52 voor het daarin insluiten van een deel van de of een rand van de rug van de achterste schaal 42. Hiermee is een aanzienlijke bijdrage aan de totale stevigheid van de gemonteerde kettingkast gerealiseerd doordat deze rand zich uitstrekt over een aanzienlijk deel of in hoofdzaak het geheel van deze respectieve randen van de voorste schaal 41. Vanzelfsprekend is een dergelijke rand ter plaat- se van materiaal van de respectieve tandwielen van het rijwiel onderbroken of niet aanwezig, zoals aan de binnenzijde van het hoofdtandwiel omhulelement of aan de binnenzijde van een achtertandwielomhullingelement zoals deze voorkeuruitvoe- ringvorm deze kent.
Het materiaal van het achterste schaaldeel is tenminste ten dele gekozen uit een relatief zachte kunststof of een rubber materiaal. Een reden voor deze ma- teriaalkeuze is erin gelegen dat het achterste schaaldeel bij voorkeur enigszins tot aanzienlijk vervormbaar is ten behoeve van plaatsing of montage of verwijdering daarvan ten opzichte van het achterste schaaldeel ter plaatse van de ketting. Een belangrijk voordeel van een vervormbaar materiaal is dat dit tijdens deze bewerkin- gen zodanig vervormbaar is dat deze rangschikbaar is aan een in hoofdzaak volle- dig gemonteerd rijwiel. Hierbij hoeft het achterwiel bijvoorbeeld niet te worden los- gehaald of verwijderd. Dit is van voordeel aangezien kettingkast bij voorkeur uit 2 schaaldelen bestaat, een voorzijde en een achterzijde daar waar volgens de stand van de techniek kettingkast een bestaan met een onderzijde en een bovenzijde.
Een verder voordeel van een zachter materiaal betreft de materiaalkeuze voor contactviakken met de ketting. In het bijzonder de onderzijde en de bovenzij- de, zoals vlakken 54 (Fig. 9) zijn onderhevig aan contact met de ketting. Een zach- ter materiaal dempt lawaai dat veroorzaakt wordt door dergelijk contact. Een derge-
lijke demping is zelfs van voordeel onder toepassing van de kettingspanner volgens de onderhavige uitvinding of voorkeuruitvoeringvormen daarvan. De kettingkast volgens de onderhavige uitvinding of volgens voorkeuruitvoeringvormen daarvan, in het bijzonder het kettingtrekdeelomhulelement en het kettingterugloopdeelom- hulelement zijn bij voorkeur zeer slank uitgevoerd hierbij kunnen deze bijvoorbeeld een hoogte die in hoofdzaak geringer is dan 3 keer de hoogte van de ketting, bij voorkeur geringer dan tweeënhalf keer de hoogte van de ketting bij voorkeur gerin- ger dan 2 keer de hoogte van de ketting, bij verdere voorkeur in hoofdzaak de hoogte van ongeveer anderhalf keer de hoogte van de ketting of in hoofdzaak 2 keer de hoogte van de ketting. Hiermee is een zeer aantrekkelijke kettingkast gere- aliseerd voor wat betreft de onderlinge dimensies van de kettingkast ten opzichte van het rijwiel of onderlinge delen van de kettingkast zelf.
Een verdere maatregel volgens een verdere voorkeuruitvoeringvorm be- treft de uitvoering waarbij van elk schaaldeel het kettingtrekdeelomhulelement en het kettingterugloopdeelomhulelement zich uitstrekt vanaf het hoofdtandwiel om element. In het bijzonder is hierbij van voordeel wanneer deze elementen zich zo- ver uitstrekken dat deze aan het einde daarvan een achtertandwielomhullingele- ment vormen en ter plaatse van het achtertandwiel bij elkaar komen. Hiermee is een naad 55 gevormd ter plaatse van een einde 53 van het kettingtrekdeelom- hulelement en een einde 54 van het kettingterugloopdeel. Door de flexibele aard van de schaaldelen zijn deze vervormbaar ter plaatse aanbrengbaar voor het vor- men van een in hoofdzaak omlopende kettingkast.
De voorste en achterste schaaldelen zijn middels een respectieve opening 44 en een klikelement 45 ten opzichte van elkaar rangschikbaar zodat deze ten opzichte van elkaar zijn bevestigd in aanvulling op de bevestiging die wordt ver- schaft middels de randen 51 respectievelijk 52.
Een verdere bevestiging wordt verschaft door middel van een bevestigin- gelement 56 zoals een clip met bij voorkeur schroefgaten. Hiermee zijn het ketting- trekdeelomhulelement en het kettingterugloopdeelomhulelement ten opzichte van elkaar fixeerbaar of bevestigbaar. Tevens fixeert of bevestigd dit klikelement 56 ter plaatse van de naad 55 de voorste schaal 41 met de achterste schaal 42. Ten be- hoeve van de schroeven is in het voorste schaaldeel bij voorkeur een schroef- draadelement per schroef gerangschikt, zoals een aan de binnenzijde bevestigt de moer.
De montage van de kettingkast als geheel is hierdoor zo eenvoudig als het verwijderen van de 2 schroeven 46, het verwijderen van de clip 56 en het onder gebruikmaking van de flexibiliteit wegduiken en verwijderen van de schaaldelen.
Aan de voorzijde is de kettingkast bevestigde middels een beugel 49 die bevestigbaar is aan het frame middels schroeven. Deze beugel 49 verschaft zowel de montage aan het frame als een extra vormversteviging aan het hoofdtand- wielomhulelement.
Fig. 13a en 13b tonen twee varianten van een kettingkast volgens de on- derhavige uitvinding waarbij de lijn tussen een geleidewiel in de nabijheid van het hoofdtandwiel en de onderzijde van het achtertandwiel leidt tot een schuine lijn ten opzichte van de horizontale lijn van de vorige voorkeursuitvoeringvormen. Hiermee is middels dezelfde technische maatregelen een ander uiterlijk gerealiseerd. Deze varianten zijn evenzeer combineerbaar met de variant volgens Fig. 4. Een ketting- spanner met een enkel geleidewiel is toepasbaar en evenzeer is een kettingspan- ner toepasbaar met een spanwiel en een terugloopgeleidewiel.
Clausule 1. Kettingkast omvattende twee schaaldelen, een voorste schaaldeel en een achterste schaaldeel, vormende een — een hoofdtandwielomhulelement voor omhullen van de ketting ter plaatse van het hoofdtandwiel, zoals een trapastandwiel; — een kettingtrekdeelomhulelement voor omhullen van tenminste een trek- deel van de ketting tussen het hoofdtandwiel en het aangedreven tandwiel, — een kettingterugloopdeelomhulelement voor omhullen van tenminste een teruglopend deel van de ketting tussen het hoofdtandwiel en het aangedreven tandwiel, — een kettingspanneromhulelement voor omhullen van een kettingspan- samenstel met daardoor gerangschikt deel van de ketting. 2, Kettingkast volgens clausule 1 omvattende een of meer maatregelen volgens een kettingkast als aangeduid in een of meer van de aangehechte conclu- sies of de voorgaande beschrijving, en/of waarbij het kettingspanneromhulelement definieerbaar is als bij voorkeur ten minste één intermediar omhulelement, bij voor- keur een kettingspanneromhulelement voor het ten minste gedeeltelijk omhullen van ten minste één intermediar tandwiel, zoals een rondsel, gepositioneerd tussen het hoofdtandwiel en het aangedreven tandwiel, bij voorkeur ten minste één inter- mediair tandwiel, zoals een rondsel, dat is ingericht voor het spannen van de ket- tingterugloopdeel..
3. Kettingafschermsamenstel omvattende een kettingkast voor omhullen van een om een hoofdtandwiel en een aangedreven tandwiel omgelegd ketting, zoals omvattende 2 vrije kettingdelen, een kettingtrekdeel en een kettingterugloop- deel, van de voorkeurenvoertuig, zoals een rijwiel omvattende een frame, de ket- tingkast omvattende: — een hoofdtandwielomhulelement voor omhullen van de ketting ter plaatse van het hoofdtandwiel, zoals een trapastandwiel; — een kettingtrekdeelomhulelement voor omhullen van tenminste een te- rugloopdeel van de ketting tussen het hoofdtandwiel en het aangedreven tandwiel, — een kettingterugloopdeelomhulelement voor omhul-len van tenminste een teruglopend deel van de ketting tussen het hoofdtandwiel en het aangedreven tandwiel, — een kettingspanneromhulelement voor omhullen van een kettingspan- samenstel met daardoor gerangschikt deel van de ketting, — waarbij het kettingtrekdeelomhulelement en het kettingterugloopdeelom- hulelement in hoofdzaak parallel ten opzichte van elkaar zijn gerangschikt. 4. Kettingkast volgens clausule 3 omvattende een of meer maatregelen volgens een kettingkast als aangeduid in een of meer van de aangehechte conclu- sies of de voorgaande beschrijving.
De hierboven beschreven inventieve concepten worden geïllustreerd door verschillende illustratieve uitvoeringsvormen. Het is denkbaar dat individuele inven- tieve concepten, inclusief inventieve details, kunnen worden toegepast zonder daarbij ook andere details van het beschreven voorbeeld toe te passen. Het is niet nodig om voorbeelden van alle denkbare combinaties van de hierboven beschre- ven inventieve concepten uit te werken, aangezien een deskundige zal begrijpen dat tal van inventieve concepten kunnen worden (opnieuw) gecombineerd om tot een specifieke toepassing en/of alternatief te komen belichaming.
De rangtelwoorden die in dit document worden gebruikt, zoals ‘eerste’, tweede’ en ‘derde’, worden alleen gebruikt voor identificatiedoeleinden. Het gebruik van uitdrukkingen zoals een "tweede" component, vereist daarom niet noodzakelijk de gelijktijdige aanwezigheid van een "eerste" component. Met "complementaire" componenten wordt bedoeld dat deze componenten zijn geconfigureerd om met elkaar samen te werken. Daartoe hoeven deze componenten echter niet noodzake- lijk complementaire vormen te hebben. Onder het in deze octrooipublicatie gebruik- te werkwoord "omvatten" en vervoegingen daarvan wordt niet alleen "omvat" ver-
staan, maar ook de uitdrukkingen bevatten”, "bestaan in wezen uit", "gevormd door" en vervoegingen daarvan.
Het zal duidelijk zijn dat de uitvinding niet beperkt is tot de hierin getoonde en beschreven werkvoorbeelden, maar dat er binnen het kader van de bijgevoegde conclusies talloze varianten mogelijk zijn die voor de vakman duidelijk zullen zijn.
Het esthetische uiterlijk en ontwerp van de werkvoorbeelden of details daarvan, in het bijzonder zoals getoond in de bijgevoegde figuren, is niet technisch bepaald, tenzij anders aangegeven, en is slechts opgenomen om de hierin beschreven in- ventieve concept(en) te demonstreren en te verduidelijken. Het esthetische uiterlijk van de afgebeelde uitvoeringen is dus een kwestie van ontwerpkeuze en kan naar wens worden gevarieerd of geëlimineerd. De eigenaar van dit octrooidocument doet bovendien geen afstand van enige andere rechten die wettelijk kunnen wor- den geassocieerd met de informatie die in dit document wordt onthuld, inclusief maar niet beperkt tot auteursrechten en ontwerpen die verband houden met, geba- seerd op en/of afgeleid zijn van de bijgevoegde figuren.
De uitvinding is gericht op fietsen, in het bijzonder elektrische fietsen.
In het voorgaande is de onderhavige uitvinding beschreven aan de hand van enkele voorkeursuitvoeringsvormen. Verschillende aspecten van verschillende uitvoeringen worden beschreven geacht in combinatie met elkaar waarbij alle com- binaties die bij lezing door een vakman van het vakgebied op basis van dit docu- ment door een vakman binnen het begrip van de uitvinding vallen beschouwd wor- den te zijn meegelezen. Deze voorkeursuitvoeringsvormen zijn niet beperkend voor de beschermingsomvang van dit document. De gevraagde rechten worden bepaald in de aangehechte conclusies.
Claims (31)
1. Kettingafschermsamenstel omvattende een kettingkast voor het ten minste gedeeltelijk omhullen van een om een hoofdtandwiel, zoals een trapas- tandwiel, | en een aangedreven tandwiel omgelegde ketting, waarbij de ketting bij voorkeur twee vrije kettingdelen, zoals een kettingtrekdeel en een kettingterugloop- deel, een rijwiel waaronder een fiets omvattende een frame, de kettingkast omvat- tende: — een hoofdtandwielomhulelement voor het ten minste gedeeltelijk omhul- len van de ketting ter plaatse van het hoofdtandwiel; — een kettingtrekdeelomhulelement voor het ten minste gedeeltelijk omhul- len van tenminste een deel van het kettingtrekdeel van de ketting tussen het hoofd- tandwiel en het aangedreven tandwiel, — een kettingterugloopdeelomhulelement voor het ten minste gedeeltelijk omhullen van tenminste een deel van de kettingterugloopdeel tussen het hoofd- tandwiel en het aangedreven tandwiel, — bij voorkeur een kettingspanneromhulelement voor het ten minste ge- deeltelijk omhullen van een kettingspansamenstel met een voorspangeleidwiel en een terugloopgeleidewiel en een daardoor gerangschikt deel van de ketting, — waarbij het kettingtrekdeelomhulelement in hoofdzaak een lijn volgt die is bepaald door de bovenzijde van het hoofdtandwiel en de bovenzijde van het ach- tertandwiel, en het kettingterugloopdeelomhulelement in hoofdzaak een lijn volgt die wordt bepaald door een zijde, zoals een onderzijde, van het terugloopgeleide- wiel van de kettingspanner en de onderzijde van het achtertandwiel.
2. Kettingafschermsamenstel volgens conclusie 1 waarbij het kettingspan- neromhulelement is gerangschikt aan de voorzijde van de kettingkast, zoals in de nabijheid van het hoofdtandwiel omhulelement.
3. Kettingafschermsamenstel volgens een of meer van de voorgaande conclusies waarbij het kettingspanneromhulelement is gerangschikt tegen het hoofdtandwiel omhulelement of daarmee is geïntegreerd.
4. Kettingafschermsamenstel volgens een of meer van de voorgaande conclusies waarbij het kettingspanneromhulelement zich uitstrekt vanaf het ketting-
terugloopdeelomhulelement naar de bovenzijde of daar deel van uitmaakt.
5. Kettingafschermsamenstel volgens een of meer van de voorgaande conclusies waarbij het kettingtrekdeelomhulelement en het kettingterugloopdeel- omhulelement zich afzonderlijk uitstrekken vanaf het hoofdtandwielomhulelement, zoals in zijaanzicht met een onderlinge afstand tussen het kettingtrekdeelom- hulelement en het kettingterugloopdeelomhulelement vanaf in hoofdzaak het hoofdtandwielomhulelement.
6. Kettingafschermsamenstel volgens conclusie 5 waarbij deze afstand kleiner is dan in hoofdzaak driekwart van de diameter van het hoofdtandwielom- hulelement, bij voorkeur kleiner dan tweederde van de diameter van het hoofd- tandwielomhulelement
7. Kettingafschermsamenstel volgens een of meer van de voorgaande conclusies waarbij het kettingspanneromhulelement zich uitstrekt vanaf het ketting- terugloopdeelomhulelement tot in hoofdzaak eenderde a tweederde van de afstand daarvan tot het kettingtrekdeelomhulelement voor het tenminste gedeeltelijk omhul- len van het achtertandwiel.
8. Kettingafschermsamenstel volgens een of meer van de voorgaande conclusies waarbij een hoek tussen een onderoppervlak of een hartlijn van het ket- tingtrekdeelomhulelement en een bovenoppervlak of een hartlijn van het kettingte- rugloopdeelomhulelement geringer is dan 5°, bij voorkeur 4°, bij voorkeur 3°, bij voorkeur 2°, bij voorkeur dan 1°, bij voorkeur waarbij deze hoek in hoofdzaak 0° is.
9. Kettingafschermsamenstel volgens een of meer van de voorgaande conclusies omvattende een achtertandwielomhulelement.
10. Kettingafschermsamenstel volgens een of meer van de voorgaande conclusies waarbij de kettingkast twee schaaldelen omvat, een voorste schaaldeel en een achterste schaaldeel.
11. Kettingafschermsamenstel volgens conclusie 10 waarbij in een gemon- teerde toestand de beide schaaldelen elkaar overlappen en/of waarbij een schaal deel het andere gedeeltelijk omsluit in de gemonteerde toestand.
12. Kettingafschermsamenstel volgens conclusie 10 of 11 waarbij tenmin- ste een deel van het kettingtrekdeelomhulelement en het kettingterugloopdeelom- hulelement een in hoofdzaak U-vormige doorsnede heeft, waarbij in de gemonteer- de toestand de benen van deze U-vorm van de beide schaaldelen elkaar tenminste ten dele overlappen.
13. Kettingafschermsamenstel volgens conclusie 10, 11 of 12 waarbij een respectief deel van het voorste schaaldeel zich in de gemonteerde toestand uit- strekt om het achterste schaaldeel.
14. Kettingafschermsamenstel volgens een of meer van de conclusies 10- 13 waarbij het voorste schaaldeel een insluitrand of insluitlip omvat dat zich in de gemonteerde toestand enigszins uitstrekt over de rug van het achterste schaaldeel.
15. Kettingafschermsamenstel volgens een of meer van de conclusies 10- 14 waarbij het achterste schaaldeel is vervaardigd omvattende ten minste een an- dere, zoals zachtere of flexibelere kunststof dan het voorste schaaldeel bij voorkeur omvattende een harder of taaier kunststof.
16. Kettingafschermsamenstel volgens een of meer van de conclusies 10- 15 waarbij het respectieve kettingtrekdeelomhulelement en het kettingterugloop- deel omhulelement van voorste en het achterste schaaldeel zich vanaf het hoofd- tandwielomhulelement uitstrekken tot achter het aangedreven tandwiel waarbij ein- den daarvan achter het aangedreven tandwiel in hoofdzaak aanliggend aan elkaar rangschikbaar, daarmee een deelnaad vormend tussen de bovenzijde en de on- derzijde, zijn.
17. Kettingafschermsamenstel volgens conclusie 16 omvattende tenminste één bevestigingelement voor ten opzichte van elkaar gerangschikt bevestigen van de einden van de beide schaaldelen, zoals middels insluiten van de respectieve via einden van de beide schaaldelen, bij verdere voorkeur middels fixatiemiddelen, zoals schroeven of bouten.
18. Kettingafschermsamenstel volgens een of meer van de voorgaande conclusies waarbij de achterzijde is uitgelijnd ten opzichte van de achteras of een daarop gerangschikt onderdeel van het rijwiel zoals een schakelinrichting van een rijwielversnelling.
19. Kettingafschermsamenstel volgens een of meer van de voorgaande conclusies omvattende een steunbeugel voor ondersteunen van het hoofdtand- wielomhulelement ten opzichte van een frame van het rijwiel, zoals de trapasom- hulling, bij verdere voorkeur voor het verschaffen van vormvastheid aan het hoofd- tandwielomhulelement.
20. Kettingafschermsamenstel volgens een of meer van de voorgaande conclusies omvattende het kettingspansamenstel, het kettingspansamenstel om- vattende: - een spanarm voor daaraan bevestigen van twee geleidewielen voor het onder voorspanning geleiden van de ketting, — een scharnierbare bevestiging aan het frame, zoals aan een onderach- tervork en/of trapashuis, van het rijwiel, — voorspanmiddelen voor het verschaffen van een voorspanning ten op- zichte van het frame aan de spanarm, - een voorspangeleidewiel dat is gerangschikt aan de spanarm voor onder voorspanning houden van de ketting, — een terugloopgeleidewiel voor geleiden van de ketting naar het kettingte- rugloopdeelomhulelement waarbij het terugloopgeleidewiel ten opzichte van het achtertandwiel en/of het voortandwiel zodanig is gerangschikt dat deze een lijn bepaald tussen de on- derzijde van het achtertandwiel en de onderzijde van het terugloopgeleidewiel, be- palende een hoek waaronder van de ketting het kettingtrekdeel en het kettingterug- loopdeel verlopen.
21. Kettingafschermsamenstel volgens conclusie 20 waarbij het voorspan- geleidewiel is gerangschikt tussen het hoofdtandwiel en het terugloopgeleidewiel.
22. Kettingafschermsamenstel volgens conclusie 20 of 21 waarbij het voorspangeleidewiel zich bevindt op een afstand van het hoofdtandwiel van minder dan 6 keer een kettingdikte, bij voorkeur minder dan 5 keer een kettingtrekdeel, bij verdere voorkeur minder dan 4 keer een ketting heeft, bij verdere voorkeur minder dan 2 keer een kettingdikte wanneer de spanarm zich bevindt in een positie die loodrecht is gericht op het hoofdtandwiel.
23. Kettingafschermsamenstel volgens een of meer van de voorgaande conclusies omvattende een brugelement dat deel uitmaakt van een onderachter- vork van het rijwiel, waarbij het brugelement een inkeping verschaft ten opzichte van een buisvorm van de onderachtervork.
24. Kettingafschermsamenstel volgens conclusie 23 waarbij het brugele- ment is vervaardigd middels een werkwijze omvattende smeden, persen, stempe- len en/of gieten of een combinatie daarvan.
25. Kettingafschermsamenstel volgens een of meer van de conclusies 23- 24 waarbij een deel van het kettingspanneromhulelement en/of kettingspansamen- stel zich bevindt in de inkeping.
26. Kettingafschermsamenstel volgens een of meer van de conclusies 23- waarbij het brugelement voor bindingsmiddelen of een beugel omvat voor daar- aan bevestigen van de scharnierbare bevestiging.
27. Kettingafschermsamenstel volgens van de voorgaande conclusies waarbij in plaats van het kettingspanneromhulelement sprake is van een geleide- 25 wiel omhulelement, en of de kettingspanner een enkel geleidewiel omvat dat is ge- rangschikt aan een spanarm, in welke gevallen een lijn wordt bepaald tussen een bovenzijde van het geleidewiel of het kettingspannerwiel en de onderzijde van het achtertandwiel.
28. Kettingspansamenstel voor een rijwiel waarvan de ketting loopt om een hoofdtandwiel, zoals een trapastandwiel, en een achtertandwiel, het kettingsamen- stel omvattende: - een spanarm voor daaraan bevestigen van twee geleidewielen voor het onder voorspanning geleiden van de ketting, — een scharnierbare bevestiging aan een onderachtervork van het rijwiel,
— voorspanmiddelen voor het verschaffen van een voorspanning ten op- zichte van de onderachtervork aan de spanarm, - een voorspangeleidewiel dat is gerangschikt aan de spanarm voor onder voorspanning houden van de ketting, — een terugloopgeleidewiel voor geleiden van de ketting naar het kettingte- rugloopdeelomhulelement, waarbij het terugloopgeleidewiel ten opzichte van het achtertandwiel en/of het voortandwiel zodanig is gerangschikt dat deze een lijn bepaald tussen de on- derzijde van het achtertandwiel en de onderzijde van het terugloopgeleidewiel, be- palende een hoek waaronder van de ketting het kettingtrekdeel en het kettingterug- loopdeel verlopen.
29. Kettingspansamenstel volgens conclusie 27 waarbij deze hoek in hoofdzaak O graden bedraagt zodat het kettingtrekdeel en een kettingterugloopdeel in hoofdzaak parallel verlopen.
30. Kettingspansamenstel volgens conclusie 28 omvattende een of meer maatregelen volgens de conclusies 1 - 27.
31. Rijwiel achtervork met brugelement voor montage van een kettingaf- schermsamenstel of kettingspansamenstel of kettingkast daarvan, de montagemo- dule of montageinzet daarvan omvattende: — een in hoofdzaak langgerekt draagelement voor dragen van het ketting- spansamenstel of de kettingkast en voor verbinden met een voorste deel van de rijwiel achtervork of vormen daarvan, en voor verbinden met een achterste deel van de rijwiel achtervork of vormen daarvan, - waarbij het brugelement een inkeping verschaft ten opzichte van een buisvorm van de onderachtervork.
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
PCT/NL2022/050572 WO2023059197A1 (en) | 2021-10-07 | 2022-10-07 | Chain protection assembly for a bicycle, and bicycle |
Applications Claiming Priority (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2029351 | 2021-10-07 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL2031299B1 true NL2031299B1 (nl) | 2023-04-17 |
Family
ID=82196640
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL2031299A NL2031299B1 (nl) | 2021-10-07 | 2022-03-15 | Kettingafschermsamenstel voor een rijwiel. |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL2031299B1 (nl) |
Citations (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE29801930U1 (de) * | 1998-02-05 | 1998-03-19 | Spazio Develope Corp., Changhua | Fahrrad mit gekapseltem Kettentrieb |
EP1582450A2 (en) * | 2004-04-02 | 2005-10-05 | Shimano Inc. | Bicycle drive unit |
WO2018194459A2 (en) * | 2017-04-21 | 2018-10-25 | Vanmoof B.V | Chain casing and chain tensioning assembly |
EP3074661B1 (en) * | 2013-11-29 | 2019-05-22 | Idbike B.V. | Chain tensioner |
CN209972694U (zh) * | 2019-05-30 | 2020-01-21 | 北京摩拜科技有限公司 | 一种用于自行车的后叉组件和自行车 |
-
2022
- 2022-03-15 NL NL2031299A patent/NL2031299B1/nl active
Patent Citations (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE29801930U1 (de) * | 1998-02-05 | 1998-03-19 | Spazio Develope Corp., Changhua | Fahrrad mit gekapseltem Kettentrieb |
EP1582450A2 (en) * | 2004-04-02 | 2005-10-05 | Shimano Inc. | Bicycle drive unit |
EP3074661B1 (en) * | 2013-11-29 | 2019-05-22 | Idbike B.V. | Chain tensioner |
WO2018194459A2 (en) * | 2017-04-21 | 2018-10-25 | Vanmoof B.V | Chain casing and chain tensioning assembly |
CN209972694U (zh) * | 2019-05-30 | 2020-01-21 | 北京摩拜科技有限公司 | 一种用于自行车的后叉组件和自行车 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
JP6867213B2 (ja) | 自転車用バッテリホルダ | |
KR20060052120A (ko) | 차량의 테일 램프 구조 | |
EP2080695B1 (en) | Flasher and straddle-type vehicle | |
EP2390170A1 (en) | Motorcycle | |
FR2673415A1 (fr) | Systeme de montage d'un garde-boue avant, notamment de vehicules a deux roues. | |
US20090196056A1 (en) | Straddle type vehicle and tail lamp thereof | |
NL2031299B1 (nl) | Kettingafschermsamenstel voor een rijwiel. | |
EP2351684B1 (en) | Turn signal device for saddle-ride type vehicle | |
FR2991651A1 (fr) | Traverse de planche de bord pour vehicule | |
DE102019213868B4 (de) | Lampenkörperstruktur für ein fahrzeug vom satteltyp | |
US20190276116A1 (en) | Human-powered vehicle driving device and battery holding device | |
US20070152423A1 (en) | Pivoting belt or chain guard | |
JP2015128987A (ja) | 自転車用車載装置を支持する支持構造体 | |
ES2449771T3 (es) | Vehículo del tipo en el que se monta a horcajadas | |
US20100213688A1 (en) | Trailer hitch for sprung suspension three wheel vehicle | |
EP2221220B1 (en) | Motorcycle | |
ES2459572A2 (es) | Estructura de carrocería para vehículo tipo motocicleta | |
FR2654062A1 (fr) | Cadre de bicyclette. | |
CN110461693A (zh) | 鞍乘型车辆的前灯支承结构 | |
JP7048758B2 (ja) | 鞍乗型車両のライセンスライト | |
CA2260319A1 (fr) | Vehicule pour circuler sur une surface enneigee | |
FR2715363A1 (fr) | Dispositif formant porte-bagages de toit de véhicule automobile. | |
JP6417180B2 (ja) | 鞍乗型車両のシート構造 | |
CN109204651B (zh) | 一种骑跨式车辆 | |
TWI495580B (zh) | 跨坐型車輛 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD | Change of ownership |
Owner name: MA MICRO LIMITED; GB Free format text: DETAILS ASSIGNMENT: CHANGE OF OWNER(S), ASSIGNMENT; FORMER OWNER NAME: VANMOOF B.V. Effective date: 20240207 |