NL2021458B1 - Pizzadoos met draaischijf - Google Patents

Abstract

De onderhavige uitvinding betreft een plano pizzadoos voor het vormen van een pizzadoos met een draaischijf. Voorts betreft de uitvinding een pizzadoos met een draaischijf. Volgens de uitvinding omvat de pizzadoos een in de doos gerangschikte draaibare schijf op welke een pizza geplaatst kan worden en een door een perforatierand in de doos gedefinieerd openingsdeel met behulp waarvan een consument zich toegang l<an verschaffen tot de schijf. Volgens de uitvinding strekt het openingsdeel zich uit vanaf een bodem tot een deksel van de doos en past de schijf binnen de bodem van de doos.

Description

Pizzadoos met draaischijf

De onderhavige uitvinding betreft een plano pizzadoos voor het vormen van een pizzadoos met een draaischijf. Voorts betreft de uitvinding een pizzadoos niet een draaischijf.

Pizza's of andersoortig voedsel wordt door de consument steeds vaker thuis genuttigd dan wel op een andere plek dan het restaurant waar het voedsel bereid wordt. Om een smaakbeleving te bieden die vergelijkbaar is met het in het restaurant eten van het voedsel dient het voedsel adequaat verpakt te worden en snel te worden geleverd aan de consument. Het behalen van deze doelen is voor een groot deel afhankelijk van het verpakkingsmateriaal. Dergelijk verpakkingsmateriaal moet snel en betrouwbaar in elkaar gezet kunnen worden en dient het voedsel warm te houden. Verder wordt er vanuit milieu overwegingen steeds vaker rekening gehouden met de wijze waarop deze, over het algemeen eenmalig te gebruiken, verpakkingen verwerkt kunnen worden na gebruik.

Pizzadozen worden veelal plano door de fabrikant geleverd. Dat wil zeggen dat een vlak stuk karton voorzien van verscheidene vouw-, perforatie-, en snijlijnen in het restaurant tot pizzadoos wordt gevouwen. Binnen de context van de onderhavige uitvinding zal een dergelijk vlak stuk karton worden aangeduid als plano pizzadoos, mede om onderscheid te maken met de gevouwen pizzadoos. Overigens is de onderhavige uitvinding niet beperkt tot pizza's aangezien ook andere warm te houden voedsel waren vervoerd en warm gehouden kunnen worden door een doos volgens de onderhavige uitvinding.

Een pizzadoos welke tot doel heeft een pizza langer warm te houden is bekend uit NL 1040428. De in dit octrooi beschreven pizzadoos omvat een bodemvlak en een dekselvlak. Verder is een eerste scharniervlak voorzien welke een eerste zijde van het bodemvlak scharnierbaar verbindt met het dekselvlak. Ook omvat de pizzadoos een openingsdeel welke wordt gedefinieerd door ten minste een perforatierand, waarbij het openingsdeel zich ten dele in het eerste scharniervlak en zich ten dele in het dekselvlak bevindt.

De in bovenstaand octrooi beschreven pizzadoos maakt gebruik van een draaibare schijf welke in de doos geklemd is door draaigleuven welke in zijwanden van de pizzadoos zijn gevormd. Op deze draaibare schijf kan in het restaurant een pizza geplaatst worden, waarna de pizzadoos gesloten wordt en de pizza wordt bezorgd.

Door middel van het openen van het openingsdeel kan een gebruiker toegang verschaffen tot de pizza. Het openingsdeel is zodanig groot dat de consument een voorgesneden pizzapunt uit de doos kan nemen. Vervolgens kan de consument, door aan de schijf te draaien, een volgende pizzapunt onder het openingsdeel brengen en uit de doos nemen indien gewenst.

Het voordeel van het gebruik van een draaischijf in combinatie met een relatief klein openingsdeel is dat de pizza warmer gehouden kan worden ten opzichte van de situatie waarin de consument steeds de gehele doos moet openen om een pizzapunt te pakken.

Aan het vouwen van de bekende plano pizzadoos tot pizzadoos komen echter veel en complexe handelingen te pas. Zo dient de draaischijf in de gleuven in de zijwanden van de pizzadoos geschoven te worden. Het kost daarom relatief veel tijd om de pizzadoos te vouwen. Deze tijd vertaalt zich in extra kosten voor de restaurateur.

Het is daarom een doel van de onderhavige uitvinding een plano pizzadoos te verschaffen welke sneller tot een pizzadoos gevouwen kan worden Een verder of ander doel is om een plano pizzadoos te verschaffen welke minder complexe handelingen vereist om de plano pizzadoos tot pizzadoos te vouwen.

Ten minste een van deze doelen wordt ten minste ten dele bereikt door een plano pizzadoos zoals gedefinieerd door conclusie 1. Volgens de uitvinding wordt de plano pizzadoos gekenmerkt doordat deze een schijfvlak omvat welke een ten minste ten dele door een perforatierand gedefinieerde losmaakbare schijf omvat. Verder omvat de plano pizzadoos een tweede scharniervlak welke een tweede zijde van het bodemvlak schamierbaar verbindt met het schijfvlak. Hierbij kan de schijf wanneer deze is losgemaakt van een resterend deel van het schijfvlak, draaien binnen het bodemvlak. Verder wordt de plano pizzadoos gekenmerkt doordat het openingsdeel zich eveneens ten dele in het bodemvlak bevindt.

Doordat het schijfvlak via het tweede scharniervlak aan de rest van de plano pizzadoos is verbonden en het schijfvlak een losmaakbare schijf omvat, hoeft een gebruiker voor het vouwen van een pizzadoos slechts een enkel element te verschaffen in plaats van dat er, zoals bij de genoemde bekende pizzadoos, zowel een plano pizzadoos als een losse schijf verschaft moet worden. Doordat het openingsdeel zich ten dele in het bodemvlak bevindt heeft de consument, ondanks het feit dat de schijf in zijn geheel in de pizzadoos draait, mogelijkheid om de schijf te draaien om zodoende toegang te verschaffen tot een pizzapunt. Een verder voordeel van een enkel element is dat het makkelijker is om de hygiëne van de schijf te verzekeren omdat deze tot vlak voor gebruik vast zit aan de rest van de pizzadoos.

Het tweede scharniervlak kan een eerste deel en een tweede deel omvatten welke schamierbaar zijn gekoppeld, waarbij het eerste deel schamierbaar is verbonden aan het bodemvlak en waarbij het tweede deel schamierbaar is verbonden aan het schijfvlak, waarbij het tweede scharniervlak een gebruiker in staat stelt het schijfvlak op het bodemvlak te brengen door het vouwen van het eerste deel en tweede deel, waarbij het eerste deel ten minste ten dele een buitenwand vormt van de gevormde pizzadoos en het tweede deel ten minste ten dele een binnenwand. Hierbij zal de genoemde binnenwand zich bij voorkeur parallel uitstrekken aan de genoemde buitenwand. Verder geniet het de voorkeur indien het schijfvlak, nadat deze op het bodemvlak is gebracht, geheel binnen het bodemvlak valt. Het is overigens mogelijk dat het tweede scharniervlak meerdere delen omvat welke tussen het eerste deel en tweede deel zijn geplaatst.

Bovengenoemd eerste en tweede deel maken het mogelijk om de schijf pa s los te maken na het deels vouwen van de plano pizzadoos. Omdat de losmaakbare schijf ten minste gedurende een deel van het vouwen van de plano pizzadoos nog aan het resterende deel van de plano pizzadoos vastzit, zal deze minder snel vallen of beschadigd raken. Zo zullen het eerste en tweede deel en de onderlinge wrijving tussen het bodemvlak en een losgemaakte schijf het risico verminderen dat de schijf wegraakt van de plano pizzadoos

Doordat het plaatsen van de schijf in de pizzadoos nu een integraal onderdeel is van het tot pizzadoos vouwen van de plano pizzadoos is het vouwproces een eenvoudiger proces dan het eerdergenoemde bekende proces waarbij een losse schijf wordt gebruikt.

Doordat de losmaakbare schijf ten minste ten dele door een perforatierand i s gedefinieerd, kan een gebruiker zonder bijkomstigheid van gereedschappen en met weinig bijkomende moeite de benodigde schijf draaibaar op het bodemvlak verschaffen, door deze los te maken uit het schijfvlak. Het losmaken van de schijf kost dus weinig extra tijd.

De eerste zijde van het bodemvlak bevindt zich bij voorkeur tegenover de tweede zijde van het bodemvlak. Hierdoor neemt de piano pizzadoos een langgerekte en eenvoudig te verwerken vorm aan welke eenvoudig vervaardigd, getransporteerd, opgeslagen en gebruikt kan worden. Het geniet verder de voorkeur indien het bodemvlak en het dekselvlak een rechthoekige vorm hebben, meer bij voorkeur een vierkante vorm.

Om de pizzadoos vanaf de bovenkant goed af te kunnen sluiten en om het dekselvlak te ondersteunen zodat de deksel niet inzakt cn/of met de pizza in contact komt, kan de plano pizzadoos verder aan het dekselvlak grenzende dekselwanden omvatten. Samen kunnen het dekselvlak en de hieraan grenzende dekselwanden de deksel vormen. Meer in het bijzonder kan het dekselvlak bij voorkeur een dekselwand aan elke zijde van het dekselvlak omvatten anders dan de zijde die gekoppeld is aan het eerste schamiervlak. Het geniet de voorkeur indien de dekselwanden bij een volledig gevouwen en gesloten pizzadoos steunen op het bodemvlak.

Op soortgelijke wijze kan de plano pizzadoos verder uitgerust zijn met aan het bodemvlak grenzende bodemwanden. Bij voorkeur zelfs een bodemwand aan elke zijde van bodemvlak, niet zijnde de zijde die gekoppeld is aan het eerste of tweede schamiervlak. De bodemwanden kunnen elk een eerste lip omvatten die zich vanaf een zijde van de bodemwand naar het schijfvlak uitstrekt, waarbij elke bodemwand is ingericht om ten opzichte van het bodemvlak gevouwen te worden totdat de bodemwand zich onder een hoek uitstrekt ten opzichte van het bodemvlak, bij voorkeur in hoofdzaak loodrecht, en waarbij de eerste lip geklemd kan worden tussen het eerste en tweede deel voor het fixeren van het schijfvlak ten opzichte van het bodemvlak. De bodemwanden kunnen verder elk een tweede lip omvatten die zich vanaf een zijde van de bodemwand van het schijfvlak af ui tstrekt. De bodemwanden en de hieraan verbonden eerste en tweede lippen bakenen samen met het bodemvlak de bodem van de pizzadoos af, waardoor de binnenzijde van de pizzadoos wordt gedefinieerd.

Het snel vouwen van de pizzadoos wordt onder andere mogelijk gemaakt doordat het is uitgerust met vouwlijnen. Deze lijnen zijn een indicatie voor waar er gevouwen moet worden en omvatten een lokale verzwakking van het materiaal van de plano pizzadoos zodat het vouwen eenvoudiger zal kunnen verlopen. Een dergelijke verzwakking kan bijvoorbeeld worden aangebracht door te rillen.

In een mogelijke uitvoeringsvorm zal ten minste een grens tussen het dekselvlak en het eerste scharniervlak, en/of een grens tussen het eerste scharniervlak en het bodemvlak, en/of een grens tussen het bodemvlak en het tweede scharniervlak, en/of een grens tussen het tweede scharniervlak en het schijfvlak, en/of een grens tussen het eerste en tweede deel, en/of een grens tussen het dekselvlak en de dekselwanden, en/of een grens tussen het bodemvlak en de bodemwanden, en/of een grens tussen de bodemwanden en de eerste en/of tweede lippen is/zijn gedefinieerd door vouwlijnen.

Om het openingsdeei eenvoudiger te kunnen openen kan het openingsdeel verder gedefinieerd zijn door ten minste een van een vouwlijn of een snijlijn, en kan het openingsdeel bij voorkeur een of meerdere vouwlijnen omvatten ter hoogte van het dekselvlak welke zich uitstrekken binnen het openingsdeel, bij voorkeur parallel aan het bodemvlak althans na vorming van de pizzadoos. Als het openingsdeei niet in zijn geheel los gemaakt hoeft te worden is het mogelijk om een deel van de rand van het openingsdeel niet door een perforatie of snijlijn te definiëren. Om toch toegang te verschaffen, moet het openingsdeel weggevouwen worden, wat dan weer vereenvoudigd kan worden door een of meerdere vouwlijnen welke zich uitstrekken binnen het openingsdeei. Deze vouwlijnen kunnen zich bijvoorbeeld, na vorming van de pizzadoos, parallel aan het bodemvlak uitstrekken.

Zoals gebruikelijk uit de stand van de techniek kan de plano pizzadoos zijn vervaardigd uit vouwkarton. Dit materiaal is relatief licht en is enigszins thermisch isolerend.

Wanneer de pizzapunten verschillende varianten omvat, een zogenaamd samengestelde pizza, of wanneer de consument duidelijkheid wenst rondom de verdeling van punten van een pizza, geniet het de voorkeur indien de draaibare schijf is voorzien van gebiedsaanduidmgen door bijvoorbeeld een kenmerkende kleur of vorm of lijnen welke zich vanuit een middelpunt van de schijf radiaal uitstrekken en welke bij voorkeur gelijkmatig over de schijf zijn verdeeld.

Volgens een tweede aspect verschaft de uitvinding een pizzadoos gevormd door het vouwen van de hierboven beschreven plano pizzadoos.

Volgens een derde aspect verschaft de uitvinding een pizzadoos omvattende een in de doos gerangschikte draaibare schijf op welke een pizza geplaatst kan worden en een door een perforatierand in de doos gedefinieerd openingsdeel met behulp waarvan toegang verschaft kan worden tot de schijf. Hierbij is de pizzadoos gekenmerkt doordat het openingsdeel zich uitstrekt vanaf een bodem tot een deksel van de doos en dat de schijf past binnen de bodem van de doos.

In het hiernavolgende wordt de uitvinding verder besproken aan de hand van de bijgevoegde figuren, waarbij:

Figuur 1 een bovenaanzicht toont van een uitvoeringsvorm van een plano pizzadoos volgens de onderhavige uitvinding;

Figuur 2 het bovenaanzicht toont uit figuur 1 waarin de verscheidende vouwlijnen, perforatielijnen, en snijlijnen zijn aangegeven; en

Figuren 3-6 elk een perspectivisch aanzicht tonen van verschillende stadia van het vouwen tot pizzadoos van de plano pizzadoos uit figuur 1

In het hiernavolgende zal met ‘gebruiker' een persoon worden aangeduid die de pizzadoos vouwt en zal met ‘consument’ een persoon worden aangeduid die een in de pizzadoos geplaatste pizza wenst te eten. De uitvinding sluit niet uit dat consument en gebruiker dezelfde persoon zijn. Verder is dit onderscheid enkel ter illustratie en is de uitvinding niet beperkt tot dit genoemde onderscheid.

Het bovenaanzicht in figuur 1 toont een uitvoeringsvorm van een plano pizzadoos 1 volgens de onderhavige uitvinding. Plano pizzadoos I omvat een bodemvlak 2, welke na het vouwen van de pizzadoos als bodem dient, en een deksel vlak 3, welke na het vouwen van de pizzadoos als deksel dient. Tevens omvat plano pizzadoos 1 een openingsdeel 4 welke zich uitstrekt vanaf dekselvlak 3 tot aan bodemvlak 2, en omvat plano pizzadoos 1 een schijfvlak 5 waarin zich een losmaakbare schijf 6 bevindt.

Bodemvlak 2 is aan een zijde schamierbaar gekoppeld aan dekselvlak 3 door middel van een eerste schamiervlak 7. Verder is bodemvlak 2 aan een tegenovergelegen zijde schamierbaar gekoppeld aan schijfvlak 5 door middel van een tweede schamiervlak 8. Tweede schamiervlak 8 omvat een eerste deel 8' en een tweede deel 8 welke onderling schamierbaar zijn gekoppeld.

Bodemvlak 2 is aan elke zijde die niet aan dekselvlak 3 of aan schijfvlak 5 gekoppeld is, schamierbaar gekoppeld met bodemwanden 9. Aan deze bodemwanden 9 kunnen verder eerste lippen 10’ en tweede lippen 10” gekoppeld zijn.

Dekselvlak 3 is aan de zijden die niet aan bodemvlak 2 gekoppeld zijn, schamierbaar gekoppeld aan de dekselwanden 11.

Bodemvlak 2 en dekselvlak 3 hebben bij voorkeu r een rechthoekige vorm of meer in het bijzonder een vierkante vorm. Bij voorkeur hebben bodemwanden 9 en dekselwanden 11 ongeveer dezelfde vorm zodat ze goed op elkaar aansluiten. Voor al deze vlakken zijn echter natuurlijk ook andere vormen mogelijk dan de vormen getoond in figuur 1.

Tn bodemvlak 2, in de directe nabijheid van de grens tussen bodemvlak 2 en tweede schamiervlak 8, bevindt zich ten minste één klemgleuf 12. Verder is de grens tussen schijfvlak 5 en tweede schamiervlak 8. en meer in het bijzonder tweede deel 8”, gevormd door een combinatie van een vouwlijn en een snijlijn, zie figuur 2. Het snijlijndeel van deze combinatie is geplaatst ter hoogte van elke klemgleuf 12 zodanig dat na het vouwen van schijfvlak 5 ten opzichte van tweede deel 8”, zoals later zal worden toegelicht, er voor elke klemgleuf 12 een klemlip 13 ontstaat met welke tweede deel 8” en hieraan verbonden schijfvlak 5 ten opzichte van bodemvlak 2 gefixeerd kan worden De vorming van klemlippen 13 is mogelijk doordat het snijlijndeel van bovengenoemde combinatie versprongen is geplaatst ten opzichte van het vouwlijndeel.

Schijfvlak 5 kan, zoals in figuur 1 te zien is, bestaan uit twee niet aansluitende verbindingselementen 14, welke gescheiden zijn door een opening 15, en een losmaakbare schijf 6. Schijf 6 wordt hier slechts ten dele omsloten door verbindingselementen 14. Er zijn ook uitvoeringsvormen mogelijk waarbij een enkel verbindingselement wordt gebruikt en/of waar de een of meer verbindingselementen schijf 6 in hoofdzaak volledig omsluiten.

Openingsdeel 4 strekt zich uit over eerste schamiervlak 7. Opemngsdeel 4 kan verder een taps toelopende vorm aannemen waarbij het smalle uiteinde zich op dekselvlak 3 bevindt. Aan het brede uiteinde van openingsdeel 4 kan zich bijvoorbeeld op bodemvlak 2 een additionele lip 16 bevinden om te assisteren bij het openen van openingsdeel 4. In een voorkeursuitvoeringsvorm zal openingsdeel 4 ongeveer de vorm aannemen van een pizzapunt. Dit maakt het voor een gebruiker mogelijk om een pizzapunt uit de doos te nemen zonder dat de overige pizzapunten direct sterk worden afgekoeid.

In een voorkeursuitvoeringsvorm wordt plano pizzadoos 1 gefabriceerd uit vouwkarton.

In de stand van de techniek wordt voor het produceren van een plano pizzadoos 1 van karton, gebruik gemaakt van een houder welke is uitgerust met elementen die bij het vormen van het karton voorzien in het aanbrengen van vouwlijnen, perforatielijnen en/of snijlijnen op plaatsen waar deze gewenst zijn.

De vouwlijnen zijn ingericht om een bedoelde vouwrichting te verduidelijken en tevens om het daadwerkelijk vouwen te vereenvoudigen doordat er lokaal een verzwakking in het karton is aangebracht. Het vormen van een vouwlijn kan door een rilbewerking worden gerealiseerd.

De perforatielijnen zijn ingericht om verschillende delen van de plano pizzadoos eenvoudig ten minste ten dele van elkaar los te maken. Dergelijke lijnen worden gevormd door een perforeerbewerking waarbij kleine gaten in het karton worden aangebracht.

De snijlijnen geven de plaatsen aan waar het karton volledig door is gestanst om de plano pizzadoos te scheiden van het vlak karton waaruit de piano pizzadoos is gevormd.

Bovenstaande lijnen zijn getoond in figuur 2, waarbij wordt opgemerkt dat de plano pizzadoos symmetrisch is uitgevoerd ten opzichte van de verticale richting in figuur 2. Een snijlijn wordt aangeduid met de letter 's', een perforatielijn met de letter ‘p’, en een vouwlijn met de letter V. Gebieden van plano pizzadoos 1 die niet direct grenzen aan een ander stuk karton zijn gevormd met een snijlijn, en worden omwille van de duidelijkheid niet als zodanig in figuur 2 aangeduid.

Nu verwijzend naar figuren 1 en 2, de grenzen tussen bodemvlak 2 en eerste scharniervlak 7 en tussen eerste scharniervlak 7 en dekselvlak 3 worden beide gedefinieerd door een vouwlijn. Verder worden de grens tussen bodemvlak 2 en tweede scharniervlak 8 en de grens tussen het eerste deel 8’ en het tweede deel 8” van tweede scharniervlak 8 ook gedefinieerd door een vouwlijn. De grens tussen tweede scharniervlak 8 en schijfvlak 5 wordt ten minste ten dele gedefinieerd door een vouwlijn. De grens tussen tweede scharniervlak 8 en schijfvlak 5 ter hoogte van ten minste klemgleuf 12 wordt gedefinieerd door een snijlijn. De grens van klemgleuf 12 op bodemvlak 2 wordt ten minste deels gedefinieerd door een snijlijn zodat een ruimte ontstaat waarin klemlip 13 geklemd kan worden. Ook de grenzen tussen bodemvlak 2 en bodemwanden 9 en de grenzen tussen dekselvlak 3 en bodemwanden 11 zijn gedefinieerd door vouwlijnen.

Schijf 6 wordt gedefinieerd door bijvoorbeeld een perforatierand of door een snijlijn in combinatie met zogenaamde ‘nicks’ welke korte verbindingsstukjes zijn, welke bekend zijn uit de techniek. Deze bevestigingsmethodes vereenvoudigen het losmaken van schijf 6 uit het schijfvlak 5 significant. In een voorkeursuitvoeringsvorm is schijf 6 op vier punten bevestigd aan schijfvlak

5. In verdere uitvoeringsvormen kunnen grenzen tussen tweede scharniervlak 8 en schijfvlak 5 in plaats van door een vouwlijn ook door een perforatielijn of door een snijlijn in combinatie met korte verbindingsstukken gedefinieerd worden.

De grens van openingsdeel 6 wordt ten minste ten dele gedefinieerd door een perforatielijn welke het zonder hulpmiddelen openen van dit gebied mogelijk maakt. Mogelijk wordt openingsdeel 6 ook deels gedefinieerd door een snijlijn. In een voorkeursuitvoeringsvorm wordt het smalle uiteinde van de taps toelopende vorm van openingsdeel 4 voorzien van een of meerdere additionele vouwlijnen 20 welke het mogelijk maken om het stuk karton ter plaatse van openingsdeel 4 te vouwen zodat het in geopende toestand blijft. Dit om te voorkomen dat dit stuk karton telkens bij het uitpakken van een pizzapunt naar boven moet worden gevouwen.

Wanneer het brede uiteinde van openingsdeel 4 is uitgerust met een additionele lip 16 voor het vereenvoudigen van het openen van openingsdeel 4 kan de grens van openingsdeel 4 die met deze lip 16 samenvalt gedefinieerd worden door een snijlijn. Hierdoor krijgt openingsdeel 4 een deel waar zonder voorbereidende handelingen goed grip op te krijgen is, wat het openen van openingsdeel 4 vereenvoudigt.

In het hiernavolgende zal het vormen van een pizzadoos met behulp van de plano pizzadoos uit figuren 1 en 2 nader besproken worden onder verwijzing naar figuren 3-6. Het moge de vakman duidelijk zijn dat het mogelijk is om de pizzadoos op verschillende manieren te vouwen en dat de hierna genoemde volgorde van stappen niet als limitatief dient te worden beschouwd.

Als eerste stap vouwt de gebruiker bodemwanden 9 ten opzichte van bodemvlak 2, waarbij deze loodrecht ten opzichte van elkaar komen te staan. Ook worden eerste en tweede lippen 10’, 10” gevouwen ten opzichte van bodemwanden 9, waarbij lippen 10’, 10” richting bodemvlak 2 worden gevouwen.

Hierna of voorafgaand hieraan vouwt de gebruiker langs de vouwlijn tussen bodemvlak 2 en eerste deel 8’ van tweede schamiervlak 8 zodanig dat er een hoek van ongeveer 90 graden ontstaat tussen eerste deel 8’ en bodemvlak 2. Op dit moment zullen tweede schamiervlak 8 en schijfvlak 5 rechtop ten opzichte van bodemvlak 2 staan. Verder zullen eerste lippen 10' met een naar buiten gerichte zijde tegen eerste deel 8’ aan komen te liggen.

De gebruiker vouwt vervolgens langs de vouwlijn tussen schijfvlak 5 en tweede deel 8” van tweede schamiervlak 8 in de richting weg van de rest van de plano pizzadoos. en wel zodanig dat er een hoek van ongeveer 90 graden ontstaat tussen schijfvlak 5 en tweede deel 8”. Als gevolg van deze vouwstap komen klemlippen 13 deels vrij te liggen, zie figuur 3. Vervolgens vouwt de gebruiker ook langs de vouwlijn tussen eerste deel 8’ en tweede deel 8” in de richting van bodemvlak 2 en wel zodanig dat er een hoek van 180 graden ontstaat tussen eerste deel 8’ en tweede deel 8”. Hierdoor kunnen de twee delen 8’, 8” van tweede schamiervlak 8 eerste lippen 10 klemmen, zie figuur 4. De gebruiker kan hierbij klemlippen 13 plaatsen in klemgleuven 12, wat er voor zorgt dat de vouw langs de vouwlijn tussen eerste deel 8’ en tweede deel 8” van tweede schamiervlak 8 niet door veerkrachtigheid van het materiaal van de pizzadoos ongedaan gemaakt kan worden. Op dit moment heeft de gebruiker schijfvlak 5 in zijn geheel geplaats op bodemvlak 2 en binnen de bodem van de pizzadoos zoals getoond in figuur 4.

De gebruiker kan ook dekselwanden 11 vouwen langs de daarvoor bestemde vouwlijnen waardoor er een hoek van ongeveer 90 ontstaat tussen dekselwanden 11 en dekselvlak 3.

Losmaakbare schijf 6 kan bijvoorbeeld op dit moment los worden gemaakt uit schijfvlak 5 door middel van de perforatierand die de grens van openingsdeel 4 definieert. Hierbij kunnen verbindingselementen 14 vast verbonden blijven aan tweede deel 8”, hoewel de uitvinding niet uitsluit dat deze van tweede deel 8” losgemaakt worden, bijvoorbeeld door de verbinding tussen tweede deel 8” en verbindingselementen 14 ten minste ten dele uit te voeren als perforatielijn en/of snijlijn. Op deze manier komen de restanten van schijfvlak 5 niet bij schijf 6 en de pizza in de doos terecht Dit kan in het bijzonder nuttig zijn wanneer verbindingselementen 14 meer dan weergegeven in figuur 1 of zelfs in hun geheel schijf 6 omsluiten.

Op dit moment kan een pizza of schijf 6 worden geplaatst en kan de pizzadoos worden gesloten. Om de pizzadoos te sluiten, vouwt de gebruiker langs de vouwlijn tussen eerste schamiervlak 7 en bodemvlak 2, en wel zodanig dat er een hoek van 90 graden ontstaat tussen bodemvlak 2 en schamiervlak 7. Hierdoor komen tweede lippen 10” tegen eerste schamiervlak 7 aan te liggen. Op dit moment zullen eerste schamiervlak 7 en dekselvlak 3 rechtop ten opzichte van bodemvlak 2 staan. Vervolgens vouwt de gebruiker langs de vouwlijn tussen eerste schamiervlak 7 en dekselvlak 3,_ waardoor dekselvlak 3 richting bodemvlak 2 toe wordt gevouwen en wel zodanig dat er een hoek van 90 graden ontstaat tussen dekselvlak 3 en eerste schamiervlak 7, zie figuur 5. Omdat dekselwanden 11 in deze uitvoeringsvorm niet met bevestiging rechtop zijn gevouwen, kan het zijn dat deze door veerkrachtigheid van het materiaal niet in deze stand zijn gebleven. De gebruiker zal nu eventueel tijdens het vouwen van de vouwlijn tussen eerste schamiervlak 7 en dekselvlak 3 ook dekselwanden 11 moeten vouwen zodanig dat deze binnen bodemwanden 9 komen te vallen, zie figuur 5. De uitvinding sluit niet uit dat dekselwanden 11 in een uitvoeringsvorm buiten bodemwanden 9 vallen.

De volledig gevouwen pizzadoos (zonder pizza) is getoond in figuur 6. Hierbij is te zien dat dekselwanden 11 binnen bodemwanden 9 vallen, hoewel de uitvinding hiertoe niet beperkt is. Tevens toont figuur 6 dat openingsdeel 4 geopend is waardoor een consument toegang krijgt tot schijf 6. In figuur 6 is te zien dat openingsdeel 4 deels gevouwen is langs de vouwlijn tussen eerste schamiervlak 7 en bodemvlak 2 en tussen eerste schamiervlak 7 en dekselvlak 3. Door het vouwen van openingsdeel 4. eventueel additioneel langs een of meerdere vouwlijnen zoals vouwlijn 20 in figuur 2, kan bereikt worden dat openingsdeel 4 in een bepaalde positie blijft staan zodat de consument niet telkens het gebied naar boven moet vouw en bij het uithalen van een pizzapunt.

De in figuur 6 getoonde uitvoeringsvorm staat het een consument eenvoudig toe om schijf 6 te draaien. Dit kan bij voorbeeld doordat de consument schijf 6 klemt tussen zijn of haar vingers en vervolgens draait.

Losmaakbare schijf 6 is kleiner dan draaibare schijven zoals deze bekend zijn uit de genoemde stand van de techniek. Hierdoor past schijf 6 in zijn geheel binnen bodemvlak 2. Het losmaken van schijf 6 is een integraal onderdeel van het vouwen van de pizzadoos. Dit in tegenstelling tot pizzadozen zoals bekend uit de eerdergenoemde stand van de techniek waarbij uitgegaan w ordt van een losse schijf en een losse pizzadoos. Het in elkaar zetten van de pizzadoos volgens de uitvinding is dientengevolge sneller.

Dat schijf 6 niet, zoals in de genoemde stand van de techniek, deels buiten de pizzadoos treedt heeft als verder voordeel dat schijf 6 tijdens het vervoeren w einig tot geen mogelijkheid heeft om beschadigd te raken en dus met meer zekerheid vrij kan draaien w anneer deze door de consument in ontvangst wordt genomen. Ook kunnen u itstekende delen van de bekende schijf vervuild raken, waardoor bij het draaien van de bekende schijf een vervuild uiteinde ongew enst vuil in de doos kan introduceren.

In een voorkeursuitvoering neemt schijf 6 een ronde vorm aan. Er zijn echter ook uitvoeringsvormen mogelijk waarbij schijf 6 andere vormen aanneemt die ook draaibaar in de doos op te stellen zijn, bijvoorbeeld een regelmatige zeshoek, achthoek, of twaalfhoek.

Het in elkaar vouwen van de pizzadoos volgens de onderhavige uitvinding is slechts een deel van het proces wat in de fastfood industrie versneld moet worden. Er zijn meer stappen, zoals het in de doos plaatsen van een pizza. Om dat te vereenvoudgen kan de in de doos draaibaar gerangschikte schijf 6 verder voorzien zijn van aanduidingen van mogelijke indelingen van deze schijf 6. Zulke aanduidingen kunnen bijvoorbeeld op de schijf geprinte kieuren of vormen zijn, of op de schijf weergegeven of geplaatste afscheidingen. Deze laatste optie draagt ook bij aan het van elkaar gescheiden houden van de verschillende pizzapunten wat een vereiste kan zijn als deze van verschillende types zijn of voor verschillende consumenten bedoeld zijn.

Het plaatsen van voedsel zoals een pizza op schijf 6 zorgt er voor dat de rest van de pizzadoos weinig tot niet in contact komt met het voedsel. Hierdoor wordt de rest van de pizzadoos niet vuil en/of vet en kan het, wanneer het materiaal dat toestaat, gerecycled worden.

Het openen en sluiten van de deksel in zijn geheel kost relatief veel tijd omdat de deksel tot ongeveer 45 graden geopend moet worden voordat de consument goed kan zien welk deel van het voedsel waar ligt. Ook stelt het openen van de deksel meer van het af te schermen voedsel zoals een pizza bloot aan de omgeving en koelt het voedsel sneller af. Door het gebruik van openingsdeel 4 hoeft er maar een kleine opening in de doos geopend te worden. Het open en dicht doen kost minder tijd en minder van het af te schermen voedsel wordt blootgesteld aan de omgeving, waardoor het af te schennen voedsel zoals een pizza minder snel afkoelt. Openingsdeel 4 heeft in een voorkeursuitvoering in elk geval een breedte die past bij de pizzapunten waar de consument zich door deze opening toegang tot verschaft.

Na het in elkaar zetten van de pizzadoos door de gebruiker is openingsdeel 4 nog niet geopend. Deze handeling wordt doorgaans door de consument uitgevoerd. Openingsdeel 4 strekt zich uit over bodemvlak 2, eerste scharniervlak 7 en dekselvlak 3. Doordat openingsdeel 4 ook een deel van bodemvlak 2 omvat zal de opening die openingsdeel 4 verschaft het ook mogelijk maken voor de consument om de onderkant van de schijf te bereiken en deze rond te kunnen draaien.

In deze uitvoeringsvorm is openingsdeel 4 deels gedefinieerd door een vouwlijn en deels gedefinieerd door een perforatielijn. Hierdoor is het mogelijk om volgens de perforatielijn een deel van openingsdeel 4 los te maken van de rest van de pizzadoos. Het wegvouwen van openingsdeel 4 verschaft toegang tot schijf 6 in de pizzadoos.

Het losmaken van deze perforatielijn kan worden vereenvoudigd door openingsdeel 4 onder andere te definiëren door een snijlijn waardoor de gebruiker beter grip kan krijgen op openingsdeel 4 wanneer deze nog niet geopend is. Een dergelijke snijlijn kan ook worden gebruikt voor het definiëren van additionele lip 16 uit figuur 1.

Het wegvouwen van openingsdeel 4 kan worden vereenvoudigd door openingsdeel 4 verder te voorzien van verscheidene vouwlijnen, zoals vouwlijn 20 in figuur 2, opdat het in delen wee is te vouwen.

In een andere mogelijke uitvoeringsvorm is openingsdeel 4 alleen gedefinieerd door een perforatielijn. Hierdoor is het mogelijk om volgens de perforatielijn openingsdeel 4 volledig los te maken van de rest van de pizzadoos.

Het moge de vakman duidelijk zijn dat de onderhavige uitvinding niet beperkt is tot de hier getoonde uitvoeringsvormen maar dat verschillende wijzigingen mogelijk zijn zonder hierbij af te wijken van de beschermingsomvang welke wordt gedefinieerd door de bijgevoegde conclusies.

Claims (10)

1. CONCLUSIES

   I. Plano pizzadoos voor het vormen van een pizzadoos, omvattende:

   een bodemvlak;

   een dekselvlak;

   een eerste schamiervlak welke een eerste zijde van het bodemvlak schamierbaar verbindt met het dekselvlak:

   een openingsdeel welke wordt gedefinieerd door ten minste een perforatierand; waarbij het openingsdeel zich ten dele in het eerste schamiervlak en zich ten dele in het dekselvlak bevindt;

   met het kenmerk, dat de plano verder omvat:

   een schijfvlak welke een ten minste ten dele door een perforatierand gedefinieerde losmaakbare schijf omvat welke past, en wanneer de schijf losgemaakt is draaibaar is binnen het bodemvlak;

   een tweede schamiervlak welke een tweede zijde van het bodemvlak schamierbaar verbindt met het schijfvlak, en;

   waarbij het openingsdeel zich eveneens ten dele in het bodemvlak bevindt.
2. 2. Plano pizzadoos volgens conclusie 1, waarbij het tweede schamiervlak een eerste deel en een tweede deel omvat welke schamierbaar zijn gekoppeld, waarbij het eerste deel schamierbaar is verbonden aan het bodemvlak en waarbij het tweede deel schamierbaar is verbonden aan het schijfvlak, waarbij het tweede schamiervlak een gebruiker in staat stelt het schijfvlak op het bodemvlak te brengen door het vouwen van het eerste deel en tweede deel., waarbij het eerste deel een ten minste ten dele buitenwand vormt van de gevormde pizzadoos en het tweede deel ten minste ten dele een binnenwand;

   waarbij het schijfvlak, nadat deze op het bodemvlak is gebracht, geheel binnen het bodemvlak valt.
3. 3. Plano pizzadoos volgens conclusie 1 of 2, waarbij de eerste zijde van het bodemvlak zich tegenover de tweede zijde van het bodemvlak bevindt.
4. 4. Plano pizzadoos volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het bodemvlak en het dekselvlak een rechthoekige vorm hebben en waar deze bij voorkeur een vierkante vorm hebben.
5. 5 gelijkmatig over de schijf zijn verdeeld.

   13. Pizzadoos gevormd door het vouwen van de plano pizzadoos volgens een van de voorgaande conclusies.

   5. Plano pizzadoos volgens een van de voorgaande conclusies, verder omvattende aan het dekselvlak grenzende dekselwanden, bij voorkeur een dekselwand aan elke zijde van het dekselvlak anders dan de zijde die gekoppeld is aan het eerste scharniervlak.
6. 6. Plano pizzadoos volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de plano pizzadoos verder aan het bodemvlak grenzende bodemwanden omvat, bij voorkeur een bodemwand aan elke zijde van bodemvlak, niet zijnde de zijde die gekoppeld is aan het eerste of tweede scharniervlak.
7. 7. Plano pizzadoos volgens conclusie 2 en 6, waarbij de bodemwanden elk een eerste lip omvatten die zich vanaf een zijde van de bodemwand naar het schijfvlak uitstrekt, waarbij elke bodemwand is ingericht om ten opzichte van het bodemvlak gevouwen te worden totdat de bodemwand zich onder een hoek uitstrekt ten opzichte van het bodemvlak, bij voorkeur in hoofdzaak loodrecht, en waarbij de eerste lip geklemd kan worden tussen het eerste en tweede deel voor het fixeren van het schijfvlak ten opzichte van het bodemvlak.
8. 8. Plano pizzadoos volgens conclusie 7, waarbij de bodemwanden elk een tweede lip omvatten die zich vanaf een zijde van de bodemwand van het schijfvlak af uitstrekt.
9. 9. Plano pizzadoos volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij ten minste een grens tussen het dekselvlak en het eerste scharniervlak, en/of een grens tussen het eerste scharniervlak en het bodemvlak, en/of een grens tussen het bodemvlak en het tweede scharniervlak, en/of een grens tussen het tweede scharniervlak en het schijfvlak, en/of een grens tussen het eerste en tweede deel, en/of een grens tussen het dekselvlak en de dekselwanden, en/of een grens tussen het bodemvlak en de bodemwanden, en/of een grens tussen de bodemwanden en de eerste en/of tweede lippen is/zijn gedefinieerd door vouwlijnen.

   10. Plano pizzadoos volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het openingsdeel verder gedefinieerd is door ten minste een van een vouwlijn of een snijlijn, en het openingsdeel bij voorkeur een of meerdere vouwlijnen omvat ter hoogte van het dekselvlak welke zich uitstrekken binnen het openingsdeel, bij voorkeur parallel aan het bodemvlak althans na vorming van de pizzadoos.

   11. Plano pizzadoos volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de plano pizzadoos vervaardigd is uit vouwkarton.

   12. Piano pizzadoos volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de schijf is voorzien van gebiedsaanduidingen door bijvoorbeeld een kenmerkende kleur of vorm of lijnen welke zich vanuit een middelpunt van de schijf radiaal uitstrekken en welke bij voorkeur
10. 10 14. Pizzadoos omvattende een in de doos gerangschikte draaibare schijf op welke een pizza geplaatst kan worden en een door een perforatierand in de doos gedefinieerd openingsdeel met behulp waarvan toegang verschaft kan worden tot de schijf, met het kenmerk, dat het openingsdeel zich uitstrekt vanaf een bodem tot een deksel van de doos en dat de schijf past binnen de bodem van de doos.