NL2014684B1 - Meerdelige toegangspoort. - Google Patents

Abstract

Beschreven wordt een toegangspoort omvattende een eerste deurdeel met een door een daarmee draaivast verbonden en rond een eerste as draaibaar aandrijfbaar eerste tandwiel; een tweede, ten opzichte van de buitenwereld vast tandwiel; een tandheugel, waarvan een einde op het tweede tandwiel aangrijpt; een tweede deurdeel dat draaibaar aan het eerste deurdeel is bevestigd; en een rond een tweede as tussen beide deurdelen draaibaar derde tandwiel, dat draaivast met het tweede deurdeel is verbonden, en waarover bij het aandrijven van het eerste tandwiel het andere tandheugel einde loopt.

Description

MEERDELIGE TOEGANGSPOORT

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een uit twee of meer delen opgebouwde toegangspoort annex vouwdeur.

Een dergelijke toegangspoort is bekend uit WO 2012/123101 Al. De bekende toegangspoort omvat een door middel van een aandrijving draaibaar eerste deurdeel, een tweede, ten opzichte van de buitenwereld vast tandwiel, een aan de buitenkant van de toegangspoort aangebrachte tandheugel waarvan een einde op het tweede tandwiel aangrijpt, een tweede deurdeel dat draaibaar aan het eerste deurdeel is bevestigd, en een rond een tweede as tussen beide deurdelen draaibaar derde tandwiel, dat draaivast met het tweede deurdeel is verbonden, en waarover bij het aandrijven van het eerste tandwiel het andere tandheugel einde loopt.

Nadeel daarvan is dat bij meerdelige toegangspoorten, hekken of deuren diens scharnierend verbonden deurdelen door middel van complexe, onveilige en storingsgevoelige mechanieken, zoals door middel van ketting met kettingwiel overbrengingen, dienen te worden geopend en gesloten.

Doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een verbeterde toegangspoort die deze nadelen niet of althans in mindere mate heeft.

Daartoe heeft de toegangspoort overeenkomstig de uitvinding het kenmerk dat de toegangspoort een door middel van de aandrijving draaibaar eerste tandwiel omvat dat draaivast met het eerste deurdeel is verbonden en welk eerste tandwiel rond een eerste as is aangebracht waaromheen ook het tweede tandwiel is aangebracht.

Voordeel van de toegangspoort volgens de uitvinding is dat uit aandrijving van een eerste tandwiel verkregen draaiing van het eerste deurdeel tevens de krachten worden afgeleid om een tweede deurdeel te verdraaien. Deze krachten worden bij voornoemde draaiing door een hoeksgewijze en translerend bewegende tandheugel afgeleid van een tweede tandwiel, en vervolgens overgebracht naar een derde tandwiel dat bij de draaiing het tweede deurdeel doet in- resp. uitvouwen. Dit leidt tot een eenvoudig uitgevoerd, solide en betrouwbaar werkend overbrengmechaniek. Bovendien worden de beide deurdelen, die ook vleugels worden genoemd, direct en spelingvrij in onderling tegengestelde richtingen bewogen, zonder dat daar veel onderhoud nodig is. Deze toegangspoort volgens de uitvinding is bovendien 'trackless', dat wil zeggen zij loopt niet in een spoor of goot, en van voordeel is dat daarvoor normaal benodigde voorzieningen ook niet in met name ondergrond of het plafond hoeven te worden aangebracht. Door afwezigheid van die voorzieningen is ook geen sprake van daarmee samenhangend hoogteverlies. Om een compacte en niet scheef trekkende constructie te realiseren zitten zowel het eerste als het tweede tandwiel rond de eerste as.

Met voordeel is het verder mogelijk om de tandheugel, zoals in een uitvoering met bijvoorbeeld een stang, aan de binnenzijde van de poort aan te brengen, zodat buiten de poort geen onderdelen uitsteken of hinderlijk zichtbaar zijn. Van verder voordeel is dat met de name de scharnieren voor het eerste draaibare deurdeel buiten, maar niet noodzakelijkerwijze tegen, een staander of kolom hoeven te worden gemonteerd, hetgeen tot minder noodzakelijke zaag-en freesbewerkingen in de kolom leidt. Tevens is een modulaire opbouw van de poort, met diens deurdelen en staander enerzijds en het geheel van het aandrijf- en bewegingsmechaniek voor de deurdelen anderzijds, mogelijk, wat het aantal montagehandelingen verkort en vereenvoudigt.

Bij hoge toegangspoorten is zelfs een dubbele uitvoering van voornoemd mechaniek mogelijk, namelijk aan de bovenkant en aan de onderkant van de poort. Ook is een dubbele uitvoering mogelijk in de zin dat twee of meer vouwbare deurdelen aan weerszijden van een daartussendoor lopende oprijlaan of toegangsweg naar elkaar toe of van elkaar af kunnen sluiten of openen.

Verder gedetailleerde mogelijke uitvoeringsvormen die in de overige conclusies zijn uiteen gezet, zijn samen met de daarbij behorende voordelen in de navolgende beschrijving vermeld.

Thans zal de toegangspoort en de desbetreffende toegepaste werkwijze volgens de onderhavige uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van de onderstaande figuren, waarin overeenkomstige onderdelen van dezelfde verwijzingscijfers zijn voorzien.

Daarbij tonen: - de principeschema's van de figuren 1, 2 en 3 -aan de hand waarvan ook de werkwijze volgens de uitvinding zal worden toegelicht- respectievelijke bovenaanzichten van een toegangspoort volgens de uitvinding in achtereenvolgens: gesloten positie, half open positie en geopende positie; en toont: - het detail van figuur 4 de tandwiel- en tandheugel configuratie die in de toegangspoort van de bovenstaande figuren is toegepast.

Aan de hand van de principeschema's van de figuren 1, 2 en 3 zullen de opbouw en werking van een in het weergegeven geval tweedelig toegangshek of toegangspoort 1 worden toegelicht. Deze tweedelige zich in de praktijk loodrecht op het vlak van de tekening uitstrekkende toegangspoort 1 omvat een eerste deurdeel 1-1 met een rond een eerste as 2-1 draaibaar eerste tandwiel 3-1, dat met het deel 1-1 meedraait, daar het draaivast daarmee is verbonden. Met het tandwiel 3-1 is een aandrijving 4 gekoppeld die in staat is om het tandwiel 3-1 over zekere hoek te verdraaien. Door het met de aandrijving 4 verdraaien van het tandwiel 3-1 opent of sluit het eerste deurdeel 1-1. Qua aandrijving 4 kan een elektrische-, hydraulische- of pneumatische aandrijving worden gebruikt die op commando kan worden in- of uitgeschakeld.

De poort 1 omvat verder een tweede, ten opzichte van de buitenwereld vast tandwiel 3-2, en een tandheugel 5, waarvan een einde 5-1 op de getande buitenomtrek van het tweede tandwiel 3-2 aangrijpt.

Figuur 4 toont in detail de opbouw van de twee gelijke tandwielen 3-1 en 3-2, waarvan de eerste met het draaibare deel 1-1 meedraait en de tweede vast wordt gehouden ten opzichte van de buitenwereld.

De poort 1 omvat tevens een tweede deurdeel 1-2 dat draaibaar aan het eerste deurdeel 1-1 is bevestigd en een rond een tweede as 2-2 tussen beide deurdelen 1-1 en 1-2 draaibaar derde tandwiel 3-3. Over het draaivast met het tweede deurdeel 1-2 verbonden tandwiel 3-3 loopt het andere einde 5-2 van de tandheugel 5, waarvan de mogelijke bewegingsrichtingen door middel van pijlen in de figuren 1-3 zijn weergegeven.

Het gevolg van het door de aandrijving 4 aandrijven van het eerste tandwiel 3-1 is dat als daardoor het deurdeel 1-1 verdraait, tegelijkertijd het eerste einde 5-1 en daarmee de als een geheel weergegeven tandheugel 5 verschuift, doordat het tweede tandwiel 3-2 stil staat t.o.v. de buitenwereld en het eerste getande einde 5-1 dat daarmee in aangrijping is daaroverheen loopt. Dit is ook weergegeven in het detail van figuur 4, dat de situatie toont als de gesloten positie van de poort 1 uit figuur 1 is bereikt.

Het andere einde 5-2 van de tandheugel 5 verschuift tijdens de draaiing van het deurdeel 1-1 met de tandheugel 5 mee. Dat andere schuivende einde 5-2 loopt over het derde tandwiel 3-3 dat draaivast met het tweede deurdeel 1-2 is verbonden en bij verschuiven verdraait dat tweede deel 1-2 mee. De weergegeven tandheugel 5 vormt in dit geval een stang die parallel aan het draaiende eerste deurdeel 1-1 transleert en tevens het tweede deurdeel 1-2 verdraait. Met een stang kan voldoende kracht worden overgebracht voor het bewegen van de poortdelen.

In geval van een toegangspoort voor bijvoorbeeld een oprijlaan zal de tandwielverhouding tussen het tweede tandwiel 3-1 en het derde tandwiel 3-2, gelijk zijn aan 2:1. Als dan het eerste deurdeel 1-1, uitgaande van figuur 1, over een hoek van 90 graden linksom verdraait draait het tweede deurdeel dientengevolge rechtsom over 180 graden, om de situatie van figuur 3 te bereiken, en andersom. Bij een andere tandwielverhouding worden andere hoekverdraaiingen bereikt.

De beide delen 1-1 en 1-2 zijn in figuur 3 volledig opgevouwen, waarbij ze nagenoeg tegen elkaar liggen en in figuur 1 volledig uitgevouwen, wat de oprijlaan zal afsluiten. Hierbij ligt de stang van de tandheugel 5 bij voorkeur aan de binnenkant, veilig op een betreffend perceel, en is dan ook in het buitenaanzicht niet hinderlijk waarneembaar.

Om een compacte en niet scheef trekkende constructie te bereiken zal het vaste tweede tandwiel 3-2 c.q. diens omtreksdeel waarop de tandheugel 5 aangrijpt voor het geval het geen geheel tandwiel betreft, ook rond de eerste as 2-1 kunnen zitten, zoals figuur 4 toont. Het tandwiel 3-2 kan ook niet verdraaibaar vast zitten op de hierna vermelde voetplaat 7.

In het algemeen omvat de toegangspoort 1 ten behoeve van het ter plaatse assembleren ervan ten minste één, veelal kokervormige, kolom 6, staander of eventueel ligger, waarmee het eerste deurdeel 1-1 draaibaar verbonden is.

Maar een dergelijke verbinding wordt bij voorkeur niet tegen de kolom 6 bevestigd maar daar buiten, bijvoorbeeld op een voetplaat 7. In dat geval kunnen de scharnieren voor het eerste deurdeel 1-1 buiten de kolom 6 worden aangebracht, wat de snelle modulaire opbouw van de toegangspoort 1 met aandrijving en toebehoren vereenvoudigt. Onder het toebehoren vallen onder meer bewakingsmiddelen, zoals bewakingscamera's, bewegingsmelders of al of niet optische sensoren. Ook vallen hieronder al of niet met de aandrijving verbonden beveiligingsmiddelen om bijvoorbeeld te voorkomen dat lichaamsdelen of vingers bekneld kunnen raken tussen draaiende onderdelen van de toegangspoort. Zo zou ingeval van een elektrische aandrijving een maximum stroombeveiliging in het elektrische circuit naar de aandrijfmotor 4 kunnen worden opgenomen, zodat bij het blokkeren van de bewegende delen van de toegangspoort 1 de stroom naar de motor 4, en daarmee de beweging, wordt onderbroken.

Als de massatraagheid van een zwaarder uitgevoerde toegangspoort daartoe noodzaakt zou de hiervoor toegelichte toegangspoort 1 twee maal, namelijk op een bovenste en een onderste deel van de deurdelen 1-1, 1-2 van de toegangspoort 1 kunnen worden toegepast. Hierbij zou desgewenst toch met één aandrijving kunnen worden volstaan.

De poort 1 vindt zowel toepassing in een industriële of professionele omgeving, als in de particuliere of privé sfeer. Verder is universele toepassing in combinatie met allerhande typen vleugels, en kolom c.q. kokervormen mogelijk.

Claims (11)

1. Toegangspoort (1) omvattende: - een door middel van een aandrijving (4) draaibaar eerste deurdeel (1-1); - een tweede, ten opzichte van de buitenwereld vast tandwiel (3-2) ; - een tandheugel (5), waarvan een einde (5-1) op het tweede tandwiel (3-2) aangrijpt; - een tweede deurdeel (1-2) dat draaibaar aan het eerste deurdeel (1-1) is bevestigd; en - een rond een tweede as (2-2) tussen beide deurdelen (1-1, 1-2) draaibaar derde tandwiel (3-3), dat draaivast met het tweede deurdeel (1-2) is verbonden, en waarover bij het aandrijven van het eerste tandwiel (3-1) het andere tandheugel einde (5-2) loopt, met het kenmerk dat de toegangspoort (1) een door middel van de aandrijving (4) draaibaar eerste tandwiel (3-1) omvat dat draaivast met het eerste deurdeel (1-1) is verbonden en welk eerste tandwiel (3-1) rond een eerste as (2-1) is aangebracht waaromheen ook het tweede tandwiel (3-2) is aangebracht.

2. Toegangspoort (1) volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de tandwielverhouding tussen het tweede tandwiel (3-2) en het derde tandwiel (3-3) 2:1 is.

3. Toegangspoort (1) volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat van het tweede tandwiel (3-2) althans diens omtreksdeel waarop de tandheugel (5; 5-1) aangrijpt, rond de eerste as (2-1) zit.

4. Toegangspoort (1) volgens één van de conclusies 1-3, met het kenmerk dat de tandheugel (5) als een zich langs het eerste deurdeel (1-1) uitstrekkende stang is uitgevoerd.

5. Toegangspoort (1) volgens één van de conclusies 1-4, met het kenmerk dat de toegangspoort (1) ten minste één kolom (6), staander of ligger heeft waarmee het eerste deurdeel (1-1) draaibaar verbonden is.

6. Toegangspoort (1) volgens conclusie 5, met het kenmerk dat de toegangspoort (1) buiten de kolom (6) aangebrachte scharnieren voor het draaibare eerste deurdeel (1-1) heeft.

7. Toegangspoort (1) volgens één van de conclusies 1- 6, met het kenmerk dat de toegangspoort (1) aan elke kant van een toegangsweg of oprijlaan tegen een kolom (6) is bevestigd.

8. Toegangspoort (1) volgens één van de conclusies 1- 7, met het kenmerk dat de aandrijving (4) van het eerste tandwiel (3-1) is uitgevoerd met een elektrische-, hydraulische- of pneumatische aandrijving.

9. Toegangspoort (1) volgens één van de conclusies 1- 8, met het kenmerk dat de toegangspoort (1) van bewakingsmiddelen en/of met de aandrijving (4) verbonden beveiligingsmiddelen is voorzien.

10. Toegangspoort (1) volgens één van de conclusies 1-9, met het kenmerk dat de toegangspoort (1) een tweevoudige toegangspoort is met een eerste linker- en een eerste rechter deurdeel (1-1; 1-2) en/of een toegangspoort (1) met een bovenste en het onderste deel van de deurdelen (1-1; 1-2) is.

11. Toegangspoort (1) volgens één van de conclusies 1-10, met het kenmerk dat de tandheugel (5) zich aan de buitenkant, dan wel de binnenkant van de toegangspoort (1) te weten op een betreffend perceel bevindt.