NL2009634C2 - Vloeistoftankcontainer en werkwijze daarvoor. - Google Patents

Description

Vloeistoftankcontainer en werkwijze daarvoor

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een vloeistoftankcontainer volgens de aanhef van conclusie 1. Daarnaast heeft de uitvinding betrekking op een 5 werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijke vloeistoftankcontainer.

In het goederenvervoer wordt veelvuldig gebruik gemaakt van vloeistoftankcontainers voor het vervoer van vloeistoffen, bijvoorbeeld halffabricaten voor de chemische industrie of levensmiddelen industrie.

10 Dit goederenvervoer, ook wel aangeduid als intermodalfreight transport, is veelal internationaal, waarbij een vloeistofcontainer zowel over de weg als over het water wordt vervoerd. De vloeistoftankcontainer wordt ‘overgeslagen’ van een vrachtwagen of trein naar een schip en andersom. Om die reden is een dergelijke vloeistoftankcontainer uitgevoerd met standaard afmetingen als van een zeecontainer 15 voor bulkgoederen, zodat overslag en transport van vloeistoffen vereenvoudigd wordt.

De vloeistoftankcontainer omvat een frame waarin een vloeistoftank is geplaatst. Hierbij heeft het frame de standaard afmetingen van de rechthoekige zeecontainer en is ingericht om geplaatst te kunnen worden op een drager voor het frame. Deze drager kan zowel een bovenzijde van een ander frame zijn als een geschikt transportchassis van 20 een vrachtwagen of schip.

In de stand van de techniek bestaat de vloeistoftank van de vloeistoftankcontainer uit een stalen vat. Het staal zorgt voor een voldoende stevigheid van de constructie van de vloeistoftank. Voor veel vloeistofsoorten wordt geeist dat tijdens het vervoer de vervoerde vloeistof geen reactie ondergaat met de wand van de metalen vloeistoftank. 25 Om die reden wordt de vloeistoftank vaak uitgevoerd in roestvast staal of is de stalen wand van de vloeistoftank voorzien van een liner. Ook wordt vaak de buitenzijde van de tank voorzien van een afdekkende en/of isolerende buitenmantel, bijvoorbeeld een coating of een metalen omhulsel.

De huidige vloeistoftankcontainers hebben daarom als nadeel dat het gewicht 30 daarvan relatief hoog is door het gewicht van de metalen vloeistoftank en de eventueel aanwezige buitenmantel. Dit leidt tot relatief hoog energieverbruik tijdens transport. Bovendien kan een relatief zware tank minder nuttige lading dat wil zeggen minder 2 vloeistof meenemen vanwege het wettelijk maximaal toegelaten totaal gewicht van een geladen vloei stoftankcontainer.

Daarnaast is roestvast staal relatief duur. In het geval dat eveneens een liner wordt toegepast, nemen de kosten voor constructie en onderhoud verder toe.

5 Het is een doelstelling van de onderhavige uitvinding om één of meer van de problemen van de stand van de techniek te verminderen dan wel op te heffen.

Hiertoe voorziet de uitvinding een vloeistoftankcontainer voor gebruik in containergoederentransport, omvattend een langwerpige danwel hoofdzakelijk cilindrische vloeistoftank en een frame, 10 waarbij de vloeistoftank een middengedeelte en twee eindkappen omvat, waarbij telkens een eindkap een uiteinde van het middengedeelte afsluit; en waarbij de vloeistoftank is geplaatst in het frame en het frame ingericht is om geplaatst te kunnen worden op een drager voor het frame, waarbij de vloeistoftank vervaardigd is uit composietmateriaal en het frame voorzien is 15 van bevestigingsmiddelen, waarbij de bevestigingsmiddelen aangebracht zijn tegen een wanddeel van de composiet vloeistoftank op zodanige wijze dat de composiet vloeistoftank verankerd is in het frame, en waarbij de bevestigingsmiddelen een opsluitstuk omvatten dat verbonden is aan het frame en dat voorzien is van een opening met een contactwand waarbinnen een 20 oppervlaktegedeelte van de wand van de composiet vloeistoftank wordt vastgehouden. Door gebruik te maken van genoemde bevestigingsmiddelen wordt op voordelige wijze een stabiele bevestiging van de tank binnen het frame bereikt.

Door het geringere gewicht van de composiet tank ten opzichte van een stalen tank, wordt bereikt dat minder transportkosten zullen ontstaan. Daarnaast zijn 25 composiet materialen minder gevoelig voor corrosie zodat de kans op reactiviteit van de tankwand met de te transporteren vloeistof vermindert. Daarmee kan op voordelige wijze ook het onderhoud aan de tank verminderd worden.

Daarnaast heeft composiet betere eigenschappen dan de materialen van de stand van de techniek om product op temperatuur te houden waardoor verder isolatie gewicht 30 en isolatie kosten bespaard kunnen worden.

In een uitvoeringsvorm vormen de bevestigingsmiddelen een verbinding tussen frame en tankwand door middel van lijmverbinding(en).

3

Voorts heeft de uitvinding betrekking op een vloeistoftankcontainer zoals hierboven beschreven , waarbij tussen de contactwand van het opsluitstuk die gericht is naar de wand van de composiet vloeistoftank en deze wand, zich een lijmverbinding bevindt.

5 Voorts heeft de uitvinding betrekking op een vloeistoftankcontainer zoals hierboven beschreven, waarbij het frame eindsteunen omvat die zich bevinden bij of nabij de eindkappen van de composiet vloeistoftank; de bevestigingsmiddelen zijn verbonden aan de eindsteunen, en de bevestigingsmiddelen de composiet vloeistoftank opsluiten in het frame.

10 De uitvinding heeft eveneens betrekking op een vloeistoftankcontainer zoals hierboven beschreven , waarbij voor elke eindsteun de bevestigingsmiddelen een opsluitstuk omvatten die verbonden is aan de eindsteun en het opsluitstuk voorzien is van de opening met de contactwand waarbinnen telkens het uiteinde van het middengedeelte van de composiet vloeistoftank wordt vastgehouden door middel van 15 de lijmverbinding.

Daarnaast heeft de uitvinding betrekking op een vloeistoftankcontainer zoals hierboven beschreven , waarbij de eindsteun telkens een aantal brackets omvat die onderling een uiteinde van het middengedeelte van de composiet vloeistoftank omsluiten.

20 In een verdere uitvoeringsvorm heeft de uitvinding betrekking op een vloeistoftankcontainer zoals hierboven beschreven, waarbij de brackets een paar draagarmen omvatten die ieder verbonden zijn aan een hoekpunt van de eindsteun en zich vanuit het respectieve hoekpunt uitstrekken naar de lichaamsas van de composiet vloeistoftank.

25 In een verdere uitvoeringsvorm heeft de uitvinding betrekking op een vloeistoftankcontainer zoals hierboven beschreven, waarbij elke draagarm is voor zien van een kromming die hoofdzakelijk overeenkomt met de kromming van de eindkap van de composiet vloeistoftank op zodanige wijze dat de wand van de eindkap van de vloeistoftank aanligt tegen de draagarm.

30 In een nog verdere uitvoeringsvorm heeft de uitvinding betrekking op een vloeistoftankcontainer zoals hierboven beschreven, waarbij de eindsteun voorts een bovenliggende bracket omvat die voorzien is van een profiel dat aanligt tegen een bovenzijde van de composiet vloeistoftank.

4

Voorts heeft de uitvinding betrekking op een vloeistoftankcontainer zoals hierboven beschreven, waarbij één of meer van de brackets een contactoppervlak omvatten voor een lijmverbinding met de wand van de composiet vloeistoftank.

De uitvinding heeft eveneens betrekking op een vloeistoftankcontainer zoals 5 hierboven beschreven , waarbij de vloeistoftank uit composietmateriaal zelfdragend is, en het frame uit de eindsteunen als subframes bestaat.

De uitvinding heeft verder betrekking op een vloeistoftankcontainer zoals hierboven beschreven , waarbij het bevestigingsmiddel voorzien is van een of meer lijmoppervlakken die in contact zijn met de wand van de composiet vloeistoftank voor 10 het verkrijgen van een verbinding tussen de eindsteun en de vloeistoftank.

De uitvinding heeft betrekking op een vloeistoftankcontainer zoals hierboven beschreven , waarbij de vloeistoftankcontainer van het “swap body” type is.

In een uitvoeringsvorm heeft de uitvinding betrekking op een vloeistoftankcontainer zoals hierboven beschreven, waarbij de composiet vloeistoftank 15 volledig opgenomen is binnen het frame waarbij het frame bestaat uit eindsteunen en ofwel horizontale dragerbalken dan wel een horizontaal draagframe.

In een verdere uitvoeringsvorm heeft de uitvinding betrekking op een vloeistoftankcontainer zoals hierboven beschreven , waarbij het middengedeelte voorzien is van een kraag aan elk uiteinde, waarbij elke kraag zich uitstrekt naar het 20 corresponderende opsluitstuk en de kraag het oppervlaktegedeelte van de wand van het middengedeelte van de composiet vloeistoftank is dat wordt vastgehouden binnen de opening met de contactwand.

Voorts heeft de uitvinding betrekking op een vloeistoftankcontainer zoals hierboven beschreven , waarbij telkens de eindkap zich binnen de kraag bevindt.

25 In een uitvoeringsvorm heeft de uitvinding betrekking op een vloeistoftankcontainer zoals hierboven beschreven, waarbij de vloeistoftankcontainer van het “beam tank” type is, waarbij de eindsteunen ieder op hoekpunten van hun raamwerk een balk omvatten die onder een niet loodrechte hoek met de eindsteun staat, die zich naar de andere eindsteun uitstrekt en waarbij een uiteinde van de balk dient als 30 een bevestigingsmiddel aan, en in verbinding staat met, de wand van de vloeistoftank.

De uitvinding heeft betrekking op een vloeistoftankcontainer zoals hierboven beschreven , waarbij de vloeistoftank een langwerpige danwel hoofdzakelijk cilindrische composiet vloeistoftank is en een middengedeelte en twee eindkappen 5 omvat; telkens een eindkap een uiteinde van het middengedeelte afsluit, en het middengedeelte voorzien is van een kraag aan elk uiteinde, waarbij elke kraag zich naar buiten toe uitstrekt, en telkens de eindkap zich binnen de corresponderende kraag bevindt.

5 In een uitvoeringsvorm heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een vloeistoftankcontainer voor gebruik in containergoederentransport, welke container een langwerpige danwel hoofdzakelijk cilindrische vloeistoftank en een frame omvat, waarbij de vloeistoftank een middengedeelte en twee eindkappen omvat, waarbij 10 telkens een eindkap een uiteinde van het middengedeelte afsluit; waarbij de werkwijze omvat het plaatsen van de vloeistoftank in het frame en het frame ingericht is om geplaatst te kunnen worden op een drager voor het frame, waarbij de vloeistoftank vervaardigd is uit composietmateriaal en het frame voorzien is van bevestigingsmiddelen telkens omvattend een opsluitstuk dat verbonden is aan het frame 15 en dat voorzien is van een opening met een contactwand waarbij de werkwijze omvat: het brengen van de wand van de composiet vloeistoftank binnen de opening met de contactwand, het aanbrengen van de contactwand tegen een wand van de composiet vloeistoftank en het vasthouden binnen de contactwand van een oppervlaktegedeelte van de wand van de composiet vloeistoftank.

20 Voorts heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze zoals hierboven beschreven , waarbij de werkwijze omvat: het aanbrengen van een lijmverbinding tussen de contactwand en het oppervlaktegedeelte van de wand van de composiet vloeistoftank.

Verdere uitvoeringsvormen van de vloeistoftankcontainer volgens de 25 onderhavige uitvinding worden beschreven in de volgconclusies.

De uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van enkele tekeningen, waarin enkele uitvoeringsvoorbeelden worden getoond. De tekeningen zijn slechts bedoeld voor illustratieve doeleinden, en dienen niet als beperking van de uitvindingsgedachte, die wordt gedefinieerd door de bijgevoegde conclusies.

30 Daarbij tonen:

Figuur la, lb, lc een zijaanzicht, een eindaanzicht respectievelijk een doorsnede van een eerste uitvoeringsvorm van een vloeistoftankcontainer volgens de uitvinding;

Figuur 2a, 2b een zijaanzicht respectievelijk een eindaanzicht van een tweede 6 uitvoeringsvorm van een vloei stoftankcontainer volgens de uitvinding;

Figuur 3a, 3b een zijaanzicht respectievelijk een eindaanzicht van een derde uitvoeringsvorm van een vloei stoftankcontainer volgens de uitvinding;

Figuur 4a, 4b een zijaanzicht respectievelijk een eindaanzicht van een vierde 5 uitvoeringsvorm van een vloei stoftankcontainer volgens de uitvinding.

In de hiernavolgende figuren verwijzen dezelfde verwijzingscijfers telkens naar overeenkomstige onderdelen in die figuren.

Volgens de uitvinding omvat de vloeistoftankcontainer 1 een vloeistoftank en een frame waarbij de vloeistoftank is vervaardigd uit composiet materiaal. De tankwand is 10 gevormd uit een vezelversterkte kunststof bestaande uit een matrix van kunststof waarin een vezelmateriaal is opgenomen. Eventueel omvat de tankwand nog andere (kunststof)lagen op de laag van vezelversterkte kunststof.

Het proces om de vezelversterkte kunststof te vervaardigen uit de afzonderlijke componenten, de kunststof en het vezelmateriaal, is op zich bekend aan de vakman.

15 Processen voor het vormen van de tankwand uit de vezelversterkte kunststof zijn eveneens aan de vakman bekend.

Het frame bestaat uit een metalen (vaak stalen) constructie die als functie heeft om de vloeistoftank te ondersteunen tijdens transport en overslag.

Figuren la en lb tonen een zijaanzicht respectievelijk een eindaanzicht van een 20 eerste uitvoeringsvorm van een vloeistoftankcontainer 1 volgens de uitvinding.

In de uitvoeringsvorm van figuur 1 is de composiet vloeistoftankcontainer cilindrisch en van het type swap body, waarbij de lengte van de vloeistoftank groter is dan de lengte van het dragende frame.

In een uitvoeringsvorm omvat de vloeistoftank 5 één of meer mangaten 5a, 5b en 25 tenminste een aftapaansluiting 5c. De vloeistoftank 5 is opgebouwd uit een hoofdzakelijk cilindrisch middendeel 5d dat aan elk uiteinde van de cilinder is afgesloten door een eindkap 5e.

Inwendig kan de vloeistoftank 5 voorzien zijn van een aantal klotsschotten (niet getoond) voor het tijdens transport beperken van beweging van de vloeistof in de tank. 30 In een uitvoeringsvorm zijn deze schotten vervaardigd uit composietmateriaal en zijn verlijmd met de wand van de vloeistoftank.

De vloeistoftank 5 wordt ondersteund door het frame dat opstaande eindsteunen 6, 8 omvat nabij elk van de uiteinden van de vloeistoftank 5. De twee opstaande 7 eindsteunen 6, 8 zijn onderling verbonden door horizontale dragerbalken (of horizontaal draagframe) 7 die zich aan weerszijden van de vloeistoftank onderlangs de vloeistoftank uitstrekken.

In een optionele uitvoeringsvorm zijn aan de horizontale steunbalken tussen de 5 opstaande eindsteunen 6, 8 een aantal bodemsteunen 9 voorzien waartegen de onderzijde van de vloeistoftank kan afsteunen.

De opstaande eindsteunen zijn ieder ingericht als een raamwerk van horizontale en verticale spanten 10a, 10b die onderling verbonden om het raamwerk te vormen.

De eindsteunen omvatten ieder voorts een bevestigingsmiddel in de vorm van een 10 opsluitstuk 11 dat voorzien is van een contactwand die een opening vormt waarbinnen de omtrek van de cilinder van de vloeistoftank wordt vastgehouden. De vorm van de opening is zodanig dat de opening in het opsluitstuk 11 de omtrek van de vloeistoftank 5 omvat. Daarnaast heeft het materiaal van het opsluitstuk rond de opening een zekere hoogte in de richting parallel aan de lengte-as / cilinder-as van de vloeistoftank, zodat 15 de contactwand een oppervlak binnen de opening in het opsluitstuk is voor het vormen van een contactoppervlak met de wand van de vloeistoftank.

Figuur lc toont een doorsnede van de verbinding tussen het opsluitstuk 11 en de wand van de vloeistoftank 5 ter plaatse van een horizontaal spant 10a van de eindsteun 10.. Het opsluitstuk 11 heeft enige speling ten opzichte van de doorsnede van de 20 vloeistoftank 5, zodat tijdens montage de vloeistoftank 5 en het opsluitstuk 11 ten opzichte van elkaar kunnen worden verschoven langs de lengte-as van de vloeistoftank.

Het opsluitstuk 11 heeft een zekere breedte B en wordt na de montage verbonden met de wand W van de vloeistoftank 5 door middel van een lijmverbinding L. Tussen de wand van de opening in het opsluitstuk 11 die naar de vloeistoftank is gericht en de 25 wand van de vloeistoftank wordt een lijm aangebracht die de speling tussen het opsluitstuk en de wand van de vloeistoftank overbrugt. Het draagframe 6, 7, 8 voorziet daarmee een mechanische opsluiting van de vloeistoftank, die tijdens beweging van de vloeistoftankcontainer zorg draagt dat krachten uitgeoefend op de composiet vloeistoftank worden afgeleid naar het draagframe.

30 De lijmverbinding wordt opgebouwd met een lijm of lijmsysteem die/dat voldoende sterkte vertoont over een breed temperatuurgebied van circa -60°C tot circa 60°C waarbinnen de vloeistoftankcontainer kan zijn blootgesteld aan de omgeving. Geschikte lijmen zijn bekend aan de vakman op dit gebied.

8

Er wordt opgemerkt dat de oppervlakken van het opsluitstuk 11 en het wandgedeelte van de vloeistoftank die aan elkaar worden verbonden bij de montage worden voorbereid door bijvoorbeeld schoonmaak en ruwen van deze oppervlakken.

Figuren 2a en 2b tonen een zijaanzicht respectievelijk een eindaanzicht van een 5 tweede uitvoeringsvorm van een vloeistoftankcontainer volgens de uitvinding.

In deze uitvoeringsvorm is de vloeistoftank zelfdragend uitgevoerd, zodat het frame slechts twee subframes 6, 8 omvat. Aan elk uiteinde van de vloeistoftank is een subframe aangebracht dat functioneert als eindsteun nabij het uiteinde van de vloeistoftank 5. Omdat de vloeistoftank zelfdragend is, zijn geen horizontale 10 dragerbalken nodig om de eindsteunen onderling te verbinden.

Elke eindsteun 6; 8 omvat een raamwerk van horizontale en verticale spanten 10a, 10b zoals hiervoor toegelicht in figuur la, lb.

Beide eindsteunen worden door middel van een opsluitstuk 11 zoals hiervoor beschreven verbonden aan de vloeistoftank 5.

15 Voorts omvat de eindsteun telkens een aantal brackets 12a, 12b, 12c als verdere bevestigingsmiddelen die onderling het uiteinde omsluiten. Omdat het horizontaal gedeelte van het uitwendig draagframe ontbreekt wordt op deze wijze bereikt dat dynamische horizontale krachten op de vloeistoftank in voldoende mate kunnen worden overgebracht op de eindsteunen.

20 In de getoonde uitvoeringsvorm omvatten de brackets een paar draagarmen 12a, 12b die ieder verbonden zijn aan een hoekpunt 13a; 13b van de eindsteun en zich vanuit het respectieve hoekpunt uitstrekken naar de lichaamsas C van de vloeistoftank.

Elke draagarm 12a; 12b is voor zien van een kromming die hoofdzakelijk overeenkomt met de kromming van het uiteinde van de vloeistoftank op zodanige wijze 25 dat de wand van de vloeistoftank aanligt tegen de draagarm. Voorts omvat de eindsteun 6; 8 een bovenliggende opsluitstuk 12c die voorzien is van een profiel dat aanligt tegen de bovenzijde van de vloeistoftank.

In een uitvoeringsvorm kan een rijmverbinding zijn voorzien op het oppervlak tussen de brackets en de wand van de vloeistoftank.

30 Figuren 3a en 3b tonen een zijaanzicht respectievelijk een eindaanzicht van een derde uitvoeringsvorm van een vloeistoftankcontainer volgens de uitvinding.

9

In deze uitvoeringsvorm is de composiet vloeistoftank 20 volledig opgenomen binnen een draagframe 6, 7, 8 dat bestaat uit eindsteunen 6, 8 en horizontale dragerbalken (of horizontaal draagframe) 7.

De vloeistoftank 20 is opgebouwd uit een hoofdzakelijk cilindrisch middendeel 5 20a dat aan elk uiteinde van de cilinder is afgesloten door een eindkap 20b.

De vloeistoftank 20 omvat in deze uitvoeringsvorm aan elk cilinderuiteinde van de tank telkens een kraag 17 die in zijn omtrek correspondeert met de omtrek van het cilindergedeelte 20a van de vloeistoftank 20. De eindkap 20b bevindt zich binnen de kraag 17.

10 De eindsteunen omvatten ieder voorts een bevestigingsmiddel in de vorm van een opsluitstuk 14 dat voorzien is van een opening waarbinnen de kraag 17 van de vloeistoftank wordt vastgehouden.

Zoals hiervoor beschreven met betrekking op figuren la en lb is het opsluitstuk 11 hoofdzakelijk ringvormig met een zekere breedte en is het voorzien van een ronde 15 opening waarbinnen de kraag 17 van de cilinder van de vloeistoftank wordt vastgehouden. De vorm en afmeting zijn zodanig dat de opening in het opsluitstuk 11 de omtrek van de kraag 17 van de vloeistoftank 20 omvat. De wand van de opening in het opsluitstuk 11 is verbonden met de wand van de kraag 17 door middel van een rijmverbinding.

20 Het draagframe 6, 7, 8 voorziet daarmee een mechanische verbinding tussen het frame en de composiet vloeistoftank, waarmee dynamische krachten op de vloeistoftank kunnen worden overgedragen op het frame.

Figuren 4a en 4b tonen een zijaanzicht respectievelijk een eindaanzicht van een vierde uitvoeringsvorm van een vloeistoftankcontainer volgens de uitvinding.

25 In deze uitvoeringsvorm is de vloeistoftank 20 zelfdragend uitgevoerd, zodat het frame slechts twee subframes 6, 8 omvat. De composiet vloeistoftank 20 is volledig opgenomen binnen het frame Aan elk uiteinde van de vloeistoftank 20 is een subframe aangebracht dat functioneert als eindsteun nabij het uiteinde van de vloeistoftank. Zoals beschreven onder verwijzing naar figuren 3a 3b, omvat de vloeistoftank 20 een 30 hoofdzakerijk cilindrisch middendeel 20a met aan elk uiteinde daarvan een eindkap 20b. Aan elk cilinderuiteinde van de tank omvat de vloeistoftank 20 telkens een kraag 17 die in zijn omtrek correspondeert met de omtrek van het cilindergedeelte. De eindkap 20b bevindt zich binnen de kraag 17.

10

De eindsteunen omvatten ieder voorts een bevestigingsmiddel in de vorm van een opsluitstuk 14 dat voorzien is van een opening waarbinnen de kraag 17 van de cilinder van de vloeistoftank wordt vastgehouden.

Omdat de vloeistoftank zelfdragend is, zijn geen horizontale dragerbalken nodig 5 om de eindsteunen onderling te verbinden.

Wel omvatten de eindsteunen 6, 8 ieder op hoekpunten 15 van hun raamwerk een balk 21 die onder een niet-loodrechte hoek met de eindsteun staat, zich in richting van de andere eindsteun uitstrekt waarbij een uiteinde 22 van de balk 21 dient als een bevestigingsmiddel en in verbinding staat met de wand van de vloeistoftank 20. Het 10 uiteinde 22 van elke balk wordt telkens verbonden aan de wand van de vloeistoftank door middel van een lijmverbinding.

Verder kan worden opgemerkt dat in een uitvoeringsvorm de bevestigingsmiddelen zijn voorzien van een of meer aanvullende lijmoppervlakken die in contact zijn met de wand van de composiet vloeistoftank voor het verkrijgen van een 15 verbinding tussen de eindsteun en de vloeistoftank.

In een uitvoeringsvorm volgens de uitvinding kunnen de eindsteunen van de vloeistoftankcontainer voorzien zijn van aangrijpmiddelen (niet getoond) waarop een hefinrichting (bijvoorbeeld een kraan, heftruck of carrier) kan aangrijpen voor het heffen van de vloeistoftankcontainer.

20 Verder wordt opgemerkt dat in het voorgaande het opsluitstuk 11 een ringvormige of busvormige opening omvat die de wand van de vloeistoftank of de kraag daarvan om sluit.

Het zal duidelijk zijn dat het opsluitstuk 11 ook kan zijn opgebouwd uit een onderbroken ringvorm die een aantal ringsegmenten met open tussenruimten bevat 25 welke ringsegmenten aansluiten aan de wand van de vloeistoftank en daarmee verbonden zijn door een lijmverbinding.

Verder zal duidelijk zijn dat de opening in het opsluitstuk niet beperkt is tot een ronde vorm. Ook andere vormen van de opening zoals een elliptische vorm of een rechthoekige vorm zijn mogelijk wanneer de wand van de vloeistoftank waarmee het 30 opsluitstuk verbinding dient te maken, een elliptische of rechthoekige doorsnede zou hebben.

Alternatieve en equivalente uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding zijn denkbaar binnen de uitvindingsgedachte, zoals aan de deskundige op het vakgebied 11 duidelijk zal zijn. De uitvindingsgedachte wordt slechts beperkt door de bij gevoegde conclusies.

Claims (19)

1. Vloeistoftankcontainer voor gebruik in containergoederentransport, omvattend een langwerpige danwel hoofdzakelijk cilindrische vloeistoftank en een frame, 5 waarbij de vloeistoftank een middengedeelte en twee eindkappen omvat, waarbij telkens een eindkap een uiteinde van het middengedeelte afsluit; en waarbij de vloeistoftank is geplaatst in het frame en het frame ingericht is om geplaatst te kunnen worden op een drager voor het frame, waarbij de vloeistoftank vervaardigd is uit composietmateriaal en het frame 10 voorzien is van bevestigingsmiddelen, waarbij de bevestigingsmiddelen aangebracht zijn tegen een wanddeel van de composiet vloeistoftank op zodanige wijze dat de composiet vloeistoftank verankerd is in het frame, en waarbij de bevestigingsmiddelen een opsluitstuk omvatten dat verbonden is aan het frame en dat voorzien is van een opening met een contactwand waarbinnen 15 een oppervlaktegedeelte van de wand van de composiet vloeistoftank wordt vastgehouden.

2. Vloei stoftankcontainer volgens conclusie 1, waarbij tussen de contactwand van het opsluitstuk die gericht is naar de wand van de composiet vloeistoftank en 20 deze wand, zich een lijm verbinding bevindt.

3. Vloei stoftankcontainer volgens conclusie 1 of 2, waarbij het frame eindsteunen omvat die zich bevinden bij of nabij de eindkappen van de composiet vloeistoftank; 25 de bevestigingsmiddelen zijn verbonden aan de eindsteunen, en de bevestigingsmiddelen de composiet vloeistoftank opsluiten in het frame.

4. Vloei stoftankcontainer volgens conclusies 2 en 3, waarbij voor elke eindsteun de bevestigingsmiddelen een opsluitstuk omvatten die verbonden is aan de eindsteun 30 en het opsluitstuk voorzien is van de opening met de contactwand waarbinnen telkens het uiteinde van het middengedeelte van de composiet vloeistoftank wordt vastgehouden door middel van de lijmverbinding.

5. Vloei stoftankcontainer volgens één van de conclusies 3 of 4, waarbij de eindsteun telkens een aantal brackets omvat die onderling een uiteinde van het middengedeelte van de composiet vloeistoftank omsluiten.

6. Vloei stoftankcontainer volgens conclusie 5 waarbij de brackets een paar draagarmen omvatten die ieder verbonden zijn aan een hoekpunt van de eindsteun en zich vanuit het respectieve hoekpunt uitstrekken naar de lichaamsas van de composiet vloeistoftank.

7. Vloei stoftankcontainer volgens conclusie 6, waarbij elke draagarm is voor zien van een kromming die hoofdzakelijk overeenkomt met de kromming van de eindkap van de composiet vloeistoftank op zodanige wijze dat de wand van de eindkap van de vloeistoftank aanligt tegen de draagarm.

8. Vloei stoftankcontainer volgens één van de conclusies 5-7, waarbij de eindsteun voorts een bovenliggende bracket omvat die voorzien is van een profiel dat aanligt tegen een bovenzijde van de composiet vloeistoftank.

9. Vloei stoftankcontainer volgens conclusie 7 of 8, waarbij één of meer van de 20 brackets een contactoppervlak omvatten voor een lijmverbinding met de wand van de composiet vloeistoftank.

10. Vloei stoftankcontainer volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de vloeistoftank uit composietmateriaal zelfdragend is, en het frame uit de 25 eindsteunen als subframes bestaat.

11. Vloei stoftankcontainer volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het bevestigingsmiddel voorzien is van een of meer lijmoppervlakken die in contact zijn met de wand van de composiet vloeistoftank voor het verkrijgen van een 30 verbinding tussen de eindsteun en de vloeistoftank.

12. Vloeistoftankcontainer volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de vloeistoftankcontainer van het “swap body” type is.

13. Vloeistoftankcontainer volgens één van de voorgaande conclusies 1-11, waarbij 5 de composiet vloeistoftank volledig opgenomen is binnen het frame waarbij het frame bestaat uit eindsteunen en ofwel horizontale dragerbalken dan wel een horizontaal draagframe.

14. Vloeistoftankcontainer volgens conclusie 13, waarbij het middengedeelte 10 voorzien is van een kraag aan elk uiteinde, waarbij elke kraag zich uitstrekt naar het corresponderende opsluitstuk en de kraag het oppervlaktegedeelte van de wand van het middengedeelte van de composiet vloeistoftank is dat wordt vastgehouden binnen de opening met de contactwand.

15. Vloeistoftankcontainer volgens conclusie 14, waarbij telkens de eindkap zich binnen de kraag bevindt.

16. Vloeistoftankcontainer volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de vloeistoftankcontainer van het “beam tank” type is, waarbij de eindsteunen ieder 20 op hoekpunten van hun raamwerk een balk omvatten die onder een niet loodrechte hoek met de eindsteun staat, die zich naar de andere eindsteun uitstrekt en waarbij een uiteinde van de balk dient als een bevestigingsmiddel aan, en in verbinding staat met, de wand van de vloeistoftank.

17. Vloeistoftank voor toepassing in een vloeistoftankcontainer, waarbij: de vloeistoftank een langwerpige danwel hoofdzakelijk cilindrische composiet vloeistoftank is en een middengedeelte en twee eindkappen omvat; telkens een eindkap een uiteinde van het middengedeelte afsluit, en het middengedeelte voorzien is van een kraag aan elk uiteinde, waarbij elke kraag 30 zich naar buiten toe uitstrekt, en telkens de eindkap zich binnen de corresponderende kraag bevindt.

18. Werkwijze voor het vervaardigen van een vloeistoftankcontainer voor gebruik in containergoederentransport, welke container een langwerpige danwel hoofdzakelijk cilindrische vloeistoftank en een frame omvat, waarbij de vloeistoftank een middengedeelte en twee eindkappen omvat, waarbij 5 telkens een eindkap een uiteinde van het middengedeelte afsluit; waarbij de werkwijze omvat het plaatsen van de vloeistoftank in het frame en het frame ingericht is om geplaatst te kunnen worden op een drager voor het frame, waarbij de vloeistoftank vervaardigd is uit composietmateriaal en het frame voorzien is 10 van bevestigingsmiddelen telkens omvattend een opsluitstuk dat verbonden is aan het frame en dat voorzien is van een opening met een contactwand waarbij de werkwijze omvat: het brengen van de wand van de composiet vloeistoftank binnen de opening met de contactwand en 15 het aanbrengen van de contactwand tegen een wand van de composiet vloeistoftank en het vasthouden binnen de contactwand van een oppervlaktegedeelte van de wand van de composiet vloeistoftank.

19. Werkwijze volgens conclusie 18, waarbij de werkwijze omvat: het aanbrengen van een lijmverbinding tussen de contactwand en het oppervlaktegedeelte van de wand van de composiet vloeistoftank.