NL2008474A - Personensluis. - Google Patents

Personensluis. Download PDF

Info

Publication number
NL2008474A
NL2008474A NL2008474A NL2008474A NL2008474A NL 2008474 A NL2008474 A NL 2008474A NL 2008474 A NL2008474 A NL 2008474A NL 2008474 A NL2008474 A NL 2008474A NL 2008474 A NL2008474 A NL 2008474A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
blocking
closing device
teeth
frame part
rotatable
Prior art date
Application number
NL2008474A
Other languages
English (en)
Other versions
NL2008474C2 (nl
Inventor
Daniel Adam
Dariusz Podwysocki
Original Assignee
Heras Adronit Gmbh
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Heras Adronit Gmbh filed Critical Heras Adronit Gmbh
Publication of NL2008474A publication Critical patent/NL2008474A/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2008474C2 publication Critical patent/NL2008474C2/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05BLOCKS; ACCESSORIES THEREFOR; HANDCUFFS
    • E05B65/00Locks or fastenings for special use
    • E05B65/0071Locks or fastenings for special use for revolving doors
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05BLOCKS; ACCESSORIES THEREFOR; HANDCUFFS
    • E05B47/00Operating or controlling locks or other fastening devices by electric or magnetic means
    • E05B47/02Movement of the bolt by electromagnetic means; Adaptation of locks, latches, or parts thereof, for movement of the bolt by electromagnetic means
    • E05B47/023Movement of the bolt by electromagnetic means; Adaptation of locks, latches, or parts thereof, for movement of the bolt by electromagnetic means the bolt moving pivotally or rotatively
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06BFIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
    • E06B11/00Means for allowing passage through fences, barriers or the like, e.g. stiles
    • E06B11/08Turnstiles; Gates for control of entry or exit of persons, e.g. in supermarkets

Landscapes

  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Electromagnetism (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Chairs For Special Purposes, Such As Reclining Chairs (AREA)
  • Operating, Guiding And Securing Of Roll- Type Closing Members (AREA)
  • Lock And Its Accessories (AREA)
  • Transmission Devices (AREA)

Description

Personensluis
De uitvinding heeft betrekking op een personensluis in de vorm van een in een door-gangsopening aangebrachte verdraaibare afsluitinrichting, die om een centrale, loodrechte as verdraaibaar is en is voorzien van radiaal uitstekende blokkeerpanelen, waarbij een met de verdraaibare afsluitinrichting draaivast verbonden schijf is voorzien welke een met het pa-neelaantal overeenkomstig aantal aan eerste blokkeertanden en tussen de eerste blokkeer-tanden geplaatste tweede blokkeertanden heeft, die bij voorkeur aan de kopse kant en in een bovenste gedeelte van de verdraaibare afsluitinrichting is aangebracht, waarbij in een frame-deel van de personensluis twee blokkeerpallen gehouden zijn, die met de blokkeertanden zodanig samenwerken, dat al naar gelang de draairichting de verdraaibare afsluitinrichting slechts in één doorgangsrichting vrij verdraaibaar is en tegen deze richting in door een blok-keerpal en de blokkeertanden geblokkeerd kan worden, waarbij beide blokkeerpallen elektrisch instelbaar zijn, in het bijzonder door middel van een elektromagneet bedienbaar zijn, waarbij de beide blokkeerpallen met hun draaiassen zijn voorzien nabij elkaar op afstand van omloopcirkelbaan die door de blokkeertanden bij draaien van de schijf wordt getrokken en ten opzichte van de draaiassen in ten opzichte van elkaar tegengestelde richtingen uitsteken, waarbij ten opzichte van de lagers van de blokkeerpallen die de draaiassen vormen meene-mers uitsteken, waarop elk een elektrische aandrijving, in het bijzonder een elektromagnetische actuator, op een stoter aangrijpt, die aan het framedeel bevestigd is.
Verder heeft de uitvinding betrekking op een personensluis in de vorm van in een doorgang geplaatste verdraaibare afsluitinrichting, die om een centrale, loodrechte as verdraaibaar is en is voorzien van radiaal uitstekende blokkeerpanelen, waarbij met de verdraaibare afsluitinrichting draaivast een schijf verbonden is voorzien van een met een het aantal panelen overeenkomend aantal eerste blokkeertanden en tussen de eerste blokkeertanden geplaatste tweede blokkeertanden, die bij voorkeur aan de kopse kant in het bovenste gedeelte van de verdraaibare afsluitinrichting is aangebracht, waarbij in een framedeel van de personensluis een blokkeerpal gehouden is, die met de blokkeertanden zodanig samenwerkt, dat de verdraaibare afsluitinrichting slechts in één doorgangsrichting vrij verdraaibaar is en tegen deze richting in door de blokkeerpal en de blokkeertanden geblokkeerd wordt, waarbij de blokkeerpal bij voorkeur manueel in een bedrijfsstand instelbaar is, waarin deze onder de kracht van een mechanische veer met de blokkeertanden in aangrijping is, alsook in een vrij-gavestand, waarin deze buiten de blokkeertanden is gepositioneerd, waarbij de draaias van de blokkeerpal op afstand van de omloopcirkelbaan is aangebracht, die door de blokkeertanden bij draaien van de schijf wordt getrokken, en ten opzichte van de lager van de blokkeerpal die de draaias vormt een meenemer uitsteekt, waarop een geveerde stoter aangrijpt, die verbonden is met het framedeel.
Dergelijke personensluizen zijn bekend uit DE 20 2010 006 524.0.
Bij de bekende inrichting is aan de klinklagers een rondhout als meenemer voorzien, die in een spleet aan het einde van de stoter van de hefmagneet of dergelijke aangrijpt. Deze inrichting leidt in bedrijf tot verklemming en daarmee tot bedrijfstoring. Bovendien vereist deze inrichting een precieze opstelling en afstelling van de lineaire stelelementen, daar deze met zijn houder verschuifbaar op het framedeel geplaatst moet worden, om de correcte afstelling mogelijk te maken. Deze afstelling is echter zeer duur en leidt ook tot falen en bedrijfstorin-gen.
Ook kost de montage veel tijd. Tenslotte wordt door de korte hefboom, die door de houtkop op het pallager gevormd wordt, een slechte krachtoverbrenging verkregen, zodat het ontgrendelen van de blokkeerpal, in het bijzonder zwaar is wanneer tegendruk op de pal door middel van de blokkeertanden wordt uitgeoefend.
Uitgaande van de stand van de techniek is het doel van de uitvinding, een personen-sluis volgens de stand van de techniek te verschaffen, die eenvoudig kan worden gemonteerd en met geringe tijdsduur, waarbij een storingsvrij functioneren duurzaam wordt zeker-gesteld en waarbij grotere hefboom krachten kunnen worden overgedragen.
Voor het bereiken van dit doel voorziet de uitvinding er in dat de beide elektrische aandrijvingen met de bij voorkeur elektromagnetisch, lineair verstelbare stoters coaxiaal ten opzichte van elkaar opgesteld aan het framedeel zijn bevestigd, dat de meenemers van de lagers van de blokkeerpallen met hun einden, die met de einden van de stoters scharnierbaar zijn verbonden, in de coaxiale instelbaan van de stoter uitsteken en ieder van een radiaal ten opzichte van de draaias vormende lager verlopende lengtegleuf of scharniervork zijn voorzien, waarin een aan het vrije einde van de stoters geplaatste bout aangrijpt.
Door de overeenkomende opstelling van de stoters ten opzichte van elkaar is voor de beoogde werking zekergesteld, dat de einden van de stoters niet in elkaar kunnen haken of met elkaar in contact kunnen komen, zodat wat dit betreft een storingsvrije werking wordt verkregen. Bovendien wordt door deze opstelling een eenvoudige bevestiging met het framedeel mogelijk gemaakt, zonder dat er daar instelmogelijkheden nodig zijn. Doordat de meenemers in de coaxiale instelbaan van de stoters uitsteken en ieder de bouten aan de kant van de stoter met een lengtegleuf of een scharniervork opnemen, is een grotere hefarm realiseerbaar, zodat het ontgrendelen zonder grote krachten ook bij lichte tegendruk door de blokkeertanden op de blokkeerpal verkregen wordt.
Een verdere oplossing van de opgave wordt gekenmerkt doordat de meenemer van de lagers van de blokkeerpal met zijn einde met het einde van de stoter scharnierbaar verbonden is, in de instelbaan van de stoter uitsteekt en van een radiaal ten opzichte van het de draaias vormende lager verlopende lengtegleuf of een scharniervork is voorzien, waarin een aan het vrij einde van de stoter aangebrachte bout aangrijpt.
Ook in dit geval wordt door de overeenkomstige uitvoering en plaatsing een grotere hefboom verkregen en een betere verbinding tussen stotereinde en lengtegleuf of scharnier- vork, met als resultaat dat ook hier een eenvoudige montage en een snelle montage mogelijk zijn, maar ook een grotere hefboomwerking op de meenemer kan worden overgebracht, om de pal te bedienen.
In beide uitvoeringen is er bij voorkeur in voorzien, dat de blokkeerpal een lengte heeft, die in hoofdzaak overeenkomt met de afstand van eerste blokkeertand tot tweede blok-keertand, en de meenemer een lengte heeft, die in hoofdzaak overeenkomt met tweederde van de lengte van de blokkeerpal.
Dit is voordelig bij het verlicht ontgrendelen, zelfs bij lichte tegendruk.
In het bijzonder is er ook in voorzien, dat de blokkeerpal met de meenemer een stompe hoek insluit, bij voorkeur tussen 130° en 150°.
Ook deze voorziening bevordert een eenvoudige montage en plaatsing op het frame-deel en is eveneens bevorderlijk wat betreft de haalbare hefboomkracht.
Wanneer bij een dergelijke uitvoeringsvorm van de personensluis het framedeel in hoofdzaak rechthoekig is en de verdraaibare afsluitinrichting centraal is voorzien, is er bij voorkeur in voorzien, dat de stoter of de stoters zo op het framedeel gemonteerd zijn, dat diens lineaire instelrichting of instelrichtingen parallel ten opzichte van een zijrand van het framedeel verloopt of verlopen.
Een bijzondere verdere voorkeursuitvoering voorziet verder daarin, dat de lineair verstelbare stoters ieder zijn gekoppeld met een mechanische veer, waarmee bij stroomloze aandrijving de ene blokkeerpal in de aangrijppositie met een blokkeertand wordt gedrukt en de andere blokkeerpal in vrijgavestand wordt gehouden.
Deze uitvoering maakt het mogelijk op eenvoudige wijze de personensluis zo uit te voeren, dat bijvoorbeeld een vrije uitgang door de personensluis vanuit een afgeschermd gebied ook dan mogelijk is, wanneer de stroom voor de aandrijving is uitgevallen. In dit geval worden de blokkeerpallen door veerkracht zo ingesteld, dat de hiermee uitgeruste personensluis in één richting verdraaibaar is (bij voorkeur in uitgangsrichting), terwijl in de andere draairichting een toegangsblokkering gewaarborgd is.
Uitvoeringsvoorbeelden van de uitvinding zijn in de tekening weergegeven en in het hieropvolgende nader beschreven. Hierin toont: fig. 1: een eerste uitvoeringsvorm van een personensluis in bovenaanzicht ge toond; fig. 2: dezelfde in zijaanzicht, gedeeltelijk in doorsnede; fig. 3 en 4: een variant in overeenkomstig aanzicht; fig. 5 en 6: een verdere uitvoeringsvorm in overeenkomstig aanzicht.
In de tekening wordt een bestanddeel van een personensluis getoond, dat gewoonlijk in de vorm van een in een doorgangsopening geplaatste verdraaibare afsluitinrichting is uitgevoerd. De verdraaibare afsluitinrichting is aan een asstomp 1 draaivast verbonden en daarmee om een centrale loodrechte as verdraaibaar. Veelal vertoont een dergelijke verdraaibare afsluitinrichting radiaal uitstekende afsluitpanelen, bijvoorbeeld 2, 3 of 4. In het getoonde uit-voeringsvoorbeeld wordt uitgegaan van een inrichting waarbij drie afsluitpanelen op 120° afstand zijn voorzien. Met de aan de asstomp 1 aangekoppelde verdraaibare afsluitinrichting is draaivast een schijf 2 verbonden, die van een met het paneelaantal overeenkomstig aantal van eerste blokkeertanden 3 en tussen de eerste blokkeertanden 3 op gelijkmatige afstand aangebrachte tweede blokkeertanden 4 is voorzien.
In het uitvoeringsvoorbeeld is de schijf 2 aan de kopse kant in het bovengelegen gebied van de verdraaibare afsluitinrichting voorzien. Verder is vast ten opzichte van de aarde een samenstel van blokkeerpallen 6, 6', 6" gehouden in een framedeel 5 van de personen-sluis. In fig. 1 is de blokkeerpal 6' naar buiten gedrukt, terwijl de blokkeerpal 6" ingedrukt is. De verdraaibare afsluitinrichting is in het getoonde uitvoeringsvoorbeeld in een richting met de klok meer verdraaibaar, waarbij bij draaien de blokkeerpal 6" tegen de veerkracht uit de ingedrukte positie bij voorbijglijden van de blokkeertanden 3, 4 opgeheven wordt. Bij de getoonde rangschikking van de blokkeerpallen 6', 6" is de afsluitinrichting slechts in één door-gangsrichting vrij verdraaibaar, namelijk met de klok mee, terwijl tegen deze richting in door de blokkeerpal 6" de blokkering wordt verkregen.
Bij de uitvoeringsvorm volgens fig. 5 en 6 is de blokkeerpal 6 met de hand in een be-drijfsstand instelbaar, waarin deze onder de kracht van een mechanische veer met de blokkeertanden 3, 4 samenwerkt. Bij beweging van de blokkeertanden in de mogelijke draairichting (met de klok mee) wordt de blokkeerpal 6 tegen de veerkracht in opgeheven en valt dan onder veerkracht weer in de aangrijpingspositie. In de tegengestelde draairichting blokkeert de blokkeerpal 6 deze draaibeweging, aangezien deze aan de betreffende flank van een blokkeertand 3 of 4 aanligt en niet opgeheven kan worden.
In al de uitvoeringsvoorbeelden heeft de schijf 2 drie nulpositie-vergrendelingspunten, die door de eerste blokkeertanden 3 gevormd worden, evenals drie tussenvergrendelingspun-ten, die door de tweede blokkeertanden 4 gevormd worden. Hierdoor wordt bereikt, dat de verdraaibare afsluitinrichting in de vrije draairichting kan draaien, terwijl de tegengestelde draairichting met behulp van de blokkeerpallen geblokkeerd wordt. Wanneer de overeenkomstige draaizuil bij ingevallen blokkeerpallen in de mogelijke draairichting over 60° wordt verdraaid, dan komt ze in de volgende nulpositie en wordt daar vergrendeld. Het terugdraaien van de blokkeerinrichting in de oorspronkelijke nulpositie is slechts dan mogelijk, wanneer deze over ten minste 1° tot maximaal 55° in de vrijgegeven draairichting gedraaid wordt. Wordt de draaizuil over 56° in de vrijgegeven draairichting gedraaid, dan wordt het tussen-vergrendelingspunt (tweede blokkeertand 4) bereikt en is het terugdraaien in de oorspronkelijke nulpositie niet meer mogelijk. Het terugdraaien van de kolom in de tussenpositie is slechts dan mogelijk, wanneer deze ten minste 1° en maximaal 64° in de richting van de volgende nulpositie wordt gedraaid. Wordt de verdraaibare afsluitinrichting over een volledige 120° gedraaid, dan wordt de tegenoverliggende vergrendelingspal 6, 6', 6" met veerkracht gedwongen in de uitsparing van schijf 2 verzonken en is de draaibare afsluitinrichting daarmee vergrendeld. Het terugdraaien van de afsluitinrichting is daarmee niet meer mogelijk.
Bij de uitvoeringsvorm volgens fig. 5 en 6 wordt in principe de doorlaatrichting vrijgehouden en de tegenrichting door de blokkeerpal 6 met het toebehorende veerelement geblokkeerd. Een elektronische besturing is bij deze variant niet noodzakelijk.
Bij de uitvoeringsvorm overeenkomstig fig. 1 en 2 zijn twee blokkeerpallen 6', 6" voorzien, die al naar gelang de draairichting met de blokkeerrichting in aangrijping zijn te brengen. Deze blokkeerpallen 6', 6" zijn elektrisch instelbaar, bijvoorbeeld met gebruik van elektromagneten, welke de blokkeerpallen middels overeenkomstige stoters in de vrijgavestand dwingen, zoals in fig. 1 boven afgebeeld, of in de blokkeerpositie, zoals in fig. 1 onder afge-beeld. Voor het blokkeren van een draairichting wordt de overeenkomstige blokkeerpal bijvoorbeeld 6" zodanig toegepast, dat deze tussen de blokkeertanden 3, 4 invalt en onder veerkracht bij de correcte gekozen draairichting kan uitwijken. Bij de tegengestelde draairichting blokkeert de betreffende blokkeerpal 6".
Bij deze uitvoering laat de verdraaibare afsluitinrichting zich niet verdraaien, wanneer beide blokkeerpallen 6', 6" ingestoken zijn en tegen de overeenkomstige blokkeertanden 3, 4 aanliggen.
Bij deze inrichting wordt als alternatief een vrijgave van de blokkeerpallen 6', 6" door bekrachtiging van de overeenkomstige stelelementen, bijvoorbeeld hefmagneten. De verdraaibare afsluitinrichting laat zich dan met de hand in de vrijgegeven doorlaatrichting draaien. Ook hierbij is het functioneringsmechanisme overeenkomstig de hiervoor beschreven uitvoeringsvorm. Als hierbij de verdraaibare afsluitinrichting over 120° gedraaid wordt, dan kan met een elektrische besturing bereikt worden, dat beide blokkeerpallen 6', 6" in de uitsparing van de rotatieschijf 2 aangrijpen, zodat de draaizuil vergrendeld is. Een hernieuwde vrijgave kan verkregen worden, wanneer de betreffende blokkeerpal 6' of 6" door het geëigende besturingselement bekrachtigd wordt, bijvoorbeeld met behulp van een toegangscode.
Bij de uitvoeringsvorm volgens fig. 3 en 4 is de verdraaibare afsluitinrichting gekoppeld met een motorische aandrijving, die hier niet nader verklaard wordt. Tevens is met de verdraaibare afsluitinrichting een tandwiel draaivast verbonden, dat coaxiaal ten opzichte van de van blokkeertanden 3, 4 voorziene schijf 2 en ten opzichte van verdraaibare afsluitinrichting is aangebracht. Vast met het frame verbonden is een aandrijfmotor voorzien, die via een tandwiel de afsluitinrichting direct aandrijft.
Hierbij zijn twee elektrisch bekrachtigde blokkeerpallen 6', 6" ieder voor één draairichting, voorzien, die bij voorkeur afwisselend in een geveerde werkingspositie instelbaar zijn. Bijvoorbeeld in fig. 3 is de onderste blokkeerpal 6" in geveerde functioneringspositie. De andere blokkeerpal 6' is overeenkomstig de draairichting uitgetrokken, en dus buiten aangrijping van de blokkeertanden 3, 4.
Bij de uitvoeringsvormen volgens fig. 1 t/m 4 zijn de beide blokkeerpallen 6', 6" met hun draaiassen, 7', 7" nabij elkaar en op afstand van de omloopcirkelbaan gesitueerd, die door de blokkeertanden 3, 4 bij het draaien van de schijf 2 getrokken wordt. De blokkeerpal-len 6', 6" steken daarbij vanaf de draaiassen 7', 7" in tegengestelde richting uit. Van de de draaiassen 7', 7" vormende lagers van de blokkeerpallen 6', 6" steken beide meenemer 8', 8" uit, waarbij op ieder een elektrische aandrijving 9', 9" met een stoter 10', 10" aangrijpt. De aandrijving 9' respectievelijk 9" is aan het framedeel 5 bevestigd. De beide elektrische aandrijvingen 9', 9" met de bij voorkeur elektromagnetische, lineair verstelbare stoter 10', 10" zijn op het framedeel 5 coaxiaal ten opzichte van elkaar gepositioneerd en bevestigd. De mee-nemers 8’, 8" van de lagers 7', 7" van de blokkeerpallen 6', 6" zijn met de einden van de stoters 10' respectievelijk 10" scharnierbaar verbonden en steken uit in de coaxiale instelbaan van de stoters 10', 10" en zijn ieder voorzien van een radiaal ten opzichte van het de draaias vormende lager 7', 7" verlopende lengtegleuf of een overeenkomstige scharniervork, waarin een scharnierbout aan het vrije einde van de stoters 10', 10" aangrijpt. Op deze wijze is een vaste inrichting van de aandrijving 9', 9" op het framedeel 5 mogelijk, zonder dat er instelmogelijkheden verschaft moeten worden, terwijl de verbinding tussen de stoter 10', 10" en de meenemer 8', 8" een overeenkomstige speling vertoont, welke voor de beweging en de montage volledig toereikend is.
Overeenkomstig is de bij de uitvoeringsvorm volgens fig. 5 en 6 de draaias 7 van de blokkeerpal 6 voorzien op afstand van de omloopcirkelbaan, die door de blokkeertanden 3, 4 bij het draaien van de schijf 2 getrokken wordt. Vanaf het de draaias 7 vormende lager van blokkeerpal 6 steekt een meenemer 8 uit, waarop een geveerde stoter 10 aangrijpt, die via een component 9 met framedeel 5 verbonden is. De meenemer 8 van het lager 7 van blokkeerpal 6 is met het einde van de stoter 10 scharnierbaar verbonden en steekt uit in de instelbaan van de stoter 10. Er is een radiale ten opzichte van het de draaias 7 vormende lager verlopende lengtegleuf of een scharniervork voorzien, waarop een op het vrije einde van de stoter 10 voorziene bout aangrijpt, zodat ook hier een overeenkomstige afstelling bereikt wordt, wanneer de component 9 op eenvoudige wijze vast op het framedeel 9 gemonteerd wordt.
Bij alle uitvoeringsvormen heeft de blokkeerpal 6, 6', 6" een lengte, die in hoofdzaak overeenkomt met de afstand tussen eerste blokkeertand 3 en tweede blokkeertand 4. De meenemers 8, 8', 8" hebben ieder een lengte, van in hoofdzaak tweederde van de lengte van de blokkeerpal 6, 6', 6". Op basis van deze uitvoeringsvorm worden grote hefboomkrachten bereikt. Bij voorkeur vormt de blokkeerpal 6 respectievelijk 6' respectievelijk 6" met de overeenkomstige meenemer 8, 8', 8" een stompe hoek, die in hoofdzaak tussen 130° en 150° ligt.
Bij alle uitvoeringsvoorbeelden is het framedeel 5 rechthoekig in bovenaanzicht en is de verdraaibare afsluitinrichting centraal voorzien.
De stoter 10 respectievelijk de stoters 10', 10" zijn zodanig met het framedeel 5 verbonden, dat diens lineaire instelrichting danwel instelrichtingen parallel met een zijrand van het framedeel 5 verloopt respectievelijk verlopen, in het uitvoeringsvoorbeeld ten opzichte van de rechter korte framekant.
Bij de uitvoeringsvoorbeelden volgens fig. 1 t/m 4 zijn de lineaire verplaatsbare stoters 10', 10" met een mechanische veer 11', 11" gekoppeld, waarmee bij stroomloze aandrijving 9', 9" de ene blokkeerpal 6" in de aangrijppositie met een blokkeertand 3 of 4 gedrukt wordt, terwijl de andere blokkeerpal 6’ in vrijgavestand gehouden wordt, zoals in de uitvoeringsvoorbeelden getoond. Hierdoor wordt bij stroomuitval zekergesteld, dat de personensluis respectievelijk het verdraaibare afsluitingselement in uitgangsrichting vrij verdraaibaar is, en in in-gangsrichting geblokkeerd wordt.
De uitvinding is niet beperkt tot de getoonde uitvoeringsvoorbeelden, maar kan binnen de scope van de uitvinding op vele manieren worden uitgevoerd.
Alle nieuwe, in de beschrijving en/of tekening geopenbaarde enkele en gecombineerde kenmerken worden geacht binnen het wezen van de uitvinding te vallen.

Claims (6)

1. Personensluis in de vorm van een in een doorgangsopening geplaatste verdraaibare afsluitinrichting, die om een centrale, loodrechte as verdraaibaar is en is voorzien van radiaal uitstekende panelen, waarbij met de verdraaibare afsluitinrichting draaivast een schijf (2) is verbonden die is voorzien van een met het aantal panelen overeenkomend aantal eerste blokkeertanden (3) en tussen de eerste blokkeertanden (3) geplaatste tweede blokkeertan-den (4), die bij voorkeur aan de kopse kant en in een bovenste gedeelte van de verdraaibare afsluitinrichting is aangebracht, waarbij in een framedeel (5) van de personensluis twee blok-keerpallen (6', 6") gehouden zijn, die met de blokkeertanden (3, 4) zodanig samenwerken, dat al naar gelang de draairichting de verdraaibare afsluitinrichting slechts in één doorgangsrich-ting vrij verdraaibaar is en tegen deze richting in door een blokkeerpal (6', 6") en de blokkeertanden (3, 4) geblokkeerd kan worden, waarbij beide blokkeerpallen (6', 6") elektrisch instelbaar zijn, in het bijzonder door middel van een elektromagneet bedienbaar zijn, waarbij de beide blokkeerpallen (6', 6") met hun draaiassen (7', 7") zijn voorzien nabij elkaar op afstand van omloopcirkelbaan die door de blokkeertanden (3, 4) bij draaien van de schijf (2) wordt getrokken en ten opzichte van de draaiassen (7', 7") in ten opzichte van elkaar tegengestelde richtingen uitsteken, waarbij ten opzichte van de lagers van de blokkeerpallen (6', 6") die de draaiassen (7', 7") vormen meenemers (8', 8") uitsteken, waarop elk een elektrische aandrijving (9', 9"), in het bijzonder elektromagnetische actuator, met stoter (10', 10") aangrijpt, die verbonden is met het framedeel (5), met het kenmerk, dat de beide elektrische aandrijvingen (9', 9") met de bij voorkeur elektromagnetische, lineair verstelbare stoters (10', 10") coaxiaal ten opzichte van elkaar opgesteld zijn bevestigd aan het frame (5), dat de meenemers (8', 8") van de lagers van de blokkeerpallen (3, 4) met hun einden, die met de einden van de stoters (10', 10") scharnierbaar zijn verbonden, in de coaxiale instelbaan van de stoter (10', 10") uitsteken en ieder van een radiaal ten opzichte van het de draaias (7', 7") vormende lager verlopende lengtegleuf of een scharniervork zijn voorzien, waarin een aan het vrije einde van de stoters (10', 10') geplaatste bout aangrijpt.
2. Personensluis in de vorm van een in een doorgangsopening geplaatste verdraaibare afsluitinrichting, die om een centrale, loodrechte as verdraaibaar is en is voorzien van radiaal uitstekende panelen, waarbij met de verdraaibare afsluitinrichting draaivast een schijf (2) is verbonden die is voorzien van een met het aantal panelen overeenkomend aantal eerste blokkeertanden (3) en tussen de eerste blokkeertanden (3) geplaatste tweede blokkeertanden (4), die bij voorkeur aan de kopse kant in het bovenste gedeelte van de verdraaibare afsluitinrichting is aangebracht, waarbij in een framedeel (5) van de personensluis een blokkeerpal (6) gehouden is, die met de blokkeertanden (3, 4) zodanig samenwerkt, dat de verdraaibare afsluitinrichting slechts in één doorgangsrichting vrij verdraaibaar is en tegen deze richting in door een blokkeerpal (6) en de blokkeertanden (3, 4) geblokkeerd wordt, waarbij de blokkeerpal (6) bij voorkeur manueel in een bedrijfsstand instelbaar is, waarin deze onder de kracht van een mechanische veer met de blokkeertanden (3, 4) in aangrijping is, alsook in een vrijgavestand, waarin deze buiten de blokkeertanden (3, 4) is gepositioneerd, waarbij de draaias (7) van de blokkeerpal (6) op afstand van omloopcirkelbaan is aangebracht, die door de blokkeertanden (3, 4) bij draaien van de schijf (2) wordt getrokken, en ten opzichte van de lager van de blokkeerpal (6) die de draaias (7) vormt een meenemer (8) uitsteekt, waarop een geveerde stoter (10) aangrijpt, die verbonden is met het framedeel (5), met het kenmerk, dat de meenemer (8) van de lager (7) van de blokkeerpal (6) met zijn einde scharnier-baar verbonden is met het einde van de stoter (10), in de instelbaan van de stoter (10) uitsteekt en is voorzien van een radiaal ten opzichte van het de draaias (7) vormende lager verlopende lengtegleuf of een scharniervork, waarin een aan het vrij einde van de stoter (10) geplaatste bout aangrijpt.
3. Personensluis volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de blokkeerpal (6, 6', 6") een lengte heeft die in hoofdzaak overeenkomt met de afstand van eerste blokkeertand (3) tot tweede blokkeertand (4), en de meenemer (8, 8', 8") een lengte heeft die in hoofdzaak overeenkomt met tweederde van de lengte van de blokkeerpal (6, 6', 6").
4. Personensluis volgens een of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de blokkeerpal (6, 6', 6") met de meenemer (8, 8,' 8") een stompe hoek insluit, bij voorkeur tussen 130° en 150°.
5. Personensluis volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij het frame (5) in hoofdzaak rechthoekig is en de verdraaibare afsluitinrichting centraal is voorzien, met het kenmerk, dat de stoter (10) zodanig met het framedeel (5) verbonden is of de stoters (10', 10") zodanig met het framedeel (5) verbonden zijn, dat de respectievelijk lineaire instelrichting of richtingen parallel aan een zijkant van het framedeel (5) verloopt of verlopen.
6. Personensluis volgens een of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de lineair verplaatsbare stoters (10', 10") ieder met een mechanische veer (11', 11") verbonden zijn, waarmee bij stroomloze aandrijving (9', 9") de ene blokkeerpal (6' of 6") in de aangrijppositie met een blokkeertand (3, 4) wordt gedrukt en de andere blokkeerpal (6", 6") in vrijgavestand wordt gehouden.
NL2008474A 2011-05-04 2012-03-13 Personensluis. NL2008474C2 (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE202011100185U DE202011100185U1 (de) 2011-05-04 2011-05-04 Personenschleuse
DE202011100185 2011-05-04

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL2008474A true NL2008474A (nl) 2012-11-06
NL2008474C2 NL2008474C2 (nl) 2014-10-23

Family

ID=44925100

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2008474A NL2008474C2 (nl) 2011-05-04 2012-03-13 Personensluis.

Country Status (5)

Country Link
AT (1) AT511416A3 (nl)
CH (1) CH704929B1 (nl)
DE (2) DE202011100185U1 (nl)
FR (1) FR2974838B1 (nl)
NL (1) NL2008474C2 (nl)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN105818162A (zh) * 2016-04-20 2016-08-03 西南大学 运动关节锁定控制机构

Family Cites Families (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3397486A (en) * 1966-02-10 1968-08-20 Advance Data Systems Corp Turnstile
US3978613A (en) * 1974-04-29 1976-09-07 Automatic Revenue Controls (Europa) Ltd. Turnstile mechanism
DE102007036360A1 (de) * 2007-07-31 2009-02-05 Gallenschütz, Thomas Personenschleuse
DE202010006524U1 (de) 2010-05-07 2010-08-05 Adronit Gmbh Personenschleuse

Also Published As

Publication number Publication date
CH704929B1 (de) 2016-03-31
FR2974838A1 (fr) 2012-11-09
CH704929A2 (de) 2012-11-15
NL2008474C2 (nl) 2014-10-23
AT511416A2 (de) 2012-11-15
DE102011122664A1 (de) 2012-11-08
AT511416A3 (de) 2013-11-15
DE202011100185U1 (de) 2011-10-10
FR2974838B1 (fr) 2016-02-05

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US7726294B2 (en) Motorized oven door latch
EP2140086B1 (en) Piezo actuated slide latching mechanism
US8496275B2 (en) Rotary pawl latch
KR102369881B1 (ko) 캠 래치
US8851530B2 (en) Electric latch retraction bar
EP3400351B1 (en) Electromechanical door lock actuation device
JP6398121B2 (ja) 自動車ドアロック
JP2019513922A (ja) 家具駆動システム
CN108149445B (zh) 家用电器门锁
CA2709484A1 (en) Locking device of a door
MX2011004254A (es) Cerraduras electromecanicas y disposiciones de cerrojo.
CN1132303A (zh) 汽车行李箱盖的锁和操纵机构
NL2008474C2 (nl) Personensluis.
CN102787758A (zh) 用于锁定装置的电子单元和锁定系统
CN110593679B (zh) 一种用于轨道交通车辆门系统的锁闭机构
DE69801343T2 (de) Handbetätigbare Entkupplungsvorrichtung für einen Torantrieb
CN112437855A (zh) 用于器具的门锁系统
WO2013132921A1 (ja) 電気錠
JP4658413B2 (ja) 収納庫の施・解錠装置
MX2012010209A (es) Dispositivo de accionamiento de puerta.
EP0859108A1 (en) Espagnolette bolting systems
JP2007070932A (ja) 鎌付電気扉錠
JP2013181380A (ja) 電気錠
JP5740331B2 (ja) 電気錠
EP4015743A1 (en) Electronic lock with hook comprising an improved triggering mechanism

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20170401