NL2005613C2 - Werkwijze voor het decoreren van een bloem. - Google Patents

Werkwijze voor het decoreren van een bloem. Download PDF

Info

Publication number
NL2005613C2
NL2005613C2 NL2005613A NL2005613A NL2005613C2 NL 2005613 C2 NL2005613 C2 NL 2005613C2 NL 2005613 A NL2005613 A NL 2005613A NL 2005613 A NL2005613 A NL 2005613A NL 2005613 C2 NL2005613 C2 NL 2005613C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
flower
petals
decoration
positioning member
stem
Prior art date
Application number
NL2005613A
Other languages
English (en)
Inventor
Richard Petrus Wilhelmus Maria Grootscholten
Original Assignee
Richard Petrus Wilhelmus Maria Grootscholten
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Richard Petrus Wilhelmus Maria Grootscholten filed Critical Richard Petrus Wilhelmus Maria Grootscholten
Priority to NL2005613A priority Critical patent/NL2005613C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2005613C2 publication Critical patent/NL2005613C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G5/00Floral handling

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Application Of Or Painting With Fluid Materials (AREA)

Description

Korte aanduiding: Werkwijze voor het decoreren van een bloem.
BESCHRIJVING
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze volgens de aanhef 5 van conclusie 1.
Het decoreren van bloemen, zoals bijvoorbeeld snijbloemen, wordt toegepast om de fraaiheid van de bloemen te vergroten. De bloem omvat een steel met een bloembodem, die voorzien is van bloemblaadjes. De decoratie, zoals bijvoorbeeld een kleurstof wordt met name voorzien op de bloemblaadjes. Zo kan de 10 bloem bijvoorbeeld voorzien worden van een andere aanvullende kleur. Om de bloem te decoreren, en dus de schoonheid van de bloem in zijn geheel te vergroten, is het vaak gewenst om de bloemblaadjes te decoreren.
Een manier voor het kleuren van bloemen is de zogeheten optrekmethode. Snijbloemen met relatief grote vaatbundels kunnen volgens deze 15 werkwijze worden geverfd, door de bloemen met de stelen in een verwarmde bak met verf/kleurstof te zetten. De verf/kleurstof wordt in 4 tot 6 uur opgenomen door de bloemen. Hiermee kunnen de bloemblaadjes gekleurd worden.
Alhoewel het met de bekende werkwijze mogelijk is om bloemblaadjes van een enkele bloem op relatief dezelfde wijze te kleuren, is het een 20 nadeel van deze manier van kleuren van bloemen, dat deze relatief tijdsintensief is, en daardoor relatief duur is. Daarnaast is deze werkwijze slechts geschikt voor bloemen met relatief grote vaatbundels. Ook is het verkregen resultaat afhankelijk van de reeds aanwezige pigmenten in de bloem. Vaak is een goede dekking in kleur niet mogelijk, en zullen het reeds aanwezige pigment en de nieuw toegevoerde 25 kleurstof mengen tot een nieuwe kleur. Dit maakt het moeilijk, zoniet onmogelijk, om de juiste, gewenste kleur te verkrijgen. Een verder nadeel van de bekende werkwijze, is dat deze niet selectief is. Het is met de bekende werkwijze moeilijk gebleken om de bloemblaadjes naar wens te kleuren op een reproduceerbare manier. In principe zullen alle delen van de bloem kleurstof opnemen, waardoor bijvoorbeeld ook groene 30 bladeren een andere kleur zullen krijgen. Dit is ongewenst wanneer slechts bepaalde delen van de bloem geverfd dienen te worden.
Volgens een andere bekende werkwijze voor het kleuren van bloemen, worden snijbloemen geverfd door ze met de bloemblaadjes onder te 2 dompelen in een verfbad - de zogeheten dompel-methode. Daarbij wordt gebruik gemaakt van watergedragen verfbaden, omvattende kleurstoffen in vloeibare vorm, veelal uitvloeiers, bevochtigers, anti-schuimmiddelen en vluchtige organische stoffen. Om de snijbloem te kleuren, worden de bloemblaadjes van de bloem 5 gedeeltelijk of volledig ondergedompeld.
Het is met de bekende werkwijze moeilijk gebleken om op reproduceerbare wijze de bloemblaadjes op een gewenste manier te decoreren. Het proces van het onderdompelen luistert nauw, en is relatief moeilijk controleerbaar. Tevens is het moeilijk om selectieve delen van de bloem te kleuren. Het is ook 10 moeilijk om elk van de bloemblaadjes op dezelfde wijze te kleuren. Verder is een groot nadeel van deze bekende werkwijze, dat vluchtige organische stoffen toegepast moeten worden. Deze kunnen schadelijk zijn voor de gezondheid.
Met het oog op de nadelen van de stand van de techniek, is het een doel van de onderhavige uitvinding om een werkwijze te verschaffen, waarmee 15 bloemblaadjes op een relatief eenvoudige en reproduceerbare wijze voorzien kunnen worden van een decoratie, zoals een kleurstof, waarbij bij voorkeur de individuele bloemblaadjes van een bloemkrans op dezelfde wijze decoreerbaar zijn.
Daartoe voorziet de uitvinding in een werkwijze van de in de aanhef genoemde soort, waarbij de werkwijze gekenmerkt is door het kenmerkende deel van 20 conclusie 1. Volgens de werkwijze wordt een bloem verschaft. De bloem heeft een steel die aan een bovenzijde van de bloem met een bloembodem verbonden is. De bloembodem is voorzien van ten minste een bloemkrans met bloemblaadjes. De bloemblaadjes hebben flexibele uiteinden. In een ruststand, dat wil zeggen, in een normale positie van de bloem waarin de steel in hoofdzaak verticaal geplaatst is, 25 strekken de bloemblaadjes zich, mede onder invloed van de zwaartekracht, ten minste gedeeltelijk radiaal vanaf de bloembodem uit. De bloemblaadjes strekken zich daarbij eventueel aanvullend enigszins in een langsrichting van de bloem uit, bijvoorbeeld in een opwaartse richting, weg van de bloembodem en de steel. Vanuit de bloem bezien, met de bloembodem aan een bovenzijde van de bloem, strekken 30 de bloemblaadjes zich dus enigszins opzij en eventueel aanvullend naar boven toe uit. De bloem wordt voorzien van een eerste decoratie, zoals een kleurstof. De decoratie wordt rechtstreeks op de bloemblaadjes voorzien, dat wil zeggen door de decoratie vanaf een buitenzijde van de bloem op de bloemblaadjes aan te brengen.
3
Echter, voordat de decoratie wordt aangebracht, worden ten minste de flexibele uiteinden van de bloemblaadjes in een langsrichting van de bloem, in een relatieve opwaartse richting verplaatst. Dit kan bijvoorbeeld met de hand, of op andere wijze, gebeuren. De flexibele uiteinden worden zodanig verplaatst dat de flexibele uiteinden 5 van de bloemblaadjes in hoofdzaak parallel aan de langsrichting van de bloem gericht zijn, en zich in een van de steel afgerichte richting uitstrekken. Door de bloemblaadjes naar boven toe te bewegen, en in deze stand te houden bij het aanbrengen van de decoratie, wordt het makkelijker om alleen de bloemblaadjes te kleuren. Doordat de bloemblaadjes zich in een langsrichting uitstrekken, wordt het 10 relatief eenvoudiger om de dompel-methode toe te passen. De kans op kleuring van bijvoorbeeld de steel of groene bladeren wordt verminderd. Door de plaatsing van de bloemblaadjes in een richting waarin de bloem bewogen wordt bij het dompelen, wordt de dompel-methode tevens nauwkeuriger. Hierdoor wordt het makkelijker om op reproduceerbare wijze slechts gedeelten van de bloemblaadjes te kleuren, 15 bijvoorbeeld door de bloem minder ver onder te dompelen. Tevens is het hierbij bijzonder eenvoudig om elk van de bloemblaadjes van dezelfde bloem op dezelfde wijze te decoreren, aangezien alle bloemblaadjes in dezelfde stand gebracht zijn. De werkwijze volgens de uitvinding levert tevens bij een bepaalde bloem telkens reproduceerbare resultaten op, doordat bloemblaadjes telkens op eenzelfde wijze 20 gepositioneerd worden. Hiermee is een eenvoudige en reproduceerbare wijze voor het aanbrengen van een decoratie mogelijk, waarmee het doel van de uitvinding bereikt is.
Het is mogelijk, in een uitvoeringsvorm, dat de werkwijze de stap omvat van het verschaffen van een bloem met ten minste twee boven elkaar 25 geplaatste, in de langsrichting van de bloem gezien ten minste ten dele elkaar overlappende bloemkransen van telkens een veelheid bloemblaadjes. De bloemkransen zijn dus op enigszins axiale afstand van elkaar geplaatst. Bloemen met dergelijke bloemkransen worden ook wel halfgevuld (twee bloemkransen) of gevuldbloemig (meer dan twee bloemkransen) genoemd. De werkwijze omvat de 30 stap van het bewegen van de bloemblaadjes van de ten minste twee bloemkransen, op de hierboven beschreven wijze. Dit bewegen zorgt ervoor dat de bloemblaadjes van de ten minste twee bloemkransen naar elkaar toe bewogen worden. De bloemblaadjes van een dichter bij de steel gelegen bloemkrans zullen daarbij de 4 bloemblaadjes van een hoger gelegen bloemkrans bedekken, en op compacte wijze aanliggen op een gedeelte van de bloemblaadjes van de hoger gelegen bloemkrans. De bloem wordt volgens de werkwijze in deze toestand vervolgens voorzien van een eerste decoratie. De bloemblaadjes van de lager gelegen bloemkrans zullen dan 5 werken als een maskeermiddel, en bepaalde delen van de bloemblaadjes van de hoger gelegen bloemkrans afschermen, zodanig dat deze delen niet van de decoratie voorzien zullen worden. Bij aanwezigheid van meer dan twee bloemkransen (gevuldbloemige bloemen), zullen dichter bij de steel gelegen bloemkransen telkens de hoger gelegen bloemkransen bedekken en maskeren. Het 10 is gebleken dat de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding bij een dergelijke bloem met ten minste twee bloemkransen leidt tot een zeer bijzonder en fraai uiterlijk van de bloem. Een selectieve, reproduceerbare, en voor ieder bloemblad van een bloemkrans in hoofdzaak gelijke decoratie is hierbij mogelijk. Tevens is de bloem zeer snel te decoreren, waardoor deze ook kostenefficiënt is.
15 Om de reproduceerbaarheid van de werkwijze verder te vergroten, omvat de werkwijze bij voorkeur verder de stap van het verschaffen van een positioneerorgaan. Het positioneerorgaan is ingericht voor het naar de decoratiestand bewegen van de bloemblaadjes.
In een uitvoeringsvorm, omvat het positioneerorgaan een hol 20 omwentelingslichaam. Het omwentelingslichaam kan buisvormig of kokervormig zijn, met bijvoorbeeld een cilindrische, ovale, vierkante, rechthoekige of anderszins regelmatige binnenomtrek. Een buisvormig, zoals bijvoorbeeld een cilindrisch omwentelingslichaam heeft de voorkeur. Het omwentelingslichaam omvat een binnendiameter die is aangepast aan de omtrek van de bloem in de decoratiestand. 25 De werkwijze omvat de verdere stap van het vanaf een onderzijde van de bloem, om de bloem heen, naar boven toe bewegen van het positioneerorgaan. Het positioneerorgaan zal hierbij met een binnenomtrek in contact komen met de bloemblaadjes van de onderste bloemkrans. Bij het verder naar boven toe bewegen zullen de bloemblaadjes van de onderste bloemkrans naar een decoratiestand 30 gebracht worden. Hierdoor zullen hoger gelegen bloemkransen ook naar de decoratiestand gebracht worden. Het gebruik van een dergelijk positioneerorgaan vergroot de reproduceerbaarheid van de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding.
5
Het is mogelijk dat de werkwijze de stap omvat van het met het postioneerorgaan in de decoratiestand houden van de bloemblaadjes. Het positioneerorgaan zal zo ook ten minste deels werken als maskeermiddel voor de buitenste bloemblaadjes, doordat het positioneerorgaan aanligt op deze 5 bloemblaadjes tijdens het aanbrengen van de decoratie. Hierdoor wordt een selectieve kleuring, ook van deze bloemblaadjes, mogelijk.
Om de plaatsing van de bloem in het positioneerorgaan te vereenvoudigen, is het positioneerorgaan voorzien van een invoeropening voor het vanaf een buitenzijde van het positioneerorgaan naar een binnenzijde daarvan 10 voeren van de steel van de bloem. De invoeropening is bij voorkeur voorzien in een mantelvlak van het positioneerorgaan. De invoeropening kan een in het omwentelingslichaam van het positioneerorgaan voorziene sleuf zijn. De werkwijze omvat de stap van het via de invoeropening in het binnenste van het positioneerorgaan plaatsen van de steel van de bloem. Vervolgens zullen de 15 bloemblaadjes naar de decoratiestand gebracht worden. De invoeropening zorgt ervoor dat het positioneerorgaan niet over de volledige lengte van de steel van de bloem naar boven toe geschoven hoeft te worden.
Het aanbrengen van de eerste decoratie gebeurt bij voorkeur vanaf een relatieve bovenzijde van de bloem. De eerste decoratie wordt vanaf een punt dat 20 relatief ten opzichte van de bloem gezien meer boven gelegen is, voorzien. De bloemblaadjes bevinden zich daarbij in hoofdzaak tussen dit decoratie-aanbreng-punt en de steel. Het moge duidelijk zijn voor de vakman, dat de bloem daarbij niet per se in een verticale positie geplaatst hoeft te zijn, maar dat een horizontale plaatsing ook mogelijk is. Het aanbrengen van decoratie vanaf de relatieve 25 bovenzijde zorgt, met name bij halfgevulde of gevuldbloemige bloemen, voor een zeer bijzonder en fraai uiterlijk van de bloem. Dit vergroot de reproduceerbaarheid en de selectiviteit.
Daarbij wordt bij voorkeur de decoratie in hoofdzaak in de langsrichting van de bloem aangebracht. Hiermee wordt voor ieder bloemblad van 30 een bloemkrans een in hoofdzaak gelijke decoratie verkregen.
De efficiëntie van de werkwijze kan verder vergroot worden, wanneer de decoratie wordt aangebracht middels een verstuiver, zoals bijvoorbeeld van een spuitbus. Met een verstuiver is het bijzonder eenvoudig om telkens een 6 gewenste hoeveelheid decoratie, op een gewenste positie van de bloem aan te brengen. De met de verstuiver verkregen nevel van de decoratie zorgt voor een relatief dunne laag op de bloemblaadjes, waardoor kans op uitlopen van de decoratie verkleind wordt. Tevens zorgt de nevel voor een natuurlijk ogend effect.
5 In een uitvoeringsvorm van de werkwijze, omvat deze de stap van het, na het aanbrengen van de eerste decoratie, aanbrengen van een tweede, ten opzichte van de eerste decoratie verschillende, decoratie. Met name, maar niet uitsluitend, bij toepassing van een verstuiver, is het met de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding bijzonder eenvoudig om relatief snel twee verschillende 10 decoraties aan te brengen. Een eerste decoratie kan bijvoorbeeld een kleurstof zijn. De tweede decoratie kan bijvoorbeeld een tweede kleurstof zijn met een ten opzichte van de eerste kleurstof verschillende kleur. Deze tweede kleurstof kan op een ander deel van de bloem voorzien worden dan de eerste kleurstof. De tweede decoratie kan echter ook een korrelachtig materiaal zijn. Het korrelachtig materiaal kan een 15 zogeheten glitter-effect bezitten, waarmee het uiterlijk van de bloem verder verfraaid kan worden. Het aanbrengen van de tweede decoratie gebeurt bij voorkeur in de decoratiestand, maar het is ook mogelijk dat slechts de eerste decoratie wordt aangebracht in de decoratiestand, om vervolgens in de ruststand van de bloem de tweede decoratie aan te brengen.
20 Enkele uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding zullen navolgend worden toegelicht aan de hand van enkele figuren en een figuurbeschrijving. In de figuren tonen achtereenvolgens:
Figuur 1 een zijaanzicht van een bloem in een ruststand;
Figuur 2 een zijaanzicht van een bloem in een decoratiestand; 25 Figuur3a een zijaanzicht van een positioneerorgaan voor het ineen decoratiestand brengen van de bloem;
Figuur 3b een zijaanzicht van een bloem in een decoratiestand onder toepassing van het positioneerorgaan volgens figuur 3a;
Figuur 1 toont een te decoreren bloem 1. De bloem 1 omvat een 30 steel 3 die aan een bovenzijde daarvan verbonden is met een bloembodem 5. De bloembodem 5 is voorzien van een eerste bloemkrans 6 met bloemblaadjes 7. De bloemblaadjes strekken zich in een radiale richting van de bloem uit. De bloem is tevens voorzien van een tweede, ten opzichte van de eerste bloemkrans 6 hoger op 7 de bloembodem 5 geplaatste bloemkrans 8. Deze bloemkrans 8 is ook voorzien van een veelheid zich ten minste in radiale richting uitstrekkende bloemblaadjes 9. De bloemkransen 6 en 8 overlappen elkaar gezien in een lengterichting van de bloem. Hierdoor overlappen de bloemblaadjes 7 en 9 elkaar ten minste ten dele. De in figuur 5 1 getoonde bloem geeft slechts een schematisch overzicht van de bloem 1. Het is uiteraard mogelijk dat de bloem voorzien is van aanvullende elementen, zoals bijvoorbeeld blaadjes die aan de steel voorzien zijn, en/of bijvoorbeeld meeldraden en/of een stamper. De bloem is bij voorkeur een bloem uit de composietenfamilie, zoals bijvoorbeeld een chrysant. De bloemblaadjes 7, 9 zijn bij voorkeur lintbloemen. 10 Figuur 2 toont de situatie waarin de bloem van figuur 1 in een decoratiestand gebracht is. Gelijke onderdelen zijn in deze figuur met dezelfde cijfers aangegeven. Te zien is dat, volgens de werkwijze, de bloemblaadjes 7, 9 van de twee bloemkransen 6, 8 naar boven toe bewogen zijn. De bloemblaadjes liggen daarbij ten minste gedeeltelijk in hoofdzaak parallel aan een langsas van de bloem 1. 15 Met name de uiteinden van de bloemblaadjes zijn bij voorkeur in hoofdzaak parallel aan de langsas geplaatst. De blaadjes strekken zich naar boven toe uit, dat wil zeggen dat ze in een richting van de steel af gericht zijn. Op deze wijze is het bijzonder eenvoudig om de bloemblaadjes van een gewenste decoratie te voorzien. Het is bijvoorbeeld mogelijk om een kleurstof vanuit de met pijl A aangegeven 20 richting aan te voeren naar de bloem. Bij de zogeheten dompel-methode, is het daarbij mogelijk dat de bloem van boven af naar beneden in een dompelbad gedompt wordt. De mate van kleuring van de bloemblaadjes 7, 9 hangt daarbij af van hoever de bloem in het dompelbad gestopt wordt. Door de blaadjes naar boven toe te bewegen, in een richting van de steel af, en daarbij tevens te zorgen dat de 25 bloemblaadjes in hoofdzaak parallel aan de langsas van de bloem gericht zijn, wordt het mogelijk om een dergelijke dompel-methode op nauwkeurige, en reproduceerbare wijze uit te voeren.
Het is echter ook mogelijk om buiten de dompel-methode, gebruik te maken van een andere manier voor het rechtstreeks aanbrengen op de 30 bloemblaadjes 7, 9 van een eerste decoratie. Gedacht kan worden aan bijvoorbeeld het gebruik van een spuitbus, een kwast, of bijvoorbeeld een roller.
De bloem kan in de decoratiestand gehouden worden met behulp van de hand. Het is echter ook mogelijk om de bloem in de decoratiestand te fixeren, 8 bijvoorbeeld door gebruik te maken van een positioneringsorgaan. Het positioneringsorgaan kan bijvoorbeeld een stuk ijzerdraad zijn dat zodanig met de bloem verbonden is dat de bloemblaadjes 7, 9 in de juiste stand gehouden worden.
Figuur 3a toont een voorkeursuitvoeringsvorm van een 5 positioneringsorgaan volgens de onderhavige uitvinding. Het positioneringsorgaan 11 omvat een hol omwentelingslichaam 13. Het omwentelingslichaam bezit een diameter en een binnenste mantelvlak 15. In het mantelvlak van het positioneerorgaan 11 is een gleuf 17 voorzien. De gleuf 17 functioneert als een invoeropening voor het vanaf een buitenzijde van het positioneerorgaan naar een 10 binnenzijde daarvan voeren van de steel van de bloem. De steel wordt in het binnenste van het orgaan 11 geplaatst, en vervolgens naar boven toe, in de richting van de bloembodem 5 bewogen. De binnendiameter van het positioneringsorgaan 11 is daarbij aangepast aan de decoratiestand van de bloem. Het positionerings-orgaan 11 is dus zodanig aangepast, dat bij het omhoog bewegen van het 15 positioneringsorgaan 11, de bloemblaadjes 7, 9 in de juiste positie, dat wil zeggen in de positie waarin de bloemblaadjes in hoofdzaak parallel aan de langsas van de steel 3 gelegen zijn, gebracht worden. Een dergelijke situatie wordt getoond in figuur 3b.
In figuur 3b is te zien dat het positioneringsorgaan naar boven toe 20 bewogen is, en dat het binnenste mantelvlak 15 in ieder geval gedeeltelijk in contact gebracht is met de buitenste bloemblaadjes 7 van de eerste bloemkrans 6. De bloemblaadjes steken ten opzichte van het positioneringsorgaan 11 enigszins naar buiten toe uit. Het is echter ook mogelijk om het positioneringsorgaan nog hoger te plaatsen. In dat geval zal het positioneringsorgaan een groter gedeelte van de 25 buitenomtrek van de buitenste bloemblaadjes 7 bedekken. De buitenste bloemblaadjes 7 van de buitenste bloemkrans 6 dwingen de meer naar binnen toe gelegen bloemblaadjes 9 van de relatief gezien hoger gelegen bloemkrans 8 naar een in hoofdzaak parallel aan de langsas van de bloem gelegen positie. De buitenste bloemblaadjes 7 liggen daardoor stevig aan op de meer naar binnen toe gelegen 30 bloemblaadjes 9. Hierdoor vormen deze bloemblaadjes 7 een maskeermiddel voor de binnenste bloemblaadjes 9. In de in figuur 3b getoonde situatie wordt gebruik gemaakt van een verstuiver 21 voor het aanbrengen van een eerste decoratie 23. Deze decoratie kan bijvoorbeeld een kleurstof zijn, maar het is ook goed mogelijk dat 9 deze decoratie een andere decoratie is, zoals bijvoorbeeld een glitter-effect, of een sneeuw-effect. De door de verstuiver 21 voorziene nevel van de eerste decoratie 23 wordt vanaf een bovenzijde van de bloem aangebracht. De hoofdas van de nevelspray valt in het hier getoonde voorbeeld samen met de hoofdas van de bloem.
5 Met andere woorden de eerste decoratie wordt in hoofdzaak op het midden van de bloem gericht, waarbij de spray in hoofdzaak parallel aan de steel van de bloem gericht is. De overlap van de verschillende bloemblaadjes 7, 9 zorgt voor een maskeereffect. Dit maskeereffect zorgt ervoor dat met name de toppen van de bloemblaadjes 7, 9 van een eerste decoratie voorzien worden. Na het aanbrengen 10 van de decoratie 23 wordt het positioneringsorgaan 11 weer verwijderd van de bloem 3 door deze in de richting van pijl A te bewegen. De bloemblaadjes zullen hierdoor de in figuur 1 getoonde positie wederom aannemen. Doordat slechts de toppen van de bloemblaadjes 7, 9 gekleurd zijn, verkrijgt de bloem in deze zogeheten ruststand een bijzonder aantrekkelijk en fraai uiterlijk. Dit verhoogt de economische waarde van de 15 bloem die met de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding voorzien is van een eerste decoratie.
Na het aanbrengen van de eerste decoratie is het mogelijk om een verdere decoratie te voorzien. Deze decoratie kan een verdere kleuring zijn, die bijvoorbeeld gericht is op een ander oppervlak van de bloem, maar deze decoratie 20 kan tevens een andersoortige decoratie zijn, zoals bijvoorbeeld een glitter-effect, of een sneeuw-effect. Het is daarbij mogelijk om de tweede decoratie aan te brengen in de decoratiestand, zoals getoond in figuur 3b, maar het is ook mogelijk om de tweede decoratie aan te brengen in de ruststand, zoals getoond in figuur 1.
De onderhavige uitvinding is in de bijgevoegde figuren en de 25 bovenstaande beschrijving slechts onder verwijzing naar enkele uitvoeringsvormen toegelicht. Het moge echter duidelijk zijn dat vele, al dan niet voor de vakman voor de hand liggende varianten denkbaar zijn binnen de beschermingsomvang van de onderhavige uitvinding, die wordt bepaald door de hiernavolgende conclusies.
30

Claims (11)

1. Werkwijze voor het decoreren van een bloem, omvattende de achtereenvolgende stappen van:
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat stap A omvat het verschaffen van een bloem met twee boven elkaar geplaatste, in de langsrichting van de bloem gezien ten minste ten dele elkaar overlappende bloemkransen van telkens een veelheid bloemblaadjes.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de werkwijze verder de stap omvat van het verschaffen van een positioneerorgaan voor het naar de decoratiestand bewegen van de bloemblaadjes, waarbij het positioneerorgaan een hol omwentelingslichaam omvat met een binnendiameter die is aangepast aan de omtrek van de bloem in de decoratiestand, waarbij de werkwijze 30 verder de stap omvat van het vanaf een onderzijde van de bloem, om de bloem heen, naar boven toe bewegen van het positioneerorgaan voor het aldus naar de decoratiestand brengen van de bloemblaadjes.
4. Werkwijze volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de werkwijze de stap omvat van het met het postioneerorgaan in de decoratiestand houden van de bloemblaadjes.
5. Werkwijze volgens conclusie 3 of 4, met het kenmerk, dat het positioneerorgaan voorzien is van een invoeropening voor het vanaf een buitenzijde 5 van het positioneerorgaan naar een binnenzijde daarvan voeren van de steel van de bloem, waarbij de werkwijze de stap omvat van het via de invoeropening in het binnenste van het positioneerorgaan plaatsen van de steel van de bloem, en het vervolgens naar de decoratiestand brengen van de bloemblaadjes.
5 A. het verschaffen van een bloem, bij voorkeur een bloem uit de composietenfamilie, omvattende een steel die aan een bovenzijde van de bloem verbonden is met een bloembodem, bij voorkeur een vlakke bloembodem, waarbij de bloembodem voorzien is van ten minste een bloemkrans met een veelheid bloemblaadjes met 10 flexibele uiteinden die zich in een ruststand ten minste gedeeltelijk radiaal vanaf de bloembodem uitstrekken; B. het rechtstreeks op ten minste een gedeelte van de bloemblaadjes aanbrengen van een eerste decoratie, zoals een kleurstof; met het kenmerk, dat de werkwijze de aanvullende stap omvat van het in een 15 decoratiestand brengen van de bloem door ten minste de flexibele uiteinden van de bloemblaadjes vanuit de ruststand in een langsrichting van de bloem, in een relatieve opwaartse richting van de bloem, zodanig te verplaatsen dat ten minste de flexibele uiteinden van de bloemblaadjes in hoofdzaak parallel aan de langsrichting van de bloem gericht zijn, waarbij vervolgens in deze decoratiestand stap B wordt 20 uitgevoerd.
6. Werkwijze volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de 10 invoeropening is voorzien in een mantelvlak van het positioneerorgaan.
7. Werkwijze volgens een of meer van de conclusies 3 tot en met 6, met het kenmerk, dat het positioneerorgaan buisvormig, bij voorkeur cilindrisch, is.
8. Werkwijze volgens een of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de werkwijzestap B omvat het aanbrengen van de eerste 15 decoratie vanaf een relatieve bovenzijde van de bloem.
9. Werkwijze volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de werkwijzestap B omvat het in hoofdzaak in de langsrichting aanbrengen van de decoratie.
10. Werkwijze volgens een of meer van de voorgaande conclusies, met 20 het kenmerk, dat de werkwijzestap B omvat het middels een verstuiver aanbrengen van de eerste decoratie.
11. Werkwijze volgens een of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de werkwijze de stap omvat van het, na het uitvoeren van de werkwijzestap B, aanbrengen van een tweede, ten opzichte van de eerste decoratie 25 verschillende, decoratie.
NL2005613A 2010-11-02 2010-11-02 Werkwijze voor het decoreren van een bloem. NL2005613C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2005613A NL2005613C2 (nl) 2010-11-02 2010-11-02 Werkwijze voor het decoreren van een bloem.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2005613 2010-11-02
NL2005613A NL2005613C2 (nl) 2010-11-02 2010-11-02 Werkwijze voor het decoreren van een bloem.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2005613C2 true NL2005613C2 (nl) 2012-05-03

Family

ID=44071004

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2005613A NL2005613C2 (nl) 2010-11-02 2010-11-02 Werkwijze voor het decoreren van een bloem.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL2005613C2 (nl)

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3422570A (en) * 1966-10-21 1969-01-21 Herman Louis Vorst Method for preventing the splitting of the calyx of flowers e.g. of carnations
EP0873680A1 (en) * 1997-04-07 1998-10-28 Wilhelmus Johannes Hofstede Method for colouring flowers, and thus coloured flowers
US20030106284A1 (en) * 1999-10-13 2003-06-12 Weder Donald E. Flower bloom protective device

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3422570A (en) * 1966-10-21 1969-01-21 Herman Louis Vorst Method for preventing the splitting of the calyx of flowers e.g. of carnations
EP0873680A1 (en) * 1997-04-07 1998-10-28 Wilhelmus Johannes Hofstede Method for colouring flowers, and thus coloured flowers
US20030106284A1 (en) * 1999-10-13 2003-06-12 Weder Donald E. Flower bloom protective device

Similar Documents

Publication Publication Date Title
ES2646620T3 (es) Procedimiento de decoración de un frasco transparente
ATE544823T1 (de) Farbgebendes metallpigment, seine herstellung und es enthaltende beschichtungsstoffzusammensetzung und kosmetische zubereitung
EP2438994B1 (fr) Procédé de revêtement et machine de revêtement correspondante
US4370941A (en) Apparatus for batiking eggs and the like
NL2005613C2 (nl) Werkwijze voor het decoreren van een bloem.
ES2291856T3 (es) Procedimiento para la decoracion de un frasco.
NL2019895B1 (nl) Gewaxte bloembol, werkwijze en inrichting voor het in de was zetten van een bloembol
WO2009022786A1 (en) Method for producing thermochromic and photochromic color flower
US10184093B2 (en) Decorative candle and a method of manufacture
JP2010143891A (ja) 植物の加工方法
KR20100090524A (ko) 식물의 꽃잎 분사용 코팅액 조성물 및 이를 이용한 식물의 꽃잎 코팅방법과 이에 의해 코팅된 식물의 꽃잎
CN109205014B (zh) 瓶身纹路制造方法及其结构
KR20230035341A (ko) 솔리드 콤팩트 분말 화장품 착색 방법
US6120845A (en) Method for applying a decorative finish to the surface of an object
US6913800B2 (en) Decorative aromatic pine cone display assembly
KR100750882B1 (ko) 화장품 용기 및 그 도장방법
US20160214762A1 (en) Method and apparatus for adding an aroma to a beverage container
JP2001026501A (ja) 装飾体および装飾体の製造方法
US20130029062A1 (en) Scented Artificial Flower
FR2946959A1 (fr) Procede de fabrication d'un recipient presentant partiellement un effet de surface
CN108097562B (zh) 一种纸基3d打印的酒包装模型表面色鲜艳度优化方法
Motes et al. The identity of spotted Vanda denisoniana
JP2016147257A (ja) 装飾方法
US20100239760A1 (en) Flowing colors oil paint and its use
US1662362A (en) Lamp shade

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20151201