NL2005272C2 - Steunsysteem voor een staander. - Google Patents

Steunsysteem voor een staander. Download PDF

Info

Publication number
NL2005272C2
NL2005272C2 NL2005272A NL2005272A NL2005272C2 NL 2005272 C2 NL2005272 C2 NL 2005272C2 NL 2005272 A NL2005272 A NL 2005272A NL 2005272 A NL2005272 A NL 2005272A NL 2005272 C2 NL2005272 C2 NL 2005272C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
stabilizing
vehicle
chassis
support system
coupling means
Prior art date
Application number
NL2005272A
Other languages
English (en)
Inventor
Albert Louisito Phillipus Kroon
Jan Hendrik Wessel Hartemink
Original Assignee
Cobra Beheer Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Cobra Beheer Bv filed Critical Cobra Beheer Bv
Priority to NL2005272A priority Critical patent/NL2005272C2/nl
Priority to ES11179059T priority patent/ES2421030T3/es
Priority to EP11179059.8A priority patent/EP2422857B1/en
Priority to US13/218,775 priority patent/US8672769B2/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2005272C2 publication Critical patent/NL2005272C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A63SPORTS; GAMES; AMUSEMENTS
    • A63GMERRY-GO-ROUNDS; SWINGS; ROCKING-HORSES; CHUTES; SWITCHBACKS; SIMILAR DEVICES FOR PUBLIC AMUSEMENT
    • A63G27/00Russian swings; Great wheels, e.g. Ferris wheels
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A63SPORTS; GAMES; AMUSEMENTS
    • A63GMERRY-GO-ROUNDS; SWINGS; ROCKING-HORSES; CHUTES; SWITCHBACKS; SIMILAR DEVICES FOR PUBLIC AMUSEMENT
    • A63G1/00Roundabouts
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A63SPORTS; GAMES; AMUSEMENTS
    • A63GMERRY-GO-ROUNDS; SWINGS; ROCKING-HORSES; CHUTES; SWITCHBACKS; SIMILAR DEVICES FOR PUBLIC AMUSEMENT
    • A63G2200/00Means for transporting or storing public amusement arrangements

Landscapes

  • Forklifts And Lifting Vehicles (AREA)
  • Body Structure For Vehicles (AREA)

Description

Steunsvsteem voor een staander
De uitvinding betreft de ondersteuning van staanders zoals die worden toegepast voor verschillende doeleinden, in het bijzonder doch niet uitsluitend voor 5 amusementsinrichtingen. Dergelijke amusementsinrichtingen zijn vaak mobiel uitgevoerd. Daardoor kan de attractie tijdelijk worden geplaatst op bijvoorbeeld kermissen en tevens op vrij eenvoudige wijze overgebracht worden tussen verschillende locaties. Amusementsinrichtingen zoals zweefmolens of andere attracties waarmee het publiek spectaculaire bewegingen kan ondergaan zijn relatief kostbaar, 10 hetgeen betekent dat voor een succesvolle exploitatie de attractie gedurende langere tijd in bedrijf moet kunnen blijven. Het mobiele karakter van de amusementsinrichting is daartoe een eerste vereiste.
Bekend zijn reeds attracties die zijn opgenomen op een trailer. Verwezen wordt naar de toren zoals bekend uit US-A-5957778, die is opgenomen op een oplegger. De 15 toren is telescopisch uitgevoerd, en wordt na het oprichten van de ineengeschoven delen tot zijn volledige hoogte uitgeschoven. De oplegger bezit steunen door middel waarvan deze is gestabiliseerd ten opzichte van de ondergrond. Tot aan een zekere hoogte en belasting van de toren is een dergelijke stabilisatie afdoende. Grotere hoogten echter, bijvoorbeeld in de orde van 60-80 m, en de daarmee samenhangende 20 belastingen kunnen niet afdoende worden opgenomen door een dergelijke ondersteuning door middel van een enkele oplegger.
In die gevallen moeten ter plaatse speciale steunconstructies worden opgebouwd, die echter niet mobiel zijn. Daarmee gaat echter een belangrijk voordeel verloren: het telkens weer opbouwen en afbreken van de steunconstructie en staander is namelijk 25 tijdrovend en kostbaar, waardoor de efficiëntie in het gebruik van de inrichting sterk achteruit gaat en de inrichting nauwelijks meer economisch te exploiteren is.
Uit US-A-6969323 is een steunsysteem bekend omvattende stabilisatievoertuigen die elk een chassis omvatten, wielstellen voor het verrijden van het voertuig, koppelmiddelen nabij het achterste eind, en tenminste een stabilisatie-arm die 30 verplaatsbaar is tussen een rustpositie waarin de stabilisatie-arm is ingezwenkt en een uitgezwenkte positie waarin de stabilisatie-arm naar buiten steekt ten opzichte van het chassis, welke stabilisatie-arm en aan het vrije eind daarvan elk een steun dragen voor het stabiliseren van het stabilisatievoertuig ten opzichte van de ondergrond in de naar 2 buiten gezwenkte positie van de stabilisatie-arm, alsmede een voetstuk voor de staander, welk voetstuk samenwerkt met de stabilisatievoertuigen en waarbij, in de gekoppelde toestand van die stabilisatievoertuigen, het chassis van het ene stabilisatievoertuig ligt in het verlengde van het chassis van het andere 5 stabilisatievoertuig.
Het doel van de uitvinding is een amusementsinrichting van het hiervoor genoemde type te verschaffen dat efficiënt is in gebruik en dat geschikt is voor veel grotere hoogten en belastingen dan de traditionele amusementsinrichtingen. Dat doel wordt bereikt doordat de stabilisatievoertuigen zijn uitgevoerd als oplegger of 10 aanhanger en dat de stabilisatievoertuigen met hun oplegeind respectievelijk voorste eind van elkaar zijn afgekeerd en met hun achterste eind zijn gekoppeld.
Bij het steunsysteem volgens de uitvinding kunnen meerdere voertuigen met elkaar worden gekoppeld om een voet te verkrijgen met een verhoudingsgewijze grote breedte en lengte. Onder een grote breedte en lengte dient verstaan te worden dat deze 15 groot zijn in verhouding tot de afmetingen van de voertuigen. De lengte van de voet is bijvoorbeeld even groot als de breedte, en beide zijn ongeveer even groot als, of groter dan de lengteafmeting van een voertuig. Bij de gebruikelijke uitvoeringen van een voet is de breedte vaak kleiner dan de lengte van het voertuig, vanwege de beperkte afmetingen van de uitzwenkbare steunen.
20 Doordat de stabilisatievoertuigen met de einden tegen elkaar gepositioneerd en gekoppeld worden, kan een centraal gebied worden gevormd van waaruit de diverse stabilisatie-armen naar buiten uitsteken, hetgeen een zeer stabiele ondersteuning van de staander in alle richtingen oplevert. In dat verband bezit bij voorkeur elk stabilisatievoertuig twee stabilisatie-armen die ter weerszijden van het chassis naar 25 buiten verzwenkbaar zijn. Het is echter ook mogelijk om per stabilisatievoertuig een enkele stabilisatie-arm te voorzien. Deze worden dan bij voorkeur aan tegenoverliggende zijden van de gekoppelde stabilisatievoertuigen naar buiten gezwenkt.
Het chassis kan een centrale ligger bezitten waaraan de wielstellen zijn 30 opgehangen, alsmede ter weerszijden van de centrale ligger telkens een stabilisatie-arm, welke centrale ligger en stabilisatie-armen in ingezwenkte toestand de nominale contour van het stabilisatievoertuig bepalen. Het voertuig bezit daardoor een contour die het gebruik van het voertuig op de weg zonder speciale voorzieningen mogelijk 3 maakt. De stabilisatie-armen zijn bij voorkeur opgehangen nabij het eind van de centrale ligger waar zich het koppelmiddel bevindt. Evenwel is ook een uitvoering denkbaar waarbij de stabilisatie-armen zijn opgehangen nabij het oplegeind van het chassis. Verder kan, op afstand van het van het koppelmiddel voorziene eind van de 5 centrale ligger, een verdere steun zijn voorzien voor het stabiliseren van het stabilisatievoertuig ten opzichte van de ondergrond.
Bij voorkeur bezitten de stabilisatie-armen een afnemende hoogte, gerekend vanaf de schamierophanging der stabilisatie-arm(en). De stabilisatie-armen bezitten aldus de grootste buigstijfheid en buigsterkte ter plaats van de staander, op de plaats 10 waar het buigend moment het grootst is. In dat verband is het tevens gunstig om de centrale ligger en/of de stabilisatie-armen uit te voeren als een koker. De zwenkarmen kunnen elk via een draaiophanging met een in wezen verticale draaihartlijn zijn opgehangen aan het chassis. Aan het voorste eind van het chassis is een oplegging voorzien door middel waarvan het stabilisatievoertuig gekoppeld kan worden met een 15 trekker. De koppelmiddel en bevinden zich aan het achterste eind van het stabilisatievoertuig. Ook de centrale ligger kan een afnemende hoogte bezitten, overeenkomstig de afnemende hoogte van de stabilisatie-armen. Volgens een eerste mogelijkheid omvat het voetstuk tegenover elkaar zich bevindende tegenkoppelmiddelen waarvan een tegenkoppelmiddel is gekoppeld met het 20 koppelmiddel van een stabilisatievoertuig en waarvan het andere tegenkoppelmiddel is gekoppeld met het koppelmiddel van een ander stabilisatievoertuig. Het voetstuk neemt dan deel in de doorleiding van krachten en buigende momenten tussen de stabilisatievoertuigen.
Zoals reeds genoemd is de staander opgenomen op een voetstuk dat door de 25 stabilisatievoertuigen en de bijbehorende stabilisatie-armen kan worden gestabiliseerd. Dat voetstuk kan op verschillende manieren zij uitgevoerd, zoals in de vorm van een stalen doosconstructie die de tegenkoppelingen draagt. Gezien het mobiele karakter van de stabilisatievoertuigen, kan het voetstuk zijn uitgevoerd als een staandervoertuig met een chassis alsmede op het chassis gemonteerde delen van althans een gedeelte van de 30 staander omvat, welk staandervoertuig aan tegenoverliggende zijden is voorzien van de tegenkoppelmiddelen. Evenals de stabilisatievoertuigen, is het staandervoertuig eenvoudig over te brengen tussen verschillende locaties, bijvoorbeeld door een eigen aandrijving of door middel van een trekker. De koppeling met de stabilisatievoertuigen 4 geschiedt bij voorkeur door tegenkoppelmiddelen die zich aan beide langszij den van het staandervoertuig bevinden.
De stabilisatievoertuigen zijn in eikaars verlengde opgesteld. Daardoor kunnen de stabilisatievoertuigen onder in wezen een rechte hoek aan weerszijden van het 5 staandervoertuig zijn gekoppeld. De staander of de onderste delen daarvan bevinden zich dan bij voorkeur aan het gedeelte van het staandervoertuig waar zich tevens de tegenkoppelmiddelen bevinden, zodat de staander direct tussen de aangekoppelde stabilisatievoertuigen is opgesteld. Dit betekent dat ook de stabilisatie-armen van de stabilisatievoertuigen zich regelmatig verspreid rond de staander bevinden, waardoor 10 de stabiliteit in alle richtingen gelijk is.
Volgens een andere mogelijkheid zijn de koppelmiddelen der stabilisatievoertuigen direct gekoppeld. Daardoor wordt een zeer stijve doorverbinding van de stabilisatievoertuigen verkregen. Deze mogelijkheid houdt in dat de stabilisatievoertuigen zonder tussenkomst van het voetstuk met elkaar zijn verbonden.
15 Het is echter ook mogelijk om de stabilisatievoertuigen op een relatief laag niveau direct te koppelen via een trekverbinding, en op een relatief hoog niveau indirect te koppelen via een drukopnemend tussenstuk, zoals het voetstuk en/of het onderste deel van de staander. Deze trekverbinding kan schamierbaar zijn volgens een schamierhartlijn die dwars en in wezen horizontaal tussen de stabilisatievoertuigen zich 20 uitstrekt. In combinatie met het drukopnemende tussenstuk wordt dan een stijve, statisch bepaalde constructie verkregen.
Zoals genoemd is een aldus uitgevoerd steunsysteem volledig mobiel. De voertuigen kunnen daartoe eigen aandrijvingen en besturingen bevatten. De stabilisatievoertuigen en/of het staandervoertuig zijn uitgevoerd als oplegger die door 25 een trekker verplaatst kan worden.
De uitvinding betreft tevens een stabilisatievoertuig voor gebruik bij het steunsysteem zoals hiervoor beschreven, omvattende een chassis met wielstellen voor het verrijden van het voertuig, welk chassis nabij een eind koppelmiddelen heeft die buigstijf en afschuifstijf koppelbaar zijn met een voetstuk van een te stabiliseren 30 staander en welk chassis aan het andere eind een oplegging heeft voor het koppelen van het chassis met een trekker of wielstel.
5
Verder betreft de uitvinding een staandervoertuig voor gebruik bij het steunsysteem zoals hiervoor beschreven, omvattende een chassis dat ter weerszijden koppelmiddelen die elk koppelbaar zijn met een respectievelijk stabilisatievoertuig.
Ook betreft de uitvinding een amusementsinrichting, zoals een zweefmolen, 5 omvattende een steunsysteem zoals hiervoor beschreven, een staander alsmede verblijfsinrichtingen voor tenminste een persoon, welke verblijfsinrichtingen zijn opgehangen aan de staander.
De uitvinding zal vervolgens worden toegelicht aan de hand van een in de figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeeld.
10 Figuur 1 toont een eerste uitvoering van het steunsysteem in bovenaanzicht, met ingezwenkte stabilisatie-armen.
Figuur 2 toont een bovenaanzicht van de uitvoeringsvorm van figuur 1, met uitgezwenkte stabilisatie-armen.
Figuur 3 toont een zijaanzicht van de uitvoeringsvorm volgens figuur 2.
15 Figuur 4 toont een tweede uitvoeringsvorm van het steunsysteem in bovenaanzicht.
Figuur 5 toont een gedeeltelijk zijaanzicht op een derde uitvoeringsvorm.
In de figuren 1, 2 en 3 is een uitvoeringsvorm van het steunsysteem volgens de uitvinding weergegeven dat is opgebouwd uit twee stabilisatievoertuigen 1 en een 20 staandervoertuig 2. Op dit staandervoertuig 2 is een staander 3 opgericht en ondersteund op de steungedeelte 22. Nabij de achterzijde van het staandervoertuig 2 zijn aan de beide langszij den 4 daarvan tegenkoppelmiddelen 5 aangebracht. De stabilisatievoertuigen 1 bezitten aan hun achterste eind 6 elk koppelmiddelen 7 die stevig zijn gekoppeld met de tegenkoppelmiddelen 5 van het staandervoertuig. De 25 stabilisatievoertuigen 1 en het staandervoertuig 2 bezitten elk wielstellen 12; het voorste eind daarvan heeft een oplegging 13 waaraan een trekker (niet getoond) gekoppeld kan worden in verband met het verplaatsen van de voertuigen. In plaats van een oplegging kan aan het voorste eind een wielstel worden aangebracht, in welk geval de voertuigen als aanhanger zijn uitgevoerd.
30 De stabilisatievoertuigen 2 bezitten elk een chassis 8 dat een centrale ligger 20 en de oplegging 13 omvat. Aan beide zijden van de centrale ligger 20 zijn stabilisatie-armen 9 aangebracht. Aan het vrije eind van de stabilisatie-armen bevinden zich steunplaten 10 die afsteunbaar zijn op de ondergrond 19 door middel van bij voorbeeld 6 schroefspindels 15 of hydraulische zuiger/cilinderinrichtingen. De stabilisatie-armen zijn door middel van scharnieren met een verticale hartlijn 11 zwenkbaar opgehangen nabij het achterste eind 6 van het chassis 8 van de stabilisatievoertuigen. Zoals weergegeven in figuren 2 en 3 kunnen de stabilisatie-armen over een hoek van 5 ongeveer 60 graden worden verdraaid ten opzichte van de centrale liggers 20. Er ontstaat aldus een regelmatige verspreid patroon van stabilisatie-armen en centrale liggers, die elk met een voetplaat 10 zijn ondersteund op de ondergrond. Aldus is een stabiele ondersteuning van de staander 3 verzekerd. Er kunnen echter ook minder stabilisatie-armen worden toegepast, bij voorbeeld in totaal twee. De stabilisatie-armen 10 kunnen ook bij voorbeeld onder ongeveer een hoek van 45 graden of 90 graden worden uitgezwenkt.
De in figuur 4 getoonde variant komt in grote lijnen overeen met die van figuur 1-3, met dien verstande dat nu geen staandervoertuig 2 is toegepast. De staander 3 is nu ondersteund door het voetstuk 16. Aan dit voetstuk 16 zijn de tegenkoppelmiddelen 5 15 aangebracht, die stevig verbonden zijn met de koppelmiddelen 6 op de stabilisatievoertuigen 1. Op het voetstuk 16 is de staander 3 opgesteld.
In het aanzicht van figuur 5 is getoond dat de stabilisatievoertuigen 1 volgens een variant direct met elkaar gekoppeld kunnen zijn. De koppelmiddelen 7 zijn uitgevoerd als vorken die door middel van een scharnierpen 17 draaibaar met elkaar zijn 20 verbonden. Tussen de naar elkaar gekeerde einden 6 van de stabilisatievoertuigen 1 is een als drukstuk uitgevoerd voetstuk 16 bevestigd door middel van de koppelingen 14, op welk drukstuk 16 de staander is gemonteerd. Via de scharnierverbinding 7, 17 en de drukverbinding 14, 16 is een buigstijve onderlinge verbinding van der stabilisatievoertuigen verzekerd. Het staandervoertuig 2 kan zich dwars uitstrekken 25 over de scharnierverbinding 7, 17, en eventueel daarmee gekoppeld zijn. In die toestand kan de stander op vrij eenvoudige wijze vanaf het staandervoertuig worden opgericht en op het voetstuk worden geplaatst, zoals met behulp van een mobiele hijskraan, en ook weer op het staandervoertuig worden opgenomen. De stabiliteit van het steunsysteem wordt echter geleverd door de stabiliteitsvoertuigen 1, in het bijzonder 30 door de centrale liggers 20 en de uitgezwenkte stabilisatie-armen 9 daarvan. Het oprichten van de staander kan echter ook zelfstandig geschieden, met behulp van een hydraulische zuiger/cilinderinrichting die is gemonteerd tussen het staandervoertuig en de staander.
7
Lijst van verwijzingstekens 1. Stabilisatievoertuig 2. Staandervoertuig 5 3. Staander 4. Langszijde staandervoertuig 5. Tegenkoppelmiddel staandervoertuig 6. Achterste eind stabilisatievoertuig 7. Koppelmiddel stabilisatievoertuig 10 8. Chassis stabilisatievoertuig 9. Stabilisatie-arm 10. Voetplaat 11. Hartlijn zwenkophanging stabilisatie-arm 12. Wielstellen 15 13. Oplegging 14. Koppeling van drukstuk/voetstuk 15. Schroefspindel 16. Drukstuk/voetstuk 17. Scharnierpen 20 18. Scharnierhartlijn van scharnierpen 19. Ondergrond 20. Centrale ligger van chassis van stabilisatievoertuig 21. Chas si s van staandervoertuig 22. Steungedeelte van staandervoertuig 25

Claims (19)

1. Steunsysteem voor een staander (3), zoals voor een zweefmolen, omvattende stabilisatievoertuigen (1) die elk een chassis (8) omvatten, wielstellen (12) voor het 5 verrijden van het stabilisatievoertuig, koppelmiddelen (7) nabij een eind (6) van het chassis (8), en tenminste een stabilisatie-arm (9) die verplaatsbaar is tussen een rustpositie waarin de stabilisatie-arm (9) is ingezwenkt en een uitgezwenkte toestand waarin de stabilisatie-arm (9) naar buiten steekt ten opzichte van het chassis (8), welke stabilisatie-armen aan het vrije eind daarvan elk een steun (10, 15) dragen voor het 10 stabiliseren van het stabilisatievoertuig (1) ten opzichte van een ondergrond (19) in de naar buiten gezwenkte positie van de stabilisatie-arm, alsmede een voetstuk (2, 16) voor de staander (3), welk voetstuk (2, 16) samenwerkt met de stabilisatievoertuigen (1) en waarbij, in de gekoppelde toestand van die stabilisatievoertuigen (1), het chassis (8) van het ene stabilisatievoertuig (1) ligt in het verlengde van het chassis (8) van het 15 andere stabilisatievoertuig, met het kenmerk dat de stabilisatievoertuigen (1) zijn uitgevoerd als oplegger of aanhanger en dat de stabilisatievoertuigen (1) met hun oplegeind (13) respectievelijk voorste eind van elkaar zijn afgekeerd en met hun achterste eind (6) zijn gekoppeld.
2. Steunsysteem volgens conclusie 1, waarbij een stabilisatievoertuig (2) twee stabilisatie-armen (9) bezit die ter weerszijden van het chassis (8) naar buiten verzwenkbaar zijn.
3. Steunsysteem volgens conclusie 1 of 2, waarbij het chassis (8) een centrale 25 ligger (20) bezit waaraan de stabilisatie-arm(en) (9) zwenkbaar is(zijn) opgehangen nabij het eind (6) van het chassis (8) waar zich het koppelmiddel (7) bevindt.
4. Steunsysteem volgens conclusie 3, waarbij op afstand van het van het koppelmiddel (7) voorziene eind (6) van de centrale ligger (20) een steun (10, 15) is 30 voorzien voor het stabiliseren van het stabilisatievoertuig (1) ten opzichte van de ondergrond (19).
5. Steunsysteem volgens conclusie 3 of 4, waarbij ter weerszijden van de centrale ligger (20) telkens een stabilisatie-arm (9) is voorzien, welke centrale ligger en stabilisatie-armen in ingezwenkte toestand de nominale contour van het stabilisatievoertuig (1) bepalen. 5
6. Steunsysteem volgens een der conclusies 3-6, waarbij de centrale ligger (20) en de stabilisatie-armen (9) een afnemende hoogte bezitten, gerekend vanaf de schamierophanging (11) der stabilisatie-arm(en) (9).
7. Steunsysteem volgens een der conclusies 3-6, waarbij de centrale ligger (20) en/of de stabilisatie-armen (9) zijn uitgevoerd als een koker.
8. Steunsysteem volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de hoek waarover de stabilisatie-armen (9) uitzwenkbaar zijn ten opzichte van het chassis (8) 15 ongeveer tenminste 45 graden, bij voorkeur 60 graden, bedraagt.
9. Steunsysteem volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de stabilisatie-armen (9) elk via een draaiophanging (11) met een in wezen verticale draaihartlijn zijn opgehangen aan het chassis (8). 20
10. Steunsysteem volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het voetstuk (2, 16. tegenover elkaar zich bevindende tegenkoppelmiddelen (5) omvat waarvan een tegenkoppelmiddel (5) is gekoppeld met het koppelmiddel (7) van een stabilisatievoertuig (1) en waarvan het andere tegenkoppelmiddel (5) is gekoppeld met 25 het koppelmiddel (7) van een ander stabilisatievoertuig (1).
11. Steunsysteem volgens conclusie 10, waarbij het voetstuk is uitgevoerd als een staandervoertuig (2) dat een chassis (21) alsmede op het chassis (21) gemonteerde delen van althans een steungedeelte (22) van de staander (3) omvat, welk 30 staandervoertuig (2) aan tegenoverliggende zijden is voorzien van de tegenkoppelmiddelen (5).
12. Steunsysteem volgens conclusie 11, waarbij de tegenkoppelmiddelen (5) zich aan beide langszij den (4) van het staandervoertuig (2) bevinden en de stabilisatievoertuigen (1) onder in wezen een rechte hoek aan weerszijden van het staandervoertuig zijn gekoppeld. 5
13. Steunsysteem volgens conclusie 14, waarbij het steungedeelte (22) van de staander (3) zich bevindt direct tussen de zich aan beide langszij den (4) bevindende koppelmiddelen (7) en/of direct tussen de aangekoppelde stabilisatievoertuigen (1).
14. Steunsysteem volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de koppelmiddelen (7) der stabilisatievoertuigen (1) direct zijn gekoppeld.
15. Steunsysteem volgens conclusie 14, waarbij de stabilisatievoertuigen (1) op een relatief laag niveau direct zijn gekoppeld via een trekverbinding (17), en op een 15 relatief hoog niveau indirect zijn gekoppeld via een drukopnemend tussenstuk (16), zoals het voetstuk.
16. Steunsysteem volgens conclusie 15, waarbij de trekverbinding (17) scharnierbaar is volgens een scharnierhartlijn (18) die dwars en in wezen horizontaal 20 tussen de stabilisatievoertuigen (1) zich uitstrekt.
17. Stabilisatievoertuig (1) voor gebruik bij het steunsysteem volgens een der voorgaande conclusies, omvattende een chassis (8) met wielstellen (12) voor het verrijden van het stabilisatievoertuig (1), welk chassis (8) nabij een eind (6, 13) 25 koppelmiddelen (7) die buigstijf en afschuifstijf koppelbaar zijn met een voetstuk (16) en/of met de koppelmiddelen (7) van een ander stabilisatievoertuig (1), met het kenmerk dat het chassis (8) aan het andere eind een oplegging (13) heeft voor het koppelen van het chassis (8) met een trekker of wielstel.
18. Staandervoertuig (2) voor gebruik bij het steunsysteem volgens een der conclusies 11-14, omvattende een chassis (21) dat ter weerszijden tegenkoppelmiddelen (5) die elk koppelbaar zijn met de koppelmiddelen (7) van een respectievelijk stabilisatievoertuig (1).
19. Amusementsinrichting, zoals een zweefmolen, omvattende een steunsysteem volgens een der conclusies 1-16, een staander (3) die is opgericht op het voetstuk (2, 16) alsmede verblijfsinrichtingen voor tenminste een persoon, welke 5 verblijfsinrichtingen zijn opgehangen aan de staander.
NL2005272A 2010-08-26 2010-08-26 Steunsysteem voor een staander. NL2005272C2 (nl)

Priority Applications (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2005272A NL2005272C2 (nl) 2010-08-26 2010-08-26 Steunsysteem voor een staander.
ES11179059T ES2421030T3 (es) 2010-08-26 2011-08-26 Sistema de soporte para un mástil
EP11179059.8A EP2422857B1 (en) 2010-08-26 2011-08-26 Supporting system for a mast
US13/218,775 US8672769B2 (en) 2010-08-26 2011-08-26 Supporting system for a mast

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2005272 2010-08-26
NL2005272A NL2005272C2 (nl) 2010-08-26 2010-08-26 Steunsysteem voor een staander.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2005272C2 true NL2005272C2 (nl) 2012-02-28

Family

ID=43727853

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2005272A NL2005272C2 (nl) 2010-08-26 2010-08-26 Steunsysteem voor een staander.

Country Status (4)

Country Link
US (1) US8672769B2 (nl)
EP (1) EP2422857B1 (nl)
ES (1) ES2421030T3 (nl)
NL (1) NL2005272C2 (nl)

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN103550933A (zh) * 2013-10-24 2014-02-05 广西南宁市智跑电子科技有限公司 一种防侧翻的旋转秋千鱼
DE102020115730A1 (de) 2020-06-15 2021-12-16 SAD - Maschinenbau GmbH Transportables Fahrgeschäft
NL2029240B1 (en) 2021-09-24 2023-03-30 Cobra Beheer Bv Ballasted liftable support frame for Amusement Ride

Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4988089A (en) * 1989-03-23 1991-01-29 Knijpstra Konstruktie B.V. Fairground attraction
US6969323B1 (en) * 2003-08-13 2005-11-29 Von Bose Robert Joseph Amusement ride

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3885503A (en) * 1974-04-24 1975-05-27 Gerald L Barber Amusement ride
US3905596A (en) * 1974-06-21 1975-09-16 Gerald L Barber Trailer mounted collapsible roundabout
US4903959A (en) * 1988-10-05 1990-02-27 Barber Gerald L Horizontal ferris wheel
US5046719A (en) * 1990-06-14 1991-09-10 Comstock Wayne P Portable parachute amusement ride
GB2270006B (en) * 1993-10-09 1996-05-22 Stuart Edward Saunders Up and down merry-go-round
US5564983A (en) 1994-02-02 1996-10-15 Larson; Walter F. Tower ride

Patent Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4988089A (en) * 1989-03-23 1991-01-29 Knijpstra Konstruktie B.V. Fairground attraction
US6969323B1 (en) * 2003-08-13 2005-11-29 Von Bose Robert Joseph Amusement ride

Also Published As

Publication number Publication date
ES2421030T3 (es) 2013-08-28
EP2422857B1 (en) 2013-04-24
EP2422857A1 (en) 2012-02-29
US20120052960A1 (en) 2012-03-01
US8672769B2 (en) 2014-03-18

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1021790C1 (nl) Werkwijze en inrichting voor het op onderstellen afsteunen van zelfdragende lading.
US8689520B2 (en) Transforming structure with tower shuttle
US6386819B1 (en) Self-powered elevationally adjustable foldable ramp for draft vehicles
EP2055362B1 (en) Upright support structure for a fairground attraction, in particular a ferris wheel
NL2005272C2 (nl) Steunsysteem voor een staander.
CN201914226U (zh) 工程机械及其支腿
JP7376570B2 (ja) 車両クレーンのブレーシング装置、特に横方向スーパーリフト用の取り付け部品輸送ユニットを有する車両クレーンシステム
US9995012B2 (en) Wheeled snowplough system
RU2193007C2 (ru) Складная мачта из трех элементов с устройством складывания и раскладывания для башенного крана
EP1407804B1 (en) Amusement device
CN204644855U (zh) 移动应急轻质桥梁结构
CN101080257A (zh) 具有可沿高度方向移动的载人托架的游乐场吸引装置
RU2189936C2 (ru) Башенный подъемный кран с автоматизированным монтажом и стрелой с боковым складыванием для транспортировки
US614176A (en) Folding truck
EP2380772A1 (en) Trailer and methods for raising and transporting a large rigid load
NL8700778A (nl) Voertuigkraan met in drie hydraulische trappen in de ruimte beweegbare geledekraanarm.
KR101612505B1 (ko) 화물차용 승강받침대
CN110255397A (zh) 一种自爬升装置及自爬升起重机
NL2029240B1 (en) Ballasted liftable support frame for Amusement Ride
JPH10279281A (ja) 伸縮タワークレーンのための支柱引上げ装置
BE1023689B1 (nl) Een systeem voor het dragen van reclamedoeken of panelen, en werkwijzen voor het opstellen en afbreken ervan
CN209068048U (zh) 一种多桥互支式结构
CN2404864Y (zh) 多级支撑臂液压千斤顶
JP2001335283A (ja) 組立・分解可能な門型リフター
NL1010684C2 (nl) Mast voor gebruik als zendmast, lichtmast en dergelijke.

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20150901