NL194669C - Stelsel voor het laden en lossen van vrachteenheden in vrachtvaartuigen. - Google Patents

Stelsel voor het laden en lossen van vrachteenheden in vrachtvaartuigen. Download PDF

Info

Publication number
NL194669C
NL194669C NL9420046A NL9420046A NL194669C NL 194669 C NL194669 C NL 194669C NL 9420046 A NL9420046 A NL 9420046A NL 9420046 A NL9420046 A NL 9420046A NL 194669 C NL194669 C NL 194669C
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
elevator
loading
cargo
unloading
vessel
Prior art date
Application number
NL9420046A
Other languages
English (en)
Other versions
NL9420046A (nl
NL194669B (nl
Inventor
Moritz Hopland
Original Assignee
Tts Mongstad As
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Tts Mongstad As filed Critical Tts Mongstad As
Publication of NL9420046A publication Critical patent/NL9420046A/nl
Publication of NL194669B publication Critical patent/NL194669B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL194669C publication Critical patent/NL194669C/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B63SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
    • B63BSHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; EQUIPMENT FOR SHIPPING 
    • B63B25/00Load-accommodating arrangements, e.g. stowing, trimming; Vessels characterised thereby
    • B63B25/22Load-accommodating arrangements, e.g. stowing, trimming; Vessels characterised thereby for palletised articles
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B63SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
    • B63BSHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; EQUIPMENT FOR SHIPPING 
    • B63B27/00Arrangement of ship-based loading or unloading equipment for cargo or passengers
    • B63B27/16Arrangement of ship-based loading or unloading equipment for cargo or passengers of lifts or hoists

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Ocean & Marine Engineering (AREA)
  • Ship Loading And Unloading (AREA)
  • Types And Forms Of Lifts (AREA)

Description

1 194669
Stelsel voor het laden van vrachteenheden In vrachtvaartuigen
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een stelsel voor het laden en lossen van vrachteenheden in vrachtvaartuigen, meer in het bijzonder gekoelde vrachtschepen voor het transporteren van op vrachtpallets 5 geplaatst fruit, vlees of vis, omvattende een eerste elevator, die beweegbaar is in een in hoofdzaak verticale elevatorschacht binnen in het vaartuig, en een tweede elevator die beweegbaar is aan de zijkant van het vaartuig, alsmede horizontale transporteurs tussen de elevators.
Een dergelijk stelsel is bekend uit de Europese Octrooiaanvrage 0.381.455, in het kort aangeduid als EP-381.455. In EP-381.455 wordt een stelsel getoond met twee inwendige elevators ondergebracht in een 10 gemeenschappelijke inwendige, verticale elevatorschacht. De verticale elevatorschacht met de twee elevators is aan de zijkant van het vaartuig voorzien. EP-381.455 openbaart voorts horizontale transporteurs, onder meer voorzien op de elevators, ladingdekken, en een herlaadplatform. Nadeel van het uit EP-381.455 bekende stelsel is dat dit zich niet iaat toepassen bij vaartuigen met een relatief slanke scheepsromp met een gekromd profiel in de lengterichting alsook de hoogterichting.
15 Het doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een laad- en losstelsel voor vrachtvaartuigen, dat in het bijzonder geschikt is voor toepassing bij vaartuigen met gekromde romp, en waarmee met relatief eenvoudige middelen een groot laad- en losvermogen realiseerbaar is.
Voornoemd doel wordt volgens de uitvinding bereikt, doordat de tweede elevator beweegbaar is aan de buitenzijde van de zijkant van het vaartuig, doordat een bufferzone of tussenliggende opslagzone voor 20 vrachteenheden is voorzien op het dek van het vaartuig in een horizontaal gebied tussen de in hoofdzaak verticale elevatorschacht en de tweede elevator en, doordat de bufferzone is aangebracht op een substantiële afstand binnen het bovenste gedeelte van de zijkant van het vaartuig, dat wil zeggen in of bij de middenscheepse lijn.
Door middel van de bufferzone of de tussenliggende opslagzone, welke is aangebracht op een 25 wezenlijke afstand aan de binnenkant van de zijkant van het schip, zijn er overeenkomstig de uitvinding aanzienlijke constructieve voordelen inwendig in het schip te bereiken.
Door gebruik te maken van een uitwendige elevator en een inwendige elevator wordt bereikt dat men geen rekening hoeft te houden met een gekromde romp van het vaartuig. Inwendig kan de elevator zonder bijzondere aanpassingen tot de bodem van het vaartuig reiken.
30 Door het aanbrengen van de elevatorschacht voor de inwendige elevator op een vastgestelde afstand tot de uitwendige elevator, kan een relatief grote bufferzone of tussenliggende opslagzone voor vrachteenheden worden bereikt horizontaal tussen de elevators.
Een samenstel met een relatief grote bufferzone tussen de elevators maakt het mogelijk om aan de buitenzijde van het schip gebruik te maken van een relatief kleine elevator voor het transporteren van 35 bijvoorbeeld een paar vrachteenheden met één tegelijk vanaf de kade naar het schip, of vice-versa, en om binnenin het schip gebruik te maken van een relatief grote elevator. Het transportvermogen van de twee elevators kan hierdoor gemakkelijk worden aangepast, al naar gelang vereist, ten gevolge van het feit dat ze kunnen werken met verschillende werkritmes en werkzaam zijn over verschillende hefhoogtes.
Vanuit een ontwerpoogpunt voor het schip is het in het bijzonder voordelig wanneer de bufferzone of de 40 tussenliggende opslagzone is aangebracht op het bovendek van het vaartuig in een huis, dat is voorzien van een zijpoortopening aangebracht boven het bovendek van het vaartuig. Hierdoor doet zich de mogelijkheid voor om overigens conventionele, laag liggende zijlaadpoortopeningen in de zijkant van het schip te vermijden en dienovereenkomstig uitsnijdingen in de zijkant van het schip plus bijbehorende extra versterkingen van het schip te vermijden en ook langsscheepse beperkingen te behouden. Daar de 45 bufferzone is aangebracht op het bovendek van het schip, dat wil zeggen bovenop de laadruimen, wordt het voordeel bereikt dat geen wezenlijke ruimte in het laadruim van het schip nodig is, met andere woorden, het laadvermogen van de scheepsruimen kan optimaal worden benut.
Door middel van dat huis met bijbehorende zijlaadpoortopening is er bovendien de mogelijkheid om transport van de vracht mogelijk te maken op een beschermde wijze binnenin het schip vanaf de zijlaad-50 poortopening, via het huis op het dek van het schip, naar het scheepsruim, en vice-versa, met een relatief effectief gebruik van de ruimte in het scheepsruim. In het bijzonder zal het mogelijk zijn om de koelruimtes, dat wil zeggen het praktisch bruikbare deel van de scheepsruimen, optimaal te vullen met goederen die moeten worden gekoeld. Het is ook mogelijk om het scheepsruim op gunstige wijze met betrekking tot de temperatuur af te schermen ten opzichte van de zijlaadpoortopening door de elevatorkracht inwendig in het 55 schip te voorzien van een invoeropening op een hoogte met het bovendek van het schip. Op voordelige wijze kunnen ook inwendige in het schip laadlijnen direct naar de respectieve dekken of respectieve verdiepingen in het scheepsruim worden opgezet, terwijl de vracht tussentijds inwendig in het schip kan 194669 2 worden opgeslagen op het bovendek van het vaartuig, dat wil zeggen op een niveau boven de scheepsruimen.
De uitvinding wordt volgens een voordelige uitvoeringsvorm verder gekenmerkt, doordat dat huis geschikt is gemaakt om de tweede elevator in een inactieve stand in het huis op te nemen en te beschermen, en 5 doordat het huis rails en een bijbehorende wagen heeft om de uitwendige elevator met bijbehorende elevatorgeleiding vanuit de inactieve stand in het huis naar een actieve stand buiten het huis te bewegen. Aldus kan de tweede elevator tijdens de vaart geheel op het vaartuig liggen.
Teneinde de laad- en lossnelheid te verhogen, is het volgens de uitvinding van voordeel wanneer de wagen is voorzien van een draagorgaan, dat een steunkolom draagt, die verticaal verplaatsbaar is ten 10 opzichte daarvan, met een onderste, een buffer vormende laadbrug met bijbehorende transporteurs, en dat de elevatorgeleiding voor de tweede elevator is aangebracht op een begeleidende zijkant van de steunkolom, waarbij het benedeneind van de elevatorgeleiding is bepaald in een positie om een bijbehorende transporteur op een elevatorplatform op de tweede elevator in een positie op één lijn met transporteur van de laadbrug te brengen.
15 Een bijzonder de voorkeur hebbende oplossing bestaat eruit, dat dat huis met bijbehorende elevator-schacht is ontworpen voor het opnemen van twee onderling onafhankelijke laad- en loslijnen, één naar elk van twee aangrenzende scheepsruimten.
Daarbij is het van voordeel wanneer de elevatorschacht in elke vloer, dat wil zeggen in elke laad- en loslaag in de elevatorschacht, is voorzien van een overbrengingsgedeelte met afzonderlijke holtes voor elk 20 van de eerste elevators, waarbij het overbrengingsgedeelte kan worden gebruikt voor het overbrengen van vrachteenheden tussen eerste elevator en laad- en loslagen in de respectieve laad- en loslijnen en voor het overbrengen van vrachteenheden tussen de twee laad- en loslijnen. Een dergelijke oplossing kan een effectief gebruik verschaffen van de laad- en loscapaciteit inwendig in het vaartuig, inclusief het op effectieve wijze beëindigen van het vullen van optimaal gevulde scheepsruimen of het op effectieve wijze 25 aanvangen van het legen van optimaal gevulde scheepsruimen.
Een de voorkeur hebbende oplossing wordt overeenkomstig de uitvinding verkregen, doordat de elevatorgeleiding voor de uitwendige elevator kan worden versteld langs en net tegen de zijkant van het vaartuig met een onderste, vaste los- en laadbrug, die verstelbaar is op reguleerbare hoogtestanden ten opzichte van de zijlaadpoortopeningen. Daardoor doet zich de mogelijkheid voor om de onderste stand van 30 de elevator op eenvoudige en gemakkelijke wijze ten opzichte van het niveau van de kade te reguleren teneinde te compenseren voor beweging van het vaartuig aan de kade en om tegelijkertijd een bufferzone te vormen in de vorm van een los- en laadbrug op een geschikte hoogte boven de bovenkant van de kade met bijbehorend vrijgeven van de vracht ten opzichte van de kade. Het zal ook mogelijk zijn, in het bijzonder in die gevallen waarbij de scheepsromp tot op een grote afstand van de kade kromt, dat die los- en 35 laadbrug kan compenseren voor een dergelijke grote afstand en desalniettemin voldoende over de kade kan uitsteken om te worden bediend door vorkhefwagens.
Ten gevolge van de relatief grote ruimte, die beschikbaar is als een bufferzone of tussenliggende opslagzone voor de vracht in het elevatorschacht/huissamenstel, is, wanneer de tweede, uitwendige elevator de actieve stand buiten de zijkant van het schip inneemt, een overeenkomstig grote ruimte 40 beschikbaar voor het in het elevatorschacht/huissamenstel opslaan van de tweede elevator met bijbehorende uitrusting in de inactieve stand van de elevator.
Door in de bufferzone of tussenliggende opslagzone horizontale transporteurs te gebruiken in of verbonden met de elevators, kan het laden en lossen daarvan automatisch worden bewerkstelligd met geschikte installaties, zodra de elevator zijn respectieve laad- en losstand heeft ingenomen.
45 Een regelstelsel kan hierbij worden verkregen voor de eenvoudige bediening van een laad- en loscyclus door een effectieve samenwerking tussen de elevators en aangrenzende horizontale transporteurs.
Verdere aspecten van de uitvinding zullen duidelijk zijn uit de volgende beschrijving, die betrekking heeft op de bijgaande tekening, die een de voorkeur hebbende uitvoeringsvorm toont, en waarin: 50 figuur 1 in perspectief toont een schip aan de kade dat gereed is voor laden of lossen door middel van twee paar onderling onafhankelijke laad- en loslijnen, die elk afzonderlijk een stelsel volgens de uitvinding vormen; figuur 2 in perspectief een doorsnede toont van het schip volgens figuur 1 en bijbehorende uitwendige elevators, welke een deel van een paar onderling aangrenzende laad- en loslijnen vormen; 55 figuur 3 en 4 in perspectief vanaf tegenoverliggende zijden tonen een gecombineerd elevatorschacht- en huissamenstel, dat ontworpen is voor het opnemen van en het bepalen van twee onderling afzonderlijke laad- en loslijnen voor elk van zijn afzonderlijk gedefinieerde scheepsruimen; 3 194669 figuur 5 een dwarsdoorsnede toont van het schip en bijbehorende laad- en loslijnen in een stelsel zoals overeenkomstig is getoond in figuur 1; figuur 6 in bovenaanzicht een doorsnede toont van dat deel van het elevator-schacht/huissamenstel, dat is aangebracht op het bovendek en dat een verbinding vormt tussen de uitwendige elevator en de 5 inwendige elevator via een tussenliggende bufferzone; figuur 7 in bovenaanzicht een doorsnede toont van twee aangrenzende scheepsruimen met bijbehorende gemeenschappelijke elevatorschachten en twee inwendige elevators; figuur 8 in perspectief, in een doorsnede van de scheepsruimen zoals overeenkomstig getoond in figuur 7, toont een bijbehorende elevatorschacht voor twee aangrenzende inwendige elevators.
10
Figuur 1 toont een vrachtvaartuig 10, dat is weergegeven als afgemeerd aan een kade 11 en dat gereed is voor laden en lossen met het stelsel volgens de uitvinding.
Het vaartuig wordt getoond als zijnde voorzien van containervracht 12, welke op zijn plaats is gestapeld op een bovendek 13 door middel van een gebruikelijke, niet verder getoonde kraaninstallatie, waarbij het 15 vaartuig vrachtruimen 14a-14d heeft, die geschikt zijn voor het opnemen van vrachteenheden 15 in de vorm van palletvracht, welke op de kade 11 en in ruimen 14a-14d op gebruikelijke, bekende wijze wordt gemanipuleerd door middel van vorkhefwagen 16 en welke tussen kade en ruim wordt gemanipuleerd met een eerste elevator 19 inwendig in het vaartuig 10 en met een tweede elevator 21 uitwendige langs de zijkant 10a van het schip.
20 In de getoonde uitvoeringsvorm wordt een zogenaamde gekoeld vrachtvaartuig 10 getoond, dat in het bijzonder is ontworpen voor het vervoeren van fruit, vlees of vis. Het schip 10 is ontworpen voor grote snelheden en heeft in verband daarmee een in hoogterichting gekromde scheepswand 10a. Overeenkomstig de uitvinding wordt er een verticale elevatorschacht 20 toegepast, welke is aangebracht op een aanzienlijke afstand van de zijkant 10a van het schip, dat wil zeggen net naast of in de richting van de 25 midscheepse lijn van het vaartuig. Hierdoor wordt een verticale elevatorschacht verkregen, die zich volledig naar beneden tot de bodem van de ruimen uitstrekt zowel bij het voorste als het achterste eind van het schip, zonder het gebruik van zich schuin uitstrekkende elevatorgeleidingen of andere complicerende installaties.
Bij de onderhavige uitvoeringsvorm wordt een vaartuig getoond met vier afzonderlijke ruimen 14a-14d, 30 zoals aangegeven in figuur 1 door twee voorste ruimen 14a, 14b respectievelijk twee achterste ruimen 14c, 14d. Elk ruim 14a-14d (waarvan gedeeltes respectievelijk zijn gevormd door middel van verdiepingen of in hoogterichting op andere wijze) kan op gebruikelijke wijze zijn omgeven door warmte isolerend materiaal, zoals aangeduid met 14'. Verder is elk ruim voorzien, bijvoorbeeld bij één eindwand of bij een scheidingswand tussen twee aangrenzende ruimen, van een gebruikelijk luchtcirculatiestelsel of luchtblaasstelsel (niet 35 verder getoond) om een specifieke temperatuur in het ruim te handhaven tijdens het brengen van lading naar en uit het ruim respectievelijk het behandelen van de lading in het ruim tijdens het varen van het schip.
De vrachteenheden 15 worden in het schip gebracht en naar buiten toe van het schip afgehaald via twee zijlaadpoortopeningen 17 en 18, dat wil zeggen via een voorste opening 17 respectievelijk een achterste opening 18. Meer in het bijzonder wordt vracht, die uit de ruimen 14 en 14b wordt gelost, in zijn respectieve 40 afzonderlijke laadlijnen omhoog gebracht vanuit het ruim, via de elevatorschacht 20 (zie figuur 5) in een gemeenschappelijke elevatorschacht/huissamenstel 26 en op een hoogte boven het bovendek 13 naar buiten gebracht via een zijlaadpoort 17 of 18 in het bijbehorende elevatorschacht/huissamenstel 26 en verder naar beneden gebracht aan de buitenzijde van de zijkant 10a van het schip tot een bepaalde hoogte boven de kade 11.
45 Een deel 32 van het samenstel 26, dat is aangebracht op het bovendek 13 van het vaartuig, vormt een inwendige, tegen het weer beschermende verbindingskamer tussen de elevatorschacht 20 en de poortopeningen 17, 18. De verbindingskamer vormt bovendien een bufferzone 25 of een tussenliggende opslagzone voor vrachteenheden 15 tussen de elevators 19 en 21.
In figuur 5 wordt een bufferzone 25 getoond met drie afzonderlijke transporteurs 25a, 25b, 25c voor 50 tussentijdse opslag van een groot aantal vrachteenheden 15. In de tussenliggende ruimte tussen twee laad-en loslijnen in het huissamenstel 26 (zie figuur 6) is weergegeven een paar vaste rails 38 voor het ondersteunen van de wagen 22 bij het overbrengen van de elevator 21 vanuit een actieve stand buiten zijkant 10a van het schip naar een inactieve stand binnen het huissamenstel 26.
De wagen 22 is uitgerust met een bovenste elevatordraagorgaan 39, dat is ondersteund in de wagen 22 55 via schuine steun 39a. Het elevatordraagorgaan 39 regelt de steunkolom 42, die is voorzien van een paar onderling tegenoverliggende geleidingen 43 voor twee gelijke elevators 21. Bij de getoonde uitvoeringsvorm (zie in het bijzonder figuur 1 en 2) is het laadplatform 31a voorzien van een een huis vormende afdekking 194669 4 31' teneinde de vracht tegen weer en wind te beschermen tijdens beweging van de elevator 21 tussen kade en schip. Overeenkomstig is laadplatform 21a van de elevator 21 omgeven door een een huis vormende afdekking 21'.
De elevator 21 is ingesteld om te stoppen in een onderste positie op één lijn met laadplatform 31, 5 onafhankelijk van de werkhoogte waarop het laadplatform is ingesteld ten opzichte van de kade 11. De elevator 21 is uitgerust om overeenkomstig te stoppen in een bovenste positie op één lijn met de transporteurs 25a-25c.
In figuur 3 en 4 wordt het afzonderlijke elevatorschacht/huissamenstel 26 getoond, dat twee afzonderlijke laad- en loslijnen overeenkomstig de uitvinding kan omvatten, dat wil zeggen een samenstel 26 dat kan 10 worden gebruikt voor het laden en lossen van respectievelijk twee onderling gescheiden ruimen 14a, 14b en 14c, 14d afzonderlijk. Het samenstel 26 omvat een gemeenschappelijke elevatorschacht 20 voor het bedienen van de twee ruimen en is voorzien van een reeks vrachtopeningen 27 aangebracht boven elkaar en voorzien van bijbehorende draaibare laadpoorten 27a (zie figuur 5) voor respectieve ladingdekken 28a-28e of voor overeenkomstige ruimtegedeeltes of overeenkomstige verdiepingen in het ruim. In figuur 3 15 en 4 respectievelijk figuur 7 en 8 worden overeenkomstige personeelstoegangsopeningen 29 naar een ruimte 30 getoond, die is gevormd in een scheidingswand tussen de ruimen 14a, 14b, plus overeenkomstige personeelstoegangsopeningen 29 vanuit de ruimte 30 naar het respectieve ruim 14a, 14b. Elk van de openingen 29 kan normaliter worden gesloten door een deur (niet verder getoond), welke bij voorkeur de ruimte 30 in opent.
20 Bij de getoonde uitvoeringsvorm worden vier afzonderlijke laad- en loslijnen gebruikt, dat wil zeggen één lijn voor elk ruim. Er zijn voorzieningen getroffen om twee aangrenzende lijnen op te nemen in elk elevatorschacht/huissamenstel 26, zodat twee aangrenzende ruimen kunnen worden bediend via een gemeenschappelijk elevatorschacht/huissamenstel en een gemeenschappelijk laadpoortopening. Dit betekent dat tijdens normaal bedrijf aangrenzende ruimen onafhankelijk van elkaar geladen en gelost 25 kunnen worden, maar ook dat, indien vereist, het laden en lossen op alternatieve wijze kan plaatsvinden voor enkele ruimen via beide laad- en loslijnen tegelijkertijd.
Hier wordt slechts gedetailleerd één laad- en loslijn beschreven, aangezien de resterende laad- en loslijnen op overeenkomstige wijze functioneren. Echter de twee laad- en loslijnen in één en dezelfde elevatorschacht/huissamenstel 26 hebben, zoals opgemerkt, een zekere onderlinge mogelijkheid tot 30 onderlinge communicatie binnen het getoonde samenstel.
Bij elk laad- en losstelsel wordt gebruik gemaakt van een eerste, inwendige elevator 19 in een bijbehorende elevatorschacht 20 en een tweede, uitwendige elevator 21, welke is ondersteund in een wagen 22, welke op rails 38 op dek 13 van het schip verrijdbaar is voor het overbrengen van de elevator 21 vanuit een actieve stand, langs de buitenzijde van zijkant 10a van het schip zoals getoond in figuur 1, naar een 35 inactieve stand opgenomen in een elevatorschacht/huissamenstel 26 op het dek 13. Bij de getoonde uitvoeringsvorm is de wagen 22 gemeenschappelijk voor twee afzonderlijke laad- en loslijnen.
Zoals getoond in figuur 6 zijn de wagen 22 en bijbehorende rails 38 aangebracht tussen de bufferzones 25 in de twee evenwijdige laad- en loslijnen.
Een tweedelig luik 24a, 24b, dat bij de inactieve stand van de elevator 21 geschikt is om de poortopening 40 17 (18) in het huissamenstel 26 te bedekken wordt, zoals getoond in figuur 1, 2 en 5, omhoog en naar buiten gezwaaid naar een open gebruikstoestand, waarbij de uitwendige elevator 21 overeenkomstig wordt getoond in een actieve gebruikstoestand langs de buitenscheepse zijde 10a van het vaartuig 10.
Het is duidelijk uit figuur 5 dat de vrachteenheden 15 in één en hetzelfde bewegingsvlak kunnen worden verplaatst in elke laad- en loslijn, dat wil zeggen door middel van een vorkhefwagens 16 horizontaal op de 45 kade 11 en via een horizontale transporteur 31 b op een laadplatform 31 a in een bufferzone 31 naar een horizontale transporteur 21b op een elevatorplatform 21a in de elevator 21, verticaal in de elevator 21 aan de zijkant 10a van het schip, horizontaal op transporteurs 25a, 25b, 25c in de bufferzone 25 op het dek 13, verticaal in de elevator 19 in de elevatorschacht 20 en horizontaal op een transporteur 37a in een bufferzone 37 en verder met de vorkhefwagens 16 tot op zijn plaats in het ruim.
50 Een relatief eenvoudige elevator 21 kan worden gebruikt voor het transporteren van vrachteenheden 15 naar en weg van de kade 11, weg van en naar dek 13 van het schip. In de praktijk worden een laadplatform 31a en een elevatorplatform 21a getoond, welke via de zijkant elk twee vrachteenheden 15 tegelijk kunnen opnemen van elkaar.
Overeenkomstig kan inwendig in het schip een grotere elevator 19 vracht worden gebruikt voor het laden 55 van een groter aantal vrachteenheden 15 tegelijk in en lossen daarvan uit het bijbehorende ruim. In de praktijk wordt een inwendige elevator 19 getoond met een elevatorplatform 19a, dat twee paar, dat wil zeggen vier vrachteenheden 15 tegelijk, kan opnemen.
5 194669
Elk van de twee elevators 19 strekt zich aan zijn respectieve onderlinge tegenoverliggende zijde van de elevatorschacht 20 uit in zijn respectieve geleiding 40 en wordt bediend door zijn respectieve afzonderlijke elevatorinstailatie 41. Overeenkomstig strekken de uitwendige elevators 21 zich aan hun respectieve zijkant van een gemeenschappelijke steunkolom 42 uit in een respectieve geleiding 43 en worden ze elk door 5 afzonderlijke elevatorinstallaties 44 bediend. Het laadplatform 31 wordt gedragen door het benedeneind van de steunkolom 42 aan de zijkant, die ligt tussen de geleidingen 43. De steunkolom 42 met bijbehorend laadplatform 31 wordt omhoog en naar beneden gebracht door middel van elevatorinstallaties of een soortgelijke hef- of duwinrichting 45 tot op verschillende niveaus langs de zijkant 10a van het schip afhankelijk van de verticale beweging van het vaartuig ten opzichte van het niveau van de kade. De 10 steunkolom 42 en het laadplatform 31 worden in onderbroken lijnen getoond in een bovenste stand gereed voor intrekking naar de inactieve stand op het dek 13 van het schip.
Met de relatief korte elevatorhoogte tussen de kade 11 en het dek 13 van het schip is het ook mogelijk om vaker elevatorhandelingen met minder vracht in de elevator 21 dan op de elevator 19 te bewerkstelligen, terwijl de elevator 19 een wezenlijk grotere elevatorhoogte kan hebben en meer vracht bij elke elevator-15 handeling kan bevatten. Door middel van de bufferzone 25 kan, zoals vereist, een groter aantal vrachteen-heden 15 tussentijds worden opgeslagen tussen de elevators 19 en 21 met tegelijkertijd een effectieve benutting van het laad- en losvermogen op de kade 11 en in het ruim 14.
Bovenop het huisgedeelte 32 wordt een omhoog zwaaibare afdekking 33 getoond, die in de in figuur 3 en 4 getoonde positie een luikopening voor de elevatorschacht 20 bedekt. Bij normaal bedrijf kunnen de 20 transportlijnen binnenin het schip worden beschermd tegen weer en wind. Op alternatieve wijze is er, bijvoorbeeld voor het geval dat het normale laad- en losstelsel om de één of andere reden mochten falen, bovendien de mogelijkheid dat op een gebruikelijke wijze via de luikopening aan de bovenkant van de elevatorschacht 20 vrachteenheden 15 met conventionele hefkranen het schip in of het schip uit kunnen worden gemanipuleerd voor verschillende dekken.
25 Bovenop het huisgedeelte 32 steekt verder in opwaartse richting een toren vormend huisgedeelte 35 uit, dat geschikt is om bepaalde omhoog uitstekende delen 36 (zie figuur 5) van de uitwendige elevator 21 op te nemen, wanneer deze in zijn inactieve stand verkeert. In figuur 5 wordt de elevator 21 in onderbroken lijnen met bijbehorende installatie getoond in een bovenste, actieve stand net buiten de poortopening 15 gereed om door middel van de wagen 22 naar binnen te worden geduwd tot in een inactieve stand in het huis-30 gedeelte 32 en bijbehorend huisgedeelte 35.
Het huissamenstel 26 kan, indien gewenst, worden vervaardigd en in het schip worden aangebracht als een afzonderlijke eenheid. Door middel van het huissamenstel 26 kan tijdens de laad- en loshandelingen een beschermd transport worden bewerkstelligd binnenin het schip met een effectieve afdekking van de lading tegen weer en wind. Op overeenkomstige wijze kunnen elevatorinstallaties en dergelijk op effectieve 35 wijze tijdens het gebruik van het stelsel zijn afgedekt en ook kan de tweede elevator 21 in zijn inactieve stand op effectieve wijze worden afgedekt.
Het huissamenstel 26, dat zich uitstrekt tot aan de bijbehorende ruimen 14a, 14b, is zoals getoond in figuur 5 en 7 voorzien van warmte isolerende wanden 26a, teneinde het afkoelen van de vrachteenheden naar de ruimen toe op zich te beperken.
40 In figuur 8 wordt het ene ruim 14a getoond als gereed om te worden gevuld met vrachteenheden 15, waarbij de bijbehorende laadpoort 27a is getoond in de gesloten toestand, terwijl het andere ruim 14b wordt getoond met een open laadpoort 27a, dat wil zeggen met de poort 27a omhoog en naar buiten in de elevatorschacht 20 gezwaaid. In figuur 7 en 8 wordt de helft van de elevatorschacht 20 (in samenhang met het ruim 14a) getoond als in gebruik zijnde als bufferzone 37 tussen de elevator 21 en het ruim 14a. Met 45 een dergelijke oplossing kan vracht, bijvoorbeeld in de vorm van vier vrachteenheden 15, worden opgeslagen in de bufferzone 37, gereed voor gezamenlijke overbrenging en met één snelle handeling vanuit de bufferzone 37 naar het laadplatform 19a van de elevator. Er kan een automatisch geregelde transporteur 37a worden toegepast in de bufferzone 37 en een automatisch geregelde transporteur 19b op het laadplatform 19a voor het automatisch overbrengen van vracht tussen de bufferzone en de elevator, direct 50 wanneer transporteur 19b van de elevator 19 zijn laad- en lospositie op één lijn met de transporteur 37a en de bufferzone 37 inneemt. In de praktijk kan zeker de helft van de elevatorschacht 20 zijn voorzien van een vaste vloerscheiding 47 met twee bijbehorende holtes 48, 49 voor de twee inwendige elevators 19. In een dergelijk geval wordt de vloerafscheiding 47 gebruikt als een aandrijvende ondergrond voor vorkhefwagens in gevallen waarbij deze moeten worden overgebracht van de ene laad- en loslijn naar de andere. De poort 55 27a vormt in de omhoog gezwaaide toestand een beschermende afdekking over de bufferzone 37, zodat het bedienend personeel van de vorkhefwagens bij het transporteren van vracht naar en vanaf het ruim vanaf en naar de bufferzone kan werken in een relatief goed afgeschermde werkzone.

Claims (7)

194669 6
1. Stelsel voor het laden en lossen van vrachteenheden in vrachtvaartuigen, meer in het bijzonder gekoelde vrachtschepen voor het transporteren van op vrachtpallets geplaatst fruit, vlees of vis, omvattende een 5 eerste elevator, die beweegbaar is in een in hoofdzaak verticale elevatorschacht binnen in het vaartuig, en een tweede elevator die beweegbaar is aan de zijkant van het vaartuig, alsmede horizontale transporteurs tussen de elevators, met het kenmerk, dat de tweede elevator (21) beweegbaar is aan de buitenzijde van de zijkant (10a) van het vaartuig, dat een bufferzone (25) of tussenliggende opslagzone voor vrachteenheden (15) is voorzien op het dek (13) van het vaartuig in een horizontaal gebied tussen de in hoofdzaak 10 verticale elevatorschacht (20) en de tweede elevator (21), en dat de bufferzone is aangebracht op een substantiële afstand binnen het bovenste gedeelte van de zijkant (10a) van het vaartuig, dat wil zeggen in of bij de middenscheepse lijn.
2. Stelsel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de bufferzone (25) of de tussenliggende opslagzone is aangebracht op het bovendek (13) van het vaartuig (10) in een huis (26, 32), dat is voorzien van een 15 zijpoortopening (17, 18) aangebracht boven het bovendek van het vaartuig.
3. Stelsel volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat dat huis (26, 32) geschikt is gemaakt om de tweede elevator (21) in een inactieve stand in het huis op te nemen en te beschermen, en dat het huis (26, 32) rails (38) en een bijbehorende wagen (22) omvat om de tweede elevator (21) met bijbehorende elevatorgeleiding (43) vanuit de inactieve stand naar een actieve stand buiten het huis te brengen.
4. Stelsel volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de wagen (22) is voorzien van een draagorgaan (39), dat een steunkolom (42) draagt, die verticaal verplaatsbaar is ten opzichte daarvan, met een onderste, een buffer vormende laadbrug (31a) met bijbehorende transporteurs (31b), en dat de elevatorgeleiding (43) voor de tweede elevator (21) is aangebracht op een begeleidende zijkant van de steunkolom (42), waarbij het benedeneind van de elevatorgeleiding (43) is bepaald in een positie om een bijbehorende transporteur (21b) 25 op een elevatorplatform (21a) op de tweede elevator (21) in een positie op één lijn met transporteur (31b) van de laadbrug (31) te brengen.
5. Stelsel volgens één van de conclusies 2-4, met het kenmerk, dat dat huis (26) met bijbehorende elevatorschacht (20)is ontworpen voor het opnemen van twee afzonderlijke aandrijfbare laad- en loslijnen, één naar elk van de twee aangrenzende scheepsruimen (14a, 14b; 14c, 14d).
6. Stelsel volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de elevatorschacht (20) in elke vloer, dat wil zeggen in elke laad- en loslaag in de elevatorschacht, is voorzien van een overbrengingsgedeelte (47) met afzonderlijke holtes (48, 49) voor elk van de eerste elevators (19), waarbij het overbrengingsgedeelte kan worden gebruikt voor het overbrengen van vrachteenheden tussen eerste elevator en laad- en loslagen in de respectieve laad- en loslijnen en voor het overbrengen van vrachteenheden tussen de twee laad- en 35 loslijnen.
7. Stelsel volgens één van de conclusies 1-4, met het kenmerk, dat een elevatorgeleiding (43) voor de tweede elevator (21) kan worden ingesteld langs en tot aan de zijkant (10a) van het schip met een onderste, vaste los- en laadbrug (31) die verstelbaar is in reguleerbare hoogtestanden ten opzichte van de zijpoortopeningen (17,18). Hierbij 4 bladen tekening
NL9420046A 1994-03-11 1994-03-11 Stelsel voor het laden en lossen van vrachteenheden in vrachtvaartuigen. NL194669C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
PCT/NO1994/000056 WO1995024336A1 (en) 1994-03-11 1994-03-11 System for loading and unloading of cargo units, such as palletized cargo in cargo vessels
NO9400056 1994-03-11

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL9420046A NL9420046A (nl) 1997-02-03
NL194669B NL194669B (nl) 2002-07-01
NL194669C true NL194669C (nl) 2002-11-04

Family

ID=19907747

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9420046A NL194669C (nl) 1994-03-11 1994-03-11 Stelsel voor het laden en lossen van vrachteenheden in vrachtvaartuigen.

Country Status (4)

Country Link
US (1) US5915905A (nl)
DK (1) DK173036B1 (nl)
NL (1) NL194669C (nl)
WO (1) WO1995024336A1 (nl)

Families Citing this family (18)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FI100320B (fi) * 1994-12-21 1997-11-14 Rapeli Pekka Eino Tavarayksiköiden siirto ja jakelu laivassa
FI972651A (fi) * 1997-06-19 1998-12-20 Pekka Rapeli Järjestely ja menetelmä matkalaukkujen käsittelemiseksi
US6789997B2 (en) * 1998-06-08 2004-09-14 Stevedoring Services Of America, Inc. Method and apparatus for pallet removal cargo queuing and stowage of stacks of cartons of frozen animal products
US20060153670A1 (en) * 1998-06-08 2006-07-13 Coblentz W S Method and apparatus for pallet removal cargo queuing and stowage of stacks of cartons of frozen animal products
US20040022606A1 (en) * 1998-06-08 2004-02-05 Coblentz W. Sam Load push lift truck useable for depalletizing stacks of cartons of frozen animal products
US6622854B2 (en) 1998-06-08 2003-09-23 Stevedoring Services Of America, Inc. Method and apparatus for loading stacks of cartons of frozen animal products onto vessels using a carrier
DE60133078T2 (de) * 2000-06-06 2009-02-26 Mitsubishi Heavy Industries, Ltd. Flugzeug mit einer mehrzahl von oberen und unteren, als passagierkabinen oder frachtabteilungen funktionierenden, kabinen und verfahren zum laden von fracht auf ein flugzeug
AU2001298072A1 (en) 2000-12-21 2003-09-04 Agile Systems, Inc. Stowage and retrieval system
SE523343C2 (sv) * 2000-12-29 2004-04-13 Macgregor Swe Ab Lasthanteringsanordning vid torrlastfartyg
SE530819E (sv) * 2005-01-21 2016-05-20 Macgregor (Swe) Ab Lasthanteringsanordning vid lastfartyg
US20070140821A1 (en) * 2005-12-19 2007-06-21 Betzalel Robotics, Llc Autonomous load/unload robot
US7815031B2 (en) * 2006-03-02 2010-10-19 Agile Systems, Inc. Directional cell indexing matrix
WO2008091586A1 (en) * 2007-01-22 2008-07-31 Bae Systems Land & Armaments Lp Storage system
SE532849C2 (sv) * 2007-11-22 2010-04-20 Macgregor Swe Ab Rörligt passagerartorn för överföring av passagerare mellan ett kajplan och ett fartygs valda port/däck
GB201020103D0 (en) * 2010-11-26 2011-01-12 Houlder Ltd Transfer apparatus
WO2013110822A1 (en) * 2012-04-18 2013-08-01 Jansen Mark Robert A combined reefer and container ship
JP5982523B1 (ja) * 2015-03-24 2016-08-31 株式会社新来島どっく 二種類の荷役装置による同時荷役貨物船
EP3495202B1 (en) * 2017-12-05 2020-08-19 Guima Palfinger S.A.S. Truck-mountable detection system

Family Cites Families (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NO134864C (nl) * 1974-02-22 1976-12-29 Norsk Macgregor As
JPS5589135A (en) * 1978-12-25 1980-07-05 Mitsubishi Heavy Ind Ltd Material handling equipment
NL8700511A (nl) * 1987-03-03 1988-10-03 Weimar Nv Transportinrichting voor het laden en lossen van goederen, in het bijzonder voor toepassing bij schepen.
US4897012A (en) * 1987-11-06 1990-01-30 Custom Technologies, Inc. Cargo handling system
NO167505C (no) * 1989-01-30 1991-11-13 Seatrans Ans Lastoverfoeringssystem for lasting og lossing av skip.

Also Published As

Publication number Publication date
US5915905A (en) 1999-06-29
NL9420046A (nl) 1997-02-03
DK94096A (da) 1996-09-11
NL194669B (nl) 2002-07-01
WO1995024336A1 (en) 1995-09-14
DK173036B1 (da) 1999-11-29

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL194669C (nl) Stelsel voor het laden en lossen van vrachteenheden in vrachtvaartuigen.
US3807582A (en) Loading and unloading device for ship containers
JPH08509933A (ja) 船舶、有利には冷凍船のための/におけるパレツト−棚貯蔵庫
EP2845833B1 (en) System for loading and unloading during port operations, comprising a crane, and a base located in the body of the crane that supports and stacks hatchway covers
US4666356A (en) Containerization system, apparatus and method
FI79510B (fi) Kajkran och saett foer flyttning av last mellan fartyg och kaj.
CN107381083B (zh) 一种港口冷链运输系统
EA001289B1 (ru) Система и способ хранения и выгрузки грузовых контейнеров с агрегатом тележки на палубе
KR20000023671A (ko) 상품 출하 시스템
FI98618C (fi) Satamajärjestely
US6789493B2 (en) Method and arrangement for shipping reels; tweendeck and tweendeck arrangement in cargo space of ship
NL9001815A (nl) Werkwijze en inrichting voor het laden en/of lossen van, in het bijzonder op pallets gestapelde goederen, in hoofdzaak voor toepassing bij schepen.
US4610594A (en) Container conveyor system
US5107781A (en) Ship and its loading and unloading system
EP0737144B1 (en) Cargo hatch arrangement
US3422971A (en) Storage arrangements
WO2014044842A1 (en) A ship configured for transportation of cargo under and at a lower level than the superstructure
NO176208B (no) System for lasting og lossing av lastenhet, så som pallelast i lasteskip
SE416928B (sv) Forfaringssett vid transport och lagring av kylvaror, samt anordning for utovande av forfarandet
NL7908467A (nl) Middelen voor het behandelen van een gekoelde lading.
EP0423285A1 (en) ARRANGEMENT FOR FREIGHT SHIPS WITH SIDE PORT.
FI78660C (fi) Hiss foer ett kylfartygs avlastningssystem.
KR100646902B1 (ko) 릴을 선적하는 방법 및 장치, 선박의 화물 공간 내의트윈데크 및 트윈데크 장치
IE48139B1 (en) Divider for dividing a ship's free liquid surface
SU703432A1 (ru) Высотный склад дл хранени тарноштучных грузов

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
DNT Communications of changes of names of applicants whose applications have been laid open to public inspection

Free format text: TTS-MONGSTAD AS

V4 Discontinued because of reaching the maximum lifetime of a patent

Effective date: 20140311