NL194466C

NL194466C - Reinigingsinrichting voor een te verstuiven vloeistof.

Info

Publication number: NL194466C
Application number: NL9401091A
Authority: NL
Inventors: Kenzo Yamamoto
Original assignee: Yamaho Giken Kabushiki Kaisha
Priority date: 1993-06-30
Filing date: 1994-06-29
Publication date: 2002-05-03
Also published as: NL194466B; NL9401091A; US5490929A; FR2708209A1; JPH0716512A; FR2708209B1

Description

1 194466

Reinigingsinrichting voor een te verstuiven vloeistof

De uitvinding heeft betrekking op een reinigingsinrichting voor een te verstuiven vloeistof, omvattende een cilindrisch huis dat een inlaat aan een eind daarvan heeft en een uitlaat aan het andere eind daarvan, een 5 kleplichaam dat is aangebracht in het huis, een klepzitting die aan de inlaat gevormd is, een schroefveer die ondergebracht is in het huis voor het aandrukken van het kleplichaam tegen de klepzitting, een cilindrische filterwand bezittend maasfilter, in de binnenruimte waarvan zich het kleplichaam en de veer bevinden.

Uit het Amerikaanse octrooischrift 2.096.444 is een vloeistofreinigingsinrichting van deze soort bekend.

De maaszeef heeft een buitenwaarts reikende kraag die geklemd is tussen de huisflenzen aan de 10 binnenzijde van de cilindrische mantel nabij de klepzitting. Het kleplichaam is coaxiaal binnen de maaszeef geleid door een door de maaszeefbodem stekende slang en is door de schroefveer voorbelast naar de klepzitting.

Het kleplichaam heeft een met de tapse klepzitting samenwerkend taps omtreksrandgedeelte. De maaszeefbodem is tegenover de inlaatzijde doorlaatbaar. Het kleplichaam draagt in de inlaat instekende 15 aanslagarmen, waarbij een aanslagrand van een leiding bij het inschroeven in de inlaag in aanslag komt voor het mechanisch naar de open stand bewegen van het kleplichaam.

Het doel van de onderhavige uitvinding is een reinigingsinrichting voor vloeistof van een eenvoudiger constructie te verschaffen, waarbij minder kans is, dat het maasfilter verstopt raakt.

Volgens de uitvinding wordt dit doel bereikt met een hierboven beschreven reinigingsinrichting, doordat 20 dat het maasfilter door de cilindrische filterwand gevormd wordt, welke met de ene rand aanligt tegen een ringhouder rond de klepzitting en met de andere rand tegen een de schroefveer ondersteunende veerzitting, die binnen de begrenzing van het maasfilter gesloten is en buiten die begrenzing tegen de huiswand afsteunende doorstroombare middelen heeft, en dat van het kleplichaam het naar de inlaat gekeerde oppervlak geheel of nagenoeg geheel conisch gewelfd'is.

25 Het kleplichaam is aldus door de vloeistofdruk naar een openingsstand te bewegen. Het conisch gewelfde oppervlak van het kleplichaamoppervlak richt de vloeistof tegen het maasfilteroppervlak, dat daardoor deeltjes opvangt en wordt er meteen weer van gereinigd. Het maasfilter is door zijn cilindrische uitvoering goedkoop te vervaardigen.

Uit het Amerikaanse octrooischrift 3.193.10226A is een reinigingsinrichting met tap verlopende maaszeef 30 bekend waarbinnen de inlaat uitmondt. Binnen de maaszeef is concentrisch een tegen de veerkracht van de inlaat weg beweegbaar lichaam met gesloten bodem en tapse omtreksrand aangebracht. Deze omtreksrand strekt zich ongeveer evenwijdig met de maaszeef uit en regelt de doorstroomsnelheid alsmede het schoonhouden van de maaszeef door het bevorderen van de langsgaande vloeistofstroming. Met dit lichaam kan geen afsluitende werking verkregen worden. De maaszeef heeft een open bodem en eind-35 ringen tussen de omtreksrand van het huis en de omtrekseinde van de zeef voorzien in zijdelings afdichting. Zowel zijdelings als naar het kopse einde is een uitlaat aanwezig.

Uit het Britse octrooischrift GB 0.962.444 is een inrichting bekend met huis voorzien van een inlaat en uitlaat waarin een bolvormig verdringerlichaam aangebracht is in de vloeistofinlaat om deze vloeistof te leiden tot tegen de binnenzijde van een aangebrachte zeefmantel. Langs de omtrek van het bolvormig 40 verdringerlichaam is een inlaat aanwezig waardoor vloeistof de maaszeef kan binnentreden. De maaszeef heeft een centrale uitlaat terwijl de behuizing van een aparte uitlaat voorzien is die in verbinding voorziet met de ruimte tussen de maaszeef en de mantel van het huis.

Bij voorkeur heeft de reinigingsinrichting het kenmerk, dat de veerzitting een cilindrisch wandgedeelte heeft en dat het met een einde hierover geschoven maasfilter aanligt tegen de omtrek van een O-ring die is 45 aangebracht rond het cilindrisch wandgedeelte van de veerzitting.

Zelfs als het cilindrische maasfilter is vervormd voordat het wordt aangebracht, zal het hierdoor worden gecorrigeerd naar de ronde vorm nadat het is aangebracht.

De uitvinding zal toegelicht worden in de volgende beschrijving die is opgesteld onder verwijzing naar de 50 bijgaande tekening, waarin: figuur 1 een aanzicht in doorsnede van een uitvoeringsvorm is; figuur 2 een aanzicht in doorsnede genomen over de lijn II—II van de figuur 1; en figuur 3 een aanzicht in doorsnede van een gedeelte van deze is, terwijl het toestaat dat een vloeistof passeert 55

Zoals weergegeven in figuur 1 omvat een reingingsinrichting in deze uitvoeringsvorm een cilindrisch huis 1 dat gemaakt is uit kunststof met een verbindingsgedeelte 2 dat is gevormd aan een einde daarvan en dat

Claims

194466 2 een kleinere diameter heeft. Een inlaat 3 is gevormd in het verbindingsgedeelte 2 om een vloeistof in te voeren. Een verbindingsorgaan 4 wordt vastgemaakt aan het andere einde van het huis 1 door een wartelmoer 5 en heeft een uitiaat 6 daarin. Verder is een veerzitting 7 gevormd aan het binneneinde van het verbindingsorgaan 4. Een O-ring 8 is aangebracht tussen de veerzitting 7 en de binnenwand van het huis 1 5 om af te dichten. Binnen het huis 1 zijn ondergebracht een kleplichaam 9, een veerzitting 11, een eerste veer 12, een tweede veer 13 en een maasfilter 14. Het kleplichaam 9 heeft een conisch oppervlak dat geschikt gemaakt is om te raken aan een klepzitting 15 die is gevormd aan het binneneinde van de inlaat 3. De veerzitting 11 is voorzien van een dichte eindwand 17 en een cilindrische omtrekswand 16 die 10 overeenkomen met de binnendiameter van het maafilter 14. Een O-ring 18 is aangebracht rond de cilindrische omtrekswand 16 en een krans van uitsteeksels 19 is aangebracht rond de eindwand 17. Elk uitsteeksel 19 is verticaal verschuifbaar in aanraking met de binnenwand van het huis 1 teneinde de veerzitting 11 juist te plaatsen zowel als doorgangen 21 te vormen voor vloeistof tussen de uitsteeksels 19. Verder is voorzien in een eerste veer 12 tussen het boveneinde van de cilindrische omtrekswand 16 en 15 het kleplichaam 9 teneinde het conische oppervlak van het kleplichaam 9 aan te drukken tegen de klepzitting 15. De veerkracht van de eerste veer 12 is zo klein dat deze zal worden ingedrukt door de normale druk van de vloeistof die wordt teruggevoerd door een slang 22. Het maasfilter 14 is in de vorm van een cilinder die zijn beide einden open heeft, en omringt de klepzitting 9, de eerste veer 12 en de cilindrische omtrekswand 16 van de klepzitting 11. Zijn ene einde 20 raakt aan een getrapt gedeelte dat is gevormd rond de klepzitting 15, en het andere einde wordt vastgehouden rond de O-ring 18 die is aangebracht rond de cilindrische omtrekswand 16. In een tweede veer 13 is voorzien tussen de veerzitting 11 en het verbindingsorgaan 4 teneinde het maasfilter 14 aan te zetten tegen de klepzitting 15. De veerkracht van de tweede veer 13 moet groter zijn dat die van de eerste veer 12, zodat de veer 13 niet zal worden ingedrukt door de vloeistofdruk die 25 uitgeoefend wordt op het kleplichaam 9. Zelfs als de afmeting van het maasfilter 14 varieert, verzekert de tweede veer 13 dat het maasfilter 14 zeker tegen de klepzitting 15 aangedrukt wordt. Als de variatie in afmeting van het maasfilter 14 verwaarloosbaar klein is, kan de tweede veer 13 worden gemist, en kan de veerzitting 11 rechtstreeks aangebracht worden aan het binnenoppervlak van het huis 1, bijvoorbeeld door schroeven. 30 Het verbindingsgedeelte 2 aan een einde van het huis 1 en het verbindingsorgaan 4 aan het andere einde zijn verbonden met delen van de slang 22. Wanneer een vloeistof door de slang 22 onder een bepaalde druk wordt toegevoerd, zoals weergegeven in figuur 3, wordt het kleplichaam 9 naar beneden gedrukt tegen de voorspanning van de eerste veer 12 in en komt vrij van de klepzitting 15. De vloeistof zal rond het kleplichaam 9 stromen, het maasfilter 14 passeren, en de uitlaat 6 bereiken door de doorlaat 21 35 die is gevormd rond de veerzitting 11. In de richting van de stroming stroomt de vloeistof snel langs het kleplichaam 9 door de nauwe ruimte tussen de klepzitting 15 en het kleplichaam 9. Bijgevolg botst de vloeistof tegen het maasfilter 14 en verwijdert krachtig de stof die het filter zou verstoppen. 40

1. Reinigingsinrichting voor een te verstuiven vloeistof, omvattende een cilindrisch huis dat een inlaat aan een eind daarvan heeft en een uitlaat aan het andere eind daarvan, een kleplichaam dat is aangebracht in 45 het huis, een klepzitting die aan de inlaat gevormd is, een schroefveer die ondergebracht is in het huis voor het aandrukken van het kleplichaam tegen de klepzitting, een cilindrische filterwand bezittend maasfilter, in de binnenruimte waarvan zich het kleplichaam en de veer bevinden, met het kenmerk, dat het maasfilter (14) door de cilindrische filterwand gevormd wordt, welke met de ene rand aanligt tegen een ringhouder rond de klepzitting (15) en met de andere rand tegen een de schroefveer (12) ondersteunende veerzitting 50 (11), die binnen de begrenzing van het maasfilter (14) gesloten is en buiten die begrenzing tegen de huiswand afsteunende doorstroombare middelen heeft, en dat van het kleplichaam het naar de inlaat gekeerde oppervlak geheel of nagenoeg geheel conisch gewelfd is. 3 194466 .

2. Reinigingsinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de veerzitting (11) een cilindrisch wandgedeelte heeft en dat het met een einde ervan hierover geschoven maasfilter aanligt tegen de omtrek van een O-ring (18) die is aangebracht rond het cilindrisch wandgedeelte van de veerzitting. Hierbij 2 bladen tekening