NL194088C

NL194088C - Inrichting voor het transporteren van plaatvormige voorwerpen.

Info

Publication number: NL194088C
Application number: NL9300947A
Authority: NL
Inventors: Hermanus Willem Johann Spekman
Original assignee: Hermanus Willem Johannes Spekm
Priority date: 1993-06-02
Filing date: 1993-06-02
Publication date: 2001-06-05
Also published as: NL9300947A

Description

1 194088

Inrichting voor het transporteren van plaatvormige voorwerpen

De uitvinding heeft betrekking op het transporteren en op een ondergrond leggen van plaatvormige voorwerpen bestaande uit een met de hand verrijdbaar, op twee wielen rustend frame met een handgreep, 5 een kleminrichting voor het aangrijpen van de voorwerpen voorzien van een eerste klemelement dat scharnierend met het frame verbonden is en aan het van het frame afgekeerde einde voorzien is van een grijpdeel, welk grijpdeel twee onder een hoek staande organen omvat, waarbij het eerste orgaan ingericht is om het bovenvlak van dat plaatvormige voorwerp aan te grijpen, en het tweede orgaan ingericht is om de zijrand van dat plaatvormige voorwerp aan te grijpen, en uit een aan de onderzijde van dat frame aange-10 bracht vastklemelement, welke klemelement een eerste aanslagorgaan omvat, ingericht om het plaatvormige voorwerp van boven aan te grijpen, alsmede een tweede aanslagorgaan om de zijrand van dat plaatvormige voorwerp aan te grijpen. Een dergelijke inrichting is bekend uit het Britse octrooischrift 2.182.307. Deze inrichting is voorzien van een telescopeerbare cilinder alsmede een veer. Daarmee wordt klemkracht opgewekt. Een dergelijke klemkracht is noodzakelijk omdat de daarbij gebruikte aangrijp-15 elementen hoekprofielen zijn waarbij het aangrijpende deel van de hoekprofielen, de verticale zijden, vlak liggend tegen de tegel aangebracht is. Zonder veerkracht zou onvoldoende aangrijping verkregen worden om zware voorwerpen vast te houden. Het gebruik van veren maakt de inrichting bedieningsonvriendelijk en gecompliceerd.

In het Britse octrooischrift 2.172.249 wordt een poging gedaan om zonder dergelijke veren in voldoende 20 aangrijping te voorzien. Daar is deel 44 van het aangrijpelement zodanig aangebracht, dat dit precies op de onderkant van de tegelrand aangrijpt. Aan de voorzijde wordt daardoor voldoende aangrijping verwezenlijkt. Echter, zal aan de achterzijde nog steeds een probleem ontstaan bij het transporteren van een zwaar voorwerp. Dit zal onherroepelijk los laten.

Met geen van de hierboven beschreven constructies is het mogelijk getransporteerde tegels zonder 25 verdere handeling strak aan te leggen tegen een reeds gelegde tegel of ander voorwerp. Daartoe is het steeds noodzakelijk na het leggen met de hand (voet) de desbetreffende tegel te verplaatsen.

Het is het deel van de onderhavige uitvinding de hierboven beschreven nadelen te vermijden.

Dit doel wordt bij een hierboven beschreven uitvinding verwezenlijkt doordat het als nok uitgevoerde tweede aanslagorgaan het plaatvormige voorwerp kan aangrijpen volgens een lijn die op afstand ligt van 30 zowel de bovenzijde als de onderzijde van het plaatvormige voorwerp.

Met de inrichting is het mogelijk een zwaar voorwerp zoals een tegel optimaal aan te grijpen en zeer nauwkeurig tegen een reeds gelegde tegel te plaatsen waarbij geen of een zeer geringe tussenruimte aanwezig is.

De inrichting is zeer wendbaar en de constructie stelt de stratenmaker in staat een bijna loodrecht zicht 35 te hebben op de werkplek. Mede hierdoor is de tegel ten opzichte van de reeds geplaatste tegels goed te positioneren. De inrichting is eenvoudig van constructie en goedkoop te produceren.

Volgens een van voordeel zijnde uitvoering is de bewegingsslag van het beweegbare klemelement door aanslagen beperkt.

40 De inrichting volgens de uitvinding zal aan de hand van de tekening worden toegelicht, waarin: figuur 1 toont uitvoering A in zijaanzicht; figuur 2 toont uitvoering A in achteraanzicht; figuren 3 t/m 5 tonen uitvoering A in verschillende werkstanden; figuur 6 toont uitvoering A omgebouwd tot steekwagentje; 45 figuur 7 toont uitvoering B in doorsnede van het zijaanzicht; figuur 8 toont uitvoering B in achteraanzicht

Referentiecijfers van overeenkomstige constructieonderdelen zullen voor uitvoering B tussen haakjes worden aangegeven. De inrichting volgens de uitvinding bestaat uit een frame 1 (16) gedragen door wielen 50 9 (19) welke aan de onderzijde voorzien is van een vast klemelement 3 (13). Op enige afstand van het vaste klemelement 3 (13) bevindt zich aan het frame 1 (16) een scharnierpunt 7 (17) waar het klemelement 4 (14) scharnierend is bevestigd. Voorzieningen 8 (20) beperken de bewegingsvrijheid van het klemelement 4 (14) om de volgende redenen: - de inrichting blijft in een bepaalde ruststand staan, rustend enerzijds op de wielen 9 (19) en anderzijds op 55 het uiteinde van het beweegbare klemelement 4 (14).

- bij het achterover kantelen van het gestel zal het beweegbare klemelement 4 (14) op een bepaald moment mee kantelen. Aanslagnokken 2 (12) zorgen ervoor dat het vaste klemelement 3 (13) de tegel 5

Claims

194088 2 (15) niet te laag aangrijpt. Bij uitvoering A volgens figuur 2 kunnen de afstandbussen 11 tussen afstandbus 10 en de wielen 9 worden geplaatst. Hiermee wordt de wielbasis en daarmee de stabiliteit vergroot hetgeen gewenst is als het gestel is omgebouwd tot steekwagentje volgens figuur 6. De kleine wielbasis is noodzakelijk bij het leggen van bepaalde tegelpatronen zoals het zogenaamde 5 molenwiek patroon waarbij vier tegels van het formaat 60 x 40 cm een vierkant vormen van 100 x 100 cm. De, bij dit patroon, beschikbare wielbasis is maximaal 20 cm. Het beweegbare klemelement 4 volgens figuur 1 is verstelbaar waardoor deze aangepast kan worden op de verschillende tegelformaten. Handgreep 18 volgens figuren 7 en 8 is verstelbaar en dient er voor de inrichting, met of zonder tegel, draagbaar te maken. De inrichting kan zelfs zonder wielen worden uitgevoerd als de tegels slechts over een geringe 10 afstand behoeven te worden verplaatst. De inrichting volgens de uitvinding werkt als volgt: De te leggen tegels zijn op hun kant in pakketten aangeleverd. De tegel die door de inrichting moet worden opgepakt moet eerst in horizontale positie worden gebracht. Dit kan eenvoudig door met de voet of met de hand de tegel om te laten vallen op bijvoorbeeld een rubber deurmat. De inrichting wordt nu met het 15 vaste klemelement tegen de tegel geplaatst. Door de inrichting voorover te kantelen zal het beweegbare klemelement, op een zeker moment, over de tegel vallen zoals aangegeven in figuur 3. Door de inrichting nu achterover te kantelen, waarbij de voet tegen de wielas steunt, zal de tegel over een geringe hoogte worden opgenomen zoals aangegeven in figuur 4. De inrichting, met de vastgeklemde tegel, wordt nu naar de te bestraten plaats gereden, waarbij de wielen zich bewegen over het reeds bestrate gedeelte. De in de 20 inrichting gekiemde tegel wordt nu tegen het reeds bestrate gedeelte geplaatst zoals aangegeven in figuur 5. Wanneer de inrichting nu verder naar voren wordt gekanteld zal eerst de voorkant van de tegel de ondergrond raken en vervolgens zal de tegel in zijn geheel op zijn plaats vallen. Wanneer de te plaatsen tegel met een van de onderhoeken links of rechts tegen de eerder geplaatste tegels rust, wat kan voorkomen als de tegel niet goed is gepositioneerd, is door de inrichting wat heen en 25 weer te kantelen het toch mogelijk de tegel goed aan te laten sluiten op het bestaande straatwerk. De kiemen wrijvingskrachten worden beurtelings kleiner en groter waardoor de tegel ten opzichte van het vaste klemelement in langsrichting zal verschuiven totdat de tegel op zijn plaats ligt. Bij het weghalen van bestaand tegelwerk is het noodzakelijk eerst wat ruimte tussen de te verwijderen tegel en het overige tegelwerk te creëren met behulp van bijvoorbeeld een spitriek of een platte schop. De 30 inrichting wordt nu met het vaste klemelement tegen de te verwijderen tegel geplaatst waarbij de wielen zich in het zandbed bevinden. Bij het voorover kantelen van de inrichting zal het beweegbare klemelement tussen de zojuist gecreëerde ruimte vallen. Wanneer de tegel is opgenomen wordt de inrichting in het zandbed gekeerd en achterwaarts op de bestaande bestrating getrokken. Het is mogelijk, met een geringe krachtsinspanning, de tegels te stapelen door de inrichting beurtelings van het ene wiel op het andere wiel 35 te laten kantelen waardoor trapsgewijs hoogteverschillen zijn te overbruggen.

1. Inrichting voor het transporteren en op een ondergrond leggen van plaatvormige voorwerpen bestaande uit een met de hand verrijdbaar, op twee wielen rustend frame met een handgreep, een kleminrichting voor het aangrijpen van de voorwerpen voorzien van een eerste klemelement dat scharnierend met het frame verbonden is en aan het van het frame afgekeerde einde voorzien is van een grijpdeel, welk grijpdeel twee onder een hoek staande organen omvat, waarbij het eerste orgaan ingericht is om het bovenvlak van dat 45 plaatvormige voorwerp aan te grijpen, en het tweede orgaan ingericht is om de zijrand van dat plaatvormige voorwerp aan te grijpen, en uit een aan de onderzijde van dat frame aangebracht vastkiemelement, welk klemelement een eerste aanslagorgaan omvat, ingericht om het plaatvormige voorwerp van boven aan te grijpen, alsmede een tweede aanslagorgaan om de zijrand van dat plaatvormige voorwerp aan te grijpen, met het kenmerk, dat het als nok uitgevoerde tweede aanslagorgaan (3,13) het plaatvormige voorwerp kan 50 aangrijpen volgens een lijn die op afstand ligt van zowel de bovenzijde als de onderzijde van het plaatvor- 3 194088 mige voorwerp.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de bewegingsslag van het beweegbare klemelement (4,14), door de aanslagen (8, 20) beperkt is. Hierbij 5 bladen tekening