NL193324C

NL193324C - Werkwijze voor het vervaardigen van bundels staaldraadsnippers.

Info

Publication number: NL193324C
Application number: NL8901215A
Authority: NL
Original assignee: Bekaert Sa Nv
Priority date: 1989-05-16
Filing date: 1989-05-16
Publication date: 1999-06-02
Also published as: LU87737A1; FR2647141B1; PT94031B; NL193324B; CA2016298A1; FR2647141A1; DK118690A; DK171873B1; GB2232618A; NO902161L; JPH0369537A; GR1001045B; GB2232618B; ATA107690A; CA2016298C; SE501425C2; AT405491B; ES2020458A6; SE9001609D0; IE901608L

Description

1 193324

Werkwijze voor het vervaardigen van bundels staaldraadsnippers

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van bundels staaldraadsnippers voor het versterken van bouwelementen waarbij een aantal draden wordt samengebundeld en onder toepassing 5 van een in water geheel of gedeeltelijk oplosbaar kleefmiddel wordt samengekleefd en de verkregen bundel van samengekleefde draden transversaal in stukken wordt gesneden.

Een dergelijke werkwijze is bekend uit de Nederlandse octrooiaanvrage 7405140. Bedoelde publicatie openbaart een werkwijze van de aangegeven soort waarin draden in onderling evenwijdige opstelling met een kleefmiddeloplossing worden bekleed, de overmaat kleefmiddeloplossing wordt verwijderd; de 10 kleefmiddeloplossing in een droogoven onder toevoer van energie wordt gedroogd, waarna de aldus verkleefde draden door dwarssnijden worden verdeeld in afzonderlijke bundels die in betonspecie gemengd kunnen worden.

Bedoelde werkwijze heeft als nadeel dat het droogproces voor het verwijderen van het voor de kleefmiddeloplossing gebruikte oplosmiddel, veelal water, veel energie kost terwijl het werken met waterige 15 kleefmiddeloplossingen leidt tot sterke milieubelasting bij afvoer van water dat voor reiniging van de installatie wordt gebruikt.

Verrassenderwijs is nu gebleken dat er niet alleen voor eerdergenoemde problemen een oplossing kan worden gevonden, maar dat deze oplossing eveneens het toepasbaarheidsgebied van de bundels staaldraadsnippers vergroot tot buiten het tot nu toe bestreken gebied en daartoe wordt de werkwijze van 20 het aangegeven type gekenmerkt doordat voor toepassing van de bundels staaldraadsnippers in zowel mortel of beton op basis van cement en bitumineus beton een kleefmiddel wordt gekozen met een verwekingspunt in het gebied van 40 tot 170°C, het kleefmiddel in gesmolten toestand wordt opgebracht en door afkoelen tot stollen wordt gebracht.

Door over te gaan op een systeem van vanuit een smelt opbrengen van een in water oplosbaar of 25 verdeelbaar kleefmiddel wordt niet alleen een sterke verlaging van energieverbruik en watervervuiling bereikt, ook wordt door geschikte instelling van het verwekingsgebied toepasbaarheid van de bundels staaldraadsnippers in bitumineus beton bereikt, waardoor de bundels staaldraadsnippers een toepassing in beide bekende gebieden verkrijgen.

Ten aanzien van de keuze van toepasbare kleefmiddelen wordt verwezen naar het boek van M.J.

30 Satriana, "Hot Melt Adhesives, Manufacture and Applications”, Noyes Data Corporation, New Jersey, U.S.A., 1974.

Dergelijke bindmiddelen worden aangebracht door ze tot een gesmolten toestand te verwarmen, met een geschikte applicator op het substraat, in dit geval op de samengebundelde staaldraden aan te brengen bij temperaturen van bijvoorbeeld 65 tot 170°C waarna door afkoelen tot temperaturen tussen 21 en 37°C een 35 vastwording van het kleefmiddel optreedt.

Om hiervoor in aanmerking te komen moeten de snippers een in hoofdzaak langwerpige vorm hebben, met een dikte van 0,3 tot 1,5 mm, een lengte-dikte-verhouding tussen 40 en 120, en een maximale lengte van 120 mm. Onder ’’langwerpig” wordt hier bedoeld, dat de snipper niet zodanig geplooid of gekruld is, dat er geen algemene lengterichting onderscheidbaar meer zou zijn waarin de snipper zijn versterkingseffect 40 uitoefent. Aldus moet de schijnbare lengte van de draadsnipper, d.w.z. de afstand tussen de uiteinden, niet kleiner zijn dan 0,7 maal de lengte gemeten langs de draadsnipper. De dikte van de draadsnipper, voor niet-ronde doorsneden, is gelijk aan de diameter van de cirkel die dezelfde transversale doorsnede heeft.

Dergelijke staaldraadsnippers worden gebruikt voor het wapenen van mortel of beton op basis van cement, en worden in het natte mengsel ingemengd, waarna het mengsel gestort wordt en hardt in de 45 gewenste vorm. Wanneer deze staaldraadsnippers zonder verdere maatregel in het mengsel gestort worden dan geeft dit aanleiding tot samenballen der draadsnippers, in plaats van een gelijkmatige verdeling ervan in het mengsel. Daarom worden die staaldraadsnippers ingebracht in de vorm van een bundel van dergelijke staaldraadsnippers, die tot een bundel samengehouden worden door middel van een bindmiddel dat zijn bindkracht verliest gedurende het mengen, meer specifiek doordat het bindmiddel geheel of gedeeltelijk 50 oplost in het water van de cementmortel of van het beton. Bij voorkeur bevat een bundel 5 tot 30 staaldraadsnippers. De bundel moet niet noodzakelijk een ongeveer ronde doorsnede hebben, maar kan ook een platte bundel zijn van draden die zij aan zij aan elkaar gekleefd zijn.

Het is bekend uit U.S. 4.284.667 van dergelijke bundels staaldraadsnippers te vervaardigen door een methode waarbij een aantal draden worden samengebundeld en samengekleefd door aanbrengen van een 55 waterige emulsie of oplossing van een kleefmiddel dat nadien, na drogen, weer in het beton zal kunnen oplossen, waarbij de bundel vervolgens in een droogoven wordt gedroogd, en tenslotte de bundel transversaal in stukken worden gesneden.

193324 2

Aan de basis van de uitvinding ligt de bevinding dat het gebruikte kleefmiddel zowel een geheel of gedeeltelijk wateroplosbaar kleefmiddel als een smeltbaar kleefmiddel is dat interessant kan zijn in toepassingen waar de staaldraadsnippers in warme mengsels, zoals warme bitumen, moeten ingemengd worden. Door ’’gesmolten toestand” wordt hier bedoeld dat de stof onder invloed van de temperatuur zijn 5 vaste toestand verloren heeft, niet noodzakelijk bij een bepaald smeltpunt, maar eventueel ook als thermoplastische stof verweekt binnen een bepaald temperatuursgebied boven hetwelk de stof als voldoende vloeibaar wordt aangezien om ais kleefmiddel op de draadbundel aangebracht te worden. Bijgevolg, wordt het smeltbaar kleefmiddel in gesmolten toestand aangebracht, zodat het kleefmiddel dan niet meer in een droogoven moet gedroogd worden, maar hard kan worden door gewoon snel afkoelen, 10 vooraleer de draadbundel in stukken gesneden wordt. Hierdoor kan de productiesnelheid opgedreven worden en ook energie uitgespaard. Het gebruik van deze smeltmethode voor het aanbrengen van een kleefmiddel dat geheel of gedeeltelijk oplosbaar is in water, maakt het mogelijk de dradenbundels zowel te verwerken in koude cement- en betonmortel als in warme asfalt en -beton. Een verder voordeel voor de fabricage ligt in het feit dat een te smelten kleefmiddel, dus zonder water, veel minder plaats inneemt voor 15 de opslag ervan, en ook onbeperkt in tijd bewaarbaar is.

Het samenkleven gebeurt door middel van een kleefmiddel in gesmolten toestand en met een verwe-kingspunt in het gebied 40°C-170°C (Ring & Ball test), en het kleefmiddel wordt nadien door afkoeling tot stollen gebracht. Als een in water oplosbare of emulgeerbare smeltlijm, kan een smeltlijm gekozen worden die gebruikt wordt voor het aanbrengen in warme toestand op papier of karton, en die dan nadien door 20 bevochtiging weer week kan worden. In de praktijk kan een keuze gemaakt worden tussen de verschillende smeltlijmen die op de markt verkrijgbaar zijn, en bijvoorbeeld beschreven zijn in het boek van M.J. Satriana "Hot Melt Adhesives” (Noyes Data Corporation - 1974).

Het kleefmiddel kan op verschillende wijzen aangebracht worden. Men kan de bundel draden laten passeren door een bad van het gesmolten kleefmiddel, en dan bij uitgang uit het bad het teveel aan 25 kleefmiddel afstropen vooraleer het te doen koelen, bijvoorbeeld in een luchtstraal of in water wanneer het een niet door water week wordend kleefmiddel betreft. Een ander middel, wanneer het aan te brengen kleefmiddel in poedervorm gebruikt wordt, bestaat in het opwarmen van de dradenbundel, die dan door een gefluïdiseerd bed van zulk poeder gevoerd wordt. Het poeder smelt dan tegen de bundel, en het kleefmiddel stolt dan weer bij uittrede. Ook kunnen gebruikelijke applicatoren met spuit- en sleepmond gebruikt worden. 30 Verder is het ook mogelijk om het kleefmiddel op de individuele draden aan te brengen en nadien te bundelen en die draden dan door verwarming en afkoeling aan elkaar te kleven.

Afhankelijk van de omstandigheden waarin de draadbundels moeten bewaard en gebruikt worden, zal een kleefmiddel gebruikt worden met specifiek verwekingspunt, dat zal liggen tussen 40°C en 170°C. Indien het verwekingspunt lager ligt dan 40°C, dan verhoogt het risico dat de bundels aan elkaar beginnen te 35 kleven wanneer ze aan zon of warme klimaatsomstandigheden blootgesteld worden. Anderzijds, indien een verwekingspunt boven 170°C gekozen wordt, dan verhoogt het risico dat de draadsnippers niet volledig van elkaar gescheiden worden in de gebruikelijke warme mengsels in de bouwindustrie. De hierbij bedoelde verwekingspunten zijn deze zoals bepaald in de Ring & Ball test.

Teneinde de draadsnippers gemakkelijk aan elkaar te kleven en van elkaar scheidbaar te maken, 40 verdient het de voorkeur de draden zij aan zij in een platte bundel aan elkaar te kleven. Het is echter ook mogelijk van een ronde bundel te vervaardigen, waar het kleefmiddel niet of onvolledig tot de kern van de bundel doordringt, en vooral als een mouw rond de bundel de draadsnippers samenhoudt. Het samenkleven van de draadsnippers betekent dus niet noodzakelijk dat alle draadsnippers met het kleefmiddel in contact gebracht worden, maar dat na stolling de draadsnippers tot een bundel samengehouden worden.

45 Wanneer de draden toegevoerd worden om zij aan zij tot een platte bundel gegroepeerd te worden in één vlak, is het ook voordelig, wanneer draadsnippers met langsgolvingen of vervormingen en/of haken aan de uiteinden moeten verkregen worden, om deze vervormingen aan te brengen vóór het snijden, op de platte bundel draden. Dit gebeurt dan bij voorkeur door de platte bundel longitudinaal te voeren tussen twee draaiende rollen met gegolfde omtrek, of met een ander profiel, waarbij beide omtrekken eikaars tegenbeeld 50 zijn. Aldus worden vervormingen in de draden aangebracht in een vlak dat de langsrichting van de bundel bevat en dat loodrecht staat op het vlak van de bundel.

Het is duidelijk dat deze werkwijze zeer geschikt is voor een continu proces, waarbij een aantal draden van hun respectieve spoelen worden afgewonden, en waar men na afwinden die draden laat samenlopen naar de ingang van een machine, waar ze gebundeld worden. In die machine passeert de bundel dan eerst 55 een kleefpost, waar het kleefmiddel aangebracht wordt, vervolgens een koelpost waar het kleefmiddel tot koelen gebracht wordt, vervolgens een eventuele vervormingspost, waar de bundel tussen twee draaiende wielen vervormd wordt, en vervolgens een snijpost, waar de bundel in stukken gesneden wordt, en de

Claims

3 193324 bundel draadsnippers in een recipiënt opgevangen worden. 5 Werkwijze voor het vervaardigen van bundels staaldraadsnippers voor het versterken van bouwelementen uit beton waarbij een aantal draden wordt samengebundeld en onder toepassing van een in water geheel of gedeeltelijk oplosbaar kleefmiddel wordt samengekleefd en de verkregen bundel van samengekleefde draden transversaal in stukken wordt gesneden, met het kenmerk, dat voor toepassing van de bundels 10 staaldraadsnippers in zowel mortel of beton op basis van cement en bitumineus beton een kleefmiddel wordt gekozen met een verwekingspunt in het gebied van 40 tot 170°C, het kleefmiddel in gesmolten toestand wordt opgebracht en door afkoelen tot stollen wordt gebracht.