NL192938C - Stuurschakeling voor een gelijkstroommotor van een inrichting voor transport van een registatieband. - Google Patents

Stuurschakeling voor een gelijkstroommotor van een inrichting voor transport van een registatieband. Download PDF

Info

Publication number
NL192938C
NL192938C NL8203731A NL8203731A NL192938C NL 192938 C NL192938 C NL 192938C NL 8203731 A NL8203731 A NL 8203731A NL 8203731 A NL8203731 A NL 8203731A NL 192938 C NL192938 C NL 192938C
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
level
circuit
fixation
value
position value
Prior art date
Application number
NL8203731A
Other languages
English (en)
Other versions
NL192938B (nl
NL8203731A (nl
Original Assignee
Sony Corp
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Sony Corp filed Critical Sony Corp
Publication of NL8203731A publication Critical patent/NL8203731A/nl
Publication of NL192938B publication Critical patent/NL192938B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL192938C publication Critical patent/NL192938C/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H02GENERATION; CONVERSION OR DISTRIBUTION OF ELECTRIC POWER
    • H02PCONTROL OR REGULATION OF ELECTRIC MOTORS, ELECTRIC GENERATORS OR DYNAMO-ELECTRIC CONVERTERS; CONTROLLING TRANSFORMERS, REACTORS OR CHOKE COILS
    • H02P7/00Arrangements for regulating or controlling the speed or torque of electric DC motors
    • H02P7/06Arrangements for regulating or controlling the speed or torque of electric DC motors for regulating or controlling an individual dc dynamo-electric motor by varying field or armature current
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B15/00Driving, starting or stopping record carriers of filamentary or web form; Driving both such record carriers and heads; Guiding such record carriers or containers therefor; Control thereof; Control of operating function
    • G11B15/18Driving; Starting; Stopping; Arrangements for control or regulation thereof
    • G11B15/20Moving record carrier backwards or forwards by finite amounts, i.e. backspacing, forward spacing
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B15/00Driving, starting or stopping record carriers of filamentary or web form; Driving both such record carriers and heads; Guiding such record carriers or containers therefor; Control thereof; Control of operating function
    • G11B15/18Driving; Starting; Stopping; Arrangements for control or regulation thereof
    • G11B15/46Controlling, regulating, or indicating speed
    • G11B15/48Starting; Accelerating; Decelerating; Arrangements preventing malfunction during drive change
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B15/00Driving, starting or stopping record carriers of filamentary or web form; Driving both such record carriers and heads; Guiding such record carriers or containers therefor; Control thereof; Control of operating function
    • G11B15/60Guiding record carrier
    • G11B15/602Guiding record carrier for track selection, acquisition or following

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Power Engineering (AREA)
  • Adjustment Of The Magnetic Head Position Track Following On Tapes (AREA)
  • Stopping Of Electric Motors (AREA)

Description

1 192938
Stuurschakeling voor een gelljkstroommotor van een inrichting voor transport van een registratie-band
De uitvinding heeft betrekking op een stuurschakeling voor een gelljkstroommotor van een inrichting voor 5 transport van een informatiedrager met daarop opgenomen stuursignalen voor aanwijzing van voorafbepaalde plaatsen van de informatiedrager, omvattende: - een met de gelljkstroommotor gekoppelde signaalgenerator voor het afgeven van een de rotatiesnelheid van de gelljkstroommotor representerend frequentiesignaal; - een stuursignaalaftastkop voor het uitlezen van op de informatiedrager opgenomen stuursignalen; 10 - een met de gelljkstroommotor gekoppelde motorbesturingsschakeling, die is ingericht voor het tot stilstand brengen van de gelljkstroommotor in een positie, die met een van de voorafbepaalde plaatsen op de informatiedrager overeenkomt; - een positiewaardeopwekschakeling voor het uit het frequentiesignaal afleiden van een positiewaarde die stapsgewijze met het verschijnen van het frequentiesignaal varieert voor het representeren van de positie 15 van de informatiedrager ten opzichte van de voorafbepaalde plaatsen; - een niveaufixatieschakeling voor bijregeling van de positiewaarde bij detectie van de stuursignalen; - een remstartsignaalgenerator voor het telkens wanneer de positiewaarde een voorafbepaalde drempelwaarde bereikt, afgeven van een rembeginsignaal.
Een dergelijke stuurschakeling is bekend uit de Duitse, ter inzage gelegde octrooiaanvrage 2.546.435.
20 Deze schakeling volgens de stand van de techniek verschaft een nauwkeurige instelling op een spoor tijdens vertraagde weergave wanneer de band in voorwaartse richting wordt aangedreven. Indien de schakelingen echter zonder verdere modificering worden gebruikt kunnen enkele problemen optreden wanneer vertraagde weergave wordt uitgevoerd met de achteruit aangedreven band.
Het doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een dergelijke inrichting die bovenge-25 noemde problemen vermijdt.
Dit doel wordt bereikt, doordat de niveaufixatieschakeling omvat: een eerste schakeling, welke in geval van detectie van de stuursignalen tijdens transport van de informatiedrager in voorwaartse richting aan de positiewaardeopwekschakeling een eerste fixatieniveau levert voor niveaufixatie van de positiewaarde op dit eerste fixatieniveau en een tweede schakeling, welke in geval van detectie van de stuursignalen tijdens 30 transport van de informatiedrager in teruggaande richting aan de positiewaardeopwekschakeling een tweede fixatieniveau levert voor niveaufixatie van de positiewaarde op dit tweede fixatieniveau.
Als gevolg van deze maatregel wordt een stuurschakeling verkregen, die in beide richtingen goed werkt.
Vervolgens zal de onderhavige uitvinding worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin: 35 figuur 1: een schakelschema is van een remstartsignaal ontwikkelende schakeling volgens één uitvoeringsvorm van deze uitvinding; figuur 1A: een schematisch beeld is van een andere uitvoeringsvorm van deze uitvinding, waarbij digitale technieken worden toegepast; figuren 2A-2F: golfvormgrafieken zijn voor het verklaren van de werking van de uitvoeringsvorm van 40 figuur 1; figuur 3: een magnetische registreerband toont ter toelichting van de betreffende plaatsen van de stuursignalen en de gewenste stopplaatsen; figuren 4A-4C: golfvormgrafieken zijn ter toelichting van de besturing van de beweging van de band in de vooruit- en de achteruitmodus; 45 figuur 5: een schematisch beeld is van een andere uitvoeringsvorm van deze uitvinding; figuren 6A en 6B: golfvormgrafieken zijn, die toegepast worden bij het verklaren van de werking van de uitvoeringsvorm van figuur 5; figuur 7: een grafiek is, waaruit de spoorbreedte van de uitvoeringsvorm van figuur 5 blijkt; figuur 8: een magnetische registreerband toont ter toelichting van de spoorbreedte van de uitvoerings-50 vormen van figuur 7; figuur 9: een schematisch beeld van een gedeelte van een andere uitvoeringsvorm van deze uitvinding is; en figuur 10: een grafiek is, die de spoorbreedte van de uitvoeringsvorm van figuur 13 toont.
55 In de Nederlandse octrooiaanvrage nr. 8203730 van gelijke rang wordt een stuurschakeling voor een overeenkomstige toepassing beschreven. Deze stuurschakeling is echter geheel digitaal uitgevoerd. Bij deze stuurschakeling voor de gelljkstroommotor 1 worden de stuursignalen CTL, die van de band worden 192938 2 gereproduceerd, gebruikt als referentie voor het besturen van de stopplaats van de band, waarbij het stoppen wordt vertraagd met een tevoren bepaalde tijdshoeveelheid voor het ontwikkelen van de remimpuls M(9) met een tevoren bepaalde breedte Tr. Instelling op het spoor wordt bereikt door het regelen van de vertragingstijd van het impulssignaal M(8).
5 Indien deze techniek wordt gebruikt voor het ontwikkelen van een remsignaal zal echter elk uitvallen van het optreden van het gereproduceerde stuursignaal CTL tot gevolg hebben dat de band niet wordt gestopt voordat het volgende stuursignaal CTL wordt afgetast. Dientengevolge kan het niet juist instellen op een spoel optreden. Omdat verder de remimpuls M(9) niet kan worden ontwikkeld vóór het moment, dat het gereproduceerde stuursignaal CTL wordt afgetast, indien de gewenste stopplaats voor de band dichtbij een 10 geregistreerde plaats van stuursignalen CTL op de band ligt, zal de eigenlijke stopplaats van de band iets voorbij de gewenste plaats liggen hetgeen dus een niet juist instellen op het spoor tot gevolg heeft.
Om de bovenvermelde nadelen te vermijden kan het remstartsignaal worden ontwikkeld in de schakeling volgens de uitvinding, waarvan een eerste uitvoeringsvorm in figuur 1 is weergegeven.
In de schakeling van figuur 1 voor het ontwikkelen van het remstartsignaal wordt een houdketen 50 15 gevormd door een bestuurde schakelaar 51, een andere stuurschakelaar 52 en een terugstelschakelaar 53, die gekoppeld zijn met een aansluitkiem voor het laden van een houdcondensator 54 met een houd-capaciteit C. Deze condensator heeft een geaarde aansluitkiem en een andere aansluitkiem, die als laadklem dient. Een constante stroombron 55 wordt met de laadklem van de condensator 54 verbonden door de bestuurde schakelaar 52 voor het leveren van een constante stroom i0 aan de condensator 54, 20 wanneer de schakelaar 52 gesloten is. Een referentiespanningsbron 56 voorziet de condensator 54 van een spanningsgrendelwaarde Ec wanneer de schakelaar 51 gesloten is. De terugstelschakelaar 53 overbrugt de condensator 54 en ontlaadt deze tot aarde, wanneer de schakelaar 53 wordt gesloten.
Een kop 57 voor het aftasten van stuursignalen bevindt zich op korte afstand van een stuurspoor op de band voor het aftasten van het stuursignaal CTL, wanneer de band hierlangs loopt. Dit stuursignaal CTL 25 wordt in een versterker 58 versterkt en wordt dan toegevoerd aan een ingang 59, waar het gebruikt wordt voor het besturen van de bediening van de schakelaar 51.
Een andere ingang 60 ontvangt het frequentiesignaal 8FG dat de rotatiesnelheid van een kaapstander-motor representeert en dat wordt benut voor het bedienen van de schakelaar 52. De houdcondensator 54 fungeert als een integrerende schakeling voor het ophopen van de elektrische lading op elk moment dat de 30 schakelaar 52 wordt gesloten, zodat aan de laadklem van de condensator 54 een plaatswaarde EP optreedt, die, zoals weergegeven in figuur 2A geleidelijk van de waarde nul toeneemt tot een maximale waarde Es.
Zoals weergegeven in figuur 2B wordt het traject van nul tot Es van de plaatswaarde EP zo gekozen, dat deze overeenkomt met een tevoren bepaald getal N van het voorkomen van het frequentiesignaal 8FG. Bij elk optreden van dit frequentiesignaal 8FG wordt de constante stroom iD toegevoerd aan de condensator 54 35 gedurende een periode Tc, die overeenkomt met de impulsbreedte van het frequentiesignaal 8FG. Dientengevolge neemt de plaatswaarde EP trapsgewijs met ΔΕΡ toe, zoals in het omcirkelde detail van figuur 2A is weergegeven, bij elk optreden van het frequentiesignaal 8FG. Dit increment ΔΕΡ komt overeen met een waarde i0tc/C.
Zoals weergegeven in figuur 2C wordt elke maal dat het stuursignaal CTL wordt gedetecteerd en de 40 schakelaar 51 wordt gesloten, de plaatswaarde EP vergrendeld op de spanningsgrendelwaarde E^ Hierdoor vindt een aanpassing plaats van alle onnauwkeurigheden tengevolge van verschillen in loopsnelheid, slippen van de band en andere variaties.
Zoals hierboven is vermeld dienen de parameters van de schakeling van figuur 1 zo te worden gekozen, dat N impulsen van het frequentiesignaal 8FG worden ontwikkeld, voordat de kaapstander de band 45 transporteert over een afstand overeenkomende met de afstand van het stuursignaal CTL. De constante stroom i0 dient daarom zo te worden gekozen, dat wordt voldaan aan de betrekking Es = ΝΔΕρ = NioVC.
Na N malen optreden van het frequentiesignaal 8FG zal de plaatswaarde EP de maximale waarde Es van het traject daarvan bereiken en dient deze daarom te worden teruggesteld tot het nuleinde daarvan. Voor dit 50 doel bezit een na een geïsoleerde versterker 61 volgende vergelijker 62 een (+)ingang, die gekoppeld is voor het ontvangen van de plaatswaarde EP, en een (-)ingang, die verbonden is met een bron 63, die een referentiespanning verschaft, die overeenkomt met de maximale waarde Es van de plaatswaarde EP. Indien deze waarde Es gekozen wordt, zodat deze voldoet aan de betrekking (N-1 ).EP<ES<N.EP
55 wordt vanaf de uitgang van de vergelijker 62 een signaal verschaft na N-maal het optreden van het frequentiesignaal 8FG. Dit signaal wordt toegevoerd aan een vertragingsschakeling 64 met een vertragingstijd xr, die een terugstelimpuls RST (figuur 2D) verschaft voor het sluiten van de schakelaar 53. Deze 3 192938 vertragingstijd τ, wordt kleiner gekozen dan de periode van de frequentiesignalen 8FG, wanneer het bandapparaat bij normale snelheid wordt bedreven. Deze terugstelimpuls RST dient voor het terugstellen van de plaatswaarde EP tot nul of aarde na elk N-maal optreden van het frequentiesignaal 8FG, hetgeen overeenkomt met de beweging van de band met één interval tussen de stuursignalen CTL 5 De vergrendeling, die plaats vindt na het detecteren van het stuursignaal CTL, brengt het sluiten van de schakelaar 51 teweeg gedurende een periode, die korter is dan de periode τ0 van de frequentiesignalen 8FG bij normale loopsnelheid, waardoor de plaatswaarde EP bij de spanningsgrendelwaarde Ec wordt gebracht. De laatstgenoemde wordt kleiner gekozen dan de referentiespanningswaarde Es.
De plaatswaarde EP, die zoals bovenstaand wordt verkregen en in het algemeen in figuur 2A is 10 weergegeven, wordt toegevoerd aan een vergelijker 65 om hieruit het remstartsignaal BS af te leiden, zoals weergegeven in figuur 2E. Dit signaal BS wordt aangelegd op de stuurschakeling om de band te stoppen, waarvan de loopsnelheid in figuur 2F is weergegeven, teneinde de band te stoppen uitgaande van de normale snelheid NS.
Van de vergelijker 65 is een (-)ingang gekoppeld met een instelbare spanningsbron 66, die hieraan een 15 remdrempelspanning EB verschaft, welke hier kleiner gekozen is dan de vergrendelspanningswaarde Ec, en is een (+)ingang gekoppeld voor het ontvangen van de plaatswaarde EP. De laatstgenoemde wordt eveneens aangelegd op een uitgangsaansluitklem 67. De vergelijker 65 heeft een uitgang, die met een andere uitgangsaansluitklem 68 is verbonden om hieraan het remstartsignaal BS, zoals weergegeven in figuur 2E, te verschaffen. De voorzijde van het signaal BS komt overeen met het punt, waarop de plaats-20 waarde EP gelijk is aan de remdrempelspanning EB. In dit geval blijft de band bewegen nadat het remstartsignaal BS aanvangt om daarna na een korte afstand te stoppen, terwijl het trapsgewijs opladen van de condensator 54 blijft voortgaan totdat het punt is bereikt, waar de band stopt. Als gevolg hiervan komt de plaats van het stoppen overeen met een plaatswaarde EP, die een spanning ΔΕΒ boven de drempel-spanning EB bezit. Bij deze uitvoeringsvorm wordt het besturen van de instelling op een spoor dus 25 uitgevoerd door het kiezen van de drempelspanning EB.
Uit proeven is gebleken, dat de verhouding van de slip tussen de kaapstander en de band bijna 0,1% is. Dankzij het vergrendelen van de plaatswaarde EP op het grendelspanningsniveau Ec wordt echter een door het slippen van de band veroorzaakte fout niet opgehoopt. Dus zelfs indien het stuursignaal CTL gedurende een opeenvolging van twintig tot dertig intervallen van het stuursignaal CTL niet kan worden gereproduceerd 30 bedraagt de omvang van de fout, die in het plaatssignaal EP optreedt, niet meer dan ongeveer één trap ΔΕΡ. De frequentie van het signaal 8FG is relatief hoog in vergelijking met de frequentie van het stuursignaal CTL, bij voorkeur ten minste ongeveer achttien maal de frequentie van het stuursignaal CTL
Het grendelspanningsniveau Ec dient bij voorkeur een waarde van n.AEP te bezitten, waarbij n een geheel getal is, dat kleiner is dan N. De regel, dat indien N groot genoeg is, zodat een mogelijke fout, die 35 binnen één trap van de golfvorm van figuur 2A optreedt, te verwaarlozen is, behoeft desondanks niet strict in acht te worden genomen, hetgeen de opbouw van de schakeling van figuur 1 eenvoudiger maakt. Daar het instellen van de band op een spoor uitgevoerd wordt door het kiezen van de betrekking van de waarde van het grendelspanningsniveau Ec tot de waarde van de variabele remdrempelspanning EB zou deze schakeling verder eveneens kunnen worden uitgevoerd voor het bereiken van hetzelfde effect, indien de 40 spanningsbron 66 (dat wil zeggen de remdrempelwaarde EB) een vaste zou zijn en de spanningsbron 56 (dat wil zeggen de grendelwaarde Ec) variabel zou zijn.
Figuur 1A toont een andere inrichting van deze uitvoeringsvorm, waarin de besturing van het instellen op een spoor uitgevoerd wordt onder toepassing van digitale technieken. In dit geval bezit een N-bit ringteller 150 een klokaansluitklem, die het frequentiesignaal 8FG ontvangt en een terugstelaansluitklem, die het 45 stuurimpulssignaa! CTL ontvangt. Een plaatsgetal NP neemt bij elk optreden van het frequentiesignaal 8FG met 1 toe en geeft een terugstelling naar nul, wanneer het plaatsgetal NP een bovenste waarde van het traject bereikt (dat wil zeggen een aantal N).
Een voorinstelregister 156 slaat een voorinstelgetal Nc op, dat gebruikt wordt voor het regelen van het getal NP, dat in de teller 150 wordt opgeslagen, wanneer het stuursignaal CTL optreedt. Een digitale 50 vergelijker 165 ontvangt het plaatsgetal NP van de teller 150 en ontvangt eveneens een drempelgeta! NB, dat opgeslagen is in een register 166 voor het besturen van het instellen op een spoor. Dit getal NB wordt bijvoorbeeld zo gekozen, dat het overeenkomt met de afstand tussen een tevoren bepaalde plaats van de stuurimpuls CTL en de plaats van een geregistreerd videospoor. De vergelijker 165 verschaft een remstartsignaal BT, wanneer het plaatsgetal NP gelijk is aan of groter is dan het drempelgetal NB.
55 De in figuur 1 en 1A weergegeven schakelingen verschaffen een nauwkeurige instelling op een spoor tijdens vertraagde weergave, wanneer de band in voorwaartse richting wordt aangedreven. Indien deze schakelingen echter zonder verdere modificering worden gebruikt, kunnen enkele problemen optreden, 192938 4 indien vertraagde weergave uitgevoerd wordt met de band, die achteruit wordt aangedreven.
Zoals weergegeven in figuur 3 kunnen de gewenste stopplaatsen S1 en S2 van een magnetische band TP geacht worden verplaatst te zijn over een tevoren bepaalde afstand AS ten opzichte van de plaatsen CTLP van het geregistreerde stuursignaal CTL. Indien de band van de plaats Sn wordt verplaatst naar de 5 plaats S2 (dat wil zeggen in voorwaartse richting), zal de plaats S2 op de tevoren bepaalde afstand AS optreden nadat de stuurimpulsplaats CTLP wordt bereikt. Indien de band echter vanuit de plaats S2 omgekeerd naar de plaats S, wordt bewogen zal de laatstgenoemde plaats S, worden bereikt op een afstand AS vóór de bijbehorende stuurimpulsplaats CLTP. Indien het remstartsignaal BS voor het stoppen van de beweging van de band TP op een plaats AS naar de stuurimpulsplaats CTLP wordt verschaft, 10 wanneer de band achteruit wordt bewogen, zal de band TP daarom worden gestopt op een plaats 2AS, verwijderd van de gewenste plaats Sv
Indien de band TP een videoband is, die volgens een twee-uren modus wordt gebruikt, komt deze afstand AS overeen met een afstand S/4, waarbij S één interval tussen de stuursignalen CTL is. Indien de band TP op een drie-uren modus wordt gebruikt, zal deze afstand AS ongeveer S/10 zijn.
15 Indien de band in achterwaartse richting wordt bewogen, zoals weergegeven in een ononderbroken lijn in figuur 4 wordt dus met andere woorden een vergrendeling uitgevoerd bij het grendelspanningsniveau Eq bij het optreden van het stuursignaal CTL (figuur 4B). Als gevolg daarvan blijft de band bewegen tot aanzienlijk voorbij de gewenste stopplaats. Het zelfde resultaat treedt op, indien de stuursignalen als vooraf geregistreerde signalen CTP' (figuur 4C) op een verwisselbare band worden verschaft. Indien de grendelwaarde Ec 20 echter van de grendelwaarde voor de voorwaartse richting wordt gewijzigd is een andere grendelwaarde Ec, zoals aangegeven door de open cirkel in figuur 4A zal de instelling op een spoor op de juiste wijze optreden, zoals aangegeven door de streeplijn in figuur 4A. In dit geval liggen de grendelwaarden Ec en Ec symmetrisch aan weerszijden van een stopspanning E0. In dit geval voldoet Eq in het algemeen aan de betrekking 25 Eo = EB + AEb en komt dus overeen met de werkelijke waarde van het plaatssignaal EP, wanneer de band TP is gestopt. Deze stopwaarde kan eveneens worden uitgedrukt als Eq = 1/2(Ec + Ec)
Het zal dus duidelijk zijn, dat een juist instellen op een spoor kan worden uitgevoerd onder toepassing van 30 de grendelwaarde Ec in voorwaartse richting en de grendelwaarde Ec bij het werken achteruit. Het is dus niet noodzakelijk de drempelspanning EB te wijzigen.
Figuur 5 geeft een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding weer, die het remstartsignaal BS verschaft om een nauwkeurige instelling op een spoor te bereiken zowel bij de voorwaartse als bij de achterwaartse richtingen. Elementen van deze uitvoeringsvorm, die eveneens voorkomen in de uitvoeringsvorm van figuur 35 1, zijn met dezelfde verwijzingstekens aangegeven en een gedetailleerde beschrijving daarvan is weggelaten.
Bij deze uitvoeringsvorm bevindt zich voor de bestuurde schakelaar 51 schakelapparatuur voor het verschaffen van een eerste grendelwaarde Ec wanneer de band in voorwaartse richting wordt verplaatst en een andere grendelwaarde Ec, wanneer de band in tegengestelde richting wordt verplaatst. In deze 40 schakeling bezit een schakelaar 70 een uitgang, die verbonden is met de bestuurde schakelaar 51, een schakelaansluitklem FD, die verbonden is met de bron 56 voor de grendelspanningswaarde Ec en een andere schakelaansluitklem RV. De schakelaar 70 is uitgevoerd voor het verbinden met de aansluitklem FD, wanneer het bandapparaat in de vooruitmodus is ingesteld en het verbinden met de aansluitklem RV, indien het bandapparaat in de achteruitmodus daarvan is ingesteld.
45 Een omkeerstrip of aftrekeenheid 71 wordt gevormd door een operationele versterker 71' met hiermee gekoppelde voorspanningsweerstanden 72, 73,74 en 75, die elk een waarde R bezitten. De weerstand 72 verbindt de bron 56 met een (-)ingang van de operationele versterker 71' en de weerstand 75 verbindt een uitgang daarvan weer met de (-)ingang. De weerstand 73 verbindt een (+)ingang van de operationele versterker 71' met een stroombron 63', die hieraan de maximale spanningswaarde Eg verschaft. De 50 weerstand 74 is tussen de (gingang en aarde verbonden.
De maximale spanningswaarde Es, die geleverd wordt door de bron 63', is natuurlijk dezelfde waarde Es die door de bron 63 aan de operationele versterker 62 wordt geleverd.
De uitgang van de operationele versterker 71', namelijk de uitgang van de omkeereenheid 71, wordt met de aansluitklem RV verbonden voor het leveren van de grendelspanningswaarde Ec voor het vergrendelen 55 van de condensator 54, wanneer de band in achterwaartse richting loopt. Deze grendelwaarde Eq is gelijk aan het verschil tussen de maximale waarde Es en de grendelwaarde E^
Zoals weergegeven in figuur 6A zal, indien de remdrempelspanning Eb een vaste waarde
5 19293B
Eg = Eg/2 — ΔΕβ bezit, de stopspanning E0 ongeveer de helft van het maximale spanningsniveau Es zijn. Het regelen van de instelling op een spoor wordt daarom uitgevoerd door het wijzigen van de grendelspanning Eq onder toepassing van de schakelaar 70. Het zal duidelijk zijn, dat de grendelwaarde Ec en de grendelwaarde ËJT 5 symmetrische waarden aan weerszijden van de stopspanning E0 bezitten. De stopspanning Eo voldoet dus aan het verband
Eq = 1/è Eg. _
Als gevolg van de keuze van de grendelwaarden Eg en Ec zal de plaatswaarde EP vergrendeld worden op de betreffende van deze waarden Ec en Eg ten tijde van het optreden van de stuursignalen CTL (figuur 10 6B) zowel in voorwaartse als in achterwaartse richting met het gevolg, dat de band TP nagenoeg wordt gestopt op een plaats, waarop de plaatswaarde EP gelijk is aan de stopspanning Eq.
Figuren 7 en 8 lichten het traject van het instellen op een spoor toe, dat bereikt wordt onder toepassing van de uitvoeringsvorm van figuur 5. Zoals weergegeven in figuur 7 kunnen de grendelwaarden Ec en Eg gekozen worden binnen het traject van nul tot Es. De grendelwaarden Ec en Ec kunnen op een willekeurige 15 waarde worden ingesteld binnen een traject, dat overeenkomt met één interval tussen de plaatsen van stuursignalen CTLP. Zoals weergegeven in figuur 8 staat voor de optimale stopplaatsen, zoals weergegeven door een streeplijn, een kleine afstand AS vanaf de stuurimpulsplaatsen CTLP ter beschikking. Het werkelijke traject voor het instellen op een spoor is daarom enigszins asymmetrisch aan weerszijden van de stuurimpulsplaatsen CTLP en strekt het zich bij achterwaartse richting uit over een afstand S/2+AS en in 20 voorwaartse richting over een afstand S/2-AS. Het midden van de instelbare waarde Eq, die voor het besturen van het instellen op een spoor wordt gebruikt, is daarom met een hoeveelheid overeenkomende met -AES verplaatst ten opzichte van het werkelijke midden van het variabele traject Eg/2.
Figuur 9 toont een andere uitvoeringsvorm van de schakeling volgens de uitvinding, waarin de elementen die gemeenschappelijk zijn met de bovenbeschreven uitvoeringsvormen van figuren 1 en 5 met dezelfde 25 verwijzingscijfers zijn aangeduid en een gedetailleerde beschrijving daarvan is weggelaten.
In figuur 9 wordt een variabele weerstand 80 met een arreteerorgaan of een palstop om de schuif ervan in het midden van het traject ervan te houden als spanningsdeler gebruikt en is deze gekoppeld tussen een bron 63" en aarde. De bron 63" verschaft de maximale spanningswaarde Es. Een regelbare spanning E, treedt op aan de schuif van de variabele weerstand 80 en wordt via een scheidingsversterker 81 toegevoerd 30 aan een aftrekeenheid 83. Een andere bron 82 verschaft hierbij een spanningswaarde 2AEg. De aftrek-eenheid 83 omvat een operationele versterker 83', voorspanningsweerstanden 84, 85, 86 en een terugkoppelweerstand 87. De weerstanden 84-86 bezitten dezelfde waarde R als de weerstanden 72-75, maar de terugkoppelweerstand 87 bezit een andere waarde R'. Bij deze uitvoeringsvorm wordt de waarde R' van deze weerstand 87 zo gekozen, dat wordt voldaan aan de betrekking 35 R7R = 1-2(AEs/Es).
De weerstanden 84 en 85 verbinden de bron 82 en de versterker 81 met de (-) respectievelijk de (+) ingangen van de operationele versterker 83. De weerstand 86 verschaft een brug tegen de (+)aansluitklem en aarde en de terugkoppelweerstand 87 verbindt de uitgang van de operationele versterker 83' met de (-)ingang daarvan. De uitgang van de operationele versterker 83' is eveneens verbonden met de aansluit-40 klem FD van de schakelaar 70 om hieraan de grendelwaarde Ec te verschaffen.
De aftrekeenheid 83 trekt de waarde 2AES van de waarde E, af voor het verschaffen van de grendelwaarde Eq, die dan wordt toegevoerd aan de aftrekeenheid 71, waaruit de grendelwaarde Ec wordt verkregen.
De karakteristieken van de grendelwaarden Ec en Ec ten opzichte van de stuurspanning E, voor het 45 instellen op een spoor zijn in figuur 10 weergegeven. Deze waarden kunnen worden ingesteld door de schuif van de variabele weerstand 80 vanaf het arreteerpunt daarvan te bewegen naar een willekeurig punt binnen het traject van 2AES tot Es.
Het zal duidelijk zijn dat de hierboven beschreven stuurschakeling kan worden gebruikt om een kaapstandermotor intermitterend te bedrijven om een nauwkeurig stoppen van de band op een willekeurig 50 punt binnen het traject daarvan teweeg te brengen tot ± een half maal het interval tussen stuursignalen CTL De band kan daarom op een willekeurige gewenste stopplaats tot stilstand worden gebracht en deze stopplaats kan met grote nauwkeurigheid worden bereikt.
Hoewel de uitvinding met betrekking tot een videobandapparaat is toegelicht, kan de uitvinding worden toegepast op zeer verschillende gebieden, waar het gewenst is een baan intermitterend aan te drijven en 55 deze op een gewenste plaats te stoppen.
Eveneens kunnen de uitvoeringsvormen van figuren 5 en 9 worden uitgevoerd onder toepassing van digitale in plaats van lineaire schakelingen, bijvoorbeeld door het verschaffen van middelen voor het

Claims (3)

192938 6 instellen van getal Nc in het opslagregister 165 op een andere vooringestelde grendelwaarde, indien een beweging van de band achteruit wordt gekozen. 5 Conclusies
1. Stuurschakeling voor een gelijkstroommotor van een inrichting voor transport van een informatiedrager met daarop opgenomen stuursignalen voor aanwijzing van voorafbepaalde plaatsen van de informatiedrager, omvattende: 10. een met de gelijkstroommotor gekoppelde signaalgenerator voor het af geven van een de rotatie- snelheid van de gelijkstroommotor representerend frequentiesignaal; - een stuursignaalaftastkop voor het uitlezen van op de informatiedrager opgenomen stuursignalen; - een met de gelijkstroommotor gekoppelde motorbesturingsschakeling, die is ingericht voor het tot stilstand brengen van de gelijkstroommotor in een positie, die met een van de voorafbepaalde plaatsen 15 op de informatiedrager overeenkomt; - een positiewaardeopwekschakeling voor het uit het frequentiesignaal afleiden van een positiewaarde die stapsgewijze met het verschijnen van het frequentiesignaal varieert voor het representeren van de positie van de informatiedrager ten opzichte van de voorafbepaalde plaatsen; - een niveaufixatieschakeling voor bijregeling van de positiewaarde bij detectie van de stuursignalen; 20. een remstartsignaalgenerator voor het telkens wanneer de positiewaarde een voorafbepaalde drempelwaarde bereikt, afgeven van een rembeginsignaal, met het kenmerk, dat de niveaufixatieschakeling (51, 56, 63', 70-75) omvat: een eerste schakeling (56), welke in geval van detectie van de stuursignalen tijdens transport van de informatiedrager in voorwaartse richting aan de positiewaardeopwekschakeling (50) een eerste fixatieniveau (Ec) levert voor niveaufixatie 25 van de positiewaarde (Ep) op dit eerste fixatieniveau (Ec), en een tweede schakeling (63', 71), welke in geval van detectie van de stuursignalen tijdens transport van de informatiedrager in teruggaande richting aan de positiewaardeopwekschakeling (50) een tweede fixatieniveau (Ec) levert voor niveaufixatie van de positiewaarde (Ep) op dit tweede fixatieniveau (Ec).
2. Stuurschakeling volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de tweede schakeling (63', 71), een 30 aftrekschakeling (71) omvat, waarvan de aftrekingang (-) met de eerste schakeling (56) is gekoppeld voor ontvangst van het eerste fixatieniveau (Ec), de optelingang (+) is gekoppeld met een bron (63') voor afgifte van een met een maximale waarde van de positiewaarde (Ep) overeenkomend niveau (Es), en de uitgang het tweede fixatieniveau (Es) verschaft.
3. Stuurschakeling volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de eerste schakeling (63", 80-83) is voorzien 35 van een spanningsbron (80, 63"), welke naar keuze kan worden ingesteld voor levering van een tussen een minimaal niveau en het genoemde maximale niveau (Es) gelegen niveau (E,). een bron (82) voor afgifte van een voorafbepaald niveau (2ΔΕβ) en van een aftrekschakeling (83) waarvan de beide ingangen respectievelijk het tussen een minimum niveau en het genoemde maximale niveau (Es) gelegen niveau (EJ en het voorafbepaalde niveau (2ΔΕβ) krijgen toegevoerd en waarvan de uitgang het tweede fixatieniveau (EJ 40 afgeeft. Hierbij 7 bladen tekening
NL8203731A 1981-09-25 1982-09-27 Stuurschakeling voor een gelijkstroommotor van een inrichting voor transport van een registatieband. NL192938C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
JP56151636A JPS5854886A (ja) 1981-09-25 1981-09-25 映像信号再生装置
JP15163681 1981-09-25

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8203731A NL8203731A (nl) 1983-04-18
NL192938B NL192938B (nl) 1998-01-05
NL192938C true NL192938C (nl) 1998-05-07

Family

ID=15522872

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8203731A NL192938C (nl) 1981-09-25 1982-09-27 Stuurschakeling voor een gelijkstroommotor van een inrichting voor transport van een registatieband.

Country Status (8)

Country Link
JP (1) JPS5854886A (nl)
AT (1) AT390539B (nl)
AU (1) AU556797B2 (nl)
CA (1) CA1191928A (nl)
DE (1) DE3235446A1 (nl)
FR (1) FR2519817B1 (nl)
GB (1) GB2108718B (nl)
NL (1) NL192938C (nl)

Families Citing this family (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS59124055A (ja) * 1982-12-29 1984-07-18 Mitsubishi Electric Corp 磁気録画再生装置
GB2140171A (en) * 1983-05-04 1984-11-21 Boulton Ltd William Ball mill control device
JPH0667270B2 (ja) * 1985-02-26 1994-08-24 三菱電機株式会社 間欠駆動形磁気記録装置
JPH0528589Y2 (nl) * 1985-10-15 1993-07-22
DE19807088A1 (de) 1998-02-20 1999-08-26 Thomson Brandt Gmbh Optimierter Wickelantrieb

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3969663A (en) * 1974-10-17 1976-07-13 Storage Technology Corporation Capstan control for a tape drive system
JPS5532139A (en) * 1978-08-30 1980-03-06 Sony Corp Automatic correction circuit for residual error
JPS5651A (en) * 1979-06-15 1981-01-06 Sony Corp Recording and reproducing unit
JPS5696580A (en) * 1979-12-29 1981-08-04 Sony Corp Playback device for still picture
EP0042870A1 (en) * 1979-12-31 1982-01-06 ADAMS, Robert M. Tape transport system
JPS5736450A (en) * 1980-08-14 1982-02-27 Matsushita Electric Ind Co Ltd Intermittent driving device of magnetic tape

Also Published As

Publication number Publication date
NL192938B (nl) 1998-01-05
AU556797B2 (en) 1986-11-20
AT390539B (de) 1990-05-25
CA1191928A (en) 1985-08-13
JPH0327981B2 (nl) 1991-04-17
FR2519817A1 (fr) 1983-07-18
GB2108718B (en) 1985-10-30
NL8203731A (nl) 1983-04-18
AU8870682A (en) 1983-03-31
GB2108718A (en) 1983-05-18
ATA358082A (de) 1989-10-15
DE3235446A1 (de) 1983-05-11
JPS5854886A (ja) 1983-03-31
FR2519817B1 (fr) 1986-01-03
DE3235446C2 (nl) 1991-09-19

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL192938C (nl) Stuurschakeling voor een gelijkstroommotor van een inrichting voor transport van een registatieband.
CA1124388A (en) Video signal reproducing apparatus
EP0089816B1 (en) Apparatus for controlling the tracking position of a head in an apparatus for recording or reproducing information
KR940007625B1 (ko) 기록 재생 장치
NL192849C (nl) Inrichting voor automatische spoorvolgbesturing bij schroeflijnvormige bandaftasting met twee of meer weergeefkoppen.
US4400633A (en) Level detection circuit
CA1241440A (en) Method and apparatus for controlling a deflectable head
EP0227468B1 (en) Recording and/or reproducing apparatus
US4480274A (en) Record verify and optimize system
US4827361A (en) Head clogging detector for use in a video tape recorder
EP0576245B1 (en) Magneto-optic recording apparatus and method therefor
NL8000717A (nl) Schakeling voor regeling van de rotatiesnelheid van een gelijkstroommotor.
EP0572837A1 (en) Automatic tracking method
NL8500756A (nl) Weergeefinrichting voor digitale signalen.
JPH04502380A (ja) 磁気テープレコーダにおけるトラック追従制御方法
JPH069094B2 (ja) 記録媒体走行検出装置
JP2597968B2 (ja) 回転ヘツド型ビデオ信号再生装置
KR950007288B1 (ko) 광 디스크 드라이브의 위치 설정 제어회로
JP2925807B2 (ja) 光情報記録媒体のトラック横断検出信号形成回路
KR0185663B1 (ko) 신호 조절용 회로장치
JPH0326450B2 (nl)
JP3225629B2 (ja) 再生装置
JPH0766505B2 (ja) 磁気記録再生装置
JPH0670846B2 (ja) 回転ヘツド型ビデオ信号再生装置
KR960000448B1 (ko) Vtr 시스템의 화면 재생방법

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V4 Lapsed because of reaching the maximum lifetime of a patent

Free format text: 20020927