NL192597C - Nokverbindingsconstructie voor een warenhuis of kas. - Google Patents

Description

1 192597

Nokverbindingsconstructie voor een warenhuis of kas

De uitvinding heeft betrekking op een nokverbindingsconstructie voor een warenhuis of kas, welke nokconstructie bestaat uit een doorlopend nokprofiel, dat is opgenomen tussen een aantal paren uit telkens 5 tegenover elkaar opgestelde schuin vanaf het nokprofiel naar beneden verlopende glas roeden, waarbij glassponningen in het nokprofiel en in beide glasroeden in elkaar over lopen voor het opnemen van een ruit, waarbij de glasroeden zich over een afstand onder het nokprofiel uitstrekken, en de glasroeden onder de glassponning van een zich omhoog uitstrekkende zijwand is voorzien welke zijwand aan de boven- en onderzijde van uitstekende randen is voorzien, waarbij de twee tegenover elkaar opgestelde glasroeden van 10 elk paar onderling zijn verbonden door middel van een plaatvormig verbindingsstuk, dat bestaat uit twee vleugels, welke vleugels een hoek met elkaar insluiten, die overeenkomt met de hoek die de twee tegenover elkaar opgestelde glasroeden met elkaar insluiten, welk verbindingsstuk onder het nokprofiel doorlopend tussen de uitstekende boven- en onderrand van de opstaande zijwand van de twee tegenover elkaar opgestelde glasroeden is aangebracht en de afmetingen van het verbindingsstuk zodanig zijn, dat de boven-15 en onderkant van elke vleugel van het verbindingsstuk over een zekere afstand samenwerkt met de bijbehorende uitstekende boven- en onderrand van de opstaande zijwand van de betreffende glasroede, waarbij het verbindingsstuk naar het paar glasroeden toetrekkende borgmiddelen aanwezig zijn voor het op zijn plaats houden van het verbindingsstuk.

Een dergelijke nokverbindingsconstructie is bekend uit het Duitse "Gebrauchmuster” 9.205.320. Het 20 nadeel van deze bekende nokverbindingsconstructie is dat de verbinding tussen een paar glasroeden en het verbindingsstuk niet spelingvrij is. Wanneer het paar glasroeden door trek- of drukkrachten dan wel koppels worden belast, kunnen kleine onderlinge hoekverdraaiingen ten opzichte van elkaar optreden. De verbinding tussen twee tegenover elkaar liggende glasroeden fungeert daardoor als scharnier, hetgeen tot gevolg heeft dat de oplegging van de glasroeden minder gunstig is. Daaruit resulteert weer een minder gunstige 25 dimensionering, die aanleiding geeft tot relatief zware glasroeden.

Doel van de uitvinding is een nokverbindingsconstructie te verschaffen die lichter geconstrueerd kan worden. Dat doel wordt bereikt doordat ten minste één van de kanten van elke vleugel van het verbindingsstuk in een richting dwars op de lengterichting van de vleugel, en/of ten minste één van de uitstekende rand en van de opstaande zijwand van elke glasroede in een richting dwars op de lengterichting van de 30 glasroede zodanig zijn/is afgeschuind, dat elke vleugel wigvormig klemmend tussen de bijbehorende uitstekende boven- en onderrand van de opstaande zijwand van de betreffende glasroede is opgenomen.

De spelingvrije, en daardoor stijve verbinding tussen de glasroeden van elk paar en het verbindingsstuk leidt tot een gunstiger oplegging, zodanig dat bij overigens gelijke ontwerpbelastingen een lichtere glasroede kan worden toegepast.

35 Een verder nadeel van de bekende nokverbindingsconstructie waarbij elke glasroede is voorzien van twee tegenover elkaar opgestelde opstaande zijwanden, die elk van uitstekende boven- en onderranden zijn voorzien en waarbij twee aan weerszijden van twee tegenover elkaar opgestelde glasroeden aangebrachte verbindingsstukken door middel van ten minste een boutverbinding vormend borgmiddel op hun plaats worden gehouden is dat voor de borgende boutverbinding gaten moeten worden aangebracht in de 40 opstaande zijwanden van de glasroeden. Deze gaten vormen een verzwakking, die weer tot relatief zware roeden aanleiding geeft. In dit opzicht kan volgens de uitvinding een verdere verbetering worden verkregen doordat de twee verbindingsstukken zich uitstrekken tot onder de glasroeden, en aldaar voorzien zijn van naar elkaar toe gerichte steundammen, waarbij de boutverbinding is aangebracht in het zich onder de glasroeden uitstrekkende gedeelte van de twee verbindingsstukken, zodanig dat de steundammen tegen 45 elkaar geklemd gehouden worden.

Aangezien de boutverbinding zich onder de glasroeden bevindt, behoeven in de glasroeden geen gaten te worden aangebracht zodat van verzwakking geen sprake is en de afmetingen van de glasroeden ook om die reden beperkt kunnen blijven, 50 Vervolgens zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van een in de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeeld.

Figuur 1 toont een zijaanzicht van een nokconstructie volgens de uitvinding.

Figuur 2 toont een doorsnede volgens ll-ll van figuur 1.

55 De nokconstructie volgens de figuren omvat twee verbindingsstukken 32, die twee tegenover elkaar liggende glasroeden 30 onderling verbinden nabij de nok 31. De glasroeden 30 en de nok 31 zijn op bekende wijze voorzien van glassponningen, waarin ruiten kunnen worden opgenomen.

Claims (2)

19439^ 2 Eike glasroede 30 bezit zijwanden, die aan de boven- en onderzijde uitstekende randen 39, 43 hebben. Tussen deze randen 39, 43 bevindt zich een verdiept liggend klemvlak 35, waar tegenaan de zijde 34 van de verbindingsstukken 32 geklemd wordt. Zoals weergegeven in figuur 1, bezit elk verbindingsstuk 32 twee vleugels 33, die elk met één der 5 glasroeden 30 samenwerken. Verder bezit elk verbindingsstuk 32 een zich onder de glasroeden 30 uitstrekkende steundam 36, welke steundammen 36 tegen elkaar aan gedrukt gehouden worden door de boutverbinding 40. De boutverbinding 40 houdt ook de zijden 34 van de verbindingsstukken 32 stevig aangeklemd tegen de klemvlakken 35. Volgens de uitvinding zijn de aan de klemvlakken 35 grenzende bovenranden 43 afgeschuind, evenals 10 de daarmee samenwerkende kanten 44 van de vleugels 33. Als gevolg daarvan werken de vleugels 33 wigvormig klemmend samen met de bijbehorende glasroede 30, zodanig dat een spelingvrije, onverdraaibare bevestiging tussen de roeden 30 onderling is verzekerd. Aan de naar de glasroeden 30 gekeerde zijde bezit elk verbindingsstuk 32 twee haakuitsteeksels 37, die grijpen in overeenkomstig gevormde uitsparingen 38 in de onderrand 39 van de glasroeden 30. 15

1. Nokverbindingsconstructie voor een warenhuis of kas, welke nokconstructie bestaat uit een doorlopend 20 nokprofiel, dat klemmend is opgenomen tussen een aantal paren uit telkens tegenover elkaar opgestelde schuin vanaf het nokprofiel naar beneden verlopende glasroeden, waarbij glassponningen in het nokprofiel en in beide glasroeden in elkaar over lopen voor het opnemen van een ruit, waarbij de glasroeden zich over een afstand onder het nokprofiel uitstrekken, en de glasroede onder de glassponning van een zich omhoog uitstrekkende zijwand is voorzien welke zijwand aan de boven- en onderzijde van uitstekende randen is 25 voorzien, waarbij de twee tegenover elkaar opgestelde glasroeden van elk paar onderling zijn verbonden door middel van een plaatvormig verbindingsstuk, dat bestaat uit twee vleugels, welke vleugels een hoek met elkaar insluiten, die overeenkomt met de hoek die de twee tegenover elkaar opgestelde glasroeden met elkaar insluiten, welk verbindingsstuk onder het nokprofiel doorlopend tussen de uitstekende boven- en onderrand van de opstaande zijwand van de twee tegenover elkaar opgestelde glasroeden is aangebracht 30 en de afmetingen van het verbindingsstuk en de uitstekende randen zodanig zijn, dat de boven- en onderkant van elke vleugel van het verbindingsstuk over een zekere afstand samenwerkt met de bijbehorende uitstekende boven- en onderrand van de opstaande zijwand van de betreffende glasroede, waarbij het verbindingsstuk naar het paar glasroeden toetrekkende borgmiddelen aanwezig zijn voor het op zijn plaats houden van het verbindingsstuk, met het kenmerk, dat ten minste één van de kanten (44) van elke 35 vleugel (33) van het verbindingsstuk (32) in een richting dwars op de lengterichting van de vleugel (33), en/of ten minste één van de uitstekende randen (39, 43) van de opstaande zijwand van elke glasroede (30) in een richting dwars op de lengterichting van de glasroede (30) zodanig zijn/is afgeschuind, dat elke vleugel (33) wigvormig klemmend tussen de bijbehorende uitstekende boven- en onderrand (39, 43) van de opstaande zijwand van de betreffende glasroede (30) is opgenomen.

2. Nokverbindingsconstructie volgens conclusie 1, waarbij elke glasroede is voorzien van twee tegenover elkaar opgestelde opstaande zijwanden, die elk van uitstekende boven- en onderranden zijn voorzien, en waarbij twee aan weerszijden van twee tegenover elkaar opgestelde giasroeden aangebrachte verbindingsstukken door middel van ten minste een boutverbinding vormend borgmiddel op hun plaats worden gehouden, met het kenmerk, dat de twee verbindingsstukken (33) zich uitstrekken tot onder de glasroeden 45 (30), en aldaar voorzien zijn van naar elkaar toe gerichte steundammen (36), waarbij de boutverbinding (40) is aangebracht in het zich onder de glasroeden (30) uitstrekkende gedeelte van de twee verbindingsstukken (33), zodanig dat de steundammen (36) tegen elkaar geklemd gehouden worden. Hierbij 1 blad tekening