NL192589C

NL192589C - Schakelautomaat.

Info

Publication number: NL192589C
Application number: NL8000047A
Authority: NL
Original assignee: Abb Componenten B V
Priority date: 1980-01-04
Filing date: 1980-01-04
Publication date: 1997-10-03
Also published as: DE3029094C2; CH658937A5; NL8000047A; DE3029094A1; NL192589B

Description

1 192589

Schakelautomaat

De uitvinding heeft betrekking op een schakelinrichting met fasecontacten en een nulcontact, waarbij de onderbrekingsmiddelen omvatten een eerste tuimelschakelaar voor de fasecontacten, die bediend kan 5 worden met een eerste bedieningsmiddel, en een tweede tuimelschakelaar voor het nulcontact, die bediend kan worden met een tweede bedieningsmiddel, waarbij het eerste bedieningsmiddel met de hand aangrijp-baar gevormd is, en waarbij het eerste en het tweede bedieningsmiddel zodanig in elkaar grijpen, dat een beweging van de eerste tuimelschakelaar van de open stand naar de gesloten stand eveneens beweging van de tweede tuimelschakelaar van de open stand naar de gesloten stand met zich meebrengt, waarbij het 10 nulcontact slechts kan worden geopend bij geopende fasecontacten.

Een dergelijke schakelinrichting is bekend uit het Zwitserse octrooischrift 586.456. Deze schakelinrichting omvat een vermogensschakelaar voor de fasecontacten en een scheidingsschakelaar voor het nulcontact. De beide schakelaars zijn naast elkaar opgesteld, en wel zodanig dat de tuimelschakelaars coaxiaal zijn.

Het bedieningsmiddel voor het nulcontact omvat een radiaal uitsteeksel, dat in beide eindstanden binnen het 15 huis van de schakelaar gelegen is. Het bedieningsmiddel voor de fasecontacten is handelvormig en steekt blijvend uit van het huis om met de hand aangegrepen te kunnen worden. De handel is bovendien gevormd met een axiaal uitstekende arm, die het genoemde uitsteeksel afschermt om dat onbereikbaar te maken in de situatie waarin beide soorten contacten gesloten zijn. Om het nulcontact te openen dient eerst de handel naar de open stand verdraaid te worden en moet vervolgens met een gereedschap, zoals een schroeven-20 draaier, het uitsteeksel aangegrepen worden voor verplaatsing daarvan. De arm aan de handel is tevens voorzien van een naar de gesloten stand gekeerd meeneemvlak, waarmee het uitsteeksel meegenomen kan worden bij verdraaiing van de handel om de fasecontacten van de open naar de gesloten stand te brengen, en daarmee ook het nulcontact te sluiten.

Een nadeel van de bekende schakelinrichting is dat de tuimelschakelaar voor het nulcontact in de ene 25 richting slechts tegelijk met de tuimelschakelaar voor de fasecontacten bediend kan worden en in de andere richting slechts met behulp van een gereedschap, en wel na omzetting van de tuimelschakelaar voor de fasecontacten bediend kan worden.

De uitvinding heeft tot doel hierin verbetering te brengen en verschaft daartoe een schakelinrichting van de in de aanhef genoemde soort waarbij het tweede bedieningsmiddel radiaal buiten het eerste bedienings-30 middel reikt om een uitsparing met een naar de open stand gekeerd steunvlak daarvoor te vormen, waarbij de uitschakelhoek van de tweede tuimelschakelaar groter is dan die van de eerste tuimelschakelaar en de inschakelhoek van de tweede tuimelschakelaar kleiner is dan die van de eerste tuimelschakelaar.

Als gevolg van de maatregelen volgens de uitvinding zijn beide bedieningspanelen aangrijpbaar met de hand. Bij aangrijping van het (tweede) bedieningsmiddel voor de tuimelschakelaar voor het nulcontact om 35 die om te zetten van de gesloten naar de open stand zal het (eerste) bedieningsmiddel voor de tuimelschakelaar voor de fasecontacten eveneens worden aangegrepen en meegevoerd worden, waarbij tijdens verdergaande beweging eerst de fasecontacten geopend worden en vervolgens het nulcontact. Bij deze handeling behoeft de bediener zich slecht bezig te houden met de beweging van één bedieningsdeel: het andere volgt vanzelf. Het omgekeerde is het geval bij de omzetting van de open naar de gesloten stand.

40 Met aangrijping en beweging van het bedieningsdeel voor de fasecontacten wordt het bedieningsdeel voor het nulcontact meegevoerd. Ook dan behoeft slechts één bedieningsdeel aangegrepen te worden. Bij deze omzetting sluit eerst het nulcontact en daarna sluiten de fasecontacten. Een verder voordeel is dat het nulcontact is in te schakelen, zonder dat het nodig is de fasecontacten in te schakelen.

45 De uitvinding zal aan de hand van de tekening worden toegelicht.

Figuur 1 geeft een opengewerkt zijaanzicht van de schakelautomaat volgens de uitvinding.

Figuur 2 geeft een linker aanzicht van de schakelautomaat uit figuur 1.

Figuur 3 geeft een zelfde aanzicht als in figuur 2 waarbij de vermogensschakelaar en de scheidingsschakelaar los van elkaar getoond worden.

50

In figuur 1 is met 1 de onderbrekingsinrichting van het nulcontact 2 aangegeven, waarbij het nulcontact in de getekende stand is gesloten. Daarbij zijn met 3 de nulaansluitklemmen getekend. Door het draaien van het bedieningsorgaan 4 tegen de wijzers van de klok in en gezien zoals voorgesteld in figuur 1 kan het nulcontact geopend worden nadat het bedieningsorgaan 4 bijvoorbeeld een hoek β heeft doorlopen.

55 In figuren 2 en 3 is behalve het bedieningsorgaan 4 voor het nulcontact 2 ook het bedieningsorgaan 5 aangegeven voor de niet getoonde onderbrekingsinrichting van de fasecontacten.

Het onderbrekingsorgaan 5 steunt nu tegen bedieningsorgaan 4 of in een uitsparing 6 die aangebracht is

Claims

1925B9 2 in het bedieningsorgaan 4. De fasecontacten staan in verbinding met aansluitklemmen 7. De werking van de schakelautomaat volgens de uitvinding is nu als volgt. In de in figuur 1 getekende stand zijn zowel het nulcontact als de fasecontacten gesloten. 5 Wordt nu het bedieningsorgaan 4 in figuur 1 tegen de wijzers van de klok rondgedraaid dan zal het bedieningsorgaan 5 van de fasecontacten meegenomen worden. De schakelhoek α voor het onderbreken van de fasecontacten is daarbij kleiner gekozen dan de schakelhoek β voor het onderbreken van het nulcontact, zodat bij het uitschakelen het bedieningsorgaan 4 een hoek β-α later uitschakelt dan het bedieningsorgaan 5. 10 Zonder handbediening van het bedieningsorgaan 4 kan het bedieningsorgaan 5 echter wel automatisch uitschakelen bij bijvoorbeeld overbelasting of kortsluiting. Omgekeerd zal bij het opnieuw met de hand inschakelen eerst het bedieningsorgaan 4 inschakelen voor het bedieningsorgaan 5 en wel en hoek β-α eerder. Met deze inrichting wordt dus bereikt dat het nulcontact nooit vermogen in- of uit kan schakelen. 15

1. Schakelinrichting met fasecontacten en een nulcontact, waarbij de onderbrekingsmiddelen omvatten een 20 eerste tuimelschakelaar voor de fasecontacten, die bediend kan worden met een eerste bedieningsmiddel, en een tweede tuimelschakelaar voor het nulcontact, die bediend kan worden met een tweede bedieningsmiddel dat coaxiaal is met het eerste bedieningsmiddel, waarbij het eerste bedieningsmiddel met de hand aangrijpbaar gevormd is, en waarbij het eerste en het tweede bedieningsmiddel zodanig in elkaar grijpen, dat een beweging van de eerste tuimelschakelaar van de open stand naar de gesloten stand eveneens 25 beweging van de tweede tuimelschakelaar van de open stand naar de gesloten stand met zich meebrengt, waarbij het nulcontact slechts kan worden geopend bij geopende fasecontacten, met het kenmerk, dat het tweede bedieningsmiddel (4) radiaal buiten het eerste bedieningsmiddel (5) reikt om een uitsparing (6) met een naar de open stand gekeerd steunvlak daarvoor te vormen, waarbij de uitschakelhoek (β) van de tweede tuimelschakelaar groter is dan die van de eerste tuimelschakelaar en de inschakelhoek van de 30 tweede tuimelschakelaar kleiner is dan die van de eerste tuimelschakelaar.

2. Schakelinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de eerste tuimelschakelaar bij een bepaalde belasting automatisch naar de open stand beweegt, terwijl de tweede tuimelschakelaar in de gesloten stand blijft. Hierbij 1 blad tekening