NL8000047A - Schakelautomaat. - Google Patents

Description

t * a

Schakelautomaat

De uitvinding heeft betrekking op een schakelautomaat voorzien van onderbrekingsinrichtingen van de fasecontacten en het nulcontact en bedieningsorganen voor de onderbrekingsinrichtingen.

5 Bij dergelijke schakelautomaten was het tot nu toe gebruikelijk om zowel het fasecontact'als het nulcontact uit te voeren als een vermogensonderbrekingsinrichting van dezelfde constructie met bluskamer enz.

Het nadeel hiervan is, dat een dergelijke schakel-10 automaat steeds voorzien moet zijn van twee identieke vermogens- onderbrekingsinrichtingen wat de automaat duur.maakt. Bovendien wordt de automaat door de plaats die de vermogensonderbrekingsinrichtin-gen innemen onnodig omvangrijk.

Om deze nadelen te vermijden beoogt de uitvinding 15 nu een schakelautomaat waarbij de onderbrekingsinrichting van het nulcontact niet meer behoeft te bestaan uit een vermogensonder-brekingsinrichting, maar slechts een eenvoudige scheidingsscha-kelaar kan zijn.

De uitvinding wordt hiertoe gekenmerkt doordat het 20 bedieningsorgaan voor het onderbreken van de fasecontacten en het bedieningsorgaan voor het onderbreken van het nulcontact in elkaar ingrijpen, zodanig dat de uitschakeling van de fasecontacten plaatsvindt voor de uitschakeling van het nulcontact en de inschakeling van de fasecontacten plaatsvindt na de inschakeling van het nul-25 contact.

De uitvinding zal aan de hand van de tekening worden toegelicht.

Figuur 1 geeft een opengewerkt zijaanzicht van de schakelautomaat volgens de uitvinding.

80 0 0 0 *. * 2

Figuur 2 geeft een linker aanzicht van de scha-kelautomaat uit figuur 1.

Figuur 3 geeft een zelfde aanzicht als in figuur 2 waarbij de vermogensschakelaar en de scheidingsschakelaar los 5 van elkaar getoond worden.

In figuur 1 is met 1 de onderbrekingsinrichting van het nulcontact 2 aangegeven, waarbij het nulcontact in de getekende stand is gesloten. Daarbij zijn met 3 de nulaansluitklem-men getekend. Door het draaien van het bedieningsorgaan 4 tegen de 10 wijzers van de klok in en gezien zoals voorgesteld in figuur 1 kan het nulcontact geopend worden nadat het bedieningsorgaan 4 bijvoorbeeld een hoek β heeft doorlopen.

In figuur 2 en 3 is behalve het bedieningsorgaan 4 voor het nulcontact 2 ook het bedieningsorgaan 5 aangegeven voor 15 de niet getoonde onderbrekingsinrichting van de fasecontacten.

Het onderbrekingsorgaan 5 steunt nu tegen bedieningsorgaan 4 of in een uitsparing 6 die aangebracht is in het bedieningsorgaan 4.

De fasecontacten staan in verbinding met aansluit- 20 klemmen 7.

De werking van de schakelautomaat volgens de uitvinding is nu als volgt.

In de in figuur 1 getekende stand zijn zowel het nulcontact als de fasecontacten gesloten.

25 Wordt nu het bedieningsorgaan 4 in figuur 1 tegen de wijzers van de klok rondgedraaid dan zal het bedieningsorgaan 5 van de fasecontacten meegenomen worden.

De schakelhoekαvoor het onderbreken van de fasecontacten is daarbij kleiner gekozen dan de schakelhoek $ voor het 30 onderbreken van het nulcontact, zodat bij het uitschakelen het bedieningsorgaan 4 een hoek β-α later uitschakelt dan het bedieningsorgaan 5.

Zonder handbediening van het bedieningsorgaan 4 kan het bedieningsorgaan 5 echter wel automatisch uitschakelen 35 bij bijvoorbeeld overbelasting of kortsluiting.

80 0 0 0 47 3

Omgekeerd zal bij het opnieuw met de hand inschakelen eerst het bedieningsorgaan 4 inschakelen voor het bedienings-orgaan 5 en wel een hoek {3-ct eerder.

Met deze inrichting wordt dus bereikt dat het nul-5 contact nooit vermogen in- of uit kan schakelen.

80 0 0 0 47

Claims (5)

1. Schakelautomaat voorzien van onderbrekingsin-richtingen van de fasecontacten en het nulcontact en bedienings-orgaan voor de onderbrekingsinrichtingen, met het kenmerk, dat het 5 bedieningsorgaan voor het onderbreken van de fasecontacten en het bedieningsorgaan voor het onderbreken van het nulcontact in elkaar ingrijpen, zodanig dat de uitschakeling van de fasecontacten plaatsvindt voor de uitschakeling van het nulcontact en de inschakeling van de fasecontacten plaatsvindt na de inschakeling van het nul-10 contact.

2. Schakelautomaat volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het bedieningsorgaan voor het onderbreken van de fasecontacten gevormd wordt door een eerste tuimelschakelaar en het bedieningsorgaan voor het onderbreken van het nulcontact gevormd beide. 15 wordt door een tweede tuimelschakelaar waarbij tuimelschakelaars onafhankelijk van elkaar om evenwijdige of in eikaars verlengde gelegen assen kunnen ronddraaien en bij het uitschakelen de tweede tuimelschakelaar de eerste tuimelschakelaar meeneemt en bij het inschakelen de eerste de tweede kan meenemen.

3. Schakelautomaat volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de onderbrekingsinrichting van de fase contacten bij een bepaalde belasting automatisch uitschakelt terwijl die van het nulcontact ingeschakeld blijft.

4. Schakelautomaat volgens éën van de conclusies 25. of 2, met het kenmerk, dat de uitschakelhoek van de tweede tuimelschakelaar groter is dan die van deeerste tuimelschakelaar en de inschakelhoek van de tweede tuimelschakelaar kleiner is dan die van de eerste tuimelschakelaar.

5. Schakelautomaat in hoofdzaak zoals beschreven 30 in de beschrijving en/of zoals weergegeven in de tekening. 80 0 0 0 47