NL1039853C2 - Electrische werktuigdrager. - Google Patents

Description

Titel: Electrische werktuigdrager.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werktuigdrager voor het aankoppelen van verschillende werktuigen voor het transporteren van goederen, materi-5 alen, kadavers, kadavertonnen e.d. in de ruimste zin.

De onderhavige compacte multifunctionele werktuigdrager bevat een eigen oplaadbare gelijkstroomvoorziening, alsmede een electrische wielaandrijving en één of meerdere zwenkwielen.

10 Door de compacte lage uitvoering van de werktuigdrager kunnen er snel, veilig en gemakkelijk relatief zware lasten in uiterst smalle doorgangen, zoals gangen en deuropeningen, opgenomen worden, dan wel vervoerd worden. Het aan te koppelen werktuig kan een opneem- en/of 15 afzetapparaat zijn, maar ook een kruiwagenbak, een plateau e.d. al dan niet in combinatie met een vast draaiplateau, waarmee het werktuig om een verticale as te verdraaien is, zodat zijwaarts gelost, dan wel geladen kan worden.

Hierbij worden zijwaarts afsteunelementen gébruikt om de 20 laadkrachten en eventueel de loskrachten mede door op te vangen.

Doorgaans wordt op de boerderij/intensieve veehouderijstal een betreffend werktuig slechts enkele minuten, hooguit een uur gébruikt om vervolgens na een week wéér gebruikt 25 te worden, waardoor er in het verleden geen aanleiding is geweest om het werktuig uit te rusten met enige ondersteuningen, zoals een electrische aandrijving, een electrische lier, een hydraulische bron met toebehoren e.d. .

30 Het doel van de uitvinding is om in vergaande mate het mogelijk te maken, dat meerdere uitwisselbare werktuigen 1 03 9853 2 van onderscheidende soort; gemakkelijk en snel aan een rijdende krachtbron te koppelen zijn.

Overeenkomstig de uitvinding wordt daarin voorzien door een door wielen ondersteunde werktuigdrager, waarin een 5 oplaadbare electrische krachtbron (accu's) geplaatst is, van waaruit geruisloos de wielen, een lier, een hydraulisch aggregaat, een pneumatisch aggregaat e.d. bedienbaar van stroom kunnen worden voorzien, zodat op nagenoeg dezelfde wijze als ware het een oorspronkelijk 10 werktuig de werkzaamheden in verlichte vorm verricht kunnen worden. De oorspronkelijke zwaardere handelingen kunnen eventueel naar keuze ondersteund worden door electrische, pneumatische dan wel hydraulische hulpmiddelen .

15 Zo zal de kruiwagenuitvoering zoals bedoeld, electrisch aangedreven zijn met de mogelijkheden om niet alleen rechtvooruit te kunnen lossen, maar ook zijwaarts zwenkbaar gedraaid kiepend te kunnen lossen.

Zo zal de kadaverwagenuitvoering zoals bedoeld, 20 electrisch aangedreven zijn met de mogelijkheden om zijwaarts het kadaver(de kadaverton) op te kunnen lieren (laden) vanuit de ligbox(de verzamelplaats) om vervolgens het kadaver(de kadaverton)in de loopgang verstelbaar in schuinte voor transport achterwaarts te verdraaien en het 2 5 geheel veilig te vertransporteren naar buiten de varkensstal of kalverenstal om elders te lossen.

Zo zal de plateauwagen zoals bedoeld, electrisch aangedreven zijn met de mogelijkheid om het plateau te beladen, onder belasting te verdraaien en eventueel onder 30 een hellingstaand zijwaarts kiepend te kunnen lossen.

3

Zo zal de groenten-plukwagen zoals bedoeld, electrisch aangedreven zijn met: de mogelijkheid om de plukvoorraadbak handmatig te beladen, al dan niet automatisch, als hij vol is, naar de sorteer/inpaklijn te rijden om vervolgens, al 5 dan niet automatisch rijdend, terug te keren naar de pluklocatie.

Denkbaar is, dat de plukvoorraadbakken na de pluk overdag nog een keer vervangen worden door bladverzamelbakken.

Op het einde van de plukdag kunnen alle groente-plukwagens 10 achter elkaar gestationeerd worden bij het oplaadstation.

Zo zal de hefarm, zoals bedoeld, electrisch aangedreven zijn met de mogelijkheid om met de hefarm bijvoorbeeld een zware kadaverton op te hijsen en/of te verplaatsen.

Zo zullen diverse toepassingen voorhanden zijn, waarbij 15 voorgaande akties eventueel zelfs gecombineerd uitgevoerd kunnen worden.

Diverse aankoppel- en/of borgingspunten, alsmede bedie-ningsschakelaars kunnen op de onderhavige werktuig-drager als basis aangebracht zijn.

20 Het electrisch aandrijfmechanisme is doorgaans gebaseerd op een met differentieel uitgevoerde middels luchtbanden op de begane grond afgesteunde asaandrijving in combinatie met één of meerdere op de grond afgesteunde "vastgemonteerde" vrij zwenkbare zwenkwielen, maar één 25 gestuurd zwenkwiel behoort eveneens tot de mogelijkheden, zoals toegepast bij een conventionele palletwagen (palletmover), waarbij het knikhendel/zwenkhendel/stuur-hendel, exclusief het knikbaar draagwiel zwenkbaar, stuurbaar en op de grond afgesteund is, waardoor de 30 conventionele palletwagen de bewegingen van de begeleider kan volgen, maar ook dat de uitgeoefende trek- en duw- 4 krachten van de begeleider rechtstreeks op de wagen uitgeoefend worden.

Voor een meer concrete electrische werktuigdrager is daarom voor elke combinatie van verschillende werktuigen 5 een compacte uitvoering denkbaar, waarbij de trek-, duwen stuurkrachten van de begeleider rechtstreeks via het knik-/zwenk- en stuurhendel op de wielen uitgeoefend kunnen worden.

Doeltreffendheid en eenvoud van constructie, vieren bij 10 onderhavige uitvinding de boventoon.

Afhankelijk van de combinaties van verschillende werktuigen zijn diverse voorkeurs-uitvoeringsvormen mogelijk, zoals deze zijn gedefiniëerd in de afhankelijke conclusies.

15 In het navolgende zal de uitvinding als voorbeeld nader worden toegelicht aan de hand van bijgaande tekeningen, zoals weergegeven in Fig.1 tot en met Fig.5 betreffende het voorbeeld met een kadaver(-ton)machine of kadavertonmachine, ook wel aangeduid als kadaverkar.

20 De uitvinding is daartoe evenwel nadrukkelijk niet beperkt tot het in de tekeningen weergegeven en in het voorgaande beschreven uitvoeringsvoorbeelden, dat op verschillende manieren binnen het kader van de uitvinding kan worden gevariëerd.

25 Uitdrukkelijk zij derhalve nogmaals vermeld, dat andere uitvoeringsvormen dan onder Fig.1 tot en met Fig.4 weergegeven, gebaseerd op de principes van de uitvinding tot de onderhavige uitvinding behoren.

In onderstaande beschrijvingen hebben gelijke of correspon-30 derende delen gelijke of corresponderende verwijzings-cijfers.

5

De termen links, rechts, boven, onder, horizontaal, verticaal, voor en/of achter worden gebruikt als aanduidingen ten opzichte van het vlak van tekening in de respectievelijke figuren; de voorkant is de kant van de manouvreerarm.

5 Fig.1 toont als voorbeeld een zijaanzicht op de onderhavige electrisch aangedreven "kale" werktuigdrager zonder enige uitrusting.

Fig.2 toont een vooraan zicht op de onderhavige werktuigdrager.

10 Fig.3 toont een zijaanzicht op de onderhavige electrisch aangedreven werktuigdrager uitgerust met een loskqppelbare kadaver(-ton)machine.

Fig.4 toont een vooraanzicht op de onderhavige werktuigdrager 1, uitgerust met een af neembare 15 kadavertonmachine volgens Fig.3.

Fig.5 toont als voorbeeld een zijaanzicht op de onderhavige electrisch aangedreven werktuigdrager uitgerust met een draaibare kruiwagenbak.

Fig.1 toont als voorbeeld een zijaanzicht op de 20 onderhavige electrisch aangedreven "kale" werktuigdrager 1 zonder enige uitrusting, anders dan een multifunctioneel draaiplateau 2.

De werktuigdrager is voorzien van een electrisch aangedreven aandrijfas 3 voorzien van een tweetal wielen 4 25 en één of meerdere zwenkwielen 5; in het voorbeeld een tweetal zwenkwielen 5, die dezelfde spoorbreedte hebben als de wielen 4. De aangedreven aandrijfas 3 is, niet nader aangegeven, voorzien van een differentieel en een schematisch aangegeven electromotor 5, die gevoed wordt door 30 één of meerdere accu's overeenkostig het vereiste voltage en amperage, gedurende een bepaalde tijdspanne.

6

De accu's 6 en 7 zijn geplaatst binnen in de werktuigdrager 1 en evenals het oplaadapparaat voor de accu' s zorgen ze tesamen voor het benodigde tegenwicht. De manouvreerarm 8 is in dit voorbeeld vast bevestigd aan de werktuigdrager, doch 5 een naar de bodem 9 scharnierbare zwenkversie kan eveneens een optie zijn. De manouvreerarm 8 is bovenop voorzien van een bedieningsplateau 9, welk uitgerust kam zijn met rijschakelaar(s)10, bedieningsschakelaar(s)11, een kontakt-sleutel 12, een noodstopvoorziening 13, een kromvormige 10 handvaten 14 e.d.

Het draaiplateau 2 is een inwendig centrerende schijf welke te blokkeren is in één of meerdere omtrekstanden.

De nader te noemen hulpwertuigen kunnen eenvoudigweg gecentreerd vastgezet worden op het draaiplateau 2, alsmede 15 eenvoudig losgekoppeld worden van het draaiplateau 2.

De wijzen van bevestiging op het ronde draaiplateau 2 zijn divers en zullen beperkt worden tot centrering en koppeling van de hulpwerktuigen.

Fig.2 toont een vooraanzicht op de onderhavige 20 werktuigdrager 1, waarbij de onder Fig.1 genoemde nummers herhaald zijn. De manouvreerarm 8 is in dit voorbeeld vast bevestigd aan de werktuigdrager, doch een naar de bodem 9 scharnierbare zwenkversie kan eveneens een optie zijn; dan zal het scharnierpunt 15 laag geplaatst zijn om voldoende 25 bodemvrijheid over te houden.

Fig.3 toont een zijaanzicht op de onderhavige electrisch aangedreven werktuigdrager 1 uitgerust met een loskoppelbare kadaver(-ton)machine 16, dat gecentreerd en gekoppeld zit op het draaiplateau 2. De centrering vindt in 30 dit voorbeeld plaats middels de losse pengatverbinding, schematisch aangeduid met de hartlijn 17.

7

Middels de eenvoudig loskgppelbare borging 18 kan de kadaver (-ton)machine 16 in diverse standen ( doorgaans rechtvooruit en negentig graden verdraaid ) vastgezet worden in de bovenplaat 18 van de accuruimte 19.

5 De kadaver(-ton)goot 20 inclusief het kadaver(ton)machine-frame 21 scharniert in zijn geheel middels het dubbelvoudig uitgevoerd scharnier 22 op de onderplaat 23 van de kadaver(-ton)machine 16.

Op het kadaver(-ton)machineframe 21 zit een electrische lier 10 24 van waaruit de lierkabel 25, die over het katrol 26 naar het op te trekken niet nader aangegeven kadaver loopt.

De kadaver(-ton)goot 20 kan in schuinte ingesteld worden volgens pijlen 27 en 28 middels de handmatig in te stellen spindel 29.

15 De kadaver(-ton)goot 20 kan in de richting van de bodem 9 verlengd worden met een uitneembare onderplaat 30; hierdoor kan het op te trekken kadaver of kadaverton e.d. geleidelijk de kadaver(-ton)goot 20 opgetrokken worden, opdat het kadaver 20 of kadaverton vrij van de bodem 9 te vervoeren is. De instelling van de schuinte van de kadaver(-ton)goot, die middels ingrijping mechanisch gekoppeld is met de onderplaat 30, kan zodanig ingesteld worden dat het kadaver of de kadaverton e.d. vloeiend in de kadaver(-ton)goot 20 25 omhooggetrokken kan worden middels de lier 24 en zijn lierkabel 25.

Indien de doorvoerruimte van de kadaver(-ton)machine zoals getekend in Fig.3 zo beperkt is, dat niet in de lengterichting van de werktuigdrager 1 gewerkt kan wordn, 30 dan kan door negentig graden draaiing om de hartlijn 17 de kadaver(-ton)goot 20 haaks op de lengterichting van de 8 werktuigdrager 1 middels de borging 31 geplaatst worden, zodat in minder brede gangen een kadaver op de kadaver(-ton)goot 20 getrokken kan worden.

Om kanteling van de werktuigdrager 1 inclusief de kadaver(-5 ton)machine 16 te voorkomen, dient gebruik gemaakt te worden van niet nader aangegeven afsteuningen op de grond 9 en op andere vaste stalbuizen e.d. Afhankelijk van de stal- dan wel hoksituaties kunnen genoemde instelbare afsteunstangen voorhanden zijn.

10 In Fig.3 is de bodemafsteuningstang 31 met scharnierbare voet 32 zichtbaar. De bodemafsteuningstang 31 zit in dit voorbeeld in de transportsitutie losneembaar geklemd ter plaatse van de klem 33; de uitgeschoven stand 34 op de grond 9 is gedeeltelijk en gestippeld gestippeld getekend op de 15 grond 9.

Fig.4 toont een vooraanzicht op de onderhavige werktuigdrager 1, uitgerust met een afneembare kadaver(-ton)machine 16 volgens Fig.3.

De goot 20 is voorzien van bevestigingsgaten 31, die 20 gebruikt kunnen worden om bevestigingsmiddelen zoals een sjorband, een ketting e.d. om het kadaver/de kadaverton omwikkeld vast te zetten op de goot 20.

Verder zijn in Fig.4 nabij het katrol 26 een tweetal afsteuningspunten 32 en 33 zichtbaar, van waaruit de in 25 lengte verstelbare afsteuningsbuizen 35 en 36 met hun U-vormige uiteinden respectievelijk 37,38, 39 en 40 afgesteund kunnen worden op niet nader aangegeven ronde stalbuizen; al met al om de lierkracht in de lierkabel 25 op te vangen in ongeveer de gemiddelde richting van het belaste 30 verloop van de lierkabel 25 (zie Fig.3).

9

Fig.5 toont als voorbeeld een zijaanzicht op de onderhavige electrisch aangedreven werktuigdrager uitgerust met een draaibare kruiwagenbak 41, die losneembaar en borghaar gekoppeld zit op het draaiplateau 2, zodanig dat de 5 koppelplaat 42 voorzien is van een scharnier 43, waardoor de gehele kruiwagenbak 40 handmatig voorover te kantelen is. Vanzelfsprekend kan de kanteling ook geschieden met behulp van een lierkabel of door toevoeging van één of meerdere electrische cilinders e.d. Door draaiing van de kruiwagenbak 10 inclusief de koppelplaat 42 en het scharnier 43 om de centreerpen 44 kan de kruiwagenbak zijwaarts kantelen.

Voor de eenvoud en duidelijkheid zijn de afstempeleenheden niet aangegeven.

Kortom: de onderhavige electrisch aangedreven werktuig-15 drager is multifunctioneel inzetbaar, waarbij de benodigde afstempelingen daar plaatsvinden, waar nodig om kanteling van de werktuigdrager te voorkomen.

20 25 30 1039853

Claims (7)

1. Electrische werktuigdrager voor het aankoppelen van verschillende transportwerktuigen in de ruimste zin, met het kenmerk, dat de compacte uitvoering 5 ruimschoots in de benodigde oplaadbare electrische stroomvoorzieningen voor ziet voor de aan te koppelen machines.

2. Electrische werktuigdrager voor het aankoppelen van verschillende transportwerktuigen volgens conclusie 1 10 met het kenmerk, dat de onderhavige uitvoering zo compact is, dat hij in smalle gangen en door smalle deuropeningen toegankelijk en bruikbaar is.

3. Electrische werktuigdrager voor het aankoppelen van verschillende transportwerktuigen volgens de conclu- 15 sies 1 en 2 met het kenmerk, dat middels aangebrachte grondkrachtsondersteuning en/of één of meerdere op het werktuig werkende krachtsondersteuning voorkomen kan worden, dat de werktuigdrager omgetrokken wordt door zijn eigen opgebrachte krachten.

4. Electrische werktuigdrager voor het aankoppelen van verschillende transportwerktuigen volgens de conclusies 1 tot en met 3 met het kenmerk, dat de bediener volledig zicht heeft op de te volgen route, omdat de werktuigdrager de bediener in snelheid en route volgt.

5. Electrische werktuigdrager voor het aankoppelen van verschillende transportwerktuigen volgens de conclusies 1 tot en met 4 met het kenmerk, dat alle vereiste handelingen gebaseerd zijn op een éénpersoonsbediening . 30 1039853 ’

6. Electrische werktuigdrager voor het aankoppelen van verschillende transportwerktuigen volgens de conclusies 1 tot en met 5 met het kenmerk, dat vanuit een vrijdraaiend of geblokkeerd draaiplateau alle 5 werktuigen rondom de werktuigdrager werkzaam kunnen zijn.

7. Electrische werktuigdrager voor het aankoppelen van verschillende transportwerktuigen volgens de conclusies 1 tot en met 6 met het kenmerk, dat de 10 onderhavige werktuigdrager door een differentieel gebonden wielen ondersteund is in combinatie met één of meerdere zwenkwielen of in combinatie met 'n op één zwenkbaar wiel staande knikbare manouvreerarm. 15 20 25 30 1 0398 5 3