NL1037342C2 - Beveiligingssysteem en werkwijze voor het beveiligen van een gebied. - Google Patents

Beveiligingssysteem en werkwijze voor het beveiligen van een gebied. Download PDF

Info

Publication number
NL1037342C2
NL1037342C2 NL1037342A NL1037342A NL1037342C2 NL 1037342 C2 NL1037342 C2 NL 1037342C2 NL 1037342 A NL1037342 A NL 1037342A NL 1037342 A NL1037342 A NL 1037342A NL 1037342 C2 NL1037342 C2 NL 1037342C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
area
security system
intruder
control device
lighting
Prior art date
Application number
NL1037342A
Other languages
English (en)
Inventor
Antonius Gerardus Johannes Maria Katwijk
Original Assignee
Inventor Invest Holding B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Inventor Invest Holding B V filed Critical Inventor Invest Holding B V
Priority to NL1037342A priority Critical patent/NL1037342C2/nl
Priority to EP10763068A priority patent/EP2483876A1/en
Priority to PCT/NL2010/050644 priority patent/WO2011040816A1/en
Priority to CN2010800444498A priority patent/CN102576483A/zh
Priority to US13/499,598 priority patent/US20120188081A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1037342C2 publication Critical patent/NL1037342C2/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G01MEASURING; TESTING
    • G01SRADIO DIRECTION-FINDING; RADIO NAVIGATION; DETERMINING DISTANCE OR VELOCITY BY USE OF RADIO WAVES; LOCATING OR PRESENCE-DETECTING BY USE OF THE REFLECTION OR RERADIATION OF RADIO WAVES; ANALOGOUS ARRANGEMENTS USING OTHER WAVES
    • G01S13/00Systems using the reflection or reradiation of radio waves, e.g. radar systems; Analogous systems using reflection or reradiation of waves whose nature or wavelength is irrelevant or unspecified
    • G01S13/87Combinations of radar systems, e.g. primary radar and secondary radar
    • GPHYSICS
    • G01MEASURING; TESTING
    • G01SRADIO DIRECTION-FINDING; RADIO NAVIGATION; DETERMINING DISTANCE OR VELOCITY BY USE OF RADIO WAVES; LOCATING OR PRESENCE-DETECTING BY USE OF THE REFLECTION OR RERADIATION OF RADIO WAVES; ANALOGOUS ARRANGEMENTS USING OTHER WAVES
    • G01S13/00Systems using the reflection or reradiation of radio waves, e.g. radar systems; Analogous systems using reflection or reradiation of waves whose nature or wavelength is irrelevant or unspecified
    • G01S13/02Systems using reflection of radio waves, e.g. primary radar systems; Analogous systems
    • G01S13/50Systems of measurement based on relative movement of target
    • G01S13/52Discriminating between fixed and moving objects or between objects moving at different speeds
    • G01S13/56Discriminating between fixed and moving objects or between objects moving at different speeds for presence detection
    • GPHYSICS
    • G01MEASURING; TESTING
    • G01SRADIO DIRECTION-FINDING; RADIO NAVIGATION; DETERMINING DISTANCE OR VELOCITY BY USE OF RADIO WAVES; LOCATING OR PRESENCE-DETECTING BY USE OF THE REFLECTION OR RERADIATION OF RADIO WAVES; ANALOGOUS ARRANGEMENTS USING OTHER WAVES
    • G01S13/00Systems using the reflection or reradiation of radio waves, e.g. radar systems; Analogous systems using reflection or reradiation of waves whose nature or wavelength is irrelevant or unspecified
    • G01S13/02Systems using reflection of radio waves, e.g. primary radar systems; Analogous systems
    • G01S13/50Systems of measurement based on relative movement of target
    • G01S13/58Velocity or trajectory determination systems; Sense-of-movement determination systems
    • G01S13/583Velocity or trajectory determination systems; Sense-of-movement determination systems using transmission of continuous unmodulated waves, amplitude-, frequency-, or phase-modulated waves and based upon the Doppler effect resulting from movement of targets
    • G01S13/584Velocity or trajectory determination systems; Sense-of-movement determination systems using transmission of continuous unmodulated waves, amplitude-, frequency-, or phase-modulated waves and based upon the Doppler effect resulting from movement of targets adapted for simultaneous range and velocity measurements
    • GPHYSICS
    • G08SIGNALLING
    • G08BSIGNALLING OR CALLING SYSTEMS; ORDER TELEGRAPHS; ALARM SYSTEMS
    • G08B13/00Burglar, theft or intruder alarms
    • G08B13/18Actuation by interference with heat, light, or radiation of shorter wavelength; Actuation by intruding sources of heat, light, or radiation of shorter wavelength
    • G08B13/181Actuation by interference with heat, light, or radiation of shorter wavelength; Actuation by intruding sources of heat, light, or radiation of shorter wavelength using active radiation detection systems
    • G08B13/187Actuation by interference with heat, light, or radiation of shorter wavelength; Actuation by intruding sources of heat, light, or radiation of shorter wavelength using active radiation detection systems by interference of a radiation field
    • GPHYSICS
    • G08SIGNALLING
    • G08BSIGNALLING OR CALLING SYSTEMS; ORDER TELEGRAPHS; ALARM SYSTEMS
    • G08B13/00Burglar, theft or intruder alarms
    • G08B13/22Electrical actuation
    • G08B13/24Electrical actuation by interference with electromagnetic field distribution
    • G08B13/2491Intrusion detection systems, i.e. where the body of an intruder causes the interference with the electromagnetic field
    • G08B13/2494Intrusion detection systems, i.e. where the body of an intruder causes the interference with the electromagnetic field by interference with electro-magnetic field distribution combined with other electrical sensor means, e.g. microwave detectors combined with other sensor means
    • GPHYSICS
    • G08SIGNALLING
    • G08BSIGNALLING OR CALLING SYSTEMS; ORDER TELEGRAPHS; ALARM SYSTEMS
    • G08B15/00Identifying, scaring or incapacitating burglars, thieves or intruders, e.g. by explosives
    • GPHYSICS
    • G08SIGNALLING
    • G08BSIGNALLING OR CALLING SYSTEMS; ORDER TELEGRAPHS; ALARM SYSTEMS
    • G08B15/00Identifying, scaring or incapacitating burglars, thieves or intruders, e.g. by explosives
    • G08B15/001Concealed systems, e.g. disguised alarm systems to make covert systems

Description

» 1
Korte aanduiding: Beveiligingssysteem en werkwijze voor het beveiligen van een gebied.
De uitvinding heeft betrekking op een beveiligingssysteem om een gebied te beveiligen, bijvoorbeeld een bedrijventerrein of woongebied, en een werkwijze om een dergelijk gebied te beveiligen.
Het is gewenst om bepaalde gebieden te beveiligen tegen indringers. Een eerste 5 beveiligingsmaatregel die in veel van deze gebieden wordt genomen is het voorzien van lampen die het gehele gebied verlichten. Deze maatregel is gebaseerd op het idee dat het gehele gebied wordt verlicht zodat indringers het gevoel hebben dat zij eenvoudig kunnen worden gezien in het gebied. Aan de andere kant geeft het voorzien van licht ook aan een mogelijke indringer de mogelijkheid het gebied te bestuderen. Daarbij wordt veel energie 10 verbruikt om grote aantallen bedrijventerreinen, parkeerplaatsen en dergelijke te verlichten voor veiligheidsredenen terwijl niemand aanwezig is in deze gebieden. Daarbij, wanneer een . indringer een verlicht gebied binnengaat, wordt er geen waarschuwingssignaal gegenereerd dat naar de indringer of de eigenaar van het gebied kan worden verstuurd.
Om een gebied verder te beveiligen, zijn beveiligingssystemen met 15 beveiligingscamera’s voorzien. Deze camera’s worden gebruikt om een gebied te observeren. Beveiligingsmensen bekijken de videobeelden om te controleren of indringers het gebied binnengaan, en/of de videobeelden worden opgeslagen op een opslaginrichting, zodat de video’s kunnen worden herkeken wanneer er redenen zijn om aan te nemen dat een indringer het beveiligde gebied is binnengegaan.
20 Het is ook bekend een verlichtingsinrichting te verschaffen die het gebied verlicht wanneer iemand is gedetecteerd in het gebied.
GB 2,381,979 openbaart een alternatief beveiligingssysteem waarin een verlichtingsinrichting wordt gebruikt om een indringer attent te maken van de observatie van hem door het verlichten van het gebied dat hem omgeeft. Dit beveiligingssysteem omvat 25 middelen om beelden vast te leggen voor het vasteggen van beelden van een indringer, beeld verwerkingsmiddelen voor het verwerken van de beelden en verlichtingsmiddelen voor het verlichten van de indringer. Een nadeel van dit veiligheidsysteem is dat het systeem niet is ingericht de aanwezigheid van een indringer te detecteren indien er geen duidelijk beelden kunnen worden verkregen, bijvoorbeeld veroorzaakt door sabotage van de middelen voor het 30 vastleggen van beelden of door omgevingsomstandigheden zoals mist of zware regenval, in het bijzonder gedurende de nacht. Daarbij moet een bepaald lichtniveau worden verschaft in het gebied om de beelden te verkrijgen.
1037342 -2-
Een verder nadeel is dat het beveiligingssysteem van ‘979 niet in staat is om te bepalen of een indringer daadwerkelijk de grens van het gebied heeft gepasseerd. Dit kan het resultaat hebben dat iemand die op een voetgangersgebied naast het te beveiligen gebied passeert zal worden verlicht door de verlichtingsinrichting, omdat hij wordt vastgelegd 5 in een beeld van de middelen voor het vastleggen van beelden.
Overeenkomstig kan het mogelijk zijn dat de middelen voor het vastleggen van beelden beelden vastleggen van een dier, bijvoorbeeld een kat, dat aanwezig is in het beveiligde gebied. Echter is het ongewenst dat de aanwezigheid van een dergelijk dier het beveiligingssysteem activeert.
10 Het doel van uitvinding is een beveiligingssysteem te verschaffen dat een oplossing voor één of meer van de bovengenoemde nadelen van bekende beveiligingssystemen verschaft, of tenminste om een alternatief beveiligingssysteem te verschaffen.
Dit doel is bereikt met een beveiligingssysteem om een gebied te beveiligen, omvattende: 15 - een sensorsysteem voor het bepalen van de aanwezigheid van een voorwerp in het gebied, een verlichtingsinrichting om een lichtbundel te verschaffen, welke lichtbundel richtingbaar is naar verschillende locaties in het gebied, een regelinrichting, 20 - en een actuator aangestuurd door de regelinrichting om de lichtbundel naar een gewenste locatie te richten, waarbij de regelinrichting is ingericht om de verlichtingsinrichting te activeren wanneer een indringer is geïdentificeerd in het gebied, en om de lichtbundel te richten naar de locatie waar de indringer zich bevindt, met het kenmerk dat het sensorsysteem een radarsysteem omvat.
25 Het beveiligingssysteem van de uitvinding verlicht de locatie waar een indringer is gelokaliseerd door het radarsysteem. Wanneer de indringer in het gebied beweegt, kan de lichtbundel de indringer volgen totdat de indringer het gebied heeft verlaten. Als een gevolg heeft de indringer het gevoel dat hij wordt waargenomen in het gebied.
Het voordeel van een radarsysteem is dat een dergelijk systeem het gebied 30 betrouwbaar kan scannen voor de aanwezigheid van levende objecten zonder negatief te worden beïnvloed door omgevingsomstandigheden zoals mist of zware regenval.
Het beveiligingssysteem kan ook worden gebruikt in zeer donkere gebieden, als geen basis lichtniveaus zijn vereist om betrouwbare metingen van het gebied te verkrijgen. Donkere gebieden hebben het voordeel dat de potentiële indringer het gebied niet kan 35 bestuderen, voordat deze het mogelijk betreedt.
-3-
Het radarsysteem kan elk systeem zijn dat een meetsignaal verschaft op de basis waarvan de aanwezigheid van een levend wezen of bewegende objecten in het gebied kunnen worden vastgesteld.
In een uitvoeringsvorm kan het radarsysteem een zender met een antenne omvatten 5 om radiogolven in het gebied uit te zenden, en één of meer ontvangers, met elk een antenne om reflecties van de radiogolven te ontvangen. Het radarsysteem kan bijvoorbeeld een Doppler werkwijze of een FMCW (frequentie gemoduleerde continue golf) werkwijze gebruiken om radiogolven uit te zenden in het gebied, of een combinatie daarvan. Elke andere geschikte werkwijze om radiogolven uit te zenden en te ontvangen kan ook worden 10 toegepast. De antennes kunnen in vaste posities worden geplaatst of kunnen worden bewogen om het gebied te scannen.
Het radarsysteem kan worden gebruikt om reflecties in het gebied te meten, welke reflecties worden vergeleken met een referentiereflectie database van bekende reflecties die zijn opgeslagen in een geheugen. Het verschil tussen de gemeten reflecties en 15 referentiereflecties kunnen worden gebruikt om de aanwezigheid van een indringer in het gebied te identificeren.
Het radarsysteem kan een of meer zenders voor het uitzenden van radiogolven en een of meer ontvangers voor het ontvangen van gereflecteerde radiogolven omvatten. Bij voorkeur is het radarsysteem ingericht om het gebied driedimensionaal te scannen. Door 20 middel van een 3D radarsysteem zijn de coördinaten van een object in het gebied met meer nauwkeurigheid vast te stellen. Het 3D radarsysteem omvat bij voorkeur meerdere ontvangers en eventueel meerdere zenders. Het 3D radarsysteem kan bijvoorbeeld een ‘Steered Beam radar’ of een ‘Stacked Beam radar’ omvatten.
Bij voorkeur zijn de zenders en/of ontvangers vast opgestelde onderdelen, en maken 25 deze dus geen beweging om een bepaald gebied af te scannen. Door gebruik te maken van vast opgestelde zenders en ontvangers zijn er minder beweegbare onderdelen, waardoor de betrouwbaarheid van het beveiligingsysteem wordt vergroot.
De verlichtingsinrichting die wordt gebruikt in de uitvinding kan elke lichtbron omvatten, zoals xenon, LED, halogeen, of laser. Bij voorkeur verschaft de 30 verlichtingsinrichting bij activatie een lichtbundel met hoog vermogen zodat het levende wezen dat wordt verlicht door de verlichtingsinrichting een oncomfortabel gevoel beleefd wanneer deze wordt verlicht. In het bijzonder, wanneer de indringer wordt verlicht in een relatief donkere omgeving, kan de indringer zich gedesoriënteerd voelen. Als gevolg zal de indringer zich aangemoedigd voelen om het beveiligde gebied direct te verlaten.
35 Aangezien de verlichtingsinrichting met hoog vermogen het grootste deel van de tijd niet actief zal zijn, is de energieconsumptie van de verlichtingsinrichting van minder belang I • -4- wanneer vergeleken met verlichtingsinrichtingen die continue het gebied verlichten, zoals gebruikt in bekende systemen.
In een uitvoeringsvorm kan het gebied worden verlicht om een laag niveau, wanneer geen indringers worden gedetecteerd. Zodra een indringer is geïdentificeerd, kan hij worden 5 verlicht met een hoog vermogen lichtbundel en het verdere gebied kan donkerder worden gemaakt door het uitschakelen van de verlichting van het gebied op laag niveau.
De actuator kan een of meer servomotoren omvatten die is ingericht de verlichtingsinrichting te bewegen om de lichtbundel naar een gewenste locatie te richten. Bij voorkeur omvat de actuatoren twee servomotoren, bijvoorbeeld een voor rotatiebewegingen 10 om een verticale hartlijn en een voor bewegingen om een horizontale hartlijn. Elke andere inrichting die is ingericht de lichtbundel te richten naar een gewenste locatie kan ook worden gebruikt.
In een uitvoeringsvorm omvat de regelinrichting een geheugen waarin de grenzen van het gebied zijn opgeslagen. Het is gewenst dat een levend wezen alleen wordt verlicht 15 wanneer deze daadwerkelijk het gebied is binnengegaan. Echter een persoon die passeert maar niet het gebied binnengaat, kan eveneens worden gedetecteerd door het radarsysteem. Om te voorkomen dat een dergelijk persoon wordt geïdentificeerd als een indringer, kunnen de grenzen van het gebied worden opgeslagen in de regelinrichting, en de vastgestelde locatie van de indringer kan worden vergeleken met deze grenzen. De 20 verlichtingsinrichting kan alleen worden geactiveerd wanneer de persoon het gebied binnengaat door het passeren van de grenzen van het gebied.
In een uitvoeringsvorm, kan het beveiligde gebied worden opgedeeld in gebiedzones en een alarmniveau kan worden vastgesteld voor elk van deze zones. Bijvoorbeeld wanneer het beveiligde gebied een object omgeeft, bijvoorbeeld een gebouw, kunnen zones met 25 verschillende, in bijzonder toenemende alarmniveaus worden gedefinieerd rondom het object.
In een dergelijk beveiligingssysteem, kan slechts een relatief zacht alarmgeluid worden gegeven, wanneer een indringer is geïdentificeerd in de meest buitengelegen zone, of een lichtbundel met laag vermogen kan worden gericht op de indringer. Wanneer de 30 indringer een volgende zone binnengaat, kan een volgend alarmniveau worden geactiveerd, waarin de indringer bijvoorbeeld wordt verlicht door een lichtbundel met hoog vermogen. Wanneer de indringer het gebouw verder zou benaderen, kan hij een volgende zone binnengaan, waarin bijvoorbeeld een zeer luid alarmgeluid zal worden geactiveerd, en daarbij kan een beveiligingscentrale of de eigenaar van het object of een andere persoon 35 automatisch worden gebeld.
In een uitvoeringsvorm omvat de regelinrichting een geheugen om referentieobjecten op te slaan om objecten van verschillende typen te identificeren. Het is mogelijk dat levende I 1 -5- wezens zoals dieren het beveiligde gebied binnengaan. In het algemeen is het ongewenst dat de aanwezigheid van dergelijke dieren in het gebied zullen leiden tot activering van de verlichtingsinrichting. Daarom kunnen referentieobjecten worden vergeleken met het geïdentificeerde object om het type van het object, mens, dier of anders dat aanwezig is in 5 het gebied te identificeren.
In een uitvoeringsvorm omvat het systeem een bewakingsinrichting die dient te worden opgesteld op één van de regelinrichting afgelegen locaties, en waarbij de bewakingsinrichting is ingericht om het functioneren van radarsysteem, de regelinrichting en/of de verlichtingsinrichting te controleren. Door het verschaffen van een 10 bewakingsinrichting die het functioneren van het radarsysteem, de regelinrichting en/of de verlichtingsinrichting bewaakt, kan enig disfunctioneren van het beveiligingssysteem worden gedetecteerd en gerapporteerd.
Bij voorkeur is de bewakingsinrichting geplaatst op een afgelegen locatie die niet eenvoudig kan worden bereikt door de indringer zodat enige sabotage van het radarsysteem, 15 regelsysteem en/of de verlichtingsinrichting wordt gedetecteerd en gerapporteerd.
Bijvoorbeeld kan de bewakingsinrichting worden geplaatst in een kantoorgebouw waarvan het omringende gebied wordt beveiligd door het beveiligingssysteem. Wanneer één van het radarsysteem, de regelinrichting en/of de verlichtingsinrichting welke typisch buiten zijn opgesteld, wordt gesaboteerd, kan de bewakingsinrichting dit rapporteren door het 20 automatisch opbellen van een beveiligingscentrale of de eigenaar van het gebouw, of een ander persoon. Aangezien de bewakingsinrichting in het gebouw is geplaatst kan deze bewakingsinrichting niet eenvoudig worden gesaboteerd.
In een uitvoeringsvorm wordt de bewakingsinrichting aangesloten op een bestaand beveiligingssysteem of is daar een integraal onderdeel van.
25 In een uitvoeringsvorm zijn de regelinrichting en de bewakingsinrichting draadloos met elkaar verbonden. Als een alternatief, zijn de regelinrichting en bewakingsinrichting met elkaar verbonden door middel van een draad.
In een uitvoeringsvorm omvat de regelinrichting en/of de bewakingsinrichting een telefooneenheid. Een dergelijke telefooneenheid kan worden gebruikt om op te bellen in het 30 geval het gewenst is een gebeurtenis die wordt gedetecteerd door het bewakingssysteem te rapporteren.
In een uitvoeringsvorm, omvat het beveiligingssysteem verder een trillingsdetectiesysteem, een videocamera en/of een luidspreker.
Een trillingsdetectiesysteem kan worden voorzien om ongebruikelijke trillingen van het 35 bewakingssysteem te registreren, en daarmee bijvoorbeeld pogingen tot sabotage van het bewakingssysteem waar te nemen.
-6-
Een videocamera kan worden voorzien om videobeelden vast te leggen van een persoon of ander object dat is gedetecteerd in het gebied. De videobeelden kunnen worden opgeslagen op een harde schijf of worden overgebracht naar een andere locatie, bijvoorbeeld een beveiligingscentrale en/of de eigenaar van het gebouw of een ander 5 persoon. Bijvoorbeeld, wanneer een indringer wordt geïdentificeerd in het gebied, kan de videocamera videobeelden vastleggen, welke beelden worden verzonden aan een mobiele inrichting, zoals een PDA of telefoon. In een uitvoeringsvorm kunnen de videobeelden worden geprojecteerd in of nabij het gebied, bijvoorbeeld op het beveiligde gebouw, zodat de indringer zichzelf kan zien. Dit maakt de indringer bewust dat hij is vastgelegd in 10 videobeelden.
In een uitvoeringsvorm is de videocamera ingericht om in te zoomen en te worden gericht naar bepaalde locaties. Aangezien het radarsysteem is ingericht de locatie van een indringer in het gebied te bepalen, kan de videocamera naar deze locatie worden gericht, en kunnen de beelden worden gemaakt in close-up om daarmee de kans dat de indringer wordt 15 herkend te vergroten.
Een luidspreker kan worden voorzien om alarmgeluiden te produceren of om de ' indringer aan te spreken. De tekst die gericht wordt aan de indringer kan worden afgespeeld van een afspeelinrichting, of direct worden gesproken bijvoorbeeld vanaf een beveiligingscentrale, of via een mobiele inrichting. Het voordeel van direct gesproken tekst is 20 dat de tekst kan worden aangepast aan de indringer. Bijvoorbeeld kunnen de kleuren van zijn kleding worden genoemd. Dit maakt de indringer bewust dat iemand hem werkelijk ziet.
In een uitvoeringsvorm zijn ten minste het radarsysteem, de verlichtingsinrichting en de actuator gerangschikt in een detectie- en verlichtingseenheid. Het verschaffen van een enkele eenheid waarin deze onderdelen zijn aangebracht resulteert in een compact systeem 25 dat eenvoudig kan worden gemonteerd op een geschikte locatie, bijvoorbeeld op bestaande objecten zoal lantaarnpalen, masten en dergelijke. Bij voorkeur zijn ten minste een zender en/of ontvanger van het radarsysteem aan een onderzijde van de eenheid aangebracht om een optimaal bereik te verkrijgen.
Vaak zullen het radarsysteem, de verlichtingsinrichting en de actuator buiten worden 30 aangebracht, en dus worden onderworpen aan omgevingsomstandigheden zoals regen en wind. Een behuizing kan worden voorzien om het radarsysteem, de verlichtinginrichting, en de actuator tegen dergelijke externe invloeden te beschermen. De behuizing kan wind- en waterdicht zijn en bijvoorbeeld worden gemaakt uit metaal of kunststof. Enig transparant materiaal in de behuizing kan worden voorzien met een anti-mask coating om te voorkomen 35 dat de eenheid kan worden gesaboteerd door verf of dergelijke. Andere delen van het beveiligingssysteem kunnen eveneens worden aangebracht in dezelfde behuizing en/of eenheid.
, I
-7- ln een uitvoeringsvorm is de detectie- en verlichtingseenheid eenvoudig te monteren op een tijdelijke locatie en/of geplaatst op een mobiele ondersteuning. Een dergelijke detectie- en verlichtingseenheid kan eenvoudig worden gebruikt op locaties waar het tijdelijk bewaken van een gebied gewenst is, bijvoorbeeld op bouwterreinen, opslagterreinen, 5 festivalterreinen en dergelijke. Bij voorkeur is de detectie- en verlichtingseenheid aangebracht op een verplaatsbaar, bij voorkeur verrijdbaar onderstel om een mobiele eenheid te vormen. Een dergelijke mobiele eenheid kan eenvoudig op een geschikte tijdelijke locatie worden geplaatst. Het is ook mogelijk om een mobiele eenheid te verschaffen waarop alleen een sensor systeem of alleen een verlichtingsinrichting is geplaatst. De andere 10 onderdelen van het beveiligingssysteem kunnen dan op een andere mobiele eenheid of op een andere wijze in het te beveiligen gebied worden opgesteld.
In een uitvoeringsvorm omvat het beveiligingssysteem een draagbare eenheid die kan worden herkend door de regelinrichting of de bewakingsinrichting om het beveiligingssysteem te deactiveren ten aanzien van een persoon die de draagbare eenheid 15 draagt. Wanneer de eigenaar of een andere geautoriseerd persoon het beveiligde gebied binnengaat, is het ongewenst dat het beveiligingssysteem wordt geactiveerd. Een dergelijk persoon kan een draagbare eenheid omvatten waarmee het beveiligingssysteem kan worden' gedeactiveerd. Eveneens kan mogelijk zijn om actief of passief het beveiligingssysteem te schakelen naar een andere modus wanneer de draagbare eenheid wordt gedetecteerd. In 20 deze andere modus kan het beveiligingssysteem bijvoorbeeld zijn ingericht om de personen te geleiden over het gebied door verlichting met een laag vermogen lichtbundel, of door het verlichten van het gehele gebied tot een bepaald lichtniveau. Een dergelijke draagbare eenheid kan een RF module met een RFID omvatten welke module communiceert met een RF module die is aangebracht in het gebied en bijvoorbeeld is verbonden met de 25 regelinrichting.
De deactivering of modusomschakeling kan actief worden uitgevoerd door het invoeren van een code of dergelijk op de draagbare eenheid of kan passief worden uitgevoerd door herkenning van de draagbare eenheid in het gebied.
De draagbare eenheid kan worden uitgevoerd als software die is opgeslagen in een 30 programmeerbare mobiele inrichting, zoals een mobiele telefoon of PDA. Als een alternatief, kan een druktoetsenpaneel of andere invoerinrichting worden aangebracht aan de rand van het gebied voor deactivering van het beveiligingssysteem.
In een uitvoeringsvorm omvat het beveiligingssysteem meerdere radarsystemen en meerdere verlichtingsinrichtingen om een te beveiligen gebied te bedekken.
35 De uitvinding heeft verder betrekking op een werkwijze voor het beveiligen van een gebied omvattende - het verschaffen van het beveiligingssysteem van de uitvinding, -8- - het opslaan van een te beveiligen gebied in de regelinrichting, - het bewaken van het gebied door het bepalen van de aanwezigheid van een levend wezen in het gebied en het identificeren van het levende wezen als een indringer, en het richten van de lichtbundel op een indringer in het gebied.
5 In een uitvoeringsvorm omvat de werkwijze het vergelijken van een signaal van het radarsysteem met de grenzen van het gebied, referentieobjecten en/of bekende reflecties in het gebied om het levende wezen als een indringer te identificeren.
In een uitvoeringsvorm omvat de werkwijze het bewaken van het functioneren van het radarsysteem, de regelinrichting en/of de verlichtingsinrichting met een bewakingsinrichting 10 die is geplaatst op een locatie afgelegen van de regelinrichting.
In een uitvoeringsvorm omvat de werkwijze verder het afbeelden van videobeelden van de indringer en/of het verschaffen van hoorbare alarmsignalen en/of het toespreken van de indringer.
15 Verdere kenmerken en voordelen zullen nu worden beschreven ten aanzien van een uitvoeringsvorm van het beveiligingssysteem volgens de uitvinding, waarbij wordt verwezen naar de bijgaande tekening, waarin:
Fig. 1 een schematisch overzicht van een toepassing van een uitvoeringsvorm van het beveiligingssysteem van de uitvinding toont; 20 Fig. 2 verschillende onderdelen van een uitvoeringsvorm van de uitvinding schematisch toont;
Fig. 3 een schematisch overzicht van een alternatieve uitvoeringsvorm van het beveiligingssysteem van de uitvinding toont.
25 Figuur 1 toont een uitvoeringsvorm van een beveiligingssysteem volgens de uitvinding om een gebied te beveiligen. Het beveiligingssysteem is in het algemeen aangeduid met het verwijzingscijfer 1. Het beveiligingssysteem 1 omvat een detectie en de verlichtingseenheid 2 en een bewakingseenheid 3.
Het beveiligingssysteem 1 is ingericht om een gebied A dat een gebouw 50 omgeeft 30 te beveiligen. Het beveiligde gebied A is onderverdeeld in drie zones A1, A2, A3, waarbij elke zone zijn eigen alarmniveau heeft. Als een alternatief kan het beveiligde gebied slechts een zone met een 1 alarmniveau hebben.
Wanneer een indringer 60 wordt gedetecteerd door de detectie- en verlichtingseenheid 2 in de meest buitengelegen zone A1, wordt een relatief zacht 35 alarmgeluid geproduceerd om aan de indringer aan te geven dat hij is gedetecteerd. Eveneens kan de detectie- en verlichtingseenheid 2 een lichtbundel met laag vermogen I 1 -9- verschaffen die is gericht op de indringer 60 om hem bewust te maken dat hij is gedetecteerd.
Wanneer de indringer 60 de volgende zone A2 binnengaat, kan een volgend alarmniveau worden geactiveerd. In deze zone A2, wordt de indringer verlicht met een hoog 5 vermogen lichtbundel LB van de detectie- en verlichtingseenheid 2 zoals getoond in figuur 1. Een dergelijk hoogvermogen lichtbundel zal aan de indringer een oncomfortabel gevoel geven. De hoogvermogen lichtbundel kan de indringer desoriënteren. Hij zal zich aangemoedigd voelen om het beveiligde gebied te verlaten.
Wanneer de indringer het gebouw verder zou benaderen, kan hij een volgende zone 10 A3 binnengaan, waarin bijvoorbeeld een zeer luid alarm geluid zal worden geactiveerd en een veiligheidscentrale of de eigenaar van het object of een ander relevant persoon automatisch zal worden gebeld.
Een bewakingseenheid 3 is verschaft in het gebouw 50. De bewakingseenheid 3 controleert continue het functioneren van de detectie- en verlichtingseenheid 2. Enig 15 disfunctioneren van de detectie- en verlichtingseenheid 2, bijvoorbeeld veroorzaakt door een succesvolle sabotage, zal direct worden gedetecteerd en gerapporteerd. Aangezien de bewakingseenheid 3 is geplaatst in het gebouw, is het zeer moeilijk om de • bewakingseenheid 3 te saboteren.
De verschillende delen van het beveiligingssysteem zullen nu in meer detail worden 20 beschreven.
Figuur 2 toont de detectie- en verlichtingseenheid 2 en de bewakingseenheid 3.
De detectie- en verlichtingseenheid 2 omvat een radarsysteem 4 dat is ingericht de locatie van een object in het gebied te detecteren, een verlichtingsinrichting 5 om een lichtbundel te verschaffen waarbij de lichtbundel te richten is op verschillende locaties in het 25 gebied, een actuator 6 om de lichtbundel naar een gewenste locatie te richten, en een regelinrichting 7 ingericht om de verlichtingsinrichting 5 te activeren en de actuator 6 aan te sturen om de lichtbundel die resulteert uit de activatie van de verlichtingsinrichting te richten naar de locatie waar de indringer is gelokaliseerd. De actuator 6 kan bijvoorbeeld twee servomotoren omvatten die zijn ingericht de verlichtingsinrichting of een deel ervan te 30 bewegen om de lichtbundel die wordt uitgestraald door de verlichtingsinrichting te richten naar een gewenste locatie in het beveiligde gebied A. De eerste servomotor is bijvoorbeeld roteerbaar om een horizontale hartlijn, terwijl de tweede servomotor roteerbaar is om een verticale hartlijn.
Het beveiligingssysteem omvat verder een energiebron 8, bijvoorbeeld een 35 oplaadbare batterijbak of accu, die is verbonden met een zonnepaneel 9 om de energiebron 8 op te laden.
-10-
Voor een optimaal bereik is het radarsysteem aan een onderzijde van de detectie- en verlichtingseenheid 2 aangebracht. Hiertoe is een beugel 15 voorzien, waarop aan een onderste uiteinde het radarsysteem 4 is gemonteerd en aan het andere uiteinde een behuizing is aangebracht met de verdere onderdelen van de detectie- en verlichtingseenheid 5 2. Het radarsysteem 4 is verbonden met de regelinrichting 7.
Het radarsysteem 4 omvat een zender 4a met een antenne om radiogolven uit te zenden in het gebied, en één of meer ontvangers 4b die elk een antenne omvatten om reflecties van de radiogolven te ontvangen.
De zender 4a en ontvangers 4b zijn vaste onderdelen, d.w.z. dat deze niet 10 beweegbaar zijn opgesteld om bijvoorbeeld een scannende beweging te maken.
Het radarsysteem 4 gebruikt een Doppler methode om te bepalen of een bewegend object aanwezig is in het gebied. Wanneer een bewegend object is gedetecteerd in het gebied, kan het radarsysteem schakelen naar een FMCW modus (Frequency Modulated Continuous Wave). In deze modus wordt een signaal met afwisselend toenemend en 15 afnemende frequentie uitgezonden. De ontvangers 4B kunnen een frequentieverschil tussen het uitgezonden signaal wat wordt gebruikt als een referentiesignaal, en het gereflecteerde signaal dat wordt ontvangen door de ontvangers 4B detecteren.
Deze verandering in frequentie is afhankelijk van de reistijd van radiogolven van de zender naar het object en terug naar de ontvanger inclusief het Doppler verschil als gevolg 20 van de beweging van het object. Op basis van de signalen kan de afstand en snelheid van een reflecterend object worden bepaald.
Elke andere geschikte methode, bijvoorbeeld alleen een Doppler methode kan eveneens worden gebruikt voor het bepalen van de aanwezigheid van een bewegend object in het gebied.
25 Bij voorkeur wordt er gebruik gemaakt van een 3D radar systeem, waarmee de coördinaten van een object in het gebied in drie dimensies zijn te bepalen. Hiermee kan de nauwkeurigheid worden verhoogd.
De vergelijking van de bepaalde bewegende objecten en de bekende reflecties van het gebied, welke zijn opgeslagen in een geheugen 10 in de regelinrichting 7, kan de locatie 30 van een beweegbaar object in het gebied worden bepaald.
Wanneer een beweegbaar object is gedetecteerd in het beveiligde gebied, kunnen de reflecties van het bewegende object worden vergeleken met bekende referentie reflecties van verschillende objecten. Ook deze kan het bijvoorbeeld worden vastgesteld of het geïdentificeerde object een persoon of een dier is. Het beveiligingssysteem 1 kan dan alleen 35 worden geactiveerd wanneer een persoon is geïdentificeerd in het gebied A.
Het geheugen 10 omvat verder een map met de grenzen van het gebied A en de zones A1, A2 en A3. Wanneer de aanwezigheid van een persoon is geïdentificeerd door het -11 - radarsysteem 4, wordt de locatie van deze persoon vergeleken met de map met grenzen van de verschillende zones. Afhankelijk van de locatie van de persoon ten opzichte van de map kan het alarmniveau worden bepaald. Bijvoorbeeld wanneer de gedetecteerde persoon zich buiten het gebied A bevindt, zal geen alarm worden geactiveerd. Wanneer de persoon is 5 gedetecteerd in de tweede zone A2, beweegt de actuator de verlichtingsinrichting 5 om een hoogvermogen lichtbundel te richten op de locatie van de persoon.
De grensinformatie kan bijvoorbeeld worden verkregen na installatie van de detectie-en verlichtingseenheid 2 door registratie van de gedetecteerde reflecties van iemand die de grenzen van het gebied A volgt.
10 De verlichtingsinrichting 5 omvat een Xenon lichtbron om een hoogvermogen lichtbundel te verschaffen zodat de persoon die wordt verlicht door de verlichtingsinrichting 5 een oncomfortabel gevoel beleeft wanneer deze wordt verlicht. Als gevolg zal de indringer zich aangemoedigd voelen om direct het beveiligde gebied A te verlaten. De verlichtingsinrichting 5 kan lenzen en spiegels omvatten om het licht dat wordt uitgezonden 15 door de lichtbron te focusseren.
Het beveiligingssysteem 1 van de uitvinding verlicht locatie waar een indringer is gelokaliseerd door het radarsysteem. Wanneer de indringer beweegt in het gebied, kan de lichtbundel de indringer volgen totdat de indringer het gebied heeft verlaten. Als gevolg heeft de indringer het gevoel te worden geobserveerd in het gebied.
20 De detectie- en verlichtingseenheid 2 omvat verder een draadloze zender 12 om te communiceren met een draadloze zender 20 van de bewakingseenheid 3. De bewakingseenheid 3 omvat verder een telefooneenheid die is ingericht om automatisch één of meer voorgeprogrammeerde telefoonnummers te bellen, bijvoorbeeld van een beveiligingscentrale of de eigenaar van het object of enig ander relevant persoon.
25 De detectie- en verlichtingseenheid 2 omvat een trillingsdetectiesysteem 13 dat is ingericht ongebruikelijke trillingen in de detectie- en verlichtingsinrichting 2 te bepalen. De detectie van dergelijke trillingen kan worden gebruikt om mogelijke pogingen tot sabotage van de detectie- en verlichtingsinrichting 2 door stevige bewegingen als gevolg van het trappen tegen de detectie- en verlichtingsinrichting 2 of de ondersteuning, waar te nemen.
30 Verder kan een videocamera 14 worden voorzien om videobeelden vast te leggen van enig persoon of ander object dat is gedetecteerd in het gebied. De videobeelden kunnen worden opgeslagen op een harde schijf of overgebracht worden naar een andere locatie, bijvoorbeeld een beveiligingscentrale en/of de eigenaar van het gebouw of een ander persoon. Bijvoorbeeld, wanneer een indringer is geïdentificeerd in het gebied, kan de 35 videocamera videobeelden vastleggen welke beelden naar een mobiele inrichting, zoals een pda of telefoon, worden verzonden.
-12-
In een uitvoeringsvorm kunnen de videobeelden worden geprojecteerd op het beveiligde gebouw 50 (zie scherm 40 in figuur 1), zodat de indringer 60 zichzelf geprojecteerd kan zien op het scherm 40. Dit maakt de indringer bewust dat hij is waargenomen in videobeelden.
5 Het beveiligingssysteem 1 kan een luidspreker 41 (figuur 1) omvatten welke is voorzien om alarmgeluiden te produceren of om de indringer aan te spreken. De tekst die wordt gericht aan indringer kan worden afgespeeld van een afspeelinrichting, of direct worden gesproken, bijvoorbeeld van een beveiligingscentrale of via een mobiele inrichting. Het voordeel van direct gesproken tekst is dat de tekst kan worden aangepast aan indringer. 10 Bijvoorbeeld kunnen de kleuren van zijn kleding worden genoemd. Dit maakt de indringer bewust dat iemand hem daadwerkelijk ziet.
De detectie -en verlichtingseenheid 2 en/of de bewakingseenheid 3 kunnen verder een USB of een netwerkconnector omvatten, een video-out connector, een noodstroomvoorziening, een sabotage alarmeenheid die sabotage of disfunctioneren van de 15 respectieve eenheid rapporteert, en andere detectie, registratie en/of communicatiesystemen.
In een uitvoeringsvorm omvat het beveiligingssysteem 1 een draagbare eenheid (niet getoond) die kan worden herkend door de regelinrichting of de bewakingsinrichting om het beveiligingssysteem te deactiveren ten opzichte van een persoon die de draagbare eenheid 20 draagt. Wanneer de eigenaar of een ander geautoriseerd persoon het beveiligde gebied binnengaat, is het ongewenst dat het beveiligingssysteem wordt geactiveerd. Een dergelijk persoon kan een draagbare eenheid dragen waarmee het beveiligingssysteem kan worden gedeactiveerd. Ook kan het mogelijk zijn om actief of passief het beveiligingssysteem te schakelen naar een andere modus wanneer de draagbare eenheid is gedetecteerd. In deze 25 ander modus kan het beveiligingssysteem bijvoorbeeld worden ingericht om de persoon te geleiden over het gebied door verlichting met een laagvermogen lichtbundel, of door het verlichten van het gehele gebied tot een bepaald lichtniveau.
De deactivatie omschakeling van de modus kan actief worden uitgevoerd door het ingeven van een code of dergelijke op de draagbare eenheid, of kan pas hiervoor uitgevoerd 30 door het kennen van de draagbare eenheid in het gebied. Een dergelijke draagbare eenheid kan een RF module met een RFID omvatten die communiceert met een RF module die is aangebracht in de detectie- en verlichtingseenheid 2 of op elke andere geschikte locatie.
De draagbare eenheid kan worden uitgevoerd als software die is opgeslagen in een programmeerbare mobiele inrichting zoals een mobiele telefoon of pda. Als een alternatief, 35 kan een toetsenpaneel of andere ingave-inrichting worden aangebracht aan de rand van het gebied voor deactivatie van het beveiligingssysteem.
-13-
In een uitvoeringsvorm omvat het beveiligingssysteem meerdere radarsystemen en meerdere verlichtingsinrichtingen om een te beveiligen gebied te bedekken.
In de uitvoeringsvorm van de figuren 1 en 2 is een uitvoeringsvorm van de uitvinding beschreven waarin een detectie- en verlichtingseenheid 2 een radarsysteem 4 en een 5 verlichtingsinrichting 5 omvat. Andere uitvoeringsvormen kunnen het radarsysteem 4 en verlichtingsinrichting 5 als afzonderlijke eenheden worden beschouwd. Eveneens kunnen meerdere radarsystemen 4 en meerdere verlichtingsinrichtingen 5 worden voorzien om een te beveiligen gebied te bedekken. Het gebruik van meerdere radarsystemen 4 kan eveneens de nauwkeurigheid van de bepaling van de locatie van een beweegbaar object vergroten.
10 De detectie- en verlichtingseenheid 2 is aangebracht op een vaste paal op een geschikte hoogte. De detectie- en verlichtingseenheid 2 kan eveneens worden aangebracht op het dak van een gebouw of elke andere geschikte locatie. Bij voorkeur wordt de detectie-en verlichtingseenheid aangebracht op een bestaand object, zoals lantaarnpaal, reclamezuil, gebouw of dergelijke, zodat niet een afzonderlijk object hoeft te worden verschaft om de 15 detectie- en verlichtingsinrichting 2 op de juiste hoogte aan te brengen.
In een uitvoeringsvorm kan de detectie- en verlichtingseenheid 2 worden aangebracht op een beweegbare eenheid. Een dergelijke uitvoeringsvorm kan worden gebruikt in een beveiligingssysteem dat eenvoudig kan worden neergezet en weggehaald, wanneer een bepaald gebied slechts tijdelijk dient te worden beveiligd, zoals een bouwterrein, 20 opslagterrein, festivalterrein of dergelijke.
Figuur 3 toont een alternatieve opzet van een beveiligingssysteem volgens de uitvinding welke is ingericht om een gebied A dat een gebouw 150 omringd te beveiligen. Het beveiligingssysteem omvat vier radarsystemen 104 ingericht om een beweegbaar object, in het bijzonder een indringer in het gebied A te detecteren. Wanneer een indringer is 25 gedetecteerd, kunnen één of meer van de verlichtingsinrichtingen 105 worden gebruikt om de indringer te verlichten op de locatie waar hij is gedetecteerd.
Elke verlichtingsinrichting 105 omvat een actuator die is ingericht om de verlichtingsinrichting te bewegen of ten minste een deel daarvan om de lichtbundel van de verlichtingsinrichting 105 op de indringer te richten. Op deze wijze zal de indringer worden 30 gevolgd door ten minste één lichtbundel zolang de indringer aanwezig is in het gebied A. De radarsystemen 104, de verlichtingsinrichting 105, en de bewakingseenheid 103 welke is aangebracht in het gebouw 105 communiceren met elkaar, bij voorkeur door middel van draadloze communicatie.
Andere delen van beveiligingssysteem zoals beschreven en getoond in figuur 2 35 kunnen worden aangebracht in één of meer van de radarsystemen 104, de verlichtingsinrichtingen 105 en/of de bewakingseenheid 103, of kunnen worden aangebracht op enige andere geschikte locatie.
1 0 3 7 3 4 2

Claims (17)

1. Een beveiligingssysteem om een gebied te beveiligen, omvattende: - een sensorsysteem voor het bepalen van de aanwezigheid van een levend wezen in het gebied, een regelinrichting die is verbonden met het sensorsysteem, - een verlichtingsinrichting om een lichtbundel te verschaffen, waarbij de lichtbundel 5 richtbaar is op verschillende locaties in het gebied, - een actuator die wordt aangestuurd door de regelinrichting om de lichtbundel naar een gewenste locatie te richten, waarbij de regelinrichting is ingericht de verlichtingsinrichting te activeren wanneer een indringer is geïdentificeerd in het gebied, en de lichtbundel te richten naar de locatie waar de indringer is gelokaliseerd, met het kenmerk, dat het 10 sensorsysteem een radarsysteem omvat.
2. Het beveiligingssysteem volgens conclusie 1, waarbij het radarsysteem een 3D radarsysteem is.
3. Het beveiligingssysteem volgens conclusie 1, waarbij de regelinrichting een geheugen omvat waarin de grenzen van het gebied zijn opgeslagen. 1'5
4. Het beveiligingssysteem volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de regelinrichting een geheugen omvat voor het opslaan van referentie objecten om objecten van verschillende typen te identificeren.
5. Het beveiligingssysteem volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de regelinrichting een geheugen omvat waarin een database met bekende reflecties 20 van het gebied is opgeslagen.
6. Het beveiligingssysteem volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het systeem een bewakingsinrichting omvat die dient te worden aangebracht op een locatie afgelegen van de regelinrichting, en waarbij de bewakingsinrichting is ingericht om het functioneren van het radarsysteem, de regelinrichting en/of 25 verlichtingsinrichting te bewaken.
7. Het beveiligingssysteem volgens conclusie 5, waarbij de regelinrichting en de bewakingsinrichting draadloos met elkaar zijn verbonden.
8. Het beveiligingssysteem volgens conclusie 5 of 6, waarbij de regelinrichting en/of de bewakingsinrichting een telefooneenheid omvat.
9. Het beveiligingssysteem volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het beveiligingssysteem verder een trillingsdetectiesysteem, een videocamera en /of een luidspreker omvat.
10. Het beveiligingssysteem volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij ten minste het sensorsysteem, de verlichtingsinrichting, en de actuator zijn 35 aangebracht in een detectie- en verlichtingseenheid. 1037342 -15-
11. Het beveiligingssysteem volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de detectie- en verlichtingseenheid is aangebracht op een verplaatsbaar, bij voorkeur verrijdbaar onderstel om een mobiele eenheid te vormen.
12. Het beveiligingssysteem volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het 5 beveiligingssysteem een draagbare eenheid omvat die kan worden herkend door de regelinrichting of de bewakingsinrichting om het beveiligingssysteem te deactiveren ten opzichte van een persoon die de draagbare eenheid draagt.
13. Het beveiligingssysteem volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het beveiligingssysteem meerdere radarsystemen en meerdere 10 verlichtingsinrichtingen omvat om een te beveiligen gebied te bedekken.
14. Een werkwijze voor het beveiligen van een gebied, omvattende: het verschaffen van een beveiligingssysteem van één van de voorgaande conclusies, - het opslaan van een te beveiligen gebied en de regelinrichting, 15. het bewaken van het gebied door het bepalen van de aanwezigheid van een levend wezen in het gebied en het identificeren van het levende wezen als een indringer,' en - het richten van de lichtbundel op een indringer in het gebied.
15. De werkwijze volgens conclusie 14, waarbij de werkwijze omvat het vergelijken 20 van een signaal van het radarsysteem met grenzen van het gebied, referentieobjecten en/of bekende reflecties in het gebied om het levende wezen als een indringer te identificeren.
16. Het beveiligingssysteem volgens conclusie 14 of 15, waarbij de werkwijze het bewaken van het functioneren van het radarsysteem, de regelinrichting en/of de 25 verlichtingsinrichting omvat met een bewakingsinrichting die is aangebracht op een locatie afgelegen van de regelinrichting.
17. De werkwijze volgens één van de conclusies 14-16, waarbij de werkwijze verder omvat het projecteren van videobeelden van de indringer en/of het verschaffen van hoorbare alarmsignalen en/of het toespreken van de indringer. > 1037342
NL1037342A 2009-10-02 2009-10-02 Beveiligingssysteem en werkwijze voor het beveiligen van een gebied. NL1037342C2 (nl)

Priority Applications (5)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1037342A NL1037342C2 (nl) 2009-10-02 2009-10-02 Beveiligingssysteem en werkwijze voor het beveiligen van een gebied.
EP10763068A EP2483876A1 (en) 2009-10-02 2010-10-04 Security system and method to secure an area
PCT/NL2010/050644 WO2011040816A1 (en) 2009-10-02 2010-10-04 Security system and method to secure an area
CN2010800444498A CN102576483A (zh) 2009-10-02 2010-10-04 用于为区域保障安全的保安系统和方法
US13/499,598 US20120188081A1 (en) 2009-10-02 2010-10-04 Security system and method to secure an area

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1037342 2009-10-02
NL1037342A NL1037342C2 (nl) 2009-10-02 2009-10-02 Beveiligingssysteem en werkwijze voor het beveiligen van een gebied.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1037342C2 true NL1037342C2 (nl) 2011-04-05

Family

ID=41381718

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1037342A NL1037342C2 (nl) 2009-10-02 2009-10-02 Beveiligingssysteem en werkwijze voor het beveiligen van een gebied.

Country Status (5)

Country Link
US (1) US20120188081A1 (nl)
EP (1) EP2483876A1 (nl)
CN (1) CN102576483A (nl)
NL (1) NL1037342C2 (nl)
WO (1) WO2011040816A1 (nl)

Families Citing this family (30)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE202010000502U1 (de) * 2010-03-30 2010-06-02 Micas Ag Verkehrsflächenbeleuchtungsvorrichtung
JP6024229B2 (ja) 2012-06-14 2016-11-09 富士通株式会社 監視装置、監視方法、及びプログラム
US9639760B2 (en) * 2012-09-07 2017-05-02 Siemens Schweiz Ag Methods and apparatus for establishing exit/entry criteria for a secure location
GB201219097D0 (en) * 2012-10-24 2012-12-05 Metrasens Ltd Apparatus for detecting ferromagnetic objects at a protected doorway assembly
US9324222B2 (en) * 2013-02-28 2016-04-26 Honeywell International Inc. Tamper resistant motion detector
US20140320648A1 (en) * 2013-04-23 2014-10-30 Canary Connect, Inc. Remote User Interface & Display For Events For A Monitored Location
DE102014104299A1 (de) * 2014-03-27 2015-10-01 Steinel Gmbh Bewegungssensorvorrichtung sowie Verwendung einer solchen
US9892463B1 (en) 2014-04-25 2018-02-13 State Farm Mutual Automobile Insurance Company System and methods for community-based cause of loss determination
US10244300B2 (en) 2014-04-30 2019-03-26 Oticon A/S Instrument with remote object detection unit
DK2941019T3 (da) * 2014-04-30 2019-11-25 Oticon As Høreapparat med fjern-objektdetekteringsenhed
US20210142648A1 (en) 2014-10-07 2021-05-13 State Farm Mutual Automobile Insurance Company Systems and methods for automatically mitigating risk of damage from broken circuits
CN104601969A (zh) * 2015-02-26 2015-05-06 张耀 一种区域设防方法以及装置
US9934672B2 (en) * 2015-09-24 2018-04-03 Honeywell International Inc. Systems and methods of conserving battery life in ambient condition detectors
CN105376538A (zh) * 2015-12-08 2016-03-02 湖南纳雷科技有限公司 一种雷达与视频融合的大范围监控系统及方法
EP3255464B1 (de) * 2016-06-09 2021-04-07 VEGA Grieshaber KG Empfängerschaltung für eine mikrowellenschranke
US9974283B1 (en) * 2016-11-08 2018-05-22 Margaret A. Hord Collar mounted intruder detection security system
US11550046B2 (en) * 2018-02-26 2023-01-10 Infineon Technologies Ag System and method for a voice-controllable apparatus
US10825318B1 (en) 2018-04-09 2020-11-03 State Farm Mutual Automobile Insurance Company Sensing peripheral heuristic evidence, reinforcement, and engagement system
EP3570259A1 (en) * 2018-05-18 2019-11-20 Olaf Zimmermann Stand alone surveillance system
CN209046784U (zh) * 2018-09-14 2019-06-28 深圳迈睿智能科技有限公司 监控设备
CN109417612A (zh) * 2018-09-14 2019-03-01 深圳迈睿智能科技有限公司 监控设备
WO2020071930A1 (en) * 2018-10-05 2020-04-09 Motorola Solutions, Inc Systems, devices, and methods to electronically lure people at a building
US10762773B1 (en) 2019-08-19 2020-09-01 Ademco Inc. Systems and methods for building and using a false alarm predicting model to determine whether to alert a user and/or relevant authorities about an alarm signal from a security system
CN113740355B (zh) * 2020-05-29 2023-06-20 清华大学 一种射线检测机器人的边界防护方法及系统
IL276002A (en) * 2020-07-12 2022-02-01 Essence Security International Esi Ltd Object detection in the environment
US11747480B2 (en) * 2020-08-18 2023-09-05 IntelliShot Holdings, Inc. Automated threat detection and deterrence apparatus
CN112147604A (zh) * 2020-09-08 2020-12-29 成都红云鼎科技有限公司 一种基于雷达坐标转换的入侵轨迹计算方法
CN112150748A (zh) * 2020-09-08 2020-12-29 成都红云鼎科技有限公司 一种基于毫米波雷达的周界防范报警系统
CN112150749A (zh) * 2020-09-08 2020-12-29 成都红云鼎科技有限公司 一种基于多防区的分层预警方法
US11403923B2 (en) 2020-12-09 2022-08-02 Ademco Inc. Selectively enabled tamper detection

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2184277A (en) * 1985-12-12 1987-06-17 Smiths Industries Plc Intruder alarm system
GB2381979A (en) * 2001-10-18 2003-05-14 Robert William Chandler Intruder tracking and illuminating system
EP1359435A1 (en) * 2002-04-24 2003-11-05 Hitachi, Ltd. Intruder monitoring system using a millimeter wave radar
WO2006131860A1 (en) * 2005-06-06 2006-12-14 Koninklijke Philips Electronics N.V. Security lighting system and method, and control unit therefore

Family Cites Families (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3513471A (en) * 1967-10-26 1970-05-19 Westinghouse Electric Corp Angle sensing system
JP2567332B2 (ja) * 1993-02-17 1996-12-25 本田技研工業株式会社 時分割型レーダシステム
US6462775B1 (en) * 1996-11-21 2002-10-08 Detection Dynamics, Inc. Apparatus within a street lamp for remote surveillance having directional antenna
IT1306222B1 (it) * 1996-12-09 2001-06-04 Sideral Srl Sistema di protezione e d'allarme anti-intrusione per ville, edificiper abitazione e lavoro, mediante apparecchi video in genere
US6466155B2 (en) * 2001-03-30 2002-10-15 Ensco, Inc. Method and apparatus for detecting a moving object through a barrier
US6774796B2 (en) * 2001-08-01 2004-08-10 Motorola, Inc. Master authenticator
ITMI20040327U1 (it) * 2004-07-05 2004-10-05 Fucci Massimo Dispositivo di illuminazione con mezzi di segnalazione e mezzi di rilevamento integrati
JP2006329912A (ja) * 2005-05-30 2006-12-07 Hitachi Ltd 物体検知センサ
JP2007071605A (ja) * 2005-09-05 2007-03-22 Optex Co Ltd 防犯センサ
US7724133B2 (en) * 2006-07-27 2010-05-25 S. R. Smith Llc Pool video safety, security and intrusion surveillance and monitoring system

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2184277A (en) * 1985-12-12 1987-06-17 Smiths Industries Plc Intruder alarm system
GB2381979A (en) * 2001-10-18 2003-05-14 Robert William Chandler Intruder tracking and illuminating system
EP1359435A1 (en) * 2002-04-24 2003-11-05 Hitachi, Ltd. Intruder monitoring system using a millimeter wave radar
WO2006131860A1 (en) * 2005-06-06 2006-12-14 Koninklijke Philips Electronics N.V. Security lighting system and method, and control unit therefore

Also Published As

Publication number Publication date
CN102576483A (zh) 2012-07-11
US20120188081A1 (en) 2012-07-26
EP2483876A1 (en) 2012-08-08
WO2011040816A1 (en) 2011-04-07

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1037342C2 (nl) Beveiligingssysteem en werkwijze voor het beveiligen van een gebied.
EP2814012B1 (en) Cooperative intrusion detection
US5299971A (en) Interactive tracking device
KR100963028B1 (ko) 사고 알림 장치
US8188430B2 (en) Omnidirectional monitoring using near-infrared electromagnetic radiation
CN102541059B (zh) 可自动移动的设备
US8248473B2 (en) Robotic sentry with low dispersion acoustic projector
US20080136914A1 (en) Mobile monitoring and surveillance system for monitoring activities at a remote protected area
US20120040650A1 (en) System for automated detection of mobile phone usage
US10192418B1 (en) System and method for perimeter security
US20120105229A1 (en) System and method for intruder detection
CN106971630A (zh) 通航桥梁桥墩防撞监控预警系统
KR101926815B1 (ko) 자기진단 기능을 갖는 cctv 시스템
CN104574737A (zh) 一种周界综合防范系统
JP6828932B1 (ja) 取付部材、宙吊り取付けステーおよびシステム等
WO2015013240A1 (en) Systems for preventing collisions of vehicles with pedestrians
CN106937077A (zh) 一种自动跟踪全景云台监控系统及方法
US20130099910A1 (en) System and method for alerting obstruction for cargo mounted on a vehicle
RU2595532C1 (ru) Радиолокационная система охраны территорий с малокадровой системой видеонаблюдения и оптимальной численностью сил охраны
KR101729834B1 (ko) 가드레일 모니터링 시스템
KR101688849B1 (ko) 접근 방지를 위한 촬영 및 경보시스템
JP2002083383A (ja) 移動体追従スポットライト制御装置及びその移動体検出方法並びに制御方法
KR102440169B1 (ko) 멀티센서 신호 융합과 ai 영상 분석을 통한 유효감지 정확도를 향상시킨 스마트 경계 시스템
KR101631403B1 (ko) 인체감지센서를 갖는 비상버튼 연동 보안용 카메라
JP2009123149A (ja) 防犯装置