NL1037246C2 - Frame, rijwiel, stuurslotmechanisme, klemmechanisme, slotkettinggeleider en bagagedrager. - Google Patents

Description

FRAME, RIJWIEL, STUURSLOTMECHANISME, KLEMMECHANISME, SLOT-KETTING6ELEIDER EN BAGAGEDRAGER

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een 5 frame. Voorts heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een rijwiel. Voorts heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een stuurslotmechanisme. Voorts heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een klemmechanisme. Voorts heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een 10 slotkettinggeleider. Voorts heeft onderhavige uitvinding betrekking op een bagagedrager. Voorts heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een kettingslotmechanisme. Voorts heeft onderhavige uitvinding betrekking op een stuur kettingslotmechanisme.

15 Voor het transport van mensen en goederen wordt sinds ruim 100 jaar gebruik gemaakt van rijwielen. Deze rijwielen zijn al sinds jaar en dag opgebouwd rondom een driehoekig frame met een onderbuis, een zitbuis, ofwel een zadelbuis, en een bovenbuis. Een dergelijk frame verschaft 20 een stevige basisconstructie voor het rijwiel. Een veelheid van onderdelen en accessoires verschaffen aan de bekende fiets additionele functionaliteiten. Veel van dergelijke accessoires zijn onderhevig aan slijtage en beschadiging tijdens het gebruik daarvan. Dergelijke beschadi-25 gingen zijn een bron van ergernis voor de gebruikers van het rijwiel.

Teneinde dergelijke nadelen te ondervangen verschaft de onderhavige uitvinding een frame voor een voertuig, zoals een rijwiel, omvattende: 30 - een buisconstructie voor het verschaffen van be- vestigingsmogelijkheden voor verdere onderdelen van het voertuig, zoals een stuurpen, een zadel en bevestigingsmo-gelijkheden voor een achterwiel, waarbij 1037246 2 - de buisconstructie een accessoirehuis omvat die is ingericht voor het daarin rangschikken van ten-minste een deelsysteem van het voertuig voor het verschaffen van additionele functionaliteit aan het voertuig.

5 Een voordeel van een frame volgens onderhavige uitvinding is dat door de toepassing van de accessoirehuis en het daarin rangschikken we dan tenminste een deelsysteem het betreffende deelsysteem niet meer als losse accessoire nodig is voor de functionaliteit van het rijwiel. 10 Hierdoor wordt op een duurzame en betrouwbare wijze een oplossing geboden voor de bekende problemen.

In een eerste voorkeursuitvoeringsvorm is in de accessoirehuis een klemmechanisme gerangschikt voor het vastklemmen van een zadelpen. Een voordeel van een derge-15 lijke voorkeursuitvoeringsvorm is dat met een identieke framegrootte het zadel lager kan worden gesteld in vergelijking met een rijwiel volgens de stand van de techniek aangezien er geen zitbuisdeel nodig is dat boven de bovenbuis uitsteekt voor het daarop vastklemmen van de zadel-20 pen. Volgens de stand van de techniek wordt de zadelpen altijd vastgeklemd door een klemmechanisme aan het boveneinde van de zadelbuis. Door toepassing van het klemmechanisme volgens de onderhavige uitvinding is het klemmechanisme gerangschikt in de accessoirehuis en daardoor on-25 zichtbaar weggewerkt. Een verder voordeel is dat een opwaarts uitstekende zitbuis niet meer nodig is. Hierdoor wordt een verbetering van het design van het rijwiel verkregen die additioneel is aan de technische verbetering.

Het klemmechanisme omvat bij voorkeur een centraal 30 verbindingslichaam met zich vanaf het centrale verbin-dingslichaam uitstekende klemarmen. Hiermee wordt op een eenvoudig te vervaardigen en robuuste wijze een klemmecha- 3 nisme verschaft dat plaatsbaar is binnen de accessoirehuis .

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm is in de accessoirehuis een stuurslotmechanisme gerangschikt. Een 5 voordeel van een in de accessoirehuis gerangschikt stuurslotmechanisme is dat op een robuuste wijze een stuurslot kan worden verschaft aan een rijwiel. Verder is er een dergelijk stuurslotmechanisme zeer eenvoudig bedienbaar waardoor het op slot zetten van de rijwiel wordt vereen-10 voudigd, de drempel daarvoor wordt verlaagd, en derhalve de veiligheid van het rijwiel wordt verhoogd.

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm is in de accessoirehuis een slotkettinggeleider gerangschikt voor een slotketting. Middels een dergelijke slotkettinggelei-15 der kan gebruikgemaakt worden van een slotketting die is gerangschikt in het frame. Hierdoor wordt de toepassing van een slotketting bij dagelijks gebruik sterk vereenvoudigd aangezien de gebruiker de slotketting altijd op een vaste positie zal aantreffen. Voorts is het bedieningsge-20 mak van een in het frame gerangschikte slotketting zeer hoog voor wat betreft het uitnemen en terugplaatsen na gebruik. Ook hierdoor wordt de drempel voor het op slot zetten van het rijwiel verlaagd en daarmee de veiligheid van het rijwiel verhoogt.

25 In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm is de ac cessoirehuis substantiële dikkere buis dan andere buizen van het frame, en spreekt tenminste een andere buis van het frame zich onder een hoek uit door de accessoirehuis. Een voordeel van een dergelijke framebuisconfiguratie is 30 dat de doorgevoerde buis op een betrouwbare wijze kan worden vastgelast. Verder verschaft deze uitvoering als voordeel dat de accessoirehuis aan de voor hen of achterzijde van het frame kan uitspreken waardoor deze kan worden toe- 4 gepast als bevestigingslocatie van verlichtingselementen. Verlichtingselementen die zijn gerangschikt in de accessoirehuis hebben als belangrijk voordeel dat deze vrijwel onverwoestbaar zijn aangezien slechts de voorzijde zicht-5 baar is en bereikbaar is. Ook de toevoer van energie kan volledig vanaf de binnenzijde van het frame worden gerealiseerd. Hiertoe is het mogelijk om een accu met een te groot vermogen tot passen. Verder is het mogelijk om de verlichting van energie te laten voorzien door geïnte-10 greerde zonnecellen.

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm vormt de accessoirehuis de bovenbuis en strekt zich bij voorkeur in hoofdzaak in horizontale richting uit vanaf in hoofdzaak de voorzijde van het frame tot in hoofdzaak de ach-15 terzijde van het frame, daarbij in verbinding staand met ten minste een balhoofdbuis en een zadelbuis, waarbij de accessoirehuis zich uitstrekt tot voor de balhoofdbuis en of achter de zadelbuis. Ook deze uitvoeringsvorm verschaft de bij de vorige uitvoeringsvorm genoemde voordelen.

20 Bij verdere voorkeur is de voorverlichting en/of de achterverlichting gerangschikt in de accessoirehuis, bij voorkeur in het respectieve kopse einde daarvan.

Voor het verschaffen van een verder voordeel met betrekking tot het op slot zetten van het rijwiel omvat 25 het frame bij voorkeur een kettinggeleidingbuis voor het leiden van een slotketting vanaf de accessoirebuis naar de onderbuis, en bij voorkeur aan de binnenzijde in open verbinding staat met de accessoirebuis en de onderbuis. Hierdoor wordt het mogelijk een ketting toe te passen die wan-30 neer het slot niet wordt gebruikt volledig is geïntegreerd in het frame. Voor het op slot zetten hoeft de gebruiker slechts de ketting uit het frame te trekken, om een object heen te brengen en te bevestigen aan bijvoorbeeld een te 5 slot aan het frame. Het gebruikersgemak van een dergelijk slot is veel groter dan dat van een losse ketting.

Bij voorkeur is van het frame de accessoirehuis hierbij voorzien van een opening voor het daardoorheen 5 doorvoerbaar maken van de slotketting.

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat het frame een kettingslotmechanisme voor het vastzetten van een einde van de slotketting. Hierdoor wordt het op slot zetten op de fiets middels de ketting sterk vereenvoudigd 10 aangezien het einde van de ketting slechts hoeft te worden ingehaakt aan het kettingslotmechanisme.

Hierbij is de slotketting bij voorkeur voorzien van een einddeel dat blokkeerbaar is door de kettinggelei-der. Dit einddeel kan op eenvoudige wijze een kogelvormig 15 element zijn dat groter is dan de opening van de ketting-geleider. Hierdoor wordt op effectieve wijze het in het frame achterblijvende deel van de ketting op veilige wijze geblokkeerd.

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm zijn het 20 stuurslotmechanisme en het kettingslotmechanisme zijn geïntegreerd tot een stuur-kettingslotmechanisme. Bij voorkeur wordt middels een bedieningshandeling zowel het stuurslot bediend als het kettingslot. Hierdoor wordt het bedieningsgemak van het op slot zetten van het rijwiel nog 25 verder vergroot.

Bij voorkeur is hiertoe voorzien in een bedie-ningsorgaan dat bedienbaar is vanaf de buitenzijde van de accessoirehuis voor het bedienen van het kettingslotmechanisme, het stuurslotmechanisme en of het stuur-30 kettingslotmechanisme. Een dergelijk bedieningsorgaan kan een uit een sleuf in de accessoire thuis uitstekende pal zijn. Het bedieningsorgaan kan echter ook een om de accessoirehuis gerangschikte ring zijn die wordt bediend door 6 middel van heen en weer bewegen. Ook deze uitvoering verschaft een groter gebruikersgemak.

Bij verdere voorkeur spreekt de accessoirehuis zich uit vanaf de balhoofdbuis tot een positie op de zit-5 buis die is gerangschikt tussen 1/3 van de onderzijde en de bovenzijde. Hierdoor wordt een frame verschaft dat soortgelijk is aan een klassiek damesframe met soortgelijke voordelen als in het voorgaande zijn genoemd.

Voor het verschaffen van energie aan onderdelen of 10 deelsysteem en van het rijwiel is bij verdere voorkeur in de accessoirehuis een stroomvoedingsbron, zoals een accu of batterij, rangschikbaar. Hierdoor wordt het mogelijk om op betrouwbare wijze een relatief grote hoeveelheid elektrische energie op te slaan en gebruiksgereed te houden.

15 Onder toepassing van bijvoorbeeld een elektrisch aandrijf-bare motor kunnen bijvoorbeeld 1 of meer van de genoemde slotmechanismes elektrisch worden bediend. Ook wordt hierbij een elektrische beveiliging van deze slotmechanismes mogelijk. Hierbij is expliciet gedacht aan het openen 20 en/of sluiten van de sloten door middel van sleutels met elektronische codes, zoals chipsleutels of RF-id code sleutels. Op alternatieve wijze wordt voor het afsluiten voorzien in de toepassing van standaard cilinders die bijvoorbeeld ook voor deursloten kunnen worden toegepast. .Dit . 25 is mogelijk vanwege de toepassing van een accessoirehuis met een relatief grote diameter.

Een verder aspect van de onderhavige uitvinding betreft een rijwiel omvattende een frame volgens de onderhavige uitvinding. Een dergelijk rijwiel verschaft soort-30 gelijke voordelen als in het voorgaande is aangeduid.

Een verder aspect van de onderhavige uitvinding betreft een stuurslotmechanisme, kettingslotmechanisme en/of stuur-kettingslotmechanisme in overeenstemming met 7 de bovengenoemde respectieve voorkeursuitvoeringsvormen volgens de onderhavige uitvinding.

Een verdere aspect van de onderhavige uitvinding betreft een klemmechanisme voor het klemmen van een zadel-5 pen geschikt voor een rangschikking in een framebuis volgens de onderhavige uitvinding.

Een verder aspect van de onderhavige uitvinding betreft een slotkettinggeleider voor gebruik in een accessoirehuis volgens de onderhavige uitvinding.

10 Een verder aspect van de onderhavige uitvinding betreft een framebuisverlichting voor toepassing in een frame volgens de onderhavige uitvinding.

Een verder aspect van de onderhavige uitvinding betreft een stroomvoedingsbron, zoals een accu of batterij 15 voor gebruik in een frame volgens de onderhavige uitvinding.

En verder aspect van de onderhavige uitvinding betreft een bagagedrager voor bevestiging aan een fietsframe volgens een of meer van de voorgaande conclusies, omvat-20 tende: - een houder voor het houden van bagage, - een bevestigingsorgaan voor het bevestigen van de bagagedrager aan het fietsframe, waarbij: - het bevestigingsorgaan geschikt is voor inbren-25 gen in een accessoirebuis.

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat het bevestigingsorgaan een in hoofdzaak cilindervormige stomp omvat. Deze cilindervormige stomp is specifiek geschikt voor plaatsing in een einddeel van de accessoirebuis.

30 Verdere voordelen, kenmerken en details van de on derhavige uitvinding zullen in groter detail worden uiteengezet in de onderstaande beschrijving van enkele voor 8 keursuitvoeringsvormen onder verwijzing naar de aangehechte figuren.

Fig. 1 toont een voorkeursuitvoeringsvorm in perspectief gecombineerd met exploded view weergave.

5 Fig. 2 toont een opengewerkt schematisch zijaan zicht van de uitvoeringsvorm van figuur 1.

Fig. 3 toont een achttal schematische weergaven van een verdere voorkeursuitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding.

10 Fig. 4 toont een verdere voorkeursuitvoeringsvorm in 5 schematische weergaven.

Een le voorkeursuitvoeringsvormen (figuur 1) is een fietsframe 1 met een aantal verbeteringen ten opzichte van de stand van de techniek. Het fietsframe 1 omvat een 15 accessoirehuis ofwel bovenbuis 2, een onderbuis 3 en een zitbuis 4, alsmede een balhoofdbuis 5.

Een le bijzonderheid van het fietsframe volgens de onderhavige uitvinding is dat de accessoirehuis de bovenbuis vormt opvallend dikker is dan de verdere buizen. Een 20 verdere bijzonderheid van het fietsframe volgens de onderhavige uitvinding is dat de balhoofdbuis zich uitstrekt door de accessoirehuis. Dit is mogelijk aangezien deze balhoofdbuis aanzienlijk dunner is dan de accessoirehuis. De vervaardigingswerkwijze is bij voorkeur als volgt. Er . 25 wordt schuins een gat door de accessoirebuis geboord. Vervolgens wordt de balhoofdbuis gepositioneerd in dit gat in de accessoirebuis. Vervolgens wordt de balhoofdbuis vastgelast in de positie waarin deze is gebracht.

Deze zitbuis 4 is aan de onderzijde van de acces-30 soirebuis bevestigd door middel van lassen. Door deze bevestiging van de zitbuis is hier aan de onderzijde van de accessoirebuis blijft vanaf de achterzijde gezien de accessoirebuis open voor het in de accessoirebuis brengen 9 van de verschillende onderdelen. De verschillende onderdelen kunnen apart in de accessoirehuis worden gebracht of eerst zijn gerangschikt in een binnenbuis. Het voordeel van een binnenbuis is dat alle onderdelen in 1 keer in de 5 accessoirehuis kunnen worden geschoven hetgeen de assemblage sterk vereenvoudigd.

De accessoirehuis is aan de voorzijde voorzien van een verlichtingselement 16 en aan de achterzijde van een verlichtingselement 15. Deze verlichtingselementen zijn 10 bij voorkeur voorzien van LED verlichting alsmede een stroombron of een tijdelijke stroom opslag, zoals een batterij of een condensator. De verlichtingselementen kunnen hiervan afzonderlijk worden voorzien of onderling worden verbonden door middel van stroomdraden. Verder is het mo-15 gelijk de verlichting te voorzien van stroom door middel van de batterij 13 die plaatsbaar is in de accessoirehuis.

Deze verlichtingselementen worden bij voorkeur bevestigd door middel van schroef of bleekmiddelen door middel van de openingen 31. Het is bijvoorbeeld mogelijk de 20 verlichtingselementen te voorzien van indrukbare knoppen of binnen die ondervoorspanning uitwaarts gericht zijn. Voor het uitnemen van de verlichtingselementen uit de buis kunnen deze worden ingedrukt waarna de lampen kunnen worden uitgeschoven uit de buis..Verder is een oplaadpoort, 25 zoals een usb poort voorzien voor het incidenteel opladen van de genoemde accu's. Zonnecellen nabij de led lampen zorgen bij verdere voorkeur voor druppelladen wanneer licht aanwezig is. Een bij voorkeur massief gegoten huis omsluit elk lampelement.

30 Aan de voorzijde van de accessoirehuis is bij voorkeur een sloteenheid 11 aarigèbracht. Deze sloteenheid kan een afzonderlijk stuurslot omvatten, kan een afzonderlijk kettingslot omvatten maar kan ook een combinatie van 10 een stuurslot en een kettingslot omvatten. Deze onderdelen zijn expliciet afzonderlijk toepasbaar bedoeld en kunnen ook afzonderlijk worden beschermd op basis van deze octrooiaanvraag. Achter de sloteenheid 11 is een kettingge-5 leider 12 gerangschikt. Deze kettinggeleider 12 fungeert tevens als kettingstop voor het binnen het frame geblokkeerd houden van een einddeel van de ketting 18. Dit wordt nader beschreven aan de hand van figuur 3.

Achter de kettinggeleider 12 is bij voorkeur een 10 batterij 13 gerangschikt voor het van energie voorzien van verschillende deelsystemen van rijwiel.

Achter de batterij 12 is bij voorkeur een zadel-penklem 14 gerangschikt deze wordt nader beschreven aan de hand van figuur 4.

15 In plaats van de verlichtingselementen is het mo gelijk om in de einddelen van de accessoirehuis elk een bagagedrager te plaatsen. Deze bagagedrager kunnen op op zichzelf bekende wijze zijn uitgevoerd als een rek, maar kunnen ook zijn uitgevoerd als een mand of een bak. Ter 20 versteviging kan de bagagedrager zijn voorzien van een steunelement dat afsteun op de balhoofdbuis. Hierdoor kunnen grotere belastbaarheden worden bereikt.

Zoals is getoond in figuur 3A is voorzien in een ketting 18 die neerwaarts af gehangen door. de ke.ttingbuis 25 17 zich uitstrekt tot in de onderbuis 3. Hierbij is de ac cessoirehuis voorzien van een kettinggeleider 12 die is voorzien van een opening waardoor de ketting gemakkelijk zijn uit te trekken is uit de accessoirehuis, maar ook weer gemakkelijk terug te geleiden is onder invloed van de 30 zwaartekracht. Beide neerwaartse beweging is de kogel 48 behulpzaam voor het neerwaarts trekken van de ketting. De kogel 48 is tevens functioneel voor het geblokkeerd houden van de ketting onder de opening van het geleidingsorgaan 11 12. Door deze rangschikking volgens de onderhavige uitvinding is het mogelijk om het rijwiel aan een object vast te zetten door de ketting uit het frame te trekken en het losse einde van de ketting op slot te zetten nadat de ket-5 ting rond het object is heen geslagen.

Voor het vergemakkelijken van het op slot zetten is de accessoirebuis aan de voorzijde voorzien van een kettingslot als deel van het slotelement 11. Hiertoe wordt een schakel van de ketting in een opening 51 van de acces-10 soirebuis gestoken waarna een kettingslotpen 43 door deze schakel wordt gestoken middels bediening door de bedie-ningspal 47. Hierbij wordt de sloteenheid vanzelf aan het eind van de slag van de pal 47 geblokkeerd. Op alternatieve wijze is een variant voorzien waarbij middels een sleu-15 tel de sloteenheid op slot moet worden gezet na het bewegen van de pal 47.

Naast het tekenen van de ketting wordt middels de bal 47 tevens een plan 42 voorwaarts gestoken door een gat in de stuurpen 45. Hierdoor wordt op effectieve wijze het 20 stuur geblokkeerd en kan het rijwiel niet worden gebruikt. Het is middels deze afsluitingeenheid 11 mogelijk om alleen het stuurslot te gebruiken, of zowel het stuurslot als het kettingslot, afhankelijk van de gewenste veiligheid. Het is evenzeer mogelijk om de beide biedingen onaf-25 hankelijk van elkaar te rangschikken zodat ook het kettingslot onafhankelijk van het stuurslot kan worden gebruikt. Het is bijvoorbeeld ook mogelijk om een separate kettingsloteenheid te rangschikken tussen de kettinggelei-der en de zadelpen.

30 De werking van de zadelpenklem 14 wordt uiteenge zet aan de hand van Fig. 4. De zadelpenklem 14 is bij voorkeur opgebouwd uit een blok met een grote opening 36 voor het daardoor geleiden van de zadelpen en zichzelf 12 daar uitstekende armen 37,38 die aan meer zijde zijn voorzien van een tap 43 en 42 voor het opnemen van een kop van een bout 39 en een moer 40. Door middel van de bout en de moer kunnen de beide armen naar elkaar toe worden gedron-5 gen waren door de vorm van de opening 36 verandert en de zadelpen wordt ingeklemd. De bout en de moer kunnen worden bediend door gaten 32 in de accessoirebuis. Deze constructie maakt het mogelijk dat er aan de bovenzijde van de accessoirebuis geen uitstekende zitbuis meer nodig is waar-10 door het zadel met hetzelfde frame lager kan worden gesteld dan volgens de stand van de techniek. Voorts is het uiterlijk van een accessoirebuis zonder uitstekende zadel-buis qua ontwerp erg aantrekkelijk, hetgeen een verder voordeel is van deze constructie. In een variant is de za-15 delpenklem opgebouwd uit een tweetal helften waarbij aan beide zijden een bout is toegepast. Deze variant heeft als voordeel dat deze middels een eenvoudiger proces kan worden vervaardigd. Verder zijn bijvoorbeeld de mallen voor de vervaardiging eenvoudiger en eenvoudiger toe te passen. 20 Deze variant is uitgevoerd zoals middels onderbroken lijnen is getoond aan de linker zijde van Fig. 4B.

In Fig. 5 is een verdere voorkeursuitvoeringsvorm getoond van de sloteenheid 11 dat geschikt is voor plaatsing in de accessoirebuis 2. Het slotmechanisme dient voor 25 het blokkeren van de stuurpen en/of voor het vasthouden van een laatste afsluitschakel 41 van een slotketting 18 middels een bedieningselement 61. Hiertoe omvat de sloteenheid 11 een pen 46 die zowel geschikt is voor door de schakel te steken als voor het inbrengen daarvan in een 30 opening van de balhoofdbuis en stuurpen resp. Deze pen 46 is gekoppeld met een blokkeringselement 62 dat samen met een aandrijfelement 64 een blokkeringsgroef 63 vormt dat 13 middels een kogelring 55 en een kogelvergrendelorgaan 53 blokkeerbaar is.

Het aandrijfelement is aan de buitenzijde van de buis 2 gekoppeld met een schuif of knop voor bediening van 5 het sluiten van het slot. Hiertoe kent de buis een be-diensleuf aan de bovenzijde. Deze buis kent ook een in-laatsleuf 51 voor de schakel 41 aan de onderzijde. Voor de blokkering van de stuurpen kent deze een opening 57 waardoor de pen 46 kan worden ingebracht.

10 Zoals is te zien in de respectieve figuren 5A-5D

is het in hoofdzaak ringvormige orgaan 54 vast verbonden met de buis 2. Een aantal kogels 55 is plaatsbaar in ope-ningen in dit ringvormige orgaan, waarbij deze openingen een grotere oppervlak kennen met een oppervlaktekromming 15 die beweging van de kogels tussen een vrijgavestand en een blokkadestand voor de blokkeringsgroef 63 mogelijk maakt. De kogels kunnen derhalve zowel inwaarts, zie Fig. 5C, als uitwaarts, zie Fig. 5B, uit de openingen treden. Dit gebeurt onder drang van het blokkeringselement resp. het ko-20 gelvergrendelorgaan 53.

Het blokkeringselement kan handmatig worden geschoven tussen de vrije toestand, zie Fig. 5A en de gesloten toestand, zie Fig. 5C. Wanneer het blokkeringselement wordt verplaatst van de vrije positie.naar de gesloten 25 toestand wordt de veer 54 onder spanning gebracht en het kogelvergrendelorgaan meegetrokken in de richting van de pijl A. Hier wordt deze bij voorkeur tegengehouden door de cilinderlip 57. De kogels worden hierbij ingesloten door het ringvormige deel 58 van het kogelvergrendelorgaan.

30 Voor het vrijmaken van het slotmechanisme wordt middels het roteren van de cilinder het kogelvergrendelorgaan verplaatst in de richting van de pijl B, zie Fig. 5D. hierbij wordt de veer 54 tevens op spanning gebracht en 14 beweegt het bedieningselement 61 onder veerkracht eveneens in de richting van de pijl B waardoor de kogels uitwaarts worden gedrongen hetgeen mogelijk is omdat het kogelver-grendelorgaan 53 door de cilinderlip is verwijderd van de 5 locatie van de kogels.

In Fig. 6 is op analoge wijze aan Fig. 5 een eenvoudigere variant getoond zonder de mogelijkheid van een blokkade van een ketting

In Fig. 7is een verdere alternatieve uitvoering 10 getoond met een ander slotmechanisme op basis van een zwenkarm 71. De zwenkarm is kantelbaar bevestigd aan een zwenkarmsteun 72. Voorts kent de zwenkarm een sluitopper-vlak 73 dat in de neergelaten toestand het slot blokkeert in de afgesloten toestand. Het openen van het slot gebeurt 15 middels het roteren van de cilinderlip 57 in de richting van de pijl C, zie Fig. 7C. De pennen 42 resp. 43 zijn gekoppeld met het bedieningselement dat beweegbaar is in de richting van de pijl D. Deze pennen blokkeren de stuurpen resp. de ketting 18 op in hoofdzaak analoge wijze als bij 20 de eerdere uitvoeringen.

In Fig. 8 is een verdere uitvoering getoond met een andere variant van een slotmechanisme in de accessoirehuis 2. In deze variant kan de laatste kettingschakel 41' worden ingestoken in het slotmechanisme 82 dat is ge-25 rangschikt in de buis 2. De bovenzijde van de buis kent een opening voor een sleutel om de sleutelopening 84 van het slotelement 82 te bereiken. Het slotelement wordt voorts aan de onderzijde gefixeerd aan de buis middels tamper proof bouten.

30 In deze uitvoering en in andere uitvoeringen kent de ketting aan het uiteinde dat in de buis is gerangschikt een grote eindschakel 83 die niet kan worden uitgevoerd door een blokkeringselement 81 dat overigens ook bij ande- 15 re uitvoeringen toepasbaar is. Dit element 81 kan als deel van de in het voorgaande genoemde binnenbuis zijn gevormd.

Hier wordt nogmaals expliciet vermeld dat de volgende elementen afzonderlijk van alle andere aspecten van 5 de onderhavige uitvinding kunnen worden toegepast en geclaimd. Deze afzonderlijk toepasbaar en klembaar elementen zijn de toepassing van een accessoirehuis met een relatief ten opzichte van andere buis een grote diameter. De toepassing van een zadelpenklem in een framebuis. De toepas-10 sing van een stuurslot in een framebuis. De toepassing van een ketting in een framebuis. De toepassing van een ket-tingbevestigingsslot in een framebuis. De toepassing van de verlichting in een framebuis. De toepassing van verlichting in de kopse einddelen van een framebuis. De toe-15 passing van bagagedragers uitstekend uit het einde van een framebuis. De toepassing van elektronische sloten in combinatie met de slotconstructies in de framebuis.

In het voorgaande is de onderhavige uitvinding beschreven aan de hand van enkele voorkeursuitvoeringsvor-20 men. Verschillende aspecten van verschillende uitvoeringen worden beschreven geacht in combinatie met elkaar waarbij alle combinaties die op basis van dit document door een vakman kunnen worden gemaakt dienen te worden meegelezen. Deze voorkeursuitvoeringsvormen zijn niet beperkend voor 25 de beschermingsomvang van deze tekst. De gevraagde rechten worden bepaald in de aangehechte conclusies.

30 1037246

Claims (20)

1. Frame voor een voertuig, zoals een rijwiel, om-5 vattende: - een buisconstructie voor het verschaffen van be-vestigingsmogelijkheden voor verdere onderdelen van het voertuig, zoals een stuurpen, een zadel en bevestigingsmo-gelijkheden voor een achterwiel, waarbij 10 - de buisconstructie een accessoirebuis omvat die is ingericht voor het daarin rangschikken van deelsystemen van het voertuig voor het verschaffen van additionele functionaliteit aan het voertuig.

2. Frame volgens conclusie 1 waarbij in de acces soirebuis een klemmechanisme is gerangschikt voor het vastklemmen van een zadelpen, welk klemmechanisme bij voorkeur een centraal verbindingslichaam omvat met zich vanaf het centrale verbindingslichaam uitstekende klemar-20 men.

3. Frame volgens conclusie 1 of 2 waarbij in de accessoirebuis een stuurslotmechanisme is gerangschikt.

4. Frame volgens conclusie 1,2 of 3 daarbij in de accessoirebuis een slotkettinggeleider is gerangschikt voor een slotketting.

5. Frame volgens een of meer van de voorgaande 30 conclusies waarbij de accessoirebuis substantiële dikkere buis is dan andere buizen van het frame, en tenminste een andere buis van het frame zich onder een hoek uitstrekt door de accessoirebuis. 1037246

6. Frame volgens een of meer van de voorgaande waarbij de accessoirehuis de bovenbuis vormt en zich bij voorkeur in hoofdzaak in horizontale richting uitstrekt 5 vanaf in hoofdzaak de voorzijde van het frame tot in hoofdzaak de achterzijde van het frame, daarbij in verbinding staand met ten minste een balhoofdbuis en een zadel-buis, waarbij de accessoirehuis zich uitstrekt tot voor de balhoofdbuis en of achter de zadelbuis. 10

7. Frame volgens een of meer van de voorgaande conclusies waarbij de voorverlichting en/of de achterver-lichting is gerangschikt in de accessoirehuis, bij voorkeur in het respectieve kopse einde daarvan. 15

8. Frame volgens een of meer van de voorgaande conclusies omvattende een kettinggeleidingbuis voor het leiden van een slotketting vanaf de accessoirehuis naar de onderbuis, en bij voorkeur aan de binnenzijde in open ver- 20 binding staat met de accessoirehuis en de onderbuis.

9. Frame volgens een of meer van de voorgaande conclusies waarbij de accessoirehuis is voorzien van een opening voor het daardoorheen doorvoerbaar maken van de 25 slotketting. 1 2 3 4 Frame volgens een of meer van de voorgaande conclusies omvattende een kettingslotmechanisme voor het vastzetten van een einde van de slotketting. 30 2 Frame volgens een of meer van de voorgaande 3 conclusies waarbij de slotketting is voorzien van een 4 einddeel dat blokkeerbaar is door de kettinggeleider.

12. Frame volgens een of meer van de voorgaande conclusies waarbij het stuurslotmechanisme en het ketting-slotmechanisme zijn geïntegreerd tot een stuur- 5 kettingslotmechanisme.

13. Frame volgens hem meer van de voorgaande conclusies omvattende en bedieningsorgaan dat bedienbaar is vanaf de buitenzijde van de accessoirebuis voor het bedie- 10 nen van het kettingslotmechanisme, het stuurslotmechanisme en of het stuur-kettingslotmechanisme.

14. Frame volgens een of meer van de voorgaande conclusies waarbij de accessoirebuis zich uitstrekt vanaf 15 de balhoofdbuis tot een positie op de zitbuis die is gerangschikt tussen 1/3 van de onderzijde en de bovenzijde.

15. Frame volgens een of meer van de voorgaande conclusies waarbij in de accessoirebuis een stroomvoe- 20 dingsbron, zoals een accu of batterij, rangschikbaar is.

16. Rijwiel omvattende een frame volgens een of meer van de voorgaande conclusies.

17. Stuurslotmechanisme, kettingslotmechanisme en/of stuur-kettingslotmechanisme volgens een of meer van de voorgaande conclusies. 1 2 Klemmechanisme voor het klemmen van een zadel- 2 30 pen geschikt voor een rangschikking in een framebuis volgens een of meer van de voorgaande conclusies.

19. Slotkettinggeleider voor gebruik in een frame-buis volgens een of meer van de voorgaande conclusies.

20. Framebuisverlichting voor toepassing in een 5 frame volgens een of meer van de voorgaande conclusies.

21. Stroomvoedingsbron, zoals een accu of batterij voor gebruik in een frame volgens een of meer van de voorgaande conclusies. 10

22. Bagagedrager voor bevestiging aan een fiets-frame volgens een of meer van de voorgaande conclusies, omvattende: - een houder voor het houden van bagage, 15. een bevestigingsorgaan voor het bevestigen van de bagagedrager aan het fietsframe, waarbij: - het bevestigingsorgaan geschikt is voor inbrengen in een accessoirebuis. 1 1037246

23. Bagagedrager volgens conclusie 22 waarbij be vestigingsorgaan een in hoofdzaak cilindervormige stomp omvat.