NL1032762C1 - Werkwijze voor het introduceren van fluorescerende eigenschappen in diverse materialen voor signaleringsdoeleinden. - Google Patents

Werkwijze voor het introduceren van fluorescerende eigenschappen in diverse materialen voor signaleringsdoeleinden. Download PDF

Info

Publication number
NL1032762C1
NL1032762C1 NL1032762A NL1032762A NL1032762C1 NL 1032762 C1 NL1032762 C1 NL 1032762C1 NL 1032762 A NL1032762 A NL 1032762A NL 1032762 A NL1032762 A NL 1032762A NL 1032762 C1 NL1032762 C1 NL 1032762C1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
fluorescent
granules
pigments
matrix
granulate
Prior art date
Application number
NL1032762A
Other languages
English (en)
Inventor
Harrie Maurice Loevenstein
Original Assignee
Aridvice Beheer B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Aridvice Beheer B V filed Critical Aridvice Beheer B V
Priority to NL1032762A priority Critical patent/NL1032762C1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1032762C1 publication Critical patent/NL1032762C1/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G09EDUCATION; CRYPTOGRAPHY; DISPLAY; ADVERTISING; SEALS
    • G09FDISPLAYING; ADVERTISING; SIGNS; LABELS OR NAME-PLATES; SEALS
    • G09F13/00Illuminated signs; Luminous advertising
    • G09F13/20Illuminated signs; Luminous advertising with luminescent surfaces or parts
    • GPHYSICS
    • G09EDUCATION; CRYPTOGRAPHY; DISPLAY; ADVERTISING; SEALS
    • G09FDISPLAYING; ADVERTISING; SIGNS; LABELS OR NAME-PLATES; SEALS
    • G09F19/00Advertising or display means not otherwise provided for
    • G09F19/22Advertising or display means on roads, walls or similar surfaces, e.g. illuminated

Landscapes

  • Physics & Mathematics (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Theoretical Computer Science (AREA)
  • Business, Economics & Management (AREA)
  • Accounting & Taxation (AREA)
  • Marketing (AREA)
  • Floor Finish (AREA)

Description

Werkwijze voor het introduceren van fluorescerende eigenschappen in diverse materialen voor siqnalerinqsdoeleinden 5 De uitvinding heeft betrekking op de verwerking van fluorescerende pigmenten in vlok- of korrelvormige granulaten, die bij voorkeur onopvallend worden toegepast in ondermeer vloer- en wandmaterialen, en ten behoeve van veiligheidssignalering of ter decoratie fel opkleuren onder invloed van ultraviolet licht.
10
Voorgeschreven veiligheidssignaleringen in openbare gebouwen bestaan momenteel uit aan plafonds en boven nooduitgangen spaarzaam geïnstalleerde, actieve noodverlichtingen met pictogrammen.
Onderzoek wijst echter uit dat in een noodsituatie de evacuatie kan 15 worden bespoedigd en paniekvorming tegengegaan in aanwezigheid van extra markeringen, die bij voorkeur op vloeren zijn aangebracht. De vluchtende mens heeft bij nood intuïtief de neiging naar de vloer te kijken, vooral wanneer in de aanwezigheid van rook hooggeplaatste markeringen aan het zicht onttrokken zijn. Nabij vloerplinten 20 geplaatste markeringen zijn inmiddels voorgeschreven op passagiersschepen, terwijl in grote magazijnen en productiehallen belijningen op vloeren worden aanbevolen. Het betreft hierbij ondermeer fel gekleurde fluorescerende coatings, gietharsen, stickers of tapes eventueel in combinatie met fosforescerende of 25 fotoluminescerende materialen.
Ondanks bewezen effectiviteit, zijn bij daglicht nadrukkelijk aanwezige fel gekleurde fluorescerende markeringen ongewenst in representatieve ruimtes, zoals congreshallen en hotels. Verder 30 worden zij als verwarrend ervaren in aanwezigheid van andere routeaanduidingen zoals in (ondergrondse) trein- of metrostations en luchthavens.
Bovendien kunnen op vloeren aangebrachte markeringen, zoals tapes en 35 stickers, loslaten en zijn zij extra onderhevig aan slijtage en het aantrekken van vuil, waardoor niet meer aan de beoogde veiligheidsdoelstelling voldaan wordt. Daarbij komt dat het verschil in stroefheid van de bovenlaag van bedoelde markeringen ten opzichte 1032762 2 van het vloeroppervlak het struikelgevaar vergroot, waardoor tijdens evacuaties levensbedreigende situaties kunnen ontstaan.
Ook is de effectiviteit van met name fluorescerende materialen 5 praktisch nihil in aanwezigheid van enkel noodverlichting, dat conform voorschrift enkel moet voldoen aan 1 lux per m2.
De gebrekkige noodverlichting kan deels ondervangen worden door LEDs als veiligheidssignalering in vloeren en wanden te installeren.
10 Naast de relatief hoge investeringen echter, is in het bijzonder de vloerinstallatie minder gunstig in aanwezigheid van vocht (bijvoorbeeld bij gebruik van reinigingsmiddelen of bluswater), dat in aanraking zou kunnen komen met de elektrische voeding.
15 De inventieve werkwijze komt bovengenoemde bezwaren tegemoet. De uitvinding is gebaseerd op het feit dat fluorescerende granulaten verspreid geïntegreerd worden in een matrix, waaruit beoogde (vloer)oppervlakken is opgebouwd. De granulaten zijn onopvallend aangebracht zodat zij onder (dag)lichtomstandigheden het 20 representatieve karakter van het interieur, waarin bedoelde granulaten zijn toegepast niet aantasten, noch verward kunnen worden met andere routeaanduidingen. Daarentegen, in aanwezigheid van ultraviolet licht als additionele lichtbron, worden de fluorescerende granulaten direct opgemerkt.
25
Een gunstige realisatie volgens een aspect van de uitvinding heeft als kenmerk dat het fluorescerende granulaat korrelvormig is en bestaat uit een transparant (zoals glas of kunststof) of opaak (zoals grind) dragermateriaal, voorzien van een coating met 30 fluorescerende pigmenten. Transparant dragermateriaal is ook geschikt om door en door fluorescerend gekleurd zijn, mits enige mate van translucentie behouden blijft. Als zodanig in of op granulaat aangebrachte fluorescerende pigmenten zijn met name verwerkbaar in een opaak matrixmateriaal, zoals cement, waarin het 35 effect van bedoeld pigment zonder bedoelde voorbewerking verloren zou zijn gegaan. Fluorescerend granulaat kan worden toegepast in terrazzo-, siergrind-, giet-, linoleum- en rubbervloeren, alsmede in aanrechtbladen, meubels en gevels.
3
Een gunstige realisatie volgens een aspect van de uitvinding heeft als kenmerk dat het fluorescerend granulaat vlokvormig is, en als zodanig ondermeer als verfchip in bijvoorbeeld gietvloeren of vinyl, 5 of op wanden verwerkt kan worden, en bestaat uit een transparant bindmateriaal, waaraan onder andere fluorpigmenten zijn toegevoegd.
Een gunstige realisatie volgens een aspect van de uitvinding heeft als kenmerk dat bindmiddelen waarmee fluorescerende pigmenten op 10 granulaatmateriaal worden aangebracht, goede hechtingseigenschappen vertonen ten opzichte van pigmenten onderling, het granulaatmateriaal alsmede de matrix, waarin granulaten geïntegreerd worden. Bovendien zouden aan bindmiddelen hulpstoffen kunnen worden toegevoegd om het granulaatmateriaal te beschermen tegen mogelijke 15 chemische inwerking van de matrix, zoals b.v. de alkalische werking van cement op glasgranulaat. Ook zouden hulpstoffen het granulaatoppervlak kunnen versterken en daarmee fysieke bescherming bieden tegen abrasieve invloeden tijdens het mengen van fluorescerende granulaten in een matrix, zoals bij het storten van 20 terrazzovloeren. Verder kunnen hulpstoffen de fluorescerende werking van granulaten beschermen tegen nadelige invloeden van buitenaf, zoals vocht en chemische inwerking van reinigingsmiddelen.
Een gunstige realisatie volgens een aspect van de uitvinding heeft 25 als kenmerk dat bedoeld gebruik van ultraviolet licht als 'noodverlichting' de voorkeur geniet, aangezien met name in verduisterde ruimtes de opvallendheid van fluorescerende granulaten beduidend beter is dan bereikt wordt op basis van met gangbare noodverlichtingen aangeschenen markeringen. Dit effect wordt nog 30 eens bevorderd door de grotere reikwijdte van ultraviolet licht in verhouding tot een door noodverlichting met vergelijkbaar elektrisch vermogen aangeschenen oppervlak. Aldus zijn voor effectieve signalering van een ruimte relatief minder ultraviolet genererende lichtbronnen nodig zijn. Daartoe geëigende lichtbronnen bestaan 35 ondermeer uit Tl-buizen, spaarlampen, gasontladingslampen en UV-LEDs.
4
Een gunstige realisatie volgens een aspect van de uitvinding heeft als kenmerk dat fluorescerende granulaten in vloeren kunnen oplichten onder invloed van ultraviolet licht en als zodanig vergelijkbaar zijn met in vloeren geïnstalleerde LEDs, zonder dat 5 hiervoor een elektrische voeding in de vloer dient te worden geïnstalleerd, die onder toedoen van vocht kan uitvallen.
Een gunstige realisatie volgens een aspect van de uitvinding heeft als kenmerk dat fluorescerende granulaten afhankelijk van de 10 onderlinge samenhang betekenisvolle vormen aannemen, zoals belijningen of pictogrammen, desgewenst opgebouwd in verschillende kleuren. Onder dergelijke omstandigheden kunnen fluorescerende granulaten zich duidelijker onderscheiden van overige routeaanduidingen, en effectiviteit van momenteel voorgeschreven 15 vluchtwegmarkeringen aanzienlijk verbeteren.
Een gunstige realisatie volgens een aspect van de uitvinding heeft als kenmerk dat bedoeld fluorescerend granulaat een integraal deel van het te behandelen oppervlak uitmaakt. Aldus vertonen 20 oppervlakken naast een aanzienlijke vandalismebestendigheid, geen verschillen in stroefheid, waardoor bij verwerking als vloeroppervlak struikelen wordt tegengegaan en buitensporig vuilaanhechting beperkt blijft. Bovendien behouden dergelijke vloeroppervlakken ook na integratie met fluorescerende granulaten, 25 hun oorspronkelijke karakteristieke eigenschappen, zoals een hoge puntdrukbelasting in troffelvloeren en een hoge mate van slijtvastheid in terrazzovloeren. In geslepen terrazzovloeren zijn fluorescerende pigmenten middels inbedding van fluorescerende granulaten in een cementmatrix, niet onderhevig aan slijtage noch 30 aan inwerking van vocht (bij gebruik van reinigingsmiddelen en bluswater) en andere nadelige invloeden.
Een gunstige realisatie volgens een aspect van de uitvinding heeft als kenmerk dat bedoelde fluorescerende pigmenten kunnen bestaan uit 35 ondermeer zogenaamde organische en anorganische UV-pigmenten, die bij daglicht een veelal witachtige onopvallende kleur hebben, maar in aanwezigheid van ultraviolet licht diverse felle kleuren kunnen aannemen.
5
Een gunstige realisatie volgens een aspect van de uitvinding heeft als kenmerk dat het beoogde effect om bij daglicht zo weinig mogelijk opgemerkt te worden ook gerealiseerd kan worden door 5 additioneel min of meer gelijkkleurige doch niet-fluorescerende granulaten als camouflage in het te bewerken vloer- of wandoppervlak te combineren.
Een gunstige realisatie volgens een aspect van de uitvinding heeft 10 als kenmerk dat het beoogde effect om bij daglicht zo weinig mogelijk opgemerkt te worden ook gerealiseerd kan worden door bedoelde transparante granulaten voor zover mogelijk te voorzien van additionele translucente, niet-fluorescerende pigmenten, hetzij als binnenste coating, hetzij als intrinsieke kleur van het 15 dragermateriaal, waaruit granulaten bestaan. Hierdoor kan de kleur bij daglicht worden bijgesteld.
Een gunstige realisatie volgens een aspect van de uitvinding heeft als kenmerk dat het beoogde effect om bij daglicht zo weinig 20 mogelijk opgemerkt te worden ook gerealiseerd kan worden wanneer transparante granulaten, mits toegepast in vlak geslepen oppervlakken zoals terrazzovloeren, slechts pleksgewijs met fluorescerende pigmenten bedekt zijn, en additionele niet-fluorescerende opake coatings kunnen worden aangebracht, zodanig dat 25 bij daglicht de kleur van de opake coating die van het fluorescerend pigment overheerst, zoals ervaren aan het slijpoppervlak van het granulaat.
Een gunstige realisatie volgens een aspect van de uitvinding heeft 30 als kenmerk dat fluorescerend gecoate granulaten op basis van een transparant dragermateriaal, mits toegepast in vlak geslepen oppervlakken zoals terrazzovloeren, voorzien kunnen worden van een witte, reflecterende buitencoating, met het doel het fluorescerende effect te versterken, zoals bezien aan het slijpoppervlak van het 35 granulaat, vooral in aanwezigheid van donkerkleurige matrixmateriaal.
6
Een gunstige realisatie volgens een aspect van de uitvinding heeft als kenmerk dat fluorescerend gecoate granulaten op basis van een transparant dragermateriaal, mits toegepast in vlak geslepen oppervlakken zoals terrazzovloeren, voorzien kunnen worden van een 5 additionele fotoluminescerende buitencoating, die nalicht wanneer (ultraviolet)licht uitvalt als ondersteuning van de veiligheid.
Een gunstige realisatie volgens een aspect van de uitvinding heeft als kenmerk dat de totale oppervlakte van een in een geslepen 10 (vloer)oppervlak geïntegreerde fluorescerende granulaatkorrel, veelal groter is dan de oppervlakte van de doorsnede van bedoelde korrel aan het (vloer)oppervlak, zoals die zichtbaar wordt na het afslijpen. Aangezien als zodanig meer fluorescerende pigment door ultraviolet licht kan worden beschenen als op grond van enkel de 15 oppervlakte van de doorsnede van een dergelijke granulaatkorrel verwacht zou mogen worden, wordt aldus een hogere fluorescentie per granulaatkorrel gerealiseerd.
Eenzelfde hoeveelheid pigment als verwerkt in een fluorescerende granulaatkorrel, maar dan geconcentreerd op een oppervlak van 20 gelijke grootte als het slijpoppervlak zoals verkregen na slijpen van bedoelde granulaatkorrel, zou bovendien minder oplichten als gevolg van de geringe afstand tussen pigmentdeeltjes onderling, waarbij toetreding van ultraviolet licht beperkt blijft door interne beschaduwing.
25
Een gunstige realisatie volgens een aspect van de uitvinding heeft als kenmerk dat door middels granulaten te bewerken oppervlakken, met een relatief geringe hoeveelheid fluorescerend pigment relatief grote oppervlakken te behandelen zijn. Dit is met name van belang 30 met betrekking tot bovengenoemde, bijzonder kostbare UV-pigmenten, die normaliter aangewend worden ter verificatie van waardepapieren.
Een gunstige realisatie volgens een aspect van de uitvinding heeft als kenmerk dat bedoelde veiligheidssignaleringen dan wel 35 decoratieve patronen gerealiseerd kunnen worden door gebruikmaking van gangbare technieken met mallen en sjablonen.
7
Een gunstige realisatie volgens een aspect van de uitvinding heeft als kenmerk dat in het verlengde van granulaten ook fluorescerend filamenten, die verwerkt kunnen worden tot ondermeer tapijtgaren, ingezet kunnen worden. Fluorescerende filamenten bestaan uit 5 geëxtrudeerd kunststoffen zoals polypropyleen of nylon, waaraan fluorescerende pigmenten zijn toegevoegd.
De uitvinding zal nu nader worden toegelicht aan de hand van de volgende figuren waarbij: 10
Fig. IA in bovenaanzicht een oppervlak weergeeft waarin ondermeer fluorescerend granulaat verspreid is;
Fig. 1B in doorsnede dit oppervlak weergeeft indien granulaat vlokvormig is; 15 Fig. 1C in doorsnede dit oppervlak weergeeft indien granulaat korrelvormig is;
Fig. 1D in doorsnede dit oppervlak weergeeft indien granulaat korrelvormig is en het oppervlak vlak afgeslepen is;
Fig. IE in doorsnede dit oppervlak weergeeft indien granulaat 20 korrelvormig is en het oppervlak concaaf afgeslepen is;
Fig. 1F in doorsnede dit oppervlak weergeeft indien granulaat een filament betreft;
Fig. 2A in doorsnede een schematisch detail weergeeft van een in een geslepen matrix geborgen granulaatkorrel waarin 25 fluorescerende pigmenten zijn gemengd;
Fig, 2B in doorsnede een schematisch detail weergeeft van een in een geslepen matrix geborgen granulaatkorrel, die ommanteld is met fluorescerende pigmenten;
Fig. 3 in doorsnede een schematisch detail weergeeft van een in een 30 geslepen matrix geborgen granulaatkorrel met een ongelijkmatige dekking van fluorescerende pigmenten;
Fig. 4A een ruimte weergeeft bij lichtomstandigheden, waar fluorescerende granulaat deels onopvallend aangebracht is in een diverse oppervlakken; 35 Fig. 4B deze ruimte weergeeft in het donker met een onder ultraviolet licht in oppervlakken duidelijk opvallende, fluorescerende vluchtwegbegeleiding; 8
Fig. 5A een pad weergeeft van tegels, waarin fluorescerende granulaat in diverse patronen is toegepast;
Fig. 5B een trap weergeeft met treden, waarin fluorescerende granulaat in diverse patronen is toegepast; 5
Fig. IA geeft in bovenaanzicht een oppervlak weer, waarbij heterogeen verspreid, fluorescerend granulaat 1 desgewenst in combinatie met niet-fluorescerend granulaat 2, beide in 10 vergelijkbare vormen en diverse doorsneden variërend van een halve millimeter tot enige centimeters, ingebed zijn in een matrix 3. Het niet-fluorescerend granulaat 2 bestaat uit voor de in vloer- of wandoppervlakken gangbaar toegepaste toeslagmaterialen, waaronder verfchips, marmer of kwarts in één of meerdere kleuren, dan wel 15 gecoate toeslagmaterialen, waaronder grind of glas. Indien de daglichtkleuren van granulaat 2 overeenkomen met die van granulaat 1, zal granulaat 1 nagenoeg onopgemerkt blijven. Onder ultraviolet licht daarentegen, zal granulaat 1 in tegenstelling tot granulaat 2, opvallend fel oplichten, zodat patronen herkenbaar worden. Een 20 dergelijke camouflage onder (dag)lichtomstandigheden is soms gewenst vanuit esthetisch oogpunt. Anderzijds kunnen door gebruik van juist contrasterend gekleurd granulaat 1 ten opzichte van granulaat 2, ondermeer afbeeldingen zoals logo's, belijningen of pictogrammen ook onder (dag)lichtomstandigheden worden weergegeven op wanden en 25 vloeren.
Fig. 1B geeft in detail een doorsnede (a-a') van vlokvormige fluorescerende granulaten 1 en niet-fluorescerende granulaten 2 weer, uitgestrooid op matrix 3, zodat onder invloed van ultraviolet 30 licht granulaat 1 aan het oppervlak zichtbaar wordt. Matrix 3 bestaat uit voor (vloer)oppervlakken gebruikelijk coatings op basis van ondermeer epoxy, polyurethaan, acrylaat en polyester, maar ook uit (vloer)bekleding of behang op basis van ondermeer vinyl of papier.
Fig. 1C geeft in detail een doorsnede (a-a') van korrelvormige fluorescerende granulaten 1 en niet-fluorescerende granulaten 2 35 9 weer, ingebed in een matrix 3, zodat onder invloed van ultraviolet licht granulaat 1 aan het oppervlak zichtbaar wordt. Matrix 3 bestaat uit voor grind- en troffel(vloer)oppervlakken gebruikelijke transparante coatings op basis van ondermeer epoxy, polyurethaan, 5 acrylaat en polyester.
Fig. 1D geeft in detail een doorsnede (a-a') van korrelvormige fluorescerende granulaten 1 en niet-fluorescerende granulaten 2 weer, ingebed in matrix 3 die vervolgens vlak is afgeslepen, zodat 10 onder invloed van ultraviolet licht granulaat 1 aan het oppervlak zichtbaar wordt. Matrix 3 bestaat uit voor (vloer)oppervlakken gebruikelijk materialen zoals cement of acrylaat, die mede bepalend zijn voor eigenschappen zoals hardheid, slijtvastheid en vlamwerendheid. Na slijpen kan het oppervlak desgewenst voorzien 15 worden van een toplaag 4 zoals een coating of impregneermiddel om oppervlakte-eigenschappen te beïnvloeden zoals waterafstotendheid, vuilwerendheid en stroefheid. De gebruikte toplaag dient voldoende doorschijnend te zijn om de nalichtende werking van het fluorescerend granulaat te behouden.
20
Fig. IE geeft in detail doorsnede a-a' van een desgewenst concaaf geslepen oppervlak weer, waarbij heterogeen verspreid, fluorescerende granulaat 1 en niet-fluorescerende granulaat 2 ingebed zijn in een matrix 3, zodat onder invloed van ultraviolet 25 licht granulaat 1 aan het oppervlak zichtbaar wordt. Matrix 3, bestaande uit ondermeer cement of een opake of transparante kunststof, kan desgewenst voorzien worden van een toplaag 4, zoals nader omschreven in Fig. 1D. Dergelijke bijzonder geslepen oppervlakken zijn karakteristiek voor meubels, waaronder balies of 30 zware zitbanken, of sanitair, zoals gootstenen, ofwel objecten die in het algemeen onderdeel zijn van een ruimte en in noodsituaties als obstakels kunnen worden opgevat indien niet duidelijk gemarkeerd.
35 Fig. 1F geeft in detail doorsnede a-a' van een tapijt oppervlak weer, waarbij heterogeen verspreid, fluorescerende filamenten 1 en niet-fluorescerende filamenten 2 aangebracht zijn op een rugmatrix 10 3, zodat onder invloed van ultraviolet licht filamenten 1 aan het oppervlak zichtbaar wordt.
Fig. 2A geeft in doorsnede een schematisch detail weer van een 5 fluorescerende granulaat, zoals ingebed in een matrix 8. Bedoeld granulaat bestaat uit fluorescerende pigmenten in één of meerdere kleuren, verwerkt in een transparant dan wel translucent gekleurd dragermateriaal 3, zoals glas, kwarts of acrylaat, dat desgewenst ommanteld is met een niet-fluorescerende pigmentlaag 2 met een dikte 10 van hooguit een halve millimeter. De maximale concentratie van fluorescerende pigmenten in het dragermateriaal is van dien aard, dat enige doorschijnendheid gewenst blijft, opdat alle ingesloten pigmenten (aan het oppervlak, 4, of dieper gelegen, 5) in meer of mindere mate kunnen bijdragen aan de fluorescerende werking van 15 bedoeld granulaat onder invloed van ultraviolet licht.
Als gevolg van het slijpen van matrix 8, zal eveneens pigmentlaag 2 gedeeltelijk verwijderd worden (inclusief verlies aan enig dragermateriaal 3 met daarin opgesloten fluorescerende pigmenten), zodat intreding van ultraviolet licht en uittreding van 20 fluorescentie gerealiseerd wordt aan slijpoppervlak 1. In verband met de bijdrage van dieper gelegen pigmenten in bedoeld granulaat, wordt aan het slijpoppervlak van een granulaatkorrel een hogere fluorescentie sterkte gerealiseerd.
De witte of ander lichtkleurige pigmentlaag 2 versterkt de 25 fluorescentie onder invloed van ultraviolet licht, waarbij lichtreflectie 6 wordt bevorderd, en lichtabsorptie 7 door de matrix beperkt. Ten behoeve van decoratieve, dan wel camouflerende doeleinden ten opzichte van de matrix, kunnen ook andere, (donker)kleurige pigmentlagen 2 worden gebruikt, hetgeen weliswaar 30 ten koste gaat van de reflecterende werking. Ook kan aan pigmentlaag 2 fotoluminescerende eigenschappen worden toegedicht, waardoor granulaten nalichten bij lichtuitval.
Fig. 2B geeft in doorsnede een schematisch detail weer van een 35 fluorescerend granulaat, zoals ingebed in een matrix 8. Granulaten bestaan uit een transparant dan wel translucent gekleurd dragermateriaal 4, zoals glas of acrylaat, dat vervolgens ommanteld 11 is met een coating bestaande uit fluorescerende pigmenten 3, desgewenst gevolgd door een niet-fluorescerende pigmentlaag 2.
Als gevolg van het slijpen van matrix 8, zal eveneens pimentlaag 2 gedeeltelijk verwijderd worden (inclusief verlies aan enig 5 dragermateriaal 3, en overigens beperkt verlies aan fluorescerende pigmenten in vergelijking tot de situatie in Fig. 2A) , zodat intreding van ultraviolet licht en uittreding van fluorescentie gerealiseerd wordt aan slijpoppervlak 1.
In verband met de bijdrage van over het resterende granulaat-10 oppervlak aanwezige fluorescerende pigmenten, wordt onder invloed van ultraviolet licht aan het slijpoppervlak van een granulaatkorrel een verhoogde luminescentie gerealiseerd.
De witte of ander lichtkleurige pigmentlaag 2 versterkt de fluorescentie onder invloed van ultraviolet licht, waarbij 15 lichtreflectie 6 wordt bevorderd, en lichtabsorptie 7 door de matrix beperkt. Ten behoeve van decoratieve, dan wel camouflerende doeleinden ten opzichte van de matrix 8, kunnen ook andere, (donker)kleurige afdeklagen worden gebruikt, hetgeen weliswaar ten koste gaat van de reflecterende werking.
20 Ook kan aan pigmentlaag 2 fotoluminescerende eigenschappen worden toegedicht, waardoor granulaten nalichten bij lichtuitval.
Fig. 3 geeft in doorsnede een detail weer van een fluorescerend granulaat, zoals verspreid in een matrix 8. Granulaten bestaan uit 25 een transparant dan wel translucent gekleurd dragermateriaal 4, zoals glas of acrylaat, voorzien van fluorescerende pigmenten 3, desgewenst gevolgd door een niet-fluorescerende pigmentlaag 2. Mede door het (desgewenst met opzet gecreëerde) onregelmatig gevormde oppervlak van een granulaatkorrel ontstaat een ongelijkmatige 30 verdeling van fluorescerende pigmenten langs het korreloppervlak, hetgeen kan leiden tot lokaal relatief grote ophopingen van pigmenten met sterk luminescerende eigenschappen onder invloed van ultraviolet licht.
Als gevolg van het slijpen van matrix 8, zal eveneens afdeklaag 2 35 gedeeltelijk verwijderd worden (inclusief enig dragermateriaal 4, met overigens zeer beperkt verlies aan fotoluminescerende pigmenten in vergelijking tot de situatie in Fig. 2A en 2B), zodat intreding 12 van ultraviolet licht en uittreding van fluorescentie gerealiseerd wordt aan slijpoppervlak 1.
De witte of ander lichtkleurige pigmentlaag 2 versterkt de fluorescentie van aanwezige pigmenten 3, door lichtreflectie 6 te 5 bevorderen, en lichtabsorptie 7 te beperken. In verband met de ongelijkmatige dekking van het oppervlak met fluorescerende pigmenten, is bij de daglichtsituatie de kleur van afdeklaag 2 duidelijk zichtbaar, terwijl de fluorescerende eigenschappen van het granulaat behouden blijft. Door kleurvariaties van pigmentlaag 2 10 zijn granulaten in verschillende daglichtkleuren te realiseren, hetgeen ondermeer extra mogelijkheden biedt om de eigenkleur van fluorescerende pigmenten te camoufleren. Bovendien kunnen aan fluorescerende granulaten middels pigmentlaag 2 extra fotoluminescerende eigenschappen worden toegevoegd waardoor 15 granulaten nalichten bij lichtuitval.
Fig. 4A geeft een ruimte met een nooduitgang via deur 7 weer, waartoe een aantal fluorescerende veiligheidsvoorzieningen getroffen zijn, inclusief aanleg van speciale ultraviolet lichtbronnen aan 20 plafond 8, of langs de muur op vloer(plint)hoogte 9. Afhankelijk van het type vloer zijn lijnmarkeringen 1 met richtingselementen 2 aangebracht bestaande uit heterogeen verspreid, fluorescerend granulaat. Ook kunnen deuren 7 of kozijnen 6 van signaleringen op basis van vlokvormige granulaten voorzien worden. Afhankelijk van de 25 kleur van het niet-fluorescerende deel van vloer-, wand- en deuroppervlakken kan het fluorescerend granulaat onopgemerkt blijven in de daglichtsituatie. Soms echter kan juist een combinatie met contrasterende fluorescerend granulaat 4 gewenst zijn om op deze wijze een vloerpictogram te realiseren, die behalve in de 30 donkersituatie ook in de lichtsituatie informatie verschaft middels fluorescerend granulaat 5 over de locatie van de nooduitgang.
Fig. 4B toont de ruimte zoals weergegeven in Fig. 4A in het donker, waarbij genoemde fluorescerende voorzieningen 1, 2, 3, 5, 6 en 7 35 naast 4, in bijvoorbeeld een andere fluorescerende kleur, nu wel worden opgemerkt in aanwezigheid van ultraviolet licht middels 13 daartoe geëigende lichtbronnen 8 en 9, zoals spaarlampen, Tl-buizen gasontladingslampen of UV-LEDs.
Fig. 5A geeft diverse tegels weer, die geheel of gedeeltelijk 5 voorzien zijn van heterogeen verspreid, fluorescerende granulaat 1 en desgewenst een ander kleurig fluorescerend granulaat 4 tegenover een niet-fluorescerende, desgewenst contrasterende achtergrond 2, In de tegels zijn diverse patronen aan te brengen, waaronder voetafdrukken en pictogrammen. Tegels kunnen als plavuizen op de 10 vloer worden aangebracht, of als wandtegels in gebouwen, of in het groot als gevelplaten, ter decoratie of ten behoeve van de veiligheid. In de buitensituatie kan een pad 3, bestaande uit tegels waarin fluorescerend granulaat verwerkt is, aangeschenen worden door straatlantaarns met ultraviolet licht.
15
Fig. 5B geeft een trap weer bestaande uit treden waarin fluorescerend granulaat 1 heterogeen verspreid is in diverse patronen tegenover een niet-fluorescerend, desgewenst onder lichtomstandigheden contrasterende achtergrond 2. Nabij gelegen wanden 5, 20 zoals in trappenhuizen, kunnen van (vlokvormig) fluorescerend granulaat worden voorzien voor extra veiligheid of ter decoratie.
1032762

Claims (16)

1. Werkwijze om een fluorescerende signalering aan te brengen in met name gebouwen, tunnels en schepen, dan wel in objecten binnen deze 5 locaties, door te behandelen oppervlakken van fluorescerende, korrel- of vlokvormige granulaten te voorzien, met het kenmerk dat bedoelde granulaten zichtbaar onderdeel uitmaken van een niet-fluorescerende matrix, maar niet als zodanig opgemerkt worden, tenzij aangeschenen door ultraviolet licht. 10
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk dat fluorescerend granulaat integreerbaar is met uiteenlopende matrices bestaande uit ondermeer cement, (synthetische) rubbers of opake dan wel transparante kunststoffen, zoals acrylaten, polycarbonaten, 15 polyurethanen, epoxies of polyesterharsen.
3. Werkwijze volgens conclusies 1 en 2, met het kenmerk dat fluorescerende granulaten verwerkbaar zijn in diverse oppervlakken waaronder gevels of vloeren, zoals terrazzo-, vinyl-, linoleum-, 20 rubber-, kwarts-, grind- of gietvloeren, dan wel wanden voorzien van ondermeer verfcoatings of behang.
4. Werkwijze volgens conclusies 1 en 2, met het kenmerk dat fluorescerende granulaten verwerkbaar zijn in deeloppervlakken, 25 zoals tegels en traptreden.
5. Werkwijze volgens conclusies 1 en 2, met het kenmerk dat fluorescerende granulaten verwerkbaar zijn in oppervlakken van objecten, die in het algemeen onderdeel zijn van een ruimte, 30 waaronder meubilair, zoals balies of zitbanken, of sanitair.
6. Werkwijze volgens conclusie 1 en 2, met het kenmerk dat de in de matrix verspreide fluorescerende granulaten, afhankelijk van onderlinge samenhang als geheel een betekenisvolle vorm kunnen 35 aannemen, typisch herkenbaar onder ultraviolet licht als een, desgewenst in verschillende kleurtonen, fluorescerende belijning, pictogram of markering anderszins. 1032762
7. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk dat fluorescerende granulaten in doorsnede variëren van een halve millimeter tot enige centimeters. 5
8) Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk dat fluorescerende granulaten bestaan uit opaak dragermateriaal zoals kalk of grind, voorzien van een geheel of gedeeltelijke dekkende coating met fluorescerende pigmenten. 10
9) Werkwijze volgens conclusies 1 en 8, met het kenmerk dat dragermateriaal, indien gedeeltelijk gecoat met fluorescerende pigmenten, desgewenst vooraf gecoat is met camouflerende, niet-fluorescerende pigmenten met daglichtkleuren, die afgestemd zijn op overige aanwezige kleuren in behandeld oppervlak, waaronder de 15 matrix.
10. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk dat fluorescerende granulaten bestaan uit transparant of translucent gekleurd dragermateriaal zoals glas of kunststof, gemengd met, dan 20 wel geheel of gedeeltelijke voorzien van een coating met fluorescerende pigmenten.
11. Werkwijze volgens conclusies 1 en 10, met het kenmerk dat fluorescerende granulaten verwerkt zijn in vlakgeslepen oppervlakken 25 en als zodanig desgewenst additioneel gecoat met niet-fluorescerende pigmenten met daglichtkleuren, die afgestemd zijn op overige aanwezige kleuren in behandeld oppervlak, waarbij fluorescerende eigenschappen van het granulaat aan het slijpoppervlak opgemerkt worden in aanwezigheid van ultraviolet licht. 30
12. Werkwijze volgens conclusies 1, 9 en 11, waarbij bedoelde coating met niet-fluorescerende pigmenten, een witte kleur heeft en als reflectielaag dient om de luminescentie van fluorescerende granulaten onder invloed van ultraviolet licht te versterken. 35
13. Werkwijze volgens conclusies 1, 9 en 11, waarbij bedoelde coating met niet-fluorescerende pigmenten, fotoluminescerende eigenschappen heeft om de signaalfunctie van granulaten over te nemen bij lichtuitval.
14. Werkwijze volgens conclusie 1, 9 en 11, waarbij ter camouflage 5 van fluorescerende granulaten, deze granulaten gemengd worden met gelijkvormige, niet-fluorescerende granulaten, dan wel met gebruikelijk vulmaterialen van veelal minerale oorsprong, met desgewenst vergelijkbare daglichtkleuren. 10
15) Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij ultraviolet licht afkomstig is van daartoe geëigende lichtbronnen ook bekend als 'blacklights', zoals spaarlampen, gasontladingslampen, Tl-buizen en UV-LED's, die bevestigd zijn aan ondermeer plafonds of nabij vloeroppervlakken, zoals langs vloerplinten. 15
16. In diverse kleuren fluorescerende granulaten, die verspreid over niet-fluorescerende oppervlakken juist in aanwezigheid van violet licht opgemerkt worden, met het kenmerk dat bedoelde granulaten bestaan uit korrel- of vlokvormige dragermateriaal voorzien van 20 fluorescerende pigmenten, die bij daglicht een weinig opvallende witachtige kleur hebben, ook wel UV-pigmenten genoemd. 1032762
NL1032762A 2006-10-27 2006-10-27 Werkwijze voor het introduceren van fluorescerende eigenschappen in diverse materialen voor signaleringsdoeleinden. NL1032762C1 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1032762A NL1032762C1 (nl) 2006-10-27 2006-10-27 Werkwijze voor het introduceren van fluorescerende eigenschappen in diverse materialen voor signaleringsdoeleinden.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1032762 2006-10-27
NL1032762A NL1032762C1 (nl) 2006-10-27 2006-10-27 Werkwijze voor het introduceren van fluorescerende eigenschappen in diverse materialen voor signaleringsdoeleinden.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1032762C1 true NL1032762C1 (nl) 2008-04-29

Family

ID=39564704

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1032762A NL1032762C1 (nl) 2006-10-27 2006-10-27 Werkwijze voor het introduceren van fluorescerende eigenschappen in diverse materialen voor signaleringsdoeleinden.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1032762C1 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN104119038A (zh) * 2014-06-23 2014-10-29 江西中科新建材有限公司 一种可鉴别的防伪干粉抹灰砂浆

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN104119038A (zh) * 2014-06-23 2014-10-29 江西中科新建材有限公司 一种可鉴别的防伪干粉抹灰砂浆

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5904017A (en) Photoluminescent emergency egress accessory
US5395673A (en) Non-slip surface
US20110119972A1 (en) Safety kick plate device and manufacturing methods
JP2002053360A (ja) 夜光・発光性人造石とその構成体
US6841785B2 (en) Photoluminescent floor tile
JP2010008624A (ja) 蓄光性と防滑性を有する視線誘導シート
AU2006298635B2 (en) Pathway marker, especially fire escape marker in a floor or wall
NL1032762C1 (nl) Werkwijze voor het introduceren van fluorescerende eigenschappen in diverse materialen voor signaleringsdoeleinden.
JP5459968B2 (ja) 積層体
US6875989B2 (en) Photoluminescent floor tile
EP3204343B1 (en) Surface provided with a pattern of luminescent elements
JPH07220506A (ja) 側面発光体を埋設したコンクリート構造物
NL1027587C1 (nl) Werkwijze voor het aanbrengen van heterogeen verspreid lichtgevend materiaal op diverse oppervlakken.
JP2007113327A (ja) 安全で耐久性のある標識材を固着した建造物の階段の構造及びその構築方法
JPH04505473A (ja) 種々の表面を被覆するための光励起発光材料およびその用途
NL1031990C1 (nl) Werkwijze voor het beïnvloeden van optische eigenschappen van in geslepen oppervlakken verwerkte fotoluminescerend granulaat.
KR101357990B1 (ko) 석재 칼라 톤 경계석
JP3110479U (ja) 誘導標識付き敷設材
WO2017084914A1 (en) Artificial turf
EP1138644A2 (de) Masse und daraus geformte Körper mit Oberflächeneffekt
KR200392388Y1 (ko) 축광 미끄럼 방지 테이프
JPH11292597A (ja) 人造石成形体
JPH0732566Y2 (ja) 路面構造
KR200329713Y1 (ko) 축광물질이 내장된 건축용 그라스보드
JP2009287187A (ja) 床面の蓄光性舗装方法

Legal Events

Date Code Title Description
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20110501