NL1032453C1 - Ligtafel met een instelbare rugsteun. - Google Patents

Description

Ligtafel met een instelbare rugsteun.

De uitvinding heeft betrekking op een ligtafel omvattende een stationaire ligplank en een scharnierend er mee verbonden rugsteun, waarbij middelen aanwezig zijn om de rugsteun in een 5 aantal hoekstanden ten opzichte van de ligplank te ondersteunen .

Een dergelijke ligtafel is bekend uit US-A-6,003,174. Het gaat hierbij om een ligtafel voor een patiënt waarvan het hoofd in een scan-inrichting moet worden onderzocht. De rug-10 steun is daarbij verbonden met een scharnieras, die draaibaar wordt ondersteund door de ligplank. Met de ligplank zijn verder tandwielen verbonden waarvan de hartlijn samenvalt met de hartlijn van de scharnieras. De rugsteun is voorzien van onder veerkracht staande pennen, die elk in één van de tanden 15 van het bijbehorende tandwiel worden gedrukt om de scharnieras en daarmee de rugsteun in een bepaalde stand te ondersteunen.

Voor de verstelling van de rugsteun moeten de pennen uit de tanden van de tandwielen worden getrokken waarvoor een stang dient, die evenwijdig loopt aan de scharnieras die met 20 de rugsteun is verbonden.

Het is duidelijk, dat op de scharnieras en dus ook op de pennen aanmerkelijke krachten worden uitgeoefend. De constructie moet daarop berekend zijn en is dus relatief zwaar en ingewikkeld. Wel is hij voor het beoogde doel geschikt daar 25 het hoofd van de patiënt in een relatief kleine opening van de betreffende inrichting moet worden gebracht.

De uitvinding beoogt nu een ligtafel van het boven genoemde type te verschaffen die eenvoudig van opbouw en gemakkelijk bedienbaar is.

30 Volgens de uitvinding is de ligplank van de ligtafel daartoe voorzien van een steunorgaan, dat scharnierend is verbonden met de ligplank nabij de plaats waar het vrije einde van de rugsteun zich nabij het vrije einde van de ligplank zal bevinden wanneer de rugsteun zich in de nagenoeg horizontale 35 stand bevindt, welk steunorgaan is voorzien van middelen voor het ondersteunen van de rugsteun in een aantal hoekstanden tot aan een maximale hoekstand en welk steunorgaan bij niet gebruik op de ligplank kan worden neergeklapt, terwijl verder is 1032453 2 voorzien in een steunplaat die scharnierend is verbonden met de rugsteun op afstand van het vrije einde daarvan en die samen kan werken met op de ligplank aangebrachte middelen voor het ondersteunen van de rugsteun onder een aantal hoeken, wel-5 ke hoeken groter zijn dan de eerst genoemde maximale hoek en welke steunplaat tegen de rugsteun aan kan worden gezwenkt.

Op deze wijze kan worden bereikt, dat zowel het steunor-gaan als de steunplaat zodanig tegen de ligplank respectievelijk de rugsteun aan kan worden gezwenkt, dat de rugsteun 10 nagenoeg de horizontale stand in kan nemen wanneer dit gewenst is.

Met de constructie volgens de uitvinding wordt tevens bereikt, dat het steunorgaan een relatief beperkte lengte kan bezitten. Het steunorgaan behoeft de rugsteun namelijk slechts 15 tot een relatief kleine hoek te ondersteunen. Moet de rugsteun onder een grotere hoek worden ingesteld dan wordt het steunorgaan neer geklapt en wordt de functie ervan door de steunplaat overgenomen.

Dit kan in het bijzonder van belang zijn wanneer de lig-20 tafel met de rugsteun wordt gebruikt bij het onderzoeken van een patiënt door middel van röntgen- of andere soortgelijke stralen. Daarbij is het namelijk gewenst, dat de straling zo weinig mogelijk wordt belemmerd door delen van de constructie waarop zich de patiënt bevindt.

25 Door de relatief beperkte lengte van het steunorgaan zal dit zich in het algemeen ook in de neergeklapte stand buiten het gebied van de straling kunnen bevinden.

Volgens de uitvinding kan er in het bijzonder in worden voorzien, dat de middelen die samenwerken met het steunorgaan 30 bij het gebruik daarvan zich buiten de vrije eindrand van de rugsteun uitstrekken.

Wanneer de rugsteun door middel van het steunorgaan onder relatief kleine hoeken wordt ingesteld zal het steunorgaan zich boven de rugsteun uitstrekken. Om de afstand waarover het 35 steunorgaan zich boven de rugsteun uitstrekt te beperken wordt, na het bereiken van de maximale hoek, het steunorgaan op de ligplank gezwenkt. Om de rugsteun onder een grotere hoek in te stellen wordt dan overgeschakeld op het gebruik van de steunplaat.

3

In het bijzonder kan de steunplaat zijn voorzien van de middelen die met het steunorgaan samen kunnen werken, welke middelen zich buiten de rugsteun uitstrekken wanneer de steunplaat tegen de rugsteun aan is gezwenkt, zodanig dat de vrije 5 eindrand van de steunplaat zich nabij de vrije eindrand van de rugsteun bevindt.

De middelen die zorgen voor de samenwerking tussen het steunorgaan en de steunplaat kunnen worden gevormd door in het steunorgaan aangebrachte zijsleuven en met de vrije eindrand 10 van de steunplaat verbonden lippen die in de zijsleuven kunnen worden opgenomen.

De op ligplank aangebrachte middelen voor het ondersteunen van de rugsteun onder een aantal hoeken, kunnen worden gevormd door een aantal, in lengte van de ligplank achter 15 elkaar aangebrachte sleuven waarin de vrije eindrand van de steunplaat kan worden opgenomen.

In het bijzonder zullen de sleuven paarsgewijs en zijdelings op afstand van elkaar worden aangebracht, zodanig dat de met de steunplaat verbonden lippen met de sleuven samen kunnen 20 werken bij het gebruik van de steunplaat.

Om de ligplank niet te verzwakken zullen de sleuven worden aangebracht in blokken, die op de ligplank worden bevestigd, waarbij de blokken zich op zodanige afstand van elkaar bevinden, dat het steunorgaan er tussen kan komen te 25 liggen, terwijl de breedte van de met de steunplaat verbonden lippen zo groot is, dat zij zowel met het steunorgaan als met de sleuven samen kunnen werken.

De uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van een uitvoerings-voorbeeld, getoond in de tekening, waarin: 30 Fig. 1 een perspectivisch aanzicht toont van een deel van een ligtafel volgens de uitvinding, waarbij in het bijzonder het deel met de instelbare rugsteun is getoond, waarbij de rugsteun een bepaalde hoek inneemt met behulp van het steunorgaan; 35 Fig. 2 een perspectivisch aanzicht toont overeenkomstig fig. 1 maar gezien vanaf een lager gelegen punt;

Fig. 3 een perspectivisch aanzicht toont met de rugsteun onder een bepaalde hoek met behulp van de steunplaat;

Fig. 4 en 5 zijaanzichten tonen van de ligtafel waarbij 4 de rugsteun onder twee verschillende hoeken wordt gehouden onder gebruik making van het steunorgaan;

Fig. 6 en 7 zijaanzichten tonen van de ligtafel waarbij de rugsteun onder twee verschillende hoeken wordt gehouden 5 onder gebruik making van de steunplaat.

De in de figuren slechts gedeeltelijk getoonde ligtafel 1 omvat een stationaire ligplank 2 en een scharnierend er mee verbonden rugsteun 3. De ligplank 2 kan zelf deel uitmaken van de ligtafel 1 of kan daarmee zijn verbonden.

10 Met de ligplank 2 is door middel van scharnieren 4 een steunorgaan 5 verbonden en wel nabij de plaats waar het vrije einde 6 van de rugsteun 3 zich nabij het vrije einde 7 van de ligplank 2 zal bevinden wanneer de rugsteun 3 zich in de nagenoeg horizontale stand bevindt.

15 Zoals in het bijzonder blijkt uit de figuren 1 en 2 is het steunorgaan 5 voorzien van zij sleuven 8 waarin lippen 9 kunnen komen te vallen die zijn aangebracht aan de vrije eindrand 10 van een steunplaat 11. De steunplaat 11 is door middel van scharnieren 12 met de rugsteun 3 verbonden.

20 In figuur 2 is aangegeven, dat het steunorgaan 5 zodanig met de steunplaat 11 samen kan werken, dat de rugsteun 3 in het bijzonder onder een eerste hoek van 5° en in op elkaar volgende stappen van 2,5° kan worden ingesteld. De maximale hoek bedraagt daarbij 15°.

25 Wanneer men de rugsteun 3 onder een grotere hoek dan 15° wil instellen dan wordt gebruik gemaakt van de steunplaat 11 en wordt het steunorgaan 5 op de ligplank 2 neergeklapt zoals getoond in figuur 3.

Zoals eveneens in figuur 3 getoond worden de met de 30 steunplaat 11 verbonden lippen 9 nu opgenomen in sleuven 13, die zijn aangebracht in blokken 14, die met de ligplank 2 zijn verbonden. De afstand tussen de blokken 14 onderling is zodanig dat het steunorgaan 5 er tussen kan komen opgenomen. De afstand tussen de sleuven 13 is zodanig, dat de rugsteun 3 35 over opeenvolgende nagenoeg gelijke hoeken kan worden versteld.

De figuren 4 en 5 tonen twee verschillende hoekstanden van de rugsteun 3 onder gebruik making van het steunorgaan 5. Daarbij werken de zijsleuven 8 van het steunorgaan 5 samen met 5 de lippen 9 van de steunplaat 11.

De figuren 6 en 7 tonen twee verschillende hoekstanden van de rugsteun 3 onder gebruik making van de steunplaat 11, waarvan de lippen 9 samen werken met de sleuven 13 in de 5 blokken 14.

Wanneer de rugsteun 3 in de meest horizontale stand moet worden gebracht zal de steunplaat 11 uit de in de figuren 1 en 2 getoonde stand worden verzwenkt, zodanig dat hij tegen het andere deel van de rugsteun aan komt te liggen.

10 Hoewel in het bovenstaande wordt gesproken over een "ligtafel" kan deze ook een slechts beperkte lengte bezitten. Daarbij kan dan dus meer gedacht worden aan een ligstoel.

Het zal duidelijk zijn, dat slechts een enkele mogelijke uitvoeringsvorm van een ligtafel met rugsteun volgens de uit-15 vinding in de tekening is weergegeven en hierboven beschreven en dat vele wijzigingen kunnen worden aangebracht zonder buiten de uitvindings-gedachte te vallen, zoals deze in de conclusies is aangegeven.

1032453

Claims (7)

1. Ligtafel (1) omvattende een stationaire ligplank (2) en een scharnierend er mee verbonden rugsteun (3), waarbij middelen aanwezig zijn om de rugsteun in een aantal hoekstanden ten 5 opzichte van de ligplank (2) te ondersteunen, met het kenmerk, dat de ligplank (2) van de ligtafel (1) is voorzien van een steunorgaan (5), dat scharnierend is verbonden met de ligplank (2) nabij de plaats waar het vrije einde (6) van de rugsteun (3) zich nabij het vrije einde (7) van de ligplank (2) zal 10 bevinden wanneer de rugsteun (3) zich in de nagenoeg horizontale stand bevindt, welk steunorgaan (5) is voorzien van middelen (8) voor het ondersteunen van de rugsteun (3) in een aantal hoekstanden tot aan een maximale hoekstand en welk steunorgaan bij niet gebruik op de ligplank (2) kan worden 15 neergeklapt, terwijl verder is voorzien in een steunplaat (11) die scharnierend is verbonden met de rugsteun (3) op afstand van het vrije einde daarvan (6) en die samen kan werken met op de ligplank (2) aangebrachte middelen (13,14) voor het ondersteunen van de rugsteun (3) onder een aantal hoeken, welke 20 hoeken groter zijn dan de eerst genoemde maximale hoek en welke steunplaat (11) tegen de rugsteun (3) aan kan worden gezwenkt .

2. Ligtafel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de middelen (9) die samenwerken met het steunorgaan (5) bij het 25 gebruik daarvan zich buiten de vrije eindrand (10) van de rugsteun (3) uitstrekken.

3. Ligtafel volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de steunplaat (11) is voorzien van de middelen (9) die met het steunorgaan (5) samen kunnen werken, welke middelen zich 30 buiten de rugsteun (3) uitstrekken wanneer de steunplaat (11) tegen de rugsteun (3) aan is gezwenkt, zodanig dat de vrije eindrand (10) van de steunplaat (11) zich nabij het vrije einde (6) van de rugsteun (3) bevindt.

4. Ligtafel volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de 35 middelen die zorgen voor de samenwerking tussen het steunor- 1032453 gaan (5) en de steunplaat (11) worden gevormd door in het steunorgaan (5) aangebrachte zijsleuven (8) en met de vrije eindrand (10) van de steunplaat (11) verbonden lippen (9) die in de zijsleuven (8) kunnen worden opgenomen.

5. Ligtafel volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de op ligplank (2) aangebrachte middelen voor het ondersteunen van de rugsteun (3) onder een aantal hoeken, door middel van de steunplaat (11), worden gevormd door een aantal, in lengte van de ligplank (2) achter elkaar aangebrachte sleu- 10 ven (13) waarin de vrije eindrand (10) van de steunplaat (11) kan worden opgenomen.

6. Ligtafel volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de sleuven (13) paarsgewijs en zijdelings op afstand van elkaar zijn aangebracht, zodanig dat met de vrije eindrand (10) van 15 de steunplaat (11) verbonden lippen (9) met de sleuven samen kunnen werken bij het gebruik van de steunplaat.

7. Ligtafel volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de sleuven (13) zijn aangebracht in blokken (14), die op de ligplank (2) zijn bevestigd, welke blokken zich op zodanige 20 afstand van elkaar bevinden, dat het steunorgaan (5) er tussen kan komen te liggen, terwijl de breedte van de met de steun-plaat (11) verbonden lippen (9) zo groot is, dat zij zowel met het steunorgaan (5) als met de sleuven (13) samen kunnen werken. 25 -------------- 1032453