NL1031935C2 - Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van steenvormelingen voor metselstenen, en in het bijzonder kalkzandstenen. - Google Patents

Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van steenvormelingen voor metselstenen, en in het bijzonder kalkzandstenen. Download PDF

Info

Publication number
NL1031935C2
NL1031935C2 NL1031935A NL1031935A NL1031935C2 NL 1031935 C2 NL1031935 C2 NL 1031935C2 NL 1031935 A NL1031935 A NL 1031935A NL 1031935 A NL1031935 A NL 1031935A NL 1031935 C2 NL1031935 C2 NL 1031935C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
mold
pressing
space
filling
molding
Prior art date
Application number
NL1031935A
Other languages
English (en)
Other versions
NL1031935A1 (nl
Inventor
Wolfgang Foerster
Original Assignee
Langenstein & Schemann Gmbh
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority claimed from DE200510031236 external-priority patent/DE102005031236B4/de
Priority claimed from DE102005047853.0A external-priority patent/DE102005047853B4/de
Application filed by Langenstein & Schemann Gmbh filed Critical Langenstein & Schemann Gmbh
Publication of NL1031935A1 publication Critical patent/NL1031935A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1031935C2 publication Critical patent/NL1031935C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B30PRESSES
    • B30BPRESSES IN GENERAL
    • B30B11/00Presses specially adapted for forming shaped articles from material in particulate or plastic state, e.g. briquetting presses, tabletting presses
    • B30B11/02Presses specially adapted for forming shaped articles from material in particulate or plastic state, e.g. briquetting presses, tabletting presses using a ram exerting pressure on the material in a moulding space
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B30PRESSES
    • B30BPRESSES IN GENERAL
    • B30B11/00Presses specially adapted for forming shaped articles from material in particulate or plastic state, e.g. briquetting presses, tabletting presses
    • B30B11/02Presses specially adapted for forming shaped articles from material in particulate or plastic state, e.g. briquetting presses, tabletting presses using a ram exerting pressure on the material in a moulding space
    • B30B11/14Presses specially adapted for forming shaped articles from material in particulate or plastic state, e.g. briquetting presses, tabletting presses using a ram exerting pressure on the material in a moulding space co-operating with moulds on a movable carrier other than a turntable or a rotating drum
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B30PRESSES
    • B30BPRESSES IN GENERAL
    • B30B15/00Details of, or accessories for, presses; Auxiliary measures in connection with pressing
    • B30B15/02Dies; Inserts therefor; Mounting thereof; Moulds
    • B30B15/028Loading or unloading of dies, platens or press rams

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Press-Shaping Or Shaping Using Conveyers (AREA)

Description

I i
Korte aanduiding: Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van steenvormelingen voor metselstenen, en in het bijzonder kalkzandstenen
Beschrijving
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van steenvormelingen voor metselstenen, in het 5 bijzonder kalkzandstenen.
Kalkzandstenen worden door persen van kalk en zand in een pers en aansluitende uitharding onder stoomdruk vervaardigd.
Uit DE 22 64 247 Al is een werkwijze bekend voor het vervaardigen van vormelingen voor bouwstenen in een pers, waarbij in een 10 vormkist, die geplaatst is in een horizontaal verplaatsbare tafel, onder een vulstation vormmassa wordt gevuld en de ingebrachte vorm-massa na verplaatsen van de tafel in een persstation wordt geperst tot een vormeling. Een voeler bepaalt voortdurend de hoogte van de geperste en afgezette vormelingen op een transportinrichting en bij 15 overschrijden van tolerantiewaarden wordt via een slagverstelling van de perszuiger in het persstation en een drukmeetinrichting bij onder-of overschrijden van de ingestelde persdrukwaarde in het persstation de vulling van de vormkist met persmassa in het vulstation voor de volgende vormeling op bijbehorende wijze vergroot of verminderd.
20 DE 28 30 779 C2 openbaart een hydraulische dubbele drukpers voor kalkzandstenen met een bovenste, door middel van een hydraulische aandrijfcilinder verticaal beweegbare persstempel, een hier tegenover op één lijn liggende, vast gemonteerde onderste persstempel en een verticaal beweegbaar afgesteunde, tijdens een pershandeling 25 door de wrijving van de persmassa tegen de vormwand naar beneden meeneembare persvorm, die een door de persstempel aan de boven- en onderzijde afsluitbare vormruimte voor de persmassa met bovenste vul-en onderste bodemopening zijdelings begrenst en opgehangen is aan de onderste uiteinden van verticaal gevulde zuigerstangen van een groep 30 hydraulische activatoren, voor de bediening waarvan een hydraulisch besturingscircuit verschaft is. De hydraulische activatoren zijn tweezijdig belastbaar uitgevoerd, de onder de drukzuigers gelegen cilinderkamers zijn aan het besturingscircuit aangesloten en het besturingscircuit omvat een inrichting die bij het persprocédé het 1031935 -2.- I t gewicht van de persvorm en daardoor gedragen bouwdelen compenseert en voor de persvorm een slechts door de wrijving met de persmassa bepaalde meeneembeweging bepaalt. De persvorm kan ook meerdere vormruimten voor het gelijktijdige persen van meerdere vormelingen 5 bezitten, waarbij zowel de bovenste alsook de onderste persstempel een overeenkomstig aangepaste meervoudige uitvoering bezit.
DE 34 46 092 C2 openbaart een werkwijze en een inrichting voor het vervaardigen van wandelementen uit kalkzandsteen, waarbij meerdere kalkzandsteenvormelingen met een steenpers worden vervaardigd en 10 aansluitend met mortel of kleefstof tot een wandelement worden samengevoegd en aansluitend onder stoom uitgehard, waarbij afzonderlijke vormelingslagen op een uithardwagen worden gestapeld en daarbij door laten verspringen van vormelingen met minder dan een gehele steenlengte blokverbanden met aan alle zijden vlakke vlakken worden 15 gevormd. Voor het vervaardigen van een vormeling met een minder dan gehele steenlengte wordt de vormruimte van de steenpers slechts voor een deel gevuld en wordt de door het persprocédé vervaardigde vormeling na het uit de persvorm nemen en voor het in een vormelingslaag plaatsen over 90° gedraaid rond een in de richting van de breedte van 20 de steen wijzende as.
Uit DE 35 05 465 Al is een werkwijze voor het vervaardigen van een metselsteen, in het bijzonder een kalkzandsteen, onder toepassing van een steenpers met een vormkist voor het opnemen van vormmateriaal en een de vormkist in beweegbare persplaat voor het verdichten van 25 het vormmateriaal bekend, waarbij de persplaat loodrecht op de hoogte van de zich in zijn gebruikspositie bevindende steen wordt bewogen.
DE 195 35 790 Al tenslotte openbaart bouwstenen alsmede een werkwijze voor het vervaardigen van bouwstenen in een vormpers, waarbij de lengte van de afzonderlijke bouwstenen individueel zodanig 30 wordt aangepast dat zij in hun langsrichting worden geperst. De vorm kan langs de persrichting beweegbaar zijn, om daardoor de beweging van de persstempel(s) tijdens het procédé te volgen. De lengte van de persstukken kan variabel worden ingesteld door instellen van de vulhoeveelheden van het uitgangsmateriaal in de vorm.
35 Aan de uitvinding ligt nu het doel ten grondslag om een werkwijze en een inrichting voor het vervaardigen van steenvormelingen voor metselstenen, in het bijzonder kalkzandstenen, aan te geven waarbij steenvormelingen of stenen van verschillende afmetingen kunnen worden vervaardigd.
! t - 3 -
Dit doel wordt volgens de uitvinding met betrekking tot de werkwijze opgelost met de kenmerken van conclusie 1 en met betrekking tot de inrichting met de kenmerken van conclusie 19. Verdere uitvoeringsvormen en dóórontwikkelingen van de werkwijze alsmede de inrich-5 ting volgen uit de van conclusie 1 resp. conclusie 19 afhankelijke conclusies.
De uitvinding berust op de overweging om voor persen van in hun afmetingen verschillend uitgevoerde steenvormelingen (of: steenpersstukken) een vormmatrijs of een vormgereedschap (of: persmatrijs of 10 persgereedschap) met verschillend gevormde vormruimten (of: pers ruimten) te gebruiken en door transporteren of verschuiven (of: transleren, verplaatsen) van de vormruimtes of van de vormmatrijs (matrij zen) door middel van ten minste één transportinrichting of een stelaandrijving een bijbehorende vormruimte voor een gewenste 15 steenvormeling op een vulpositie te brengen, aldaar ten minste gedeeltelijk met ruw materiaal te vullen en vervolgens op een perspositie, die identiek kan zijn aan de vulpositie of daarvan kan verschillen, door middel van twee, in het algemeen in dwarsdoorsnede loodrecht op de persrichting aan de vormruimte aangepaste persstempel 20 in de vormruimte van de gewenste steenvormeling te persen.
Het transporteren of verschuiven kan door middel van de transportinrichting of de stelaandrijving automatisch en zeer snel (gereedschapssnelinstelling) geschieden, zodat er geen tijdrovende gereedschapsuitwisseling nodig is.
25 Daardoor kunnen voor het vervaardigen van een vooraf bepaald metselwerk benodigde stenen, in het bijzonder kalkzandstenen, van verschillende formaten, in het bijzonder verschillende wanddiktes of afmetingen zoals hoogte, breedte en/of lengte, met één vormgereedschap en bij voorkeur door middel van één vooraf bepaald besturings-30 systeem volautomatisch worden vervaardigd.
In een voorkeursuitvoeringsvorm is een vormmatrijs met ten minste twee vormruimtes, die verschillen in een dwarsdoorsnede of in ten minste één afmeting loodrecht op de persrichting, verschaft en worden verschillende vormruimtes van deze vormmatrijs door verstellen 35 van de vormmatrijs door middel van ten minste één stelaandrijving in de ten minste éne vulpositie en/of door ten minste éne perspositie gebracht.
In een verdere uitvoeringsvorm worden voor het persen van in hun afmetingen of hun vorm verschillende steenvormelingen (of: 40 steenpersstukken) meerdere vormmatrijzen of vormgereedschappen (of: - 4 - persmatrijzen of persgereedschappen) met telkens ten minste één vormruimte (of: persruimte) gebruikt, waarbij de vormruimten in hun dwarsdoorsneden loodrecht op de persrichting verschillend zijn uitgevoerd. Voor elke vormruimte wordt nu een bijbehorend stel 5 bijbehorend gevormde of aan de dwarsdoorsnede van de respectieve vormruimte aangepaste persstempels verschaft en door automatisch verplaatsen (of: transporteren, verschuiven, verstellen) van de vormmatrijzen en de persstempel door middel van ten minste één verplaatsingsinrichting (of: stelaandrijving) worden een bijbehorende 10 vormruimte en een bijbehorend stel persstempels voor een gewenste steenvormeling naar een perspositie gebracht en wordt ruw materiaal in de vormruimte tot ten minste één steenvormeling geperst. Voor een steenvormeling van een andere vorm worden de bijbehorende andere vormruimte en het bijbehorende stel persstempels naar de perspositie 15 verplaatst.
Een aantal vooraf bepaalde steenformaten kan in het bijzonder door een overeenkomstig aantal vormruimtes worden verwezenlijkt, die verschillend worden onderverdeeld over één of meer verschillende vormmatrijzen, bijvoorbeeld bij zes vooraf bepaalde vormruimtes, 20 telkens overeenkomend met één steenformaat, telkens drie vormruimtes in in totaal twee vormmatrij zen of telkens twee vormruimtes in in totaal drie vormmatrijzen of telkens één vormruimte in in totaal zes vormmatrijzen. Bovendien kunnen ook meerdere vormruimtes hetzelfde formaat of dezelfde vorm bezitten en slechts een deel van de vorm-25 ruimtes verschillend zijn gevormd.
De uitvinding wordt hierna aan de hand van uitvoeringsvoorbeel-den nader toegelicht. Daarbij wordt verwezen naar de tekening, waarin telkens schematisch zijn weergegeven: 30 fig. 1 in een langsdoorsnede een inrichting voor het persen van metselstenen van verschillende afmetingen, fig. 2 in een gedeeltelijk doorsneden bovenaanzicht op de vorm een deel van de inrichting volgens fig. 1, fig. 3 de inrichting volgens fig. 1 bij het vullen van een 35 vormruimte van de vorm, in een langsdoorsnede, fig. 4 de inrichting volgens fig. 3 bij het persen van het vulmateriaal in de bijbehorende vormruimte in een langsdoorsnede, fig. 5 de inrichting volgens fig. 3 en 4 bij het uitwerpen van de 40 geperste ruwe steen, in een langsdoorsnede, - 5 - fig. 6 de inrichting volgens fig. 1 met horizontaal verschoven vorm, in een langsdoorsnede en fig. 7 een deel van de inrichting volgens fig. 6 met verschoven vorm, in een gedeeltelijk doorsneden bovenaanzicht, 5 fig. 8 een inrichting voor het persen van metselstenen met meerdere verplaatsbare vormmatrijzen.
Met elkaar overeenkomende onderdelen en afmetingen zijn in fig. 1 tot en met 8 met van dezelfde verwijzingscijfers voorzien.
10 De pers of inrichting voor het persen van metselstenen, in het bijzonder kalkzandstenen, volgens fig. 1 bezit een bovenste stempel-eenheid 3 en een onderste stempeleenheid 4 alsmede een vormmatrijs 2.
Een bovenste stoter 13 drijft de bovenste stempeleenheid 3 aan en een onderste stoter 14 de onderste stempeleenheid 4, zodat er in 15 een verticale persrichting P een lineaire beweging van de stempeleenheden 3 en 4 ten opzichte van elkaar naar elkaar toe en van elkaar vandaan mogelijk is.
De vormmatrijs 2 bezit vier afzonderlijke en tot elkaar op een afstand liggende vormruimtes 20, 21, 22 en 23, die een rechthoekige 20 dwarsdoorsnede bezitten met in een verschuivingsrichting V verschillende afmetingen dl van vormruimte 20, d2 van vormruimte 21, d3 van vormruimte 22 en d4 van vormruimte 23. In het weergegeven uitvoe-ringsvoorbeeld is dl = 115 mm, d2 = 150 mm, d3 = 240 mm en d4 = 175 mm. Voorts bezitten de vormruimtes 20 tot en met 23 loodrecht op de 25 verschuivingsrichting V dezelfde afmeting a van bijvoorbeeld a = 498 mm. In elke vormruimte 20 tot en met 23 kan derhalve een steenvormeling met vooraf bepaalde, van elkaar althans in verschuivingsrichting V verschillende afmetingen worden geperst.
De vormmatrijs 2 is via twee aan tegenover elkaar liggende 30 langszijden geplaatste lineaire geleidingen, in het bijzonder gelei-dingssporen 11 en 12 in de verschuivingsrichting V horizontaal verschuifbaar of beweegbaar. De verschuiving van de vormmatrijs 2 langs de verschuivingsrichting V geschiedt door middel van een stelaandrijving 16, die via een verbindingselement 6 verbonden is met 35 de vormmatrijs 2.
De stelaandrijving 16 en het verbindingselement 6 kunnen in het bijzonder tenminste één, bijvoorbeeld telescoopachtig uitschuifbare cilinder omvatten. In de regel is een hydraulische aandrijf of cilinder verschaft. Echter kan er ook een pneumatische aandrijving 40 worden verschaft of ook een aandrijving met ten minste één elektri- - 6 - sche aandrijfmotor en een mechanische overbrengingsinrichting zoals bijvoorbeeld een tandheugeloverbrenging. De stelaandrijving 16 kan stapsgewijs of in discrete stapgroottes aandrijven of bij voorkeur continu in elke stand.
5 De geleidingen 11 en 12 zijn bevestigd aan een gestel 5 van de inrichting, waarvan ook de stoters 13 en 14 met bijbehorende stoter-aandrijvingen verticaal beweegbaar en geleid zijn gelagerd.
Elke stempeleenheid 3 en 4 bezit nu telkens vier persstempels 30 tot en met 33 resp. 40 tot en met 43, die nauwkeurig passend van 10 boven resp. van onderen in telkens één van de vormruimtes 20 tot en met 23 van de vormmatrijs 2 in de persrichting P kunnen grijpen. In de uitgangspositie volgens fig. 1 is de bovenste stempeleenheid 3 nog buiten ingrijping met vormmatrijs 2 en de onderste stempeleenheid 4 is zodanig opgesteld dat de onderste persstempels 40 tot en met 43 15 telkens de vormruimtes 20 tot en met 23 naar onderen toe afdichten, maar nog niet wezenlijk de vormruimtes 20 tot en met 23 in bewogen zi jn.
Voor aanvullende geleiding van de stempeleenheid 3 en 4 in de vormmatrijs 2 zijn aanvullende bovenste geleidingselementen 38 aan de 20 bovenste stempeleenheid en onderste geleidingselementen 48 aan de onderste stempeleenheid 4 verschaft, die van boven en beneden in telkens één bijbehorende geleidingsruimte 28 in de vormmatrijs 2 grijpen.
In tegenstelling tot bekende persen is de vormmatrijs 2 vanwege 25 de lineaire horizontale geleiding in de geleidingen 11 en 12 niet in persrichting P of verticaal met de persstempeleenheden 3 en 4 verschuifbaar.
Aan de aan de van de hydraulische stelaandrijving 16 en verbindingselement 6 tegengestelde zijde kan de vormmatrijs 2 uit de 30 geleidingen 11 en 12, in het algemeen na losmaken van borgingselemen-ten uitgenomen worden, om een verwisseling van gereedschap of een verwisseling van de vormmatrijs 2 te kunnen uitvoeren.
Met M is een midden van de pers of middelvlak of werkvlak van de inrichting aangeduid en dit vormt een vulstand of werkstand voor 35 telkens één vormruimte 20 tot en met 23 van de vormmatrijs 2. In het gebied van het middenvlak M zijn aan tegenoverliggende zijden van de vormmatrijs 2 enerzijds een vulmateriaaltoevoerinrichting (vulschuif) 7 voor het toevoeren van vulmateriaal of ruwmateriaal, bij kalkzand-stenen in het bijzonder kalk en zand, en aan de tegenoverliggende 40 zijde een steenuitneeminrichting 8, bijvoorbeeld met een - niet - 7 - weergegeven - grijpinrichting en een transportinrichting, in het bijzonder een transportband, verschaft, om de gereed geperste steenvormelingen af te voeren en naar een uithardingsinrichting of eventueel vooraf aan een zaaginrichting of andere scheidingsinrichting te 5 voeren.
In de uitgangsstand volgens fig. 1 en fig. 2 is de vormruimte 22 van de vormmatrijs 2 aangebracht in het middenvlak M. Deze vormruimte 22 wordt nu in een vulstap gevuld met vulmateriaal 10, waarbij de persstempel 42 van de onderste stempeleenheid 4 de vormruimte 22 10 naar onderen toe afdicht, zodat het vulmateriaal 10 niet naar onderen eruit kan vallen. Afhankelijk van de gewenste eindafmeting (c in fig. 5) van de steenvormeling in de persrichting P. wordt de vulgraad of de vulhoogte van het vulmateriaal 10 bepaald. Fig. 3 toont de inrichting na het vullen, waarbij hier een volledige vulling met vulmateriaal 10 15 van de vormruimte 22 is verschaft.
In aansluiting op het vullen wordt nu een persprocédé doorgevoerd, waarbij de bovenste stempeleenheid 3 en de onderste stempeleenheid 4 in de persrichting P naar elkaar toe worden bewogen, weergegeven door de aanvullende naar elkaar toe gerichte pijlen. 20 Daarbij worden de persstempel 32 van de bovenste stempeleenheid 3 en de persstempel 42 van de onderste stempeleenheid 4, zoals getoond in fig. 4,. de vormruimte 22 van de vormmatrijs 2 binnen bewogen en verdichten, of drukken samen, het zich aldaar bevindende vormmateri-aal 10. Wanneer de opgegeven persdruk is bereikt komen de stempels 32 25 en 42 tot stilstand en is de uiteindelijke eindafmeting van de nu uit het ruwe materiaal 10 gevormde vormeling in persrichting P bereikt. Parallel met de stempels 32 en 42 grijpen ook de stempels 30, 31 en 33 resp. 40, 41 en 43 in de bijbehorende vormruimtes 20, 21 en 23, die echter leeg zijn, zodat aldaar geen persen van materiaal plaats-30 vindt. Voorts grijpen de bovenste geleidingselementen 38 van de bovenste stempeleenheid 3 in de geleidingsruimtes 28, terwijl de onderste geleidingselementen 48 van de onderste stempeleenheid nog buiten aangrijping blijven.
Fig. 5 toont nu het uitwerpen van de gereed geperste 35 steenvormeling 50. De bovenste stempeleenheid 3 is weer naar boven verplaatst en de stempels 30 tot en met 33 en geleidingselementen 38 zijn buiten aangrijping uit de vormmatrijs 2 geplaatst in een voldoende afstand, zodat de uit het verdichte of geperste vulmateriaal 10 gevormde steenvormelingen 50 met behulp van de onderste - 8 - stempel 42 van de onderste stempeleenheid 4 naar boven uit de vorm-ruimte 22 van vormmatrijs 2 worden uitgeschoven.
De steenvormeling 50 heeft nu de dwarsafmeting d3 en de verdere dwarsafmeting a van de vormruimte 22 overgenomen en heeft in de derde 5 coördinaatrichting of dimensie in persrichting P de afmeting c. In het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld komt de afmeting c overeen met de lengte van de metselsteen in gemetselde toestand en kan bijvoorbeeld c = 650 mm bedragen. Hier is derhalve de persrichting P in langsrichting van de steen gericht. Evenzo kan echter ook de pers-10 richting P in één van de andere dimensies of afmetingen, bijvoorbeeld in de richting van d3 of b, van de steenvormeling 50 zijn gericht, overeenkomstig de steenhoogte of steenbreedte.
De geleidingselementen 48 van de onderste stapeleenheid 4 grijpen nu volgens fig. 5 in de geleidingsruimtes 28 van de vormma-15 trijs 2. De gerede steenvormeling 50 wordt nu door de steenuitneemin-richting 8 (in fig. 2 weergegeven) uit de vormmatrijs 2 genomen en weggevoerd om uit te harden en eventueel na aansluitend of voorafgaand zagen bij bijzondere vormen zoals verstek of afschuiningen.
Nu worden in een volgende werkwijzestap voor het vervaardigen 20 van een verdere steenvormeling met andere afmetingen de vormmatrijs 2 en de stempeleenheden 3 en 4 zo ver in de verschuivingsrichting V verschoven tot een gewenste andere vormruimte, in het voorbeeld van fig. 6 en 7 de vormruimte 23, van de vormmatrijs 2 in het middenvlak M van de inrichting komt te liggen. Om de stempeleenheden 3 en 4 over 25 dezelfde instelweg met de vormmatrijs 2 in de verschuivingsrichting V te kunnen verschuiven of verstellen zijn in de bijbehorende stoters 13 en 14 lineaire geleidingen, in het bijzonder geleidingsstaven 53 en . 54 verschaft, die een verschuiving van de stempeleenheid 3 of 4 ten opzichte van de stoters 13 resp. 14 in de verschuivingsrichting V 30 mogelijk maken.
In een voorkeursuitvoeringsvorm worden allereerst de bovenste stempeleenheid 3 met haar geleidingselementen 38 en de onderste stempeleenheid 4 met haar geleidingselementen 48 telkens in de bijbehorende geleidingsruimtes 28 van de vormmatrijs 2 ingebracht of 35 ingeschoven en wordt daardoor een vormpassing tussen de vormmatrijs 2 en de beide stempeleenheden 3 en 4 in de verschuivingsrichting V gevormd (niet getoond). Aansluitend worden - niet weergegeven -borgings- of vastzetelementen zoals bijvoorbeeld hydraulische spaninrichtingen voor het vastzetten of fixeren van de stempeleenheden 3 en 40 4 aan de respectieve geleiding 53 resp. 54 losgemaakt, zodat de - 9 - stempeleenheden 3 en 4 in hun geleidingen 53 en 54 kunnen worden verschoven.
Nu wordt de stelaandrijving 16 met het verbindingselement 6 bediend en wordt de vormmatrijs 2 in de lineaire geleidingen 11 en 12 5 - volgens fig. 6 en 7 telkens naar links - bewogen, totdat de vorm- ruimte 23 met de afmeting d4 in het middenvlak M tussen de vulmateri-aaltoevoerinrichting 7 en de steenuitneeminrichting 8 is opgesteld. Daarbij bewegen de in de vormmatrijs 2 grijpende stempeleenheden 3 en 4 in hun geleidingen 53 en 54 synchroon of met dezelfde stelweg met 10 de vormmatrijs 2 als gesloten gereedschapseenheid in de verschui-vingsrichting V mee.
In het algemeen worden de telkens voor het persen toegepaste stempels 32 en 42 in fig. 4 en 33 en 43 in fig. 6 in het middenvlak M en tegelijk in het midden van de stoters 13 en 14 aangebracht, om een 15 optimale krachtoverdracht te bereiken en geen koppels op te wekken.
Terwijl in fig. 3 tot en met 5 een steenvormeling met de afmetingen a = 498 mm, d3 = 240 mm en c = 650 mm wordt vervaardigd, kan met de verschoven vormmatrijs 2 volgens fig. 6 en 7 nu een steenvormeling met eveneens a = 498 mm en c = 650 mm, maar met de 20 andere afmeting d4 = 175 mm in de derde coördinaatrichting worden vervaardigd. Het procédé met vullen, persen en uitwerpen verloopt daarbij analoog aan de fig. 3 tot en met 6, maar nu in de vormruimte 23 in plaats van de vormruimte 22.
Voor het vervaardigen van steenvormelingen met de afmetingen dl 25 en d2 wordt de vormmatrijs 2 echter op analoge wijze in de verschui-vingsrichting V volgens fig. 6 en 7 naar rechts verplaatst, totdat de desbetreffende vormruimte 20 of 21 in het middenvlak M komt te liggen.
Voor het verplaatsen van de stempeleenheden 3 en 4 ten opzichte 30 van hun stoters 13 en 14 in de verschuivingsrichting V kunnen ook -niet getoonde - afzonderlijke aandrijvingen, in het bijzonder hydraulische, elektrische of pneumatische aandrijvingen zijn verschaft, zodat een in de vormmatrijs 2 grijpen van de stempeleenheden 3 en 4 bij het verstellen niet vereist is.
35 In niet weergegeven uitvoeringsvormen kunnen ook in ten minste twee verstelrichtingen, bijvoorbeeld matrixvormen, op gestelde vormruimtes in de vormmatrijs en een bijbehorende verstelbaarheid in de verstelrichtingen en/of in meerdere vormruimtes of op meerdere vulposities tegelijkertijd een vullen en persen worden uitgevoerd. De 40 geleidingen voor de stempeleenheden en/of de vormmatrijs hoeven in - 10 - het bijzonder dan niet lineair te zijn, maar kunnen ook andere banen vertonen.
Fig. 8 toont nu een uitvoeringsvorm van een inrichting met meerdere vormmatrijzen 61 tot en met 65, die telkens een vormruimte 5 71 tot en met 75 bezitten. De vormruimtes 71 tot en 75 van de afzonderlijke vormmatrijzen 61 tot en met 65 bezitten in een dwarsdoorsnede loodrecht op een persrichting rechthoekige dwarsdoorsnedes met in één richting dezelfde afmetingen of dezelfde zij lengte a en met verschillende zij lengtes d5 van de vormruimte 71, 10 d6 van de vormruimte 72, d7 van de vormruimte 73, d8 van de vormruimte 74 en d9 van de vormruimte 75 loodrecht op de zij lengte a. De vormmatrijzen 61 tot en met 65 zijn door middel van een eerste verplaatsingsinrichting (transportinrichting) 80 zodanig in een verplaatsingsrichting VR1 lineair verplaatsbaar, dat elke vormmatrijs 15 61 tot en met 65 in een centrale wisselpositie WP kan worden gebracht. De afmetingen d5 tot en met d9 zijn evenwijdig aan de verplaatsingsrichting VR1 gemeten. De eerste verplaatsingsinrichting 80 kan bijvoorbeeld een transportband of een kettingtransporteur of een andere transportinrichting omvatten, waarop de vormmatrijzen 61 20 tot en met 65 rusten. De eerste verplaatsingsinrichting 80 vormt samen met de vormmatri j zen 61 tot en met 65 een gereedschapswisselmagazijn. Vanuit de wisselpositie WP is nu door middel van een tweedé verplaatsingsinrichting of transportinrichting het zich op de wisselpositie WP bevindende gereedschap, in fig. 8 de 25 vormmatrijzen 63, in een tweede, loodrecht op de eerste verplaatsingsrichting VR1 gerichte verplaatsingsrichting VR2 naar een perspositie PP in de pers transporteerbaar en ook weer terug. De tweede verplaatsingsinrichting is niet weergegeven en kan bijvoorbeeld een hydraulische cilinder of een soortgelijke stelaandrijving of een 30 grijper of een transportwagen met een inrichting voor het laden en lossen van het gereedschap of de vormmatrijs of een transportinrichting zoals een transportband op dergelijke omvatten alsmede fixeer-elementen voor het fixeren van de vormmatri js in de perspositie PP. In het bijzonder kan ook een kamachtige opstelling van geleidingen 35 voor drie vormmatrijzen met T-verbindingen worden toegepast.
Het persen van de steenvormelingen op de perspositie PP geschiedt analoog aan wat aan de hand van fig. 1 tot en met 7 is geschetst (aldaar in middenvlak M).
In fig. 8 is aan de tegengestelde zijde van de verplaatsingsin-40 richting 80 de toevoerinrichting 7 voor het ruwe materiaal alsmede de - 11 - afvoerinrichting 8 voor de gerede steenvormelingen opgesteld, bijvoorbeeld boven elkaar.
De vormmatri j zen 61 tot en met 65 in fig. 8 kunnen op soortgelijke wijze worden verplaatst of versteld als weergegeven in 5 de uitvoeringsvoorbeelden volgens fig. 1 tot en met 7 en ook zoals aldaar weergegeven telkens of althans gedeeltelik meerdere vormruim-tes met verschillende afmetingen of vormen bezitten.
Volgens het in fig. 8 getoonde uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding is derhalve een groot aantal afzonderlijke gereedschappen 10 met verschillende vormen voor een kalkzandsteenpers op een geheel of een transportsysteem opgesteld. Door middel van een aanrijding wordt het gewenste vormgereedschap in de wisselpositie in het midden van de pers gebracht. Met een hydraulische cilinder wordt de vorm dan onder een rechte hoek op de verzamelverschuiveras in perspositie gebracht 15 en aldaar vastgezet. Het opnieuw uitbouwen geschiedt in omgekeerde volgorde.
- 12 -
Verwijzingscijferlijst 2 vormmatrijs 3 bovenste stempeleenheid 4 onderste stempeleenheid 5 gestel 6 verbindingselement 7 vulmateriaaltoevoer 8 uitneeminrichting 10 vulmateriaal 11, 12 geleiding 13 bovenste stoter 14 onderste stoter 16 stelaandrijving 20, 21 vormruimte 22, 23 vormruimte 28 geleidingsruimte 30, 31 bovenste stempel 32, 33 bovenste stempel 38 bovenste geleidingselement 40, 41 onderste stempel 42, 43 onderste stempel 48 onderste geleidingselement 50 steenvormeling 53, 54 geleiding 61 tot en met 65 vormmatrijs 71 tot en met 75 vormruimte a, c afmeting dl, d2 afmeting d3, d4 afmeting d5 tot en met d9 afmeting V verschuivingsinrichting M middenvlak P persrichting WP wisselpositie PP perspositie VR1, VR2 verplaatsingsrichting 1031935

Claims (36)

1. Werkwijze voor het vervaardigen van steenvormelingen (50) voor metselstenen, in het bijzonder kalkzandstenen, waarbij a) ten minste twee vormruimtes (20, 21, 22, 23), die in een dwarsdoorsnede of in ten minste één afmeting (dl, d2, d3, d4) lood- 5 recht op een persrichting (P) verschillen, worden toegepast, b) tenminste een eerste vormruimte (22) in tenminste één vulposi-tie (MO wordt gebracht of verplaatst, c) ten minste eenmaal ruw materiaal (10) in de ten minste ene eerste vormruimte (22) in de ten minste ene vulpositie wordt 10 gevuld en op ten minste één perspositie door middel van een eerste stel ten opzichte van elkaar in persrichting beweegbare persstempels (32, 42) in de eerste vormruimte tot ten minste een eerste steenvormeling (50) wordt geperst, en waarbij d) aansluitend ten minste een tweede vormruimte (23) in de ten 15 minste ene vulpositie wordt gebracht en e) ten minste eenmaal ruw materiaal in de ten minste ene tweede vormruimte in de ten minste ene vulpositie wordt gevuld en op de of een aanvullende perspositie door middel van een tweede stel ten opzichte van elkaar in een persrichting beweegbare 20 persstempels (33, 43) in de tweede vormruimte tot ten minste een tweede steenvormeling wordt geperst.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij a) een vormmatrijs (2) met tenminste twee vormruimtes (20, 21, 22, 23), die in een dwarsdoorsnede of in ten minste één afmeting 25 (dl, d2, d3, d4) loodrecht op een persrichting (P) verschillen, wordt toegepast, b) ten minste één vormruimte (22) van de vormmatrijs door vertellen van de vormmatrijs door middel van ten minste één stel aandrijvingen (16) in ten minste één vulpositie (M) wordt ge- 30 bracht, c) ten minste eenmaal ruw materiaal (10) in de tenminste ene eerste vormruimte (22) in de ten minste ene vulpositie wordt gevuld en door middel van een eerste stel ten opzichte van elkaar in een persrichting beweegbare persstempels (32, 42) in 35 de eerste vormruimte wordt geperst tot ten minste één eerste steenvormeling (50), en waarbij d) aansluitend ten minste een tweede vormruimte (23) van de vormmatrijs door verstellen van de vormmatrijs door middel van 1031935 - 14 - de of een aanvullende stelaandrijving in de ten minste ene vul-positie wordt gebracht en e) ten minste één maal ruw materiaal in de ten minste ene tweede vormruimte in de ten minste ene vulpositie wordt gevuld en door 5 middel van een tweede stel en opzichte van elkaar in een persrichting beweegbare persstempels (33, 43) in de tweede vormruimte tot tenminste een tweede steenvormeling wordt geperst.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, waarbij het stel 10 persstempels dat hoort bij één of de in de ten minste ene vulpositie bewogen vormruimte eveneens wordt verplaatst naar de vulpositie.
4. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies waarbij a) twee in persrichting naar elkaar toe beweegbare stempeleenheden (3, 4) met telkens ten minste één, bij voorkeur meerdere, pers-15 stempel (s) worden toegepast, waarbij elk van bij een vormruimte horend stel persstempels voor het persen van een steenvormeling uit een persstempel van de eerste stempeleenheid en een bijbehorende persstempel van de tweede stempeleenheid wordt gevormd, en waarbij 20 b) de stempeleenheden bij het verstellen of verplaatsen van de vormruimtes en/of de vormmatrijs(n) eveneens worden versteld of verplaatst, om het stel persstempels dat hoort bij een of de in de ten minste ene vulpositie of pexspositie verplaatste vormruimte eveneens te verplaatsen naar de vulpositie of persposi-25 tie.
5. Werkwijze volgens conclusie 4, waarbij elke stempeleenheid door een bijbehorende stoter (13, 14) in persrichting wordt aangedreven en verschuifbaar is aangebracht aan de bijbehorende stoter in een bijbehorende geleiding (53, 54).
6. Werkwijze volgens conclusie 4 of 5, waarbij elke stempeleen heid in alle of verschillende posities aan de geleidingen vastzetbaar is door middel van ten minste één losmaakbaar vastzetelement en voor het verstellen of verplaatsen van elke stempeleenheid elk vastzetelement wordt losgemaakt en de stempeleenheid in de bijbehorende 35 geleiding over dezelfde instelweg als de vormmatrijs of de vormruimte wordt verschoven en aansluitend de stempeleenheid in de bereikte nieuwe positie wederom door middel van het ten minste ene vastzetelement wordt vastgezet.
7. Werkwijze volgens één van de conclusies 4-6, waarbij ten 40 minste één of beide stempeleenheid(eenheden) voorafgaand aan het - 15 - verstellen of bewegen met de vormmatrijs of de vormruimte vormgeslo-ten worden verbonden en gemeenschappelijk met de vormmatrijs of de vormruimte worden versteld of verplaatst.
8. Werkwijze volgens conclusie 7, waarbij de vormmatrijs of de 5 vormruimtes en de vormgesloten verbonden stempeleenheid(eenheden) gemeenschappelijk door middel van dezelfde stelaandrijving worden versteld.
9. Werkwijze volgens één van de conclusies 4-7, waarbij ten minste één of beide stempeleenheden met een bijbehorende eigen of 10 onafhankelijke stelaandrijving versteld wordt resp. worden.
10. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de vormruimtes of vormmatrijs(matrijzen) en/of de persstempel en/of de stempeleenheid(eenheden) in ten minste één verstelrichting worden versteld of verplaatst, die bij voorkeur loodrecht op de persrichting 15 is gericht.
11. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij a) ten minste twee vormmatrijzen met telkens ten minste één vormruimte, waarbij de vormruimtes verschillen in hun vorm in een dwarsdoorsnede loodrecht op een persrichting, worden ver- 20 schaft, b) tenminste eenmaal ruw materiaal in een eerste vormruimte, die is verschaft in een eerste vormmatrijs, door middel van een aan de eerste vormruimte aangepast eerste stel van ten opzichte van elkaar in de persrichting beweegbare persstempels op een inge- 25 stelde perspositie tot ten minste één eerste steenvormeling met een door de eerste vormruimte bepaalde vorm wordt geperst, c) aansluitend de eerste vormruimte door transporteren van de eerste vormmatrijs door middel van een transportinrichting, in het bijzonder verstellen door middel van de ten minste ene stelaan-30 drijving, en het eerste stel persstempels door middel van de of een aanvullende transportinrichting uit de persstand worden bewogen, d) aansluitend een tweede vormruimte die is verschaft in een tweede vormmatrijs, door transporteren van de tweede vorrama-35 trijs door middel van de of een aanvullende transportinrichting en een aan de tweede vormruimte aangepast tweede stel ten opzichte van elkaar in de persrichting beweegbare persstempels door middel van de of een aanvullende transportinrichting op de perspositie worden gebracht en waarbij - 16 - e) ten minste eenmaal ruw materiaal in de tweede vormruimte op de perspositie door middel van het tweede stel persstempels tot ten minste een tweede steenvormeling met een door de tweede vormruimte bepaalde vorm wordt geperst.
12. Werkwijze volgens conclusie 11, waarbij door transporteren van de eerste vormmatrijs of de tweede vormmatrijs door middel van de transportinrichting de eerste vormruimte of de tweede vormruimte op een vulpositie van een vulinrichting wordt gebracht en op de vulposi-tie het ruwe materiaal in de eerste vormruimte of tweede vormruimte . 10 wordt gevuld.
13. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de vulpositie overeenkomt met de perspositie voor de respectieve vormruimte.
14. Werkwijze volgens één van de conclusies 1-12, waarbij de 15 vulpositie ten opzichte van de perspositie is verschoven of een afstand daartoe heeft en de eerste vormruimte en de tweede vormruimte na het vullen met het ruwe materiaal op de vulpositie telkens naar de perspositie wordt getransporteerd of gebracht.
15. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij 20 a) ten minste één vormmatrijs ten minste twee vormruimtes bezit, die in een dwarsdoorsnede loodrecht op de persrichting verschillen, en b) elk van deze vormruimtes van dezelfde vormmatrijs door middel van de of een transportinrichting naar de perspositie en/of 25 vulpositie kan worden gebracht of wordt gebracht.
16. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de vormmatrijzen of vormruimtes worden verschaft in een magazijn en, bij voorkeur door middel van de transportinrichting of de stelaan-drijving, vanuit het magazijn naar de perspositie en/of vulpositie en 30 terug verplaatsbaar zijn.
17. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de vormmatrijzen of vormruimtes in een lineaire opstelling zijn gerangschikt en naast de perspositie en/of vulpositie lineair in een wisselpositie verplaatsbaar zijn of verplaatst worden en vervolgens 35 vanuit deze wisselpositie naar de perspositie en/of vulpositie of omgekeerd verplaatsbaar zijn of worden verplaatst.
18. Werkwijze volgens conclusie 17,. waarbij het verplaatsen vanuit de wisselpositie naar de perspositie en/of vulpositie geschiedt in een richting loodrecht op het lineair verplaatsen in de 40 lineaire rangschikking. - 17 -
19. Inrichting voor het vervaardigen van steenvormelingen (50) voor metselstenen, in het bijzonder kalkzandstenen, in het bijzonder voor het uitvoeren van een werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, met 5 a) ten minste twee vorroruimtes (20, 21, 22, 23), die in dwarsdoorsnede loodrecht op een persrichting in ten minste één afmeting (dl, d2, d3, d4) verschillen, . b) een vulinrichting (7) met tenminste één vooraf bepaalde vulpositie (M) voor het vullen van ten minste één vormruimte 10 met ruw materiaal, c) voor elke vormruimte telkens één bijbehorend stel ten opzichte van elkaar in een persrichting (P) beweegbare persstempels (30, 31, 32, 33, 40, 41, 42, 43), waarvan tenminste één persstempel in dwarsdoorsnede loodrecht op de persrichting is aangepast aan 15 de dwarsdoorsnede van de vormruimte loodrecht op de persrich ting en voor het persen van een steenvormeling (50) uit het in de vormruimte (22) gevulde ruwe materiaal (10) in de persrichting de vormruimte hierin beweegbaar is, en met d) ten minste één transportinrichting voor het transporteren, in 20 het bijzonder ten minste een stel aandrijving (16), van de vorm- ruirotes, bij voorkeur in ten minste een transport- of verstel-richting loodrecht op de persrichting, zodanig dat elke vormruimte naar de ten minste ene vooraf bepaalde vulpositie van de vulinrichting en/of ten minste één perspositiè beweegbaar is.
20. Inrichting volgens conclusie 19 met a) één vormmatrijs (2) met ten minste twee vormruimtes (20, 21, 22, 23), waarbij de ten minste twee vormruimtes in dwarsdoorsnede loodrecht op een persrichting in ten minste één afmeting (dl, d2, d3, d4) verschillen, 30 b) ten minste één stelaandrijving (16) voor het verstellen van de vormmatrijzen, bij voorkeur in ten minste één verstelrichting loodrecht op de persrichting, zodanig dat elke vormruimte van de vormmatrijs naar ten minste één vooraf bepaalde vulpositie van de vulinrichting en/of naar de ten minste ene perspositie 35 beweegbaar is.
21. Inrichting volgens conclusie 19 of 20, met twee in persrichting naar elkaar toe beweegbare stempeleenheden (3, 4) met telkens ten minste één, bij voorkeur meerdere, persstempel(s) (30, 31, 32, 33, 34, 40, 41, 42, 43), waarbij elk bij een vormruimte 40 horend stel persstempels voor het persen van een steenvormeling door - 18 - een persstempel van een eerste stempeleenheid en een bijbehorende persstempel van de tweede stempeleenheid wordt gevormd.
22. Inrichting volgens conclusie 21, waarbij de stempeleenheden bij het verstellen van de vormruimtes of de vormmatrijs (matrijzen) 5 eveneens in dezelfde verstelrichting en/of over dezelfde verstelweg verstelbaar zijn, om het bij een of de in de ten -minste ene vulposi-tie gebrachte vormruimte behorende stel persstempels eveneens naar de vulpositie of perspositie te brengen.
23. Inrichting volgens conclusie 21 of 22, waarbij elke 10 stempeleenheid aan een bijbehorende stoter (13, 14) voor het aandrijven van de stempeleenheid axiaal op de persrichting in een bijbehorende geleiding (53, 54), bij voorkeur in de ten minste ene verstelrichting verschuifbaar is aangebracht.
24. Inrichting volgens conclusie 23, waarbij elke stempeleen-15 heid in alle of in verschillende posities, bij voorkeur in de of elke verstelrichting, aan de geleidingen door middel van ten minste één losmaakbaar vastzetelement vastzetbaar of vastgezét is.
25. Inrichting volgens één van de conclusies 21 tot en met 24, waarbij ten minste één of beide stempeleenheid(eenheden) voorafgaand 20 aan het verstellen vormgesloten verbindbaar is (zijn) met de vormmatrijs, bij voorkeur ten minste met betrekking tot de ten minste ene verstelrichting, in het bijzonder via de in de bijbehorende vormruimte grijpende persstempel(s) of via ten minste één vormgesloten in ten minste één geleidingsruimte (28) in de vormmatrijs grijpend gelei-25 dingselement (38, 48) van de stempeleenheid (eenheden), zodat de stempeleenheid(eenheden) gemeenschappelijk met de vormmatrijs, bij voorkeur in de ten minste ene verstelrichting, verstelbaar zijn.
26. Inrichting volgens één van de conclusies 21 tot en met 25, waarbij ten minste één stempeleenheid of beide stempeleenheden via 30 ten minste één verbindingselement gekoppeld is resp. zijn met ten minste één bijbehorende stel aandrijving.
27. Inrichting volgens één van de conclusies 19-26, waarbij de ten minste éne stelaandrijving via ten minste één verbindingselement (6) gekoppeld of koppelbaar is met de vormmatrijs of elke vormruimte.
28. Inrichting volgens één van de conclusies 19-27, waarbij ten minste één stelaandrijving of ten minste één traiisportinrichting een hydraulische aandrijver omvat.
29. Inrichting volgens één van de conclusies 19-28, waarbij ten minste één stelaandrijving of ten minste één transportinrichting een 40 telescopisch in- en uitschuifbare verstelcilinder omvat. - 19 .-
30. Inrichting volgens één van de conclusies 19-29 met in de ten minste ene verstelrichting lopende geleidingen (11)# waarin de of elke vormmatrijs verschuifbaar is aangebracht en door middel van de stelaandrijving en/of door middel van vastzetelementen op alle of op 5 verschillende posities vastgezet kan worden.
31. Inrichting volgens één van de conclusies 19-30# waarbij de of elke vormmatrijs tenminste een geleidingsruimte (28) en elke stempeleenheid telkens een geleidingselement (38# 48) voor elke geleidingsruimte van de vormmatrijs bezit, waarbij de dwarsdoorsnede 10 van geleidingsruimten en bijbehorende geleidingselementen loodrecht op de persrichting aan elkaar zijn aangepast.
32. Inrichting volgens één van de conclusies 19-31# waarbij op de ten minste ene vulpositie aan een zijde van de vormmatrijs de vulinrichting (7) voor het vullen van de vulruimte van de vulmatrijs 15 op de vulpositie en aan de andere zijde van de vormmatrijs een vormei ingsuitneeminrichting (8) voor het uitnemen van de gereed geperste steenvormeling opgesteld of opstelbaar zijn.
33. Inrichting volgens één van de conclusies 19-32, met a) ten minste twee vormmatrijzen (2) met telkens ten minste één 20 vormruimte (20, 21, 22, 23), waarbij de vormruimtes van ver schillende vormmatrijzen verschillen in dwarsdoorsnede loodrecht op een persrichting, b) ten minste één transportinrichting (16) voor het transporteren van de vormmatrijzen en de persstempels, zodanig dat elke vorm- 25 ruimte van elke matrijs naar de vulpositie van de vulinrichting en naar een perspositie beweegbaar is en dat elk stel persstempels naar de perspositie beweegbaar is.
34. Inrichting volgens conclusie 33# waarbij de vormmatrijzen in een lineaire opstelling achter elkaar zijn opgesteld en door 30 middel van de transportinrichting in de lineaire richting verplaatsbaar zijn, zodat elke vormmatrijs naar een wisselpositie kan worden gebracht, en waarbij elke vormmatrijs door middel van de of een transportinrichting uit de wisselpositie naar de vulpositie of perspositie en omgekeerd kan worden gebracht, bij voorkeur in een 35 richting loodrecht op de lineaire richting van de vormmatrijzen in de lineaire opstelling.
35. Inrichting volgens conclusie 33 of 34, waarbij de zich niet in de vulpositie of perspositie bevindende vormmatrijzen in een magazijn zijn opgesteld. - 20 -
36. Inrichting volgens één van de conclusies 33-35, waarbij ten minste één vormmatrijs ten minste twee vormruimtes bezit, die . verschillen in dwarsdoorsnede loodrecht op een persrichting, en waarbij elk van deze vormruimtes van dezelfde vormmatrijs door middel 5 van de of een transportinrichting naar de perspositie en/of vulposi-tie kan worden gebracht. -o-o-o- 1031935
NL1031935A 2005-07-01 2006-06-01 Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van steenvormelingen voor metselstenen, en in het bijzonder kalkzandstenen. NL1031935C2 (nl)

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE200510031236 DE102005031236B4 (de) 2005-07-01 2005-07-01 Verfahren und Vorrichtung zum Herstellen von Steinformlingen für Mauerwerksteine, insbesondere Kalksandsteine
DE102005031236 2005-07-01
DE102005047853.0A DE102005047853B4 (de) 2005-10-05 2005-10-05 Verfahren und Vorrichtung zum Herstellen von Steinformlingen für Mauerwerksteine, insbesondere Kalksandsteine
DE102005047853 2005-10-05

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL1031935A1 NL1031935A1 (nl) 2007-01-04
NL1031935C2 true NL1031935C2 (nl) 2007-11-27

Family

ID=37774862

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1031935A NL1031935C2 (nl) 2005-07-01 2006-06-01 Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van steenvormelingen voor metselstenen, en in het bijzonder kalkzandstenen.

Country Status (3)

Country Link
CH (1) CH698834B1 (nl)
NL (1) NL1031935C2 (nl)
RU (1) RU2352458C2 (nl)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN104942971B (zh) * 2015-06-02 2017-04-19 青建国际集团有限公司 一种大型混凝土砖块的压制成型装置
DE102016113240A1 (de) * 2016-03-24 2017-09-28 Langenstein & Schemann Gmbh Verfahren und Vorrichtung zum Herstellen von Steinformlingen für Mauerwerksteine, insbesondere Kalksandsteine, mit verstellbaren Formwänden

Also Published As

Publication number Publication date
CH698834B1 (de) 2009-11-13
NL1031935A1 (nl) 2007-01-04
RU2352458C2 (ru) 2009-04-20
RU2006119411A (ru) 2007-12-20

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CN108909010B (zh) 鼓式刹车片全自动压制成型装置
CN109773959B (zh) 一种钢筋混凝土构造件的模壳机
EP0214684B1 (en) Method for manufacturing stones in a press, and press for manufacturing said stones
NL1031935C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van steenvormelingen voor metselstenen, en in het bijzonder kalkzandstenen.
DE102009013457B4 (de) Verfahren und Vorrichtung zum Herstellen von Steinformlingen für Mauerwerksteine, insbesondere Kalksandsteine
RU2378110C2 (ru) Способ полусухого прессования и устройство для его осуществления
CN112757449A (zh) 一种用于陶瓷板生产的间歇式连续成型方法
DE102005031236B4 (de) Verfahren und Vorrichtung zum Herstellen von Steinformlingen für Mauerwerksteine, insbesondere Kalksandsteine
CN106738193B (zh) 一种混凝土模卡砌块制造机
CN211824085U (zh) 烟花筒体冷压成型自动化生产线
EP1375097B1 (en) Plant for creating pre-compacted ceramic powder blanks and for feeding them to the forming cavity of a press
EP1321260B1 (en) Method and plant for forming ceramic tiles or slabs
JP2521465B2 (ja) コンクリ−ト製品成形装置
CN211668361U (zh) 烟花筒体冷压成型机构及烟花筒体冷压成型自动化生产线
RU75171U1 (ru) Участок формирования плит с древесным наполнителем
CN211783087U (zh) 出模抓取机械手及烟花筒体冷压成型自动化生产线
JPH05104513A (ja) プレス成形機
CN211824084U (zh) 烟花筒体模腔结构及烟花筒体冷压成型自动化生产线
SU733986A1 (ru) Устройство дл формовани изделий
RU2018441C1 (ru) Пресс для изготовления строительных изделий
NL1032486C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van steenvormelingen voor metselwerkstenen, in het bijzonder kalkzandstenen.
RU2188122C1 (ru) Агрегат для формования изделий из строительных смесей
RU68419U1 (ru) Устройство прессования плит с древесным наполнителем
CN116408410A (zh) 一种锻压成型工艺
JPH0733011B2 (ja) 硬化性材料の形成装置

Legal Events

Date Code Title Description
AD1A A request for search or an international type search has been filed
RD2N Patents in respect of which a decision has been taken or a report has been made (novelty report)

Effective date: 20070924

PD2B A search report has been drawn up