NL1031200C2 - Uitblaasrooster en een luchtgordijn-inrichting. - Google Patents

Uitblaasrooster en een luchtgordijn-inrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL1031200C2
NL1031200C2 NL1031200A NL1031200A NL1031200C2 NL 1031200 C2 NL1031200 C2 NL 1031200C2 NL 1031200 A NL1031200 A NL 1031200A NL 1031200 A NL1031200 A NL 1031200A NL 1031200 C2 NL1031200 C2 NL 1031200C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
blow
slats
longitudinal
grille
transverse
Prior art date
Application number
NL1031200A
Other languages
English (en)
Inventor
Dmitri Horowitz
Gerrit Duursma
Original Assignee
Biddle B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Biddle B V filed Critical Biddle B V
Priority to NL1031200A priority Critical patent/NL1031200C2/nl
Priority to EP07715844A priority patent/EP2005071A1/en
Priority to PCT/NL2007/000051 priority patent/WO2007097618A1/en
Priority to US12/280,291 priority patent/US20100233951A1/en
Priority to CA002642622A priority patent/CA2642622A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1031200C2 publication Critical patent/NL1031200C2/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F13/00Details common to, or for air-conditioning, air-humidification, ventilation or use of air currents for screening
    • F24F13/02Ducting arrangements
    • F24F13/06Outlets for directing or distributing air into rooms or spaces, e.g. ceiling air diffuser
    • F24F13/075Outlets for directing or distributing air into rooms or spaces, e.g. ceiling air diffuser having parallel rods or lamellae directing the outflow, e.g. the rods or lamellae being individually adjustable
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F9/00Use of air currents for screening, e.g. air curtains

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Specific Sealing Or Ventilating Devices For Doors And Windows (AREA)
  • Air-Flow Control Members (AREA)

Description

UITBLAASROOSTER EN EEN LUCHTGORDIJN-INRICHTING
5 De onderhavige uitvinding betreft een uitblaasrooster en een luchtgordijn-inrichting.
In de techniek van uitblaasroosters en luchtgordijn-inrichting is het algemeen bekend dat gebruik kan worden gemaakt van een uitblaasrooster in een uitblaasopening van de 10 luchtgordijn-inrichting voor het op juiste wijze dirigeren en oriënteren van een met de luchtgordijn-inrichting uit geblazen luchtstroom. In het algemeen wordt gebruik gemaakt van, naar keuze, een uitblaasrooster met longitudinale lamellen OF van een uitblaasrooster met transversale 15 lamellen, afhankelijk van een overweging in welke richting enige mate van divergentie nog is toegestaan. Vanzelfsprekend hangt de keuze voor een specifiek type uitblaasrooster met longitudinale lamellen of met transversale lamellen ook samen met de keuze van een specifiek type motor of ventilator, die 20 dienst doet als de middelen voor het genereren van een luchtstroom in de luchtgordijn-inrichting.
Zo is het gebruik in luchtgordijn-inrichtingen van radiale ventilatoren met achterwaarts gekromde schoepen de laatste tijd sterk toegenomen. De redenen hiervoor zijn, dat 25 dergelijke radiale ventilatoren met achterwaarts gekromde schoepen gunstige eigenschappen hebben, in het bijzonder in vergelijking met andere types ventilatoren. Dit heeft in het bijzonder betrekking op gunstige verhoudingen tussen luchtstroomcapaciteiten, drukopbouw, kosten, gewicht, geluid 30 en de mogelijkheden tot het plegen van onderhoud. De onderhavige uitvinding is hier natuurlijk echter niet toe beperkt.
1031200 2
Dergelijke en andere bekende ventilatoren, die tegenwoordig ruim toepassingen vinden in luchtgordijn-inrichtingen, vertonen niet alleen gunstige eigenschappen. Zo genereren dergelijke ventilatoren luchtstromen met daarin 5 diverse richtingscomponenten. Dergelijke richtingscomponenten kunnen nadelig zijn met betrekking tot de uiteindelijke gerichtheid van het met de luchtgordijn-inrichtingen op te wekken luchtgordijn. Bijvoorbeeld kunnen bepaalde delen van een met het luchtgordijn te bestrijken doorgang of· opening 10 ongedekt blijven door het luchtgordijn, hetgeen aldus de effectiviteit van de luchtgordijn-inrichting vermindert.
Met de onderhavige uitvinding is beoogd de bovengenoemde en andere nadelen en onvolkomenheden van de bekende techniek te verhelpen of althans te verminderen, 15 waartoe een uitblaasrooster is verschaft, zoals dat is . gedefinieerd in de bijgevoegde onafhankelijke conclusie nr.
1. Het gebruik van een dergelijk uitblaasrooster in een luchtgordijn-inrichting is verder gedefinieerd in de onafhankelijke conclusie nr. 13.
20 Met een uitblaasrooster volgens de onderhavige uitvinding in een luchtgordijn-inrichting volgens de onderhavige uitvinding kan op doeltreffende wijze de gerichtheid verbeteren van een luchtstroom, die wordt gegenereerd door een ventilator in de luchtgordijn-25 inrichting. Door het in de juiste richting dirigeren van al die componenten kan een luchtgordijn worden gegenereerd met de gewenste eigenschappen en dekking, ongeacht de eigenschappen van de in de luchtgordijn-inrichting gebruikte ventilator.
30 In de afhankelijke conclusies 2-12 zijn voorkeursuitvoeringsvormen gedefinieerd van een uitblaasrooster volgens de onderhavige uitvinding. Zo betreft conclusie 2 de eigenschap dat de longitudinale en de 3 transversale lamellen boven elkaar gepositioneerde pakketten vormen. Deze kunnen een afzonderlijke onderlinge samenhang per pakket vertonen, of de longitudinale en de transversale lamellen kunnen in de pakketten onderling zijn verbonden om 5 een samenhangend geheel te verschaffen. Door de longitudinale en de transversale lamellen in pakketten boven elkaar te verschaffen, kan daarbij de turbulentie worden vermeden, die het resultaat zou zijn, als de longitudinale en de transversale lamellen alle in een enkele hoogte of dikte 10 zouden worden verwerkt en aldus een in bovenaanzicht vierkante definiërende vorm zouden hebben.
Het verschaffen van een pakket met de transversale lamellen heeft een gunstige invloed op het verminderen van turbulentie, in het bijzonder in de longitudinale richting.
15 Aldus kan de tussenafstand tussen de longitudinale lamellen groter worden gemaakt of kan de hoogte van de longitudinale lamellen kleiner worden gemaakt. Wel kunnen beide maatregelen worden getroffen, en in ieder geval geldt daarbij, dat het materiaalverbruik geminimaliseerd kan worden. Daarmee kunnen 20 tevens de kosten zo laag mogelijk worden gehouden.
In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm kan het uitblaasrooster volgens de uitvinding de eigenschap vertonen, dat tenminste enkele van de longitudinale en de transversale lamellen met elkaar zijn verbonden, om een samenhangend 25 geheel te vormen. Door de longitudinale en de transversale lamellen op geselecteerde posities met elkaar te verbinden, kan een tenminste ene verbindingsstang of -staaf door de lamellen heen worden weggelaten, hetgeen een besparing in materiaal oplevert, en derhalve tevens een besparing in de 30 productiekosten voor het vervaardigen van het uitblaasrooster.
In nog een verdere voorkeursuitvoeringsvorm vertoont het uitblaasrooster volgens de onderhavige uitvinding de 4 eigenschap, dat de transversale lamellen met de longitudinale divergentie van de luchtstroom samenhangend een ander ontwerp hebben dan het met de transversale divergentie van de luchtstroom samenhangende ontwerp van de longitudinale 5 lamellen. Zo kunnen de longitudinale lamellen zijn ontworpen om de van de ventilatoren in de luchtgordijn-inrichtingen afkomstige luchtstroom op parallelle wijze neerwaarts (verticaal) te dirigeren. Echter, bij sommige ventilatoren vertoont de daarmee gegenereerde luchtstroom een 10 ondergeschikte, minder sterke divergentie in de longitudinale richting van het uitblaasrooster, en om ook die ondergeschikte, minder sterke component toch in dezelfde richting te dirigeren als de hoofdstroom met behulp van de longitudinale lamellen, kunnen de transversale lamellen een 15 ander ontwerp vertonen, omdat zij voor het dirigeren van een ander gedeelte van de luchtstroom zijn bedoeld.
In het geval van de radiale ventilatoren met achterwaarts gekromde schoepen is de longitudinale component veelal aanzienlijk zwakker dan de transversale component.
20 Aldus kan met minder transversale lamellen worden volstaan om deze longitudinale componenten van de met de ventilatoren gegenereerde luchtstromen toch in de gewenste richting te dirigeren.
In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm kan een 25 uitblaasrooster volgens voormalige uitvinding de eigenschappen vertonen dat de afstand tussen de transversale lamellen groter is dan tussen de longitudinale lamellen. Dit kan samenhangen met het "andere" ontwerp van de transversale lamellen ten opzichte van het ontwerp van de longitudinale 30 lamellen. Verder is het mogelijk, dat slechts twee transversale lamellen worden toegepast waaraan, of bij voorkeur waaronder, de longitudinale lamellen dan zijn aangebracht of bevestigd. Aldus kunnen de transversale 5 lamellen dienst doen als ophanging en als onderlinge verbinding voor de longitudinale lamellen. Aldus kan de functie worden vervuld van de gebruikelijke verbi'ndingsstangen of -staven, die op zich weer een 5 hinderlijke turbulentie kunnen veroorzaken, welke wordt tegengegaan door de transversale lamellen te gebruiken. De transversale lamellen kunnen dan tevens dienst doen als ophanging.
Verder is het bij een uitvoeringsvorm van een 10 uitblaasrooster volgens de onderhavige uitvinding mogelijk, dat dit de eigenschap vertoont, dat tenminste één van de transversale en de longitudinale lamellen in dwarsdoorsnede een aan de betreffende component van de in gebruik daar doorheen passerende luchtstroom aangepaste vorm hebben. Een 15 dergelijke vorm kan een kromming of een schuine stand ten opzichte van een verticaal zijn, waarmee de herkomstrichting van een te dirigeren luchtstroom in verband wordt gebracht met de uitgangsrichting van die luchtstroom uit het uitblaasrooster.
20 In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm zijn de in de uitblaasrichting georiënteerde randen van de lamellen recht, d.w.z. dwars op de uitblaasrichting, gevormd tegen wervelafschudding en tegen geluidsoverlast. Met recht kan worden bedoeld, dat de lamellen kunnen zijn afgeknipt of 25 afgesneden en aldus een gehoekte vorm hebben, waarvan de luchtstroom snel los laat. Een minder gunstig effect wordt verkregen, wanneer de betreffende randen van de lamellen zijn afgerond, zoals dat kan resulteren uit een extrusieproces.
In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm kan een 30 uitblaasrooster volgens de onderhavige uitvinding de eigenschap vertonen, dat tenminste één van de longitudinale en de transversale lamellen in elkaar grijpen om een samenhang daartussen te verschaffen. Dit kan ook een 6 verbijzondering zijn van de manier om de transversale en de longitudinale lamellen onderling te verbinden, voorzover met de aangrijping tevens een koppeling of bevestiging is verschaft. Tevens kan hiermee op de hoogte en derhalve op de 5 voor het uitblaasrooster benodigde ruimte worden bespaard.
In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van een uitblaasrooster volgens de uitvinding kan deze de eigenschap vertonen, dat tenminste enkele van de longitudinale en de transversale lamellen op afstand van elkaar zijn opgesteld.
10 Dit is in het bijzonder een gunstige uitvoeringsvorm, waar de beschikbare inbouwhoogte voor het uitblaasrooster een minder kritieke overweging is en waarbij zeer gunstige effecten worden verkregen, waar het de uitlijning of het dirigeren betreft van de diverse componenten in de verschillende 15 richtingen van de met een ventilator gegenereerde luchtstroom. In een dergelijke uitvoeringsvorm is bij voorkeur de betreffende afstand in hoofdzaak minder groot dan de breedte of hoogte van de bredere of hogere van de longitudinale en de transversale lamellen. Gebleken is en/of 20 verwacht wordt, dat hiermee nog de gewenste effecten kunnen worden verkregen van het dirigeren van alle van de in verschillende richtingen verlopende componenten van de luchtstroom in de gewenste richting.
Zoals reeds is opgemerkt, betreft de onderhavige 25 uitvinding tevens een luchtgordijn-i'nrichting. Deze omvat dan een behuizing en luchtstroom-genererende middelen in de behuizing. Verder is er een uitblaasopening verschaft met een binnenomtreksvorm, en loopt een kanaal van de luchtstroom-genererende middelen naar de uitblaasopening. Verder is dan 30 in de uitblaasopening een uitblaasrooster aangebracht met een omtrekvorm en met afmetingen, die overeenkomen met de langgerekte vorm van die uitblaasopening. Het uitblaasrooster is er dan één volgens de onderhavige uitvinding en daarmee is 7 tevens de luchtgordijn-inrichting in zijn geheel een uitvoeringsvorm van deze uitvinding.
In een voorkeursuitvoeringsvorm van een luchtgordijn-inrichting volgens de onderhavige uitvinding zijn de 5 luchtstroom-genererende middelen van een type, dat althans ter plaatse van het uitblaasrooster een luchtstroom genereert, met naast een transversale component verder ook een longitudinale component. Een mogelijke uitvoeringsvorm daarvan kan zijn gelegen in de op zich bekende radiale 10 ventilatoren met achterwaarts gekromde schoepen. Het gebruik daarvan kent diverse voordelen, zoals hierboven reeds vermeld. Door de combinatie van dergelijke radiale ventilatoren met achterwaarts gekromde schoepen met een uitblaasrooster volgens de onderhavige uitvinding kan een 15 uitermate goed en effectief uitgelijnd luchtgordijn worden gegenereerd. Bij voorkeur zijn in de behuizing van de luchtgordijn-inrichting tenminste twee radiale ventilatoren met achterwaarts gekromde schoepen opgesteld in een oriëntatie, die parallel is gelegen aan de uitblaasopening en 20 aan het uitblaasrooster daarin. Ten behoeve van een effectief ruimtegebruik kan het kanaal daarbij een kromming van ongeveer 90‘ vertonen, waarmee de behoefte aan het uitlijnen van de door dergelijke ventilatoren gegenereerde luchtstromen evident duidelijk is.
25 Hierna zullen enkele uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding in meer detail worden beschreven onder verwijzing naar de bijgevoegde tekeningen, waarin soortgelijke of dezelfde componenten, elementen en onderdelen zijn aangeduid met dezelfde referentienummers en waarin: 30 fig. 1 gedeeltelijk opengewerkt perspectivisch aanzicht toont van een luchtgordijn-inrichting met daarin een uitblaasrooster, beide volgens de onderhavige uitvinding; * 8 fig. 2 een perspectivisch aanzicht toont van een gedeelte van een uitblaasrooster volgens de onderhavige uitvinding; fig. 3 een perspectivisch aanzicht toont van een 5 andere uitvoeringsvorm van een gedeelte van een uitblaasrooster volgens de onderhavige uitvinding; en fig. 4 weer een andere uitvoeringsvorm toont van een gedeelte van een uitblaasrooster volgens de onderhavige uitvinding.
10 In fig. 1 is een luchtgordijn-inrichting (1) in een uitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding getoond. Deze omvat een behuizing (2), waarin ventilatoren (3) zijn opgesteld. De ventilatoren (3) staan in een reeks opgesteld, die parallel is aan een uitblaasopening (4). In de 15 uitblaasopening (4) is een uitblaasrooster (5) aangebracht.
Tussen de ventilatoren (3), die in het bijzonder ventilatoren zijn van het type: "radiale ventilator met achterwaarts gekromde schoepen", strekt zich naar de uitblaasopening (4) een kanaal (6) uit.
20 Een met de ventilatoren (3) gegenereerde luchtstroom in de richting van pijl A heeft bij aankomst bij de uitblaasopening (4) en bij het uitblaasrooster (5) richtingscomponenten. De hoofdstroom is aangeduid met pijl A. Het zal uit fig. 1 duidelijk zijn, dat de met pijl A 25 aangeduide hoofdstroom van de met ventilatoren (3) opgewekte luchtstroom een afwijking vertoont ten opzichte van de verticale richting, die voor het uitblazen gewenst is. Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer de luchtgordijn-inrichting is opgesteld bij een deuropening of een soortgelijke doorgang.
30 Om de met pijl A overeenkomende hoofdstroom verticaal te dirigeren, zijn longitudinale lamellen (7) aangebracht in het uitblaasrooster (5). Deze zijn verticaal opgesteld en door de afmetingen en tussenafstanden tussen de longitudinale 9 lamellen (7) wordt bewerkstelligd dat de met pijl A overeenkomende hoofdstroom verticaal neerwaarts wordt gedirigeerd, na de bocht in het kanaal 6 te hebben doorlopen.
Verder omvat de van de ventilatoren afkomstige 5 luchtstroom nog een longitudinale component, welke is aangeduid met pijl B en pijl C. In het algemeen zal, afhankelijk van de eigenschappen van de gebruikte ventilatoren, in de hoofdzaak één van de beide aangeduide longitudinale componenten van pijl B en pijl C voorkomen, 10 maar niet is uitgesloten, dat beide longitudinale componenten van pijl B en pijl C zich voordoen.
Om ook de pijl B en pijl C overeenkomende longitudinale componenten in verticale neerwaartse richting te dirigeren, omvat het uitblaasrooster (5) tevens 15 transversale lamellen (8). Aangezien normaliter de longitudinale componenten langs pijl B en pijl C in een met ventilatoren (3) opgewekte luchtstroom zwakker zal zijn dan de met pijl A aangeduide hoofdstroom, die in hoofdzaak is bepaald door de keuze van bepaalde ventilatoren én de vorm 20 van het kanaal 6 - in het bijzonder de kromming daarin - én de insluiting in de behuizing, kan de tussenafstand tussen de transversale lamellen (8) aanzienlijk groter worden gekozen dan de tussenafstand tussen de longitudinale lamellen (7).
Juist in het geval, waar de ventilatoren (3) zijn 25 gekozen van het type van een radiale ventilator met achterwaarts gekromde schoepen, en dergelijke ventilatoren (3) alle zijn opgesteld in eenzelfde oriëntatie, zal één van de met pijl B en pijl C aangeduide transvérsale componenten weer nog sterker zijn dan de andere transversale component.
30 In een dusdanige situatie kan het gunstig zijn om de oriëntatie of vormgeving van de transversale lamellen (8) hier op aan te passen. Dit kan in een bij wijze van voorbeeld 10 in fig. 2, fig. 3, of fig. 4 weergegeven vormgeving worden bewerkstelligd.
In fig. 2 is een gedeelte getoond van een uitblaasrooster, waarvan de longitudinale lamellen (7) in 5 hoofdzaak hetzelfde zijn als de longitudinale lamellen (7) in het uitblaasrooster (5) in fig. 1. De transversale lamellen (8) zijn echter onder een hoek opgesteld ten opzichte van de verticaal. De transversale lamellen (8) zijn in deze uitvoeringsvorm derhalve georiënteerd op of naar de herkomst 10 van de luchtstroom met pijl B of pijl C in fig. 1 aangeduide longitudinale component.
In fig. 3 is een soortgelijke situatie weergegeven, maar hierbij vertonen de transversale lamellen (8) niet alleen een schuine stand ten opzichte van de verticaal, maar 15 tevens een kromming, die wederom bedoeld is om op maximale wijze de longitudinale componenten in een luchtstroom in te vangen en in verticale richting neerwaarts door te geleiden. Daarentegen is in fig. 4 een andere uitvoeringsvorm getoond, waarbij de transversale lamellen een in hoofdzaak verticale 20 oriëntatie vertonen, en gelijktijdig zijn gekromd of een gebogen oppervlak hebben, wederom teneinde een transversale component van een met ventilatoren opgewekte luchtstroom maximaal in te vangen en door te geleiden, afhankelijk van de herkomst van die luchtstroom, met daarin dergelijke 25 longitudinale componenten.
Aldus is de onderhavige uitvinding in aanzienlijk detail beschreven. Diverse aanvullende en alternatieve uitvoeringsvormen zullen zich aan de vakman opdringen, welke alternatieve en aanvullende uitvoeringsvormen moeten worden 30 beschouwd als vormgevingen binnen het kader van de onderhavige uitvinding, zoals dat kader is gedefinieerd in de bijgevoegde conclusies. Zo is het mogelijk, dat de longitudinale lamellen (7) en de transversale lamellen (8) op 11 diverse manieren met elkaar kunnen zijn verbonden of aan elkaar kunnen zijn bevestigd. Bijvoorbeeld is het mogelijk om daarbij af te zien van onderlinge verbindingen tussen de longitudinale lamellen, zoals die in conventionele 5 uitblaasroosters bijvoorbeeld zijn gevormd door middel van verbindingsstangen of -staven. Deze functie kan worden vervuld door de transversale lamellen (8). Dergelijke montagebuizen of -stangen kunnen echter ook in uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding nog 10 voorkomen. De transversale lamellen vormen een pakket en dat geldt tevens voor de longitudinale lamellen. Het pakket met de transversale lamellen (8) kan ook vele andere vormgevingen kennen, dan slechts zich in transversale richting en in hoofdzaak rechtop uitstrekkende lamellen, zoals die in de 15 figuren zijn getoond en hierboven zijn beschreven. Het is evenzeer mogelijk, dat hierbij gebruik wordt gemaakt van honingraadstructuren, vierkanten definiërende vormgevingen, etcetera.
Er zijn diverse uitvoeringsvormen, afmetingen en 20 dimensioneringen, die door de uitvinders van de onderhavige uitvinding thans worden voorzien. Bijvoorbeeld wordt aangenomen, dat de hoogte, of althans de effectieve hoogte, van de transversale lamellen bij benadering even groot moet zijn als, of groter moet zijn dan de tussenafstand 25 daartussen, waarmee scheve uitblaas kan worden vermeden. De hoogte van de longitudinale lamellen kan bijvoorbeeld 50 mm bedragen, terwijl de tussenafstand tussen de longitudinale lamellen 20 mm kan bedragen. Daarbij kan, in een mogelijke, niet beperkende voorkeursuitvoeringsvorm, de hoogte van de 30 transversale lamellen 45 millimeter bedragen, met een tussenafstand tussen de transversale lamellen van ongeveer 50 mm, uitgaande van de in fig. 1 getoonde uitvoeringsvorm.
12
De hoogte van de transversale lamellen kan ook kleiner worden gekozen, bijvoorbeeld ongeveer 25 mm, om een scheve uitblaas te vermijden. Echter, dan zijn er weer transversale lamellen nodig om de longitudinale component uit 5 de luchtstroom, die wordt gegenereerd door de ventilatoren, ook weer verticaal neerwaarts te oriënteren.
In een mogelijke voorkeursuitvoeringsvorm kan gelden, dat de verhouding (hoogte transversale lamellen + hoogte longitudinale lamellen)/ MIN (tussenafstand transversale 10 lamellen, tussenafstand longitudinale lamellen) minimaal 5 zou moeten bedragen. Editer, elke andere waarde, waarbij de beoogde effecten optreden, kan tevens een uitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding opleveren. Het roosterdeel of pakket met de transversale lamellen heeft overigens nog 15 een ander gunstig effect.
Het verschaffen van een pakket met de transversale lamellen heeft een gunstige invloed op het verminderen van turbulentie, in het bijzonder in de longitudinale richting. Aldus kan de tussenafstand tussen de longitudinale lamellen 20 groter worden gemaakt of kan de hoogte van de longitudinale lamellen kleiner worden gemaakt. Wel kunnen beide maatregelen worden getroffen, en in ieder geval geldt daarbij, dat het materiaalverbruik geminimaliseerd kan worden. Daarmee kunnen tevens de kosten zo laag mogelijk worden gehouden.
25 In een uitvoeringsvorm met een afstand tussen de longitudinale en de transversale lamellen wordt voorzien, dat de afstand niet groter mag zijn dan de grootste hoogte, althans de grootste effectieve hoogte, van de longitudinale lamellen en de transversale lamellen. Dit om te voorkomen, 30 dat de effectiviteit wordt verminderd.
Zo blijkt, dat er zich vele alternatieve en aanvullende uitvoeringsvormen aan de vakman kunnen opdringen na kennisneming van het voorgaande, die allen zijn gelegen t 13 binnen het kader van de in de bijgevoegde conclusies gedefinieerde uitvinding en hier allen binnen zijn gelegen, tenzij daarin een afwijking is verwezenlijkt ten opzichte van de daadwerkelijke definities of de geest van de uitvinding.
1031200

Claims (16)

1. Uitblaasrooster, waarvan de omtrekvorm en afmetingen overeenkomen met een langgerekte vorm van een uitblaasopening van een luchtgordijn-inrichting, welk uitblaasrooster zich in gebruik longitudinaal en transversaal 10 ten opzichte van de lengterichting van het uitblaasrooster uitstrekkende lamellen omvat, welke respectievelijk transversaal en longitudinaal divergerende componenten van een daardoorheen passerende luchtstroom in een gewenste éénduidige richting dirigeren, met het kenmerk, dat ten 15 minste één van de longitudinaal of transversaal lamellen een van loodrecht op de uitgangsrichting van de luchtstroom uit het uitblaasrooster afwijkende vorm en/of oriëntatie heeft.
2. Uitblaasrooster volgens conclusie 1, waarbij de 20 longitudinale en de transversale lamellen boven elkaar gepositioneerde pakketten vormen.
3. Uitblaasrooster volgens conclusie 1 of 2, waarbij ten minste enkele van de longitudinale en de transversale 25 lamellen met elkaar zijn verbonden om een samenhangend geheel te vormen.
4. Uitblaasrooster volgens conclusie 1, 2 of 3, waarbij de transversale lamellen een met de longitudinale 30 divergentie van de luchtstroom samenhangend ander ontwerp hebben dan het met de transversale divergentie van de luchtstroom samenhangende ontwerp van de longitudinale lamellen. 1031200
5. Uitblaasrooster volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij de afstand tussen de transversale lamellen groter is dan de afstand tussen de 5 longitudinale lamellen.
6. Uitblaasrooster volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij ten minste één van de transversale en de longitudinale lamellen in dwarsdoorsnede 10 een aan de betreffende component van de in gebruik daardoorheen passerende luchtstroom aangepaste vorm hebben.
7. Uitblaasrooster volgens ten minste conclusie 6, waarbij de lamellen in gebruik onder een hoek met de 15 verticaal zijn opgesteld.
8. Uitblaasrooster volgens ten minste conclusie 6 of 7, waarbij de lamellen althans in gebruik een kromming omvatten. 20
9. Uitblaasrooster volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij de in een uitblaasrichting georiënteerde randen van de lamellen recht, dwars op de uitblaasrichting zijn gevormd tegen wervelafschudding en 25 tegen geluidsoverlast.
10. Uitblaasrooster volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij ten minste enkele van de longitudinale en de transversale lamellen in elkaar grijpen 30 om een samenhang daartussen te verschaffen.
11. Uitblaasrooster volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij ten minste enkele van de longitudinale en de transversale lamellen op afstand van elkaar zijn opgesteld.
12. Uitblaasrooster volgens conclusie 11, waarbij de 5 afstand in hoofdzaak minder groot is dan de breedte of hoogte van de bredere of hogere van de longitudinale en de transversale lamellen.
13. Luchtgordijn-inrichting, omvattende: een 10 behuizing; een luchtstroom genererende middelen in de behuizing; een langgerekte uitblaasopening met een binnen-omtrekvorm; een kanaal tussen de een luchtstroom genererende middelen en de uitblaasopening; en een in de uitblaasopening aangebracht uitblaasrooster met een omtrekvorm en afmetingen, 15 die overeenkomen met de langgerekte vorm van de uitblaasopening, en waarbij het uitblaasrooster er één is uit de groep, welke uitblaasroosters omvat volgens ten minste één van de voorgaande conclusies 1-12.
14. Luchtgordijn-inrichting volgens conclusie 13, waarbij de een luchtstroom genererende middelen van een type zijn, dat althans ter plaatse van het uitblaasrooster een luchtstroom genereert met naast een transversale component verder ook een longitudinale component. 25
15. Luchtgordijn-inrichting volgens conclusie 13 of 14, waarbij de een luchtstroom genererende middelen zijn van het type dat bekend staat als een radiale ventilator met achterwaarts gekromde schoepen, welke inherent althans ter 30 plaatse van het uitblaasrooster de luchtstroom genereert, welke naast een transversale component verder ook een longitudinale component omvat. 1»
16. Luchtgordijn-inrichting volgens conclusie 15, waarbij ten minste twee radiale ventilatoren met achterwaarts gekromde schoepen zijn opgesteld in een oriëntatie, die parallel is gelegen aan de uitblaasopening en aan het 5 uitblaasrooster daarin. i 0 3 1 20 0
NL1031200A 2006-02-21 2006-02-21 Uitblaasrooster en een luchtgordijn-inrichting. NL1031200C2 (nl)

Priority Applications (5)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1031200A NL1031200C2 (nl) 2006-02-21 2006-02-21 Uitblaasrooster en een luchtgordijn-inrichting.
EP07715844A EP2005071A1 (en) 2006-02-21 2007-02-20 Blow-out grid and an air curtain device
PCT/NL2007/000051 WO2007097618A1 (en) 2006-02-21 2007-02-20 Blow-out grid and an air curtain device
US12/280,291 US20100233951A1 (en) 2006-02-21 2007-02-20 Discharge grille and an air curtain device
CA002642622A CA2642622A1 (en) 2006-02-21 2007-02-20 Discharge grille and air curtain device

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1031200 2006-02-21
NL1031200A NL1031200C2 (nl) 2006-02-21 2006-02-21 Uitblaasrooster en een luchtgordijn-inrichting.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1031200C2 true NL1031200C2 (nl) 2007-08-22

Family

ID=37067570

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1031200A NL1031200C2 (nl) 2006-02-21 2006-02-21 Uitblaasrooster en een luchtgordijn-inrichting.

Country Status (5)

Country Link
US (1) US20100233951A1 (nl)
EP (1) EP2005071A1 (nl)
CA (1) CA2642622A1 (nl)
NL (1) NL1031200C2 (nl)
WO (1) WO2007097618A1 (nl)

Families Citing this family (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US8776457B2 (en) 2009-01-28 2014-07-15 Bryn Gough Magee Enhanced entranceway
US9791161B2 (en) * 2010-02-15 2017-10-17 Koken Ltd. Local clean zone forming apparatus
GB2522666B (en) * 2014-01-31 2019-09-25 Thermoscreens Ltd Air-curtain device
US9963014B2 (en) 2016-01-15 2018-05-08 Joy Mm Delaware, Inc. Debris barrier for vehicle operator cab

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3229609A (en) * 1964-01-15 1966-01-18 Nat Ind Equipment Co Multiple air screen for use with a doorway
EP0362958A1 (en) * 1988-10-04 1990-04-11 F.H. Biddle B.V. Air curtain device
GB2355067A (en) * 1999-07-01 2001-04-11 Building Product Design Ltd Ventilation systems

Family Cites Families (33)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2282572A (en) * 1939-05-31 1942-05-12 Gen Motors Corp Air grille
US3059563A (en) * 1960-09-01 1962-10-23 Larson Eugene Air curtain device for doorways
US3145641A (en) * 1961-01-30 1964-08-25 Centriflo Pty Ltd Air screen creating apparatus
US3157105A (en) * 1961-08-01 1964-11-17 Tamm Walter Apparatus for producing an air curtain
US3113501A (en) * 1961-09-15 1963-12-10 George K Cargo Air door
US3112686A (en) * 1961-09-27 1963-12-03 Herbert R Peterson Air screen producing mechanism
US3086441A (en) * 1961-10-06 1963-04-23 Nat Ind Equipment Co Air curtain device
DE1208185B (de) * 1963-02-09 1965-12-30 Zeiss Ikon Ag Photographische Kamera oder Verschluss mit Wechselobjektiven und Blitzlichtautomatik
US3256798A (en) * 1963-09-17 1966-06-21 Herman M Melzer Apparatus for generating an air barrier
US3257931A (en) * 1963-12-09 1966-06-28 Whirlpool Co Air conditioner louver mechanism
US3332334A (en) * 1965-08-09 1967-07-25 Melzer Herman Air curtain apparatus
US3327935A (en) * 1965-08-31 1967-06-27 Sigmund F Berlant Air curtain
US3362469A (en) * 1966-01-03 1968-01-09 Berner Ind Inc Air curtain
US3391629A (en) * 1966-07-18 1968-07-09 Us Register Company Reversible floor mounted register
US3822990A (en) * 1972-11-10 1974-07-09 Disco Eng Inc Energy conversion module
US4143645A (en) * 1976-07-21 1979-03-13 Sidney Blumberg Self-contained exhaust hood with heat exchanger and method of exhausting air
US4134394A (en) * 1977-02-24 1979-01-16 Otenbaker James T Air ventilation system
US4346692A (en) * 1980-11-26 1982-08-31 Mccauley Lewis C Make-up air device for range hood
AU583505B2 (en) * 1984-05-10 1989-05-04 Matsushita Electric Industrial Co., Ltd. Flow deflecting assembly
EP0250596B1 (en) * 1985-11-26 1992-01-15 SHIMIZU CONSTRUCTION Co. LTD. Clean room
USD315790S (en) * 1987-05-18 1991-03-26 Koessler Juergen R Heat register
CA1272064A (en) * 1988-08-19 1990-07-31 Cameron Cote Air canopy cooking system
US5072658A (en) * 1991-05-03 1991-12-17 Bogage Gerald I Installation of air curtains
US5408942A (en) * 1993-08-06 1995-04-25 Young; Bob W. Combustion apparatus including pneumatically suspended combustion zone for waste material incineration and energy production
US6058929A (en) * 1994-05-12 2000-05-09 Randell Manufacturing, Inc. Adjustable exhaust hood with air curtain
AUPM792094A0 (en) * 1994-09-07 1994-09-29 Ventec Pty Ltd Composite air flow director, deflector and shut off valve
JP3520882B2 (ja) * 1995-10-18 2004-04-19 株式会社富士通ゼネラル ルーバー
WO1998050134A1 (en) * 1997-05-09 1998-11-12 Szatmary Michael A Isolation chamber air curtain apparatus
FI102917B (fi) * 1998-06-10 1999-03-15 Flaekt Woods Ab Tuloilmasäleikkö
US6626971B1 (en) * 1998-09-15 2003-09-30 Siemens Axiva Gmbh & Co. Kg Method and device for protecting persons and/or products from air-borne particles
US6066044A (en) * 1998-12-08 2000-05-23 Classic Manufacturing, Llc Vent assembly
WO2001051857A1 (en) * 2000-01-10 2001-07-19 Philip Meredith Exhaust hood with air curtain
US6752144B1 (en) * 2003-07-10 2004-06-22 An New Industrial Co. Ltd. Smoke guiding machine

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3229609A (en) * 1964-01-15 1966-01-18 Nat Ind Equipment Co Multiple air screen for use with a doorway
EP0362958A1 (en) * 1988-10-04 1990-04-11 F.H. Biddle B.V. Air curtain device
GB2355067A (en) * 1999-07-01 2001-04-11 Building Product Design Ltd Ventilation systems

Also Published As

Publication number Publication date
US20100233951A1 (en) 2010-09-16
CA2642622A1 (en) 2007-08-30
WO2007097618A1 (en) 2007-08-30
EP2005071A1 (en) 2008-12-24

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1031200C2 (nl) Uitblaasrooster en een luchtgordijn-inrichting.
JP5194023B2 (ja) 天井埋込型の空気調和機
US8858309B2 (en) Air louver for refrigerated display case
US20060217056A1 (en) Fan/filter unit and clean booth equipeed therewith
US10047756B2 (en) Ventilating fan
US5542224A (en) Louver
CN105178645B (zh) 负压称量室
JPH05264070A (ja) 空気調和機の室外ユニット
EP2957773A1 (en) Air conditioner
JP5550319B2 (ja) 多翼遠心ファンおよびそれを用いた空気調和機
JP4519811B2 (ja) 空気調和装置
JP2020159637A (ja) 天井埋め込み形空気調和機
CN107763828A (zh) 防啸叫噪音网罩、具有该网罩的出风口结构及空调器
KR101233538B1 (ko) 크로스 플로우 팬 및 이것을 구비한 공기 조화기
JP4980440B2 (ja) 空気調和機
JP6861333B2 (ja) エアカーテン
JP2007163036A (ja) 空気調和機用室外機
JPH07305869A (ja) 空気調和機用室外ユニット
EP3730860B1 (en) Blow-out panel, and air conditioning indoor unit
JP5352653B2 (ja) 熱源機及び冷凍サイクル装置
JP5995683B2 (ja) エアーカーテン装置
JP7045610B2 (ja) 空気搬送装置
JP2007120864A (ja) ファンガードの取付構造、及びファンガード取付構造を備えた空気調和機
CN114008390B (zh) 空调机的室内机
JP6976290B2 (ja) 空調装置の吹出装置

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up